I'. 297. Tweede Blad.
Donderdag 21 April 1910.
KOLONIËN.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
Mijn Vriend de Chauffeur.
8"e Jaargang.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per S maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post - 1.80.
Afzonderijjke nummers
Dese Courant verschijnt d^elijkibehalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiönmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtsch «straat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTlfiN:
Van 16 regels f 0.50.
Elke regel meer - O.IO.
Dienptaanbiedingen en aanvragen 25 cents bq veeniitbetaHn§
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen te*
het herhaald adverteeren m dit B^ad, bq abonnement. Ee»'
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvra^
toegezonden.
O OST-Ï N DIE.
De particuliere landen op Java.
Men vernoemt, dat die Nederlandecho mi
nister van buitenlandisohe zaken de bijzon-
diere aandacht dier Engelsche regeering heeft
gevestigd op een bepaling in het prospectus
van de Anglo Dutch Plantations of Java
Limited", betreffende de door de maat
schappij aan te nemen houding met betrek
king tot het voornemen der Nederlandse he
regeering om het bezit der maatschappij te
onteigenen.
De Nederlandsche regeering heeft er d€n
nadruk op gelegd, dat zij volkomen recht
heeft op grond van de Nederlandische wet
om de particuliere landen te onteigenen. De
beweringen van den president der maatschap
pij verschenen in de dagbladen van dien 18en
dezer, worden dbor de bevoegde autoriteit
te 's Gravenhage in vele opzichten geacht te
zijn ontbloot van eiken grond.
De maatschappij heeft een verklaring doen
verschijnen, waarin in de eerste plaats wordt
gezegd, diat geen enkele vijandige bedoeling
ten opzichte van de Nederlandsche regee
ring in bedoelde bepaling gelegen is, doch
uitsluitend' de verzekering aan de aandeel-
i.oudere, dat de directeuren hun best zullen
doen hun belangen te 'beschermen. In de
tweede plaats wordt gezegd, dat de maat
schappij tot hiertoe is opgetredlen en ook in
de toekomst zal optreden op de meest
vriendschappelijke en vredelievende wijze je
gens de Nederlandsche autoriteiten, dat zij
gefen handeling van roof dbor de Nederland
sche regeering vreest en dat zij niet aarzelt
te verklaren, dat geen enkele daad van de
Nederlandsche regeering schadelijk zal we
zen voor de belangen der aandeelhouders,
wier eigendom&titel en recht op arbeid niet
worden betwist. Het is enkel de quaestie om
te lcomen tot een overeenkomst, die onover
komelijke moeilijkheden behoeft op te le
veren wat betreft bet bezit der landerijen.
Ontwerp ©ener nieuwe
J achtwet. Verschenen is het verslag
der Staatscommissie, ingesteld bij Kon. be
sluit van 11 Maart 1904, om ,,te onder
zoeken, welke wijzigingen en, aanvullingen
de wettelijke bepalingen tot regeling der
jacht behoeven, meer in het bijzonder ter
bevordering van de afschaffing der heerlij
ke. jachtrechten en ter verkrijging van een
billijke regeling tot vergoeding van wild-
schade."
Aan een uittreksel, dat de N. R. Ct. van
het verslag geeft, is het volgende ontleend
De commissie heeft zich de vraag gesteld,
of de voor- en nadeelen aan den bestaanden
toestand verbonden., niet kunnen verzoend,
of niet de groote maatschappelijke voordee-
len van de jacht tot hun recht kunnen ko
men, terwijl de uit de instandhouding van
dien gewenachten wildstand voor den. land
bouw voortvloeiende nadeelen zooveel mo
gelijk worden voorkomen of vergoed.
Met behoud van liet stelsel der tegen
woordige wet acht zij dit onmogelijk, ook bij
wijziging en verscherping van sommige be
palingen
Na dit uitvoerig te hebben uiteengezet
komt de commissie tot de overtuiging, dat
alleen een geheel nieuwe regeling een bruik
bare oplossing zal kunnen geven. Zij over
weegt, dlat hier te lande bij de verregaande
verdeel'ing van de gronden waarop jacht-
rechit bestaat,, uitoefening van dit recht aan
allerlei bezwaren is onderworpen en onte
vredenheid -met den bestaanden toestand
wordt in de hand giewerkt. Ook elder.s doen
zich deze bezwaren voor en is getraent er
aan tegemoet te komen door een regeling,
zooals voor de koninkrijken en landen, be-
hoorende tot de Oostenrijksche Kroon. De
kleinere perceelen van de gronden eener
gemeente worden vereenigd tot één jacht
terrein, waarop de jacht ten bate van de
gemeentekas of ten behoeve van de eigena
ren, wier gronden deel uitmaken van het.
samengestelde jachtgebied, wordt verpacht,
of dat door een aangestelden jager wordt
bejaagd. Het- subjectieve jachtrefcjit glaatJ
voor deze gronden verloren het. wordt voor
hen uitgeoefend door een nieuw gevormd
lichaam, het jac hitcomplex.
Verschillende Duitse he Staten hebben dit
voorbeeld reeds nagevolgd el" i" Frankrijk
heeft men iota dergelijks getracht te ver
krijgen door vrijwillige vereenigingen van
grondeigenaars zich te doen vormen en aan
stdg werkendie, durft de comimiissde toch
de. jachtpachtsom wordlt gestort in de gen-
meen te kas en wordt aangewend voor het
tot stand brengen van gemeentewerken van
dringenden aard, doch waarvoor die gewone
inkomsten der gemeenten ontoereikend zou
den zijn of deze gelden komen in mindering
der grondlasten of ten slotte kunnen onder
de grondeigenaars zfclf worden verdeeld.
De commissie wijst er op, dlat voorbeelden
van zulke onderlinge regelingen in ons land
niet ontbreken en met name in Noord-Bra
bant, Gelderland, Drente en Limburg niet
onbekend zijn. Hoewel in deze streken gun
stig werkende, durft de commissie toch
geen groote verwachting koesteren van uit
breiding van dit stelsel en in het algemeen
evenmin van het verder doordringen van
het initiatief der grondeigenaren,, zooals dit
ook in Frankrijk niet is geslaagd.
Hoewel de commissie zich niet mag ver
helen, dat het imperatieve complexen-stel
sel de uitoefening van een den grondeige
naar als zoodanig toegekend recht ernstig
beperkt, is zij tot de overtuiging gekomen,
dat de voordetélien, dlie het complexen-stel
sel biedt, slechts tot het maximum kuninen
worden opgevoerd, indlien de medewerking
van alle grondeigenaren wordt verkregen
zonder wettelijke regeling nu is deze alge-
mee ne samenwerking niet te verwachten."
In het rapport wordt hierna uitvoerig
uiteengezet, welke de voordeelen zijn, die
op geen andere wijze zijn te bereiken en
waardoor de bezwaren aan den tegenwoor-
digen toestand verbonden, worden uit den
weg geruimd om nogmaals te resumeeren,
dat zij om al deze redenen van oordeel is
de Regeering te moeten adviseeren tot
invoering van het verplich
te j a c h t c o m p 1 e x e n-s t e 1 s e 1.
Het nieuwe instituut, dat de commissie
in het leven wil roepen, stelt zij voor in
overeenstemming met de samenstelling van
„waterschappen," te betitelen met den naam
van „jachtschappen" en de omschrijving van
het territoir op te dragen aan Ged. Staten
onder goedkeuring van de Kroon.
Ten opzichte van het heerlijke jachtrecht
heeft de commissie de Tiendwet tot voor
beeld genomen en stelt zij het volgende
voor
„Bij het in werking treden der nieuwe
Jachtwet verdwijnen alle bestaande heer
lijke jachtrechten, Aan hen, die bij dat in
werking treden in het bezit en genot zijn
van heerlijke jachtrechten, wordt uit 's
land's kas een volledige schadeloosstelling
betaald. Door heffing van een bedrag, toe
reikend om rente en amortisatie der scha
deloosstelling te voldoen, van de eigenaren
der van heerlijke jachtrecht ontheven gron
den wordt de Staat in dertig jaren schade-
deloos gesteld. Die heffing wordt als jacht-
rente op de betrokken perceelen gevestigd
en met de grondbelasting gieïnd."
Een volledig ontwerp van wat, bestaande
uit 193 artikelen, met memorie van toe
lichting, is aan dit verslag door de com
missie toegevoegd, hovendien als bijlagen,
een nota van mr. S. van Houten, lid der
commissie over zijn voorstel tot opheffing
dei- heerlijke jachtrechten en een tweede
van wijlen het lid mr. E. van Zinndcq Berg-
mann over hetzelfde onderwerp, verder een
overdruk uit de Strassburger Post van 14
Jan. 1908: Die Wertschaftliche Bedeutung
dei' Jagd, en een overdruk uit Die Woche
1907, van dr. A. Schwappach over hetzelf
de onderwerp.
Uitvoerige voorschriften zijn gegeven
omtrent de dit jaar <2oor de verschillende
korpsen van het leger te houden oefeningen
op groote schaal. Voor de eerste maal zullen
aan die oefeningen deelnemen de nieuwe
mitrailleur-afdeelingen.
De schietoefeningen in de legerplaats bij
Harskamp en te Witten zullen gehouden
worden in de maanden April tot en met
October. Oefeningen der infanterie zullen
gehouden worden in de legerplaatsen bij
Reyen, Zeist en Laren in de maanden
Augustus en September.
De cavalerie houdt oefeningen op groote
schaal in Oost-Noordbrabant, terwijl de ar
tillerie onder meer marschoefeningen zal
houden, waarbij tevens vervoer per spoor en
per boot van een op oorlogssterkte gebrach
te en op oorlogsvoet uitgeruste batterij ge
durende 3 dagen.
Het korps genietroepen zal van 20 Juni
tot en met 6 Augustus kampeeren in de
legerplaats bij Zeist tot het houden van
practische oefeningen.
Voorts worden nog oefeningen gehouden
in de Nieuwe Holland,sche Waterlinie van
16 tot en met 27 Augustus.
Bestrijding van de tuber
culose onder het rundvee. Naar
men verneemt is men bij de directie van
den landbouw, in verband met de minder
gunsiige werking van de tegenwoordige be
palingen in zake de bestrijding van de tu
berculose onder het rundvee, bezig met de
voorbereiding van gewijzigde voorschriften
op dit gebied.
Vereeniging „Secties
voor Wetenschappelijken A r-
b e i d". Het. bestuur is tot zijn leedwezen
verplicht, mede te deelen, dat de voor 25
dezer angekondigde voordracht van den
Geh. Med. Rat. Prof. Dr. Wassermann,
uit Berlijn, wegens ziekte in diens familie,
tot nader bericht moet worden uitgesteld.
Kommiezen b ij 's R ij k s be
lastingen. Men meldt uit Schiedam
dam
De jaarvergadering der Vereeniging van
kommiezen bij 's Rijks belastingen in Ne
derland is gisteren morgen tien uur geopend
door den iheer Huijkman. Den aftredenden
secretaris Zeldentbuis werd een gouden hor
loge aangeboden. Tevens werd hij benoemd
tot lid van verdienste.
Een heftige discussie ontstond naar aan
leiding van de kritiek op het hoofdbestuur
geopend. Daarna kwam het financieele ver
slag aan de orde. De ontvangsten bedroe
gen 2627.25, de uitgaven 2146.67A.
Na de pauze werd besloten de volgende
jaarvergadering te Utrecht te houden. De
contributie wordt behouden.
Nog werd besloten vóór einde Juni op
audiëntie te gaan bij den minister en bij
geen gunstig antwoord alle Kamerleden te
bezoeken en een adres om algemeene toeslag
van 25 percent op vast tractement in to die
nen. Daarmee vervielen de andere actie-
voorstellen
Postkwitanties. Men
schrijft
Uit een in de nieuwsbladen gevoerde ge-
dachtenwisseling in zake de betaling van
port voor mededeelingen op door tusschen-
komst van de post in te vorderen quitantiën
en wissels, blijkt dat daaromtrent eenig
misverstand bestaat.
De bedoeling is slechts te weren allerlei
mededeelingen, inlichtingen enz., geen
rechtstreeks verband houdende met de eigen
lijke quitantie en al die, reclames, welke
hinderlijk zijn voor eene vlugge behande
ling van die stukken door de postambte
naren.
Zeker is het, dat geen extra-port zal wor
den gevorderd voor de vermelding van den
naam, de woonplaats en bet beroep van den
schuldeischer, voor de opneming van zijn
telephoonnummer en telegram-adres, voor
eene opgaaf van filialen en depots, welke
eventueel van zijne zaak bestaan, van abon-
nementsvoorwaarden op nieuwsbladen en
van den prijs van advertentiën, maar wel
voor uittreksels van reglementen of statu
ten, en voor waarschuwingen, enz., gericlht.
tot de schuldenaren.
Mochten sommige personen of firma's een
nog bescheiden voorraad quitantie-formu-
lieren bezitten, welke niet aan de gestelde
eischen voldoen, dan zullen, naar wordt
verzekerd, verzoeken om die formulieren
nog gedurende eenigen tijd te mogen blijven
bezigen zonder betaling van extra-port,
door het hoofdbestuur der posterijen en te-
legraphie gaarne in overweging worden ge
nomen.
Bloemententoonstel
ling te Haarlem. De nationale bloe
mententoonstelling te Haarlem werd Zou-
dag j.l. door 10.700 personen bezocht, waar
bij 7700 betaleuden.
Retour kaarten naar Brus
sel Vanwege de H. IJ. S. M. wortït be
richt dat vanaf Zaterdag 23 April ia.s.
tijdens den dtuur van de Brusselscbe ten
toonstelling de aan de Nederlandsche sta
tions uit te geven retourkaartein naar Brus
sel een gelidiigheidsdluur zullen hebben van
10 dagen.
De prijzen ondiergaan geen verandering.
Voor postzegelliefheb
bers. Het frankeerzegel van 17£ cent,
thans in eenvormige lilakleur gedrukt, zal
voortaan in twee kleuren, in grijs met blau
we omlijsting, worden uitgegeven.
(N. R. Ct.)
Hei spoorwegongeluk te
Colmschate. De rechtbank te Zutfeni
heeft gisteren de zaak betreffende het spoor
wegongeluk op 28 Febr. aan den overweg
•bij Colmschate behandeldSneltrein no. 245,
komende van Bath men, die omstreeks 6.20
uur '8 avond® dien overweg passeerde, i9
daar toon, naar men zich herinnert, in bot
sing gekomen met een rijtuig, dat zich op
den overweg bevond. De inzittende jhr. Van;
den Brandeler werd gedood en de koetsier
bekwam letselhij brak een been en een
voet.
Aks beklaagden stonden nu terecht de
overwegwachter F. J. S., 39 jaar, te Lettele,
gem. Diepenveen, en de stationschef van
Bathmen, P. V. V., 41 jaar.
Den wegwachter was ten laste gelegd, dat
hij verzuimd heeft de sluitboomen van den
overweg voor de komst van den trein te
sluiten en niet ten minste tien minuten
voor de komst van den trein op post ia ge
weest, zoodat de tTein in botsing is geko
men met. het rijtuig, terwijl tevens door die
botsing gevaar was ontstaan voor het ver
keer.
De stationschef was beschuldigd, dat ook
aan zijd schuld de botsing met de gevolgen
te wijten is, doordat hij niet tijdig het blok-
signaal tot aankondiging van den sneltrein
aan den volgenden wachtpost heeft gege
ven, zoodat de eerste bekl. door 'het weg
blijven van het signaal niet alsnog tijdig ia
kunnen herinnerd worden aan zijn plicht
tot het sluiten der boomen.
De rechtbank hoorde als deskundigen de
doktoren Bijl en- Werkman, die de lijkschou
wing van jhr. Van den Brandeler hadden
verricht en verder, over de spoorwegregle
menten, enz., den districtsinspecteur der
spoorwegdiensten te Arnhemt J. A. Beye-
rinck
Getuigen waren een drietal peTsonen, die
zich in de buurt van den overweg hadden be
vonden op het oogenblik van do aanrijding;
voorts de machinist van den sneltrein en de
chef van de 'halte Colmsehote en a décharge
een arbeider van het station Bathmen.
De officier van justitie vorderde veroor
deeling van den wegwachter wegen s liet aan
zijn schuld don dood van oen ander te wij
ten. hebben en wegens het door zijn schuld
gevaar doen ontstaan voor het verkeer door
stoomwezen over een spoorweg tot ©en stren
ge straf, zij het dan ook niet het maximum
van één jaar, en vrijspraak van den sta
tionschef.
Mr. Jordens, te Deventer, concludeerde
bij pleidooi eveneens tot vrijspraak van den
tweeden bekl. en voorts tot het opleggen
van een lichte straf aan den eersten bekl.
De uitspraak van 'het vonnis is door de
rechtbank bepaald op a.s. Woensdag.
Dek omeet. De opmerking wordt
gemaakt dat onze huismoeders dit voorjaar
over 't algemeen zeer traag zijn met het
schoonmaken. Ook dit brengt men in ver
band met de komeet. Wij hoorden schrijft
de N. G. van de week juffrouw Pietje
tot juffrouw Naatje zeggen:
Niet dat ik 'bang ben, dat de wereld zal
vergaan, maar ik wacht maar met schoon
maken tot die 18e Mei voorbij is. Je kunt
nooit weten, of zoo'n komeet misschien geen
vuilen boel geeft(Historisch).
Naar h$t Engiltth
29 TAK
C. N. en W. M. WILLIAMSON.
VIII
Een Hoofdstuk met
Speelpopjes.
Ik keek op mijn horloge dat ik a'en vo-
rigen avond onder mijn kussen had gestopt.
'Het. was nog geen zus uur er wij waren pas
na één naar bed gegaan, doch wetend dat
ik toch niet meer el apen kon, besloot ik
op te staan, te meer daar het leven mij
zeer belangwekkend toescheen.
Al te veel waschwater had ik niet gekre
gen, ófus baadde ik mij zoo goed en zoo
'kwaad al6 bet ging, kleedde mij en maakte
plan de omgeving van het klooster te gaan
'bekijkenWij zouden niet voor half acht
gewekt worden, en daar er besloten was om
negen uur te vertrekken, had ik nog ander
half uur tijd. Ik dacht er over Maida te
roepen en haar te vragen mij te vergezellen,
dlocih haar gezriechop trok mij ditmaal niet
blzonder aanik vreesde dat' zij in een
kllooster zijnde, (Onlkie'.L aan ihlaiax diieribailö
Zusterschap zou denken en verlangen er zoo
spoedig mogelijk terug te keeren. I® dit
jaar voorbij dan wordt zij novice, een al
lerdwaast plan nu zij het in deze prettige
wereld zoo goed kon hebben het maakt mij
zenuwachtig en ik kan niet laten te pro
testeer en als zij er over spreekt. Niet dat
zij het dikwijls dbe-t, maar het is al meer
olan erg den wmscli in haar oogen te lezen.
Maida is een allerliefst meisje, veel te
goed voor ons, en zij weet altijd' precies wait
de etiquette eiiech't als mama en ik in ver
legenheid zitten, maar zij ie zoozeer een
edelweisiz dat ik telkens in verzoeking kom
Ihiaar van haar hoogen alpentop naar bene
dien te ballen, om er dan Halter bitter be
rouw van te hieibben. Als mama buitenge
woon opgewonden is, wordt zij ook boos
op haar, ofschoon wij beiden zeer veel van
Ihaar houden, walt' niet meer dan billijk is,
daar zij altijd allerlei goede, lieve attenties
voor ons heeft. Toch is zij veel te eenvoudig
en nederig. Dat hoort zeker zoo bij de
Zustere, abch mama on ik zijn. niet van de
Orde, en boe eerder Maida beseft dat er
zoo -«ets als een wereld bestaat, hoe beter
het voor haar zal zijn.
Dus maakte ik Maida niet wakker, sloop
op mijn teenen door de corridor, liep ver
scheiden malen verkeerd' maar vond toch ein
delijk de goede deur om naar buiten te
gaan.
Daar stond ik nu in den tuin, een keu-
rigon, vriendelijken tuin met allerflei gezel
lige hoekjes, oude met mos begroeide bitee
nen banken en eon zonnewijzer, waarvoor
men in Amerika een driehonderd gulden zou
moeten betalenDen gevel bekijkend
•meende ik een vensterluik te zien bewegen
maar diacliü er niet meer aan voor d!at ik,
na tal'looze snoeperige bruggetjes te zijn
gepasseerd', een soort eiland ontdekte waar
langs aan weerszijden de rivier 'liep
prins Dalmar-Kalm naar mij toe zag komen.
Ik zat op een bank op het .kleine groene
eiland in het water te kijken, voorwendend
hem niet. te zien voor hij al dicht bij mij
stond, want ik hoopte dat 'hij mij in mijn
grijze japon tusschen de grijze boomen niet
zou opmerken. Ik twijfel of zelfs zijn beste
vrienden zuil on vinden, dat liij er 's mor
gens op zijn voordeeligst' uitziet. Hij is
van het soort dat niet vroeger dan met de
lunch Voor den dlag moeit komen,, en zijn
beau jour begint pas met gas- of electrisch
licht. Ik wist zeker dlat. hij voor het ont
bijt onuitstaanbaar zou zijn 'lt zij zij'n
ontlbijit of het mijne.
„Hoe jammer," diacliit i'k, „dat het niet
mogelijk is wen snel van dlertden tot één
jaar terug te gaan ale van zeventien tot
dertien. Als de prins mij hier op het gras
vond, spellend, met paardebloemen en „Dal
Da!" kraaiend, dan zou hom het geval zoo
afschuwelijk lijken, dlat 'hij onmiddellijk om
keerde en mij den tijd liet om tegen hot
dejeuner groot te worden.
Maar zelfs een bind moet hier of daar
een punt achter zetten en op dit moment
eeide de prins: „goeden morgen", (aoo
vriendeJijk dat hij zeker een paar grapjes
in petto hield) meteen verdof vragend of hij
naast mij mocht plaats nemen.
„Ik wou juist mama gaan wekken,'' zeide
ik;, onderwijl bedenkend of die bank zou
wippen en hij in de rivier vallijn, ails i'k
plotseling oprees. HH ziou vermakelijk
geweest zijn Zijn Hoogheid ineens Zijn
Laagfhëdd te zien worden, en lileit later aan
sir Ralph Mo may te vertellen', maar net van
plan op te springen, verklaarde dé prins,
dat hij me buiten held zien komen en om een
bizondere reden mij gevolgd was Liet ik
hem in het water duikelen dan zou ik wel
licht nimmer die reden hoorendus over
won de nieuwsgierigheid van zeventien jaar
den lust om kwaad te doen van dertien
en i'k bleef muisstil zitten.
„Ik zag u pas in den tuin komen en als
u nu weer weg wilt gaan, kan dat enkel zijn
om mij te ontloopen, wat me zeer spijten
zou omdat u zulk een allerliefst, meisje is,
van wie ik heel veel houd."
„Dat deed papa ook," en ik keek hem
aan met met een onschuldig dertienjarig
gezichtje.
„Ik ben nog niet oud genoeg om uw papa
te zijn, dus moet u mij niet in een adem
met hem noemen."
„Is u n ie t?" vroeg ik, groote oogen op
zettend
„Dat hangt er van af hoe oud u is, liefje."
„Ik ben te oud om door u „liefje" ge
noemd te worden, als u niet oud genoeg is
om mijn papa te zijn," luidde het verstandi
ge bescheid van het kind Beechy.
„Ik ben over de dertig," bekende de
prins.
„Ja, dat weet ik. In ons hotel te Cap
Martin vond ik de „Almanach de Gotha"
op tafel en u stond er in."
„Dat spreekt vanzelf," aeide do prins, een
kleur krijgend zooals alle meraschen als je
toont te weten hoever ze precies over de
dertig zijn. Maar ik ben niet getrouwd",
vervolgde hij, „dus kunt u niet aan mij den
ken als aan uw papa.
Ik denk heelemaal niet aan u. Ik heb
het veel te druk.
„Te druk? Waarmede?
„Met speelpopjes.
„Was u maar een beet nnrler." zei de
prins, niet onaardig iets van een zucht na
bootsend. „Och waarom telt u niet eenige
jaartjes meer?"
„Dat moet u aan maqia vragen. Maar
als ik ze had, zou zij ze ook hebben-, niet
waar?"
„Wat zou dat jammer wezen! Zij is zoo
bekoorlijk. Mij dunkt ze was nog haast een
kind toen ze trouwde."
„Is u in dit vroege uur gekomen om mij
over mama's huwelijk uit te hooren?" wierp
ik hem voor de voeten. „Want als dat
uw reden is, ga ik liever naar mijn poppen."
„Neen, neen," protesteerde de prins. „Ik
kwam om over uzelf te spreken,"
Ik voelde een lachbui opkomen, maar on-
dero'rukte die dbor mijn, adem in te houden
zooals bij den hik en door aan Job te den
ken, wat, als men het maar gauw en ern
stig doet, een best voorbehoedmiddel is. Ik
wist nu precies waarom prins Dalmar-Kalm
bij het zien van mij in zijn kleeren. was ge
schoten en met een leege maag naar den
tuin gekomen. Hij hoopte indien' hij mij
een half uur alleen kon spreken (wat hij al
dikwijls vruchteloos geprobeerd had) allerlei
dingen te vernemen, die hij gaarne wilde
weten. Wellicht begreep hij hoe onmogelijk
het was zoo jong te zijn als ik scheen, iets
wat hij allereerst moest ontdekken. Was
ik het niet dan zou hij flirten, w a s ik
het w e 1 mij uithooren.
Wordt vervolgd.