S°. 368. 7"* Jaargang. Maandag 28 Juni 1909. BUITENLAND. FEUILLETON. Voor 't Vaderland. :OORTSCH DAGBLAD. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franco per post- 1.50. Afzonder.'q Ire nummers- 0.05. Daze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest dagen. Advertentidnmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur s morgens bjj de Uitgever» in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C°. Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meer - 0.10. Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 eciits bq vooruitbetaling Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoelige bepalingen tol het herhaald adverteeren in dit Blad, bq abonnement. Eexe circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. A.an hendie met 1 Juli a. s. op dit blad inteekenen, worden de nummers die ge durende de maand Juni nog zullen verschijnenkoste loos toegezonden. Politiek Overzicht l>e financieele hervorming in Duitschland. Nu de erfenisbelasting, de hoeksteen van het door den. bondsraad aan den rijksdag voorgelegde financieele hervormingsplan, is verworpen en daarmee het bewijs geleverd is, dat de meerderheid van conservatieven, cen trum en Polen de financieele hervorming naar haren zin tot stand wil brengen, gaat de verdere behandeling van de afzonderlijke be- lastingontwerpen vlug haren gang. Op één dag zijn vier wetsontwerpen aangenomen: de belasting op den overgang van onroerend goed, de verbooging van het wisselzegel, de verbooging van het invoerrecht op koffie en thee en de belasting van de verlichtingstoe- stellen, allen naar de besluiten van de fi- nar.cieele commissie. Daarna beeft de rijks dag zich tot Woensdag rust gegund. Dan zal de sociaal-democratische interpellatie over de hooge graanprijzen behandeld wor den en vervolgens de wetgevende arbeid op financieel gebied worden voortgezet in het snelst mogelijke tempo. Voor elk van de drie groote belastingontwerpen op de con- sumtie-artikelen bier, tabak en brandewijn is één dag bestemd. Dan moet de derde lezing nog plaats hebben, waar men zich met den Franschen slag door heen wil slaan, zcodat het einde van het werk omstreek 8 Juli is te verwachten. Maar inmiddels staat men reeds thans voor de groote vraag: Wat nu? Met die vraag houdt de openbare meening in Duitschland zich druk bezig. Links is men eenstemmig van oordeel, dat er slechts keus is tusschen twee mogelijkheden: vorst Bü low moet aftreden als rijkskanselier en het veld ruimen voor de nieuwe meerderheid, die in den rijksdag het blo'k heeft verdron gen, of hij moet den rijksdag ontbinden en een beroep doen op de kiezers. Van die twee mogelijkheden wordt de tweede door alle or ganen van links aangeprezen. Uit alle vrij- zir cige bladen, en eveneens uit de natio- naal-liberale organen en uit de Vorwarts, het hoofdorgaan van de sociaal-democraten, klinkt de kreet: ontbinden; men verlangt, dat vorst Bülow niet, door af te treden, het land in eene grenzelooze verwarring zal laten blijven, maar den strijd over de financieele hervorming door het land zal laten beslis sen. Ook in de organen van de middenpar tijen wordt erkend, dat dit de eenige uitweg is. Daartegen verkondigen de Kreuz-Zeitung en de Deutsche Tageszeitung, de beide or ganen die de leiding hebben gehad in den strijd tegen de regeering, dat de financieele hervorming zeer goed nog met Bülow ten einde kan worden gebracht, en zij richten tot alle burgerlijke partijen de uitnoodiging daartoe mede te werken. Het groote belet sel, de erfenisbelasting, is nu gevallen, zegt de Kreuz-Zeitung, en alle vaderlanders zul len den wensch en de hoop deelen, dat thans de financieele hervorming tot stand komt. Ook de Deutsche Tageszeitung zegt, dat de weg nu geëffend is voor zakelijken ar beid. Bülow heeft voor de erfenisbelasting gedaan wat in zijn vermogen was. Nu mag men vertrouwen op zijn zin voor reëele poli tiek en dat hij de zakelijke noodzakelijkheid en den vaderlandslieven den plicht erkent om met de meerderheid de financieele hervor ming tot stand te brengen en zich daardoor den dank der natie te verzekeren." Wat zal de regeering doen? Dat is nog onzeker, maar men zal wel spoedig vei- nemen, welke gedragslijn zij heeft gekozen. Verleden Zaterdag heeft de rijkskanselier met den Keizer te Kiel het gesprek gevoerd, waarin het richtsnoer is vastgesteld voor de verdere ontwikkeling van de zaken. Uit het officieuse bericht over deze audiëntie, dat onder de telegrammen is opgenomen, blijkt, dat vorst Bülow zijn ontslag heeft aange boden, maar dat de Keizer in het stadium, waarin de zaak zich nu bevindt, geen termen heeft gevonden om hem te laten gaan. Voor dat hij zich naar Kiel op weg begaf, heeft vorst Bülow aan 't bestuur van de conserva tieve partij laten mededeelen, welke voort brengselen van de conservatief-clericale wet- tenmakerij volstrekt onaannemelijk zijn. Namens den rijkskanselier werd schriftelijk verklaard, dat de „Kotierungssteuer", de belasting op den omzet van molens en het uitvoerrecht op steenkolen onaannemelijk zijn, voorts dat er onoverkomelijke beden kingen bestaan tegen de belasting op par fumerieën, terwijl wat de belasting op de waardevermeerdering van onroerende goe deren betreft, verwezen werd naar de laatste verklaringen van staatssecretaris von Sydow. Wat met dezen stap is bedoeld, woixlt in eene officieuse correspondentie van de Köln. Ztg. uit Berlijn aldus toegelicht: „De beteekenis van dezen stap, die als een ongewone kan worden aangeduid, zal men eerst dan kunnen onderkennen, wan neer men zal weten wat in Kiel is gebeurd en besloten. Zuiver zakelijk dekt zich de mededeeling aan de conservatieven geheel met datgene wat de rijkskanselier en de ver tegenwoordigers van de rijksregeering her haaldelijk in den rijksdag hebben verklaard, en het spreekt eigenlijk van zelf, dat van deze verklaringen niet kan worden afgewe ken. Wanneer nu echter de mededeeling be paald aan de conservatieve partij gericht is, dan kan eene bijzondere overweging daartoe aanleiding gegeven hebben. Terwijl de hee- ren van het zwarte blok den liberalen steeds het verwijt doen, dat zij de invoering van eene parlementaire regeering op het oog hebben, trachten zij zelf haar in den aller- scherpsten vorm op te richten. Het is het recht van eene politieke partij, wetsontwer pen van de regeering te verwerpen of te ver anderen. Maar het strijdt met elke parle mentaire gewoonte tot dusver in Duitech-j land, dat groote partijen de regeering daar door uit de wetgeving als 't ware uitscha kelen, dat zij een geheel nieuwen grondslag voor de beraadslagingen maken en het resul taat van deze, terloops gezegd lichtvaardig en slecht voorbereide overleggingen aan de regeeringen willen opdringen met de uiter ste middelen van parlementairen dwang. Deze parlementaire dwang, deze „heerschap pij van het parlement" drukt zich nog scher per uit in het plan van het zwarte blok om de gezamenlijke financieele wetten onder eene „mantelwet" te brengen, die aan de regeering voor het heden en voor de toe komst de mogelijkheid van de vrije beweging en van het initiatief zal ontnemen. Het kan als zeker beschouwd worden, dat rijkskanse lier en bondsraad niet van zins zijn zulk eene „mantelwet" aan te nemen, evenmin als de door den rijkskanselier in zijne mede deeling genoemde wetsontwerpen, die geza menlijk niets anders zijn dan het verlangen van het zwarte blok, eene op den wil van de partijleiders steunende heerschappij van het parlement in te voeren. Dit zoo ken schetsende streven moet het geweest zijn, dat den rijkskanselier aanleiding gegeven heeft tot zijne mededeeling. Met dit streven rekening te houden en het te erkennen, daartoe bestaat in gezaghebbende kringen niet bet voornemen". Duitschland. K i e 1, 2 6 J u n i. De Keizer ontving heden voormiddag den rijkskanselier en den chef van het civiele kabinet Valentini. Om 2.55 reisden beiden terng. Be r 1 ij n, 2 6 J u n i. In de audiëntie, die vorst Bülow heden bij den Keizer had. over den staatkundigen toestand, heeft hij' dezen verzocht om onmiddellijk onitsiag. De Keizer weigerde echter op het tegen woordige tijdstip den wenvsch van Bülow, te vervullen en wees er op, dat volgens de eenparige overtuiging der verbonden regee ringen het spoedig tot standkomen Van de financieele hervorming, zoowei voor de bin nen lands che welvaart als voor de positüe van het Rijk tegenover het buitenland eene levensvraag is. Onder die omstandigheden, kon hij niet eerder in. overweging nemen of de wensch van den rijkskanselier zou worden vervuld, dan als de arbeid voor de hervorming vau de financiën des Rijks een positief en voor de verbonden regeermgen aannemelijk resultaat zou hebben opgelet verd. Blijkens de officieele opgave van den uitslag van de stemming in dón. rijksdag over de erfenisbelasting, telt de rijksdiag 394 Ie diener zijn drie vacatures ten! ge volge van overlijden. Elf leden waren af wezig, terwijl twee tegelijk met ja en met neen gesteand hebben hunne stem was dus ongeldig. Onder die afwezigen was de voor zitter vair den rijksdag, graaf Stolberg. Zes conservatieven hebben voor gestemd, drie leden van de rijkspartij tegen. De Nordld. Allg. Zeitung schrijft naar aanleiding van deze beslissing, dat do meerderheid van den rijksdag daardbor de politieke groepeerimg van de partijen uit een heeft doen spatten', die sedert do ver kiezingen van Januari 1907 bestonld' en voor het afdoen van do rijkszaken zeer nuttig en vol succes was gebleken. „Zij heeft door dit doen uitoem vallen niet alleen het toen verkregen' succes van het eensge zinde optreden, der burgerlijke partijen te genover de sociaal-democratie illusoir ge maakt, maar zij heeft ook hot groote werk Van de hervorming der rijksfinanciën na lange en moeieLijke onderhandelingiein kort voordat het zou worden beëindigd, op losse schroeven gesteld'. De regeerimg moet van de nieuwe meerderheid het bewijs verwiach ten, dat zij na de verwerping van de erfe nisbelasting iaii staat is heatVormingsvoor- s tellen te bieden, die met de begin sol en der rechtvaardigheid vereendgbaar zijn on niet aan de bronnen der welvaart van het' Land raken. „De meerderheid Van dem rijksdiag zal' daarbij niet in twijfel mogen verkeereri, dat do verbondon regeeringen nooit belas tingen kunnen en zullen aanniemem, die inzonderheid industrie en handel in hun' levenszenuw treffen. De verbondoni regee ringen zullen veeleer van elk der belasting voorstellen. op zich zelf nagaan of het zake lijk gerechtvaardigd is en zullen, als eene poging mocht worden beproefd hun dloor een .Mantelgesetz" of in andoren vorm belastangen- op te dringen, die zij Voor om- aannemelijk hebben verklaard, liever het geheel© hervormingswerk afwijzen', dan dat zij hnnne toestemming zouden geven tot voorstellen, die aan de Duiteche samenle ving duurzaam nadeel moeten brengen1." Frankrijk. In zijne rede bij bet interpellatie-debat over de algemeene politiek vroeg Jaurès of het waar was, dat de regeering plan had gehad nog 2000 postbeambten te straffen, boven en behalve die welke reeds wegens hunne deelneming aan de staHng zijn ont slagen. „Wij hebben besloten dat niet te doen", zeide de minister-president Clemen- oeau. „Gij hebt het dus overwogen", was het antwoord van den socialistisch en spre ker. Onderstaats-secretaris Simyan wilde op staan om nadere inlichtingen te geven, maar een ander lid van de regeering dwong hem weer *e gaan zitten. P a r ij s, 2 7 Juni. In eene rede ter herinnering aan den slag van Solferino zeide de minister van oorlog, dat de gedenkwaar dige dagen van dezen veldtocht tussclïen de beide latijnsche volken eene-onverbrekelijke wapenbroederschap hebben gesmeed. De toe komst zal Frankrijk en Italië niet meer scheiden, die onverbrekelijk verbondon zijn door 1 et gemeenschappelijk erfdeel van den heldenmoed. Issy, 26 Juni. Blériot deed hedón avond met zdjm monoplan een prachtige luchtreis van 37 minuten. Marseille, 26 Juni. Er is door tusschenkomsfc van den minister van marine een overeenkomst getroffen tusschen de „inscrits maritimes" en de reeders, waar door de staking geëindigd is. Morgen zal de arbeid hervat worden. De vereeniging van reeders te Marseille heeft zich bereid verklaard hare geschillen met het scheepsvolk, te ond'erwerpen aan de uitspraak van minister Picard al3 scheids rechter, maar zij heeft daarbij tevens dien wensch uitgesproken, dat 's ministers beslis sing haar zou beschermen tegen verdere, on gerechtvaardigde eischen en bedreigingen der inscrits maritimes. Engeland. Eenigszins verrassend komt het berioht van eene verandering, die gekomen is in de samenstelling van het kabinet. Lord F-itz- miaurice is afgetreden als kanselier van heb hertogdom Lancaster en in zijne plaats is benoemd de heer Herbert Samuel, thans vice-minister in het Home Office. Heb kan- seliersohap van het hertogdom Lancaster verschaft op zich zelf weinig werk, maar het aanzien van het ambt is groot en verschaft den bezitter den rang van kabinetsminister de nieuwe titularis, die aan zijn eigenlijk ambt zeer weinig tijd behoeft te besteden, zal des te meer tijd kunnen wijden aan de verdediging van de algemeene politiek van de regeering en daarin den eersten minister Asquith en den kanselier der schatkist Lloyd George tot steun kunnen dienen. Hij komt op betrekkelijk jeugdigen leeftijd, 39 jaar, tot dit hooge ambt en is de eerste Jood, die iden rang krijgt van kabinetsminister. Ah reden voor het aftreden van lord Fitz- maurice wordt opgegeven, dat zijne gezond heid hem niet toelaat verder een regeeringa- ambt te bekleoden. Hij is de jongere broeder van den markies van Lansdowne, den leider van de unionisten in het hoogerhuis; dit, gevoegd bij tie omstandigheid dat. men tot dusver nooit van ziekte bij hem had gehoord, maakt, dat die mededeeling eenigszins skep- tisoh wordt opgenomen. Intusschen deed ook hij nog wat meer dan zijn eigenlijk ambt waarnemenhij was het likl van de rege ring, die het departement van buitenland- sohe zaken in het hoogerhuis vertegenwoor digde. Daarin zal nu nog moeten wordeu voorzien. Denemarken. Kopenhagen, 26 Juni. Het con gres van de Association internationale litté raire et artietique is heden gesloten. Het volgende congres wordt in 1910 in Athene gehouden. Zweden. Stockholm, 26 Juni. De Koning en de Koningin voeren met den minister van buitenlandsche zaken Taube do Stan- dart, die den Czaar, de Czarina cn den Rus- sischen minister van buitenlandsche zaken aan boord had, te gemoet. Op de Standart had oen hartelijke begroe ting plaats. Do Standart en de begeleidende schepon voeren daarop door naar Stockholm, waar de vorstelijke personen zich aan wal begaven en. gevolgd door eene eere-escorte, naar het paleis reden. Hier ontving d© Koningin- moeder Sophia den Czaar en de Czarina. De Czaar droeg Zweedsche en de Koning Russische mai*ine-uniform. Des avonds had in het slot, ter eer© van de Russisch© gasten, een feestmaal plaats van 350 couverts, waarbij de Koning en de Czaar zeer hartelijke dronken wisselden en- de hoop uitdrukten, dat de uitmuntend© be trekkingen tusschen de beide landen zicli etc-eds meer zouden bevestigen. Na het diner begaf het Russische Keizei'paar zich tei*ug aan boord van de Standart. 2 7 Juni. Om 1 uur heden namiddag had aan boord van de Standart een déjeu- mer plaats, waartoe de Koning en de Ko ningin van Zweden en de leden van de ko ninklijke marine genoodigd waren. Om 4.25 lichtten d© Standart en de schepen van de Russische en de Zweedsche marine, die tot geleide strekten, het anker. De Standart voer naar het slot Tullgarnde Koning en de Koningin van Zweden begaven zich per automobiel daarheen. D© Czaar schonk bij zijn vertrek 10,000 kronen voor de armen van Stockholm. Stockholm, 27 Juni. De ©lief van de kust artillerie, generaai-m'ajoor Beekman, is omstreeks middernacht m den midden in de stad golegen Keningstuin dooi- een. revolverrechot iuu den rug gedood. In zijn gezelschap bevonden zich verschei dene hooge officieren. Die dader, een Zweedsche werkman, schoot zich terstond dood Noorwegen. Drontheim, 27 Juni. Wellmann's oxpeditiestoomboot Arotic is van Danckö teruggekeerd met het boricht, dat de ballon hal n weggewaaid. Wollmann, die op hot punt stond uit Tromsö te vertrekken, is om gekeerd Het is daardoor aan twijfel onder hevig of do tocht naar de Noordpool dit jaar ral plaats hebben. Naar htt Fransch van Edmond Ltpellefier. 25 m DO»B J. L. VAN DER MOER. Jonas die, zooals men heeft kunnen zien, de menschen aardig bij den neus wist te ne men hief het hoofd krijgshaftig omhoog en begaf zich, ofschoon kreupel, toch met flin- ken pas naar den toren, waar hij zijn ver blijf had. En terwijl hij de steile trap be klom, mompelde hij in stilte: „Als de graaf Van Rijsoor en z'n vrinden nu van avond maar niet worden lastig gevallen... Er was meer beweging van gewoonlijk onder de Spaansche troepen, en ik heb 'n massa volk 't paleis van Alva zien binnengaan." De geur van een heerlijke soep stemde hem vroolijk, toen hij zijn woonkamer bin nentrad. „Waar kom je zoo laat- van daan?" vroeg zijn vrouw, blijkbaar 'n 'beetje uit haar hu meur. ,,'fc Eten is haast bederven." „Kom, kom, ik heb trek," sprak hij op gewekt, terwijl hij aan de lompe, vurenhou ten tafel plaats nam. Hij had nog niet gegeten, waarmee hij deq commandant dér patrouille ook al bedót had. Hij scheen er innerlijk pleizier van te heb ben, terwijl hij de heerlijke, dikke soep met zijn lepel omroerde. „Moet jij niet eten, Seraphine?" „Nee. Jij gaat me tegenwoordig te veel uit... vandaag of morgen breng je ons nog in ongelegenheid. Als 'k tenminste maar wist waar je zat... maar mij wordt niets gezegd... Praat *k soms te veel? Al de mannen zijn eigenlijke gemeen© kerels," bromde do vrouw, terwijl zij heen en weer Mep en stoe len en banken op zijde schoof, als om haar eeuwigdurende lichtgeraaktheid zelfs tegen de meubels te uiten. Met de handen op de heupen bleef zij eensklaps in een uitdagende houding staan. Zij werd nog meer geprikkeld door het zwij gen van haar echtgenoot, die een varkens kluifje uit de pan met lekkere kool had ge nomen en dat met graagte verorberde. „Je doet verkeerd, niet naar m© te luiste ren, Jonas. In plaats van langs de straat te slenterenzou je beter doen voor je klok ken te zorgen 1" „O, die zorgen dienen tot niets meer, de klokken zijn dood," antwoordde Jonas treu rig, „de Spanjolen hebben ze dood' go- maakt." „Zwijg toch... je zult op 't laatst nog met je eigen 'klokketouwen worden opgehangen." „M'n touwen? Over 'n poosje heb 'k er geen meer. Ze hebben me er al drie afgeno men." „Wie dan?" „De beul... hij kreeg gebrek... hij heeft van den winter zooveel werk gehad 1" De vrouw beefde. „Wordt je daar dan niet bang voor?" vroeg zij zachtjes. „Van de twee, die er nog over zijn, kunnen ze er altijd! nog een voor jou gebruiken." „Ik ben niet bang voor den dood," ant woordde Jonas trotsch. „Van 't leven zal 'k niets betreuren, niets... dan m'n klokken!" 'Bewogen, zweeg hij even. Dan ging hij ontroerd voort, als sprak hij vertrouwelijk ea eerbiedig over teerbeminde maitressen „Ik hechtte aan 't leven, toen z ij luid den voor m'n laaid, toen z ij 't welluidende, triomfantelijke sein gaven voor de Vlaam- schc feesten en vermakelijkheden. Maar te genwoordig? Er is niemand meer die zich vermaakt, de stad is somber als 'n kerkhof, on z ij luiden niet meer, bij dag en bij nacht dan alleen voor de door den vreem deling vermoorde slachtoffers „En ik zeg, dat 't 'n krankzinnigheid ie, die over jullie allemaal is gekomen, die op roerige geest, die verontwaardiging tegen den hertog van Alva! Kunnon jullie dan niet be daard thuis leven en behoorlijk eten en drinken, zonder je in 't hoofd te halen om de heerschers, <W© God ons gezonden heeft, 't land uit te jagen? Jullie zijt gek en on- noozel, allemaal Het eten was gedaan. Jonas nam zwijgend zijn lantaarn en klom, treurig gestemd naar boven in den toren. Daar hingen ze vóór hem, de bronzen klokken, die vroeger vreugde wekten in alle harten. Als reusachtige, omgekeerde kelken, gaven zo in het half-'duister een zwak, ros sig schijnsel af, maai* iedere kelk was ledig en de klank was er u'it verdwenen. Jonas streek met de hand over haar ronde buiken en hij verheugde zich, toen hij er eenige siddering ini meende te bespeuren. Zachtjes begon hij er met de nagels tegen te tikken, heel zachtjes, uit vrees dat de Span jaarden anders soms aan eenig signaal zou den denken. Ze klonken slechts voor hem, en als be dwelmd van vreugde luisterde hij met uitge- strekten hals naar die tonen. Maar plotseling werd hij uit zijn bedwel ming wakker geschud. Een schel hoornge schal weerkaatste tegen de oud© muren van den wachttoren. Wat was er gebeurd? Had hij in zijn op gewondenheid, vervoerd door die beminde stemmen, te hard tegen zijn bronzen zang- sters gestooten? Geheel in de war gebracht en vreezend zoo dadelijk de verwonderde, kwaadaardige vijanden te zullen zien binnen stormen, strompelde hij de trap af, naar zijn woonkamer. Maar beneden klonk nog immer dat trom petgeluid, als bij een charge of bij den aan val op een vesting, en eensklaps verscheen op den drempel van de wiid openstaande deur een Spaansche trompetter, die kalm met blazen voortging. Hij maakte .een barbaarsch leven in het lage, nauwe vertrek, waarom Séraphine naar haai keukentje vluchtte. Jonas zelf trad verschrikt achteruit. Intusschen herstelde hij zich eenigszins, toen hij bemerkte dat althans niet een heel regiment binnenkwam. Toen de trompetter eindelijk ophield, gaf hij hem een in vieren gevouwen papier over. Het was een biljet van inkwartiering, gel dig voor den geheelen tijd, dien het garni zoen in de stad zou verblijven. „Goed," sprak Jonas, die zijn kalmte her kregen had. „M'n vrouw zal de bovenkamer voor u gereed maken. Jo9é Cortadilla zoo heette de trompet ter, volgens het biljet struikelde, terwijl hij naderbij kwam. Hij scheen 'dronken, te zijn, maar was volstrekt niet spraakzaam. „Ik zal je maar dadelijk vertellen," zei hij, zijn snor opdraaiend, „en luister goed, dat 'k er niet van houd veel te praten. Ont houd dus, dat als 'k thuis kom, ik dei. marscli blaas, dien je zooeven gehoord hebt. Heb 'k honger, dan blaas 'k dit signaal... En hij gaf eou langen, scherpen stoot op zijn instrument. „Heb 'k dorst..." Er volgden eenige hooge tonen de wa termarsch. „Wil 'k slapen..." Het was een heele serie van signalen. Jo nas knikte telkens ten teeken van goedkeu ring, ofschoon hij wel bang was dat het ser vies, dat in de kast stond te rammelen, zou breken, en geruimen tijd dacht hij dat hij van die schelle tonen totaal doof zou worden Wat Seraphine betreft, deze zat angstig in een hoekje van d© keuken, en bij elk nieuw fanfare maakte zij 'n kruis. Toen haar man binnentrad, sprong zij verschrikt op. „Wees maar niet bang," sprak hij, ,,'t i- weer 'n onaangenaamheid meer in ons leven. Ga 't kamertje boven maar in orde maken."' Aarzelend trad zij het woonvertrek bin nen, waar de wenteltrap van den toren door heen liep. José Cortadilla knikte, terwijl hij haa* zag heengaan, en meende op zijn manier hiermede iets bijzonder galants te doen. Maar dó eetlust sprak bij hem blijkbaar sterker dan het gevoel, want hij ging kalm aan de tafel zitten en at het overschot va', de ham en de soep op, waaraan dó klok luider en zijn vrouw zeker nog wel twe© d" gen genoeg zouden gehad hebben. „Tarantatara... ta'tarra!" Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1909 | | pagina 1