DE
EEMLANDER". Uitgevers: VALKHOFF 6 Co.
FEUILLETON.
De Klokken die verklonken.
H\ Ba
I2de Jaargang.
Vrijdag 19 September 1913.
BUITENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort l.OO.
Idem franoo per post - 1.50.
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) 0.10.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentièn geliove men liefst vóór II uur, familie-
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zendon.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PK IJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regelsf 0.50.
Elke rogol moor•••0.10.
Dienstaanbiedingen 25 ccntfi bjj vooruitbetaling.
Grooto lettors naar plaatsruimto.
Voor handel en bedrijf bestaan zeor voordeeligo bepalingov
tot het herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnement.
Eene ciroulniro, bovatteude do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Kennisgevingen.
De Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op art. 264 der Gemeentewet,
Doen te weten, dat het 2e en 3e aanvullings
kohier der Inkomstenbelasting- en het le aan-
vuliingskohier der Straatbclasting, over het
dienstjaar 1913, goedgekeurd door Gedeputeerde
Staten van Utrecht, in afschrift gedurende vijf
maanden op de Secretarie der Gemeente voor
een ieder ter lezing hgt.
Amersfoort, den 18. September 1913.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VEENSTRA, l.-S. VAN RANDWDCK.
Politiek Overzicht.
De Turkach-Eutgaarsche
vredesanderiianJelingea.
De conferentie van de Turksche en Bul
gaarsche vredesgedelegeerden komt in deze
week nog niet tot het einde van hare werk
zaamheden. Maar veel ontbreekt daaraan
toch niet meer; het zijn nog slechts zaken
van ondergeschikt belang, die geregeld moe
ten worden. De hoofdzaak is, zooals men ziet
uit hel onder de telegrammen opgenomen
communiqué van dc zitting der conferentie
van gisteren, afgedaan.
Van dc verschilpunten, die ten slotte wa-
ren overgebleven, is het gewichtigste, de
grenskwestie, hot eerst tot oplossin,g geko
men. Die zaak was eergisteren reeds gere
geld, door de grenslijn zoodanig te trekken,
dat Adrianopel, Kirkkilisse en Dimotika in
het Turksche gebied. Tirnova, Mustafa pacha
en OrtaReui in het Bulgaarsche gebied val
len. Hert zou, oppervlakkig beschouwd, eenige
.verwondering kunnen wekken, dat over de
nieuwe grenslijn nog zoo langdurige over
leggingen moesten gevoerd worden, nadat de
Bulgaren het offer, dat hen het zwaarst
moest vallen, Adrianopel, reeds hadden ge
bracht. Maar Bulgarije had hier te strijden
om zijne verbinding met de Egeïsche zee. het
laatste overschot van de reusachtige gebieds
uitbreiding, die het eersrt in de schoot werd
geworpen en die het later weder heeft moe
ten prijs geven. Voor die verbinding is het
bezit van den spoorweg AdrianopelDimo
tika van groote betcekenis. Maar ook het be
lang van Turkije is nauw betrokken bij het
bezit van dien spoorweg. In de Neue Freie
Presse werd dit een paar dagen geleden
aldus toegelicht:
Voor Turkije vormt deze lijn de verbin
ding van Konstantinopel met Adriano
pel en verder met West-Europa, want
in de nabijheid van OezoenKeupru ont
moet de KonstantinopcJsche lijn van dc
Orieiitspoorwegen de lijn, die van Adria
nopel over Dimotiika naar Dedeagatsch
gaat, Dit is de door eene Fransche maat
schappij geëxploiteerde verbinding, die van
Snloniki over Serres, Drama, Xanbhi, Gu-
muhljina, Feredzik en Soefli naar Dimotika
gaat. Bij Feredzik takt zich de verbindings
lijn naar Dedeagaitsch af. Voor Bulgarije is
het bezit van de lijn AdrianopelDimotika
van gewicht, omdat hot anders geene reclit-
strecksclic verbinding met Dedeagatsch en de
kust van de Egeïsche zee heeft.
Daar in den vrede van Bukarest aan de
Bulgaren het Mesta-dal ontnomen werd, zou
den zij slechts onder de grootste be
zwaren en mot voor het financieel thans
uitgeputte land haast niet le betalen
kosten een spoorweg kunnen aanleggen
tot verbinding van Pliilippopel met de
haven van Lagos. Het is dus eene levens
kwestie voor de Bulgaren, dat zij de
lijn Pliilippopel—Mustafa Pacha—Adriano
pel—-Dimotika—Dedeagatsch kunnen gebrui
ken, want anders is het bezit van de zeekust
geheel waardeloos voor hen, omdat zij geene
onafhankelijke verbinding tusschen de Egeï
sche zee en Bulgarije zelf kunnen maken.
Het Rhodope- en Rilo--gebergte, eene onbe
gaanbare, wilde bergwoestenij, ügt tusschen
Bulgarije en de zeekustde dalen van de
Mesta en de Maritza, die de eenige gelegen
heid zouden bieden om eene spoorwogge-
meenschap te krijgen, zijn aan de Bulgaren
ontnomen, zoodat het haast onmogelijk
schijnt door deze dikwijls ver boven 2000
Meter stijgende bergen een eenigszins renla-
belen spoorweg te bouwen.
De Bulgaarsche gedelegeerden moeten dus
in Konstantinopel een strijd op leven en dood
voeren over het betrekkelijk kleine lijntje
Adrianopel—Dimotika. Maar ook de Turken
kunnen daarvan niet afzien, omdat anders de
verbinding met Adrianopel voor hen zou zijn
weggenomen. Hier is dus het doode punt,
waarover de onderhandelingen moeten heen
komen. Oorspronkelijk verlangden de Tur
ken, en wel om redenen van militairen aard,
den driehoek Dimotika—Soefli—Ortakeui,
dien zij voor de verdediging van de Maritza-
grens voor onmisbaar verklaarden. Van
Soefli moeten zij reeds hebben afgezienzij
zijn dus de Bulgaren reeds op een niet onbe
langrijk punt tegemoet gekomen. Daarente
gen blijven zij nog altijd slaan op Dimotika en
op Ortakeui, dat, zooals een blik op dc kaai t
toont, tamelijk ver op den westelijken oeser
van de Maritza ligt. Als de Bulgaren genood
zaakt waren dezen eisch van de Turken te
vervullen, zouden zij ook hier evenals bij de
grens tegen de Grieken volkomen in het hoog
gebergte gedrongen worden, en ook op deze
zijde geheel buiten staat zijn eene rechl-
slrecksche verbinding tusschen Philippopel
en Dedeagatsch tot stand te brengen.
Zoo moeielijk echter het vraagstuk op het
eerste gezicht schijnt, omdat hier twee
levensbelangen elkaar ontmoeten, die even ge
wichtig en daarom even sterk zijn, er zou
toch wel een uitweg le vinden zijn. Voor
Turkije is namelijk behalve het bezit van den
spoorweg ook nog de militaire veiligheid van
Adrianopel van de grootste beleekenis. Het
kan daarom nooit toelaten, dat de spoorweg
van een vreemden slaat zoo nabij deze stad
passeert. Wanneer dus Turkije van Ortakeui
en Dimotika afziet en daarmee aan de Bul
garen de lijn Adrianopel^Dimotiika over
laat, dan zouden deze op hun gebied eene
verbindingslijn kunnen bouwen, die op veel
grooteren afstand voorbij Adrianopel zou
gaan. Deze lijn zou bij Aharlceui ten zuiden
van Adrianopel kunnen beginnen en bij Ma-
rasoli uitkomen, op de tegenwoordige lijn
Mustafa PachaAdrianopelzij zou op 7 a 12
K.M. afstand van Adrianopel kunnen blijven.
De Turken daarentegen zouden op den oosle-
lijken oever van de Maritza, die grootendcels
vlak is en volstrekt geene moeielijkhedcn
oplevert voor spoorwegaanleg, met geringe
kosten een spoorweg kunnen bouwen, die op
hun gebied Adrianopel zou verbinden met
lijn Konstantinopel—Oezoeukeupra.
Dit zou, naar de meening van de Neue
Freie Presse, eene oplossing zijn, waarbij
beide partijen elkaar gelijkelijk tegemoet
kwamen. Wanneer men met deze opgaven
vergelijkt dc nu vastgestelde - grenslijn, dan
ziet men dat Turkije ten aanzien van het ge
bied westelijk van de Maritza nog eene ver
dere concessie aan Bulgarije heeft gedaan,
door ook nog van Ortakeui af te zien.
Maar Dimotika is hun toegewezen; zij heb
ben dus op den westelijken oever van de
Maritza een steunpunt, dat de verbinding van
Bulgarije met dc Egeïsche zee bchecrscht-
Hoe nu eene oplossing gevonden is om hel
grooto belang, dat Bulgarije heeft bij het on
gestoorde bezit van die verbinding zeker te
stellen, blijkt voorshands niet daarover zul
len wij nog nader moeten worden ingelicht.
Aan den Balkan.
Konstantinopel, 18 Sopt. liet offi-
cieelc communiqué van heden luidt aldus: In
dc zitting van heden 'ondieiijeekonden de
Turksche en Bulgaarsche gedelegeerden het
protokol van liet definitieve verdrag betref
fende die grenzen tusschen de heide landen.
De kwestie van de nationaliteiten en de menr
schcnrcchten word besproken en tol een be
sluit gebracht. Eeno commissie werd be
noemd, die belast is met hot onderzoek van
kwestiën van ondergeschikt belang. Dc vol
gende zitting zal Maandag gehouden worden.
Konstantinopel, 18 Sept. De
Turksch-Bulgaarsche gevolmachtigen hebben
besloten eene militaire commissie aan te wij
zen om de nieuwe grens af te bakenen.
Dc deputatie van de voorloopige regeering
tic Gumuldjina, die in het kabinet van den
minus Ier van biiuienlaiulscho zaken Talaat
Bey tol rust werd gemaand, hooft niet ondui
delijk te kennen gdgeven, d<at zij iets meer
dan iidelc woorden verwachtte. Zij verklaar
de besloten te zijn, bij hare onafhankelijk
heid te volharden. Zij zou niet toelaten, dat
de Bulgaren turugkeerden; de beweging
breidt zich steeds meer uit, en de bevolking
verlangt, dat de Porte do voorloopige regee
ring zal erkennen.
De Konslantinopclsche bladen berichten,
dot de voorloopige regeering voortgaat zich
tot verdediging toe te rusten en belastingen
te heffen; zij koestert de hoop de Bulgaren ge
heel te kunnen verjagen of tot capitulatie te
dwingen. Intussche#s zal zij haar eigenlijke
proefstuk nog moeten leveren. Wanneer tus
schen Turkije on Bulgarije overeenstemming
is verkregen over de nieuwe grensregeling,
zal dc Turksche regeering met de Bulgaar
sche mootcn samenwerken om de bew-cging
in Thraciö te doen bedbren, en liet is de
vraag of dc anti-Bulgaarsche beweging zich
dan nog zal kunnen handhaven.
Konstantinopel^ 18 Sept. Do
meeste ambassadeurs, aan wie dc deputatie
uit Gumuldjiine de memorie, waarin de
steun van de mogendheden voor de onaf
hankelijkheid Yan Thracie wordt gevraagd,
overhandigden, hebben geantwoord, dat zij
tengevolge van den door de Porte aangeno
men houding en den algemeencn wensch
naur vrede, de beweging niet konden steu
nen.
Volgens berichten uit particuliere Turk
sche bron, zouden in de laatste dagen in do
buurt van Panheidere en Pachmakli (Wcst-
Tliracic) gevechten hebben plaats gehad
tusschen Bulgaren en de mohainmeda/ansclio
bevolking. Do muzelmannon zouden ge
dwongen zijn geworden zich terug to trek
ken.
Janine, 18 Sopt De volgende dépê
che is uit Parghas aan den minister-president
en de gezanten der groote mogendheden te
Athene gezonden: De bevolking van Parghas
cu omstreken, heden vergaderd zonder on
derscheid van godsdienst naar aanleiding
van de aanstaande komst van de internatio
nale commissie voor de grensbepaling, drukt
den wensch uit, dat de zuiver Grieksche
provincie Epirus niet worde afgescheiden
van het moederland. De bewoners zijn be
reid liever alles op te offeren, dan eene an
dere oplossing 'loe te laten, in strijd met den
wensch van do bevolking, die sinds tal van
jaren het juk verdroegen en dank zij het
Grieksche leger de vrijheid hebben hero
verd. Wij verzoeken de rogeering niot te wij
ken, want wij zijn volkomen besloten te strij
den tot den laatsben druppel bloeds tegen
lederen vijand van onze nationale Helleensehe
gedachte.
Volgens officiedo mededeelingen hebben de
Grieken in den laatsten oorlog een aanmer-
ke-lijlken buit {behaald. Buitengewoon groot
zijn de veroverde voorraden aan levensmid
delen cn equipementstukken, die inzonder
heid in Dcniisliissar en DoiiMn opgestapeld
waren. Veroverd wenden 108 Maxim- en 53
Krupp-kanonnen, geweren van verschillende
systemen, fn *t geheel 88,950 stuks. Verder
3000 gerekwireerde paarden, 2000 kavallerie-
en 800 arliileriepaanden, 85,000 geilen en
schapen, 4000 ossen, 800 buffels. Bovendien is
veel contant geld den Grieken in handen ge
vallen.
Over het gebied tusschen de Maritza en dc
nieuwe Grieksche grens ©enerzijds en de.
oude Bulgaarsche grens en de Egeïsche zee
anderzijds, dat wordit aangeduid als West-
Thracde en ook als West-Maritzaland, schrijft
eon correspondent van de Kdln. Ztg. te Sofia:
Hét is een terra incognita van het Balkan
schiereiland; bijna nooit heeft een beschaaf
de Europeaan dit gebied betreden, waar tus
schen hooge onbegaanbare bergen bloeiende
dalen zkh uitstrekken, waarin een voortref
felijke tabak groeit. Het land is vrij dicht
bevolkt; er zijn daar 100,000 exarchisten cn
95,000 paitiriarchistcn; het getal mohamme
danen is onbekend, maar zal minstens 200,000
bod ragen. Dc mohammedanen wonen in twee
districten, Kirdjald en Sultunjcri, zonder bij
menging bijeen. Behalve zuivere Turken zijn
cr ook niet weinige mohammedaansche Bul
garen, Poriuakeai die met hunne sympathie
aan de zijde van de Turken staan en bij de
christelijke Bulgareu als afvallige verraders
gehaat zijn.
In dit uitgestrekte, schoone en rijke land,
dat het Londensche verdrag aan Bulgarije
hoeft toegekend, zijn de Turken op bijzon
dere wijz» binnengedrongen. Eerst worden
boden gezonden aan de imheemsche mohanK
medaausoho bevolking met de opwekking,
zich op bepaalde punten tc vervoegen om
wapenen te ontvangen. Daarna werden, toen
de gewapende benden afgetrokken waren, de
soldaten van het geregelde leger in Ortakeui,
Dimotika, Adrianopel en zeker nog vele an
dere puntten gevraagd of zij vrijwillig zich
wilden aansluiten bij do landlieden om in
het door de Bulgaarsche troepen bijna ge
heel ontruimde land do orde to handhaven
en de mohammedanen voor dc Bulgaarsche
benden te beschermen. Wanneer de officiedQ
Bulgaarsche berichten juist zijn, hebben zich
20,000 vrijwilligers aangegeven, die dan ook
onder bevel van generaals cn officieren zijn
afgetrokken. De regoering in Konstantinopel
cchbcr verklaart, dat door haar geen bevel
is gegeven om voorwaarts tc gaan in het
West-Maritzaland.
Sedert do Bulgaarscho heerschappij daar
wankelt en men waarschijnlijk wegens on
derhandelingen in Konstamtinopel wil ver
mijden begane buitensporigheden te con-
staitecrent verkeert men eeirigsa&ns in lid
duister omtrent de feitelijke toestanden in
dio streek. Dc stad Dedeagatsch is nog door
Grieken bezet en zal door bon bezet blij
ven totdat zij worden afgelost door de Bul
garen. Gumuldjina on Xanthi zijn in hand cd
van die Turken», die hunne voorposten hebben
vooruftgeKolioven tot aam de Mestia, tegen
over de Grieken.
Weenon, 18 Sept. Volgens dc Ncu1®
Froie Pres9c zal bij gelegenheid van het ver
blijf te Weenen van den minister van bui-
tenlandsche zaken van Albanië Mufri Bey
Vier a do kwestie der vervulling van dor.
troon van Albanië definitief geregeld wor
den. Prins Wilhelm vam Wied zou tot vorst
van Albanië benoemd worden met toestem
ming van Oostenrijk en Italië.
Dit bericht wordt intusschon tegengespro
ken door welingelicht© leringen in Wee non,
die verzekeren, dat de kwestie nog volstrekt
niot zoo wr gevorderd is. Er bestaat Uians
in Albuuiè ©ene krachtige strooming, die
vraagt, dat de benoeming zonder verwijl zal
geschieden, omdat de aanwezigheid van een
vorst de rcgeeringsinstelJingen zal bevestigen.
Intusschon schijnt de kwestie nog niet van
dringende actualiteit te zijn.
Duitschland.
Heidelberg, 18 S c p t. Heden nachl
overleed in het 24ste levensjaar prinses
Sofia van Saksen-Wcimar-Eisenbaoh, do
eenige dochter van prins Wilhelm.
B e r 1 ij n, 18 Sept. Het volgende wordt
medegedeeld zomdor eenige verbintenis on
zerzijds De National Zeituiig bericht uit IIoh
dclberg, dat prinses Sofia van Saksen-Web
mar, de eenige dochter van den daar wonen
den prins Wilhelm van Saksen-Weimar, geen
natuurlijken dood is gestorven, maar zclb
moord heeft gepleegd. De prinses was dc(
uvonds naar hare kamer gegaan, na van har*
familie afceheid te hebben genomen op da
wijze, zoo als zij dit iederen avond placht to
doen. In het slot waren do meeste liukgo-
nooten reeds in bed, toen plotseling een schot
werd gehoord; men snelde naar de kamer j
van dc prinses, maai- vond haar reeds als
lijk; zij had zich in het voorhoofd gesclior
ten.
De gloed van hooger geestdrift wordt ge
doofd als het leven cén kamp is met het lage
en uitstel van bezwijken hoogste prijs.
VICTOR RilKOSI.
57 Uit htt Hongaarsch vertaald door
JEKO SEBE8TTÊX
Cu J. A. KA ABE Jr.
Buiten huilde gierend de stormwind, en
joeg hier en daar over het bosch heen de
hoog opgewaaide sneeuw -als lange gerafelde
sluiers van smetteloos witte kanrt; lawines
donderden de een na^de andere in de diepe
afgronden en nu en dan spleet een reuzen-den
met knallend gekraak uiteen.
JAnos Vajda ging dicht bij het vuur zitten
en bleef waken. In den nacfiit kan men im
mers nooit weten wanneer een gevaar dreigt.
Sloot hij al eens een half oogje, dan sliep
daarbij ook zijn halive lichaam slechts. Op
eens boog hij zich voorover, aandachtig, met
ingehouden adem, als iemand, die zeer ge
spannen 'luistert Toen sprong hij overeind,
en greep instinctmatig zijn geweer. Van zijn
jeugd af reeds kende hij alle stemmen van het
winter- en van het zomerwoud', van het woud
bij roerlooze stilte en bij zweepende storm
vlagen. Het moest dus nu wel een zeer onge
woon geluid zijn, dat tot zijn ooren door
drong. Hij schudde Simindy en de twee hel
ders wakker, die terstond alle drie op de
been waren:
„Hoort u niets, dominee?" i
„Neen, niets".
,yEn jullie beiden?"
,,'t Is net of ik hondengeblaf hoor" zei
Petru
,,Oi' zou het soms een wolf zijn?" meen
de Gyorgye.
„Maar er tusschen door klinkt ook hoorn
geschal" zei de berendooder, met opzij ge
bogen hoofd luisterend, „dat is van een
jachthoren".
Daarop schoot hij tweemaal zijn geweer af.
„Wat doet ge nu?"
„Ik geef aan de verdwaalde jagers een
teeken."
Weldra fcnalden heel in de verte flauw
eenige geweerschoten als antwoord. Meester
Vajda schoot nog eens. Kort daarna hoorden
zij de honden reeds Aan zeer dichtbij, en en
kele oogenblikken later renden, onder woe
dend geblaf, een aantal edele jachthonden
binnen den lichtcirkel van liet vuur, regel
recht op den gevelden beer aan, waar zij ter
stond hun tanden inzetten. Achter hen daag
den drie, in elegante jachtkostuums gekleede
gestalten. uit den sneeuwstorm op, en daarna
volgden Jagers en bedienden, die de paarden,
welke voor de sleden gespannen waren, bij de
teugels leidden."
„Graaf Baranghy", mompelde Jónos Vajda,
terwijl hij eerbiedig zijn muts afnam.
Het was inderdaad graaf Lészló Baranghy,
de beroemde nakomeling der Zevenburgsche
vorsten, de bekende leeuwen- en tijgerjager,
de belangwekkende forsch gebouwde man,
die dc van zijn voorvaderen geërfide zucht
naar avonturen slechts in de oerwouden van
Indie cn Afrika placht te bevredigen. Sim and)
kende hem reeds goed bij geruchte, cn staar
de hem nu met groote nieuwsgierigheid aan
Het was een \asle gewoonte van hem, die
personen* welke het lot begiftigd had met
een buitengewone positie, een groot vermo
gen of oen beroemden naam, nauwlettend op
te nemen. Bij ziali zelf stelde hij dan voor
iedereen, overeenkomstig diens vermogen en
naam verschillende plichten vast. En al vaak.
wanneer hij zag bijvoorbeeld, dat aan den
arme zelfs zijn laatste koe werd afgenomen
voor de belasting, had hij er over nagedacht
hoevele dier zedelijke plichten er toch wel
altijd onvervuld worden gelaten. De arme
echter wordt tot vervulling van zijn plicht
gedwongen, ook zelfs al gaat hij daarbij ge
heel te gronde
„Hallo, wie zijt ge?" riep de graaf.
„Jagers uit Magyar-Garabó, mijnheer de
graaf, die in een berenhol een schuilplaats
tegen den storm hebben gezocht" ant
woordde meester Vajda met ontbloot hoofd.
„Ik zie daar, dat ge een prachtige beer uil
zijn hol hebt gedreven... Jaagt de honden
van hem af
De graaf ging naar het doode dier en be
tastte het met den voet. Ook de beide andere
heeren bekeken het kolossale beest
Daarna schaarden zij zich allen rondom het
vuur om hun verstijfde leden te verwarmen.
De jagers bleven bij de paarden
Onderzoekend keek de 'graaf den beren
dooder aan.
„Zeg ereis oude, ben je Jóno# Vajda niet,
de berendooder?"
„Om u te dienen, mijnheer de graaf. Ik heb
Uwe Genade indertijd nog liet jagen geleerd."
„Zouden wij vannacht nog niet in Garabó
onderdak kunnen komen? Mijn gasten zijn
doodop van koude on vermoeienis."
„Ik zou het Uwe Genade niet aanraden.
Een lawine heeft den terugweg versperd en
wij zouden daar allen omkomen in deze vin
nige koude. Maar, als het u belieft, het hol
slaat tot uwe beschikking; daarin zijt ge ook
beschut tegen den scherpen wind."
De graaf wendde zich in het Duitsch toi
ziju gasten.
„Nu, mijne heeren, ik had u beloofd u eeü
winter te zullen toonen, zooals gij er nog
nooit een hadt doorgemaakt, heb ik nu n .jV
woord gehouden of niet?
„Dank u, graaf" antwoordde de oudste,
een krachtige man, die aanleg voor een
buikje toonde te bezitten, „zoo een heb ik cr
nog nooit beleefd, noch aan de grenzen van
Tibet, noch in Canada."
1De jongste, een slan3Te, blonde man* voegde
er bij: „Ik heb er nog geen oogenbliit spijt
van gehad uit Weenen hierheen gekomen te
zijn. Deze sneeuwstorm wedijvert met de
«jhiurana*1 in Rutland's steppen. Ik nerianor
mij eens in het Oeralgebergte iets dergelijks
bijgewoond te hebben. Mijn gelukwensdh.cn,
waarde graai 1"
,^Ziet ge dezes ouden raanT* vroeg de aan
gesprokene, op Jénos Vajda wijzend, „zijn
grootvader redds heeft onze familie gediend.
Hij heeft mij het eerste onderricht in het ja
gen gegeven. Door hem zijn er al meer beren
'gevold, dan wij er met ons drieën gezien Leb
ben Zoo juist nu heeft hij mij meegedeeld,
dat wij onmogelijk verder kunnen gaan, daar
wij dan veel kans zouden loopen in dc sneeuw
le blijven steken."
„Wat moeten wij dan doèiTF*
„Wij zullen hier in het berenhol overnach
ten."
„Bravo!" riep de dikbuik verheugd, „cj
zal wat te verhalen zijn op het aanstaand#
hofbal 1"
„Maak dan binnen maar plaata voor ons
Jénosl"
Inlussdhen hadden Gyorgye, Petru en dj
jagers twee reusachtige vuren op eenigen at«
stand van elkaar aangelegd, en claartussdicii
de paarden van den graaf geplaatst. Ooi
meester Vajda had zijn paarden naar buitel
gevoerd en bij de andere gebracht. De be
dienden hadden alle6 van de sleden afgela
den, dekens, levensmiddelen en kusseins ec
droegen die nu in het hol. Nadat ze vei*vo>'
gens nog een groote benzinelamp aangestoken
en miklden in de grot geplaatst hadden, gin
gen de heeren ook naar binnen. Toen eer^jf
trad Simandy op hen loe en stelde zich vooi
aan den graaf in het Hongaarsch, aan de
beido heeren in het Duitsch.
,;Hé, dus u is mijn dominee?" zed de graaf
vriendelijk, „ik ken in Garabó maar óén gees
telijke, den ouden Todoresou, die gewoon was
bij het kiezen der afgevaardigden zijn volkje'
mee te brengen om op mij le stemmen, 't Is
een sluwe vos, die oude, hij verstaat zijn
zaakjes well"
Wordt vervolgd-