N°. 212
12da Jaargang.
„DE EEMLAN DER".
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels.» f 0.50.
Elke regel meer- 0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijt bestaan zeer voordoelige bepalingen
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement
Eeno circulaire, bevattende do voorwaardou, wordt o>
aanvraag toegezonden.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO»
De heer Gerritsen: Dat zjj met het
eerste schot al raak schieten
De heer Van Achtorbergh: Dan
schieten zij den eersten keer maar in de lucht.
De Voorzitter: De heer Van Achter-
bergh heeft in enkele woorden mijn meening
weergegeven. Op het oogenblik dragen dö
agenten revolvers. Zoolang de Raad een
crediet geeft voor de bewapening van de
agenten van politie, zal het Hoofd van de
politie er gebruik van maken. Het hoofd van
de politie is aansprakelijk voor het leven van
de agenten, ed daarom is het zijn plicht ze
behoorlijk te bewapenen. Nn moge het in
onze stad niet gevaarlijk zijn en is het in
grooto steden Boras gevaarlijker, maar wij heb
ben in onze stad toch sommige donkere ponten,
bosöchen enz. verder ook v.aak den doortocht
van talrijke zigeuners, waarvan de couranten
dan melding maken, en dat is dikwijls niet
het beste volkje. Daarom zal do politio door
mij, zoo lang de Raad een crediet voor do
bewapening toestaat, worden bewapend met
revolvers. Zou nu de Raad de verantwoorde
lijkheid op zich willen nemen, dat de politie
agenten Diet kannen schieten Ik weet niet
of de heer Gerritsen met een revolver kan
schieten. Ik kan het wel, en ik kan U ver
zekeren, dat het een zeer gedacht wapen is
en zeer gevaarlijk wanneer men er niet mee
kon omgaan.
Het voorstel wordt in stemming gebracht
en aangenomen met algemeene stommen
op één na, dio van dea heer Gerritsen.
30'. Advies van B. en "W. naar aan
leiding van het adres van Kerkvoogden
der N. H. Gemeente, betreffende de uitkeering
van f 250 (brandwacht) [Afd. I no. 67
1913.]
Goedgekeurd zonder beraadslaging
of stemming.
31°. Voorstellen van B. en "W. tot
wijziging der bogrooting dienst 1913
en dienst 1914 [Afd, lb. no's. 164 en 193].
Als voren.
32°. Voorstel van B. en W. tot
vaststelling van het kohier straatbelas-
t i n g dienst 1914.
Als voren.
33°. Voorstel van B. en W. tot ver
koop van een perceel bouwterrein aan
den heer J. Birme te Hoogland.
Nadat de Voorzitter de situatie van het
perceel nader op de kaart heeft toegelicht,
wordt het voorstel goedgekeurd zonder
hoofdelijke stemming.
34*. Voorstel van B. en "W. tot aan
koop van een perceel op Rommelen burg.
[Afd. I no. 245].
Nadat de Seoretaris toelichting en ont-
werp-besluit heeft voorgelezen, wordt het
voorstel goedgekeurd zonder hoofdelijke
stemming.
RONDVRAAG.
Vraag van den heer Wolterbeek,
inzake bordjes met „Verboden
t o e g a n g".
De heer W o 11 e r b e e k: Mijnheer de Voor
zitter! Ik zon oven eou praatje willen honden
over bordjos met „Verboden toegang". Wan
neer men op de Vlasakkers is en loopt naar
het terrein van Vleutbergen, dat is de weg
waar vroeger de rails langs hebben gelegen
voor den bonw van het Rijksopvoedingsgesticht,
stuit men onmiddellijk op oen bordje met
„Verboden toegang!" Als men nu voorbij
gaat en den weg volgt, ziet men ineens „Ver
boden voor miters'' staan langs denzelfdeD weg.
Dan krijgt men een idee, dat men er wél had
mogen loopen, want het is alleen verboden
voor ruiters. Gaat men verdor door het
boechje van Middelburg, dan komt mon uit op
den zandweg die achter het Rijksopvoedings
gesticht ligt, en kijkt mon waar men uitkomt,
dau ziet men tegeu een boom oen bordje staau
met „Verboden voor ruiters" en daaronder
staat „Verboden toegang". Daar tegenover,
op de nieuwe terreinen die aangekocht zijn
van de Wed. Roos-Vlasman, ziet men, dat mon
er niet met honden mag loopen. Daar is toch
eigenlijk iets onjnists in. Als het verboden
toegang is, dan is het vauzelf ook vorboden
voor ruiters. Daarom zon ik willen vragen,
of er niet iets aan te doen is, dat daar een
klein beetje rogel in komt. Ik weet niet of
hot verbod gehandhaafd wordt, maar als het
voor iedereen verboden ia, is het ook voor
ruiters verboden.
De Voorzitter: Ik geloof dat in Uw
opmerking een groöd van waarheid ligt. Er
zijn natuurlijk verschillende wetgevingen op
verschillende gronden, die bij verschillende
aankoopen in ons bezit zijn gekomen. Na zijn
wij zelf eigenaars geworden en moeten wij tot
codificatie overgaan. Wij zullen er over don
ken. Maar ik denk, dat do bordjes met „Ver
boden toegang", die er zijn, er wel zullen
blijven. Dergelijke bordjos hebben echter zeer
uiteenloopende beteekenissen, en „Verboden
toegang" is niet altijd hetzelfde, in verschil
lende plaatsen van ons land. In Friesland b.v.
beteekent „vorboden toegang" werkelijk ver
boden toegang. Hier niet, en o.a. in geheel
Holland beteekent het alleen, dat stroopers er
niet mogen loopen. Fatsoenlijke lieden mogen
er wél loopen. En nu heeft de Rijkspolitie
ons nog in hot najaar gevraagd, om bij Vleut
bergen znlk een bordje te plaatsen, omdat men
er last had van stroopers.
Het is niet kwaad dat ook eens in het pu-
pliek gezegd wordt, wat de beteekenis van
bordjes met „verboden toegang" is.
Vraag van den heer Van Dninen
aangaande eon opmerking van den
heer E y 6 i n k in de vorige vergade
ring terzake van zijn aftreding
als Wethouder.
De heer Van Dninen: Mijnheer de
Voorzitter. In de vorige vergadering is ge
antwoord door den hoer Eysinfe, op een
vraag van don heer Van Achtorbergh, of ik
in het openbaar do roden wilde mededeelen,
waarom ik als Wethouder ben afgetreden
dat bij gelooft dat het beter is in het belang
van de Gemeente en van don Wethouder, dat
dit in besloten vergadering wordt behandeld.
Mjjnheer de Voorzitter, ik heb de vorige
maal niet geboord dat het gezegd is, ik zon
er anders dadelijk op gereageerd hebben. De
feiten die daarna zijn afgespeeld bewijzen
trouwens ook, dat ik het niet heb gehoord,
want ik heb mij direct bereid verklaard mij
in het openbaar te verantwoorden, tenminste
mede te deelen de reden waarom ik heenge
gaan ben.
Nu mij een vorige maal hier door het Col
lege goweigord is dat te mogen mededeelen,
kan ik natuurlijk niet anders doen dan de
Pers verzoeken de zaak te willen behandelen.
Ik meende dit hier even te moeten mede
deelen, mijnheer de Voorzitter.
De Voorzitter: Mag ik U er even op
attent maken, dat de zaak zich aldus heeft
toegedragen. Ik heb. toen Uw ontslagaanvrage
werd ingebracht, gelegenheid gegeven tot het
voeren van het woord en deze gelegenheid is
niet aangegrepen. Toen zijn wij overgegaan
tot het doen van een keuze van Wethouder.
Door een van de leden is voorgesteld, eerst
over te gaan tot het doen van do benoeming
en toen wij overgingen tot de Rondvraag heb
ik langer dan anders gewacht, ik weet niet of
de heeren het hebben opgemerkt, maar ik heb
duidelijk daarin de bedoeling willen leggen, of
iemand van de gelegenheid tot spreken ge-
braik wilde maken, juist naar aanleiding van
dit punt. Dit is echter niet geschied.
De heer Van Dninen: Het is mogelijk
mijnheer de Voorzitter, maar ik heb het
anders opgevat en ik vat het als zoodanig
nog op.
De Voorzitter: Daar protesteer ik sterk
tegen.
De heer E y s i n k Mijnheer de Voorzitter!
Mijn bedoeling was deze, dat ik meende dat
het in hot belang van de Gemeente was, dat
de zaak in besloten zitting werd behandeld.
Wanneer er over gesproken werd, dan zon do
aftredende Wethouder zich allicht niet heele-
maal hebben kunnen uiten en zijn opinie niet
geheel recht kunnen laten wedervaren. En nu
was het mijn bedoeling, dat bet dan aange
namer voor hem kon zijn in besloten zitting
er over te spreken heelemaal niet om den
Wethouder te blameeren. In geen geval I
De heer Van Duinen: Mijnheer de Voor
zitter ik wil nog even mededeelendat ik
niets te verzwijgen heb. Totaliter niets Ik
zou geen reden weten waarom eenig Raadslid
zou kunnen meenen, dat het beter ware dat ik
zweeg, want ik heb niets te verzwijgen tota
liter niets. De zaak is immers zoo nelder als
glas
De Voorzitter: Ik ben het volkomen
met U eens, dat er in deze zaak niets te ver
zwijgen is.
De Voorzitter: Voordat ik de verga
dering sluitwensch ik nog even op te mer
ken, dat twee verzoeken zjjn ingekomen, reeds
bij de ingekomen stukken vermeldvan den
heer Veis H e ij n om hem wegens zij n be
noeming tot Wethouder ontslag te verlee-
nen als lid van de Commissie van Toe
zicht op het Lager Onderwijs en
van het Burgerlijk Armbestuur. Ik
stel voor dit ontslag eervol te verleenen, onder
dankbetuiging voor de bewezen diensten.
Goedgekeurd zonder beraadslaging
of stemming.
Niets meer aan de orde zijnde, sluit de Voor
zitter de vergadering.
VERBETERING*
Blz. 9 eerste kolomregel 19staat„kun
nen zij daar toch wel genoegen mee nemen"»
Lees„Kan ik" enz.
Electrische Drukkerij L. BOSQH Z00&
toofddader zou
.litairen in den
dus volstrekt
vijandige daad
an Elzas-Lotha-
menl.
eereburger van
aan den Kreis-
n daar is o ver
door de regec-
ng geen reden
ruwen van eene
i Washington, is
iel te doen ge-
gd door een ad-
•ouwwezen heeft
er beoordeeling
emie zet daarin
bij dezen bouw
:en, en stelt ten
rs der plannen
n Lhne cn Möh-
lienen van nieu-
eeft nu go edge-
it voorstel zal
ns een telegram
wordt van be-
t de bewering
i van den Duit-
urg, graaf Pour-
.s. Verder wordt
i bericht in de
ten twijfel vast-
ssade te Peters-
t aan een alar-
Inisciie Zeitung,
lezing een wets-
geling van den
arbeid van kin-
n beginsel ver
in verband met
aat uitzonderin-
een dertienjarig
eft bezocht. Ver-
achlarbeid voor
waarbij onder
tijd van 9 uur
nota van Havas
ièn heeft in bet
omissie van den
sling eene reeks
lot vervanging
twerp der com-
die de roerende
omschrijven. Dc
genomen van
lit afgeleid, dat
op deze wijze
Fransche rente
iter nooit in de
an financiën ge-
de denkbeelden,
.li zijn ontwei p
teeds op de tri-
rdedigd. Hij zal
oen om het mis-
Parijs, 5 Maart. De Kamer heeft ccn
wetsontwerp aangenomen tot verzekering vah
de vrijheid van dc stemming en dc oprecht'
heid bij de verkiezingsoperaliën. Ilct slem-
briefje zal in eene enveloppe worden inge
diend en in een isoleercel ingevuld worden.
Parijs, 5 Maart. In de Kamer interpel
leerde Jaurès den minister van financiën Cail-
laux over het nieuwe ontwerp der inkomsten
belasting, dat de Fransche rente van iederf
belasting vrijstelt.
Barbhou spreekt in denzelfden zin.
De minister antwoordt, dat ofschoon <1«
Fransche rente nieL is opgenomen onder d<
waarden, die aan de belasting zijn onderwon
pen, de inkomstenbelasting alle inkomsten
zonder onderscheid moeten treffen. Hij ver'
zoekt de meerderheid hem te steunen in zijne»
moeielijke taak.
De Kamer wordt woelig.
Minister Caillaux voegt aan hel gezegd»
nog too, dat hij den tekst van zijn antwoord
zal zenden aan de senaatscommissie, om i(
worden gevoegd bij de lijst van roerend*
waarden.
De discussie over de interpellatie wordt ge<
sloten zonder stemming.
De Senaat heeft een wetsontwerp aangeno
men, dat strekt tot bestrijding van den ach
teruitgang van het bevolkingscijfer door maat
regelen, die geschikt zijn hel getal geboorten
te vcrlioogen.
In de parlementaire kringen is men nu to.
de overtuiging gekomen, dat de op den 26cn
April bepaalde algemeene Kamerverkiezingen
zullen plaats hebben naar het geldende dïs>
trictenstelsel (scruliu d'arrondissemcnt). Dc
Senaat heeft, door hel voorstel te verwerpen
om het ontwerp van de nieuwe kieswet op dé
agenda van de eerstvolgende zitting te plaat/
sen, duidelijk zijn wil doc-n kennen om ziel
met het afdoen van deze zaak niet tc haasten^
De Politische Korrespondenz bericht uH
Parijs, op grond van medcdcelingen van be
voegde zijde, dat er tegenwoordig geen plan
bestaat op het weder bijeenkomen van de in'
ternationale financieele conferentie.
Engeland.
Londen, 6 Maart. De Homcrule bil\
is heden weder ingebracht onder luid gei
juich van de liberalen en do naltionaMstcn/
Ook het wetsontwerp tot afschaffing van dq
staatskerk in Wales (Welsh disestablismen(
bill) en hef wetsontwerp tot afschaffing vanf
het meervoudige stemrecht zijn weder ingo«
diend.
Londen, 5 Maart. De kgenbegiooting
voor 1914/15 bedraagt 28-645.ÖUU p. st. Dg
begrooting is 625.000 p. st. hoogcr dan diai
van het vorige jaar. Daarvan zijn 430.00Q(
bestemd voor de uitbreiding van den lucht-»
vaartdienst, waarvoor een plun is opge^
maakt, dat in 't geheel een millioen zal moe-»
ten kosten.
Zweden*
Stockholm, 5 Maart. In de beid*
Kamers van den rijksdag werd heden cca
schrijven van den koning voorgelezen, waart
in gezegd wordt: Daar ik uit zorg voor de be
veiliging van het land mij genoopt heb ge
voeld aan het volk gelegenheid te geven, doo*
nieuwe verkiezingen voor de Tweede Kamer
zijne meening over de kwestie der landsver-
veêf dankbaarheid schuldig VvasTcn vooral*te
veel vriendschap voor Item gevoelde, om
hem, ook waar hel zijn persoonlijke aange
legenheden betrof, wanneer een vraag daar
aanleiding toe gaf, ziju vertrouwen ie ont
zeggen.
Hij was er echter lang niet zeker van, dat
zijn plan met Margo door dezen zou worden
toegejuicht, wat hem de volvoering ervan
met het oog op hun intiem vriendschappe
lijk en omgang, zeer zou spijten.
Ware dit anders geweest, dan zou hij ar hem
wel vroeger uit eigen beweging over gespro
ken hebben; nu echter had hij het uitgesteld
tot de heer Wermann, en dat wel juist op
in dit geval als een voordeed Jat deze "abso
luut onbekend waren, daar bekendheid al
licht tot onaangename bejegingen aanleiding
kon geven. Nu had hij alleen met haar zelve
te doen.
Hoewel de zaak hem principieel maar half
aanstond, was Wermann toch een man van te
edelaardige denkwijze, om zijn beter gevoel
door een principe te laten overvleugelen, zoo
dat hij, na enkele geopperde en door Dubbel
man vvederlegde bedenkingen, eindigde met
zijn volkomen instemming, er echter op druk
kende, dat Dubbelman niet lang meer mocht
aarzelen met zich aan Margo te verklaren.
Hij zelf zou er dan eens over nadenken, of
keerde en waarin Bij van z'oó "nabij betrokken
was, lette zij natuurlijk op elke kleinigheid, en
deze afwijking van een zoo vaste gewoonte
was geen kleinigheid. Wat wilde hij'? Vermoe
delijk zocht hij gelegenheid of aanleiding to'
een vertrouwelijk gesprek. Zou dit dan de
voortzetting zijn van dat, *t wrelk zoo onver
wacht en op een blijkbaar kritiek oogenblik
door Mina was afgebroken, en waarop hij
daarna niet was teruggekomen, waartoe trou
wens door al die drukte mei de twee dokter?
geen goede gelegenheid was geweest? Haar
hart klopte hoorbaar bij die gedachte cn dit
was zeker geen wonder, wijl zij misschien nu
od het punt was te vernemen wat haar in de
nst misschien
te om haar aan-
waagde het niet
opjes en bordjes
n, zeker als zij
haar stem haar
zullen verraden,
niets bemerken,
c krant tersluiks
/egingen volgde,
tiaar vingers en
dit reeds dui-
tar blijk van te
ia, toen de ont-
:ar ze bad toch
voonte, met een
gaan zitten; zc
kken, waarnaar
wat zij nog meer
maakte om de
niet in zijn be-
eens niet heen.
nc woirwer eens -rustig -met je praten.
Een koude rilling voer haar door de leden.
Nu zou 't komen, dacht zij, maar wat? Met
bevende lippen vroeg zij:
Maar Mina? Die kan ieder oogenblik
bier komen.
Mina heb ik met een boodschap naar de
boerderij gestuurd, cn die heeft dan altijd
zooveel met de boerin te verbandelen, dat
zii in het eerste halfuur zeker niet terugkomt.
Ga nu eens rustig zitten, en luister eens
goed naar wat ik je al sedert eenige dagen
had willen zeggen.
Deze aanloop was nu juist niet geschikt om
haar gerust te stellen; integendeel zij vrees
de hel ergste. Aarzelend ging zij dan ook ziu
ten, zonder de oogen, die reeds vochtig wery
den, te durven opslaan. Zij kon echter nie'i
beletten dat een paar tranen langs haar wan'
gen liepen, wat Dubbelman wel zag, maai*
waarin hij geen erg veinsde te hebben.
Ik behoef je niet te zeggen, ging hij
een korte pauze voort, dat ik altijd veel vaq
je gehouden heb. Van het oogenblik af, waar-,
op ik mij je lot heb aangetrokken, beschouw»»
de ik het als een duren verplichting, alles tq
doen wat je geluk,, ook voor later, zou kun'
nen bevorderen, en de goede dokter Mendel
heeft mij daarin flink bijgestaan. Nu, moei
lijk viel mij dit zeker niet, want, was jé spoe-
tiig de heveling geworden van ons alle drie,
van mij zeker niet het minste, en ik kon mij
onmogelijk voorstellen dat een vader zijn
eenige dochter inniger kon liefhebben dan ik
u. Eigenlijk had ik wel zoo w at de vaderlijke
rol op mij genomen, wat, met het oo^ op je
leeftijd zoowel aLs op de mijne, eigenlijk wel
wat belachelijk schijnt. Maar inderdaad was
heft toch zoo, on bleef dk je beschouwen als
't door de Voorzienigheid aan mij toever
trouwde kind, zonder er op te letten dal da
lijd hierin langzamerhand verandering had
gebracht, zonder or aan te denken, dat je zoo
zoetjes aan de kinderschoenen ontwassen
waart. Ik had je hef, en bleef je liefhebben
zooals ik dit van 't begin af (had gedaan, tot
een toeval mij tot dc ontdekking bracht dat
de zoogenaamde vaderlijke liefde ongemeAt
geheel van beteekenis veranderd was.
Wordt vervolgd.