DE E EM LAN DER". Donderdag 30 April 1914 BUITENLAND. FEUILLETON. HEILIG MOETEN, N°. 257 12d* Jaargang. hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Jf Uitgevers: VALKHOFF C«k ABONNEMENTSPRIJS: ifti 8 maanden voor Amersfoort f Idem franco per po9t 1*50« Per week (met gratia verzekering tegen ongelukken) - O.ÏO, Afzonderlijke nummers A A" c ttezo Courant vertohlJnt dagelijks, behalve op Feestdagen. 0.05- Zon* en Advertentiön geüeve men liefst vóór 11 uur, familie- advertenties en beriohten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—6 rogelsf 0.50, Elke regel meor«0.10, Dienstaanbiedingen 25 cents btf vooruitbetaling. Groote letters naar plaatsruimte. Voor handel on bedrijf bestaan zeer voordoelige bepalingen tot het herhaald adverteeron ia dit Blad, bij abonnement. Eono oirculaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. l Nabetrachting over den Gemeenteraad. (Beu interessante raadszitting met een pak- kem> slot, hebben we Dinsdagavond gehad. Een schijnbaar onschuldige agenda, waaraan nog maar even 5 punten werden toegevoegd, .welke niet al te best te volgen waren. Vooral hei punt in zake de schoolgeldheffing ging er door, zonder dat mogelijk iemand iets van de aangebrachte wijzigingen begreep. Den heer Jorissen ontlokte dit dan ook de opmerking: ,,'t is zoo duidelijk als koek." „Niettemin, de herren vonden het goed, dus... het zal wel goed zijn. Schermutselingen kregen we bij het voorstel van B. en W. tot onbewoonbaarverklaring van het perceel Weversingel 23. De Commissie uit den Raad, bestaande uit de heeren Kroes, van Achterbergh en Tromp van Ilolst, had het perceel in dusdanigen staat gevonden, dat zij geen vrijheid vond tot onbewoonbaar ver klaring, daar door het aanbrengen van eenige verbeteringen nog wel wal te verhel pon viel. Naar de voorzitter meedeelde, had de eigenaar na het adres van de gezondheids ei i: missie, spoedig eenige verbeteringen laten aanbrengen, vandaar dat de Raadscommissie een zooveel gunstiger indruk kreeg. We moe ien echter aannemen, dat de Commissie zich niet door den schijn zal hebben laten verblin den en dat ze wel degelijk onderzocht zal hebben, of de noodig geachte verbeteringen, ook bet gewciïschte resultaat zullen hebben. En in dat geval voelen we meer voor het standpunt van de Commissie dan van B. en W. Eigenaardige argumenten kwamen van de het ren Jorisscn en Leinweber. De eerste wilde niel onbeleefd zijn tegenover de Raadscom missie. De Burgemeester wees hem er ter stond op, dat het College van B. en W. ook voor meerderheid uit raadsleden bestond. Nu is beleefdheid een heel goed iets, zelfs voor een raadslid, maar als men uit beleefd heid alles maar zou accepteeren, wat een door den Raad ingestelde Commissie voorstelt, zouden wc toch eigenaardige toestanden krij gen. Geen wonder dan ook, dat de voorzitter Set als absoluut niet ter zake dienende terug wees. De heer Leinweber kwam eveneens met een wel wat benepen argument. De menschen kunnen toch geen woning vinden, zei hij, dan moeten we later toch den termijn weer ver lengen. Momenteel lean dit eenige waarde hebben voor den buitenstaander, maar voor de uitvoering van de Woningwet wordt toch een beetje ruimer blik vereischt. Deden der gelijke argumenten opgeld, dan vreezen wij, dat de Jbeele Woningwet spoedig buiten wer king kon worden gesteld. Ondertusschen, het voorstel, van B» en W. werd verworpen, zoodat thans de noodig ge achte verbeteringen kunnen gevraagd wor den. Ook bij het voorstel van Burgemeester en Wethouders tot opname van eigendommen in het grondbedrijf en tot vaststelling van de schuld welke ter zake Yan deze eigendommen op de Gemeente rust, kwamen de tongen los. Hebben we den heer v. Achterbergh goed begrepen, dan brengen de taxateurs sommige gronden veel te laag in. Krijgen we nu over 5 jaar taxateurs met een meer modernen kijk, die ook rekening houden met mogelijke waar devermeerdering en wat verder kijken dan hun neus lang is, dan zulle» diezelfde gron den yeel hooger worden geschat. Op do balans zal dat niet waardig staan, maar die balans is dan zeer geflatteerd, door de te lage schatting van thans. B. en W. waren het wel eens mei den heer v. Achterbergh, maar we moeten vertrouwen stellen in de taxateurs, die den Raad niet naar de oogen behoeven te zien. Zeer juist! Die menschen moeten zoo onafhankelijk mogelijk staan. Maar moet de Raad nu wel die taxateurs naar de oogen zien? Zijn die heeren onfeilbaar, zoodat de Raad maar moet slikken wat zij zeggen? Wij gelooven het niet en begrijpen niet, waarom op het voorstel van den heer v. Achter bergh om over te gaan tot hertaxatie niet werd ingegaan. Een discussie, die stond 111 het te eken der bekeeringen, kregen we bij punt 10. De Twent- sche fabrikant Menko heeft langs de H. S. M.- lijn bij Birkhoven een stuk grond gekocht van de familie Hamers, blijkbaar om daar een textielfabriek te vestigen. Nu wil hij van dc Gemeente ook nog grond hebben, 't liefst voor niets, zei de Burgemeester, dus veel .zal hij er wel niet voor willen betalen. Maar nu kwam de principieele kwestie, of bij de ter reinen, die uitsluitend voor villabouw* zijn be stemd, ook gronden zullen worden afgestaan voor industriêele doeleinden. Bij den aankoop der gronden van mevr. Roos—Vlasman, was een sterke oppositie in en buiten den Raad, tegen het leggen van een dergelijk servituut op die gronden. De industrie moest worden aangewakkerd enz. enz. Dc heer v. Achterbergh zal zich dat wel herinneren. Maar zooals het met ons heele grondbedrijf gaat, langzamerhand komt het er bij de men schen in. Voor een paar jaar stond de heele gemeente op stelten om den grondaankoop en nu vindt niemand het meer verkeerd, zelfs wordt het nu betreurd, dat Nimmerdor niet is in het bezit der gemeente gekomen. Zoo verandert ook de mecning ten opzichte van speciale punten. En de heer v. Achterbergh zei: geen fabrieken daar, het zal schade doen aan onze wandelplaats en het algemeen be lang daarvan moet het zwaarst wegen. Be keerling No. 1! De heer v. d. Wal had in de Financiêele Commissie voor beschikbaarstelling gestemd, maar bij nader inzien en na al hel gehoorde enz. enz. Bekeerling No. 2J De benoeming van eon Hoofdopzichter en de vaststelling van diens tractement, ging ook al niet gesmeerd. De heer Wolterbeek wees er op, dat hier al weer stadgenooten worden gepasseerd. De heer van Achterbergh dikte dit nog wat aan, en wees er op, dat het telkens voorschuiven van vreemde krachten, een moreele dood is voor de gemeente-ambtenaren. Over deze kwestie zou heel wat to zeggen zijn, maar de Weth. van Openb. Werken sneed deze discus sie voldoende af, daar geen der Amersf.-amb- tcnaren had gesolliciteerd. Het vreemde bij dit punt was o. i. echter dit; De heer v. d. Hooff had een maximum tractement van f 1400 en vrij wonen, zijn op volger krijgt een minimum tractement van f 1700 en 3 verhoogingen van f, 100. Nu kan de heer v. Esveld zeggen, de vrije "woning kunnen we rekenen *op f 250 en dan is het verschil.maar f 50, maar dan is hel reken sommetje toch foutief, zooals voldoende blijkt. B. en W. motiveeren deze handelwijs, door er op te wijzen, dat zij de hand konden leg gen op zoo'n uitstekend ambtenaar. Dat wordt een geliefdkoosde uitdrukking bij B. en W. en de toekomst is niet verre meer, dat we alleen uitstekende ambtenaren hebben. Prachtig, nietwaar! Maar toch gelooven we niet, dat dat telken» opleggen van het tractement ge- wcnscht is. In een gemeontehuishouding moet voor alles en in alles regel en orde heerschen. Wordt maar telkens afgeweken van bestaan de regelingen, dan krijgen we ten slotte een onhoudbaren toestand. Het is niet alleen onaangenaam voor den ambtenaar die heen ging, dat zijn opvolger dadelijk eenige hon derden guldens meer krijgt, maai' het werkt deprimeerend op het geheele ambtenaars corps en schept een. geest van ontevredenheid, die niet te licht mag geschat worden. Voor het pakkend slot zorgde de Voorzit ter. De heer Leinweber, hij moge dan lid van den Raad zijn, behoort tot dat slag van men schen, die men wel eens „kleine menschen" noemt. Ze missen den ruimen gezichtskring om een onbevangen oordeel te bezitten, en zoeken meer hun kracht in pietluttigheden en commérage. Om zich nu te wreken over een onaangenaamheid, die de gemeente-architect hem zeer ten onrechte heeft bezorgd, is dc heer Leinweber gaan vertellen, dat er spoedig wel weer een hoofdambtenaar zou ontslagen worden om blijkbaar minder aangename redenen. Hij heeft geen naam genoemd, maar wien hij bedoelde was duidelijk. Dat is geen mannenwerk, en vooral een lid van den Raad moest zich niet blameeren door zoo iets te doem De Voorzitter, uiterlijk kalm, nagelde de onverdedigbare houding van den heer L. vast en vond daarbij gelegenheid te doen uitko men, dat van het geheele praatje absoluut niets waar was. Nu had de heer Leinweber, gedachtig aan het „het boetekleed ontsierd den man niet" zich groot kunnen houden en zijn excuses kunnen aanbieden. Maar neen, hij trachtte zich te verdedigen cn maakte daardoor een nog pooverder figuur. We wisten niet, dat do logica den heer Leinweber dermate vreemd was, als Dinsdag avond is gebleken. Do Voorzitter had hem niet al to scherp aangepakt, maar de verdediging, als we het zoo mogen noemen, van den heer Leinweber, deed onwillekeurig het beeld van den school jongen opkomen, die gestraft wordt voor zijn babbelen, en als gewoonlijk anderen in zijn sLraf zoekt te betrekken. De heer L. meent toch niet, dat hij mag zondigen, omdat anderen het ook gedaan hebben? Hopen we, dat hel een goede les voor hem zal zijn, zijn aanzien als „Edelachtbare" kan in de toekomst dan misschien nog een beetje rijzen. Door den heer v. Achterbergh werd aan geboden een rapport saam te stellen over de reorganisatie bij publieke werken. De heer Oosterveen bracht dit belanglooze aanbod nog wat naar voren en moedigde den Wethouder van O. W. aan het te accepteeren. Maar dit geschiedde niet, er werd niets op gezegd. Niet erg beleefd tegenover een Raadslid, zou de heer Jorissei\ zeggen. H. v. V. Politiek Overzicht. De Vereenigde Staten en Hlexico. Het feit, dat de republieken Yan Zuid-Ame rika hunne goede diensten hebben aangebo den, om den ernstigeu strijd tusschen de Noord-Amerikaarische Unie en Mexico, den grootst on van de Midden-Ainerikaansche sta ten, lot een goed einde te brengen, verdient in hooge mate de aandacht. Reeds op zich zelf, afgescheiden van de vraag of het doel, dat mei dit aanibod wordt beoogd, zal wor den bereikt. Het aanbod vindt zijne verkla ring in de stemming, waarmee het gewapend optreden van de Unie in Mexico is ontvangen in Midden- eai Zudd-Ameria. Het latijnsche Amerika voelt rich van de Rio Grande tot kaap Hoorn één in ras, taal en godsdienst tegenover de Noord-Amerikanenhet heeft het optreden van president Wilson ais een aanval tegen een lid van de gemeenschap ge voeld. Nu hoeft het groote ZuLd-Amcrikaansoiit A iB C Argentinië, Brazilië en Clriti zijne goede diensten aangeboden, en »age< noeg alle andere staten van Zuid- en Midden- Amerika hebben hunne adhesie daaraan gc- schonen. Dat beteekent in de eerste plaat», dat de pogingen om eenc goede verstand houding tussohen de drie staten te verkrijgen met succes zijn bekroond. Argentinië, Brazilië en Chili worden door gemeenschap van be langen tot elkaar gebracht. Zij koesleren allen drie den wensoh, tegen hel streven van dc Unie om haren invloed over het geheele nieuwe halfrond le doen gelden, een lastba ren breidel over te stellen. Dikwijls heeft Noord-Amerika rich in Midden- en Zuid- AmerLkaafnsche geschillen gemengd, soms dreigend, soms ook in de hoedanigheid van een vaderlijk vermanenden vriend. De Zuid- Amerikanen voelden zich min of meer onder de ourateele van de Noord-Amerikanen, ecu gevool dat grootcn weerzin bij .'.en verwekte. Eene federatieve aaneensluiting van dc Zuid- Amerikaansche republieken is reeds een oud politiek denkbeeld. Simon Bolivar, de groolo bevrijder, wilde niet alleen dc vijf stalen, waaruit hij dc Spanjaarden heeft helpen ver drijven, tot elkaar brengen, maar hij dacht ook aan de oprichting van eene algemecne Zni id-Am e rika a usolie federatie. Eene duur zame vereeniging leed echter schipbreuk op de onderlinge riivali/left van de in wording zijnde staten. Grensgeschillen hebben zich lot voor korte jaren voorgedaan. Maar gaande weg is de venhoudling tusschcn hen vriend- schappelijker geworden. De oude naijver, die meermalen in eene oorlogsstemming ont aardde, heeft voor eene vertrouwelijke ver houding plaats gemaakt. De goede uitwerking daarvan is thans aan den dag gekomen. Het is tot heden nog niet voorgekomen, dat Zuid-Amerika op de ge dachte is gekomen, bij conflicten, (lie do groote Noord-Amerikaansche Unie had met andere staten, zijne stem le laten hooren. Nu hebben de drie voornaamste staten van Zuid- Amerika zioh aaneengesloten l i een gewich tige diplomatieke handeling. Hot is Yoor dc eerste maal, dat zij zich op deze wijze naar buiten doen gelden, en hun optreden vindt in de andere staten van Zuid- cn Midden- Amerika een sympathieken weerklank. Zij treden op met vriendschappelijke bedoeling en in een vorm, die geen aanstoot kan geven; maar terwijl tot dusver Noord-Amerika d« tuchtmeester van hot zuiden, was, komt nt Zuid-Amerika zelfstandig te voorschijn cn biedt zijne goede diensten aan, om het noor den uit een moeiolijk geval te redden. Daar door wordt tusschen Noord en Zuid een mo« reel evenwicht verkregen, dal tot dusver ont brak. Dat is op zich zelf eene zaak van bc- teekenis, afgescheiden van de vraag, wal uit de bemiddeling zal voortkomen, die door de Vereenigde Staten cn Mexico beiden in begin» sel is aangenomen. Uuttschland» Herlijn, 29 A; ril. in de begrooling! commissie van den rijksdag zijn de uitzetting van vreemdelingen uil de Duilscbe bondssta ten en de befhandeling van Duilsche burgers in het buitenland ter sprake gebracht. In hel bij zonder gaf de staatssecretaris een overzicht van den toestand in Mexico. De Uiouding van Wie rich zelf niets vergeeft, dien zal door -icren veel vergeven worden. DOOft Mrs. LITTLE (Zuster Snöfiinga.) Vertaald door M. MIDDELKOOP. Bijna iederen dag hebben er groote mili taire begrafenissen plaats, die zeer aangrijpend zijn. Gisteren werden twee eii twintig otJicie- iv.i tegelijk begraven en de heele school stond meer dan een uur in de straat opgesteld om ha.a de laatste eer te hewijzon. De stoet was h .ri indrukwekkend met de Boeddhapriesters in hun schitterende gewaden en de rouwdra gende» in wit of lichtblauw. Eerst kwam een vierkante kist met de asch der gestorvere, (Lm z'n paard eu daarna koelies met kleine boompjes oin op hel graf te planten. Dan volgde een beeltenis van den overledene en z n zwaard of mantel. Daarna kwamen de gladgeschoren priesters in prachtige kleede- run en tenslotte de rouwdragenden, kleine blaadjes met rijstkoeken dragende om op hel graf te zetten. Do vrouwen, moeders en doch- ifcivs roeten in junrikishas; .dt-efmoeddg, mei ge bouwen handen en neergeslagen oogen. Zulke Kalme, berustende gezichten had ik nog nooit gezien; verscheideneu waren bleek en ver wrongen door smart,maar toch volkomen ouder bedwang. Slechts een van hen gaf zicli aan haar smart over een gebogen, oude vrouw, met korlgesneden, grijs haar, bedekte het gelaat met beide handen. Zij had twee zonen in één slag verloren en de smartkreet die uit haar ziel opsteeg, was sterker dan alle voorschriften van haar religie. Hiroshima, December 1904. Herinner je je nog dat gezegde van een Ier: dat het leven heel genoegeiijk kon zijn als we niet te veel om ons pleizier dach'cn. Zio je, ik zou het nu heel goed kunnen stellen in Japan als de gedachte aan al die vroolijko Kerstfeesten me niet dwars zat. Dan grijpt zoo'n hevig verlangen, naar al m'n dierbaren en naar 'n Christenland me aan, dat ik sidder als 'n naald in de nabijheid van een magneet. Maar volgend jaar Kerstfeest! Alleen de ge dachte er aan doet me 'n luchtsprong maken. De school van 't leven is nooit gemakkelijk, maar als een zwakke zuster, zooals ik, nog drie graden te hoog gezet wordt dan ze be hoort, is het meer dan moeilijk. Ik geef echter niet om den strijd of het verdriet, als ik maar iets goeds tot stand heb gebracht Toen ik hier kwam waren er twee bewaar scholen, nu zijn er negen behalve de groote opleidings-klasse voor kweekelingen. Iedei ander zou natuurlijk evenveel voor dezer ar beid hebben kunnen doen als ik; maar dit is zeker, dat de arbeid niet voor ieder geweest zou zijn, wat hij voor mij was. Uiterlijk ben ik nog dezelfde wervelvriend als vroeger, maar van binnen ls het geheel veranderd hij me, kameraad, daar kun je op vertrouwen! Ik begin de klappen die het leven uitdeelt op dezelfde manier«tc beschouwen als vioegcr hel branden van m'n haar met 'n heet fnseer- ijzer hel Lrok en brandde wel eens, maar daar gaf ik niet om, als 'l me maar mooier maakte. Zoo beschouw ik nu m'n kruis als 'n soort frisoer-ijzer voor m'n karakter. Jc plotseling besluit om je reis naar Europa dit voorjaar op te geven doet ;ne allerlei gis singen maken. Ik kan niet begrijpen, wat je zoo geheel van voornemen heeft doen veran deren, na ai je plannen en droomen. En nu schijn je er niets meer om te geven! Zie eens hier, kindlief, ik verlang een uitvoerig ver slag van je. Jij hebt ai de hoekjes van m'n vertrouwen ten binnenste builen gekeerd, waar blijf je nu met 't jouwe? Ileb je soms n levendoel gevonden? Ga je operazangeres worden? of wil je redevoeringen ten behoeve van 'fc Afschaffers-genootschap gaan houden? Jij bent zoo verschrikkelijk braaf, dat ik op 'i ergste voorbereid ben. Ik zou willen, dat 't nu eindelijk eens op hield met regenen. Rondom de bergen hangt een dikke, grauwe mist en liet tik, tik, tik van den regen is nu juist geen opvroolijkend ge luid. Ik doe m'n best het liier binnen zoo be- hagelijk mogelijk te maken. Ik heb een flink vuur in den haard aangelegd en in m'n hart alle lichtjes opgestoken om wierook te bran den voor de liefde die voorbijging en die bleef. Na de koffie hield de regen een poosje op en ik vloog naar buiten. Den heelen morgen had ik in „A Christmas Carol" ritten lezen, waardoor zooveel herinneringen aan thuis bij mij boven gekomen waren, dat ik me ta melijk miserabel voelde. M'n wandeling deed me ontzaglijk veel goed. 'n Kaalhooidige. oude man zonder tanden, hield me aan en vroeg waar ik vandaan kwam. Toen ik 't hem vertelde vond hij 't hoogst wonderbaarlijk en wenschte me verder veel pleizier toe. Een vrouw met een kind op den rug kwam naar buiten en vroeg of het kleintje mijn haar eens zien mocht, 'n Half dozijn kinderen en twee honden volgden me vooridurend en een oude man en vrouw die tegen een put leunden, lachten hardop, omdat buitenlanders er zoo grappig uitzagen. Indien iemand soms denkt, zich recht goed aan z'n neerslachtigheid le kunnen overgeven als hij een wandeling maakt in Japan, be driegt hij zich hevig, ik vertrok in een stern- min" van 'n Napoleon op St. Helena tn ik kwam opgemonterd, met razende honger thuis. Ik heb dezen winter ook geprobeerd poëzie te lezen, maar ik maak er weinig vorderingen in. Ik ben bang, dat het komt doordal ik te dik word; ik heb maar één dik raensch ge iend, die veel van gedichten hield en die haakte anli-macassers. O, ja zeg, ik heb ook breien geleerd. Het ge beurt zoo dikwijls, zie je, dat ik voor bemin nelijke gastvrouw moet spelen, terwijl het binnen in me kookt als 'n vulkaan, dal ik be sloot iets ter hand te nemen waaraan ik dan m'n onru9t kon meededen. Het is werkelijk onbegrijpelijk hoeveel slecht humeur men in een kous kan breien. Kyoto, December 1904. Je verwondering kan niet grootcr zijn dan dc mijne, vanuit Kyoto een brief van me tc ontvangen. Een van de onderwijzeressen hier, 'n groote, nobele vrouw, die wist hoe 'k me voor dc zieke soldaten interesseerde, vroeg me, of ik lust had een week mee te gaan om de Roode-Kruiszusters te helpen. Zes dagen lang hebben we nu al de treinen opgewacht en wanne Ihee en boeken uitgedeeld aan de mannen die naar 't slagveld gaan of vandaar terugkomen. Wij arbeiden zij aan zij met Boeddha-priesters, dames van stand en koe lies om in de vijftien minuten, dat de trein stil staat, tusschen de één tot vierhonderd man schappen te bedienen. Nooit heb je zoo'n ge drang gezien, iedereen werkt dan als bezeten en het woeste Banzai-geroep der soldaten, zoodra zij de thee gewaar worden, toont ons hoezeer ze op prijs wordt gesteld. Maar de tooneelen die men soms ziel zijn werkelijk hartverscheurend, ik heb al zooveel mcuschen afscheid zien nemen en hcengaaii dat 't me nu niet meer zoo aangrijpt. Een der mannen met wieu k even sprak, ging voor de vierde maal weg, telkens weef gewond naar huis gestuurd zijnde. Z'n vrouw wendde geen oog van hem af tot de trein weg reed en de glimlach, waarmee rij hein liec heentrekken, was hartroerender dan alle tra nen die ik ooit heb zien 9lorlcn. Ook is het aangrijpend tc zien hoe een oude man en vrouw, nu vier dagen lang, iederen trein hebben opgewacht om liun eenigen zoon vaarwel tc zeggen. Zij zijn zoo zwak dat men hen de treden op en af moet helpen en fhlcens als een trein komt en gaat, en liun zo on is er niet in, sukkelen zij hand in band naar do straat terug om daar in 'n hoekje verder te wachten. In de eene richting vertrekken de lieinen met de soldalen die naar 'L slagveld gaan4 voor 't mecrendcel jongelui vol geestduft en moed, cn naar den anderen kant gaan de trci- neu veel talrijker, zwijgend, de dooden en ge wonden wegvoerend. Overdag wachten wc vijf treinen op en écn 's nachts om twee uur. Ik ben in den tusschen- tijd zoover gekomen dat ik zittend op n hou ten bank kan slapen. Die dappere, kleine Ja- pansclie vrouwtjes hebben dat al vanaf be ei„ van den oorlog gedaan^

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1