Spotprijzen
FILIAALHOUDERS
sociale lezingen Leps de Francais et de Conversation,
G
AI¥SE!RSF002?7=
ADVERTENTIÈR
Meisje P. G.
Basfiifar-Roparslagar
Les gevraagd
Bijverdienste.
Laatste herinnering.
De
Cata
Alle weeltabonné's op dit blad, die in bet bezit zijn eener verzekeringspolis, zijn volgens de bepalingen in die polis vermeld
tegen ongeinkken verzekerd tot een bedrag van:
ST (Ft n GULPEN bil levens- JE gt GULDEN bij ffS GU1.DEN bij verlies GULDEN bij ver. GULDEN bij verlies ISjfS GULDEN bij verlies g™ GULDEN b() verlies
sat L W U lanso ongescbiklbeid. V- overlijden. *3- van dén hand of voet. dm %J> lies van één oog. I '2-0 van een duim. OU van een wijsvinger. B SJ eiken anderen vingen
Ultkeering dezer bedragen is gewaarborgd door THE OCEAN ACCIDENT <fc GUARENTEE CORPORATION Ltd., Direotenr voor Nederl. Edwabd Hetjvah, Rokin 161, Amsterdam.
awimljcm»
j Wordt gevraagd in een Rezin met 4
schoolgaande kinderen een beschaafd
om van *b morgens 9 tot 's avonds half 6 in de
bnlshondlng behulpzaam te zijn (ook
met naaiwerk. Opgave van hetgeen verlangd
wordt en verdere inlichtingen onder no. S04,
bureau van dit blad.
in Fransch, Dnilsch en Encelsch, of
elke taal afzonderlek. Brieven fr., Bureau van
dit Blad onder no. 806.
Terstond gevraagd Iemand voor
een paar uur per dag (licht werk).
Loon t 2.per week.
Zich aan te melden aan het Bureau van
dit Blad.
gevraagd door een parfumerie-
fabriek die in verschillende plaat
sen el.en winkels opent. Salaris
veertien gulden per week met
vrij wonen, vuur en licht. Ver
plichte waarborgsom 30«0 gulden.
Brieven franco onder motto
F1LI AAL aan het Alg. adv. Bureau
van A. DE LA MAR Aza., Amster
dam.
BERICHT.
Direct voor reclameprijs zenden wij eiken
abonné voor kamer in potj-s of perken een
kist met 100 prachtig nltgeloopen
bloembollen, tulpen en narcss-esi in
kleuren, tegen postw. 50 ct. of rembours 55 ct.
VAX DE POL's kweekerij. Leiden.
Gevraagd tegen HOOG LOON
een gced vakman. Bekendheid
met Centrale verwarming
strekt lot aanbeveling.
P. O. SCHAAP Zn, Deventer.
Twc8
t
Ni
verkrij
T<
Geleg
Comiii
Effi
r
het zou toch wel frappant zijn, dat wij kerke
lijke instellingen kregen aau een Dievenwegl
Ik heb het er niet den heer Jorissen particu
lier over gehad, en het ie mij ook door de
hoopers gevraagd, of er geen mogelijkheid zou
bestaan aan dien weg een anderen naam te
•ven. Ik voor mij zou niet graag aan den
Dicveiivveg wonen en ik d nk dat de meeste
burgers van Amersfoort dat ook niet willen.
De V oorzitter: Dat is do Dieven w eg
die loopt van den Ltusderweg naar don
Wocidijgei weg.
De heer Kroes: Ik heb er met den heer
Jorissen een dispuut over gehad, wat nu eigen
lijk de Diereuweg was. Ik meende dat bij
liep v^n don Appelweg naar den Utiechtschen-
weg. Ia dit juist ot niet P
De Voorzitter: Dat is juist, ik geloof
dat de hec-r Kioes gelijk he« ft, dat hij eindigde
bij den Galgen weg en begon bij den Woe&tijger-
weg en ging over den Ltusderweg, het tegen
woordige kazerneterrein.
Hier staat echter maar een stukje van den
Dievenweg; let 6tukje dat U op het oog heeft
zou later bij bebouwing misschien een auderen
naam kunnen krijgen. Ik ben het wel metU
eens, dat die naam, als er gebouwd wordt,
niet kan blijven.
De heer Kroes: Deze toezegging is mij
voldoende, M jnheer de Voorzitter.
Pag. 18, 14 en 15 worden goedgekeurd.
Pag. 16.
De Voorzitter: Er staaf hier „Koning
straat Die naam is niet heeleu aal juist. Hij
is niet genoemd naar een mijnheer Koning,
maar nuar een mijnheer Coninck. Het moet
dus worden „Coninckstraat."
Pag. 16 en 17 worden goedgekeurd.
Pag. 18.
De heer J orissen: Mijnheer de Voorzitter!
Ik lees hier: Prinses JuliaDalaan. Maar op pag.
15 staat: Julianaplein. Dat is toch een beetje
vreemd. Of het een ot het ander; of Juliana-
laan, of Prinses Julianaplein.
De Voorzitter: Ja, dat heeft ons ook
getioffen.
De heer Jorissen: Of is het Juliana van
Stolberg Dan heb ik er vrede mee.
De Voorzitter: Wij hebben gedacht er
deze oplossing aan te geven, dat wij later het
plein voor de fabriek van mijnheer bysink den
naam geven van Arnhemschcplein en het Ju
lianaplein brachten bij de Julianalaan. Dan
krijgen wij zoo'n beetje een Oianjebuurt bij
elkaar.
De heer Jorissen: Dan zou ik het in
ieder geval toch noemen Prinses Julianaplein.
Dan zijn wy consequentMijnheer de Voor
zitter.
De Voorzitter: Dat nemen B. en W.
gaarue over. Het Wurdt dus „Prinses Juliaua-
pltin."
Pag. 18 en 19 worden goedgekeurd.
Pag. 2ü.
De beer Wolterbeek: Mijnheer de Voor
zitter, ik zou willen vragen de Wilhelmina-
st.aat, slaat dat na op de Koningin? Dan stel
ik voor hier te lezen Koningin Wilhelmina-
straat". Dat brengt de logica toch mee.
De Voorzitter: Ook dit amendement
nemen B. en *W. gaarne over. Misschien kan
dezo straat later ook wel bij het Oranjek war tier
worden getrokken.
Pag. 2U en 21 worden goedgekeurd.
Arc. 1. I d e m.-
Art. 2.
Do- heer Jorissen: Mijnheer de Voorzit
ter Er staat hier, dat de nummering der
huizen aanvangt aan bet begin van de straat.
Maar waar is dat begin
De Voorzitter: Dat „hebben wij nu juist
bij dezen staat vostgesreld. Slaat U maar iets
op. Heem bijv. de Krommestraat. Die begint
by de Langestraat en eindigt aan den Nieuwe-
weg.
De heer Jorissen: Maar waarom, Mijn
heer de Voorzitter?
De Voorzitter: Omdat het hier i9 vast
gesteld. Wij gaan volgens een bepaald sy teem
van het middelpunt uit. ^Neeint U bijv. eens
de Stoovestraat. Die loopt van do Langestraat
naar de Muurhuizen. De Lnngogracht loopt
an de Lange&traat tot de brug by denNieu-
weweg, de Krommestraat van de Langestraat
Daar den Nieuwe weg enz.
De beer Jorissen: Dat is dus zoo onge
veer de redeneering van „waarom kan die
man niet hooren om'at bij doof is!'
De Voorzitter: Ja, muar er zit toch
een zeker systeem in. Wij gaau altijd uit van
een zeker middelpunt.
Arit 2, 3, 4 en 5, benevens de Over
gangsbepaling, en daarna de gcheele verorde
ning, worden goedgekourd zonder hoof
delijke stemming.
19°. Voor 8 tel van Burgemeester
en Wethouders tot wijziging der ver
ordening betreffende bet verleenen van ver
lof aan onderwijzers en onderwijzeressen.
[Afd. I, no. 74].
Goedgekeurd zonder beraadslagin
of stemming.
20° Voorstel van Burgemeester
en Wethouders inzake het verleenen
van ontslag aan amblenaren bij het be
reiken van den 65-jarigen leeftijd.
De Voorzitter: B. en W. stellen voor
dit besluit aan te vullen. Sub. 2 staat„de
overheid, tot het verleenen van ontslag be
voegd, kan in bijzondere gevallen en, in
afwijking van het bepaalde onder 1, het ont
slag telkens voor één jaar, doch niet meer
dan driemaal uitstellen". en W. wen6chen
dit aldus aan te vullen
„ten aanzien van de amblenaren in
„dienst op 1 Januari 1914, en alsdan den
„zestigjarigen leeftijd bereikt hebbende,
„kan bovendien nog tweemaal een derge
lijke beslissing worden genomen",
zoodat dit uitstel kan loopen tot hun 708t« jaar.
De heer Jorissen: Mijnheer de Voorzitter
ik voel veel voor deze overgangsbepaling en
toch kan men van mij gerust zeggen, dat van
mij niet verwacht kan worden dat ik er op
gesteld ben oudere personen in dienst te
willen houden. Toch zou in deze verordening
iets onbillijks hebben gelegen voor degenen
die er niet op gerekend hebben en bun ge-
heele levensomstandigheden ingericht hebben
op do onde verhoudingen en dan als zij 69 of
70 jaar zijn, er uit moeten. Ik durf dat met
gerustheid zeggen, omdat ik zelf vind, dat er
een tijd is waarop men moet gaan. Maar waar
deze menschen geheel onvoorbereid voor deze
zaak komen te staan, en hun huisgezin dan
plotseling geheel anders moet worden inge
richt, en zij niet in staat zijn verder nog
eenige maatregelen te nemen, zou ik willen
voorstellen, dat personen den 65-jarigen leef
tijd bereikt hebbende en in dienst der Ge
meente zijnde, niet onder deze bepaling vallen.
Deze toch hebben geen enkele kans meer om
nog ergens anders te komen. Mocht het dan
nog noodig zijn ze later te pensionneeren, dan
hebben wij h. r voorbeelden in de Gemeente,
dat de Baad steeds bereidwillig is in dergelijke
gevallen een persoonlijke toelage te geven.
Wil men in de verordening zetten, dat de
Raad bevoegd is een persoonlijke toelage tot
op een zekeren leeftijd te geven, dan heb ik
daar ook vrede mee, maar op een of andere
wijze moet toch iets gedaan worden.
De heer Gerritsen: Mijnheer de Voor
zitter, met dit voorstel kan ik mij niet ver
eenigen. Er zal misschien een enkele onbil
lijkheid begaan worden, maar dit zal wel bij
iedere veroideiuDg gebeuren. Maar ik zou B.
en W. wel in overweging willen geven, te
zorgen, dat dit niet toegepast wordt vójtfr 1
Januari 1915, omdat verschillende menscnen,
die anders in do termen zouden vallen, er met
het huren van hun huis en hun geheele levens
omstandigheden rekening mee moeten houden.
Ik hoop dan ook, dat B. en W. in dit opzicht
de billijkheid zullen betrachten.
De Voorzitter: Wij zullen natuurlijk
zoo humaan mogelijk handelen. Wij begrij
pen dat ambtenaren die vr< ldra 65 jaar worden,
n et in eens hiermee overvallen kunnen worden.
Wat betreft de opmerking van den heer
Jorissen, deze gaat niet zoozeer tegen het ver
plichte ontslag, dan w el of aan deze ambtenaren
aai spraak moit worden verleend op een extra
toelage boven het pensioen. Nu hebben wij,
dank zij de nieuwe pensioenwet, een betere
regeling gekregen, maar mocht het pensioen
te laag zijn, dan heeft de Baad meermalen
8
bewezen, dat hij geneigd is daarop een zekere
suppletie too te staan. Ik weet niet of de
heer Jorissen er een voorstel van maakt, maar
ik geloof niet dat dit gewenschti6. Wij zonden
kunnen bepalen dat, t« Iken male alshet^eval
zich voordoet, de Baad moet beslissen ol het
pensiocn moet worden aangevuld.
De heer Jorissen: Mijnheer de Voor
zitter, het 8>ot van mijn oj'uierking van zoo
even ge> ft mij de viijheid om nog eeDS het
woord te vragen. Ik heb zelf gezegd er ia
een tijd dat de ambtenaren moeten gaan, en
het stieren daarnaar is goed. Ik wilde er
alleen op wijzen, dat voor sommigen een on
billijkheid kan oiitataan Nu van den kant
van den Voorzitter gezegd wordt, dat men
gaarne ieder voorkomend geval zal beschouwen
op zich zelf, en waDneer het pensioen te ge
ring mocht blijken, gaarne voorstellen zal doen
om een persoonlijke toelage te geven, ben ik
voldaan. Dan. zeer zeker, zal er voor die amb
tenaren geen reden zijn zich te beklagen, dat
zij zich ook aan de algemeene wet hebben te
onderwerpen.
De heer Oosterveen: Mijnheer de Voor
zitter, ik voel veel voor het idee, door den
heer Gerritsen in bet midden gebracht Ik
geloof niet, dat hij er eeD voor.-tel van heeft
gemaakt, maar anders zou ik het graag willen
steunen, tenzij B. en W. die toezegging geven.
Dc Voorzitter: Ik wil graag herhalen,
dat B. en W. deze bepaling soo humaan mo
gelijk zullen toepassen, en persoonlijk zou ik
er dit nog aan willon toevoegen, dat ik voor
mij het in het algemeen niet wenschelijk vind
personen ontslag te geven in den wintertijd.
Ik acht het bettr dit te doen in den zomertijd,
zoodat zij beter hun weg kunnen vinden, dit
in het belang van de humaniteit.
De voordracht wordt goedgekeurd
zonder hoofdelijke stemming.
21°. Voorstel van Burgemeester
en Wethouders tot wijziging der
begrooting, dienst 1913.
Goedgekeurd zonder beraadslaging of
stemming.
22°. Voorst el van Burgemeester
en fethouders tot vaststelling van
het 8e a a n v u 11 i n g 8 k o hi e r der In
komstenbelasting. 9
Als voren.
23°. Rapport Reclameoommissis^
2e gedeelte.
Als voren.
24°. Benoeming van een Wethouder
(vac. Van Duinen).
Wordt voorloopig aangehouden.
25°. Voorstel van B. en W tothet
aangaan van een geldleening.
Algemeen© beschouwingen worden niet
gehouden.
Artt. 1—10, Staten A en B, en vervol
gens de geheele verordening worden goed
gekeurd zonder hoofdelijke stemming.
De Voorzitter: Dan vragen B. en W.
aan den Baad machtiging om, zoo noodig,
de Commissie van Financiën gehoord, de
leening ondershands te plaatsen. Dit zou
wenschelijk kunnen blijken.
Als voren.
De heer Leinweber: Mijnheer de voor
zitter, mag ik over de specificatie nog even
het woord voeren P De Gemeenteraad gaat
hier een leeniög aan van f 500.000. Op de
specificatie komt voor een post tot aankoop
van het Bergterrein. Dat besluit is nog niet
goedgekeurd door Gedeputeerden I De goed
keuring is verdaagd. Ik ben bang dat, wan
neer Gedeputeerden dit goedkeuren, zij voor-
nitloopen op hun besluit aangaande het Berg
terrein.
De Voorzitter: Zooiets deen Ged.
Staten niet. Ik moet dit College in Utrecht
tegenover den heer Leinweber in bescherming
nemen. Het hoogo College dat zooveel toezicht
houdt op alle mogelijke gemeenten in deze
provincie, zal geen leening goedkoaren voor
dat het den koop zelf heeft goedgekeurd, en
dit kan ik ook wel en pastant mede.deelen,
over het besluit tot aankoop van het Berg
terrein zullen wjj een brief krijgen om nadere
informatio.
De heer Leinweber: Mijnheer de Voor
zitter, voor oenigen tijd hadden wy iets der-
1 Geen zichtzendingen
iWBgiiMiwyavaiBrn
i.
b v a 0 a a baE J B Q Bé? iga H U L2b O Q
m
-y-: .V-V--—"