Hf". 113. Tweede blad.
7"" Jaargang.
Zaterdag 17 October 1908.
BINNENLAND.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonderlijke nummert - 0.05.
Deze Couran verschijn dagelijks behalv op Zon- en Feest
dagen.
Adverfcentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
^.uvertentién medeueelingen enz.gelieve
's morgens oij de Uitgevers in te zendon.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtscheslraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 15 regels f 0.50,
Elko regel moer - 0.10,
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnement. Eene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kameroverzicht
Tweede Kamer.
De beraadslaging over de motie Troelstra
in verband met de werkloosheid, werd Vrij
dag voortgezet.
De heer vanKol noemde als een van de
middelen om verbetering aan te brengen
verbetering van het ambachts-onderwijs.
Voorts zullen de van staats- of ge
meentewege te ondernemen werken de
gewone arbeidskracht geen concurrentie moe
ten aandoen. Zij moeten zooveel moge
lijk gedecentraliseerd en worden onderno
men in de vakken waarin de werkloosheid
heerscht. In verschillende deelen van ons
land bestaat daartoe nog ruimschoots gele
genheid, als qphooging van lage gronden,
aanleg van volksparken en openbare speel
plaatsen, waardoor tevens een stap gedaan
zou worden om de jeugd minder misdadig
en baldadig te maken. Ook met den woning
bouw, overeenkomstig de eischen der Wo
ningwet, zou, speciaal iu de groote steden,
krachtig kunnen worden voortgegaan, waar
toe kapitaal moet worden verstrekt.
Voorts zou men ongezonde poelen kun
nen dempen, vaarwaters kunnen norma-
liseeren en wegen kunnen aanleggen of be-
harden. Verder zou men automobielwegen
kunnen maken, afzonderlijke wegen voor
wielrijders en rijtuigen, zoomede drinkwa
terleidingen, waaraan veel plaatsen groote
behoefte hebben. Ook kon de heide-ontgin
ning en de bevloeiingen krachtiger ter hand
genomen worden. Ook spreker dringt aan op
een onderzoek, vooral op het platte land,
naar werken die gemaakt kunnen worden.
Op deze wijze zou in de werkeloosheid per
manent worden voorzien en deze niet zich
binnen eenigen tijd, al woi'den de verschil
lende staatswerken uitgevoerd, opnieuw weer
openbaren.
De heer Passtoors schetst de ellende
door de werkloosheid veroorzaakt en zou het
zeer betreuren wanneer het vraagstuk in het
vaarwater der politiek verzeild raakte en hij
betreurt het dat de heer Troelstra het dien
koers uitstuurde en het deed voorkomen of
alleen van de soc.-dem. de oplossing van het
vraagstuk der werkloosheid te wachten is.
De heer Troelstra klaagde er over dat ver
leden jaar te Amsterdam slechts 2 ton werd
gegeven, maar dit lag voor een goed deel
aan de leiding der werkloosheid-bestrijding.
Er wak een soort concurrentie wie in Am
sterdam de werkloosheid zou exploiteeren.
De soc.-dem. hebben de leiding op zich ge
nomen en daardoor heeft de bourgeoisie de
beurs gesloten gehouden.
Bij die door de heeren Troelstri» en Treub
genoemde middelen zou spreker nog willen
voegenhet weren van vrouwen- en kinder
arbeid, en het aanbrengen van bepalingen
in de bestekken, waardoor de arbeidsduur
verkort werd. Ook moet getracht worden
het werk zooveel mogelijk in het land te
houden, ook al kost dit soms wat meer.
De heer Reyne komt er tegen op, dat
de minister met gekruiste armen rustig
achter de groene tafel blijft zitten, een paar
woorden van deelneming laat hooren en het
daarbij laat. Zulk een houding noemt hij on
verantwoordelijk.
De werkeloosheid kan, naar Sprekers
meening, niet beter worden bestreden
dan door verhooging van de productieve
kracht van ons land. Daartoe zal echter
noodig zijn, dat de Staat over voldoenden
grond beschikt, en dien kan hij zich ver
schaffen door onteigening. Spr. betreurt het,
dat een desbetreffend wetsontwerp daartoe
destijds is blijven liggen. Gaarne erkent
ook Spr., dat de werkloosheid veel toeneemt
door den stroom van plattelanders naar de
groote steden. Kon men dien stroom in an
dere bedding leiden, dan zou reeds veel ge
wonnen zijn. Kon men den arbeiders ten
plattelaude een stukske grond in eigendom
doen krijgen, dan zou hij zich hechten aan
dat plekje en niet naar de groote steden
trekken.
Spr. bestreed daarna het protectionisme
als middel tot leniging van- den nood, welke
volstrekt geen gevolg is van onze handels
politiek. In landen waar protectie bestaat,
is de nood nog veel grooter.
De heer Van Wichen wil ook een
middel aangeven, n.l. het dienstbaar maken
van duingronden aan land- en tuinbouw.
De heer Goeman Borgesius con
stateert dat men het er overeens is daf een
voortdurend onderzoek naar den omvang der
werkloosheid noodig is. Daarom zal Spr.
met de motie-Treub kunnen meegaan, maar
niet in alle deelen. Zoo kan hij bijv. niet
toegeven dat de toestand buitengewoon on
gunstig is. In enkele deelen des lands is de
toestand zelfs gunstig. Spr. laakte echter
des ministers laat-maar-waaien-politiek, die
regeeringshulp bestrijdt.
Twintig jaar geleden zou eene redevoe
ring als van den Minister succes hebben
gehad, maar die tijd is nü voorbij. Men
kan het vraagstuk der werkloosheid niet
meer naast zich neerleggen.
Terugkomende tot de motie-Treub, her
haalt Spr. d"at hij zich met die motie kan
vereenigen. In de motie-Treub is ook de
werkloozenverzekering opgenomen, hetgeen
Spr. zeer toejuicht na de dénegreerende
wijze waarop de Minister zich daarover uil-
liet de Minister, hoofd der Regeering I
j De heer De Klerk meende eveneens,
dat de minister den ernst der zaak niet in
ziet.
j Spr. die zelf in tal van commissies zit-
ting heeft gehad, erkent dat het vraagstuk
i der werkloosheid uiterst moeielijk is op te
j lossen, vooral in de groote steden. Niet eens
is Spr. het met den heer. Treub omtrent het
°pleggen eener werkloozenbelasting aan de
werkgevers. De heer Treub verloor uit het
I oog, dat bij werkloosheid ook de werkgever
getroffen wordt en lette ook niet op de prac-
I tijk. Werd zijn middel aangenomen, dan zou
liet gevolg daarvan zijn, dat de werkgever J
zoo min mogelijk arbeiders zou aannemen.
I Beter acht Spr. het in tijden van nood de
geheele bevolking te laten helpen, dan al-
leen de werkgevers. Ook hij dringt aan op
een onderzoek naar den omvang der werk-
i loosheid, op oprichting van arbeidsbeurzen,
I op ruime schaal en op het geven van subsi
die aan de gemeenten tot het verlecnen van
dadelijke hulp als die noodig mocht zijn.
Spr. ziet, evenals ook de heer Goeman
Borgesius in ouderdomsverzekering een zeer
belangrijk middel om de werkloosheid te
verminderen.
De heer De Savornin Lobman
acht een der eerste oorzaken der werkloos
heid de loonen. Langzamerhand worden
achter de loonen stelselmatig opgedreven
tot wat men noemt een menschwaardig
bestaan. Voor den knappen werkman
heeft dat hooge loon reden van bestaan
en de werkgever is in den regel ook
wel geneigd hem dat te betalen, maar
het gaat niet aan voor inférieure „het loon"
te eischen dat men gelieft te bepalen, onge
acht of de arbeider het waard is of niet.
Men gaat zelfs zoo ver om vereenigingen
als het Leger des Heils, die geen hoog loon
kunnen betalen, eenvoudig uit te maken
voor uitzuigers.
Een gevolg van die houding der arbei
ders is dat vele werkgevers zich uit de in
dustrie terugtrekken. Onze nationale wel
vaart gaat door de houding der arbeiders
dientengevolge niet vooruit.
Naast die arbeiders, die hooge loonen ge
nieten, zijn er tal van anderen voor wie
ook gezorgd moet worden.. Daar kunnen ech
ter de belastingbetalenden zorg voor dragen.
De arbeiders en weer eens de arbeiders is
het wachtwoord. Als een winkelier niet drij
vende kan blijven, is het niet de staat die
aangesproken wordt om hem te helpen.
Waarom dan wel als de werkman werk
loos is?
Een fout van vele arbeiders is ook dat
zij verbazend zorgeloos zijn en zoo gauw men
ten slotte zegt, in den nood kunt ge op
den staat rekenen, dan maakt men ze nog
zorgloozer.
Het particuliere initiatief, de particuliere
liefdadigheid is daar om in buitengewone
gevallen te helpen en doet dit ook, gelijk
reeds meermalen gebleken is. Maar als men
op die particuliere liefdadigheid gaat sma
len, dan kon het wel eens zijn, dat men die
bron verstopte. In buitengewonen nood, ze
ker, dan kan de Staat geroepen worden te
helpen, maar de Staat is niet geroepen te
helpen bij werkloosheid en dien indruk mag
en moet niet naar buiten gevestigd worden.
Noch de Regeering, noch de Staten-Gene-
raal kunnen hier helpen.
De Minister van Binnen 1.
Zaken (de heer Heemskerk) begon met
een aantal misvattingen te weerleggen door
verschillende leden begaan. De heer Nolens
vond o.a. dat de Min. de werkloosheid te
veel beschouwde als een natuurverschijnsel,
terwijl de heer Troelstra noemde den minis
ter wreed en lichtzinnig en rilde van de
cynische heidensche redevoering van den mi
nister, dien hij verantwoordelijk stelde voor
het bloed dat zou kunnen komen te vloeien.
De Minister acht een dergelijke methode
niet parlementair en heeft nooit zoo gespro
ken tot den heer Troelstra en zijn partijge-
nooten. Beter ware het voor den heer Troel
stra hier dergelijke lessen niet uit te deelen.
Hij zou hooger staan wanneer hij zich voort
aan van dergelijke krasse woorden onthield.
De verklaring moet den Minister van het
hart dat men hier wel eens beter debat heeft
gevoerd dan dezer dagen. Er zijn een aantal
onderwerpen bijgehaald die buiten de inter
pellatie staan.
Met den heer Lohman is de Minister het
eens, dat niet de Staat, maar de Maatschap
pij geroepen is oril hulp te verleenen hij
werkloosheid. Met een door naastenliefde
geïnspireerd verstand moet gedaan worden
wat mogelijk is tot leniging van nood bij
werkloosheid, welke naar 's Ministers mee
ning nimmer geheel te voorkomen zal zijn.
Een onderzoek naar de werking der Wo
ningwet is de Minister bereid in te Stellen.
Afschaffing van kinderarbeid, verkorting
van arbeidsduur en bekorting of afsehaffing
van overuren zouden kunnen medewerken
tot vermindering van werkloosheid. De mi
nister is bereid die punten te overwegen.
Werkloosheid-verzekering kan van belang
zij voor de toekomst, maar staat buiten
deze interpellatie, die spreekt van maatre
gelen op dit oogenblik te nemen. De werk
loosheid-verzekering is zeer mooi, maar de
werkloosheid kan dergelijke proportiën aan
nemen, 'dat de werkloosheid-verzekering
toch niet bij machte is tot dekking. Ter mo
tiveering van zijn pessimisme over de werk
loosheid-verzekering verwijst de minister
naar Engeland, waar niettegenstaande het
bestaan der Trade Unions de werkloosheid
verzekering toch onvoldoende blijkt. Om
groote werkloosheid te dekken. In Engeland
vertoont de werkloosheid op dit oogenblik
veel bedenkelijker verschijnselen dan bij
ons.
De Minister staakte thans zijn rede die
hij Dinsdag zal voortzetten.
Berichten.
Rijksproefstation 'voor
bouwmaterialen. De besturen van de
Vereeniging van Ned. Kalkzandsteenfabri-
kantenhet Ned. Cement-Syndicaatde
Siiddeutsohe CementrVerkaufssteLle G. m. b.
H.Rheinisdh-Weetfdliscihe Ceanenb-Syndicat
G m. b. II.; de Association des Fabricants
Beiges de G'i ment—Portland Ajrtificiel Societé
Anonyme; de Associated Portland-Cement
Manufacturers Ltd.; de Vereen, van Ned. 1
Sohelpkalkfalbrikantendo Vereeniging van
Handelaren in bouwmateriaflen in Neder
land; de Ned.. Aannemerebond, welke ver
eenigingen eu vennootschappen ten dJoel heb
ben het fabriceeren van, handel drijven in
bouwmaterialen en de bevordering van de
belangen vaoi industrie en handel in ver-
schillende bouwstoffenzeggen in een adres
aan den minister van Landbouw enz., dat
de inhoud van het onlangs gepubliceerde
rapport der Staatscommissie, wellke cammas-
sie in Dec. 1904 ingevolge haar opdracht ad-
vies heeflt uitgebracht betreffende dö oprich- J
tirug van een „Rijksstation voor physdsch-
technologisch onderzoek; in zooverre het j
(betreft advies aangaande een Rijiksproefsta
tion voor bouwmaterialen, hen ten zeerste
hoeft teleurgesteld en verbaasd, daar het
rapport erkent, dat hanidieü en industrie
groot nut kunnen trekken van inrichtin- j
gen, waar handelswaren en toestellen kun
nen worden onderzocht, doch feitelijk con- j
cludeert, dat het openen der gelegenheid tot
onderzoek van allerlei toestellen benevens j
papier en inkt urgent moet worden geacht,
doch dat voor bouwmaterialen zulks niet 1
het geval zou wezen.
Adressanten verklaren, dat de tegenwoor-
dig© toestand niet voldoet en industrie en 1
handel zeer beslist voor bouwmaterialen een
Rijksproefstation zeer noodzakelijk achten; j
merken verder o. a. op
dat een noodzakelijke consequentie van
het officieel stellen van eischen ishet ver
schaffen der middelen om officieel te kun
nen ccnstateeren (bewijze®), dat aan de
eischen wordt voldaan
dat de toestand thans hierop neerkomt, j
dat industrie en handel gedwongen worden i
door Staat, provincies, gemeenten (en dik- i
wijls ook particuliere directies) 'in hoogste
en laagste instantie zich neer te leggen bij
keuringen door één firma zonder dat eonige
controle wordt uitgeoefend of mogelijk is op
het. weik dier firma;
dat Staatsproefstations elders ook ambts
halve onderzoeken, en eveneens in opdracht
van verschillende departementen van alge
meen bestuur, en regelmatig bevindingen
publiceeren, hetgeen zoowel gebruikers als
industrie- en handel ten goede koant en eer
lijke concurrentie bevordert;
dat in ons land in het bijzonder voor
bouwmaterialen, welke hier gefabriceerd
worden en voor materialen, waarvan sbcodfcJ
bij levering garantie wordt geëischt (bijv.
cement) gelegenheid tot officieel onderzoek
toch eon onafwijsbare eisch is;
dat overigens voor prooven aan een Rijks
station betaald kan worden, zooals ook in
andere landën gebruikelijk is, en aldus feite
lijk ook geen financieel© overwegingen de
oprichting in den weg kunnen staan
Redenen waarom requostr anten ouder
overlegging van een tweetal artikelen fan
recenten datum over dit onderwerp handje-
lende, zich tot Z Ex. wenden met het drin
gende verzoek niet af te gaan op het ad
vies der commissie bovenbedoeld en daar
entegen maatregel te willen nemen om ten
spoedigste over te g-aan tot. oprichting van
een Rijksproefstation tot onderzoek van
bouwmaterialen
Bezoldiging ambtenaren
ter gemeentesecretarie. Het cen
traal bureau voor perszaken van den Ne-
derlandsohen Bond van gemeente-ambtena
ren schrijft ons hot volgende:
Van veie zijden wordt den laatst en tijd
krachtig opgekomen voor verbetering van
de bezoldiging der ambtenaren ter gemeen
te-secretarie. Reeds deelden wij voor eeni
gen tijd merle, dat het bestuur van den
Xederl. bond van gemeente-ambtenaren be
sloot aan Geduputeerde Staten der provn-
ciën uitgezonderd Noord-Brabant en
Zuid-Holland, omdat deze bereids mede
werking toezegden beleefd te verzoékén,
om, waar noodig, bij de gemeenteraden
hun invloed ten goede te willen aanwen
den. Maar hét bestuur, de afdeel in gen en
ondcrafdeeflingen van den bond zullen ook
zelf trachten de gemeenteraden yan het ge
rechtvaardigde en noodzakelijke van ver
betering te overtuigen. Er wordt tegen
woordig zóó veel van de gemeenten gevor
derd, dat goed personeel, hetwelk in bij
verdiensten geen bestaan behoeft te zoeken,
een eerste eisch mag worden genoemd. Zon
der behoorlijke uitvoering va-n de gemeen
telijke taak kan het den Staat niet wel
gaan. Dat hebben blijkbaar Gedeputeerde
Staten van alle provinciën begrepen, waar
zij sedert korten tijd zij het dan dat hier
en daar gegronde klachten overblijven
over het geheele land herziening vau de
jaarwedden der burgemeesters, secretaris
sen en ontvangers ter hand namen. Intus-
sohen zal men slechts van een hal ven maat
regel kunnen spreken, zoolang nog zoovele
secretarie-ambtenaren van wier behoor
lijke werkzaamheid meestal voor een goed
bestuur der gemeente evenveel afhangt als
van die der andere gemeente-ambtenaren
een belooning genieten volstrekt onvol
doende om op de meest boscheidën wijze
\an te kunnen leven. Die belooning is me
nigmaal .minder dan de bezoldiging vat) on
derwijzers, van de laagste ambtenaren ter
provinciale griffie, bij de Rijksverzeke
ringsbank of bij welke andere categorie vat)
ambtenaren ook. Zij komt niet nabij zelfs
aan het loon van vele gemeentewerklieden
van brievenbestellers, van brugwachters; zij
is niet groot genoeg in menig geval om
loonkiezer te kunnen zijn of voor aanslag
in de gemeentelijke inkomstenbelasting in
aanmerking te kunnen komen.
Gelukkige uitzonderingen daargelaten
blijken vooral teri platteulande vele
gemeenteraden nog altijd niet genoegzaam
met den omvang der gemeentelijke werk
zaamheid bekend, om het .werk dor ge
meente-ambtenaren naar waande te kunnen
schatten. Dat Gedeputeerde Staten in do
zen, waar noodig, ©en z'achten drang uit
oefenen, dat de wetgeveT zoo noodig in
grijpt, het mag zeker geacht worden tc
zijn een belang niet alleen van de ambtc
naren ter geaneente-secretarie, maar hoo-
gelijk gewenscht ook voor een goed bestuur
van het geheele land.
School- en Kerknieuws.
Het ontslag te Amster
dam. In een Donderdagavond onder voor
zitterschap van den heer P. Lakeman ge
houden vergadering van de Vereeniging van
ambtenaren ter gemeente-secretarie Belang
en Ontwikkeling werd besloten, in verband
met het ontslag van de drie gemeente-amb
tenaren, machtiging te verleenen aan het
bestuur om bij B. en W. alle pogingen in
het werk te stellen, die het zal nuttig en
noodig oordeelen. Voorts werd besloten
financieelen steun te verleenen aan de ont
slagenen, zoolang deze er niet in zullen
zijn geslaagd een nieuwen werkkring te
vinden.
In een gisteravond gehouden vergadering
door gemeente-beambten werd met 44 tegen
7 stemmen besloten geen deel te nemen aan
de nog te voeren actie in zake de ontslag-
quaestie.
Mu s e u m van Kunstnijvei-
beid te Haarlem. De keramische af
deel ing van genoemd museum werd onlangs
aawzienlijik uitgebreid. De Chineceohe en
Jnpansclie afdeeling werd in een afzonderlijk
lokaal, dat bij het geheel aansluit, onderge
bracht. Eene k cine verzameling aardewerk
van de Kei of Ewabeilanden, in de Banda-
zoe gelegen, werd dezer dagen aangekocht,
zoodat de afdeeling, aardewerk van primi
tieve volkereu, dat d:or vorm, kleur on vei-
sioring eene bijzondere bekoring bezit, voor
alsnog exemplaren bevat van Oud-Peru,
van de roodhuiden te Cincinnati, van den
Congo, vau Java, van Bali en Lomibolc, vati
de Padangsche bovenlanden, van Suriname,
van Maro-kko en Algiers.
Het vorige jaar kreeg hot Museum ben
geschenke van den heer Kan, den bekenden
verzamelaar van Oud-R:;ineinscho aardewerk
en glaswerk, eene kleiue verzameling vaat
werken. afkomstig van opgravingen uit. do
omstreken van Nijmegen. Deze verzameling
werd aangevuld met eenige reproduction ©n
met eorspro nkel ijke stukken van Terra
Vigillata, z odat van laatstgenoemde pro
ducten een bescheiden overzicht kan gege
ven worden.
Ten einde de geschiedenis van hot aarde
werk in platische voorbeelden vast te leg
gen, zou het zeer gewenscht zijn, dat het
Museum in de gelegenheid ware, van allo in
den laatsten tijd verschenen producten van
artistieke waarde een exemplaar aan to koo
•pondoch de middelen van het Museum
laten dit niet toe. roden waarom de direc
teur een berrep doet op artisten en fabri
kanten, i^ïdat zij een exemplaar van hunne
best© werken aan het museum zouden af
staan.
De Raadi vau Schiedam benoemde gisteretij
tot rector aan. het Gymnasium aldaar Dr. J. L.
Liezenberg, thans conrector.
L. M. Baale. Een van do bekendste
leeraren van hot middelbaar onderwijs te Am-j
sterdam, de heer L. M. Baale, heeft aan den
raad dier gemeente zijn eervol ontslag aange
vraagd.
Ruim zee-en-vijftig jaren, zegt hot N. v. d. I).,
heeft de heer Baale het ouderwijs gediend en
het grootste deel van dien tijd heeft hij de Fran-
ache taal- en letterkunde gedoceerd, en de aan
staande leeraressen en leeraren, die een akte
wonsol)ten te behalen, geëxamineerd.
In den heer Baale, zoo zegt het hlad aan liet;
sflot van een uitvoerig betidht, verliest het mid-l
delbaar onderwijs eon van zijne beste leerkrach
ten, een docent, wien hulde en k>f toekomt, 't la
van allen, die den heer Baale in zijn arbeid hebJ
bon leeren kennen, vooral van zijne collega's en
duizendtallen oud-leerlingen, ongetwijfeld d<
weiisohdat hij spoedig van zijne ongesteldheid
moge herstellen, om nog vele jaren in verdiende
rust te kunnen doorbrengen.
Den Isten Januari 1909 treedt de lieer J.
Grooten, te Amsterdam, af als een der directeu
ren van de Levensverzekering-Maatschappij van
hot Nederlandsche Onderwijzers-genootschap. Dc
heer Grooten is echter herkiesbaar. Aan de deel
nemers is nü, overeenkomstig art. 30 van ho<
reglement der le-vensverz .-Maat schappij, de vol
gende voordracht, ter benoeming van een direc
teur aangeboden: 1. J. Grooten, te Amsterdam:
2. T. Huisman, hoofd der school te Needo (Gel
derland), gediplomeerd oandidaat-actuaria van
do Vereeniging van wiskundige adviseur».
i*Inkoop voor pensioen. De
Minister van Bünnenlandsohe Z&ken brengt i*1
de Staatect. in herinnering aan de onderwijzeri
en onderwijzeressen, aan wie bij gezegeklo be
sohikking is medegedeeld, dat hun vóór 1 Janu
ari 1906 bij het bijzonder lager onderwijs be
wezen diensten overeenkomstig art. 72 der wei
tot regeling van het lager onderwijs bij de even.
tueele regeling van het pensioen in aanmerkinj;
komen, behoudens voldoening der bijdrage in tl*
beschikking vermeld, dat de betaling dier b\j<
drag© in eens, of bij betaling in termijnen
de betaling van den eersten termijn uiterlijk oj
31 December 1908 behoort te geschieden en da
bij niet tijdige storting van de versohuldigdi
bijdrage, of van een termijn daarvan, de vóór j
Januari 1906 bij het bijzonder lager onderwij
bewezen diensten niet bij de eventueele beroke
ning van het pensioen in aanmerking komen.
De Onderwijsquaestie te Hil
ver sum. Men za lzioh herinneren, dat di
onderwijzer J. D. ran V., te Hilversum. voo
eenigen tjjd door dén Hilversumschen. gemeente
raad werd ontslagen, wegens het plegen vaj
ongepaste handelingen met sommige zijner vroü
wolijke leerlingen.
Ged. Staten onthielden aan dit besluit ha
goedkeuring, waarop de raad zidi tot de Kroo
wendde, met verzoek, het besluit van Ged. Sta
ten te vernietigen. Ook de betrokkene zond eoi
adres aan H. M. de Koningin, waarin hij vei
zocht bedoeld besluit van Ged. Staten wM t
willen goedkeuren.
Zoowel het X. 0. G. als de Bond vau Nee'
Onderwijzers boden den heer Van V. een plé
ter aan. om zijne belangen bij den Raad va
State te bepleiten.
De betrokkene, die lid is van den Bond va
Ned. Onderwijzers en niet van het N. O. G.. a-
cepteerde do hulp van laatstgenoemd liehaan
Naar aanleiding hiervan heeft de afdoelin
Hilversum van den Bond Donderdagavond mi
bijna algemeene stemmen het volgende besHi
genomen
,,De afdeeling Hilversum van don Bond v<
Ned. Onderwijzers, géhoord de mededeeling vi
liet hoofd- en afdeeüngsbestuur, dat de hc
Van Veen met terzijdestelling van do vnkve
eeniging. waarvan hij lid is, het N. 0. G. kies
om voor hein b\j den Raad van State als gev<
machtigde op te treden, geboord de diseussU
besluit liet lid J. D. van Veen te royeeron.";
Besdotcn werd, dit besluit in de bladen te p
bliceeren.
Roor de commissie, in de laatste algcmeei
vergadering van het Nederland sdhe' Oiwlerw
ze rs-genootschap benoemd tot onderzoek naar
\veii8cholijklieid van vereenvoudiging der eisch
voor het examen in de nuttige handwerken, zi
do volgende vragen, benevens het program»
voor genoemd examen, verzonden aan de "flirt
j beuren en directrices van kweekscholen, en nj
maallessen en aan de onderwijzeressen in de nt
tige handwerken., aan die inrichtingen verw
den 1. Vindt gij de eisrtien, in bijgaand p
gramma gesteld, te hoog? 2. Hoeveel le6ur
per week vordert de voorbereiding voor 1
examen in de nuttige handwerken van de lef
Hngen uwer inrichting? 3. Hoeveel tijd wol
voor dit vak aan huiswerk besteed? 4. Hebt
de meisjes bij haar komst aan uwe sohool zj
veel geleerd op de lagere school dat aan u
inrichting behoorlijk op de aanwezige kennis i
de handwerken voortgebouwd kan worden?!
Zoo dit niet het geval is, kunt gij daarvoor a
zaken aanwijzen? 6. Ondervinden de meis
nadeelen van het handwerkenonderwjjs. Zoo
welke? (Lichamelijk of bij de studie). 7. A
gij het wenschelijk. dat er oen verlicht© a
voor dit vak wordt ingesteld? Zoo ja. wat zo'
ge dan van bjjgaand programma willen sdlin
pen? 8. Acht gij 't ook wensehelijk, niet f
meisjes te verplidhten liet handwerkexaif
af t© leggen? 9. Wordt aan uwe inrichting j
programma strikt gevolgd, of wordt er meer
daan? 10. Welke wijzigingen (aanvullingen i
wel als weglatingen) komen u wonsoholijk v
in het programma? 11. Welke opmerktm
wensoht gy hieraan toe te voegen?