DE E EM LAN DER". Dinsdag 16 Juni 191^ BUITENLAND. FEUILLETON. TANTE LÜTTE. N6. 295 12" Jaargang. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF C<* ABONNEMENTSPRIJS: 8 maanden voor Amersfoort f 1.00. Idem franco per post1-50. Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. kfzonderlijke nummera 0.05. j)eze Courant versohjjnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. =*A.dvertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie- it advertenties en berichten vóór 2 uur in te zendon. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Vnn 1—5 regelsf 0.50. Elke regel moor 0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordcelige bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnoment. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Vogelmoord. v'i (Ingezonden.) aansluiting aan de buitengew oó n- nu t tige ^roahure van den heer J. H. Jurriaanse uit Riotiterdsam (Februari 1914. gedrukt baj M. JViJt Zonen te Rotterdam) met den titel Vogelverdelging, een woord gericht aan het Ncderlandsche Volk", waarin aan het slot „gd wordt ,dat het doel der brochure is, aandacht der Tweede Kamer der Staten- 3 ene raai te vestigen op de belangrijkheid *jn het tot stand komen eenor wet, waarbij \}\c. invoer van huiden en veer en van in het jwild levende vogels wondt verboden, in na vy olging van de Vereenig de Stalen van Noord- '^Amerika, en waarhij de heer Juniaanse ver boekt om adhaesie-betuiginigen dit «verzoek schrift betreffend, in te zenden aan zijn adres, Rotterdam, Schiekade W.Z. 75, voorzien van dteekening en opgave van woonplaats, fcij hier aangeboden een uittreksel van een> Rrtikel van den Engelschen vogelkampioen James Ruckland, voorkomend in de ,,Gnaphic van 15 December 1913, onder den titel „A. Tragedy of the Pacific", waaraan we het vol- ^genüe ontleenen; Jr Ten westen van de Sanidwioli-eilanden (Tla- ïwaieilanden) tot midden in den Stillen Oce- riaan bestaan de ketenen van kleine eilanden, Tdie eeuwen lang de broedplaatsen geweest Aijn vin de zeevogels dier gewesten. Gedu rende de laatste tien jaren wenden deze eilan- ilen, die aan de Veneenigde Staten behooren ((en door deze thans ibij de wet als broed plaatsen voor de zeevogels in bescherming Ogenomen zijn), voortdurend door vedenen- Voovers afgestroopt. In 1904 zond William jM&nson Bryan, inspecteur voor het behoud wan vogels en and ene dieren in ide Vereenig- ide Staten, eene officieele mededeeling naar ^Washington, waarin hij de verwoestingen KJoor vogel jagers aangericht onder de vo- hels der kleine koraaleilanden der Stille Zuid- '•zee beschrijft. Girootc hoopen albatrossen- lijken vond hij er, hier en daar voeten hoog ^opgestapeld, met afgesneden vleugels en uit- jgetrokken borst vederen, o.a. op de eiianden ^Eastern island, Marcus en Midway. De mces- 'fce dezer zeevogels brengen per jaar slechts 'een enkel jong ter wereld; hunne spoedige ^uitroeiing zoude dus wel zeker zijn, als deze slachtingen ongestraft konden voortgaan. In (1906 zond conc lirma in vogeihuiden uit Yoko hama een zeilschip 'naar iLLsairasqy-eiland {ten bate der Europeesche markt. De stroopers '/werden echter in kunnen „arbeid" gestoord /door recherclie-ainblcnaren der Vereenigde ^Staten, doch helaas niet eer, dan nadat zij. de huiden en vleugels en pluimen van 300,000 zeevogels hadden verzameld. Daarna hiel- jdon de strooptochten yoor enkele jaaxm op, totdat men bericht kreeg van een reusachtige 'slachting op het eiland Laysan, een der groot ste eilandjes der Lisiansky-grocp, bekend om zijn rijke guano-afzetlingen, wijl millioenen 'Vogels er hun broednesten hadden. Een of ficieel rapport eener naar het eiland Laysan door liet Landbouwd'epartemcnt der Vereen. Staten en de universiteit van Iowa gezonden expeditie, welk rapport uitgegeven is door .de Staatsdrukkerij le Washington in het jaar 1912, vermeldt betreffende de vogeluïtroeiing f o.a. het volgende: Ovei-al op het eiland zag mc»n beenderen 'en skeletten van vogels, wier vleugels waren afgesneden. Eene der houten barlikken, die vroeger door de guano-maatschappij- werd gebruikt en nog was blijven staan, was ge heel opgevuld met duizenden en nogmaals duizenden vleugels. Over een ,groot gedeelte van het eiland, dat vóórdien een broedplaats voor de albatrossen was, kon geen enkele vogel meer opgespoord worden. Een oude diepe vergaarbak van een der vroegere gua- no-iuagazijjnen werd door de stroop er-ellen delingen gebruikt om cr de levende albatros sen, wier vleugels waren afgesneden, in te werpen, zoodajt duizendien dezer onschuldige dieren er den langzamen gruwelijken vcr- bloedingsdood stierven. Deze langzame folter dood word door de moordenaars speciaal zóó uitgevonden, teneinde de huiden der vo gels geheel vrij te verkrijgen van de daar onder liggende vetlaag, die gedurende liet langzame sterven van het dier verbruikt wordt door het lichaam; zoodoende vorder de het prepareeren van de hui dien zoo goed als geen schoonmaak. Geraamten van jonge nest vogels die, zonder de moederzorgen, ver hongerd waren, vond men ook veel. Ofschoon de stroopers het hoofdzakelijk op de albatros sen gemunt hadden, doodden zij tevens alle andere vogels, dde in hun bereik kwamen, zoo als zwaluwen, ipijlstornwogels, wulpen^ wachtels, talingen enz., alsook vele andere der -kleinere vogelsoorten, die vast of door trekkend op het eiland voorkwamen. Hon derden kisten, die gebruikt zouden worden voor de verscheping van de vogeihuiden, wer den in een oud gebouw gevonden. Blijkbaar hadden de vedervorzamolaars liet voorne men, de slachting op dit betrekkelijk groote eiland zoolang voort te zeiten, totdat de laatste vogel er verdwenen zou zijn. ,,Dit treurspel o.p het eiland Laysan staat volstrekt niet alleen in de geschiedenis- van moedwillige slachtingen op in 't wild levende vogels, tor wille van modegrillen en behaag zucht", zegt Jam es -Buckiand. Tot zoover het artikel van zijne liand in de „Graphic" van 13 December 1913. In „Brehms Thierleben", vierde uitgave^ vindt men in het eerste deel van de vogels, op hlz. 115, eene groote photo van eene broedplaats van albatrossen op een strand van het eiland Laysan bovengenoemd, waar vele duizenden dezer ipradbtvogels dui delijk afgebeeld zijn, van den vlak nabij zijn de n vóórgrond af tot aan den horizon, lig gende op hunne nesten; daarnaast, blz.' 114, vermeldt Brehra. dat zij niet van hunne broedplaatsen wijken of opstaan, wanneer menschen tu9sohen deze nesten doorloopen, en dat zij zich heldhaftig verdedigen, wan neer me.n hen met den voet wegstoot. Deze omstandigheid verklaart dus den gemakke- lijken roof, dien de stroopers op de arme dieren in hunne uitgestrekte broedplaatsen kunnen uitoefenen. G. Z. Politiek Overzicht. De strijd in Albanië. „De toestand in Albanië heeft zich in den loop van de laatste week, naar 't zich laat aanzien, in de richting van eene voortgaande bevrediging ontwikkeld, al heeft het ook niet aan kleinere incidenten ontbro ken. In het bijzonder hebben de opstandelin gen, voor zoover dit van hier uit is te onder kennen, geene nieuwe versterking van krach ten ondervonden, terwijl de uit Durazzo ont vangen berichten doen zien, dat de stelling van de regeerin-g zich verder heelt bevestigd." Zoo lieeft de Nordd. Allg. Zeitung in hare Laatste Woohen-Rundschau zich uilgelaten over den toestand in Albanië. Men is gewoon vertrouwen tc schenken aan de mededeelin- gen en inzichten van dit blad, omdat men meent, dat een blad, dat in nauwe voeling staat met het departement van bui tenia nd- sche zaken te Berlijn, beier dan velen tot oordeclen bevoegd is. Maar in dit geval heeft de Nordd. Allg. Zeilung den bal geheel mis geslagen. In schrille tegenstelling tol de op timistische voorstelling van het officieuse Duitsche orgaan staat de droevige werkelijk heid, zooals zij aan den dag komt in de gis teren ontvangen berichten, die ons den vorst vertoonen, strijdende om het bezit vam zijne hoofdstad, die hij moet verdedigen legen een aanval van de opstandelingen, liet treft ons bijzonder pijnlijk, dat die strijd den vorst heeft beroofd van den steun van den uit Ne derland gezonden krijgsman, aan wien hij de leiding van den veldtocht legen de opstande lingen had opgedragen; luitenant-kolonel Thomson is gisteren gevallen een paar uren nadat de rebellen den aanval op Durazzo wa ren begonnen. In de Neue Freie Presse van den 14en levert een militaire deskundige eene beschouwing over een door de Albanecsche ipegeering be raamd plan om de opstandelingen door een concentrischen aanval van de regeeringstroe- pen van alle zijden le bestoken. Dit plan zou misschien volkomen beantwoord hebben aan het doel om de rebellen te overtuigen van het nuttelooze van eene gewapende tegenweer, als men het tijdig ten uitvoer had kunnen brengen. Maar de rebellen hebben de uitvoe ring niet afgewacht; zij zijn zelf aanvallend opgetreden en hebben gisteren den aanval te- gen de hoofdstad met zooveel kracht onder nomen, dat de toestand zich eerst ernstig liet aanzien voor dc verdedigers. Laten* is -die ten hunnen gunste gekeerd, en het onmiddellijke gevaar scbijnt nu te zijn geweken. De sen- satieberiohten, waarvan een Amsterdiamsch correspondentie-bureau zich de tolk heeft ge maakt, zijn niet bevestigd; zij zijn blijkbaar verzonnen. De verdediging van Durazzo is door de na tuur buitengewoon begunstigd. De 6tad ligt op de helling van een omstreeks 200 Meter hoogen en 10 Kilometer langen bergketen. Zij wordt in het oosten door lagunen en moerassen, in het westen door de zee be grensd en is slechts op twee plaatsen toegan kelijk, die door die zee en de lagunen zeer vernauwd zijn. In het noorden is de toegang bij Pala, in lied zuiden dicht bij de stad. De beide toegangen kunnen door kanonnen en machinegeweren zoodanig onder vuur ge houden worden, dat slechts eene arlillerische overmacht voor den aanvaller den toegang naar de stad zou kunnen openen, en van ar tillerie zijn de Albancesche rebellen slecht be deeld. Nu de vorst van Albanië den aanval van gisteren heeft kunnen afslaan, mag men aan nemen, dat hij zich in hert bezit van zijne hoofdstad zal kunnen handhaven, gerugsteund als hij is door de voor Durazzo liggenle oor logsschepen van de mogendheden en de troe pen, die liera van die schepen uit bijstand kun- J sitie geene discussie nen vorleenen als de nood groot wordt. Hel allerdringendste gevaar voor hem is dus af gewend. althans voor het oogenblik. Maar lioe is hot met zijn gezag buiten de hoofd stad gesteld? Hier staat men voor een groot vraagteeken. Een belicht uit Durazzo van den 12en houdt eene klacht in, dal wegens het onderbroken van de verbindingen met het binnenland van daar geene of vrij onbetrouw bare berichten inkomen. Derhalve ontbre ken voorshands de gegevens om zich daar over een op goede gronden steunend oordeel te vormen. Duitschland. Een reuzenproces over soldaten-mishande lingen schijnen de Duilschc sociaal-deniocra- ten voor le bereiden. Onder het opschrift: „Wij zoeken een millioen getuigen", wijzen dc so cialistische bladen op dc talrijke klachten, die de minister van oorlog bij den rechter aan hangig hoeft gemaakt togen sociaal-democra tische sprekers en dagbladschrijvers, waaruit is af te leiden, dal men de justitie stelselmatig wil laten optreden tegen laslige kritiek op het leger. Daartegenover moet men 'l cr op toeleggen, 'het recht van de vrije kritiek te handhaven. „De minister van oorlog betwist, dat de soldatenmishandelingen in het Duitsche leger wijd verspreid en eene typische inrich ting zijn. Welnu, laat ons hot vragen aan hen, die ze zelf hebben ondergaan, die ze-mee heb ben aangezien. Wij moeten in deze processen en millioen getuigen want zooveel getuigen voor soldaten-mishandelingen zijn er in Duitschland voor de balie brengen, opdat het militarisme eens kan zien wat het feitelijk aanricht en hoe het toegaat op de binnen plaats van de kazerne, in de kamers der manschappen en in dc stallen." De sociaal-democratische pers richt daarom tot alle gewezen soldalen, wier mishandelingen een onderwerp van behandeling bij den mili tairen rechter zijn geweest, de uilnoodiging om hun adres mede te deelen. Frankrijk. P a r ij s, 1 5 J u n i. De regeeringsverklaring zal eene linksche politiek voorslaan met eene meerderheid van links. Zij zal verzekeren, dal het kabinet eene leeken-poliliek wil voeren. Zij zal den Senaat verzoeken in de begrooling van 1914 eene algemeene inkomstenbelasting op te nemen. Zij zal het voornemen aankon digen om in de begrooling van 1915 op te ne men eene progressieve belasting op den ver kregen rijkdom. Zij zal de noodzakelijkheid verkondigen om in den kortst mogelijkcn lijd de leening tot stand le brengen. De buitenlandsehe politiek heeft hare bc- teckenis in hel sleeds nauwer bondgenoot schap en de steeds steviger vriendschap. De verklaring zal de republikeinscihe meer derheid opwekken tot eene hervormingsactie uit financieel, maatschappelijk en leekeii-oog- punt. Engeland. Londen, 15 Juni. I.ord Crewc deelde in het hoogerhuis mede, dat de Engelsche re geering voornemens was den 30en Juni de twee lezing van de Ilomerulc bill aan de orde tc stellen. Het wetsontwerp tot amendecring van dc bill zou in de volgende week worden ingediend. Lord Lansdowne verklaarde, dat de oppo- zou voeren over de Iersche politiek van de rogeering, als niet eeij behoorlijke tijd werd gegeven om dc „amen/ ding bill" vooraf te overwegen. Het lagerhuis heeft in derde lezing hel wetsontwerp tot afschaffing van hol meervoud dige stemrecht aangenomen met 320 togen 242 stemmen. Dit wetsontwerp is hiermede voor de tweede maal door hot lagerhuis aangeno men onder dc Parliament act. Denemarken. Kopenhagen, 15 Juni. In hel l'olkc lliing werd heden oen koninklijk besluit voor gelezen, tot verdaging van -den rijksdag voor onbepaalden tijd. In liet landsthing deed de minister-presi dent voorlezing van een koninklijk beshllt, waarbij liet landsthing is ontbonden. Italië. Rome, 15 Juni. De ministerraad heeft generaal-majoor Agliardi op pensioen gesteld. Rome, 1 5 J u ni. Bij besluursverkii zingen in Milaan zijn gekomen 64 socialisten en lli consUilutioneclcn. In den algemoenen raad zijn gekozen 8 conslitutioneedeo cn 2 socialisten. Rome, 1 5 J u li i. De arbeid is herval in Ancona on in Ravenna. Hongarije. Budapest, 15 Juni. De bestuursraad van de vereenigde 'oppositie is tot hel bo-, sluit gekomen, dat de opposiiic voortaan we der geregeld in de zittingen ran h t huis van algevaardigden »zaj verschijnen en zal deelnemen aan de debatten. Het schijnt, dat de oppositie de overtuiging heeft verkregen, dat haar wegblijven uit de zittingen geur.' instemming heeft gevonden bij de kiezers. Hiermee schijnt aan den abnormaleu toestand in het huis van afgevaardigden volkomen ecu einde le zijn gemaakt- Rumenië. Konstanza, 15 J uni. In zijn feestdronk, aan den gala-maaltijd van gisteren, zeide ko- ning Carol o. a.: Wij zien in dit bezoek ecu. nieuw he wijs van dc vriendschapsgcvoelcnsj die Uwe Majesteit mij gedurende vele ja re» bewezen heeft. Dc herinnering aan <ie min zaamheid en hartelijkheid van Uwe Majesteit bij gelegenheid van mijne reis naar Rusland zijn mij onvergetelijk, evenals het bezoek va», de Russische vloot aan Konstanza en in i be zoek van grootvorst Nikolaus Michailowilsch». die mij den maarschalksstaf van hel Russi sche leger overbracht als teelten van herin nering aan de wapenbroederschap op de slag velden van Bulgarije. Deze kostbare panden van belangstelling cn sympathie voor ons kun nen slechts bijdragen om aan onze uil sluiten de betrekkingen ecu nog vasten vorm le ge ven. Ingevolge hot door Uwe Majesteit geno men initiatief op dc Haagsche vredesconfe rentie heelt Rumenië aan den Europeeschen vrede diensten kunnen bewijzen tijdens de Balkangcbeurtcni.ssen. Het bestendige doel van Rumenië is door een stabiel evenwicht in de betrekkingen tusschen alle Balkanstatèn bij le dragen tol de handhaving van den vrede' tot welvaart van alle stalen. De Czaar antwoordde: Mijne reeds traditio- necle vriendschap met Rumenië is door ge meenschappelijke herinneringen en door eene oprechte persoonlijke vriendschap noa nauwer toegehaald. Het verheugt mij aan Uwe Majes teit in uw eigen land mijne hartelijke gevoe- Ilet is pleizierig omgaan met menschen, 'die oog hebben voor den lichten rand rondom de zwarte wolken. 82 door MARIE DIERS Schrijfster van Dokter Joost en zijne zeven zorgen", enz vertaald door Cato W. Westenberg. „Tante Lülte mag ik vanmiddag naar dc 'glijbaan?" „Wat mij betreft, ja, jij ondeugd. Maar je moet op tijd libuis komen. Je weet, dat je morgen weer een Latijnsch „cxlemporale" lc makenhebt." „Ja, ja, dat weel ik wel." Hij behoefde zich niet te haasten om het („extemporalc", deze jongen. Doch zoo vroo- lijk, als hij nu het huis uilliep, zoo haastig, dat tante Lülte hem slechts nog met moeite ëenen vluchtigen kus op de wang had kun nen drukken, verliet hij hierna dit huis ook hict weer. Toen Lij terugkwam, de natte handschoe nen van zijne handen trok, zijne muts met de zekerheid van een geoefend schutter op den haak wierp en met wangen, rood van koude en van het genot, dat hij bij 't sneeuwballen- gooien had, de woonkamer binnenliep, met laarzen, die dropen van dc massa's dooiende sneeuw, welke er aan zaten, zag hij op eenen stoel naast tante Lütte eene vrouw in armoe dige, grove kleeding zitten, cn tante Lütte dit zag zelfs zijn ongeoefende jongensblik was doodsbleek. En toen hij voor den twee den keer de vrouw aankeek, verstijfde hij van schrik en herkende zijne moeder. Hij bleef staan, waai* hij stond, en terwijl dat, wat er zou komen, hem aangreep als het vermoeden van iets vreeselijks, verbleekte ook hij. „Dat is hij immers", zeide de vrouw op eenen moeden, onverschilligen toon. Ze zag cr ziek en vervallen uit. „Zoo, je kent me zeke. heelemaal niet meer. Je schaamt je zeker wel een beetje over je arme moeder. Ja, ja, maar het is uit. Pak nu maar je rommeltje bij elkaar en zeg je pleegmoeder goeden dag. Dat moet nu eenmaal zoo wezen, dat gaat niet anders." „Wat is er wat moet ik stolterde de jongen. Toen stond tante Lütte op, trad op hem loc en pakte hem bij de hand. Hare eigen hand was ijskoud. „Jvurt je moeder wil je Hare lippen beefden zoo, dat ze niet verder kon spreken. Ze liet plotseling Kurt los, sloeg hare jianden voor het geziehl en snikte zon der geluid te geven, zoo dat haar lichaam ca- van schokte. „Hot spijt mij toch immers ook wel," zei de vrouw op eenen warmeren toon en stond op. „Ik heb 't al wel gedacht: 't Zal moeilijk gaan, den jongen mee te krijgen. Maar ik heb toch het recht en kan naar de politie gaan, als t mij onthouden wordt. Daarom kwam ik maar liever dadelijk zelf. Huilt u toch niet zoo, juffrouw, het is toch niet uw jongen, en u vindt wel eenen anderen." „Moet ik weg van, tante Lütte heele maal kreeg Kurt er bij stukjes uit. „Hoe noem je haar?" vroeg zijne moeder, terwijl ze eventjes eene neiging Lol lachen liad. „Tante Lütte? Vooruit dan maar, doch alles moet eens ophouden. Je behoeft ni'et bang te zijn. jongen, je tweede vader doel jc niets meer. Dien hebben ze onder de raderen heen gehaald, die is al zes weken geleden begra ven. En ik dacht: liet gaat zoo wel, ik wil den jongen maar daar laten, waar hij 't zoo goed heeft. Ja, dat heb ik gedacht. Maar, wal kun nen menschen zooals wij doen? Ik speel 't alleen niet klaar, en als ik 't vertel, lachen ze me uit. Die laat haren jongen vertroetelen, zeggen ze, en werkt zich zelf dood. Nee, ik moet ook zeggen: In orde is dat niet. De zoon behoort bij de moeder." Christa gaf zich niet zoo snel over, ze over won het ge\oel van zwakte, dat zich van haar had meester gemaakt en dat veel op eene bezwijming geleek, ging bij de vrouw zitten en sprak tot haar met een redenaarstalent, dat al hare scherpzinnigheid en overredings kracht openbaarde. De vrouw scheen intusschen op dit alles bedacht le zijn, waarschijnlijk omdat ze het reeds tol zich zelf had gezegd. Voordat haar zoon „gestudeerd" had, moest er nog heel wal tijd verloopcn, vóór dien tijd konden zij en liare kinderen reeds lang dood en begraven zijn. En wat zijne zwakte betrof, zij kende zooveel zwakke jongens, die al aardig wat geld thuis brachten, en van den düg af, waar op hij aangenomen was, kon hij al dadelijk als meerijder of iets anders beginnen. Kurt was dichter bij de vrouwen komen staan. Hij stond nu vlak voor ze. Zijn gezicht, dat voor ccnigc oogenblikken bleek was. was bloedrood geworden, hij staarde met gerim peld voorhoofd naar zijne moeder, alsof hij inwendig eenen hevigen tweestrijd voerde. Taille Lülte kcok hem aan, liet was, alsol zijn aanblik haar op eene schitterende ge dachte bracht. „Vrouw Rehbock," zei ze met verheffing van stem, „luistert U eens naar mij! Lk geloof wel, dat alleen Uwe eigen groote moeilijkheden U er toe brengen, Uw kind uit de hoopvol be gonnen loopbaan weg le nemen om hel te laten werken. U kunt niet anders, dat weet ik Maar ik hied U aan, U dat, wat Kurt zou kun nen verdienen, geregeld elke maand uit te betalen. Dal zouden zelfs voor U zekerder inkomsten zijn, dan wanneer U den jongen zelf bij U hadt." Er werd een oogenblik niets gezegd. liet was zoo stil, dat men eene eenzame vlieg voor de vensterruiten kon iiooren gonzen. De vrouw keek naar zich zelf, naar haren afge dragen, zwarten rok, naar hare grove, wol len handschoenen. Daarna sloeg ze de oogen op, terw ijl het opslaan liarcr oogleden moei lijk en zwaar ging, cn zc zag Kurt aan. Deze keek haar ook aan. Het was, alsof tusschen hen een stroom opborrelde, die moeilijk vloeide en langzaam maar levend was. En terwijl Christa nog met ingehouden adem een gebeuren gadesloeg, dat ze niet begreep, dat was als een somber vermoeden, hetwelk gefijk eene schaduw hare ziel ver donkerde, stortten plotseling zonder voorbe reiding als twee stroomen de tranen uit de oogea der vrouw en liepen over het verwelkte, van veel lijden getuigende gezicht. „Ik laat mij mijn kind niet afkoopen stiet zc uit. Ze hief hare hand op, en aarzelend, met eene plotselinge schuchterheid s(ak ze ze Kurt toe: „Wil je bij mij komen, mijn jongen „Ja zei Kurt, zonder zich ecu enkel oogenblik tc bezinnen op eenen merkwaardig- harden, beslisten toon. Christa zag licl cn het bloed verstijfde in hare aderen: zijn kin derlijke blik was cr niet meer, hij keek haar heelemaal niet meer aan, zijne trekken sche nen te veranderen. Toen, met een gevoel, alsol er iets in ha-ar brak, wist ze, dal in deze weinige minuten, in een gebeuren, dal zc wel had mogen gade-, slaan, docli niest had kunnen begrijpen, dc na-, tuur gesproken had. Ze bleef eene korte poos, van schrik ver lamd, terwijl ze niet in staat was tot goed denken, in dezelfde houding op haren stoel zitten. Ze wist, dal het nu niels meer hielp, al zei of deed ze nog zoo voel, al trachtte zc Kurt of zijne moeder ook in haar voordeel te bepraten. In een o zoo kort oogenblik had de kring zicli gesloten, cn zij stond er buiten. Toen stond ze zwijgend op, ging naar hot aangrenzende vertrek cn begon Kurt's be zittingen tc pakken voor de reis. De jongen kwam bij haar. Bij zijn binnen treden voelde ze zulk eene hevige, bijna licha melijke pijn, dat zc niet in slaat was, zich naar hem toe le wenden, doch dat ze slcclns den eenen grootcn wcnsch had: O weg! Als hij toch maar weg ging! Toen raakte dc kinderhand haren schou der aan. Nu mocsl zc toch omkijken. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 1