Woensdag 4 Maart 1914
„DE EEMLAN DER".
BUITENLAND.
FEUILLETON.^
Op den Terpenberg.
rr. 21 u
ABONNEMENïSPKIJSi
Per 8 maanden voor Amersfoort f l.OO*
Idem franco per post1.5().
Per week (met gratis verzekoring tegen ongelukken) - 0.1 O*
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Doze Courant verschijnt dAgelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
AdvertentiSn gelieve men liefst vóór 11 uur, familie*
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËNi
Van 1—5 regels M l4 f 0.50»
Elke regel meer0.10>
Dienstaanbiedingen 25 cents bjj vooruitbetaling.
Groote lotters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoolige bepalingen
tot bet herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement*
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Kennisgeving.
De Burgemeester van Amersfoort,
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
in de gemeente Zegveld een geval van miltvuur
Is voorgekomen.
Amersfoort, 28 Februari 1914.
De Burgemeester voornoemd,
VAN RANDWLJCK.
Politiek Overzicht
Be verkiezingen an Rumenië.
In Rumenië hebben de verkiezingen voor
het liberale kabinct-Bratiano, dat onlangs is
opgetreden, een buitengewoon gunstig resul-
faat opgeleverd. Men is daar wel is waar ge
woon, dat de aan het bewind zijnde regee-
ring onder het geldende kiesstelsel eene na
tuurlijke aantrekkingskracht uitoefent en hare
candidaten bijna overal doet verkiezen. Dit
maal had men echter wel eenigen tegenstand
verwacht, vooral in dat deel van het kiezers
korps, dat door de conservatieven als hun bij
zonder domein wordt aangemerkt, en welks
leden, de groote grondbezitters en de hoogst
aangeslagen en in de belasting, in zekeren zin
de natuurlijke tegenstanders zijn van de beide
hoofdpunten van liet liberale regeeringspro-
gramma: de hervorming van het grondbezit
en de democratiseer ring van het kiesrecht.
Maai* ook in die afdeoling hebben de conser
vatieven slechts een klein gedeelte van de
mandaten vorkregen. In de tweede en de derde
afdeeling hebben zij geene candidaten kun
nen doen verkiezen.
In de Kamer telt de gehcele oppositie 22
leden legen 169 leden van de regeeringspartij.
In den Senaat staan tegenover 97 liberalen, 12
democratische conservatieven en 9 conserva
tieven pur sang.
Het nieuwe parlement zal den 6en Maart
bijeenkom _-n en er wordt mee gerekend, dat
het de loopende werkzaamheden adres
debat en bcgrooling in de tweede helft van
April zal hebben afgedaan. De ontbinding
yan de oude Kaniers en de algemeene verkie
zingen voor een nieuw parlement zijn ge
schied met het doel cenige hervormingen op
hel gebied der birmenlandsche politiek, die
dringend noodig worden geacht, tot oplossing
te brengen; daartoe behooren in de eerste
plaats de hervorming van het grondbezit en
de nieuwe regeling van het kiesrecht. Voor
die oplossing zal eene grondwetsherziening
do mogelijkheid moeten scheppen. Bij de sa
menstelling, die de beide Kamers nu hebben
gekregen, is niet anders te verwachten, dan
dat hel parlement zich zal uitspreken voor
eene herziening van de grondwet. In dat ge
val zal het land wederom worden opgeroepen
tot verkiezing van eene constitueerende ver
gadering. Deze heeft niet anders te doen dan
te beraadslagen over de voorgestelde grond
wetswijzigingen; zij zal dat moeten doen in
tegenwoordigheid van minstens twee derden
harer leden en hare besluiten moet zij ook ne
men met eene meerderheid van twee derden.
Nadat dit werk is verricht, heeft de consti
tueerende vergadering haren arbeid volbracht;
er moeten dan weer nieuwe verkiezingen
plaats hebben op grond van de gewijzigde
grondwetsbepalingen. Wanneer het tegen
woordige parlement zich voor dc grondwets
herziening uitspreekt, dan is omstreeks half
Juni het bijeenkomen van de constituante te
verwachten.
De grondwetsherziening zal, naar verluidt,
zich uitstrekken over de volgende artikelen:
Art. 19, dat onteigening alleen toelaat in het be
lang van het openbare verkeer, de openbare
gezondheid en dc landsverdediging, zal zoo
danig gewijzigd worden, dat zij ook kan ge
schieden om de nu van grond verstoken plat
telandsbevolking aan grondbezit te heipen.
Art. 22, dat betrekking heelt op de huwelijks
voltrekking, zal gewijzigd worden. Art. 23,
dat handelt over het volksonderwijs, zal uit
gebreid, art. 24, handelende over persmisdrij
ven, verscherpt worden. De arlt. 57—81, die de
samenstelling en de wijze van verkiezing der
volksvertegenwoordiging regelen, zullen voor
eene andere regeling plaats maken. De arlt.
10-1 en 105 (over de rechtspleging) zullen her
zien worden om de mo.lelijkheid te openen
der oplichting van een gerechtshof voor be-
stuurs geschillen.
Over de beide hoofdpunten van de aanslaan
de grondwetsherziening is het volgende ont
leend aan de Neue Frcié Presse: Het tegen
woordige kiesrecht in Rumenië kent drie
klassen: de groote grondbezitters, die 70 af
gevaardigden kiezen, de ldasse van den bur
gerlijken middenstand met eveneens 70 en de
klasse van den boerenstand met 51 afgevaar
digden. Deze drie klassen worden opgeheven;
in het nieuwe kiezerskorps zuilen alle meer
derjarige ingezetenen worden opgenomen;
echter zal aan de kiezers voorshands slechts
het indirecte kiesrecht worden toegekend; de
afgevaardigden zullen door kiesmannen wor
den benoemd.
Het grondbezit in Rumenië is thans in han
den van, zeer weinigen. Van de Rumeensche
boeren bezitten dc meesten óf in 't geheel geen
grond óf slechts zoo weinig, dal de opbrengst
niet eens %oldoende is voor de voeding van
het werkvee. Het aantal van deze heden be
draagt 450.000. Daarentegen bezitten 428 groote
grondbezitters 30 pet van de geheele opper
vlakte van het land. Door de nieuwe agrari
sche wetgeving, waartoe de grondwetsherzie
ning den weg moet effenen, wordt beoogt een
maximum te bepalen voor de oppervlakte
gronds, die door één persoon mag worden be
zeten; het overschot zal dan door den staat
onteigend en onder zekere voorwaarden ter
beschikking van de landelijke bevolking ge
steld worden.
Duitschland»
In het-debat, dat in den rijksdag is gevoerd
over de begrooting van de rijksspoorwegen,
heeft men het ongewone schouwspel gezien
\an twee leden van den bondsraad, die elkaar
bestreden. De Pruisische minister voii Brei-
tenbach verklaarde zich tegen de kanalisatie
van de Moezel en de Saar op grond, dat daar
door de verhuizing van de Rijnscli-Weslfaal-
sche industrie in de hand zou worden ge
werkt en aan het spoorwegbestuur veel aan
zienlijke offers zouden worden opgelegd dan
algemeen werd aangenomen. Een bestrijder
van dit betoog stond op aan de tafel van den
bondsraad in den groolmacljligde van Elzas-
Loiharingen Nobis, die namens zijne regee
ring met warmte opkwam voor deze kanalisa
tie, waarin hij een deugdelijk middel zag om
Elzas-Lolharingen vaster met het rijk te ver
binden. Hij drukte de hoop uit, dat de Prui
sische regeering haar verzet zou prijs geven
en zou handelen naar het beginsel: „Noblesse
oblige".
Uit de aanschrijving van den Beierschen
minister van oorlog tegen soldatenmisliande-
lingen vermelden wij nog de volgende alot-
zinsneden
„De vrees, dajt door een streng optreden
tegen de mishandebiigen sotiaide kan worden
toegebracht aan 't geen oen troep in staat is
te verrichten, is oiigvrechtvaajxÏLgdDe fat
soenlijke geest in eene üroepenaideeling is de
werkelijke discipline. Deze is door eene ver
nederende behandeling van de manschappen
en dc-or het meer ol mandei* openlijk dulden
van zulk eene behandeling zonder eenigeD
twijfel in gevaar gebracht Bij alle streng
heid van de edschen van den dienst, waarin
volstrekt geene verslapping mag intreden,
moet de soldaat het gevoel hebben, dal de
superieuren toezien op eene goede en recht
vaardige behandeling. De superieuren moe
ten ziah bewust zijn, dat juist door eene
slechte behandeling van de manschappen de
meeste vijanden van het leger geboren wor
den."
De Vossische Ztg. toekent hierbij aan: ,.De
aanschrijving is zeer verblijdend. Of zij ech
ter de gewenschte uitwerking zal hebben,
■blijft af te wachten. Aan aanschrijvingen tot
beperking van soldatenmishandelingen heeft
het reeds vroeger niet ontbroken. Er zij
slechts herinnerd aan de beschikking van
den Keizer van Januari 1890, waarin wordt
gezegd: „In mijn leger moet aan iederen sol
daat eene wettelijke, rechtvaardige en waar
dige behandeling ten deel vallen, omdat zulk
eene behandeling den werkelijken grondslag
vormt om iai hem' genoegen in den dienst en
toewijding aan het beroep, liefde en trouw
aan den superieur te bevorderen en op te
wekken."
Straatsburg, 3 Maart. De Tweede
Kamer van den lande og van Elzas-Lotharin
gen heeft bij eindstemming besloten, het voor
gestelde subsidie van 10,000 mark voor de
voorbereidende militaire opleiding van de
jeugd niet toe te staan.
Straatsburg, 3 Maart. Het genera
le commando heeft de aanklacht tegen de
redacteurs van de Straatsburgschc Neue
Zeitung en de Elsasser wegens beleeddging
van luitenant von Forstner ingetrokken.
Uit de instructie is gebleken, dat von Forst
ner de beschimpende uitdrukkingen over
de Fransche vlag, die hem in den mond
werden gelegd, niet heeft gedaan, maar dat
de door hem gebezigde voorden tot mis
verstand aanleiding hadden kunnen geven
en dat de redacteurs dus te goeder trouw
hebben gehandeld.
België»
Bij het compromis tol beëindiging van hel
proces over de nalatenschap van koning Leo
pold II, waarvoor de Belgische regecring in
een wetsontwerp de toestemming van de ver
tegenwoordiging heelt gevraagd, ontvangt de
Belgische staat 54 milhoen frs., waarvan be
wezen is dat zij afkomstig zijn uit de Congo-
beziltingen. Zes millioen, waarvan dit bewijs
niet kan worden geleverd, zijn aan de prin
sessen overgelaten. 1.365.295 frs. komen aan
de Niederfüllbacher stichting.
Het geheele bedrag, dat do drie prinsessen,
'skoniugs dochters, uit de nalatenschap krij
gen, is 39,950,000 frs. Iiiervan zijoi hun reeds
31 millioen na den dood van hun Yader als on
betwist erfdeel uitbetaald. Ieder van de doch
ters heeft dus ruim 12£ millioen gerfd.
Frankrijk.
Parijs, 3 Maart. De Kamer behandelde
heden morgen de begrooting van openbaar
onderwijs. Zonder hoofdelijke stemming
werd aangenomen eene motie, voorgesteld
door George Leygues en aanvaard door de
regeering, tot opheffing van de studenten-
vrijheden voor vreemde studenten.
P a r ij 9, 3 M a a r t. In d»c heden morgen in
het Eiysée gehouden ministerraad werd de
dag voor de Kamerverkiezingen definitief
vastgesteld op 26 April en die voor de her
stemmingen op 10 Mei.
Engeland»
Praag, 3 Maart. Volgens de Narodni
Politika hebben de Engelsche souvercinen
de uitnoodiging aangenomen van aartshertog
Frans Ferdinand om deel te nemen aan de
jachtpartijen, die in den omtrek van het
kasteel Konopischt zullen WQrden gehouden.
Londen, 3 Maart. Eerste minis Lor As-
quilh deelde incde, dat er eene regeling was
getroffen met de oppositie, waardoor het mo-
gelijk zou zijn de noodige financieelc zaken
af te doen tegen hel einde van het dienstjaar.
Hij zou daarom zijne toegezegde medcdcè-
ling over de Homerule bill doen in de zit
ting van 9 Maart.
Sir Edward Grey legde eene uitvoerige
verklaring af over de houding van de Bnl-
sche regecring tegenover den toestand, voort
vloeiende uit den dood van Benton. Hij zeide,
dat de moeiclijkheden, die aanhoudend aan
het onderzoek naar dc feiten in den weg
worden gelegd, het sterkste vermoeden ver
wekken, dat aan de zijde van de voor het
gebeurde aansprakelijke Mexicanen de wenscli
en de bedoeling bestaat, dc waarheid te ver
bergen. Wanneer de regeering der Vereenigdc
Staten verder stappen doet in het belang van
de Amerikaansche of de Brilsche burgers, zal
de Britsche regeering gaarne den uitslag af
wachten. Maar wanneer de Amerikaansche
regeering het niet wenschelijk acht zulke stap
pen te doen, moet de Britsche regeering zich
haar recht voorbehouden om herstel van grie
ven te verkrijgen, wanneer zich de gelegen
heid daartoe voordoet. Groot-Brittannië kan
onder de tegenwoordige omstandigheden gee
ne afdoende maatregelen nemen en heeft
niet het voornemen eene krijgsmacht naar
Mexico le zenden. Maar dc Britsche re
geering is niet van plan de zaak te laten
rusten en zoodra het door cenige verandering
in de omstandigheden in hare macht zou zijn
de zaken verder te brengen, zou zij de stap
pen doen, die haar uitvoerbaar zouden voor
komen. (Toejuichingen.)
Zweden»
Stockholm, 3 Maart. In dc beide
kamers van den rijksdag werd heden een
koninklijk besluit voorgelezen waarbij de
ontbinding van den rijksdag is bepaald op
Donderdag 5 Maart om drie uur namid
dags.
Spanje»
Bij de candidaaiSiwiUiió \oor de Kamerver
kiezingen: zijn, ingevolge art. 29 van de kies
wet, omdat geen candidaat tegenover hen is
gesteld, gekozen verklaard: 49 conservatieven».
22 liberalen, 12 democraten, 3 reformisten,
carlisten, 3 onafhankelijken, 1 radicaal cn
regimalist. Waarschijnlijk zullen hier nog een
dozijn meer bij komen, waardoor het geheel#
aantal zonder strijd bezetto zetels ongevccf
gelijk wordt aan dat van de vorige algeznecnL
verkiezingen. j
Van de partijleiders zijn gekozen verklaard,1
bij gebreke van tegencandidaat, Ma ure, Romiv
no nes, Azcaratc, Malquiades en Alvarez.
Madrid, 2 Maart Tengevolge van eemfc
vechtpartij tusschen leerlingen van de houfrj
vestersschool cn lotelingen, werd een leerling,
gedood en werden verscheidenen ernstig gc-ë
wond. Ambtenaren van de douanen, die tus
schen beide kwamen, moesten vuur geven eil
verwondden eeuigo lotelingen.
Portugal.
L i s s a b o n, 2 M a a r l. In de Kamer spi ai
minister-president Bernardino Machado tegr.n^
dat er sprake is van eene verdeeling van de
Porlugeescho koloniën.
Oostenrijk.
In eene gemeenschappelijke zitting, die dti
vertogenwoordaigers *<ün de Gzeohisohc agray
rische partij, de vrijzinnige nationale partijs
de Gzechisahe nationale partij, dc sociaal*
democra tisch nationaa 1-sooiaListische pa rtijl,
de Czechische Fortschrittspartij en de kaiho*
lieke nationale partij in Praag hebben gehou*
den, werd eenstemmig geconstateerd, dat het
besluit van de Duitscliers van Zondag jl. hel
einde beteekent van de tegenwoordige oom*
promds^iotie. Alle deelnemers constateerden,
dat evenals zij zelf ook de partijen, die zij
verte-genwoordd-gdep, ondanks ernstige be
zwaren tegen de regeerings voorst ellen den
besten wil hadden, in het belang van het con-
süillaitioneele 9telsel in den staat en in het
land met de vertegenwoordigers van de Duit»
sche partijen in zakelijke onderhandelingen
te treden tot het verkrijgen van overeen
stemming in de punten van verschil. Dc ver
antwoordelijkheid voor het mislukken van de
Duiitsah-Czechische compromis-actie treft do
Duitsche partijen, die hebben meegewerkt tol
het verleden Zondag genomen besluit.
Het spreekt van zelf, dat de mislukte com
promis-actie een nadeeligen invloed zal uit
oefenen op den gang van zaken in den rijks
raad, die Donderdag weder bijeenkomt. Hes
bestuur van de Czechische agrarische partij:
heeft besloten de obstructie in het parlement,
die in Januari oorzaak is geweest dat do
rijksraad naar huis moet worden gezonden»
terstond weer le beginnen. Aan het overwin
nen van deze obstructie kan des tc minder ge
dacht worden, omdat waarschijnlijk alle Cze
chische partijen openlijk of in 't geheim zich
daarbij zullen aansluiten.
Fiumc, 3 Maart. Omstreeks midder
nacht is eene bom ontploft in het paleis vn
den gouverneur. Er werd geene ernstig*,
schade aangericht. De dader is niet ontdekt'
Hongarije.
Mar maros Szyget, 3 Maart. IIcl
Ruthenen-proces is geëindigd met veroor
deeling van 32 der beklaagden tot gevang®*
nistraf, terwijl 23 werden vrijgesproken.
Uit Boekarest wordt bericht, dat de po*
litie aldaar er in geslaagd is de hand te leg*
gen op de plegers van den aanslag tc Dobi ee^j
Dwazen leuren alleen door eigen onder
vinding, wijzen ook door die van anderen.
oorspronkelijke roman
52 door
H. WIT T E.
Is het wonder dal de gedachte aan die an
dere mogelijkheid, want, hoe onwaarseiinlijk
ook, mógelijk was het toch, zich dan telkens
weer aan haar opdrong, al trachtte zij tever
geefs zich daartegen te verweren? Aan de
eene zijde een paradijs, aan de andere een
woestenij. Iloe kon het anders dan dat zij den
blik gedurig van deze laatste afwendde om
die te laten weiden over de eerste, al speelde
bij die gedachte een biltere glimlach om haar
lippen?
Was dit reeds meer dan genoeg om haar,
aan ernstige overwegingen niet gewoon, tot
weemoedig nadenken te stemmen, er kwam
nu nog iets bij dat haar nog meer beangstigde.
Er ging in de laatste dagen daar in huis
Iels om, waarschijnlijk zelfs iets belangrijks,
tonder dat zij zelfs kon vermoeden wat dit
eou kunnen zijn. Niet alleen aan den heer
Du-bbelman had zij dit bemerkt, maar ook aan
dokter Mendel, ja zelfs aan Mina, die iets op
haar hart scheen tc hebben, dat zij door ont
wijkende antwoorden slechts met moeite
scheen tc verbergen. Daar Margo toevallig niet
tehuis was tijdens het bezoek van Maurus,
wist zij daar niets anders van, dan wat Dub
belman haar als terloops gezegd had. Dit was
het dus niet, maar in dat herhaalde bezoek
van dien oliekoop vond zij reden tot bezorgd
heid. Deze toch was een Hongaar, evenals
Maurus. Onmogelijk was het dus niet dat zij
elkaar kenden; voorts dat Maurus, die haar
tegenwoordig verblijf had weten op te sporen,
nu den oliekoop m den arm genomen had, wie
weet waarvoor. Dat Dubbelman, ofschoon
nog niet geheel hersteld van de hem toe
gebrachte wond wist zij niets reeds 's an
deren daags naar de stad was gereden, zou
haar op zichzelf geen reden tot nadenken ge
ven, want dit gebeurde dikwijls, maar dat
hij nu zoo onverwacht met dien oliekoop en
den dokter daarheen gegaan was, terwijl zij
wist dat hij met dez£n laatsten had afgespro
ken, om voor een paar dringende commissies
den tegenovergestelden kant uit te gaan, kwam
haar verdacht voor. Kon er, vroeg zij zioh af,
verband bestaan tusschen het ééne en hel
andere, en werden er aanstalten gemaakt, die
op haar naaste toekomst betrekking hadden?
En nu was hij vandaag weêr bijna den ge-
hcelen dag te Arnhem geweest, natuurlijk we
der in gezelschap van dien oliekoop, aan wien
zij niet kon denken, zonder dat een gevoel
van angst haar bekroop; ofschoon zij zich-
zelven moest bekennen dat die man, de vrien
delijkheid en innemendheid zelve, daar geen
aanleiding toe gaf.
Het lieve kind werd als heen en weêr ge
slingerd tusschen hoop en vrees, nu tot in de
nabijheid van de eerste, dan weder, raaar veel
dichter bij de laatste.
Wat dokter Mendel nu maai* verschenen,
dan had ze dien denkelijk de reden harer be
kommernis medegedeeld, want met dezen kon
zij begrijpelijkerwijze over enkele dingen ver
trouwelijker spreken dan zelfs met Dubbel
man; maar die liet zich niet zien, en morgen
zou er wel geen gelegenheid voor haar zijn
om hem te vragen wat er eigenlijk gaande
was, wat toch misschien ook vergeefsche
moeite zou zijn.
Geheel tegen haar gewoonte bracht ze een
onrustigen nacht door, maar vond toch den
volgenden morgen, nadat Dubbelman zich aan
het korte ontbijt, hoewel blijkbaar opgewekt
gestemd, nergens over had uitgelaten, in dc
overleggingen met Mina over de toebereid
selen voor de ontvangst der beide heeren af
leiding genoeg, om haar afgetrokkenheid tc
overwinnen.
Had zij geweten wat er in de laatste dagen
juist om en voor haar was gebeurd en ge
daan, zeker zou zij geen rustig oogenblik ge
had hebben. Daarom had men het ook wijse
lijk voor haar verborgen gehouden.
Dokter Karwinski was in den volgenden
voormiddag iets vroeger bij Dubbelman dan
Mendel, en het gesprek liep natuurlijk over
het voorgevallene van den vorigen dag; waar
bij de Hongaar er zijn tevredenheid over be
tuigde, dat hij zoo toevallig er toe had kun
nen medewerken om Dubbelman zijn doel te
doen bereiken, 't welk hij anders waarschijn
lijk gemist zou hebben; wat hem nog.te aan
genamer was, nu hij er persoonlijk buiten had
kunnen blijven, terwijl deze het niet aan de
uitdrukking zijner erkentelijkheid liet ont
breken. Over den inhoud van den brief zelf
liet hij zich niet uit, wijl hij daarmede wilde
wachten tot ook dokter Mendel aanwezig was.
Deze, niet wednig nieuwsgierig naar den
afloop der arrestatie en wat daar verder op ge
volgd was. liet zich trouwens niet lang wach
ten, en, minder bescheiden dan Karwinski,
was zijn eerste vraag, nadat Dubbelman hem
een en ander had verteld:
En nu die brief? Je hebt hem natuurlijk
gelezen; voor mij zal hij wel geen geheimen
bevatten en voor dokter Karwinski ook na
tuurlijk nog minder. Ben je er veel wijzer
meê geworden?
Dat epistel is zeker lang genoeg en bevat
niet alleen een treurige, maar ook een zeer
laakbare geschiedenis. Veel verder kom ik er
echter niet mede, wat ik mij, gelijk gij weet,
ook niet heb voorgesteld. Alleen verkreeg ik
(le zekerheid van wat wij reeds vermoedden,
dat Margo een onecht kind is. Daar gij niet
•veel minder belang in haar stelt dan ik, wil
ik u den brief, die in goed Hollandsch gesteld
is, en een beschaafde opvoeding van de moe
der verraadt, voorlezen; dan kunt ge zelf 't
beste oordeelen.
Dit zoo zeer gewenschte schrijven luidde
aldus:
„Het kind, dat ik aan de zorg van anderen
moet overlaten, is tennaastenhij vier jaren
oud. Dit ik er de moeder van ben weet nie
mand buiten de vrouw, die mij tijdens mijn
bevalling heeft gehuisvest en bijgestaan. Het
meisje kent mij nauwelijks, wanf ik zag het
slechts een paar keeren, en toen ik haar zeide
dat ik haar moeder ben, wilde zij daarvan
niets weten; en ook ik gevoelde niets voor
haar; ja, laat ik het maar zeggen, ik haatte
haar, omdat zij voor mij een lastpost was,
waarvan ik mij niet wist te ontdoen. Dat zij
geen erkenden vader heeft, en dus een onecht
kind is, zal hij, die dit geschrift in handen
krijgt wel begrijpen. Wie de vader is blijft
mijn geheim, ja het is zelfs geen geheim tus
schen hem en mij, want ook hij is met het
bestaan ervan #59bekend. Ik heb mij echter
zoo zeer jegens hem misdragen, hem zoo\
schandelijk ondankbaar behandeld, dat ik inijj
pm niets ter wereld tot hem zou willeu wen*
den om voor het kind te zorgen. Niet hij heeftj
mij, maar ik heb hem verleid, en hij mag en
zal niet weten wat daarvan het gevolg is ge
weest. Hiermede wii ik tenminste trachten
goed te maken wat ik jegens hem misdeed;
„Toen ik hem verliet, kwam ik in een zeep
goede betrekking, maar dit kon slechts vat*
korten duur zijn, want, toen ik zekerheid hnd
van de aanstaande gevolgen mijner lichtzin*
nigheid, die ik, het kostte wat het wilde, ver-j
borgen wilde houden, verliet ik die, onder he^
voorwendsel dat ik in dc stad niet kon aarw;
den en naar huiten verlangde, om op mijn ver-j
haal te komen.
„Lk had mij vooraf van een goed en ver»i
trouwd onderkomen verzekerd, waar nie
mand anders mij kende en ik mijn bevalling:
kon afwachten.
„De bijzonderheden daarvan doen hier niets
ter zake; ik was spoedig hersteld, maar nn
zat ik met dat kindje, dat ik, ik aarzel niet
het te zegden, wel had willen dooden, als ik
maar gedurfd had.
)VPe vrouw, die mij huisvesting en hulp
verleend had, een oude dienstbode mijner
lang gestorven ouders, redde mij uit de ver
legenheid, door het aanbod om verder voor
dat kind te zorgen, tegen een matige ver
goeding; ik kon dan, volkomen hersteld
zijnde, weer naar de stad terugkeeren, zon
der dat iemand de ware reden van mijn ver
blijf daar buiten vermoedde.
Wordt vervolgd-