Nf°. 45. Eerste Blad
8"e Juargan|{.
Zaterdag 14 Augustus 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
Voor 't Vaderland.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf 1.00.
Idem franco per poBt- 1.00.
Afzonder) ij ke nummers- 0.00.
Deze Oourant versohijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiénmededeelingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens Dg de Uitgeven in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f O.OO.
Elko regel meer - 0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 20 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen t«l
het herhaald adverteeron in dit Blad, bjj abonnement Eetre
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Kennisgeving.
HON DENBELASTING.
Burgemeester en Wethouders van Amersfoor t
herinneren belangliebbendlen aam do ndvolgende
liejialingen van do Verordening op de invorde-
rinig der belasting op de honden
,,Zij, <lie eerst na liet verstrijken der maand
Januari een belastbaren hond -aanschaffen of
,,het getal hunner .belastbare honden' vermeerde-
,,ren, doen daarvan dadelijk aangifte ten kan-
,4ore van den gemeente ontvanger, door iuvul-
,,ling en ondei teekening van een gedrukt be-
,,schri/vingsbiljet, dat aldaar kosteloos wordt
verstrekt.
',,Tot gelijke aangifte zijm ook verplicht zij die
,,na het voorméld tijdstip zich in de gemeente
„ikomen vestigen-, en wel 'binnen vier weken na
,,de vestiging."
Ontduiking of overtreding -dézer bepalingen
zal worden gestraft volgens de bepalingen der
gemeentewet.
Amersfoort-, 11 Augustus 1909.
Burgemeester en Wethouders voornoemd!,
De Secretaris. De Burgemeester,
J. G. STEN EERT KltOESE. W DIJ TIERS.
Politiek Overzicht.
I>e I>ar«laiielleii-k»estie.
Russische bl-aden brengen het bericht,
-dat bij -de ontmoetingen, van den Czaar met
do hoofden van de heide we-sterse/he mogend
heden, in Cherbourg en in Cowes, gespro
ken is over de openstelling van de Darda
nellen voor oorlogsvaartuigen. Zij voegen
er bij dat Rusland kans heeft, dat zijn
oude wensch nu tot vervulling zal komen.
Of dat juist is, zal echter nader moeten
blijken, want de Dard<anellenkwest/ie is uit
haren aard eene bij uitstek internationale
aangelegenheid, waarbij in de eerste plaats
Turkije betrokken is, maar die niet zonder
de uitdrukkelijke toestemming van alle groo
te mogendheden zou kunnen worden gewij
zigd.
Het is nu precies honderd jaren geleden
sedert voor het eerst bij verdrag werd be
paald, dat de Dardanellen niet door andere
dan Turksche oorlogsvaartuigen mogen wor
den doorgevaren. Dit geschiedde in het
toenmalige Engelsch-Turksche vredesver
drag. In deze honderd jaren heeft de diplo
matieke strijd over de Dardanellen meerma
len eene de gansche Europeesche politiek be-
•heerséhende rol gespeeld. Men behoeft slechts
te herinneren aan het geheime verdrag van
Hunkiar Skélessi van 1833, het Londensche
verdrag van 1841. het Parijsche verdrag van
1856, het Londensche protokol van 1871 en
het Berlijn sche congres van 1878, om
de gansche beteeken-is van de zee-
engtenkwestie te kenschetsen. Eerst de
poging van Rusland om het door zijn Egyp-
tdsoliën vazal in zijn bestaan bedreigde Tur
kije aan zich te binden en de doorvaart
door de Dardanellen voor zich alleen te
reserveerendan het ingrijpen van de mo
gendheden, die de afsluiting van den ge-
wichtigén waterweg doorzettenverder de
Krimoorlo-g, die leidt tot bekrachtiging van
de afsluiting en Rusland vernedert door
het verbod om oorlogsschepen te houden in
de Z.rarte zee; voorts, als gevo-lg van de
Duitsche overwinningen in Frankrijk en als
dank voor Ruslands onzijdigheid, de ophef
fing van deze vernederende beperking onder
handhaving van de afsluiting der zeeëngten
eindelijk de plechtige bekrachtiging van deze
bepalingen in art. 63 van het Berlijnsche
verdrag. De Europeesche mogendheden wil
den Konstantinopel tegen het verschijnen
van eene Russische vJoot besclneronen en
wilden voor zulk eene viloot --den weg naar
de Middellandse he zee verbieden, waar in
zonderheid Engeland vreesde voor bedrei
ging van den weg naar Indië.
Sedert heeft men bij verschillende gele
genheden kunnen oonstateeren, dat de wei
gerende houding van Europa verslapte. Zon
der veel moeite kon Ruslard van de Parte
de vergunning krijgen om de schepen van
de zoogenaamde vrijwillige vloot, die ver
•kapte oorlogsschepen waren, door den Bos
porus en de Dardanellen naar Oost-Azië te
zenden. Engeland kwam eerst in verzet, toen
'het bezorgd werd, dat een precedent kon
worden gesteld toen beriep het zich er op,
dat de sultan de sleutels, die liet in handen
had, niet naar willekeur mocht prijsgeven.
Maar toen na den Oost Aziatischen oorlog
het tijdperk van de entente aanbrak, werd
het vvior Engeland ntceielijk zich geheel on-
virbiddellijk te toonen. Ook Oostenrijk-Hon
garije toonde zich tegemoetkomend. Bij de
ontmoeting, die in Buchlau plaats had, ver
klaarde baron Aehrenthal op verzoek van
Tswolski zich bereid, ondc-r zekere voorwaar
den zich niet tegen het doorvaren te ver
zetten, waartegenover Iswolski de toestem
ming tot de inlijving van Bosnië, die vroe
ger reeds gegeven was, hernieuwde.
Of de toestemming van Oostenrijk-Hon
garije na de wisselvalligheid, die in de
betrekkingen tusschen ele loeide slaten was
op te merken, nu nog van kracht is, is n et
bekend. Wat Engeland betreft, heeft Sir
Edward Grey zich tegenover Iswolsky toe
stemmend uitgelatentoen echter de Rus
sische minister zich mot eene bepaalde vraag
tot JTurkije wilele wenden, heeft hij bezwaar
ingebracht om bij Turkije daarmee aan te
komen midden in het worddngstijdperk, lat
het nu doormaakt. Wanneer thans in de
Russische pers 'het bepaalde gerucht ver
schijnt, dat, de zaak in Cowes en in Cher
bourg andermaal is besproken, en wel mof
een voor Rusland gunstig resultaat, dan
beantwoordt dat zeker aan de tusschen de
drie mogendheden bestaande intieme betrek
kingen, maar niet aan de in Turkije heer-
scJiende stemming, waar men thans tot con-
ces&iën weinig gezind schijnt, ondanks het
aanstaande bezoek van den Czaar in Kon-
staivtinopel.
Duitschland.
De nieuwe minister van oorlog in Prui
sen, generaal von Heeringen, is geen nieu
weling in de zaken van het departement,
aan welks hoofd hij thans is opgetreden.
Tweemaal is hij gedurende verscheidene ja
ren in het departement werkzaam geweest,
eerst als majoor van 1887 tot 1892, later als
chef van eene afdeeling van 1898 tot 1903.
Laatstelijk was hij bevelhebber van het
tweede legerkorps.
Frankrijk.
De minister van openbare werken Mille-
rand heeft van de in Mei ontslagen postbe
ambten 80 weer in dienst genomen, wier
personalia gunstig waren. Namen van revo
lutionaire woelgeesten komen daaronder
niet voor. Onder de revolutionaire elemen
ten heerscht oneenigheid. In eene vergade
ring van postmannen, die op de Place de
la Bastille gehouden is, werden aan de lei
ders van de staking in Mei, inzonderheid
aan den secretaris Le Gléo, hevige verwij
ten gedaan.
Engeland.
Londen, 1 3 A u g. Heden is het ver
slag verschenen van de subcommissie voor
de rijksverdediging, die in dit voorjaar be
noemd werd, ten einde een onderzoek in te
stollen naar sommige vragen van marine-
politiek, die lord Charles Beresford had op
geworpen.
Lord Beresford had geklaagd, dat de oor
logsschepen in de Brit6che wateren zoozeer
verspreid waren, dat zij gevaar liepen bij
een onvoorzienen aanval overmand te wor
den. Het Kanaal-eskader was maar zelden
op zijn getalsterkte en kon nooit opgewas
sen zijn tegen eenige strijdmacht, die het
zou hebben te weerstaan.
De admiraliteit antwoorde hierop, dat de
vloten der naburige mogendheden evenzeer
verspreid waren. In eene vergelijking van
de terstond beschikbare schepen van de
verschillende staten geeft de admiraliteit
cijfers, waaruit blijkt, dat de gevechtswaar-
de van het Kanaal-eskader, zoolang lord
Beresford het bevel daarover heeft gevoerd,
altijd hooger is geweest dan die. van de
machtigste vloot op volle sterkte van eenige
andere natie. De overmacht was bovendien
verzekerd door eepe overweldigende reserve.
De sub-commissie sprak als haar oordeel
uit, dat de aangevoerde bewijzen te niet
doen de bewering van lord Beresford, dat
de vloot in de Britsche wateren niet be
schouwd kan worden als een gevechtsvloot,
gereed voor onmiddellijk optreden.
De commissie is voorts van meening, dat
aan lord Beresford's voorstellen tot vorming
van een homogene vloot voldoende wordt te
gemoet gekomen door de nieuwe indeeling
va.i de Britsche vloot van Maart 1908. Het
eenige belangrijke verschil is, dat het At
lantische eskader hierbij is gemaakt tot een
onafhankelijk commando, dat zoo noodig
van de rest der vloot kan worden los ge
maakt voor vlagvertoon elders, zonder dat
de organisatie van de ,,Homefleet" wordt
verbroken
Lord Beresford schreef vele tekortkomin
gen van de admiraliteit toe aan het ont
breken van een afzonderlijk strategisch de
partement. Minister Mc Kenna gaf aan de
commissie oen overzicht van de maatregelen,
die onlangs zijn genomen om den oorlogs
staf bij de admiraditeit uit te breiden, en
verklaarde dat verdere maatregelen in deze
richting in overweging zijn.
De commissie heeft uit het onderzoek de
slotsom getrokken, dat in geen enkel op
zicht de beschikkingen der admiraliteit ge
vaar voor het rijk opleveren, en voegt daar
aan toe, dat deze beschikkingen zeer wor
den bemoeilijkt door de ontstentenis van
hartelijke betrekkingen tusschen den raad
der admiraliteit en den opperbevelhebber.
De commissie heeft de beste verwachtingen
van een verdere uitbreiding van den oorlogs
staf.
Londen, 13 Aug. De minister van
oorlog Haidano heeft in eene rede over de
conferentie voor de rijks verdediging gezegd,
dat er plannen in uitzicht zijn om de strijd-
kraclli.en van het rijk tot eenheid te bren
gen. Lord Kitchener begeeft rich naar
Australië en Nieuw-Zeeland en vervolgens
naar de Middellandsche zee en naar Zuid-
Afrika met het doel plannen uit te werken
voor het bijeentrekken van de rijkstroepen,
wanneer het rijk mocht worden aangevallen.
Generaal Sir John French gaat met hetzelf
de doel naar Canada. De minister drukte
I
de hoop uit, dat de uitwerking van deae
gemeenschappelijke regeling zou zijn, de
aandacht af te leiden van onderwerpen zoo
als do inval in het onlandenrijk. Wanneer
do besprekingen daarover worden gestaakt,
dan zal eene vermindering van de bewape
ningen praktisch mogelijk worden.
Denemarken.
Kopenhagen, 13 Aug. Nadat
graaf Holstein-Ledreborg aan den Koning
de verklaringen van de parlementaire frac-
tiën had overgelegd, behield Z. M. rich be
denktijd voor tot Dinsdag.
Zweden.
In een telegram uit Stockholm lezen wij,
dat volgens regeeningsopgave bedraagt het
aantal werklieden in Zweden 460,000, waar
bij niet zijn meegerekend de veldarbeid ers,
die oen 800,000 man tellen. Bij die spoor
wegen zijn nog eeh 40,000 man in dienst.
Het annta! stakers werd in een bericht van
den Hen opgegeven als bedragende 285,762
personen
Spanje.
Over de stemming in het gebied, d>io het
tooneel was van het. laatste oproer, wordt
aan de FrankfZtg. uit Barcelona, bericht
In do laatste dagen zijn herhaaldelijk alarm-
berichten gekomen uit de plaatsen van den
omtrek. Daar zijn inderdaad verschillende
resten van opgestane benden aangetroffen
en doorfde troepen uiteengejaagd. Deze
brachten, behalve een aantal gevangenen,
geheele wagenladingen buitgemaakte wape
nen naar de stad. In Barcelona zelf is het
gerucht rondgegaan, dat de werkieden op
nieuw de algemeene staking zouden procla
meer en om nadruk te verleenen aan haar
eisch tot vrijlating van de gevangen oproer
lingen. Het aantal gevangenen bedraagt ruim
90°.
De vrees voor eene mogelijke herhaling
van de boozo gebeurtenissen heeft onder de
bevolking eene groote ongerustheid ver
wekt. De militaire gouverneur heeft daarom
de volgende kennisgeving laten aanplakken:
Daar het mij ter oore is gekomen, dat de
vijanden van de orde plan hebben de eer
bare arbeiders oj. nieuw aan te sporen tot
bet neerleggen van den arbeid en daar ik
niet van zins ben zaken van welken aard
ook te dulden, die onlusten zouden kunnen
brengen over dezo zoo dringend rust en
vrede behoevende stad, noo luidt mijn bevel,
diat iedere poging om een staking van den
arbeid te verwekken, streng zal worden ge
straft en dat aan een ieder, die bij eene plun
dering of brandstichting wordt gesnapt, on
voorwaardelijk de doodstraf zal worden toe-
Verschillende wijken en ook sommige fa
brieken zijn militair bezet. Het garnizoen
beschikt over eene groote strijdmacht. Waar
schijnlijk zullen dé genomen maatregelen de
onrustige elementen voorloopig van nieuwe
pogingen tot oproer tegenhouden.
Uit Barcelona wordt bericht, dat het
juiste cijfer van de dooden uit de bloedige
Juliweek 32 bedraagt, wier identiteit kan
worden vastgesteld, en 54 die niet herkend
zijn, in 't geheel 86. In de ziekenhuizen
sterven intusschen nog dagelijks gewonden.
Uit huiszoekingen naar voorwerpen uit de
verwoeste kerken en kloosters zijn vele ar
restatie n voortgevloeid. Tegen 800 personen
is tot dusver eene strafvervolging ingesteld
wegens deze diefstallen.
Spanje in Marokko.
Madrid, 1 3 A u g. Het. geheele Spaan-
scbe eskader ontving bevel om naar Malalia
te vertrekken.
De Matdridscbe correspondent van da
New-York Herald meent te weten, dat de
Spaansche regeering het verzoek van den
sultan van Marokko om de Spaansche troe
pen uit den om trék van Melilla terug te
trekken en hem het herstel van de orde over
te laten, kortaf geweigerd heeft. Zij acht
den sultan ook niet in staat om de Rif-
Kaïbylen te tuchtigen.
Blijkens opgave in die Gaseta, de Spaan
sche Staatscourant, is de sterkte van de
Spaansche legermach. te Melilla aldus
22,170 man infanterie, 674 genie, 400 tele
grafisten, 113 ballonniisben, 111 man van
het spoorwegbataljon en 904 man van de
administratie; tezamen 27,596 man. Verder
1856 paarden, een 3000 muilezels, 28 ma
chine-kanonnen, 20 snelvuur-kanonnen, 26
stuks berggesdhut.
Oostenrijk.
Koning Eduard an Engeland, die nu in
Marienbad vertoeft voor zijne jaarlijksche
badkuur, heeft met Keizer Frans Jozef har
telijke telegrammen gewisseld. De Keizer
heeft hem hartelijk begroet naar aanleiding
van zijne aankomst in Marienbad en hem in
oude vriendschap zijne beste wenschen ge
zonden voor het succes van zijne kuur. Ko
ning Eduard antwoordde: „Ik ben diep ge
troffen door uwe vriendelijke dépêche, ben
zoo juist aangekomen en verheug mij er zeer
over weer in uw schoon land te zijn. Ik
hoop, dat het u in alle opzichten wel gaat."
Rusland.
Woenen, 13 Aug. Ofschoon de Zeit
de herleving van de Dard'aiiel 1 enk westie als
oen proefballon kenschetst, bericht het Neuo
Wiener Tagcblatt, dart. volgens een telegram
uit Petersburg een gedeelte van de Zwarte
zee-vloot door do Dardanellen zal varen om
den Czaar te vergezellen op zijn bezoek naar
Italië.
Griekenland en Turkije.
Athene, 1 3 A u g. De Turksche ge
zant heoft boden aan de Grieksche regeering
eene nota overhandigd, waarin het antwoord
van Griekenland betreffende Kreta onvol
doende wordt verklaard en op nieuw eene
uitdrukkelijke verklaring wordt verlangd,
waarbij Griekenland verzekert volstrekt geen
oogmerken 'betroffen-de Kreta te hebben.
Na de ontvangst van de nota confereer
den de minister-president en de minister van
buueulandsche zaken met de gezanten van
■de mogendheden.
De regeering van Kreta heeft volgens een
bericht van de Frankf. Ztg. uit Atliene, na
mondeling overleg met de consuls, besloten
aan den eisch van de beschermende mogend
heden om de Grieksche vlag neer te halen,
to voldoen ndet alleen m de haven van Ka-
nea, maar ook in die van Kandia. Daar
mee is de vlaggen kwestie officieel geregeld,
behoudens de toestemming van de vergade
ring van notabelen. Wel is in een© vergade
ring van opposanten besloten, dat men zich
zou verzetten togen liet inhalen van de vlag
gen, maar van dat verzet zal waarschijnlijk
niets komen.
Het feit-, dat de Porto de Grieksche nota
niet heeft beantwoord met het geven van
Naar het Franteh ran Edmond Lepelletier.
64 DOOB
J. L. VAN DER MOER.
„Maar wal 'k zeggen wilde, hoe is 't met
die vrouw afgeloopen?... 't Js immers z'n
eigen, vrouw V'
„Toen we haar in uw kabinet vonden, lag
ze als dood op den grond. We wilden haar
dwingen 't paleis te verlaten, maar toen be
gon ze zoo ontzettend te schreeuwen, dat we
werkelijk bang waren dona Rafaële te ver
ontrusten."
„Goed, goed, ik wil niet hebben dat m'n
dochter van deze geschiedenis iets weten
zal."
„Monseigneur kan gerust rijn."
„Ze heeft toch van nacht niets gehoord?"
„Ik geloof 't niet... maar daar is dokter
Alberti, die ons dadelijk kan. iulichten."
„Laat Alberti hier komen... en die vrouw
ook... Ik wil er 'n eind aan maken met dat
mensch
Zoodra Alberti bij hem kwam, haasttte de
hertog zich naar zijn dochter te informeeren.
De dokter bevestigde nogmaals wat hij dee
nachts reeds gezegd had. Rafaële had niets
gehoord én ook niets vermoed en. had rustig
geslapen
Maar Alberti voegde er -bij, dat hij wol
bang was voor al die toebereidselen voor |de
terechtstelling en den autodafé, welke men
voor het jonge meisje niet kon. verborgen
houden.
„In den toestand, waarin ze verkeert, kan
de minste gemoedsaandoening mijns inziens
noodlottig zijn." beweerde de dokter.
„Is ze dan zóó gevoelig?"
,,'t Is voor haar welzijn noodzakelijk elke
schokkende gebeurtenis te vermijden. Zoo is
ze pas eenigszins tot 'kalmte gekomen, na
dat uwe Excellentie beloofd had1, dat er
geoni slachtoffers imeer zouden vallen. Wan
neer ze dus verneemt, dat er van morgen
vijf mannen zullen verbrand worden..."
Terwijl de dokter nog aan het praten was,
had Vargas Dolerès .binnen gebracht. Zij
had de laatste woorden gehoord en beefde.
Met heesc.he stom zei ze: „Van morgen I
Gaan ze je dooden?... O, nee, nee!"
Maar Alva hoorde haar niet. Hetgeen Al
berti hem gezegd had, hield1 hem te zeer be
zig dan dat 'hij aan haar zijn- aandacht
schenken kon. Hij zocht naar een middel
om te voorkomen, dat Rafaële iets van het
vrees olijke schouwspel zien zou, dat haar
dooden kon.
„Ze mag volstrekt niets weten! Men
moet haar dadelijk wekken I" sprak hij on
geduldig.
„Dona Rafaële is al opgestaan, Monseig
neur."
„Dan moeten de kameniers haar vlug
kleeden. Zorg zelf voor haar draagkoets en
breng haar zoo gauw mogelijk naar 't kloos
ter van -Groenendaal. Ze mag niet voor van
nacht terugkomen."
„Uw bevelen zullen worden nagekomen.
Ik zal de senora dadelijk halen en haar
meenemen."
„Ja, beste Alberti," hernam Alva op
vriendelijken toon, wat volstrekt zijn ge
woonte niet was... „je zult haar immers
redden? Dat moet je me beloven.!"
„Alleen met de hulp tv an God, Monseig
neur."
„Ja, ja, je zult haar beter maken," ver
volgde de hertog, Alberti's 'lihnden m de
zijne nemend. „I'k zal je -met goud en eer
overladen... ik zal den grootsten geneesheer
van de gansche christelijke wereld van je
«maken... Maak nu voort, beste Alberti... Je
weet hoe 'k je genegen ben al m'n hoop
-is op je gevestigd, ik vertrouw je volko
men!"
De dokter ging heen.
De hertog draaide zich om, en. Dolorès
bemerkend, nam hij oogereblikkeflijk zijn
barsche houding weer aan en voegde haar
op ruwe wijze toe:
„En nu, mevrouw, zullen, we eens even
over uw zaken praten. Ge wilt om 't léven
van Karloo vragen, niet w'aarWelnu, dat
zult ge niet hebben 1"
„Genade, Monseigneur 1 Heb medelij
den 1"
„Ik heb 't recht niet medelijdém 'te heb
ben... 'it Leven van dien man spaar 'k u
niet. 't Is 'n verrader, die op heetordaad
betrapt is, met 't zwaard in de vuist... hij
moet en hij zal slervenNiets kan hean red
den... En nu, spaar me die tranen en dat
gesmeek
„Tranen?... d5© beb 'k niet meer na den
ganschen nacht geschreid te hebben
„'■t Kan im© niet schelen!...~üe hebt me
niets meer te zeggen, en, i k wil niets meer
■hooren... Ga heen!"
„Uw gedrag, mijnheer 'de hertog, is meer
dan schandelijk!"
Zij keek hem onverschrokken in hét ge
zicht.
Het verbaasde hem.
„Wees voorzichtig, mévrouw, pas op uw
woerden!"
„En ik zeg u, dat 't schandelijk is! Her
innert ge u dan niets -meer, Monseigneur?
Ik ben van nacht bij u gekomen, en ik heb
met u 'n koop gesloten... ontken 't als ge
durft! Ik heb u gezegd:: „er is 'n man
dien 'k iliefheb, en 'n an'd-er die hem wil
dooden en u éveneens... Ik wil niet dat dit
.gebeuren aal... zijn leven voor 't uwe!...
Réd 't leven, van lnem dien 'k bemin en ik
,red u, die me onverschillig zijt!... Heb 'k
dit gezegd, ja of neen?"
„'t Is mogelijk... maar de Hemel heeft
geoordeeld
„De Hemel heeft niets uit te staan me»t
zaken als de onze laat ons dus maar in
de hel blijven, Monseigneur. Gij zijt de
hertog van Alva, grande van Spanje, gou
verneur-generaal Van de Nederlanden...
door diit allies imag men u toch zeker wel
.alis edelman beschouwen?... Welnu, ik eisch
dat ge uw woord als edelman zuLt gestand
doen!"
De hertog verbleekte, zijn oogon schoten
vlammen, hij balde de vuisten.
„Mevrouw, luister goed naar hetge in 'k
j u ga zeggen! Indien eenig ander persooi'
j dan gij op die wijze tot me durfde spreken,
j dan zou hij niet levend van hier gaan.
maar ik neem in aanmerking dat g ij vt-r-
j kelij-k 'n grooteiu dienst hebt bewez3i nan
Zijne Majesteit en aan de Kerk
j „Nee, u heb Tc dezen dienst bewezen!"
t „M ij?... Nu, ook goed, en 't De wij» dat
I 'k niet vergeten héb is dat ge nog htor zijt."
S „Sapperloot, ik bewonder u, Monseigneur,
en ik zie hoe go bewezen diénsten weet te
beloonen... Er ontbreekt nog maar aan, dat
go me doet ar re-s toeren 1"
„En waarom zou 'k niet?"
„Zoudt ge zoo iets trouweloos' durven
doen
„Misschien... Maar omdat ge 'n beroep
doet op m'n eer, <op m'n geloof... ik heb u,
versta me goed,... ik heb u nooit beloofd
dien man te zullen sparen!"
„Was dat niét even goed als 'n belofte,
toen go me hebt aangemoedigd al die ande
ren to verraden voor hem... en de eerste
van allen... ge weet toch wie dat was...?"
„Daardoor wordt ge juist veroordeeld. Ge
pleit voor 'n minnaar, terwijl ge me op de
knieën om genade moest smeeken voor uw
echtgenoot."
Dit antwoord was verpletterend. Heb
meest schandelijke van haar verraad werd- er
door blootgelegd. Niet alleen had zij haar
echtgenoot en zijn vrienden, aan. den beul
overgeleverd, maar nu zij om genade kwam
vragen, waartoe zij meende het recht/ te heb
ben, vroeg zij niet om het leven van Rijs-
oor, maar om diat van Karloo te sparen.
Zij vloog op door den slag, dien de her
tog haar toebracht.
„Ja, 't is afschuwelijk wal 'k doe! Ik
weet 't beter dan gij zelf. Maar hebt go
recht er mij 'n verwijt van te maken?... Wie
anders dan gij doet zijn voordeel met mijn
verraad? Als ik er niet geweest was, dan
had men u van morgen met 'n touw om den
hals door de grachten van de stad getrok
ken..."
Wordt vervolgd