u li "'1 11 „DE E EM LAN DER". Woensdag 24 September 1913. FEUILLETON. Ds Klokken die verklonken. n\ 73 I2da Jaargang, BUITENLAND. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF Ca ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort v. f l.OO. Idem fratico per post- 1.50. Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. Afzonderlijke nummers - 0.05. Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie- advertontios en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 15 regels.. f 0.50, Elke regol moor0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling. Groote lettors naar plaatsruimte. Voor handol en bodrijf bostaan zoor voordeolige bepalingoq tot het herhaald adverteoren in dit Blad, bij abonnoraoni Eono ciroulairo, bovattondo de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht De Koning va.» Griekenland te Parijs. Zooals men uil onze rubriek „Politieke be richten-heeft kunnen bemerken, heeft de rede waarmede koning Gonslantijn van Grie kenland in liet Elysee den heildronk van presiidtenit Po'incaru heeft beantwoord, in Frankrijk getei goede pers. Men schijnt daar te hebben verwacht, dat de koning van Grie kenland niet meer cd minder zo-u do-on dan de Burlijnsche rede, waarbij bij de overwin ningen van hel Grieksclic leger lieeit toege schreven aan de lessen der Duitsche strate gen, op duidelijke wijze herroepen. Deze woorden zijn echter eenmaal gezegd en zui len gezegd blijvon on men kan in gemoede nlitet verlangen, zeits niet van een vorst, dat Iiij heden logenstraft hetgeen hij gisteren ge zegd heeit. Mitsdien is hol geplukiiaar nog nuéL algetoopen en kunnen de chauvinisten in beide iauwlen nog wait blijven aoorsnoeven en naijverig doorboomen over de vraag aan wie een deel van den lol' toekomt der Griek- sche overwinningen in den jongslen oorlog, aan de Pruisische strategie ol aan de Fran- solie instructeurs, welke d(T laatste paar jaren in het Grieksche leger zijn werkzaam geweest, teneinde di'L te reorganisecren. ,yDe officieren, welke wij aan koning Con- stauilijii geleverd hebben", zoo schrijft de Ra dical, „hebben heel wat meer aandeel in de Grieksche overwinningen dan de Pruisische strategie." Terwijl die Vossische Zcitung schrijft: „Ge neraal Eydoux en zijne officieren hebben zich aJs leermeesters van het Grieksche leger op velerlei gebied van organisatie ontegenzeg gelijk verdienstelijk gemaakt, er is geen en' kole reden om dit niidt te erkennen. Men acht zich in Duitschland vrij van ieder gevoel van afgunst op deze verdi-cnst-en-en- op die-goede nota daarvan door den Koning, maar men weet hier ook te onderscheiden tusschen het militaire alLedagswerk, waarvoor de Fran- sche officieren in Griekenland zorgden cd de strategische leiding, welke in handen van koning Gonstanlijia en zijn Griéksche raads lieden berustte." En nu heeft, zoo zegt do Vossische, koning Gonslantijn in Berldjoi niet anders dan de waarheid gesproken, toen hij dankbaar con stateerde, dat hijzelf on zijn generale staf hunne met succes aangewende krijgsweten schap in Duitschland. hebben verworven. De Frankfurter Zeibung meent dat het van waiojig respect voor een monairch getuigt, wanneer men van hem verwacht dat hij éene in het openbaar en zeker airiest zondter naden ken uitgesproken meening zal herroepen. Dat zou niét alleen bewijzen dat zulk e'en mo- niairch bet tegendeel ware van een karakter vol mensoh, doch het zou hem voor de heele wereld en voor langen tijd belachelijk ma-" ken. Het blad vermoedt d'at koning Gonslan tijn wèi het misverstand heeft wil len wegnomen dlait in Frankrijk door zijn beide was ontstaan. Koning Consbantijn heeft Zondag, omidiat liij iini Frankrijk het woord voerde, natuurlijk ook aan de andere leer meesteres van zijn leger zijn erkentelijkheid en hoogachting betuigd, n.l. de Fransche mi litaire missie, vaat welke men ook in Duitscli- laud overtuigd is dat ze do vorming der Griteksohe soldaten mot „zaakkennis, ijver en meesleep end o geestdrift" heeft op zich ge nomen „Deze waardeering >*311 het Fransche on derricht raakt feitelijk in geen enkel opzicht de vroegere waardksering der Duitsche stra tegie. In ieder geval behoorden ook Grieken- tand's ware vrienden in Frankrijk te erken nen, dat de rede van koning ConstanUjn in leder opzicht waardig en zakelijk is ge weest." „"Wel twijfelen wij of men zich in Grie kenland gevleid dan wel onaangenaam ge troffen zal gevoelen door de rede van pre sident Poincaré, welke bij de balans der Fransch-Grieksche vriendschapsbetrekkingen uitsluitend de prestaties en de verdiensten ran Frankrijk opsomt, zoodal de betrekkin gen tussekcii de beide natiën gaan lijken op die van een goed gu nst i gen philaistroop tegen over zijn gunsteling, terwijl werkelijke vriend schap toch altijd sléchts op gelijkgerechtigd heid kan gegrond zijn. Maai' de Fransche president moet ten slotte zelf weiten hoever hij gaan kan tegenover een natie, welke op zijn beurs .is aangewezen." Voelt men de pointe? 'Men ziet waar een vorstenvvoord al niet boe leiden kan, indien de nationale ij delheid er mede gemoeid isl Over de vraag: Van wie heeft Griekenland nu het meeste cn het bes te geleerd! En als nu eens de heele strategie niets niet Griekonland's successen te maken heeft gehad en deze alleen te danken zij-n aan den voor Turkije zeo noodloltigen. gang der gebeurtenissen Wat per slot van rekening ook ndtet onmo gelijk is. De Grieken zijn met de Turken mis schien nog niet klaar. Aan den Balkan. Konstantinopei, 2 3 Sept. De com missie voor het Turksch-Bulgaarsch vredes verdrag beraadslaagde heden voornamelijk over de kwestie der vakouis. (godsdienstige Stichtingen) waarvan de regeling naar men zegt op moeilijkheden stuit De rest van het verdrag zal waarschijnlijk in de volgende zit ting worden afgehandeld, welke heden na middag zal plaats hebben Belgrado, 23 Sept. Een ofiicicele nota ontkent dat er oneenigheid bestaat tus schen Servië en Griekenland. Uit Salomiki wordt gemeld, dat de Ser vische autoritedien de opening der Grieksche scholen in Monastir hebben verboden. J a n i 11 a 2 3 S e p t. De toestand in Alba nië wordt ingewikkelder. Men meldt uit Berat: Essad Pacha te Durazzo en Beklas-Boy in Bakiam hebben de autonomie van Albanië geproclameerd, onder souvercinileit van den sultan, terwijl ze aan Ismail Bey deden weten dat hij van Valona zal moeten afzien, indien liij niet met geweld wii worden weggejaagd. Essad Pachn moet aan zijn partijgangers Ismail Bey hebben voorgesteld als den lei der der buitenlandsche propaganda. Ismail IChemal heelt de bewoners van Mola- kasta onder de wapenen geroepen, hen uit- noodigend tegen de nieuwe partij op te trek ken, en onder de belofte hun maandelijks een soldij van 200 piasters te vertecnen. Belgrado, 23 Sept. Volgens particu liere berichten hebben 20,000 goed bewapen- <le Alban-eezon de forten der Servische stad Dibra bezet. De regeemng zendt haastig ver sterkingen. Gisteren nog heeft ze de aan dacht dor mogendheden op de onlusten in Albanië gevestigd. Volgens door haar ont vangen waarschuwingen moeten Oostenrijk- sclic on Bulgaarschc offiaieren over do Alba- néezen hot hevel voeren. Woenen, 23 Sopt. Men meldt uit Sku- tiari aan do Wanner Allgemeine Zcitung, dat de Albaroeezen ric Serven in de streek van Djbra en Prizrend 60 nederlaag hebben toe gebracht. De Malissoren bezetten do bergen aan de grons. Ook Toezi moet door de Al- han-eezcu bezet zijn. Belgrado, 23 Sept. De ministerraad moet besloten hebben een doel der reservis ten op te roepen en ze naar de Albaneesclie grenzen te zonden». Do rcgccring zond een nota aan de groote mogendheden, waarin de toestand wordt uiteengezet. Belgrado, 23 Sept. Een officieele nota zegt dat bot gevecht tusschen Albaneezen en Serven in den omtrek van Dibra zeer hardnekkig was. De Serven die de minderen in aanbal waren, trokken terug op Kitsjevo. 6000 Albaneozcn onder bevel van buitenland- scbe onderofficieren zijn Dibra binnengetrok ken. Servische versterkingen zijn uitgezon den. De minister van buitenlandsche zaken is naar Belgrado teruggekeerd. Cettinje, 2 3 Sept. In verband met de Onlusten op de Albaineesche grens loopt liet gerucht, dat er Montenegrijnscbe troepen heengezonden zullen worden. .Kidder von Rilinski die benoemd is tot lid dor commissie voor die bepaling van de grens tusschen Griekenland en Albanië heeft in een interview geprotesteerd tegen de airii-Gri'eksche gezindheid, welke men hem toegedicht heeft. Hij veiklaart het daarin voor onjuist dat de oommissie vooropgezette kleeën hoedt omtrent de grensbepaling. De leden der commissie zijn het daarover vol- ■«ferekt -oog niet -ee ns en weten nog niet eens welke stroken ze bezoeken zullen. Zij zullen het hun door de gezantenconferentie ver- löanKlo mandaat vervullen door zich te basecren op de tooi welke in de af te bakenen gebieden wordt gesproken, benevens op enkele geognaphische en strategische facto ren. De commissie zal alle steden van dc betrokken streken bezoeken zonder zich vooraf Voor de uitsluiting van deze of gene sliad uiit te spreken. C e 11 i n j e, 2 3 S e p t. Zaterdag is definitief besloten tot de uitgifte van zes milliaen francs aan schatkialbons in mindering van de inter nationale lecning van dertig milliloen francs, welke door de Londensche conferentie aan Montenegro is toegestaan. Onlangs is een verzameling van brieven van Grieksche soldaten in druk uitgegeven, waar op door de__Bulgaarsche posterijen beslag was gelegd. Uit een Duitsche vertaling daar van citeert de Frankf. Ztg. o.a. de volgende passages, welke bewijzen dat ailerwtge bar- baarsche geweldenarij hoogtij liceft gevierd. „Deze oorlog is zeer gruwzaam geweest. Wij hebben alle dorpen, die door de Bulga ren verlaten waren, verbrand. De Bulgaren verbranden alle Grieksche dorpen, zij moor den en wij moorden en alle onderdanen de zer natie, welke in onzen handen vallen, wor den met de Mannlicliers behandeld. Van de 1200 Bulgaren die wij in Nigrita gevangen genomen hebben zijn er slechts 41 in de ge vangenissen in leven gebleven en overal waar wij doortrokkon lieten wij ook maar niet één kiom van dit ras over. Terwijl een ander Grioksch soldaat schrijft: Wij zijn ana dc grens van Bulgarije cn Thracië. Wat den oorlog aangaan, onmo gelijk is het om te beschrijven wat daarbij gebeurt. De gruweldaden die thans plaats hebben zijn zoo vrccsclijk dat ze na Christus hun wedergade niet vinden. Het Grieksche leger verbrandt alle Bulgaarsche dorpen en doodt alle Bulgaren die liet ontmoet" Duitschland. Berlijn, 23 Sept. De Norddeulsche Allgomeane Zoitong schrijft: Aan de Daily Mail werd uit Berlijn gemeld, dat Keizer Wil helm te Vancouver, althans in Britscli-Go- lunibia, land voor zijn persoonlijke rekening land heeft aangekocht. Wij constalecren dat deze bewering een verzinsel is. Luxemburg. Gisteren hei damt de Luxcmburgsche staats minister Eyscihcn zijn zilveren ambtsjubi leum. Paul Eyschen is in 1811 geboren cn werd in 1866 in de Kamer gekozen, terwijl hij in 1876 reeds in het ministerie trad. Ech ter eerst in 1888 werd hein de hoogste waar digheid in het Luxemburgschc landje toever trouwd en kwam hij aan het hoofd der re geering. Vijfentwintig jaren lang heeft hij nu de teugels van het bewind in handen ge had. Zijn verdiensten voor het bestuur van het kleine groothertogdom, dat zich in latere jaren op industrieel gebied zoo zeer ontwik kelde, worden in breedo kringen gewaar deerd. Frankrijk. P a r ij s, 23 Sc pt De Koning Yan Grie kenland begaf zich lieden naar hel ministerie van buiLeinlandscihe zaken, waar hij met mi nister Pidion een langdurig onderhoud had. P a r ij s, 23 Sept. Poincaré heeft aan Ve- nizelos het Grootkruis van het Legioen van Eer verleend. Athene, 23 SepL Mi nis ter-president Ve- nizelos bracht gisteren een bezoek aan den Franschen gezant Halgouel, wion hij dank betuigde voor de liarteLijke en sympathieke woorden, door president Poincaré jegens Griekenland geuit. De Koning van Griekenland' heeft in Frank rijk geen goede pers. Terwijl de bladen van alle richtingen eenstemmig zijn in hunne waardeerilig van den takt, waarmede Poin caré de zaak Grieken lands heeft welen te scheiden van die des konings en tegenover den laatstgenoemde I\rank/ijk's ware gevoe lens te verstaan heelT1 gegeven, verwijlen) ze konfing Conslan'lijn dat deze zich in zijn tafel rede lot nietszeggende algemeenheden heeft beperkt en geen- enkel woord heeft gespro ken rlat het Fransche volk in hart treft. Alle bladen geven evenwel de verwachting te ken nen dat Frankrijk Griekenland niet voor de onhandigheid van zijn vorst zal d'oen boe ten. Die bladen, welke een afspiegeling die nen te geven van Frankrijk s officieele poli tiek, zooals de Pet'it Parisien, zijn er mee tevreden dat het incident als gecundigd kan beschouwd worden en dal de oude vriend schap tusschen Griekenland en Frankrijk weer hersteld is cn ook dc Radical meent dal door des konings hartelijke, hoezeer ai ge me ten woorden de onbehagelijke stemming ln Frankrijk nu wel zal geweken zijn. Andere blaklen geven evenwel on omwonden too, dat hot niet gelukt koning Gonstaiiliju woorden tc doen zeggen, welke den indruk van zijn BeaTijnscho rede kunnen uitwisschen. De „Ma-tin", dio voor namelijk do campagne tegen den koning ge leid heeft, constateert zulks eveneens on vocgl daaraan toe, dial men do rede van koning Gonstantijn als „voorloopig bevredigend" mag beschouwen. Eerst de toekomst zal haar df juiste botookenis vorlecnen. Wat hiermede bedoek! wordt, geelt de „Ra dical" in do volgende woorden weer: „Op den dag waarop de Fransche en d<e Griek sche regeering onderhandelen over politieke overeenkomsten, moeten wij do gemeenschap pelijke belangeu van bedde landen mot be trekking tol de verzekering van het evenwicht in de Middellandsche zoe in hot oog houden. Mocht editor onze medewerking verlangd worden voor de afsluiting van finoneicede contracten, dan zulten wij in allo respect van vriend Gonsliunitijn verlangen, dut hij Framikrijik's geld niet aanvaardt om er kanon nen van Kruipp en Duitsche panlsenschcpen mede to betalen." Do „1'elite Republkpic" schrijfti Do toast van den koning is correct en stijf. Het ia do toast van den Duilschon veldmaarschalk. On der deze omstandigheden zien wij niet in wat generaal Eydoux nog langer in Grieken land doen moet. Do „Autorité": Men vergelijke den tekst van do redJo te Berlijn met die te Parijs, zoo ook do beide bezoeken met elkander. In Berlijn een officileole ontvangst en een fanfarenredc, waarin verkondigd werd dal de Grieksche overwinningen aan do Lhiitsche stelregelen te danken zijn; in Parijs een ontvangst in cognito en eene rode, die heel slapjes Frank- rijk's bijstand erkent en aan de Fransche militaire missie een paar pluimpjes op den hoed steekt. Wij zijn van meenikig da)t dit weinig is en dat wij moer verdiend hebben. Do „Gil Blus" schrijft dat de wonde niet gdhëeld is cn dat de Parijscho bevolking geen reden hoeft ora de ironische houding, welk.e ze sinds een paar dagen tegenover ko ning Con<stüinitijn heeft aangenomen, te laten varen. De vroegere minister van onderwijs S t e eg schrijft in de „Evènemen-1": „Vonizelos heeft onmiddellijk het gevaar ingezien waaraan Griekenland door de ijdelheid dos Konings is blootgesteld. Hij heeft zich aan de zijd« van Frankrijk geschaard. Frankrijk zal aan Griokenlan ddo houding van zijn vorst niel verwijten, dlooh het zal waarborgen verlan gen." Het „Journal des Débats" noemt do red* van koning Conslaulijn opgeschroefd, zwaar op de hand en oonvenlionneel; ze draagt het karakter win strafwerk, waaraam niet te ont komen is. Doch dit is eenmaal hot gevolg van een valsohe positie. „De rede van dop koning in hot Elysée" zoo luidt daarom hel oordeel des Dóbats, „is geweest wat zo zijn kon en wat men redelijkerwijs en naaij behooren na de Bcrlijnschc manifestatie kon verwachten. Wanneer het incident nog meer, gevolgen hebben moét, mogo dal dan niet bestaan Ln do voortzetting van onvriendelijke comrnenteren, dooli in een voorzichtige, ver-« 3fanKlige poflil'iek onzerzijds." TICTOR KAKOSI. 61 Uit het Hotigaar8ch vertaald door J£»\0 S JE BESTYÉ.M en J. A. RA ABE Jr. „Weg, 'hier vandaanI" commandeerde me vrouw Todorescu, die de leiding op ziah ge nomen had, gejaagd, „vandaag dienen wij allemaal een helder hoofd le houden en kun nen wij niemand om ons heen velen, want wij hebben vanmiddag voornaam gezelschap aan tafell" Pista begon uit de slede het koud gevogelte, de ganzenleverpastei, een geheele ham, koude tong en aneer dergelijke lekkernijen te voor schijn te brengen. Daarop kwamen -de mand jes met witten en rooden wijn en champagne voor den dag. ^Nn, hierbij is niets meer noodig dan een goede soep en versdh brood," 1— meende de kamerdienaar. Mevrouw Todorescu dacht even na. JMissdhien kan' ik er' nog een 'haas bij ge reed maken met een lekkere saus." ^En dan zal ik wat schuimpjes bakken," &- stelde Florica voor. JDat zou nog zoo kwaad! niet zijn juf frouw," zei Pista (goedkeurend. In de keuken begon men nu met kokerij, terwijl Florica naar haar kamertje Badder de, daar zij het nog niet cmet zich zelf er over eens was, welk kleedje zij (zou aantrekken. Beurtelings bekeek zij elk costuum, paste hut aan, maar was inel géén enkel volkomen tevreden. Ilaar moeder durfde zij niet om raad vragen, daar 'deze stellig haar knorrig zou toevoegen: ,kom, voor wiens pleizier zou je je eigenlijk ,zbo opdirken!? Heur haar, die mooie, zwarte, glanzende lokken, had zij ook losgemaakt, en lang duur de het, voordat zij een passend kapsel gevon den ihad. «Zich naar de laatste mode te kap pen, had men haar in het pensionaat te Boe karest geleerd. Zij 'herinnerde zich nog heel goed, hoe zij de officieren van Szöben en du badgasten van« Tusnbd het hoofd op hol had gebracht, en zij peinsde er zich nu suf op, om zich weer te binnen te brengen, hoe zij zich dan wel tegenover de heeren, die haar daar het hof maakten, had gedragen, en wat suj toch met hen had besproken, dat zij hen 7.00 had 'kunnen bekoren. Toen begon zij opeens vroolijk te lachen: zij was immers de eenige jonge dame in het heele dorp, terwijl men algemeen zei, dat zij nu juist niet zoo erg leelij'k was, waarom zou zij zich dan zoo inspannen, als zij toch de mededinging van anderen niet te vreezen had? Zij deed een wit schortje voor en liep naar de keuken, waar een groote bedrijvigheid bij het maken van de toebereidselen heerschte. Pista zat zich onder het rooken van een sigaret op een bankje to warmem „Pista", sprak Florica 'hem zachtjes aan „weet je in het dorp den Hongaarschen predikant te .wonen?" „Neen, juffrouw." „Vlak aan den voet van den heuvel, waarop de gereformeerde kerk staalt, is een steenen huls; daar woont hij. Wil je er even heengaan en hem uitnoodden hier van middag om twee uur te komen dineeren? Papa, moet je zeg gen, laat hem uilneodigen, mode uil naam van graaf iBaranghy." Pista trok zijn korte jjelsjas aan, trad naar builen op de veranda, en begaf zich toen door den orkaan naar de kerk met de ster op den toren Simandy was intussohen opgestaan, en daar de schoolkinderen wegens den storm niet geikomen waren, had hij een boek ter hand genomen. Toen Pista hem dc boodschap overgebracht had, vroeg hij: „Wie heeft u eigenlijk hieriieen gezonden? De priester of de graaf?" „Ik bon eigenlijk door de juffrouw ge stuurd." ,jDoor de (juffrouw „Ja wel, maar zij voegde er bij, dat het was op verlangen van haar vader en van mijn heer den graaf." „Goed. zoo, Pali, maar houd je bedaard, kerel," zei hij tot zich zolt Drie, viermaal liep hij zijn kamer op en neer, ging toen voor zijn spiegel zitten, en begon zich met zorg te scheren. Ondertussdhen bekeek hij zich, nam hij zichzelf op, zooals liij dait nog nooit te voren had gedaan. Werkelijk, voor een dorps predikant was zijn teint blank genoeg, al wa ren er onder zijn oogen ook blauwe kringen zichtbaar; zijn oogwimpers waren nog lan ger, zijn oogen bijina nog donkerder gewor den dan zij vroeger reeds warenZou hij naar dat -diner gaan? Zou hij voor een en kelen namiddag ln een beschaafd gezelschap zich begeven, o-m daarna weer (des te meer het gemis ervan te gevoelen? Zou misschién slechts een gevoel van onbevredigdheid en onrust bij hem wakker roepen, misschien wel hem totaal ontevreden stemmen zelfs.Hij staarde zijn eigen beeld weer strak aan Je bent niet oprecht, kerel. Je aarzelt allceh maar om Florica. Wat kan jc die Engelsche diplomaat cn die Russische officier schelen. jc durft niet wegens dat kleine, zwarte meis je, niet haar melodiouse stem, die met haar vroolijke kout je hart zoo heerlijk verkwikt. En als dat nu eens inderdaad zoo was? Moei je dan altijd eenzaam over kale velden /wan delen? Zou je dan nooit, zelfs voor geen oogenblik de woestijn van je leven mogen verlaten? Je hen't hard als staalcn als ijs zoo koudje zult geen schuld op je la den, noch tegenover God, nooh tegenover de menschen, als je een weihig geluk toelaat in je hart. Ga, nieman'd zal ooit weten, dat je jezelf een paar gelukkige uren verschafl hebt! Ga! Bijna een half uur lang probeerde hij zijn zwarte haren glad te kammen, wat hem evenwel maar niet gelukken wilde. Daarha kleedde hij zich feestelijk in het zwart, draai de zijn knevel op, hing zich zijn pels om dc schouders en ging op weg, den orkaan trot- seerend. Als een verliefde gymnasiast, die naar een rendez vous gaat, «oo haastte hij zich voort, gedachteloos, naar rechts noch links kijkend, vol ongeduld door de hooge sneeuw wadond. Xill, Toen Slmrindy bij ue odorescu's aankwam, waren de heeren al weer bij de hand en rookten ih de eetzaal een sigaret Florica was het ook intussdhen met zich zelf omtrent de keuze van haar toilet eens geworden. Zij droeg bij een'donker-kleurigen rok een rose blouse, en nu was zii met een door het keu kenvuur hoogblozend gezicht juist bezig do tafel te dekken. Bescheiden trad Simandy binnen en maakte een diepe buiging voor -hot voornaam gezelschap. Met een stralend ge zicht keek Florica den jongen man aan, toen hij op haar toetrad om haai* de hand le druk ken. De Engelsche gezantsdhaps-seoretaris knoopte terstond met Pali een gesprek aam „Zeg creis, dominee, zijt (gij den vorigen nacht er op uitgetrokken) om eon, beor to dooden? „Pardon, mylond, wij gingen een kleinen herdersknaap zoeken, dia in een afgrond ge vallen was." „En zijt ge toen daarbij ook door den storm overvallen?" interesseerde zich graaf Ba<4 ranghy. „De storm was al «uitgebroken, mijnheer del graaf, toen wij ons naar de sneeuwbergen; •op weg begaven." „Wat, hebt gij voor een on"n00zelen her dersjongen uw leven in de waagschaal ge steld?!" „He heb het volstrekt niet in de waag schaal gesteld, graaf Baranghy, want ik leef immere nog!" „Maar ge hadt er todh bij kunnen omko> menl" „Gewoonlijk komen bij mij dergelijke ge j dachten eerst op als het gevaar geweken is, Trouwens, ik moet bekennen, dat ik het hee- lemaai uit een egoïstisch oogpunt heb ge daan." „Wat zegt ge, hoe b dat nu mogelijk?'* Wordt vervolff'd*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1913 | | pagina 1