1U°. 111. Tweed© Blad.
9de Jaargang,
Zaterdag 17 September 1910.
KOLONIËN.
BINNENLAND.
FEUILLETON.
HA.NZEA TEN.
AMERSFOOR
DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf 1.09.
Idem franco per post - 1.50.
Afzonderlijte nummers- 0.05.
Deze Courant rersohynt d^elgksbehalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentiënmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens by de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1B regels f 0.50.
Elke regel meer - 0.10.
Dienptaanbiedingen en aanvragen 85 «ent* by vooruitbetaling,
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen iti
het herhaald adverteeren m dit Btad, by abonnement. Rt
oiroulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
OOST-IN DIE.
Vlagvertoon. Reuter seint ons uit
Sydney den 16. September Van uit Indië
arriveerden heden alhier de oorlogsschepen
De Ruyter, Koningin Regentes en Her
tog Hendrik. De bemanning werd hartelijk
welkom geheeten en vele vermakelijkheden
aangeboden. Op 26 September vertrekt het es
kader naar Melbourne.
WEST-INDIE.
Ministerie van Koloniën.
Een heden uit Curasao bij het Departement
van Koloniën ontvangen telegram bevat het
bericht dat op het eiland Sint-Martin het
Zoutmeer overstroomd is en wegen verwoest
zijn.
Wet op het auteurs recht. Naar
liet Vad. meedeelt, is <fc indiening van een
wetsvoorstel tot herziening en uitbreiding van
de wet op het auteursrecht, in verband met
de wet betreffende de toetreding lot de Ber-
ncr conventie, in voorbereiding. Het ontwerp
zal weldra aan den Raad van Staten worden
gezonden.
Ned. Bond van Gemeente
ambtenaren. Woensdagavond werden
de leden van dezen Bond door het gemeen
tebestuur van Middelburg ten raadhuize ont
vangen, waarbij de gebruikelijke toespraken
gehouden werden.
Daarop volgde een coucert in den Buiten
tuin.
Donderdagochtend te half tien werd in de
sociteit St. Joris de algemeene vergadering
door den voorzitter, den heer Jac. van der
Laan, van Sneek, met een toespraak geopend.
De opkomst was zeer talrijk.
De rekening over 1909 werd vastgesteld in
ontvang op f 7.498.19 en in uilgaaf op
f 7.309.94*, dus met een voordeelig slot van
f 188.24*.
De begrooting voor 1911 werd aangeno
men op f 8018.25*.
Daarna kwamen de verschillende bestuurs
voorstellen aan de orde.
Een voorstel om in 1911 eene loterij ten
behoeve van het Hulpfonds te houden werd
aangenomen.
Een voorstel om over te gaan tot de instel
ling van een bureau voor inlichtingen werd
door het bestuur teruggenomen.
Een voorstel om in beginsel te besluiten tot
de stichting van een rust- en vacantieoord,
en een blanco crediet te verleenen voor het
instellen van een onderzoek en het uitwerken
van een plan ward aangenomen.
Een voorstel om tegen 1911 een prijsvraag
uit te schrijven werd aangenomen. Een be
drag zal worden uitgeloofd van f 500.
Een voorstel om der Regcering te verzoe
ken maatregelen te willen treffen ter bevor
dering van de Zondagsrust van de gemeente
ambtenaren werd aangenomen4.
Hierna kwam ter tafel een voorstel der
afdeeling Noord-Holland i. z. toekenning van
toelage voor huishuur aan gehuwde ambte
naren, hetwelk werd verworpen.
Door het bestuur werd inzake den rechts
toestand de volgende motie voorgesteld:
„De algemeene vergadering van den Neder-
landschen Bond van .gemeente-ambtenaren,
gehouden te Middelburg, 15 September 1910;
overwegende, dal in steeds sterker mate
wordt gevoeld hel algeheel gemis eener wet
telijke regeling van den rechtstoestand der
gemeente-ambtenaren;
dat telkens weder gevallen bekend worden
van ongevraagd ontslag, van jaarwedde-ver-
mindering en van andere, ambtenaren in
hunne inkomsten treffende, hen vernederen
de of grievende behandeling, gevallen waarin
naar het oordeel van zeer velen aan belang
hebbenden onrecht "wordt aangedaan;
dal in bijna al die gevallen zoowel hooger
gezag als belanghebbenden tegenover plaatse
lijke willekeur volkomen machteloos staan,
den ambtenaren meermalen zelfs de reden
van de hun aangedane behandeling niet wordt
medegedeeld cn hun in den regel niet de
minste gelegenheid lot verdediging wordt ge
laten;
dat de gemeente-ambtenaren in deze sedert
de invoering van de wet op het arbeidscon
tract zelfs belangrijk achterslaan bij nrbei-
ders ir. het vrije bedrijf;
dat in deze omstandigheden moet worden
gevreesd, dal steeds meer. gevallen zich zul
len voordoen, waarin bekwame krachten hui
verig zullen blijken den gemeentedienst in
te treden en bovendien vele ambtenaren niet
de zoozeer noodige opgewektheid zullen be
houden, om hunne steeds belangrijker wor
dende taak naar behooren te kunnen vervul
len;
dat het algemeen belang en liet belang der
gemeente-ambtenaren dus dringend vorderen,
dal aan den beslaanden onhoudbaren toe
stand een einde kome;
Besluit:
Regcering cn volksvertegenwoordiging nog
maals beleefd doch met den meesten aan
drang te verzoeken zoo spoedig mogelijk tot
stand te brengen eene wettelijke regeling van
den rechtstoestand der gemeenteambtenaren.
Deze motie werd eenigszins gewijzigd aan
genomen.
Door het bestuur werd voorgesteld om voor
laan de agenda's van dc jaarvergaderingen
van den Bond ter verkrijging eener wette
lijke regeling van den rechtstoestand van
burgerlijke ambtenaren, voor zooveel de za
ken van algemeen belang betreft, zoo moge
lijk in de jaarvergaderingen te behandelen.
Dit werd aangenomen.
Alsnu had de benoeming plaats van afge
vaardigden naar de algemeene vergadering
van dien Bond. Daartoe werden benoemd de
hoeren Klyn, Kooiman, Leinwebcr en de
Voort.
Eindelijk werd als plaats voor de volgende
vergadering aangewezen Leeuwarden.
Station herdoopt. Met ingang
van 1 October a.s. zal de naam van het station
Geertruidenberg worden gewijzigd in „Geer-
truidenberg—Raamsdonksveer" en die van
Raamsdonkveer in „Raamsdonkveer—Keizers-
dijk".
-H.1J. S.M. enRaad vanToezicht
op de Spoorwegdiensten. Aan
Land en Volk wordt van welingelichte zijde
het volgende medegedeeldTot voor korten
tijd was het de gewoonte van den Raad van
Toezicht op de Spoorwegdiensten om de di
rectie der H. IJ. S. M. inlichtingen te vragen
over eventueel voorkomende grieven cn aan
merkingen betreffende de wettelijke regelin
gen, welke gesignaleerd werden in het or
gaan der Nederl. Vereen, van Spoor- en
Tramwegpersoneel. De directie der H. IJ. S.
M. heeft nu den raad medegedeeld, dat zij
voortaan verschoond wenscht te blijven van
verzoek om inlichtingen betreffende grieven
in genoemd blad voorkomende.
VerüichtingvandenDam. Naar
wij vernemen, zal de verlichting van den
Dam, welke met hel oog op het bezoek van
het Belgische koningspaar is aangebracht,
bestendigd worden, totdat in verband met de
uitvoering der Damplannen de definitieve
verlichting van den Dam is ontworpen en uit
gevoerd. (Tel).
Electriciteitstentoonstel-
1 i n g te G o u d a. De tentoonstelling van
toegepaste electriciteit te Gouda is gereed. De
gemeentelijke clectrische centrale, die den
stroom voor de bedrijven en dc verlichting
zal leveren, is daartoe in staat, hoewel de
centrale nog niet geheel is afgewerkt, en 1 et
nog wel ecnige weken zal duren vóór de ver
schillende aansluitingen van het nieuwe licht
zullen kunnen profiteeren.
Gisterenavond werd de tentoonstelling of
ficieel geopend. Een honderdtal pcrsonei
waren hierbij tegenwoordig.
Tc 8 uur nam het centraal-comiló op hel
podium plaats en sprak de voorzitter van dat
comité, mr. M. M. Schim van der Locff, een
woord van welkom, waarna jhr. mr. W. Th.
C. van Doorn, te 's Gravenhage, lid van de
Tweede Kamer voor hel district Gouda, de
openingsrede uitsprak.
Hierna spraken nog de heeren II. J. Neder-
horst Sr., uil Gouda, en Van Ylaardercn, uit
Haarlem ,lid van hel hoofdbestuur der Maat-
sehappij van Nijverheid.
Na deze redevoeringen werd alles plotse
ling helder verlicht en werden alle bedrijven
in werking gesteld. Na het ronddienen van
den eerewijn maakten de genoodigden een
rondgang door de tentoonstellingsgebouwen,
waarna de tentoonstelling voor hel publiek
werd opengesteld.
Museum van Kunstnijverr
h e i d te Haarlem. Op de Algemeene
en Internationale Tentoonstelling te Brussel
werd het werk der aan het Museum verbon
den' School voor Kunstnijverheid bekroond
in groep I klasse 4 en 6, met een eere-uiplo-
ma.
Eene uitgezochte tentoonstelling van Noor-
schc huisvlijt is voor dc maand November in
voorbereiding. liet voornemen bestaat om de
meest belangrijke voorwerpen die zich op de
tentoonstelling te Bergen bevinden en waar
aan de meeste zorg werd besteed, naar
Haarlem over te brengen.
Flink aangepakt. Dp voorstel
van commissarissen der Nutsspaarbanlc te Ap-
pingedam aan het Nuisdepartement, is be
sloten om f 25.000 beschikbaar te stellen voor
den bouw cn dc inrichting van een leeszaal
boekerij en jaarlijks f 1500 voor de exploi
tatie. Nog dit jaar zal met den bouw worden
begonnen.
Afschaffing van Nachtar-
b t i d. Door de Firma Verkade en Comp. te
Zaandam, is eene tweede brochure uitgege
ven, getiteld: De Bakkerij „De Ruyter" en de
Ontworpen Bakkerswet.
Zij wil hierin uiteenzetten hoe hare onder
neming is geworden, wat zij thans is, hoe zij
dan nu is, wat de voorgesteld wet voor haar
belcekent en hoe althans een deel der over-
groote bezwaren uit die wel zou kunnen
worden Ier zijde gesteld.
Zij wijst er op dat de in 1885 door den heer
E. G. Vci"kade Sr. te Zaandam opgerichte
broodfabriek wel leidde tot een afslag van
den broodprijs der kleine bakkers, wat den
verbruikers een bate van f 60.000 per jaar
bezorgde, doch die fabriek, door het publiek
te weinig gesteund, geldelijk een mislukking
bleek, omdat zij niet op kon werken tegen de
concurrentie der kleine bakkers, die hun
waar zelf rondventen en lager productiekos
ten hebben. Om opheffing der fabriek te voor
komen, werd nu ook koek en beschuit gebak
ken; door die combinatie en door de concen
tratie van het bedrijf werd winst gemaakt,
die echter weer werd bedreigd door de me
dedinging der coöperaties. Dit bezwaar on
derving de firma door aan hare vaste afne
mers 10 over het verbruik te waarborgen,
waardoor zij jaarlijks ongeveer f 25,000 aan
hare afnemers terugbetaalt.
De vooruitgang der zaak stelde haar in
staa» de arbeidsvoorwaarden te verbeteren.
Zij heeft den 10-urigen arbeidsdag ingevoerd
en ook het drieploegenstelscl, zoodat thans
48 van hare werklieden slechts één van de
drie weken des nachts werken.
Deze regeling en andere gunstige bepalin
gen bleken alleen mogelijk door de concen
tratie van het bedrijf, dus doordat dc pro
ductie van brood, koek en beschuit in ééne
onderneming plaats vindt.
De ontworpen Bakkerswet nu cischt een
bedrijfsstilsland van 8 uren 's nachts in dc
geheele onderneming en verbiedt dus ook be
reiding 's nachts van koek en beschuit, wan-
neei in dezelfde onderneming brood wordt
gebakken. De firma nu verklaart dat zij, op
grond der ervaring, aan eene splitsing van
haar bedrijf niet kan denken, daar een afzon
derlijke broodfabriek immers vroeger niet
rendabel bleek. Wordt dus de wet ongewij
zigd ingevoerd, dan zal zij met de broodfa-
bricage moeten ophouden.
Uitvoerig wordt nagegaan welke gronden
de Memorie van Antwoord des Ministers
aanvoert voor de ontworpen regeling. Waar
de Minister de blijvende bezwaren, die hij
erkent dat zijne regeling meebrengt, vergoe
lijkt omdat daardoor aan een ernstigen mis
stand een einde zal worden gemaakt, merkt
de firma op, dat een ernstige misstand in
haar onderneming met haar 48 man, die
slechts één week van de drie des nachls ar
beiden, niet wordt gevonden. Zij toont, met
de Memorie van Antwoord in de hand, aan,
dat' de ervaring in het buitenland geen ge
wicht in de schaal legt.
Wat het ongezonde van het bakkersbedrijf
betreft, leidt zij uil de door den Minister zelf
gegeven cijfers af, dat het bakkersbedrijf
minder ongezond is dan de gemiddelde nij-
verheidsarbeid, daar de sterftecijfers respec
tievelijk zijn 11,05 en 11,52.
Wal den omvang van den nachtarbeid in
heil het land aangaat, vraagt zij of voor de
40 nachlarbeiders onder de bakkersgezel
len geen andere regeling is te vinden dan
eene die hare onderneming desorganiseert.
Zij betoogt dat hare arbeiders, die van des
avonds half zeven tot des morgens half zes
met een werkelijken werktijd van 10 uur ar
beiden, in betere conditie zijn dan de gezel
len van den kleinen bakker, die wel eerst te
12 uur 's nachts beginnen, doch tot 's middags
5 of 6 uur doorwerken en dat wel continued
heel hel jaar. Zij bestrijdt hel betoog des Mi
nisters, dat ook hare onderneming aan de
wet moet worden onderworpen, omdat zij
anders te veel concurrentie aan de kleine
bakkers zou aandoen en zij zegt dat dus haar
goed geregeld bedrijf wordt opgeofferd aan
de belangen van andere slecht geregelde on
dernemingen. Zij schrijft de instemming van
het kleinbedrijf met dit ontwerp toe aan het
voordeel dat de kleine bakkers in deze rege
ling zien en zij wijst op dc betere arbeids
toestanden in dc grootere ondernemingen.
Dus luidt haar slotsom, dat zij in dc Memorie
van Antwoord geen gronden vindt om zich
neer te leggen bij een voor hare onderneming
zoo noodlottige regeling. Daarom verlangt zij
dat voor haar en voor alle andere gemengde
bedrijven een uitweg wordt geopend, door
dat bereiding van koek en beschuit des nachts
geoorloofd wordt, bij verbod van broodbak-
kersarbeid des nachts. Des Ministers bezwaar
dat alsdan afdoende controle onmogelijk zou
zijn, weerlegt zij met de opmerking, dat dc
concurrenten op elkaar zouden toezien en
het des nachts broodbakken immers van zelf
door de vroege levering zou blijken. Zij steil
voor, dat hij herhaalde overtreding dc ver
gunning aan gemengde bedrijven, tot berei
ding van andere waren dan brood des nachts,
wordt ingetrokken. Met klem dringt zij aan
op het openen van dien uitweg, die wel
groote bezwaren nog laat bestaan, maar
waardoor althans het voortbestaan barer on
derneming niet volstrekt wordt afgesneden.
Ten slotte zegt zij van den wetgever te ver
langen, dat hij bij het wegnemen van ernstige
misstanden zijne regeling zoo zal maken, dat
die niet noodlottig is voor ondernemingen,
waarin die ernstige misstanden niet worden
gevonden.
In een aanhangsel brengt zij verschillende
aanhalingen hijeen van voorstanders van af
schaffing van nachtarbeid, ten bewijze dat
ook volgens hen dc toestanden in het groot
bedrijf beter zijn dan in het kleinbedrijf cn
ten bewijze, dat het kleinbedrijf deze regeling
toejuicht, omdat zij daarin een nadeel voor
het grootbedrijf ziet.
Boekbeoordeeling.
Te laat om in het Boekennieuws van oen
vorig nummer te worden besproken, ontving
ik nog het volgende
De Joodsche Ceremoniën door L.
Wagenaar, Opperrabijn te Arnhem, uitg. Hol-
landia Drukkerij to Baarn (Serie Kerk en Socte).
Die nader ingelicht wil zijn omtrent de plech
tige handelingen bij verschillende gelegennodon
onder de Israëlieten in zwang, neme dit boekje
ter hand. De schrijver is in deze bevoogd,-
voor onjuisto inlichtingen is men dus gevrij
waard. Naast Wagenaar'i „Godsdienst Ritus en
Ceremoniën" on Cardozo's „Feest- en Vasten-'
dagen" kan dit boekje goede diensten bewijzen,
terwijl ik hier misschien terloops tevens de
aandacht mag vestigen op mijn „Oud Israel's
Volksleven en Godsdienst", indertijd versche
nen bij Kemink en Zn. te Utrecht.
Holland Express, red. G. v. Huizon,
uitg. C. Geleijns te Rotterdam. De Sept. afl.
verplaatst den lezer te midden der schilder
achtige Ardennen, met foto's van Larocho, Tilff,
Esneux. Voorts kijkjes op de Veluwe, die het
mooi van het landschap aldaar tot zijn volle
recht doen komen. De redacteur zet zyn roman
„Het Nestje van Onze Lieve Heer" voort.
Eindelyk „De Hollandsche Watertuinon" met
foto's van Boskoop en Aalsmeer.
Morkg Magazijn (voorheen Boon's Ma
gazijn) uitg. C. Morks te Dordt, red. C. Van Son.
De Sept. afl. bevat o. a. een art. over Het
Land van Mauve met 9 afbeeldingen naar schil-
derijon. F. do Sinclair verhaalt „een vreemde
geschiedenis" van inbrekers, en F. v. Raalte
geeft oen verhaal „De Laatste Wil van Muusken".
Voorts een en ander uit het Bergland van
Savoyo (met mooie foto's) terwijl F. Rompel
een geïll. art. over Indië schrijft. Dan een paar
voordrachtenDe Klok van Dunbar on De
Droogmaking van de Zuiderzee. Eindolijk een
comedie in één bedrijf Zonnestraaltje door H.
Kesnig. Zoo'n aflevering geeft inderdaad heel
wat te lezen 1
F. W. DRIJVER.
48 door
RUDOLF HERZOG.
Martin Vanheil bleef stil voor zich uitkij
ken.
„Ik heb 't nooit anders geleerd," zei hij
zachtjes. „Je moet me daar geen verwijt van
malccn." En op eens begon hij te vertellen, als
moest hij een biecht afleggen, als was zijn
hart zoo vol, dat hij het eindelijk eens voor
een vriend moest uitstorten.
„Als één mensch zich bewust is geweest
van hetgeen hij doen kan, dan ben ik 't. En
als iemand hetgeen hij kende niet tot gel
ding wist te brengen, dan ben ik 't óók. Dal
lag zoo in mijn aard. Ik kon geen verdriet
zien en 't verwarmde mijn hart als ik iemand
opgewekt zag. Ik begreep volkomen, dat
dit voor een koopman een gebrek is. Als je
niet van je afslaat, wordt je geslagen. Maar
de mcnsch in mij is altijd sterker geweest
dan de koopman; en de mensch in mij
bracht mij er toe om vroolijkhcid te brengen
in mijn familie. En dit maakte, dat ik al de
winst, die mijn zaak afwierp, noodig had
voor mijn uitgaven en dal ik niets overhield
voor uitbreiding van mijn zaak. Ik zeg dit
niet om me te beklagen. Geen mensch kan
gelukkiger gewcesl zijn dan ik en is nog ge
lukkiger. Mijn familieleven is zoo innig en
opgewekt als er op de geheele wereld mis
schien geen tweede te vinden is. Blijkt
daaruit niet, dat mijn systeem goed was?
En dal zou mijn meening zijn, ook al had
ik als koopman nog minder te beteekenen
dan nu. Hoe heerlijk, vroolijke gezichten in
huis om je heen te zien en op te merken
hoe alles wat je doet om hun genoegen te
verschaffen gewaardeerd wordt! Ik moet je
toegeven, dat ik vanwege de uitgaven wel
eens zorgvolle uren op mijn kantoor heb
doorgebracht, maar daarvan liet ik in den
kuiselijken kring nooit iets merken. Dat
ging mij alleen aan. En dal was goed ook,
want als belooning daarvoor genoot ik van
hun vroolijkhcid. Nu, de vorige jaren waren
goede jaren. Mijn zaken gingen zelfs bijzon
der goed. En dat kwam uitstekend te pas,
want bij Erica's trouwen had ik het jonge
paar een jaarlijkscke toelage beloofd van
vier-en-lwintig honderd gulden om hun
stand te kunnen ophouden. En Frits reken
de op de hoogeschool ook niet met centen.
Maar daardoor waren zij dan ook allen te
vreden en vroolijk. Dit laatste jaar even
wel ik beken 't je eerlijk, Twersten, is
voor mij aanhoudend een bron geweest van
heimelijke zorg. De bevrachtingszaken gin
gen hoe langer hoe slechter. Er kwamen
nieuwe lijnen bij en moderne gebruiken
drongen zich in bij den koopman. Ik werkte
zoo hard ik kon. Maar je weet zelf wat ik
doen kan. Zooeven zei je nog, dat mijn za
ken wat oudbakken werden. Maar ik hield
ze met eere gaande, zooals ook mijn vader
gedaan had. Nu evenwel, schijnen zij op
eens erg slap te worden, en daar moet ik
legen in zien te gaan. Je begrijpt mij wel,
ter wille van hen!" En met een verlegen
lachje wees hij naar boven. „Ik moet zor
gen, dat zij opgewekt kunnen blijven, en voor
hen moet ik altijd de oude vader blijven, tot
aan mijn dood."
Karei Twerslen zag den vriend van zijn
jeugd langen tijd aan.
„Geef mij je hand, Martin. Je bent een bra
ve kerel! Waarachtig, jij bent de éénige bij
wien ik zulk een wijze van koopman te zijn
niet kan afkeuren. Wij zullen nu maar niet
meer over de zaak spreken, want ik merk
wel, jij en je zaak kunt niet anders zijn dan
jelui nu eenmaal bent!"
Ilij zette zich voor de schrijftafel cn vulde
een blad van zijn chequeboek in.
„Ilier, oude vriend, schrijf mij nu maar een
kwitantie. Je behoeft er geen termijnen van
terugbetaling in te zetten. Schrijf maar: te
rug te betalen zoodra ik kan. Dan drukt het
je niet in je zaken."
„Hartelijk dank, Karei."
Twcrstcn borg de kwitantie in zijn porte
feuille.
,,'t Wordt tijd dat ik weg kom. Hou je
maar taai, Martin! Een man als jij kan niet
ten onder gaan, omdat hij niet ten onder
gaan mag."
„Ik hoor met genoegen," zei Vanheil, „dat
jij er even zoo over denkt als ik." En 't oude,
blijmoedige vertrouwen verhelderde zijn ge
zicht als een zonnestraal. Zij gaven elkan
der de hand, waarop Twersten de deur
opende, die toegang gaf tot het kantoor.
„Juffrouw Morga zie ik niet. Groet haar
hartelijk voor mij, evenals je" vrouw."
„Ik zal het niet vergeten, Twcrstcn. 11c
zal niets vergeten en wcnsch je goede zaken
toe op do Beurs."
Karei Twcrstcn knikte hem toe, gaf den
ouden Rochus in het voorbijgaan de hand en
ging naar zijn rijtuig.
„Naar de Beurs, Frederik!"
Toen hij wilde instappen, bleef hij opeens
verwonderd staan. „Zit u daar, juffrouw7
Marga? Moet ik je schaken?"
Met muts cn manteltje zat zij schuw in den
hoek van het gesloten rijtuig. Maar een be
sliste trek speelde om haar mond. „Mag ik
met u meerijden, meneer Twersten?" vroeg
zij gejaagd.
„Waarheen?" vroeg hij, terwijl hij instap
te
„O, den weg, dien u neemt."
De paarden trokken aan. „U wilt dus een
onderhoud met mij hebben, juffrouw Mar
ga? Als ik dan denk aan uw kantoorstoel en
aan uw schrijfmouwen, zou ik haast dur
ven beweren, dat het over zaken is, niet
waar?"
„Ja, over zaken," antwoordde zij, gejaagd
ademenhalende. „Wees niet hoos op mij om
de cigenaaridge manier, die ik gekozen heb.
Ik wist in de haast niets anders te beden
ken."
Hij zag haar vriendelijk aan. „Zeg maar
wat je op 'l hart hebt, juffrouw Marga. Ik
geloof, dat ik dc reden van uw onrust wel
ken."
Zij wist niet hoe zij zou beginnen. Daarop
vroeg zij zonder omwegen, terwijl een hoog-
roodc blos over haar gezicht gleed: „Zult u
die zaak met Cuba doen, meneer Twersten?"
„Wel drommel," riep Twerslen uit, terwijl
hij zich plotseling oprichtte. „Luistervink
gespeeld?"
„Ja, meneer Twersten," stamelde zij en
keek verlegen voor zich.
Een oogenblik ging stil voorbij. Twerslen
liet geen oog van haar af. Toen zcide hij
eindelijk, zacht haar hand aanrakende: „Bes
te meid, dat is niet mooi van jc. Of je zou
daarvoor een zéér ernstige reden moeten
kunnen opgeven."
„Ja," antwoordde zij nauwelijks hoorbaar,
„en hoewel ik er een zeer goede reden voor
heb, schaam ik er mij toch over."
„Dan is 't goed, meisje. Zeg nu maar wat
je verlangt."
„Ik ben toch zoo bezorgd over mijn vader,"
stiet zij uit, „al sindsmaandenl Hij geeft
zich zooveel moeite, dat het bijna boven zijn
krachten gaal om voor mij en voor ons allen
te verbergen dat de zaken achteruit gaan. Eu
ik werk toch op het kantoor, heb dc boeken
voor mij en gebruik toch ook mijn ooren en
oogen, en ik houd zoo innig veel van mijn
vader. Alleen daarom heb ik geluisterd.
Neem 't mij locli niet kwalijk, meneer Twers
ten 1"
„'l Is goed," herhaalde Twersten, „stort je
hart maar kalm uit."
Ilij gevoelde groote sympathie voor dit
meisje, dat zich zoo bezorgd over haar va
der maakte. Hoe rijk was toch die arme
Vanheil! Vrouw cn kinderen hingen hein met
onverdeelde liefde aan.
Marga ging inmiddels voort:
„U hebt mijn vader geholpen, meneer
Twersten, en, mocht mijn vader sterven, dan
zal ik dal niet vergeten. Maar als de zaak
zichzelf niet redt, zal ook uw hulp vergeefs
zijn. Wij moeten niet wachten op betere
tijden. "Wij moeten ze zelf maken. Anders
hebben we 't recht niet ons koopman te noe
men."
Wordt vervolgd.