VOORHOF DER LIEFDE.
ES'. 346.
lO Jaargang.
Vrijdag 8 Maart 1912.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
AMERSFOORTSCH DAGBLAD.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 3 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franco per post- 1.50.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feest
dagen.
Advertentittnmededeelingen enz.gelieve men vóór 11 uur
's morgens bij de Uitgevers in te zenden.
Uitgevers: VALKHOFF C°.
Utrechtsshestraat 1. Intercomm. Telephoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIES:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer - O.IO.
Dienstaanbiedingen en aanvragen 25 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot
het herhaald advertoe'ren in dit Blad, bij abonnement. Eene
circulairebevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag
toegezonden.
Politiek Overzicht.
De muiterijen in China.
In de dagen, toen Joeansjikai nog niel aan
het hoofd was geplaatst van de regeering
der republiek China, heeft hij eene een merk
waardig woord gesproken; hij heeft gezegd:
„Welken keer de zaken in China ook mogen
nemen, het zal ook in het gunstigste geval
nog jaren duren voordal de golven van de
opgezweepte wateren weder tot bedaren zijn
gekomen1." De juistheid van dit woord is ge
bleken uit de muiterijen, die in Peking onder
de Chineesche troepen zijn uitgebroken en
die zich van daar verdei' hebben verspreid.
Men ziet daaruit op hoe losee schroeven de
nieuwe toestand in China nog staat. Begon
nen ale eene bloote soldijkwestie, schijnt deze
soldatenmuiterij niet vrij te zijn van poli
tieke motieven. Men verzekert, dat zij het
wérk is van eene terroristische organisatie,
door Mandejoes in het leven geroepen, die
afgezanten zendt naar de verschillende cen
tra der bevolking, om de soldaten tot oproer
aan te sporen. Het zou due eene daad van
vergelding zijn van de Mandsjoeö legen de
zegevierende republiek, met het doel een
toestand van anarchie teweeg te brengen op
het gevaar af van eene vreemde interventie
onvermijdelijk te maken. Dat is intusschen
van andere zijde tegengesproken. De Voü&i-
sclic Ztg. spreekt van eene harde k'6, die het
nieuwe China van de wild geworden solda-
leeka heeft gekregen. Wat de leidende man
nen van de republiek huiverend beleven, i6
slechts de Chineesche vertaling van de oude
leus: „Geen geld, geen Zwitsers!" Dat is
echter op zich zelf reeds ernstig genoeg en
voldoende om de opvatting te doem ontstaan,
die volgens Londenechc bladen in Peking
heerscht, dat eene vreemde tusschenkomst
niet te vermijden zal zijn. De Fraukf. Zlg.
schrijft naar aanleiding hiervan:
,,Bij lederen toestand zijn menschen geïn
teresseerd en het is niet anders dan natuur
lijk, dot zij bun best doen om (hem in starald
le houden. Men begreep het verzet van de
Kroon tegen de hervormingen, die !het Ghi-
neesehe volk sterker zouden maken op kos
ten van de vreemde dynastie. Men kon be
grijpen, dut eeuiige jongere M'aindsjoc-prin-
sen, wier zucht naar daden nog nüet in het
hofceremonieel verstikt was, zidh. tegen Joe
ansjikai wendlden, die er op aandrong, dat
de Keizerin-wedurwe en de regent afstand
zouden doen van de regeering. Mem was er
ook niet. verbaasd over dat in Mandsjoorije,
het stamland van de dynastie, onlusten uit
braken, die een separatistisch karakter dra
gen en misschien door de ontevreden jon
gere prinsen aangestookt worden. Van de
groote legers der tot dusver vijandige par
tijen echter, die in eigenlijk China stonden
en Peking bezet hielden, mocht men naar
het voorbeeld van de staatslieden, die zij
dienden, een rustig gedrag verwachten. Daar
in heeft men zich vergist; oiud-er de voorma
lige keizerlijke en onder de rep'uJblikeinsche
troepen zijin muiterijen uitgebroken, die
reeds een ernstiger. omvang hebben aange
nomen. De vertraging in de uitbetaling van
de achterstallige soldij schijnt die aanleiding
te hebben gegeven; oude en diepe geschillen
kunnen echter daarnaast werkzaam zijn.
Tot dusver is 't niet verder gekomen dan
een aantal anarchistische muiterijen en plun
deringen zonder onderling verhand; de lei
dende mannen van de beide regeer ingen, die
voortoopig nog naast elkaar bestaan, schij
nen het althans met elkaar eens tc zijn in
den wensch om aan deze onzekere toestan
den een einde te maken, en daar het in de
hoogere lagen der Ghineesohe maatschappij
niet ontbreekt aaai bekwame staatslieden,
terwijl de democratische organisatie van de
lagere klassen aan de repuiblilkeinsohe ge
dachte een breed en grondslag kam geven, be
hoeft men wegens de moeielijkheden van
het oogenbl'ik volstrekt niet te wanhopen
aa.n de toekomst van China. Eenigien lijd
zap men intusschen moeten toestaan aan de
republiek van liet Midden voer hare inwen
dige organisatie. Het is daarom zeer gevaar
lijk, wanneer wegens de onlusten nu eene ge
wapende bemoeiing van alle mogendheden,
eene herhaling van den Bokser so or log, ver
langd wordt. In Peking en in de groote s e-
den bij de kust schijnt eene geringe verster
king van de gezantsohaps- en consailaatwach-
tcn voor de beveiliging vain de daar wonende
Europeanen void (Jende le zijn. De Ghinee
sohe staatslieden zelf toonen don goeden wil
om de Europeanen te beschermen. Het zou
beter zijn hun deze laak teverlichten, in
plaats van door eene interventie het rijk voor
nieuwe reusachtige moeielijkheden te plaat
sen, die hoogstens aan de Russen en Japan
ners gelegenheid en aanleiding zouden kun
nen geven o«m de machtsverhoudingen in de
invloedssferen" blijvend op kosten van Chi
na le verschuiven."
Italië en Turkije.
Ro m e, 7 M a a r t. De Arabieren vielen op
5 Maart de posities ten. Oosten van Menghel)
aan, doch warden meL verliezen teruggesla
gen. Een Italiaan werd gedood en drie ge
wond.
Tripoli, 7 M a a r t. (Uit Italiaansche
bron.) Volgens ingewonnen inlichtingen,
wordt hel aantal Turken, gevallen in het
gevecht bij Mergheb op 5 dezer, geschat op
400 man.
Er zijn 55 Turksche lijken gevonden bij
de Italiiaansche werken.
Uit Parijs heeft de Neue Freie Pr esse be
richt ontvangen^ dat de Italiaansche gezant
aldaar, ingeval de Russische vredesactie op
niets mocht u-illoopen, hetgeen wel waar
schijnlijk is, eene krachtige Italiaansche oor
logsactie in uitzicht heeft gesteld. Daarbij
zou 't niet te doen zijn om het Tripolitaan-
sche oorlogstooneel, waar men slechts zeer
langzaam kan vorderen. Ook de Rood© zee
is niet het geschikte punt om een grooten
slag te slaan. Alleen de Aziatische of Euro-
peesche kusten of de eilanden in de Egeïsche
zee kunnen daarvoor in aanmerking komen.
Gezant Tittoni heeft over dit onderwerp een
onderhoud gehad met den Franschen mi
nister-president Poincaré en is naar Rome
gereisd om diens meening aan zijne regee
ring mede le deden. De beschieting van Bei-
roetli heeft in Frankrijk ontstemming ver
wekt, en ook overigens zijn er punten, wel
ker bedreiging door den eenen of andleren
staat van de triple entente kwalijk zou wor
den opgenomen. Inzonderheid behoort daar
toe den' toegang tot de Dardanellen, die in
tusschen reeds hierom beschouwd wordt als
beveiligd tegen een aanval, omdat de daar
aanwezige zeemijnen en kanonnen den aan
vallers zware verliezen zouden) toebrengen.
Ook eene actie tegen Saloniki wordt als
weinig waarschijnlijk beschouwd. Wel weid
verleden Zaterdag in Saloniki hekend, dat
Italiaansche oorlogsschepen aan den ingang I
van de builengolf waren gezien, ©n men was
reeds in groote bezorgdheid over kaap Ka-
raboemoe, die aan den ingang van de bin-
nengolf ligt. De Italiaansche schepen verwij
derden zich echter weder, zonder de binnen-
golf te zijn genaderd.
liet meest moet men nog altijd rekenen
met de mogelijkheid, dat een© eventueele Ita
liaansche vlootactie een van de eilanden tot
doelwit zal nemen.
Duitschland*
B e r 1 ij n 7 Maart.'De commissie voor
hel reglement van orde in den Rijksdag be
sloot aan paragraaf 33 van hel reglement van
orde de volgende redactie tc geven: „Bij de
beraadslaging over eene interpellatie kunnen
voorstellen worden gedaan, daartoe strekken
de dal de rijksdag het optreden van den
rijkskanselier in de aangelegenheid, welke het
onderwerp der interpellatie vormt, al dan
niet' goedkeurt. Deze voorstellen moeten door
minstens 30 der aanwezige leden ondersteund
worden; andere voorstellen zijn ontoelaatbaar
U.it Bochuim bericht de Köln. Ztg., dat de
auto riit eiiten .dien toestand in het Ruhir dis I riot
beschouwen als zeer kritiek. Zij rekenen nu
bepaald met de uitbarsting van de staking
en nemen uitgebreide maatregelen tot ver
sterking van de manschappen van den vei
ligheidsdienst.
Gisteren morgen meididen zich op de mijn.
Soharhhorst van de 320 dagwerkers 183 aan
en van de 1105 onder den grond werkende
mijnwerkers 90.
De kolenprij'zen in Kiel zijn gestegen tot
3.20 mark in den kleinhandel. In den zomer
van 1911 kostte de centenaar 1 mark en voor
heit begin van de staking 1.80 mark.
Engeland.
Londen, 7 Maart. Eerste minister As-
quitb deelde mede, dat, om den parlementai
ren arbeid behoorlijk te kunnen doen vor
deren, 'liet homerule-ontwerp niet voor Pa-
schen ingediend zal worden (Spuitende toe
juichingen bij de oppositie), maar dat de be
grooting waarschijnlijk op 2 April zal inko
men. Hij hoopte, dat ook vóór Paschen de
indiening mogelijk zou zijn van liet wetsont
werp op de scheiding van staat en kerk in
Walets.
De door de conservatieven veroverde ze
tel in het lagerhuis voor Zuid-Manchester
•is de zesdie plaats, die sedert December 1910
aan de oppositie is overgegaan.
In de tttiïnisterieele kringen heeft het ver
lies van dezen zetel eene stemming verwekt,
'die aan neerslachtigheid grenst. De gesla
gen afgevaardigde Sir Arthur Haworth, die
in 1906 den zeltel met ruim 4000 stommen
meerderheid op de unionisten had veroverd,
moest zich aan eene nieuwe verkiezing on
derwerpen omdat hij een klein regcerings-
amibt had aangenomen. Bij die voorlaatste
verkiezing was liij nog herkozen met bijna
2500 meerderheid en de laatste maal was
hij zondier strijd in het bezit gebleven van
het mandaat. Men meende dus volkomen ze
ker .te z-ijn van zijne herkiezing; dc teleur-
steiLULng is daarom ides te grooter en de blij4c
stemming van die oppositie eveneens.
In de zitting van het lagerhuis van giste
ren heeft de eerste minister Asquith het be
richt tegengesproken, dat de regeering he
den een wetsontwerp zou 'indienen tot be
paling van een minimum-loon voor de mijn
werkers.
Ilct dagelijkscli bestuur vani den mijnwer-
kersbond heeft heden drie uren geconfereerd
over de vredesvoorstellen die de vorige week
door de regeering werden aangeboden. Er
wordt nu gezegd, dat de verwerping van deze
vooretellen aan een misverstand te wijten! is
geweest. Het echijnt, dat er kans bestaal,
dal de onderhandelingen weder zullen wor
den opgevat daar, waar men ze heeft laten
vallen.
Londen, 7 Maart. Er is tot dti6\'er
nog geen bericht gekomen, dat men op weg
is naar eene schikking, ofschoon de Indus-
Irial Council, de mijneigenaars in' Wales en
het dagelijkscli bestuur van den mijnwerkers-
bond heden te Londen elk afzonderlijk ver
gaderd hebben.
Tweede telegram. De Board of
trade (het ministerie van handel) deelt offi
cieel mede, dat de onderhandelingen met de
partijen hervat zijn en vorderen.
Londen, 7 M a a r t. Men verneemt, dat
de crisis in het steenkolenbedrijf in zooverre
van invloed zal zijn op de plannen van den
Koning, dat daarover geen bepaalde beslis
sing zal worden genomen, zoolang de toe
stand in de industrie gespannen blijft.
Er waren plannen beraamd voor officieele
bezoeken aan buitenlandsche" hoven; onder
normale omstandigheden zouden de datums
daarvoor reeds zijn vastgesteld. Wanneer er
spoedig verbetering komt, zullen deze plan
nen in hoofdzaak lot uitvoering komen, maar
als de bestaande spanning aanhoudt, dan
zullen sommige plannen vrij zeker uitgesteld
werden &ai zal men andere plannen moeten
laten varen.
Het is niet waarschijnlijk, dat er* eenige
wijziging zal komen in de officieele plechtig
heden, waarvoor reeds alle schikkingen zijn
gemaakt.
De partijen sltaah. officieel nog scherp le
gen over elkaar, maar toch zijn er aanwij
zingen, die doen verwachten, dat weldra de
gebroken draad der onderhandelingen we
der zal worden opgevat. En als dat ge
schiedt, dan zal dat wel niet vruchteloos
worden beproefd. De toestand is nu anders
dan enkele dagen geleden.
De weigering in de vorige week door den
mijnwerkersbond van het door de regeering
gedane aanbod, waarvan de eerste minister
Asquith verleden Maandag in zijne mededee-
ling aan het lagerhuis melding maakte, is
niet met eenstemmigheid geschied', maar het
gevolg geweest van een door de meerder
heid genomen besluit. Vele gemachtigden
stemden toen melt den linkervleugel, omdat
zij bang waren voor het verwijt va'n toegc-
endheid van de arbeiders in de mijnen. Nu
hebben die eenige dagen vrij van werk ge
had, en men schijnt le mogen aannemen,
dal zij niet meer zullen verlangen, dat bij
de staking zal worden volhard le wille van
de staking. Van die zijde is dus geen ver
zet te verwachten, wanneer men zich ge
neigd toont om over eene schikking te on
derhandelen. En er zijn verschillende rede
nen, die raadzaam maken de onverzettelijk
heid niet tot het uiterste le drijven. Als zij
dat doen, dan loopen zij gevaar dc open
bare meendng van zich te vervreemden; zij
riskeeren de protesten uil te lokken van de
builen den mijnwerkersbond staande vak-
vereeni gingen, die nu, zonder over de Sta
king geraadpleegd ile zijn, zich genoodzaakt
zien belangrijke sommen te betalen aan
hunne buiten werk geraakte leden; zij ris
keeren eindelijk, dat 'de regeering, sterk!
door den steun van de openbare meening,
hen de wettelijke bepalingen zal opdringen,
die zij met zooveel nadruk hebben afgewe
zen. Hoc langer zij blijven bij hunne onver
zettelijkheid, des te meer zullen zij zich in
het nadeel plaatsen; hel is dus logisch te
meenen, dat de onverzoenlijke houding niet
lang meer zal duren.
De grootste factor in '1 nadeel van de Sta
kers is het ongerief, -dat de slaking ver
oorzaakt, en in klimmende mate moet ver
oorzaken, aan het groote publiek. Wanneer
mén den geheelen toestand beziet, dan staat
men voor het feit, dat de bemiddelden den
kolenoorlog het best kunnen uithouden en
dal de kleine menschen door stremming van
den arbeid en hongersnoodprijzen voor ko
len en vele andere levensbehoeften het
zwaarst .getroffen worden. Daar echter op
iederen slakenden mijnwerker 45 andere
medemenschen komen, die voor het grootste
gedeelte kleine menschen zijn, ligt het voor,
de hand. dat deze staking eene geweldige
ontstemming moet veroorzaken. Dat wordt
reeds overal merkbaar. Men begint het ook
in de minisH-erieele kringen te voelen. Zoo
zegt de radicale Mornmg Leader: „De maat
schappij is diep verontrust. Wanneer men
het lagerhuis gadesloeg), dat aan de eene
zijde door mijnwerkers, aan de andere zijde
door wilde vrouwen bestormd wordt, dan
drong zich onwillekeurig de gedachte op
aan een mogelijken bond van de gematigde
krachten aan beide zijden van het lagerhuis
met het doel dé orde ite herstellen onder,
mannen, en vrouwen. Mogen de mijnwerkers
«ailes goed overwegen, voordat zij tegen den
vrede de ijzeren deur sluiten en dit groote
land in den maalstroom van de ellende en
de werkloosheid storten, die het schijnt te
bedreigen. Door te trachten alles te winnen,
zouden zij wel eens alles kunnen verliezen."
Zooals uit dc mededeelingen van den pre
mier in het lagerhuis van verleden Maandag
blijkt, is de rc-geering principieel gestemd
ten gunste van de bepaling van een mini
mum-loon. Zij wilde toen nog niet tot eene
wettelijke regeling overgaan, omdat zij dc
hoop niet opgaf, dat cr alsnog overeenstem
ming zou komen tusschen de werklieden en
de ondernemers. De mijnbezitters in Mid
land, Yorkshire, Lancashire, Noord-Wales,
Durham en Northumberland hebben toe
stemming gegeven lot de bepaling van 'dc mi-
nimum-loonen naar de voorstellen van die
regeering. Daarentegen volharden de mijn-
bezitters in Zuid-Wales cn Schotland bij hun
verzet. In de Schotschc mijnen werken
138,000, in die van Zuid-Wales 221,000 ar
beiders. Daar in de overige mijnen omstreeks
650,000 werklieden werkzaam zijn, hebben
voor G5 pet. van de werklieden de patroons
zich bereid verklaard een minimum-loon te
bepalen.
Volgens eene door de regeering overgeleg
de statistiek, bedraagt het arbeidsloon per
ton in de streken, waar de patroons zich
vereenigen met hét minimum-loon, 7 shillings
3 pence, in Wales 9 sh. 11 p., in Schotland
sh. De ondernemerswinst bedraagt in En
geland per ton 10 pence, in Waks 1 sh. 6 p.,
in Schotland 9 p. Derhalve is in Schotland
het loon het laagst, maar ook de onderne
merswinst; in Wales, waar de beste kolen
verkregen worden, is het arbeidsloon per
ton hel hoogst, maar ook de ondernemers
winst hel grootst. Aan den -oorspronkélijken
eigenaar van den grond, waaruit de kolen
38 ROMAN DOOR
ANNA WiHLENBERG.
,,Wat dient hel legen te spartelen, cn de
zaken niet te willen zien, zooals ze zijn," zei
hij. ,,In die zwarte gebouwen," en hij wees
op de binnenplaats, ,zal mijn leven verstrij
ken; daar en in het huisje van den opzich
ter. Ik zal een tusschending zijn tusschen
arbeider en heer, een mensch dat noch hier
noch daar thuis behoort, en daarom zal ik
altijd alleen zijn. En nooit zal ik me tot een
hoogcr positie kunnen -opwerken, want ik
heb geen voldoende ontwikkeling. Ik moét
me haasten om daar te komen, om mijn ge
zin een thuis te verschaffen. Mijn kleine jon
gen wacht. Hij heeft een thuis noodig. En
Hilma wacht. Ze is ongeduldig. En dan blij
ven we daar in die kleine woning. Daar
past Iïilma, want wat voor beschaving cn
ontwikkeling is daarvoor noodig?"
Hij had zich opnieuw naar hel raam ge
wend, Ester stond zacht op en ging naar hem
toe.
Zc ging achter hem staan met haar hand op
dezelfde stoelleuning, die 'hij vasthield, en hij
wist dat ze daar stond, maar verroerde zich
niet.
„Stefaan," zei ze.
En ofschoon hij haar niet zag, gaf haar
warme milde stem hem een beeld van haar.
Ze stond daar een weinig voorovergebogen,
met haar helderen blik op hem gericht.
„Stefaan," zei ze opnieuw. „Als je je ver
langt op le heffen uil dat bestaan, wees dan
zeker dat je* het kunt, zoowel je zelf als ie
gezin."
„Je gelooft dal ik merkwaardige krachten
heb," zei hij strak.
„Ik geloof dat het verlangen een groote,
wonderbare kracht is. Die kan jc niet hel
pen precies waarheen je wilt, maar uit hel
ergste kan die je wel brengen. Als je maar
sterk verlangt weg te komen van die zwarte
gebouwen', cn van het arbeidershuisje, dan
kom jc er vandaan."
Hij moest lactben om deze mystiek, dit ge
lóóf aan het bovennatuurlijke, 't Was niet
mogelijk, dat ze d.it werkelijk geloofde. Maar
toen hij haar aankeek, ziaig liij, dat het baar
ernst was. -Ze geloofde aaoi een macht in of
huiten den mensoh, dié in staat was te hel
pen als men zijn mood en verlangens klaag
de. Ze geloofde daaraan, zooafs1 een kind ge
looft aan de goede fee vain het sprookje, en
dat maakte haar gemoed.zoo licht en lief.
Stefaan's hand verschoof en kwam steeds
dichter bij de hare. Deze band trok hem On
weerstaanbaar aan. Ilij voelde haar warm
te, en werd beheerscht door 'de begeerte de
warme zachte banldl aan te raken. En spoe
dig l-agern de beide handen te zameri, niet jn
elkaar, maar op elkaar.
„Ik geloof niet aan geheimzinnige mach
ten," zei hij, „maar liet wordt zoo licht als
jij naast me staat. 'Lis of men een schild
heeft gekregen."
XXI.
Gedurende den winter was Hihna [heel
dikwijls in het groote huis. Eiken Zondag
kwam ze er eten, cn bovendien wias ize eens
voor altijd uitgenood'igd, zoo vlaak ze wildé
s middags te komen en zich aan le sluiten
bij den kring rondom dé groole tafel in dc
zaal.
Er waren immers genoeg kleinigheden bij
(het naaien van de .vesten, zei Ester, dlie zie
(heel goed bij hen kon doen, terwijl ze siplra-
ken, of iiets voorlazen.
En Iïilma -kvyim. Ze was verrukt, en zeer
vereerd. Dc heele plaats, en al haar kennis
sen moesten hooren, hoé veel' ze Vain haar
hielden in .het groote buis. 't Was niét ge
noeg dat ze er een dlag in de week kwam,
men zou haar daar graag alle -dlageni zien,
als ze slechts tijd had gehad.
Lanigzaimerhand verminderde liet genoe
gen echter, want ze merkte, dat ze niet het
zelfde succes had als de eerste maal.
Men luisterde niet meer met zulk een op
merkzaamheid maar liaar verhalen, en
voortdurend gebeurde hét, (dal men sprak
over onderwerpen, waarvan zij niets be
greep, over zaken waarvan ze nooit ge
hoord had. Zeker, men -was altijd! dadelijk
bereid haar uitvoerige verklaringen- te ge
ven, maar hel was zoo vermoeiend naar die
uitleggingen tc duisteren-, zoo dialt ze deze
maar .dadelijk afsneed, met een „ja ik be
grijp," ofschoon ze er geen syllabe van be
greep. Het was zoo vervelend, onderwezen
tc worden als een- kinid, dat ze maar meestal
deed alsof ze wist waarover gesproken
w-erd en zei „jat, ja, ijk weel liet," als iemand
baar -iets wilde uitleggen. Maar d'an- moest
ze daar volkomen builen de conversatie zit
ten, en dat was ook niet prettig.
Bij een dergelijke gelegenheid die dacht ze
echter een. reddingsplank. In haar bereik
Lagen immers de kaarten van mevrouw
'Ilraglaind. mo-g niet dezien arvo-nd gebruikt, en
met een haastige beweging nam ze deze, -en
du-wde Inga, die naast haar zat, aam.
„Nu zullen we je eens de Ota art leggen."
Inga leunde met d-e ellebogen op dé tafel
en was diep geïnteresseerd. Kurt- en Elisa
beth kwamen van hun plaats, en hingen
over haar stoel om te luisteren nlaar „ide
donkere beer, di-e langs .e-en lüichit pad'', en
„van de goede tijding, die over zee" zou ko
men. En to'en Inga s kaart -gelegd wals, wil
den ook Kurt en Elisabeth elk een beurt
hebben; en. het gehoor was -zoo -dankbaar en
d-e stemming zoo luidruchtig, da.t Ilihna
zich opnieuw als een hoofdpersoon begon
le voelen, haar blik naar hel overige gezel
schap richtte, en vroé-g of er misschien nog
een van dc heeren en dames was, idiie de
toekomst wenschle te weten.
Maar een woinfderlijkc koelheid kwam haar
tegemoet.
Men silo-cg h-et aanbod af niet -een lachje,
en een gezicht, alsof ze iets heel belachelijks
had gevraagd, en Stefaan boog zich naar
haar over. „Laat het, Hilma," zei hij-. „Me
vrouw Ila-glim d wil zeker haar kaarten -te
rug hebben.''
Hilma gaf ,beleedigd de kaarten terug. Met
dat pretje was het gedaan, en zij zocht niet
meer naar een mliddelll om zich te doen gel
dén. Maar liaar pogingen om aan het alge
meen gesprek of bezigheden deel ie nemen,
werdén daardoor niet krachtiger, en hiaair
geeuwen achter dc hand werd! al meer hoor
en zichtbaar. Terwijl ze zat Jté naaien aan
haar vesten, klonk het gepraat rondom haar
als een zinloos gezoem, en haar gedachten
gingen terug naar haar huis.
't Was heel wat amuslanler daar te zitten
werken, omgeven door menischondie naar
je verhalen wilden luisteren, die lachten
over je aardigheden, en no'ott verbaasd wa
ren, wat men ook voorstelde
Als Ester haar iiitnlooidig|de, begon ze tel
kens voorwendsels te zoeken om weg ié blij
ven, en spoedig was het een zeldzaamheid
als zc op een gewonen dag in het groote huis
kwam. Maar 's Zondags waagde ze h-et niet
te spijbelen, want da-n -was het veel moeilij
ker een .geloofwaardige reden tie vinden
voor liaar wegblijven.
Op -een Zondagmiddag, toen zij en Stefaan
samen in een melksalon. zaten, smeedlde zij
een Tah-g voorbereid plan. Zij. lief het hóófd!
zakken, en zette een effen giezicht.
„Weet je, Stefaan," zei ze, „ik heb van
daag zulle een -vreeselijke hoofdpijn."
„En lach jc daarom/' vroeg hij.
„Ja-, wamt ik h-cb zulk een mooi middel
bedacht', ik waet zeker -d*at het overgaat, als
je me vanmiddag meevraagt naar Be rus.
't Is een eeuw geleden, s-eder|t we da-ar wa
ren."
„Je komt immers vanmiddag bij ons eten,
cn da n kunnen we -toch niet wegloop en."
„Maar ik kom vanmiddag niet. Je 'hoort
immers dat jk zulk een vree-sc-lijkte hoofdpij-n
heb."
Als het geweest was in den eersten tijd!
van hun kennismaking, dan zou hij gelachen
hebben o-ver haar vroolijk gezicht en over
haar streken, maar nu vermaakte haar
vroolijkheid hem niet meer. {Onophoudelijk
ergerde h-j zich óve-r hetgeen ze zei en
deed, en vooral als ze vleiend en aardig wilde
zijn. Hij. voelde neiging om baar ov-cï do
onschuldigste dingen te berispen, en dat
deed hij ook menig koer. Ma-ar dit voorstel,
diait ze nu zoo vroolijk deed1, leek hem geen
onschuldige zaak. Ilij trok do wenkbrauwen
op en fixeerde hoar scherp.
„Vindt jij liet 200 veiAielend bij ons?5'
Wordt vervolgd.
f