4 den heer Salomons in omvraag brengen. De heer Ploimp. Mijnheer de voonzilfc- ter, ik zou gaarne nOg ééne vraag doen aan den heer Salomons. Wij hebben den grond in twee «tukken van het Rijk gekre gen. Het eerste «tuk is in ons bezat geko men om te dienen tot straatverbreeding daarna hebben wij nog een stuk gekregen in vollen eigendom Is er bij het plan van het geachte lid rekening mee gehouden, dat heit eerste stuk geheel straat wondt? De heer Salomons. Ja, het wordt grootendeels straat De heer P 1 o m p. Maar het moet geheel straat worden. De Voorzitter. Ik zal het voorstel van den heer Salomons in omvraag bren gen. B. en W. handhaven 'hun voorstel om <ie zaak onmiddellijk af te doen. In stemming gebracht wondt het voorstel van den 'heer Salomons verworpen met 13 tegen 3 «temmen. Vóór stennden de heeren W. Salomons, M. R. N. Oosterveen en D. Ruys. Daarna wordt 'liet- voorstel van B. en W. aangenomen met 15 steanmen tegen 1, die van den lieer Salomons. 12. Rapport en voorstel van B. en W. 'betreffende een adres van de vereeniging Joan van O ldeiub ar nevel d B. en W. stellen voor: 1. afwijzend te be schikken op het adres, voor zooveel dat be treft de benaming van het nieuwe plein2. aan de vereeniging te kennen te geven, dlalfc in het aan te leggen plantsoen gelegenheid zal bestaan te zijner tij-d een gedenkteeken ter eere van Oldenbarnevel'd te plaatsen. De lieer van E s v e 1 d. Mijnheer de voorzittei-, ik stel voor de beslissing over het eerste gedeelte van bet verzoek aan te houden, totdat over den naam van het plein een besluit zal worden /genomen. Het blijkt, dat B. en W. daarover met een niader voor stel (bii den raad zullen komen. Welk be zwaar is er nu, tegelijk daarmee eene beslis sing te nemen op het verzoek, dat in liet adres wordt gedaan? Waarom zullen wij nu reeds aan de vereeniging mededeel en die naam zal nooit, aan liet plein gegeven wor den. De Voorzitter. Ben Wachten in ieder geval den naam Oldembarneveldpleiai niet gewensdlit met (hét oog op verwarring, welke daarvan wordt verwacht. De heer var Esvehl Ik zie niet in, dat het verwarring zal geven. De Voorzitter. Doet u een voorstel om de 'beslissing aan te houden? De heer van K svél d. Ja, mijnheer de voorzitter. De heer Heyligers. Mijnheer de voorzitter, ik kan niet voor <Lat voorstel zijn. De naam Olderibarneveldplein is m. i. alleen gewettigd als daarop een gedenktee ken voor Oldenbaraeveld tot stand komt. Ik voel meer voor het denkbeeld van B. en W. om den naam vooralsnog in 't midden te laten. De lieer van Esveld. Het voorstel van B. en W. strekt om te beslissen, dat nooit de naam van Oldenlbarneveld aan het plein zal worden gegeven. Ik stel voor, dat aan te houden. Door dat voorstel aan te nemen wordt er dus niets beslist. De heer Veis Heyn. Mijnheer de voorzitter, ik vind, dat er wel reden is voor het voorstel van B. en W. Nu wij een Olderebarneveldstraat en een Oldenbame- veldloan hebben, die niet aan elkaar annex zijn, zal er in de toekomst verwarring ko men, als er nog een Oldenlbarneveldploin bij komt weer in een ander deel der gemeente. Het voorstel van B. en W. komt mij daarom juist voor. De heer Oosterveen. Als de Olden- barnoveldlaan uitliep op dit plein, dan zou het rationeel zijn het plein te noemen 01- denbaraeveldplein Maar de Oldenbarne- veldlaan ligt op den Berg en het plein zal komen aan den kant van Leusden. De laan en het plein komen dus niet bij elkaar. Daar om hen ik tegen de inwilliging van 'het ver zoek. In «temming gebracht, wordt het voorstel van den heer van Esveld verworpen met 12 tegen 4 stermmen. Voor stemden de heeren Salomons, van Duinen, van Kalken en van Esveld. Daarna wordt z. li. o. conform het voorstel van B. en W. besloten. 13. Voorstel van B- en W. tot veihurinig van het Vil'dersbosch aan het circus Char les. De verhuring zal geschieden gedurende drie dagen in Juni of Juli tegen een bedrag van 300 De 'heer Oosterveen. Mijnheer de voorzitter, welke dagen zullen dat zijn? Valt daaronder ook een Zondag? De Voorzitter. Dat zal nader be paald worden door de directie van het cir cus. Het hangt r.f van de reis, die het circus zal doen. De heer O o s t e r v e e n. Ik zou er voor zijn te bepalen, dat onder de dagen, waarop de voorstellingen worden gegeven, geen Zon dag mag zijn. De heer Plomp. Mijnheer de voorzitter, gaan wij «dan niet treden in de rechten van bet college van B. en WDe raad heeft naar het begrip der Zondagswet piet de rege ling wat betreft den Zondag voor de voor stellingen niet te maken. De Voorzitter. De dagen zullen na der door B. en W. bepaald worden, die daarbij rekening kunnen houden met de door den heer Oosterveen uitgesproken wensch. De iheer Oosterveeu. Ik zou den Zondag er buiten willen houden. De heer Kroes. Mijnheer de voorzitter, ik ondersteun het idee om niet op Zondag de verhuring te doen plaats hebben. Er blijven dan zes dagen van de week over voor die •voorstellingen De Voorzitter. De bedoeling is dus, dat de verhuring geschiedt voor drie dagen, die niet mogen ziin Zondagen of algemeen erkende christelijke feestdagen. Ik zal dat in stemming brengen. De Iheer van Esveld. Mijnheer de voorzitter, doet u daarmee niet afstand van uw recht als burgemeester? Ik meen, dat het geheel aan den burgemeester behoort toestemming te geven voor eene voorstelling op Zondag De Voorzitter. Dit is een voor stel tot verhuring en dat behoort bij den raad. Als de raad terrein verhuurt, dan kan hij daaraan voorwaarden verbinden omtrent den tijd van de verhuring. Bij de stemming verklaren zich acht le den teg n het gewijzigde voorstel en acht daarvoor. Tegen stemden, de heeren Ce- losse. Tromp van Holst, Gerritsen, Heyli gers, van Esveld, Plomp, van Duinen en Hagedoorn. Vóór de heeren D. Ruys, W- Salomons, Hamers, Oosterveen. Van Kalken, Veis Heyn, Kroes en Visser. De stemmen staken derhalve, zoodat de beslissing moet worden aangehouden tot de volgende vergadering. 14. Voorstel van B. en W. betreffende den afbraak van een der schuren op het Vildersbosch en weder opbouwen ten dien ste van den gemeente-reinigingsdienst. De Voorzitter. Ik vertrouw, dat de raad zal willen sanctioneerden wat B. en W. zonder zijne machtiging hebben ge daan, namelijk door alva-t te beginnen met den afbraak van deze schuur. B. en W. hebben gemeend dat te moeten doen dn het belang van de werkverschaffing, omdat er thans veel werkloosheid heerscht. Wordt z. h. o. conform het voorstel be sloten. 15. Voorstel van B. en W. betreffende de vrijwillige brandweer. B. en W. stellen voor den band tusschen de gemeente en de vereeniging eenigszins nauwer te maken door vaststelling van de volgende bepalingen 1. de statuten en alle reglementen zijn aan de goedkeuring van B. en W. onder worpen 2. de rekening en verantwoording is aan de goedkeuring van B. en W. onderwor pen; zij worden aan dit college jaarlijks met alle bijlagen ingezonden 3. de benoeming van commandeurs ge schiedt door B. en W. na ontvangst van eene aanbeveling van ten minste 3 perso nen voor iedere vacture. Ten aanzien van de vraag aan welke van de twee opgerichte vereenigingen de sub sidie en de beschikking over het materieel der gemeente moet gegeven worden, ont houd' de meerderheid van B. en W. zich van advies en wil de beslissing aan den raad overlaten. De minderheid adviseert onder de aangegeven voorwaarden eene jaarlijksche subsidie van 200 en het ma terieel beschikbaar te stellen aan de ver eeniging, wier voorzitter thans de lieér G. van Dorssen is. De heer Plomp. Mijnheer de Voor zitter, ik wil in de eers e plaats B. en W. dank zeggen voor de nota, die zij naar aan leiding van de vragen, die zijn gedaan be treffende den toestand van de brandweer, aan den raad hebben medegedeeld. Hit die nota blijkt, dat als er geschillen zijn ont staan in de Amersfoortsche vrijwillige brandweer, die geschillen niet betreffen het doel van de vereeniging om de burgers te helpen. Dat is eene geruststellende zaak. In de tweede plaats is gebleken, dat de lust om te helpen niet kleiner geworden is. Wij hebben nu twee vereenigingen met een grooter aantal leden dan vroeger de eene vereeniging telde. Hoe is dat te verklaren? Ik wil de goede zijde zoeken en wil dus aannemen, dat de lust bestaat bij de leden om hunne mede-ingezetenen in den nood te helpen Deed ik dat niet, dan zou mijne conclusie moeten zijn, dat men elkaar een hak wil zetten. Ik acht deze burgers van Amersfoort te goed om. zoo iets van hen te gelooven. Maar als ik het geloof, dan is hef de plicht van den raad te zorgen, dat de bestaande onaangenaamheden tot nul worden gereduceerd. De raad moet alles doen om te bevorderen, dat er eene schik king komt tusschen de verschillende ele menten, alvorens het materieel van de ge meente ter beschikking te stellen. In die gedachte heb ik het gewaagd een voorstel te doen, dat ten doel heeft het voorstel van B. en W. voorloopig nog in beraad te houden. Het voorstel is gebaseerd op het vertrouwen, dat er goede ele menten in de beide vereenigingen zijn, die behoefte zullen voelen zich te vereenigen tot ééne vereeniging. In de tweede plaats wil ik uitdrukkelijk doen uitkomen, dat, als de ïaad een van de vereenigingen zal moe ten kiezen, hij dat doet zonder de andere als minderwaardig te beschouwen, hetgeen, wrok zal voorkomen. In de derde plaats zou ik graag gelegenheid wilden geven tot eene eervo-Ue retraite, voordat de Raad zijn be sluit neemt. Wanneer blijkt, dat er elemen ten zijn, die niet met elkaar kunnen wer ken, clan is'de gelegenheid-gegeven om zich op eenvoudige wijze terug te trekken vóór het besluit van den raad. Die weg is aan gewezen voor ieder die zich heeft aangeslo ten. bij de beide vereenigingen, doch om welke reden dan ook, niet kan mede werken met ide meerderheid Wanneer er elementen worden aangetroffen, die tot sa menwerking ongezind zijn, dan gaan zij er uit. Dat is de weg, die zal moeten worden gevolgd. Wanneer dë raad mijn voorstel aanneemt, dan is de richting aangewezen van wat de besturen der beide vereenigin gen zullen moeten doen, en dan heb ik al tijd nog eene flauwe hoop, dat zij zullen medewerken om de scheiding te doen op-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 8