117. Vrijdag 27 October 1911. BUITENLAND. FEUILLETON. „Het Levenslied." iOda Janrgatig. AMERSFOORTSCH DAGBLAD ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf 1.00. Idem franco per post1.50. AftwnderNiko mimmeri0.05. Doze Courant verschijn f dagelijks behalve op Zon» en Peest dagru ^Idvertenfciüntnededeelingen enz., gpliev© mon vóér 11 urn 's morgens oij de Uitgevers in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF C». Utrechtschestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66. PRIJS DER ADVBRTBNTIÉN: Ven l-« regels f O.ÖO. Elke regel moor - 0.10. Dienstaanbiedingen en san vragen 95 cent» bij vooruitbetaling. Groote lettors naar plaatsruimte. Yoor handel en bedrijf bestaan zeor voordeeligo bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, btj abonnement. Bene cireulairobevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgevingen. 1)« Burgemeester van Amersfoort, Gezien artikel 11 der gemeentewet, Brengt ter kennis van de ingezetenen, dat de- Baad dezer gemeente zal vergaderen op D.nsdag, den 31. October aanstaande, des namiddags te 14 ure. Amersfoort, den 21. October 1911. De Burgemeester voornoemd, WUIJTIERS. Politiek Overzicht. Het voorland der I alianen. Nadat de Italianen bij de landing in Beng hazi op een stelselmatigeu tegenstand van turken en Arabieren zijn gestuit, welken ze met, althans niet in üie mate, hadden ver wacht zijn ook in de nabijheid van het zoo gemakkelijk ingenomen tripoli hevige en verbitterde geveenten tusschen de Italianen eeuerzijds en de 'lurken en Arabieren ander zijds geleverd, die er op wijzen dat de wit tebroodsweken van dezen oorlog voorbij zijn en doen verwachten dat de eigenlijke oorlog thans eerst goed zal beginnen. Ter wijl dij Benghazi den Italianen reeds betrek kelijk erusnge vertiezen werden toegebracht, mogen, volgens betrouwbare tnededeelingen uit Tripoli, de verliezen der Italianen bij de jongste gevechten om die stad gerust op een drie honderd dooden en vele gewenden geschat worden. Zelfs wanneer men uitsluitend afgaat op de berichten uit Italiaanschc bron, dan blijkt daaruit voldoende dat de Turksche be- zetting in Tripoli allesbehalve uit gedemora liseerde troepen beslaat, zooals men dat bij den aanvang van den oorlog van Italiaaji- sche zijde geliefde voor te stellen. l£en twee de en ongetwijfeld nog zwaardere teleurstel ling ban eveneens al worden vastgesteld. Herhaaldelijk heelt men in Ilaliaansche be richten kunnen bezen dat de Arabieren vol strekt geen vriendschappelijke gevoelens je gens de Turken koesterden, zich. niet bij hen zouden aansluiteu, integendeel met sympa thie hel nieuwe bewind begroetten. En nu blijkt dat niet alleen bij Benghazi de Turken werden bijgestaan door een strijdmacht van Arabieren, die in de ofl'icieeJe ilaliaansche berichten op 40UÜ a 50UU werd becijferd, doch dat ook om Tripoli de Arabieren voor het meerendeel den Italianen vijandig gezind zijn. Of het besef van gelijkheid van gods dienst de overhand heelt gekregen op het bes'if van rasverschil en de oorlog er dus niet een zal worden tusschen Italianen en Turken benevens Arabieren, doch een tus schen Christenen en Mohammedanen, óf dat de Arabieren van de Italianen de afschaf fing vreezen van den slavenhandel hoe dit zij, zeker is het dat de tijden waarin de Italianen en de Arabieren als broeders in hetzelfde land zullen leven, nog heel veraf zijn. Van de bezwaren welke de Italiaanschc troepen zullen ontmoeten bij hun opmarsch in het Tripolilaansche binnenland, kan een correspondentie uit Tripoli aan de Kóln. Zcitung cenigszins een denkbeeld geven. „Met iederen stap" zoo wordt daarin ge schreven „dien de Italianen voorwaarts schrijden, worden de moeilijkheden grooter. Men moet bedenken, dal het land volstrekt niets oplevert, en daardoor aLles per schip uil Italië naar Tripoli moet worden ver voerd Dit laatste is gemakkelijk, maar dat alles op voertuigen of lastdieren verder moet vervoerd worden is moeilijker. De vlakte, die langzaam stijgende, zich tot den voet van het kustgebergle uitstrekt, beslaat deels uil lossen zandgrond, deels uit harde aarde. De bronnen die zich hier bevinden zijn niet talrijk, ze worden des te dieper, naarmate men dichter bij het gebergte komt. Het duurt hier een kleine eeuwigheid eer een emmer water naar boven gebracht is en| het is een zwaar werk hier een kleine kudde schapen schapen te drenken. Hier walcr te verkrijgen voor duizenden soldaten en duizenden paarden en muildieren, is een taak, welker volvoering niet gemakkelijk za) vallen. Ik weet nog niet op welke wijze de Itaiancn het transport van water zullen be werkstellingen, oi ze voor dit doel ijzeren kisten of gunitnizakken of wat ook meege bracht hebben. De inboorlingen bedienen zich hiertoe van gelooide geitenvellen. De kustvlakte is deels kaal, deels met doornig- sluikgewas begroeid. Daarbij zijn natuurlijk veel dorre takken en op vole plaatsen heb ben de inboorlingen het houtgewas gekapt om het te drogen en het verder naar de brandhoutmarkt te Tripoli te brengen. Wan neer evenwel vele duizenden soldaten ko men dan zal men gedwongen zijn het brand hout, dat de Italiaanschc schepen naar Tri poli hebben getransporteerd, hierheen te brengen, willen de soldaten hun warm voed sel verkrijgen. Paarden en muildieren vinden op het oogenblik niet een grashalm voedsel en zijn op het geperste hooi aangewezen, dat uit Italië gekomen is. Dan moet er nog gezorgd worden dat de voeding der solda ten, het kookgerei, de tenten, de officiers- bagage, munitie, veldlazaretten en nog du-i zend andere dingen vervoerd worden. ,,De moeilijkheden nemen niet alleen met iederen kilometer toe, dien de Italianen ver- dei' marcheer en, doch ook met iederen nieu wen dag die aanbreekt. Wij gaan den winter tegemoet. Wij hebben gister (ld October) een maximum temperatuur in de schaduw gehad van 25 graden Celsius en heden mor gen vroeg een minimum temperatuur van ld graden Celsius. Van alle meteorologische verschijnselen is de regej^ de onregelmalig- stc. liet laat zich daarom niet voorzien of voorspellen hoe de toestanden dit jaar zul len zijn. Doordat we hier in de laatste vier jaren heerlijk lenteweer in den winter ge had hebben met uilzonderingen natuur lijk, zeei" slimme zelfs, hebben wij vier maal misoogst gehad en daardoor hcerscht in het land zooveel nood, zooveel honger, zooveel ellende. Wanneer de jaargetijden echter normaal verloopen, dan is slecht weer ophanden, met de daaraan gepaard gaande ziekten, zelfs wanneer geen epide mische ziekten, als cholera, dysenlcrei of malaria uitbreken. Gelukkig is de Italiaan schc gezondheidsdienst schitterend toege rust" De Turken en de Arabieren hebben zich in de hoogvlakte teruggetrokken en zullen, op de oasen van het achterland gesteund, den oorlog voortzetten, totdat ze geen levens middelen meer hebben. Wanneer dit oogen blik zal aanbreken valt niet te zeggen, want meel en dadels zullen ondanks alle economi sche ellende wel in voldoende hoeveelheid voorhanden zijn om den aan karige voeding gewenden Oosterling op de been te houden. „Natuurlijk kan het eindresultaat moei. lijk twijfelachtig zijn" zoo merkt de Neue Frcie Presse op. ,,De Italianen zijn sterk. Wanneer de 35000 man die lot dusver naar Tripoli gezonden werden niet voldoende zijn, zullen er nog eens 35000 man heon- guun. En ook daarenboven nog heeft Italië de kracht om zijn doel te bereiken en Tri poli met bloed en ijzer te onderwerpen. Maar de elegante, snelle en vluchtige campagne waarop de Italianen gehoopt hadden, zal slechts een droom blijven. Met iederen kilo meter afstands van de kust vermindert, men zou haast kunnen zeggen in geometrische progressie, het voordeel, dal de Italianen door hunne numerieke meerderheid hebben, met iederen kilometer alslanüs van de kust süjgt In dezelfde progressie de waarde der 'Turk sche en Arabische krijgsmacht. Want in de woestijn verplaatst ue machtsverhouding tusschen Europeesche en Alrikaanscüc sol daten zich kolossaal ten voordeeie der iaal- stcn, vooropgesteld dat beide partijen zich van de wapenen van onzen tiju, repeteerge weren en nieuwerweUche kanonneu, bento nen. „Daaruit blijkt dat de vermeestering van Tripoli'zich niet zoo makkelijk zal laten vol voeren, als vroeger volgens de Italiaanschc berichten werd aangenomen. De Italianen kunnen natuurlijk de kust bezetten en een zeker rayon van de kust naar het binnen land voor zoover hun de hulpbronnen e*ner groote mogendheid ter beschikking staan en de nabijheid van het moederland hun over wicht verzekert. Dat is evenwel niet Tripoli. Op de lang© trajecten tot aan de ver verwij derde grenzen waar. de Engeiscken en de Branschen zich in hel achterland hebben genesteld, zullen de troepen menigen moei lijken hinderpaal ontmoeten. Tripoli zal veel geld kosten, helaas ook nienschcnlcvcns. lleeds thans is de heelc Afrikaansche grond met veel bloed gedrenkt. De veldtocht te gen Tripoli was er op berekend spoedig te worden afgedaan. Italië wilde met één slag in bet bezit van hel land komen en hoopte dal het feitelijk volkomen veraste Turkije zich in den toestand zou schikken. Dat is tot dusver niet geschied. En de Porte schijnt geen bijzondere haast te hebben zich aan de door ItaJië voorgenomen amputatie te onder werpen." Italië en Turkije. Tripolis, 26 Oct. Volgens een llali- aansch rapport over de verkenningen die aan de linkerzijde van de stellingen van de Ita lianen werden uitgevuerd, zijn 300 Turk sche lijken gevonden, die men daar had ach tergelaten. Een Turksch onderhandelaar vroeg giste ren aan kolonel Fara de overgave van zijn stellingen. De kolonel antwoordde, dat de Turken en Arabieren ze maar moesten ko men nemen. De landing van troepen en materiaal te Benghasi is geëindigd. Tripoli, 26 Oct. Heden morgen werd een aanval gedaan op El Mesri en Boeme- liana, waarbij de Turken en Arabieren met groote verliezen werden teruggeslagen. De verliezen der Italianen zijn gering. Het 62e regiment liet den vijand naderen en opende toen een vernietigend vuur op hem. De vijand was daardoor genoodzaakt terug te trekken op meer dan een kilometer van de loopgraven en voorposten. Het 40e regiment wierp den vijand terug op een afstand van 20 a 30 Meter. Tripoli, 2 6 O c t. Hedenmorgen werd een hevige aanval gericht op den vleugel der Italiaanschc troepen tussohen El Mesri en Boetneliana. De Arabieren wierpen zich met groote woede op de loopgraven, maar werden van alle kanten teruggeworpen. zekert, dat het bestuur van de Openbar. Schuld besloten heeft de Italiaanschc ambte naren tol het eind van den oorlog te ont staan. Konstantinopel, 2 6 Oct. Een tele gram. d.d 23 October, van den bevelhebber ■der Turksche troepen in Tripolitanie meldt, dat het garnizoen van Derna een heldhaftig verzet tegen de Italianen heeft geboden, waarbij dezen groote verliezen werden toe gebracht. Ten slotte werd in goede orde de terugtocht aanvaard. Groo<e Italiaansche bladen publlceeren over het gevecht bij Tripoli op 23 October uit voerige, doch elkaar totaal tegensprekende betichten, waaruit echter in elk geval blijkt, dat de Arabische bevolking met de Turken gemeene zaak gemaakt heeft en door hnar schijnbare onderwerping den Italiannschen opperbevelhebber om den tuin gele d heeft. De Italiaansche infanterie heeft zeer aan zienlijke verhezen geleden. Wanneer men geloof mag hechten aan de mededeelingen van den bekenden journalist Barzini, dan zouden eenige honderden soldaten gesneu veld zijn. In de oasen in de omgeving der stad vond nien hutten gevuld met ammunitie en gewe ren. De hutten werden in brand gestoken. Te Tripoli is de staat van beleg afgekon digd en uitlevering van wapens bevolen on der bedreiging van doodstraf. Uit dezen, eerst thans getroffen, maatregel blijkt, dat tot nu toe de Arabieren hun wapens moch ten behoudc: Hetgeen alleen verklaarbaar is uil dc blijkbaar onjuiste meening der Ita lianen, dat de Arabieren vriendschappelijk gezind waren jegens hen, vijandig jegens de Turken. Een meening, die zich nu gewroken heeft. Barzini meldt o.a., dat de kavas van het Duitschc consulaat op het oogenblik dat het geweervuur in de straten der stad begon, ziioh onder dc Arabieren op het marklpie n hicft gemengd en een Itafiaanschen verwon den soldaat (volgens andere berichten was het een officier) een doodeiijken dolksteek heeft toegebracht. De kavas is gefusilleerd. Het schijnt in Tripoli tot een geregeld straatgevecht gekomen te zijn. Barzini eascht krach'ige onderdrukking van den opstand, daar de Arabieren nog niet rijp zijn voor een algcmeené verbroedering. Zij moeten eerst leeren ïuzien, dat de Italianen sterker zijn dan zij. Aan de Frankfurter Zeitung wordt nog het volgende geseind over het gevecht van 23 October: De vijandelijke strijdmacht bestond groo- tendeels uit ongeregelde Arabische troepen, welker voortreffelijke ruiterij den traditio- neelen Bedocincn-aunval tegen het sterkste punt ondernam en daarna snel het zwakste aangreep. Volgens betrouwbare mededeelingen be- dedeelingen bedroeg het aantal Italianen, op den 23sten October bij Tripoli gedood, drie honderd, onder wie vele officieren. Ook hel aantal gewonden is zeer groot. Dc erg ste verliezen leed het 11de Bersaglieri-regi- ment. Vele gewonden waren verschrikkelijk verminkt. De inboorlingenbevolking in Tripoli was door de tijdingen uit Benghasi de laatste da gen zeer opgewonden geworden en van de bewegingen der Turksche troepen voortdu rend door spionnen onderricht Ze volgde met groote spanning het verloop van het gevecht. Onzinnige geruchten deden de ron de. Toen een verwonde officier door de stad reed, heette het dat een Italiaanschc generaal door Arabieren was vermoord. Een vreese- lijke paniek brak uit Men riep: „dc Arabic- ren komen 1" Naar een Europeaan verklaar den, was de paniek tijdens bet bombardement niet zoo groot geweest Uit vele ramen werd blindelings gescholen. Op de straat werden meer dan eens soldaten overvallen. Eén werd er nabij het Duilsche consulaat door een dolksteek gedood, waarop de hulpkavas, een neger uit Pezzau, als verdachte werd gear resteerd. 's Namiddags duurden de arrestaties en huiszoekingen voort, waarhij heelc wapen- voorraden ontdekt werden. Door ai deze voorvallen is de algemecne toestand volkomen veranderd. De oorlog be gint nu eerst Het onmiddellijk zenden van versterkingen is onvermijdelijk. Alleen de inboorlingen in de stad staan voorloopig te gen de Italianen op, doch deze beweging kan voor alle Europeanen gevaarlijk worden. Dc Italianen waren slecht op de hoogte van de sterkte der Turksche stellingen. Van Turk sche zijde verzekert men, dat tot nu toe 30000 inboorlingen aangekomen zijn, gehcclc stara men met talrijke kameelen cn groote voor raden. Twee sjeiks van aanzien worden nog Verwacht. Officieren van den Turkschen staf zijn naar de troepen. Het opperbevel heeft nu Hassan Riza Pacha een leerling van de Duit- schc officieren uit Salouiki. Verder is het ge lukt groote geldsommen aan de troepen te zenden. Heeds eenige dagen geleden zouden Arabische troepen een Italiaausch cavalerie- cskadron verrast en afgemaakt hebben. Dc laatste gebeurtenissen hebben groote ontstel tenis gewekt onder de Europcaneu. De stem ming is gedrukt, elk oogenblik is een nieu we paniek mogelijk. Naar de correspondent der TTaukf. Ztg. nog verneemt, heelt Hassoen Pacha, de nieuwbenoemde burgemeester van Tripoli, die het al lang op een italiaansche tusscheu- komsi had aangestuurd, zijn zoon, ecu ar- tiilerie-officier bij de Turksche troepen in Tripoiitanië, uilgenoodigd in dc stad terug te komen. Zoonlief antwoordde daarop, dat hij met pleizicr naai' Tripoli zou komen, oni onmiddellijk zijn vader het hoold al te slaan 1 den, welke Turkije zulk een daadwerkelijken steun zou verzccren. De vraag is dus op het oogenblik: zijn er gegadigden? Generaal Gauera heeft voor Tripoli en Cy- reuaica een decreet uitgevaardigd, dat, zoo lang daarover geen andere verordening het licht ziet,, den verkoop van terreinen ver biedt, met uitzondering van bijzondere, door de regeering goedgekeurde, gevallen. Een cn ander geschiedt om grondspeculaucs te voor komen. Het Italiaanschc luchtvaarlpark in Tripoli omval reeds zcvcu ballons van 25U tot 1500 kub. M. inhoud, beuevens zes vliegmachines met acht officieren, vijf andere vliegers en drie leeriingeu. De notabelen van Palestina hebben aan de groote mogendheden een protest gericht, dat luidt: „Zonder reden, zonder uitgelokt te zijlij heeft Italië ons den oorlog verklaard, daar bij gebruik makeud van onze buitenlandsche Roman van R U D. II E R Z O G. 18 Naar het Duitoeh door J. L. VAN DER MOER. Professor, rk moet u beleefd opmerken, dat we hier niet op de binnenplaats van de kazerne staan. Maar de woedende man zat reeds aan den vleugel, met het liefdes-duel tusschen i. en Lohengrin vóór zich, en gaf den toon aan. „Das süsze Lied verhallt zong Braun, zich meer dan ooit inspannend om zijn stem zoo schoon mogelijk te doen klinken. Er volgde een pauze van eenige seconden. De professor omvatte met beide handen het toetsenbord, leunde achterover in zijn stoel en schaterde van het lachen. 't Zoete lied sterft weg! lachte hij. Ja, wkcr, 't is al weggestorven. Mijn lied was werkelijk heel zoet, niet? Lieve hemel, 't zoete lied sterft weg.... Nu kon Heiga toch haar lachen ook niet laten, en Braun grinnikte moe. Komaan, kinderen, sluit nu maar gauw weer vrede met me. 't Was immers heelemaai niet zoo kwaad bedoeld? 't Is alleen maar omdat ik Irotsch op jullie wil zijn. Zie me nu die Juffrouw Nuntius eens aan. Twee jaar lang kreeg ze les van haar Moeder, die»mijn beste leerlinge was, en nu is deze al lang de Groote N untius! Wat kan ik 't kind van zoo'n ster nog leeren? Ik ben niet zooals sommige dokters, die mecnen dat ze aan de eer van 't vak te kort doen, wanneer ze niets vinden. Dat ligt niet in mijn lijn. Zie-je kind, je hebt mijn methode nu goed te pakken, je bent om zoo te zeggen bloed van mijn blood, en die vergelijking met de eer van 't vak was gerechtvaardigd. Maar langer dan één jaar houd ik je niet. 't Zou gewoon diefstal zijn! Over 'n jaar heb je 'n engagement, en nu wordt er alleen maar repertoire gestudeerd. Vooruit, op de plankenI liclga Nuntius stond zenuwachtig op het kleine tooneel. Om thans, op klaarlichten dag, te herhalen al hetgeen zij in den stiilen win teravond op haar kamer (beoefend had, scheen haar iets ondenkbaars toe. Zij voelde hoe een zekere schaamte in haar opkwam, waar door haar wangen vuurrood gekleurd wer den en haar adem even stokte. Braun trad op haar toe en opende de armen. Dood verlegen sloot zjj de oogeu en liet zich aan zijn borst zinken. Maakt 't je nu maar gemakkelijk, kinde ren l Zij voelde hoe Braun haar zacht op den divan trok, en het bloed bruiste haar warm door de aderen, toen het jubelend lied van den graalridder haar in de ooren klonk: „Elsa, mein Weib V Welk een aandocningl Zij viel in. Eerst nog met ingehouden stem. Maar deze korte aarzeling tusschen den ge weldigen drang ora zich te geven en de schuchtere terughouding, schonk aan haar toon en aan haar gansche wezen zulk ecu kuische, jonkvrouwelijke bekoorlijkheid, dat zelfs op liet trotsche gelaat van haar partner zich een diepe bewondering toekende voor het rein vrouwelijke in haar, welks stem hij thans voor de eerste maal duidelijk vernam. Onwillekeurig ipaslc hij zicli geheel en al aan i haar aan. Het opvlammende liefdevuur bc- Jfield een helderen schijn, een diepe vereering i ging gepaard met de tcedere vreugde van het samenzijn; hun zaligheid was die van mooie, fiere kinderen ,en het was als stonden ze daar in een heerlijken lentedag vol poëzie. Dc oude Meester aan den vleugel had veel moeite om zijn herinneringen te onderdruk ken. Er kwam een nevel voor zijn oogen, en j uit dien nevel verrees langzaam Baireutli, het liedlige Mekka der Muziek. In zijn gedachten stond hij weer op het, tooneel van de opera, hij zelf, evenals die jonge man daar, en oen ander stond naast hem, oen man meil een zoo scherp geteekend profiel als hij nimmer gezien had, mot een fluweel en baret op liet hooge voorhoofd. liet was de goedheid zelf, Richard Wagner, die hem op den schouder klopte en sprak: „Bravo, Fallcr. Ge zult voor mij zingen, den heiligen graal vertrouw ik ik u toe," De oude zanger zette, zoo waar, de vingers op dc verkeerde toetsen cn kwam toen plot seling tot zich zelve. Wat nu? De Meester had hém immers den Jiciligen graal toever trouwd, was het dan thans niet zijn plicht hem aan een waandig opvolger over te geven? En daar boven klonk de slem van Elsa im mer meer hartstochtelijk. En in haar stond het groote wonder voltooid te worden, hel wonder dat in één enkel uur van liefde het kind fto* vrouw maakt. Ernstig en waardig zong Braun zijn partij, i Hij had den grooteu stijl gevonden. Eu was hij vroeger gedwongen 'geweest, zijn held j zich te doen aanpassen aan hel maagdelijk wezen van het meisje, thans wekte zijn schoone gesltalte oen groote bekoring bij iHelga Nuntius. Zij gevoelde zich alsof zij in haar kamer was, vergat zich zelve en dc plaats waar zij stond geheel en al, zij leefde als ia een droom, tot zij ten slotte, gebroken door Elsa's dood, zich aan Lohengrin's horst wierp cn in onraad* nedenzonk. Thans gaf Ballor zich weer aan zijn herin neringen over. Met hot hoofd diep voorover gebogen, spoelde hij voor zich zelve al verder cn verder. Voortdurend volgden dc verschil lende motieven elkander op. Dc tonen zwol len aan, verwijlden even, als het zonlicht vóór hot zich verplaatst, en verd/wenen geluidloos om voor de volgende plaaits te maken. De jonge Siegfried1 smeedde zijn zwaard, Walter Stoltzing deed zijn loflied weerklinken, en held Trision, de zaligste ouder de onzaligcn, riep om de vrouw der vrouwen! De jonge lieden op liet tooneel waren reeds lang uit hun rol gevalled. Zij waren weer Ilelga Nuntius en Robert Braun geworden; na de mcnschen der verbeelding, de gewone, nuchtere menschcn. En <le nuchtere mcnschen stonden aan weerszijden van het tooneel, ieder tegen een coulisse geleund. Ze waren een beetje verlegen, wanneer ze elkander aankeken, omdat ze zich nog de omhelzingen herinnerden van de mcnschen der verbeel ding. Van dc verbeelding —V Maar zo hadden elkaar dan toch omhelsd 1 Hoe was het mogelijk, dat men elkaar daarna dan zoo heel gewoon kon groeten: „Goeie morgen, Juffrouw, goede morgen, mijnnecr?" Ilelga wint niet recht hoe zij het tooneel verlaten zou. Daar beneden, aan het klavier, was het stil. Bailers magere handen lagen met uitge spreide vingers op de toetsen. De blauwe aderen lagen dik op den rimpeligen rug van zijn handen. Hij draaide liet hoofd om, en de jongelui zagen dat zijn oogranden routier wa ren dan gewoonlijk. Och, och, kinderen, ate 'n mensch itoch eens ndet behoefde to sterven. Maai', professor, wat zijn dat nu voor ge dachten? Ja, sterven móest niet noodig zijn. Dit zeg ik niet, omdat ik er angstig voor ben, maar om de Muziek, weet-je. Groote hemel! hoe is 't toch mogelijk om van dc Muziek af scheid te ncjucn! Professor, riep Braun, we gaan samen 'n glaasje morgendrank drinken! Maar Palier fluisterde niet. Wanneer ik alles toch eens overdenk. Wat heb ik er toch vaak volop in gezotcu, zoodat ik in de melodieën als begraven was. Ik heb me er in gebaad en ine er mcc gerei nigd van de modderspatten van den laster. Met wijd uitgestrekte armen kwam ik er uit en. dan sprong ik weer in den vloed, zóó lang, tot ik me uiterlijk en innerlijk rein, zoo on beschrijfelijk rein cn licht gevoelde. Ja, ja, jadat is de Kunst! Die vergeeft alle zonden, maakt alles heilig ,als men maar in haar gelooft. Als men in haar ge looft! Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad | 1911 | | pagina 1