xV'. 136.
Donderdag 11 November 1909.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE WISKOTTENS.
jHaryang.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem frauco per post- 1.90.
Afzonder'jjke nummers 0.09.
Deze Oour*nt verschijnt dagelijksbehalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiönmededeel ingen enz., gelieve men vóór 11 uur
's morgens D{j de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 15 regels f 0.9O.
Elke regel meer -0.10.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 29 een te bij voeruitbetahn#.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald adverteeren in dit Blad, bfl abonnement. Sep-*
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvra*^
toegezonden.
Politiek Overzicht
De kiesreciitliervorming iu
Frankrijk.
De Fransche Kamer heeft Maandag de
beraadslagingen ten einde gebracht over de
kiesrechthervcrming, en, naar wel te voor
zien was, op eene negatieve wijze. Nadat
het congres der radicale partij en vervol
gens de radicale Kamer-meerderheid beslo
ten hadden in de tegenwoordige wetgevende
periode, welke in Mei van het volgende jaar
ten einde loopt, de kiesrechthervorming niet
meer ten uitvoering te brengen, terwijl
ook het kabinet besloten was elke
verandering in het vigeerende systeem op
het oogenblik van de hand te wijzen, had
den deze beraadslagingen in werkelijkheid
niet anders dan een zuiver theoretisch be
lang.
Wat men vooral in Frankrijk zoekt, dat
isde parlementaire atmosfeer te zuiveren
en het peil der volksvertegenwoordiging,
naarmate zulks mogelijk is, te verhoogen.
De thans gevolgde manier van verkiezen
der afgevaardigden en senatoren biedt een
aantal nadeelen, voornamelijk daardoor, wijl
zij de groote politieke organisaties niet in
de gelegenheid stelt den gewenschten samen
hang aan den dag te leggen en de kiesver-
eenigingen in ieder district meester van den
toestand zijn. Deze toestand geeft aan
de zijde der candidaten aanleiding tot een
zeker tegen elkaar opbieden, niet alleen ten
aanzien van de politieke programma's (dit
laatste is trouwens niet specifiek Fransch
maar ook en vooral wat aangaat de behar
tiging der zuivere plaatselijke belangen, die
ten slotte nog meer gaan gelden dan de al-
gemeene belangen des lands.
In het eerste en voornaamste artikel van de
thans besproken kiesrechther vorming had
men gemeend de ware remedie tegen dit alles
te vinden. In heteerste deel daarvan werd de
invoering voorgesteld van de „scrutin de
liste", een kiesstelsel, hetwelk daarin be
staat, dat een meerdere kiesdistricten om
vattend gebied (provincie of departement),
als onverdeeld geheel op de door de afzon
derlijke partijen gestelde candidaten stemt.
Onder sub 2 van dit artikel werd daarbij de
evenredige vertegenwoordiging voorgeschre
ven.
Door de aanhangers van deze hervormin
gen zijn in den loop van het debat, dat acht
volle zittingen in beslag heeft genomen, zoo
veel treffende argumenten aangevoerd, dat
de meerderheid is gaan wankelen in haar
besluit en slechts het ingrijpen der regee
ring het besluit voorkomen heeft om deze
hervormingen onmiddellijk in te voeren.
Bij de apart over elke dezer bepalingen
gehouden stemming, werden beiden met
groote meerderheid aangenomen, de „scrutin
de liste" met 379 tegen 142, de evenredige
vertegenwoordiging met 281 tegen 135 stem
men.
Voor het beginsel der evenredige verte
genwoordiging hebben gestemd de meeste
socialisten, de leden der „Union Democra-
tikue" en der Union Républicaine, de ge
matigde republikeinen, de geheele rechter
zijde en 69 radicalen. Minister Millerand,
die zich onlangs voor de kiesrecht-hervor
ming heeft uitgesproken, onthield zich van
stemming, zelfs bij de eindstemming waar
het om de vertrouwens-kwestie ging.
Het geheele artikel echter werd verwor
pen met 66 stemmen meerderheid. Deze kras
se tegenstelling vindt haar oorzaak in het
optreden van minister Briand, die, de ver
trouwens-kwestie stellende, op verwerping
van het artikel aandrong. Zoo ver ging de
liefde der Kamer, dat wil zeggen der radi
cale meerderheid, voor de „scrutin de liste"
en de evenredige vertegenwoordiging nog
niet, dat ze ook hot ministerie er aan opof
ferde; ze herriep de reeds genomen beslui
ten en nu behoudt ze voorloopig allebei
het huidige kiesstelsel en het ministerie
Briand.
Toch kan men zeggen: „de kiesrecht
hervorming is dood, leve de kiesrechther
vorming". De evenredige vertegenwoordi
ging heeft zelfs ijverige aanhangers onder
do regeeringde ministers Cruppi en Mille
rand hebben zich onlangs duidelijk in dien
geest uitgesproken. Briand, de minister
president zelf, is er geen tegenstander van
in zijn regeeringsprogramma heeft hij be
loofd met de practische toepassing er van
bij de volgende gemeenteraadsverkiezingen
een proef te nemen. De vervanging der ver
kiezing in de afzonderlijke districten door
de „scrutin de liste" houdt hij evenbens
voor eene noodzakelijkheid de kiesrechther
vorming staat in zijn regeerings-program-
ma. Zij staat in zijne rede te Perigneux ge
houden en ze is het onderwerp geweest van
de groote redevoering, welke Briand op 28
October gehouden heeft. Over deze redevoe
ring, welke ondanks de erkenning van de
noodzakelijkheid der kiesrecht het-vorming
concludeerde tot verwerping van de onmid
dellijke invoering er van, was de radicale
meerderheid zoo verrukt dat zij besloot haar
in alle gemeenten van Frankrijk te doen aan
plakken. Zij heeft daarbij over het hoofd
gezien, dat deze rede de meest onverbloemde
critiek op het tegenwoordige kiesstelsel
was die men zich denken kan. Tegenover
de regeerings-meerderheid, die hare verkie
zing aan de districts-verkiezingen dankt,
heeft de minister openlijk verklaard: „De
districts-verkiezing heeft een duidelijk ge
brek en dit bestaat in het plaatselijke egois
me dat er in steekt." En niet minder open
lijk heeft hij aan de meerderheid verklaard,
dat ze van dit stelsel van georganiseerde
plaatselijke zelfzucht moest afzien. „De
republikeinsche partij," zeide hij, „moet
de kiesrechthervorming op haar programma
zetten, zij moet de hervorming verwezenlij
ken."
Waarom heeft nu de minister-president,
ondanks zijne overtuiging van de noodzake
lijkheid der kiesrechthervorming, zich tegen
hare onmiddellijke invoering verzet en er
zelfs een kabinetskwestie van gemaakt? In
zijne rede van 28 October heeft hij de eigen
lijke gronden van zijn verzet aangegeven.
Ze zijn tweeërlei. Briand wist dat de radi
cale meerderheid tegen de directe invoering
van de kiesrechthervorming gekant was, en
hij wilde, naar hij verklaarde: „tegen de
meerderheid, die hem haar vertrouwen had
geschonken, geen staatsgreep plegen."
De tweede grond is de omstandigheid, dat
hij geloofde, dat het kiezerscorps op de
grondige reorganisatie, welke aan de kies
rechther v.orming verbonden was, niet vol
doende was voorbereid, zoodat de republi
keinsche partij bij de eerstvolgende verkie
zingen een sprong in het duister zou doen,
vooral omdat ze lang zoo goed niet was ge
organiseerd als hare tegenstanders de socia
listen en de revolutionairen. Het eerste be
zwaar scheen uit den weg geruimd te zijn
door den uitslag der meergenoemde stem
mingen over de kiesrechtbervorming. Briand
let echter niet alleen op cijfers, doch ook op
de beteekenis er van. Hij heeft gezien dat
slechts een klein deel der radicalen voor
de evenredige vertegenwoordiging stemde;
het mee ren deel stemde er tegen. De regee-
ringsmeerderheid heeft zich alzoo gesplitst
en Briand zou de evenredige vertegenwoor
diging hebben moeten doorvoeren met eene
meerderheid, die grootendeels uit zijn tegen
standers bestaat en zijn eigenlijke meerder
heid tot een minderheid maakt. In zijne
Kamer-redevoering van Maandag heeft
Briand van deze overweging geen gewag ge
maakt hij zal daarvoor zijn redenen gehad
hebben. Des te nadrukkelijker stelde hij
het andere argument op den voorgrond, dat
noch het kiezerskorps, noch de republikein
sche partij op den ommekeer, welke de kies
rechthervorming met zich brengt-, is voor
bereid. Voor zulk een omwenteling, die hals
over kop moet worden ingevoerd, wilde
Briand de verantwoordelijkheid niet op zich
nemen. Of dit argument steekhoudend "is?
De derde republiek heeft reeds twee malen
een radicale verandering der kieswet mee
gemaakt, namelijk in de jaren 1885 en 1889.
Beide keeren werd tot de wijziging eerst
eenige maanden vóór de groote verkiezingen
besloten. De volgende verkiezingen hebben
in Mei 1910 plaats, zeé maanden blijven
daartusschen nog over, Waarin omvangrijke
voorbereidingen kunnen worden getroffen
eene nieuwe indeeling der kiesdistricten be
hoeft niet meer te geschieden, daar deze als
zoodanig reeds voorhanden zijn.
Doch hoe het zij, Briand heeft tegenover
zijne verdeelde meerderheid de hervorming
niet dadelijk willen invoeren en nog liever
zijn afscheid willen nemen.
Dit besluit mag van zijn standpunt uit
begrijpelijk en, gelet op vroegere uitspraken,
consequent zijn, zeer wel mogelijk is het,
dat Briand daarmede juist aan zijne meer
derheid een slechten dienst heeft bewezen.
Het ministerie is niet versterkt uit dit debat
te voorschijn gekomen. De afwijzing der
hervorming is koren op den molen der te
genstanders en de weinige hervormingsge
zindheid der radicalen zou bij de eerst
volgende verkiezingen wel eens een be
langrijke, zoo niet beslissende rol kun
nen spelen De radicalen hebben op
het laatste oogenblik weer hun oude
vrees voelen opkomen, dat de kiesrecht
hervorming hun een aanmerkelijk aantal ze
tels zou kosten, welke zij door verwerping
der hervorming denken te behouden. In deze
verwachting zouden ze zich wel eens kunnen
bedriegen. Jaurès heeft onlangs becijferd,
dat in ongeveer zestig kiesdistricten de radi
cale meerderheid slechts weinige stemmen
bedraagt en slechts door socialistischen steun
is bereikt. Deze steun zal bij de volgende
verkiezing vervallende kiesrechthervor
ming zou hem voor de radicalen hebben
behouden. De tijd kan dus wel eens aanbre
ken, dat de radicalen en Briand over den
dag van Maandag berouw zullen krijgen.
Duitechland.
Het ontwerp eener grondwet voor Meck
lenburg in eindelijk gereed gekomen. Vol
gens dit ontwerp zal de nieuwe Landdag
106 afgevaardigden tellen, van welke 50
worden verkozen bij algemeene, publieke,
indirecte verkiezingen (drie-klassenstelsel),
25 door de ridders worden aangewezen, 25
door de steden, 5 door de groothertogen
(deze leden worden voor hun leven benoemd)
en een door het vorstendom Ratzeburg.
Kiezer is ieder, die 25 jaar oud is, een
jaar belasting heeft betaald en eigen huis en
haard heeft.
Een afgevaardigde kan slechts worden ge
kozen in do plaats zijner inwoning.
Berlijn, 11 Nov. De 150e geboorte
dag van Schiller i6 gisteren in het geheele
rijk door feestvoorstellingen in de schouw
burgen en feestelijkheden op scholen en an
dere inrichtiingen plechtig herdacht. De
feestvoorstellirug in het „Kómgliche Schau-
spielhaus" werd door de Keizerlijke familie
bijgewoond.
België.
J Belgische Senaat en Kamer zijn Dins
dag in gewone zitting bijeengekomen. De
bestuursverkiezingen hebben in beide Ka-
mei geen verandering gebracht in de sa
menstelling van het bestuur. De Senaat is
verdaagd tot begin December. In de Kamer
heeft men de vraag behandeld of men de
beraadslaging der militaire quaestie weder
zal openen, of eerst na het onderzoek der be
grooting in de afdeelingen, dat twee dagen
in beslag zal nemen.
De clericalen hebben het uitstel doorgezet
tegen de geheele oppositie en eenige jong-
cloricalen in. Blijkbaar wil de rechterzijde
door dit nieuwe uitstel tijd winnen om het
eens te worden, daar, gelijk wij reeds heb
ben gemeld, na Vrijdag een wijziging in de
stemming is gekomen, waardoor de moge
lijkheid, dat de regeering de hervorming met
de linkerzijde zal tot stand brengen, gerin-
g.-- is geworden.
Engeland.
Aan een feestmaal, dat de Kamer van
Koophandel te Liverpool den Duitschen
minister van Koloniën Dernburg aanbood,
werden opnieuw wederzijds verzekeringen
afgelegd van de vriendschappelijke gevoelens
der beide volken jegens elkaar. Dernburg
zeide o.a. dat de Britscke en Duitsche regee
ring vooral moesten samenwerken bij het
aanplanten van katoen.
Sp«nje.
Ter vervolge op de publicatie van het de
kreet, waarbij de constitutioneele waarbor
gen te Bar lona worden hersteld, heeft de
heer Suarez Inclan, de civiele gouverneur
van die plaats, den directeuren van de scho
len, welke naar aanleiding van de jongste
ongeregeldheden gesloten werden, aange
schreven binnen een termijn van dertig da
gen bij het civiele bestuur documenten in te
zenden, uit welke kan blijken, dat de door
hen tot dusver bestuurde onderwijsinrich
tingen v -ens de wet recht van bestaan heb
ben.
De regeering zal de scholen niet alle tege
lijk weder openstellen, maar over ieder ge
val afzonderlijk beslissen.
Ooitenrijk-Hongsrije.
Bij de audiënties en onderhandelingen die
gisteren te Weenen tusschen den Keizer
Aehrenthal, Bienerth en Wekerle onafge
broken plaats hebben, besprak men het be
kende plan tot oplossing der Hongaarsche
crisis door Wekerle voorgesteld. Het be
treft naar men weet de kwestie der baar be
talingen en de militaire concessies. Naar
verluidt verkreeg ook thans Wekerle niet den
steun der Oostenrijksche ministers.
Wekerle verklaarde zijne voorwaarden als
onvermijdelijk ten einde een volkomen over
winning der radicalen te verhinderen. Do
Keizer besloot vóór de beslissing nog graaf
Andrassy en Kossuth in audiëntie te ont
vangen.
Do geheele Hongaarsche pers is 't er over
eens, dat de groep van Jusih over de ge
matigde elementen der onafhankelijkheids-
pm eeft gezegevierd. Men verwacht nu
spcedig een beslissing, daar de groep van
Justh van verdere onderhandelingen niet we
ten wil en besloten is zonder voorafgaande
regeling van het bankvraagstuk geen voor-
loopige begrooting goed te keuren en vooral
niet met Wekerle samen te werken. OndeT
den druk van de Justh-groep heeft Kossuth
reed- zijn toestemming gegeven voor de bij-
eenrceping van het huis van afgevaardigden
en Ir ueieggen eener partij-vergadering. Op
d. v.rgadering zal het dan óf tot een vol
ledige breuk tusschen de aanhangers van
Kossuth en die van Justli öf tot een verzoe
ning moeten komen.
Wekerle geeft intusschen de hoop nog niet
op, dat hij, in weerwil van de schijnbare
sterkte der Justh-groep, meester in het par
lement zal blijven, mits de kroon tot do
noodige concessies overgaat. Wekerle is van
meening, dat de aanhangers van Justh alleen
daarom zoo in aantal zijn toegenomen, omdat
men te Weenen talmt met de toezegging der
verlangde concessies. Zoodra Kossuth met de
andere ministers krachtig wil samenwerken
om tot een oplossing te geraken, zal de
Justh-groep slinken en met behulp van het
tegenwoordig reglement van orde bedwon
gen kunnen worden. De houding der Kroon,
in zake de concessies en de houding va®
Kossuth in zake do eendrachtige samenwer
king met de andere ministers zijn de beide
groote factoren, waarvan de verdere afwik
keling der crisis afhangt. In 't uiterste ge
val zou de regeering niet terugschrikken voor
ontbinding der Kamer. Als de Kroon ten
slotte definitief mocht weigeren de verlangde
concessies te verleenen, dan zal Wekerle ver
zoeken van zijn taak ontheven te worden en
der Kroon als zijn meaning te kennen geven,
dat een parlementaire oplossing der hangen
de moeilijkheden niet mogelijk is en dat er
ook niemand kan gevonden worden die in
staat is een oplossing te vinden.
Turkije.
Engeland heeft concessie voor de scheep
vaart op de Euphraat en de Tigris verzocht,
doch dat verzoek stuit te Konstantinopel op
groote moeilijkheden. In een reeks van arti
kelen die sterk de aandacht trekken, be
strijdt de Jeni Gazette, die tot dusver voor
het lijfblad van den vroegeren grootvizier
Kiamil doorging, deze concessie en herinnert
aan Egypte. Thans weet de Agence Ottoma-
ne te berichten, dat de Engelsche gezant
Lowther verklaard zou hebben, van drie
Turksche ministers de formeele verzekering
te hebben ontvangen, dat de Compagnie
Lynch met de Turksche „Tigris-maatschap-
pij" zou worden samengesmolten. De minis
terraad heeft echter de beslissing over de
verleening der concessie verdaagd. In Duit
sche kringen is men blijkbaar misnoegd over
deze onderhandelingen van Turksche minis
ters met een gezant in een zuivere handels-
quaestie.
Griekenland.
Het Atheensche blad Skrip meldt, dat de
officieren van de Grieksche pantserschepen
58 DOOK
RUDOLF HERZOG.
De korte reis naar Diisseldorf kwam het
meiisje ©indfeloos voor. En, voortdurend
doken er nieuwe tafereelen voor haar op,
droevige, schrikaanjagende beelden, die ze
vedjoeg, om ze zelf weer terug te roepen.
Aan Ernst bad ze getelegrapheerd. Haar
broer was aan het station..
„Wat is er aan de hand, Anneke?"
„Ja, dat zou ik jou wel eens willen vra-
gen."
„Mij? Ik word geheel onvoorbereid om
tien uur in dén morgen uit een diepen, slaap
goihaalld en zou op mijn. nuchtere maag nog
moeten waarzeggen ook. Dait is toch wel
een beetje te veel verlangd."
„Heb je Ewald Wiskotten gevonden?"
„Ik heb in 't geheel niet naar hem ge
zocht.''
„Als er echter een ongeluk
„Och, wat, een ongeluk. Van de academie
weggestuurd hebben ze hem wegens gebrek
aan talent. Dat worden naderhand de ori
gineelste kunstenaars. En nu schaamt hij
ridh, houdt hier of daar de handen voor het
gezicht en roept: „Kiekiek, waar ben ik?v
„Ernst, doe niet zoo mal. We moeten
Ewald Wiskotten terstond gaan opzoeken.
Vader wil het."
„Ik geloof", merkte Ernst Kölsoli geeu
wend op, „dat als ik verloren ging, jullie
niet met een extra-trein komen zoudf. En
ik ben toch het eigen vleesch en bloed."
„Onkruid vergaat niet."
„Jij wijsneus Goeie hemel, kleintje,
zet niet zoo'n boemannengeziebfc. Ik ben je
gevangene. Vooruit maar!"
Ze reden naar Zinters en troffen de doch
ter des huizes aan.
„Kunt u ons niet zeggen, juffrouw, waai*
mijnheer Wiskotten nu woont?"
„Dat raakt me niet. Zoo'n hongerlijder
als die
„Waar zijn dan zijne dingen heenge
bracht?"
„De groenteboer van hier naast heeft ze
in den zak van zijn jas meegenomen. Alleen
do rekening heeft-ie vergeten te betalen."
„Kom, Ernst, we gaan naar den groen-
ten'boer.
Gretchen Zinters, de handen in de zakken
van haar schort, bewoog zich niet van de
plek.
„Als u zijn meisje bent, nou, dan wensch
ik u geluk!"
De deur viel dicht. Anna Kölsch trad on
beschroomd het huis van den buurman bin
nen.
„Rat/ingerstraszo", antwoordde haar de
groentenboer en beschreef haar bet huis.
„De kamer is zoo groot als een muizen
hol."
Broeder en zuster bestegen de vier trap
pen van het "bouwvallige huis, dat tot onder
het dak door arme gezinnen bewoond werd,
'beeldjeskooplieden, die op straat met hun
waar ventten., losse werklui, voddenrapers
iedere kamer bijna had een anderen huur
der. En in het slechtste en kleinste vertrekje
huisde Ewald Wiskotten.
De deur was gesloten. Anna klopte aian.
Binnen een geruisch. Toen stilte. Nu sloeg
Ernst Kölsch krachtig tegen de deur.
„Doe open, kerel. Ik ben Kölsch! Ik
weet dat je thuis bent. Anna is bij me."
Geen antwoord.
„Ewaldriep bet meisje zacht.
„Verduiveld, rust wil ik hebben 1 Het
gaat mij goedIk heb jullie niet noodigl"
Zeer 'bleek luisterde het meisje naar deze
uitbarsting van woede. Toen daalde ze zwij
gend de trap af.
„Die zoo brullen kan, heeft zich nog niet
voor overwonnen verklaard, Anneke. Troost
je, SamaritaanscheJe bent te vroeg geko
men.''
„Ernst," zeide ze, en de 6chrik beefde
nog in hare stem, toen ze in het atelier van
haar broer stonden, „iaat het niet te laat
warden. Ga iederen dag naar hem toe!
Help hem op, Ernst!"
„Verdiend! heeft de driftkop het niet,"
bromide die aangesprokene. En daarbij
kan de bengel wat. Alleen met portretten
vlot het niet. Kijk eens, wat hij mij ca
deau gedaan heeft. Hij wilde het juist
verscheuren, toen ik hem overviel. Daar!
Vermaak er je in die coupé mede, dan gaat
d'e tijd sneller om. Ik schenk je den hee-
ien rommel."
Hij rolde dé teekeningen op en schoof
ze onder haar arm. „Maar lach nu toch.
weer eens, meisje 1"
Nog aliijd sprak de angst uit hare wijd
geopende oogen. „Ernst
„Kindje, ik beloof liet je immers. Ik
zal hem niet laten schieten. Mijn© hand
er op."
Met de ongeopende rol op den schoot
spoorde ze naar Barmen terug.
HOOFDSTUK II.
Weinige dagen voor het vertrek van
Ewald Wiskotten uit het buis der Zinters,
had Gretchen Zinters de trap naar zijn zol
derkamertje bestegen, aangeklopt en was
binnen getreden. Ze had een brief in de
hand, welke haar zeer scheen te intere&see-
i*en. Ewald Wiskotten zat aan de tafel,
welke hij onder hel schuin afloopende
raampje getrokken had, te zuchten over
eene compositie-opgave.
„Gretchem! Kom je weer een bij me?"
„Hier is 'n brief. Kijk eens gauw, wat
er in staat!"
„Leg maar neer!"
„Ben je dan niet nieuwsgierig? Een
sohrift alsof het gedrukt is. Dat is van
groote lui."
„De buitenkant der dingen is mij on
verschillig. Het moet van binnen goed
zijn..''
„Dat is nou weer net iets voor jou. Ik
ben meer voor 't uiterlijk. Dan weet je
te® minste wat j© hebt. Over je innerlijke
kan jo de menschen wel van alles wijs ma
ken."
„Heb ik dat gedaan, Gretchem?"
„Je bent in elk geval een vervelende ke
rel. Het zou nergens goed voor zijn, als
we allebei ons hoofki lieten hangen. En
dat mag ik ook niet. ook. Dat wil vader
niet vanwege de zaak."
„Maar je hadit je toch weil een beetje om
mij kunnen bekommeren. Weken, lang zie
ik jo niet."
Ze trok haar lip op. „Ik heb er niks
an. En 't theater speelt alleen maar in
den winter."
„Daarvoor heb ik op hot oogenblik geen
geld," zeide (hij en keek somber en kwaad
op z'n teekenpapier.
„Je hebt heelemaal nooit geld."
„Maar hier! Hier!" Hij sloeg op de tee-
kenpiLank. „Dat wordt iets goeds. Nu heb
ik het te pakken. Loop maar naar je ken
nissen, ga maar met. hen naar do comedie,
lach mij maar uit! Eens zal je huilen, om
dat je niet in mij geloofd hebt!"
Ze wiegde zich op hare slanke heupen en
gleed, in zichzelf neuriënd, achter zij®, stoél.
„Wat maak je dan, jongen?" En zo vlijde
haar lichaam tegen zijn arm en boog haar
hoofd voorover, totdat ze wang aan, wang
met hem stond.
Hij verroerde rich niet. Hij voelde
slechts, hoe een heete stroom hem door
gloeide, hoe zijn adem langzamerhand,
zwaarder en luider ging en rijn wangen be
gonnen te branden. Ze streelde niet de
vingertoppen zijn haar. ,,Zeg 't toch,
Ewald."
Toen gaf hij haastig verklaringen. „Een!
bruidestoet in Nürnberg. De praAiciëra in
rijke gewaden. Do burgers a!s vorsten."
„Zoo'n japon .zou ik ook willen hebben.
Kan je mij er zoo niet een bezorgen?"
„Ik schilder er je een."
„Ja, ja, je schildert, me wat," lachte zo
tegen zijn wang. „dat weet ik al lang."
„GretchenHij omvatte liaar zoo on
stuimig, dat de tafel begon te wankelen.
„Je moet mij kussen. Hoor je, je moet!
En ik bezorg je, wat je zelf maar wilt. Je
behoeft er mij alleen maar toe aan te spo
ren. Zie je, dat daar, dat doet niemand
mij na. Die uitvoering, die phantasie
Wordt vervolgd.