ning van pensioen aan weduwen en weezen
van militairen en gepens. militairen der
land- en zeemacht beneden den officiers
rang.
Daarna werd behandeld het wetsontwerp,
gevende gelegenheid nog tot 1 October a.s.
muntbiljetten in te wisselen.
De heer van Nierop opperde bedenkin
gen tegen het stellen van zulk een korten
termijn. Spreker zou echter voor het ont
werp stemmen in de hoop, dat de Regee
ring bij een nader ontwerp genoemden ter
mijn nog ruim verlengen zal.
De heer Van der Biesen sloot zich Jrier-
bij aan. Het ontwerp werd aangenomen,
nadat minister Kolkman had .toegezegd,
dat hij indien met October nog een aantal
muntbiljetten niet ingewissel zijn, nog
een'ge ter mijn-verlenging zal voorstellen.
Nog zijn goedgekeurd verschillende wets
ontwerpen, o.a. tot bekrachtiging der na
dere overeenkomst met de H. IJ. S. M.,
betreffende den spoorweg KwadijkEdam
Volondam, tot toekenning van een nader
renteloos voorschot aan de Westlandsche
T r am m aatsch ap pij tot onteigening der
eigendommen voor den spoorweg Van Hat-
tern naar Kampen.
Bij de behandeling van bet wetsontwerp
tot wijziging der Rijkspostspaarbankwet
opperden de heeren van Nierop en Stork
bet denkbeeld der beleggingsgelden voor de
geddem van de Rijkspostspaarbank te ver
ruimen, in diou z'in dat ook de gelden be
legd kunnen worden voor sociale doelein
den, bijv. voor den bouw van arbeiderswo
ningen.
Minister Regout beloofde overweging
maar oordeelde dat eene dergelijke 'beleg
ging nog al bezwaarlijk is.
Na aunneming der Cura5a0sc.be mijnwet
kwam aan de orde de Schepenwet,
welke bestreden werd door den heer Rahu-
sen als een -onnoodige en niet gewenschte
uitbreiding van staatsbemoeiing. Boven
dien wordt aan de regeering car,te blanche
gegeven om straffen toe te passen op (han
delingen, welke den. Staten-Generaal on
bekend zijn. Dat is ongrondwettig naast dit
principieel© bezwaar ontwikkelt spreker ook
eenige bezwaren van praetiscben aard en
hij drukt de vrees uit, dat wij met 's minis
ters regeeringsibureiau wêer <kai weg op gaan
van vee"! geld' venteran.
Heden 11 uur voortzetting.
Berichten.
I)e Staatscourant van Dinsdag 29
Juni bevat o.a. de volgende Kon. Beslui-
ten:
op verzoek eervol ontslagen P. G. W.
baron van Imhoff, als vice-president der
rechtbank te Amsterdam, met dankbetul-
ging
benoemd tot officier in de Oranje-Nassau-
ordo dr. N. P. van Spanje, geneesheer-di
recteur van het O. L. Vrouwe Gasthuis te
Amsterdam
benoemd voor 1 jaar tot leera&r aan de
R. H. B. S. te Warfum H. L. van Harre-
veld, thans tijdelijk;
tot reserve 2c luitenant van het 7e regi
ment infanterie de vaandrig W. L. van
Kempen en W. de Haan, van het korps;
benoemd voor 1 jaar tot rijks-havenmees
ter bij den tramweghaven te Hellevoetsluis
de sluis-ravenmeest^r aldaar A. Weenenbos;
tot rijks-havenmeester bij den tramwegha
ven en buitenhaven te Middelharnis J. van
der Velde, tijdelijk rijks-havenmeester te
Middelh rni«;
tot burger-apotheker bij de marine K.
Holm, thans tijdelijk.
Voorloopig is vastgesteld dat Hare
Majesteit de Koningin-Moeder den vijftien
den Juli een tuinfeest zal geven op het lust
slot Soestdijk.
Prins en Prinses Kuno van Japan
stapten Zondag namiddag te ongeveer 5
uur af aan het Pal acehotel te Sc heven Ln-
gen om er db thee te gebruiken, welke op
verzoek van de hoogo gasten tot ongeveer
uur werd1 voortgezet in de fraaie appar
tementen aan de zoozijde. De Vorstelijke
personen plaatsten hun hand'teekoningen in
het Guldien Boek van ScheveningenBij
hun tocht door de stad bezochten zij 60k
liet Mfturitshuis.
Gisteren ochtend 9 uur 24 begaven zij
zich naar Amsterdam, om vandaar te on
geveer 5 uur 's namiddags terug te kteeren.
Prins en Prinses Kuno kwamen met den
trein van 10.27 uur uit de Residentie in de
hoofdstad aan. Zij begaven zich met gevolg
rechtstreeks naar de keurig versierde politio-
boot, die in het open ba venfront gereed lag,
en waar de gasten door den burgemeester,
mr. W. F. van Leeuwen, ontvangen wer
den.
Aan den wal stonden honderden toeschou
wers, die de Japansche Prins en Prinses eer
biedig groetten. De boot zette zich weldra
in beweging tot 'het maken van een tocht
door de wateren van onze stad. De volgende
weg werd afgelegdOostelijke doorvaart,
langs de Maatschappij Nederland" en de
Koninklijke Maatschappij, om het IJ-eiland,
terug door Oosterdoksluis, Oosterdok, Oude
schans, Zwanenburgwal, Amstel, Heeren
gracht, Reguliersgracht, Leidschegracht,
Buitensingel, Rijksmuseum.
Nadat de keizerlijke Prins en Prinses
het Rijksmuseum met veel belangstelling in
oogenschouw genomen hadden, werd de
tocht per boot voortgezet van het Museum
door Singelgracht, Leidschegracht, Heeren
gracht, naar het huis van den Burgemees
ter.
Ten huize van den Burgemeester gebruik
te het hooge gezelschap de lunch. Daarna
'begaf men zich in rijtuigen naar de dia
mantslijperij van de firma Asscher in do
Tolstraat
Na dit bezoek werd naar het Kon. Pa
leis op den Dam gereden.
Te 4.15 vertrokken de Japansche gasten
naar den Haag.
Wegens de tegenwoordigheid van
eenige ministers heden te Groningen, is
de Dinedagscho vergadering van den Minis
terraad gisteren gehouden.
Het ministerie. Do Tijd ont-
viug uit 's Oravenhage van volkomen goed
ingelichte zijde de mededeeling, dat het be
richt der .Haagsche Courant'' als zou het
ministerie de porfïeuifles ter beschikking
hebben gesteld, beslist onwaar is.
De minister van Oorlog, hoewel se
dert het begin van Mei weer aan zijn depar
tement werkzaam, gaat wegens zijn gezond
heidstoestand nog niet naar de vergaderin
gen der Eerste Kamer, zoodat zijn ambtge
noot van Marine zich gisteren belastte met
do verdediging van de wetsontwerpen, het
ministerie van Oorlog betreffende.
Te 's Oravenhage is aangekomen de
'heer L. Porr, consul der Nederlanden te
Koningsbergen
Het antwoord van Dr. Kuyper.
In ,,De Standaard" komt het volgen
de ingezonden stuk voor van Dr. A.
Kuyper
,,In no. 2829 van ,,Het Volk" leest men
de mededeeling van een interview, reeds
blijkens den titelLintjeshandel, strekkend,
om den indruk te maken, als had ik in
1903 de verleening van een ridderorde be
vorderd, teneinde daaruit munt te slaan,
niet spreekwoordelijk, maar in eigenlijken
zin.
Naar aanleiding hiervan veroorloof ik mij
op te merken
lo. dat ik het aanzoek om een decoratie
in Januari 1902 gedaan, terstond afsneed
door op te merken, dat hiervoor geen enkele
titel aanwezig was. Bij het aanzoek werd
van geldaanbod ook niet met één enkel woord
gerept
2o. dat anderhalf jaar later te mijner
kennisse kwam, dat de Consul-Generaal van
Griekenland zicih in nationalen zin -verdien
stelijk had gemaakt, door aan de Neder
land sche krijgsgevangenen uit dén Boeren
oorlog, die de Engelsdhen op één der Ber
muda-eilanden hadden geïnterneerd, de
middelen te verschaffen, om naar hun vader
land terug te keeren, alsmede door aan de
Nederlandsche Kolonie op Ceylon gelden te
zenden voor de wederopbouwing van haar
monumentale kerk uit de 17e eeuw, die in
was gestort. Vooral in den Consul-Generaal
van een vreemde Mogendheid mocht dit niet
onopgemerkt blijven, en uit d'ien hoofde is
hij toen voorgedragen voor een decoratie in
de orde van Oranje-Nassau.
3o. dat ik 'het feit, dat de aanzoekster van
den gedecoreerde f 25 per week ontving,
eerst zag uit het thans meegedeelde inter
view. Wel wist ik, dat zij en hare familie
reeds voor jaren geholpen werden
4o. dat na of in verband met deze deco
reering, door mij niets, ondier wat vorm ook,
is ontvangen noch voor mijzelf, noch met
bestemming voor een verkiezingsaotie, die
in 1903 bovendien niet aan de orde was
5o. dat het volgend jaar bij de Provinciale
stembus van 1904 mij niet f 7000, maar
tweemaal f 2000 dbor genoemden consul-
generaal ter beschikking is gesteld:, gelijK
hij dit steeds bij elke verkiezing de gewoonte
heeft te doenen gelijk hij ook nu bij de
stembus van 1909, als man van Rechts, dit
deed;
60 dat niet door dezen heer in 1905 mij
f 11,000 zijn gezonden, maar diat deze som
van f 11,000 het totaal bedrag was van een©
door bedeelde jonge dame bij onderscheidene
personen voor de stembus gehouden, niet
op mijn verzoek, maar geheel eigener bewe
ging, gelijk zij, in echt Engelschen stijl,
nog op allerlei wijzen bij de verkiezing als
agente ronder aanstelling optrad;
7o. dat ik mijne dochter verzocht haar
voor die energieke bemoeiing mijn dank te
betuigen, en zelf, toen ailes afgeloopen was,
haar dien dan'k vóór mijn vertrek, her
haalde;
80. dat er nooit of nimmer tusschen de
verstrekking van deze gelden, en bovenbe
doelde decoratie eenig verband is gelegd of
beweerd, 't zij van belofte, 't zij van af
spraak, 't zij van beding in den zin van een
do ut des; doch diat veeleer herhaalde
lijk door mij, en zulks met nadruk, ver
klaard is, dat al zulk verband rechtstreeks
was uitgesloten, hetgeen beaamd werd. Dit
herhaalde ik nog onlangs toen zij wederom
voor de stembus van 1909 gelden aan
bracht
9o. dat ilc op een mij gedane vi'aag, of
mij ook nationale belangen in den vreemde
bekend waren, die om bijzonderen steun rie
pen, ik door mijne dochter liet wijzen op
Smyrna en Groenland, zonder dat ik hiervan
verder iets hoorde;
lOo. dat de andere heer, van wien in het
interview gerept wordt, niet op die lijst kon
geplaatst zijn, daar het Kabinet, dat af
trad, uiteraard geen lijst gearresteerd heeft;
llo. dat ik aan mannen van het vak de
vraag ter beoordeel ing laat, of hat niet een
,,res mali exempli" is, zoo een Curator,
die in zijn qualiteit iets op het spoor meent
te komen, dat geheel buiten de zaak ligt,
brieven en kaarten, hem niet door zijn
cliënt, maar door een derde, onlder verband
van geheimhouding, toevertrouwd, zonder
daartoe door dien derde gemachtigd te zijn,
laat regislreeren en ze later als politiek
wapen, gelijk te Ommen geschied is, ge
bruikt.
En 12o. dat ik in de meening van de
redactie van de Nieuwe Courant", alsof
een Minister in functie zich volstrekt bui
ten alle stembus-actie moet hiouden, niet
geheel deeldat Engeland en Amerika deze
manier van doen veeleer eerenen dat nog
onlangs zelfs in de „Nederlander'' het spre
ken bij de stembus dOor een Minister werd
bepleit. Maar diat, ook al verschilt men
hierin van mij in opinie, het toch wel nooit
een Minister verboden zal zijn, om van een
hem bekende, gelden, die met het oog op de
stembus bijeenverzameld zijn, in ontvangst
te nemen, teneinde zo over te maken aan
den Thesaurior van het Comité, waarvoor
zo bestemd zijn, en waarvan hij zelf 25 ja-
Ten lang voorzitter is geweest.
KUYPER.
's-Gravenhage, 28 Juni 1909.
Aldus het verweer van kien aangeklaagde.
Ook stond hij te woord een verslaggever
van Het Vaderland en op de tot (hom ge
richte vrAag deelde hij mede, dat hij vroe
ger nimmer iets van den heer Lelimann had
gehoord.
Hoezeer sdlirijft Het Vad. de heer
Lelunanu zich ook in de hoofdstad des rijks
in zekere bekendheid mag verheugen, nooit
had Z.Exc., die ook destijds gewichtige za
ken had te behandelen en geen koffiehuizen
of sociëteiten bezoekt, van dezen heer ge
hoord, a plus forte raisou waren hem de
„Lehmannetjes", die in de rechtzaak Haas
en Van Hall een gewichtige rol speelden,
totaal onbekend. Van dit gansche proces
trouwens had Z.Exc. geen kennis genomen.
Eerst door mej. Westmeijer is hij met
Lehmann in kennis gekomen en sedert werd
deze de consul-generaal van Grieken
land 1 aan 's ministers tafel genoodigd,
tegelijk met allerlei diplomaten en aanzien
lijke personen.
Van mej. Westmeijer zelf heeft de ex-
minister-president wel nu en' dan praatjes
gehoord, maar op de vraag, of men iets
positiefs te haren nadeele wist, nooit beves
tigend antwoord gekregen.
Omtrent mej. Westmeijer meldt men nog
uit Amsterdam aan de N. Rott. Ct., dat zij
bij den burgerlijken stand te Amsterdam is
ingeschreven als Matlhilde, Maria, Antonia
Westmeijer, 4 December 1874 te Amsterdam
geboren, en wonend bij haar vader, Wete
ringschans, aldaar.
Haar vader was vroeger commissionair in
manufacturen, doch ging failliet.
Te Amsterdam is bij sommigen reeds lang
bekend, dat Mathilda W. met den huize-
Kuyper in betrekking stond. Haar vader
verhoovaardigde zich daar in koffiehuizen
wel op.
De familie Westmeijer is katholiek.
De Kamerverkiezingen.
Het Volk schrijft:
Naar aanleiding der nieuwe verkiezing,
die moet plaats hebben in Amsterdam IV,
besloot het bestuur der S. D. A. P. als zijn
meening uit te spreken, dat, indien deze
verkiezing niets anders is dan een persoons
verwisseling, ra. a. w. indien dus voor den
gekozen Unie-liberaal een Unie-liberaal in
de plaats komt, het voor onze partij niet
noodig is aan deze verkiezing deel te nemen.
Indien er echter door het stellen van een
Oud-Liberaal, of van -een Unie-liberaal en
een Oud-Liberaal, een politieke kant aan
zou komen, dan zou onzerzijds met een can-
didaat dienen te worden uitgekomen.
In de gisterenavond gehouden openbare
ledenvergadering van de vrijzinnige kiesver-
eeniging Vooruitgang in district IV, is o.
m. ter sprake gekomen het Sedq*iken van
den 'heer J. W. IJzerman, afgevaardigde
van dit district ter Tweede Kamer, voor een
hernieuwd mandaat.
De voorzitter, mr. J. Kappeijne van de
Coppello, zeide er prijs op te stellen, hier
omtrent eenige mededeelingen te doen, om
dat licht de schijn zou worden gewekt, .lsof
dit besluit reeds vroeger bij het bestuur
"bekend, was er is zelfs reeds in dien geest
gemompeld. Spr. stelde er prijs op te ver
klaren, dat deze nieening onjuist is. Nie
mand is meer verrast geweest over het be
danken van den heer IJzerman dan wij, be
stuursleden, aldus zeide mr. Kappeyne.
Want hoewel de heer IJzerman aanvan
kelijk niet bereid was wederom een Kamer-
candidatuur te aanvaarden, kwam hij daar
op later terug, en zond hij een schrijven,
waarin hij zich beschikbaar stelde, zonder
zich echter voor den geheelen duur der zit
ting te kunnen verbinden. Men was er dus
alleen niet zeker van, of de heer IJzerman
vier jaar lang aan zou blijven. 24 Juni 1.1.
zond hij echter een schrijven, waarin hij
zijn mandaat ter beschikking der kiezers
stelde, en een onderhoud dat spreker spoe
dig daarop met den afgevaardigde had, kon
dezen niet van besluit-doen veranderen. Spr.
verklaarde dat bet bestuur en ongetwijfeld
ook de vergadering dit besluit zeer betreu
ren en deelde ten slotte mede, dat van
heden af voorloopige opgaven voor eene
candidatuur bij het bestuur kunnen worden
ingeleverd.
De heer Ankersanit, (Chr.-hist.), pre
dikant bij de Hervormde Gemeente te Wom-
mels (Fr.), zal de candiidaat dier rechtsche
partijen zijn bij de a. s. verkiezing in het
district Harlingen, noodig geworden door
het bedanken van dr. De Visser.
(Bblid.)
De nieuwe leden der Tweede Kamer.
J. R. Snoeck Henkemaus
(C.-H.) (Gekozen voor Amsterdam II.)
Wijnhandelaar te 's Gravenhage, secre
taris van de Ned. Herv. diaconie te 's Gra
venhage, in welke qualiteit hij aich zeer
beijverde voor de Kinderwetten, secretaris
van <Je vereeniging „Armenzorg", bestuur
der van de Ned. Vereen, voor Armenzorg
en Weldadigheid, bestuurder voor de Hel
dring-gestichten, voorzitter- van die Kon.
aan gv er eenig ing „Excelsior" te 's Graven
hage.
G. A. A. Middel-berg (A.-R.)
(Geko-zen voor Amsterdam VII.)
Geboren 21 Juni 1846. Werktuigkundig
ingenieur, chef van tractie en rollend ma
terieel bij de Hollandsche Spoor, sedert
1890 in plaats van den beer Cluysemaar dir.
van de Ned. Zuid-Afr. Spoorweg-Mij. Se
dert 1 Jan. 1899 commissaris van' iidleon.
Thans o.a. voorzitter van de Ned.-Zuidi-
Afr. Vereen, en van die Ned.-Zuid-Afr.
Voorschoitkas. Woonplaats Loenersloot.
W. d1 e VI u gt (A.-R.) (Gekozen
voor Amsterdam VIII.)
Geb. te Amsterdam 19 Dec. 1872, make
laar (sedert 1896) en bouwkundige. Lid van
het hoofdbestuur der Vereeniging Amstels
Bouwkring, Irid-werkgever in den Raad van
Beroep der Ongevallenverzekering te Am
sterdam, be stu u r der - p atroon (voorzitter) in
de Kamer van Arbeid voor dte bouwbedrij
ven.
Woonplaats Roelof Hartstraat 130, Am
sterdam.
W. H. Vliegen, (S.-D.) (Gekozen
voor Amsfjerdfam IX.) Geb. te Gu/lpen 20
Nov. 1862. Redacteur van „Het Volk", lid
van den IGemeemtenaad voor district III
Sedert 8 Juni 1906, lid van d'e Prov, Staten
voor Amsterdam IX, sedert 25 Juni 1907.
Woonplaats Bilderdlijkstraat 112, Amster
dam.
N. Oosterbaan (A.-R.) (Gekozen
voor Enkhuizeu.)
Sedert 9 Oct. 1902 schoolopziener in het
arrondissement Doesburg.
G. E 1 h o r s t (A.-R.) (Gekozen voor
Enschedé.) Bakker te Enschedé. Lid van
den gemeenteraad en sedert 4 Sept. 1903
lid van de Prov. Staten van Owerijsel voor
Enschedé.
J h r. M r. Frank K. van L e n-
n e p (C.-H.) (Gekozen voor Haarlem.)
Geb. te Amsterdam in 1865, promoveerde
te Utrecht in 1886, vestigde zich daarna als
advocaat te Amsterdam, in. associatie met
Mr. Th. Heemskerk (tot 1901), daarna van
1902 tot 1908 idem met m.r. C. A. J. Bartz-
feld, voorzitter van de vereenigtinig tot Bev.
van Chr. onderwijs voor d'e stad Amster
dam, bestuurder van de Martha-Stichting
te Alphen a. d. Rijn. Woonplaats
Zand voort.
M r. Th. H. d e Meester (U.-L.)
(Gekozen voor Den Helder en voor Schet
ter] and waarvoor hij bedankte.)
Geb. te Harderwijk in 1851, promoveer
de tij Utrecht in 1875, daarna adj.-com
mies le klasse aan. de Prov. Grif file van'
Overijsel;, in 1878 commies, chef van! het
Prov Bureiau voor Statistiek aldaarin
1885 secretaris der gemeente Groningen
in 1892 administrateur bij het Departement
van Financiën en in 1898 vice-pros, van
den Raad van Ned.-Tmdïë. Van' 15 Aug.
1905 tot Febr. 1908 Minister van.' Finan
ciën in liet maar hem genoemde ministerie.
Woonplaats's Gravenhage.
Mr. P. R i n k (U.-L.) (Gekozen voor
Hoogozand.)
Geb. 1851 te Ti el, gepromoveerd te
Utrecht in 1874, daarna adrvocaat tie Tiel,
sedert 1883 lid van don gemeenteraad, van
1886 tot 1891 wethouder aldaarsedert
1883 lid van de. Prov. Staten vaü Gelder
land sedert 1891 lid der Tweede Kamer,
van. 17 Augustus 1905 tot Februari 1908
Minister van Bin men 1. Zaken in het Minis
terie De Meester. Woonplaats 's Graveiv
hage.
M r. D r. F. A. C. Graaf v a n L ij n-
den van Saw denburg (A.-R.)
(Gekozen voor Kampen.)
Geb. 17 Nov. 1873, kamerheer 8. b. d.
Van H, M. do Koningilni (sedert 31 Ang.
1903.) Lid van de Prov. Staten van Utrecht
voor Amierongen, sedert 15 Juni 1904, lid
van Gedeputeerde Staten van Utrecht,
sedert 5 Juli 1905, lid van de Staatscom
missie voor de gemoente-financiën (1905),
idem van die voor den landbouw.
J. H. Blum (A.-R.) (Gekozen voor
Middelburg.) Schoolopziener m het district
Middelburg.
G. A. Vorster man van Oyen
(V.-D.) (Gekozen voor Oostburg.)
Geb. te Gil ze-Rijen 11 Juilï 1836, in
1851 kweekeling aan de Chr. Normaalschool
te Nijmegen, ini 1854 hulponderwijzer te
Nieuw-Loosdrecht, in 1859 leer aar iu de
wis- en natuurkunde te Winlschoien, i/u
1860 hoofd der apenbare school te Aarden-
burg, in. 1901 gepenedionneerd. Van 1874
1892 archivaris va.n Aardenburg. Van 1882
tot 1905 secretaris, thans voorzitter, vani de
Maatschappij tot bevordering van ooft- en
tuinbouw in Staats-Vlaanderenoprichter
en secretaris van verschillende ver eeni gin
gen op het gebied van landbouw en vee
teelt, schrijver, redacteur van. verseliilllen-
de plaatselijke weekbladen. Sedert 1906
lid der Prov. Staten vam Zeeland, sedtert
1907 lid vak' de»n gemeeutenaad1 van Aar
denburg.
J. F. Beemskerk (A.-R.). (Ge
kozen voor Rotterdam IV).
Geb. 15 Febr. 1867 te 's Gravenhage,
sedert 20 April .1905 rijksbetaalmeester in
het arrondissement Groningen, lid van den
gemeenteraad, voorzitter der anti-revolution-
naire kiesvereeniging „Nederland en
Oranje", mede-oprichter der Christelijke
schiet vereeniging „WiThelmina", philan-
throop, sportman.
Mr. A. d e J o n g (A.-R.). (Gekozen
voor Rotterdam V).
Geb. 12 Sept. 1869 te Rotterdam, stu
deerde in de theologie en in de rechten aan
de Vrije Universiteit te Amsterdam, promo
veerde op een proefschrift „Geschiedenis en
Begrip van Gratie". Gedurende drie jaar
wc: hij leeraar in het godsdienstonderwijs
en het Hebreeuwsch aan het Gereformeerd
Gymnasium te Amsterdam. Slechts korten
tijd in de rechtspraktijk werkzaam. Sedert
1901 lid van den Raad te Rotterdam, sedert
Mei 1903 hoofdredacteur en directeur van
het anti-rev. dagblad De Rotterdammer.
H. C o 1 ij n (A.-R.). Gekozen voor
Sneek).
Geb. te Haarlemmermeer in 1869, 2e luit.
der inf. O.-I. leger (van Kampen) 15 Dec.
1892, 23 Aug. 1896 le luit., kapitein (bij
keuze) 21 Aug. 1901, gepens. in 1907 mei
den titulairen rang van majoor, ridder 3e
kl. Mil. W. O., ridder van den Ned. Leeuw,
eeresabel, eereteeken, Lombokkruis. Adjunct
regeeringscommissaris voor de décentralisa-
tie, daarna 8 Nov. 1908 adviseur voor de
bestuurszaken der Buitenbezittingen. Tegen
woordige standplaatsBuitenzorg.
J. E. W. Duys (S.-D. A.-P.). (Ge
kozen voor Zaandam).
Geb. te Nijmegen 21 Febr. 1877. Aan
vangsonderwijs op een Chr. school te Doetin-
chem, daarna anderhalf jaar matroos op de
„Sea Horse", steenkolenboot tusschen Am
sterdam. en Huil, vervolgens op het Insti
tuut Wegerif. In 1900,examen candidaat-no-
taris, met 15 Jan. 1903 benoemd adjunct-
commies aan de Rijksverzekeringsbank, be
last met het beheer van de bibliotheek. In
1907, als opvolger van mr. Mendels, propa
gandist van de S.-D. A.-P. in de Zaanstreek,
redacteur van het weekblad De Voorpost, lid
van den gemeenteraad te Zaandam.
J. S. F. van Hoogstraten (A.-R.).
(Gekozen voor Utrecht II).
Gepens. officier van het wapen der cava
lerie, te Arnhem.
E M. Teenstra (V. D.). (Geko
zen te Zuidhorn).
Geb. 25 Juli 1873 te Grijpskerk. Na de
H. B. S. te Groningen doorloopen te heb
ben en in 1892 met goed gevolg het eind1-
exarren te hebben afgelegd, werd hij bij zijn
vader practiscli in het landbouwvak opge
leid. I11 1897 vestigde hij zich als landbou
wer te Ruigezand. Bestuurslid van de Maat-
schappij van Landbouw en Nijverheid Ln het
Westerkwartier.
P. J. de Kanter (U.-L.). Gekozen
te Dordrecht).
Geb. te Gouda in 1868, doch reeds op
vijfjarigen leeftijd naar Dordrecht verhuisd
bezocht aldaar de lagere school en de H. B.
S en verwierf in 1888 het diploma van can-
didaat-notaris. Op 1 Mei 1891 werd hij be^
-ncemd tot directeur van de Brandverz.
Maatschij. „Holland", aldaar, als opvolger
vin zijn oom, een der oprichters van ge
noemde Mij. I11 Maart 1897 werd de heer
De Kanter gekozen tot lid van den Raad
op het oogenblik zit hij voor district III
en na den dood van den. heer H. Veth koos
de Raad hem tot wethouder (Maart 1907).
Hij nam de afd. Onderwijs op zich; onder
zijn wethouderschap is reeds heel wat ge
reorganiseerd op onderwijs-gebied.
J h r. G. J. A. Schimmolpen-
n i n. c k (C.-H.). Gekozen te Ede).
Geb. 8 Febr. 1854 te 's Gravenhage. Toen
hij 5 maanden oud was, kocht wijlen zijn
vader het huis Heimerstein met aanhoorige
gronden en sedert bewoont de familie dezelf
de plaats.
Na afloop zijner studiejaren legde de heer
S. zich op de gemeente-administratie toe.
Benoemd 3 Maart 1882 tot burgemeester van
Rhenen, waartoe ook behoort een groot deel
van de buurtschap Eist en Achterberg. Se
dert 18 Febr. 1907 lid van de Provinciale
Staten van Utrecht voor het kiesdistrict
Amerongen. President-kerkvoogd der Ned.-
herv kerk, voorzitter van het bestuur voor
het Protestantsche Bestedelingenhuis, dijk
graaf van den Dijksteel voor de Rhenensche
Nude en Achterbergsche hooilanden; lid
van het hoofdbestuur van de Maatsch.
van Landbouw in de prov. Utrecht; eere
voorzitter van de Oranje-Vereeniging, enz.
De burgemeester van 's-Gravenhage,
baron Sweerts, is voor ongeveer 6 weken
naar Zwitserland vertrokken. Zijn anibt
wordt gedurende zijn afwezigheid waargeno
men door wethouder Jansen.
De aan den raad voorgestelde benoeming
van een tijdelijken wethouder is geschied, met
het oog op het vertrek met vacantia in den
loop van Juli van de wethouders Lely en
Van Sandick.
Naar Het Volk verneemt, zal het lid
der S. D. A. P., de heer Hoejenbos, in d'e
eerstvolgende zitting van den1 Haagse hen
gemeenteraad een interpellatie aanvragen
over het bouwgrondschand'aalwaarbij o.a.
de raadsleden Jan se en Liefland betrok
ken zijn.
Jubileum D r. N. P. van
Spanje. Zoaid'ag herdacht de heer N.
G.van Spanje, directeur van het O. L.
Vrouwe gasthuis te Amsterdam den dag,
waarop hij 25 jaar geleden zijn arts-examen
deed.
Dit jubileum is echter in stilte gevierd
en teneinde zich aan alle huldebetuigingen
te onttrekken, heeft dr. Van Spanje zich
voor enkele dagen naar elders begeven.
E. G. Cohen, f Gisterennacht is
te Amsterdam overleden de heer E. G. Co
hen, laatst overgebleven lid der sinds 1835
te Arnhem gevestigde firma Gebr. E. M.
Cohen.
Zooals bekend, legde deze boekhandelaars
firma, die sinds eenige jaren naar Amster
dam werd verplaatst, zich bijzonder toe op
de groote en goedkoope verspreiding van
boekwerken op velerlei gebied, wetenschap
pelijke zoowel als populaire.
De lustrumfeesten te Groningen.
Men meldt uit Groningen
D-1 viering van het 59ste lustrum der Gro
ningsche Hoogeschool is gister geopend met
den intocht van de afgevaardigden der be
vriende studentencorpsen in de feestelijk ver
sierde stad. De Groningers hebben deze keer
bijzonder veel werk gemaakt om den fee sta
lij ken en vriendelijken aanblik der stad te
verhoogen. In vele straten zijn eerebogen
opgericht, zijn versieringen aangebracht van
groen, bloemen en vlaggen, is zeer veel ge
daan vooral voor de verlichting.
Om 1 uur gistermiddag trokken de leden
vau het studentencorps JHndicat atque Poli't
naa- het station om hunne studiemakkers
uit Leiden, Delft en Utrecht af te halen,
die het lustrum der Groningsche hoogeschool
de plechtige inwijding van het nieuwe ge
bouw willen bijwonen.
Na een korte ommegang door de stad
werden de gasten geleid naar het kerkge
bouw van de Vereenigde Doopsgezinde ge
meente, waar de plechtige opening der fees
ten plaats had.
De rector van het studentencorps, de heer
B. D. H. Teilegen Azn., verwelkomde de
aanwezigen, in de eerste plaats de reünisten,
die gehoor gevend aan de roepstem, die uit
het hooge Noorden tot hen kwam, zijn ge
komen om de oude banden weder vaster toe
te halen; sprak daarna tot curatoren en
professoren, wie hij geluk wenschte met
het lustrum en wien hij dank bracht voor
hunne zorgen om de sporen van de ramp
van 30 Augustus 1906 te doen verdwijnen
en vervolgens riep hij de afgevaardigden der
andere hoogescholen het welkom toe, wekte
de leden van het Groningsche corps, als dab
noodig is, op om hun taak van gastbeeren
op te houden en eindigde met den wensch,
dat deze dagen zoo mogen verloopen, dat
niets de deelnemers droever mag stemmen
dan scheiden.
De rede van den rector werd (be
antwoord door jhr. J. R. de Mare©»
van Swinderen namens de reünisten,
die in gloedvolle woorden dank zegde
vooi het welkomstwoord van den rector en
verder de gevoelens der reünisten vertolkte
door namens hun corps curatoren en hoog
leeraren der hoogeschool geluk te wenschen
met den herhouw van de universiteit. Wel
kon een tempel verwoest worden, doch nooit
hoefde de dienst ook maar een moment ge
staakt als de tempeldienaren mannen waren
als zij I
De rede van den heer Van Swinderen vond
luiden bijval.
Te 7 uur gisterenavond trokken de reünis
ten en studenten met de muziek van heb
Stedelijk muziekkorps van de Korenbeurs,
aan de Vischmarkt, naar de Martinikerk,
waar door dr. D. Bos, lid der Tweede Ka
mer, te Winschoten, een fraaie feestrede ge
houden werd, die met daverend applaus
werd begroet.
De plechtigheid werd opgeluisterd door
orgelspel van den heer H. P. Steenhuis.
Om 11 uur bracht het studentencorps een.
serenade aan de reünisten in „De Harmo
nie''. Ondanks het late uur bracht zij nog
een groote massa op de been,