BINNENLAND.
KOLONIËN.
men; Iiij ging terug tot Ischmi. Drie vrijwillige
artilleristen brachten de daar aanwezige ka
nonnen in veiligheid.
Deze vlucht vatn Prenk heeft in Durazzo
eene groote ontsteltenis veroorzaakt. In den
namiddag of morgen wordt een aanval van de
rebellen op de stad. verwacht lieden worden
in de richting van Kavaja en Rastboel groote
en levendige verplaatsingen van de strijd
krachten der rebellen verwacht
We en en, 1 Juli. De Neue Freie Presse
bericht uit Durazzo: Met het oog op den
moeielljken toestand, besloot de regeering de
ministers Turkhuri en Mufdi naar Italië te
penden, om met Essad Pacha in onderhande
ling te treden, opdat hij ten behoeve vei den
Vorst tussdhen bedde zal treden en hem voor
volkomen ondergang bewaren. De ministers
rullen zich dan naar Rome begeven, om met
Turkhan Pacha en met de Italiaansdie regee-
ïing te confereeren.
We e n en, 1 Juil. De Neue Freie Pres
se bericht uit Durazzo, dat tot de oprich
ting van een vreemdenlegioen besloten is.
De Agenzia Stefani bericht uit Durazzo, dat
Anadi Bey Islam, een van de gewonde gevan
gen genomen aanvoerders der opstandelin
gen, aan de rebellen brief geschreven
heeft, waarin hij hen raadt de vijandelijkhe
den te staken.
Over de Epirotische beweging bericht de
Agenzia Stefani, dat de Albaneesche dorpen
Lahova, Kontkucci, Koemeritza, Kaza en Tepe-
leni door benden Epiroten beschoten zijn. De
benden staan onder het wel van Grieksche
officieren, die zich de in Albanië heerschende
wanorde ten nutte maken om de door de
Grieksche troepen ontruimde t' ken weder te
bezetten.
Volgens een bericht van de Parijsche Excel
sior uit Athene, is daar it "urazzo het be
licht ontvangen, dat de opstandelingen de stad
jKroja hebben ingenomen.
Tirrkhan Pacha, de Albaneesche minister
president, vertoeft thans in Rome. Aan de Vos-
sische Ztg. wordt uit Rome richt, dat de
kanselarijen der groote '^gendheden over
het bezoek van den Albaneesdien staatsman
weinig gesticht zijn. Men komt er rond voor
uit, dat hij beter gedaan ad op 1it beslissen
de tijdstip in Durazzo te blijven en zijn sou-
Verein bij te staan.
Griekenland*
Athene, 1 Juli. De .zanten van de
jgroote mogendheden hebben aan den minis
ter van buitenlandsche zaken eene collectieve
pota gezonden tot goedkeuring van het in
Korfoe gesloten accoord .hen de interna
tionale commissie en de gedelegeerden van
,0e' Epiroten betreffende et 'oekometige sta
tuut van Epirus.
De Vereenigde Staten en Mexico.
De bemiddehiigsconferentie In Niagara Falls
heeft gisteren hare zittingen verdaagd, totdat
ue vertegenwoordigers van Huerta en de
constffutronallsten vertrouwelijk de binnen-
landsche aangelegenheden van Mexioo zullen
hebben besproken.
In de regeeringslkringen te Washington
wordt de verdaging van de conferentie ver
schillend uitgelegd. Zij, die van den beginne
pf aan het succes van de conferentie getwij
feld hebben, zijn van meening, dat de con
ferentie in geheel niet meer zal bijeenko
men. Anderen zijn optimistischer gestemd en
denken, dat de conferentie over twee of drie
freken weer zal .samenkomen.
Brazilië*
Rio de Janeiro 1 Juli. De regeering
|ieeft 'bij de Kamer ingediend het ontwerp der
begrooting voor 1915. De ontvangsten worden
geraamd op 112 000 contos goud en 334.648
conrtos papier, de uitgaven op 88.440 contos
goud en 388.593 contos papier. De begmoting
shnt met een tekort van 12.761 contos. dat door
het congres zal kunnen gedekt worden door
middel van eene buitenlandsche leeni-g en
Van verschillende administratieve hervormin
gen.
Oost-Indië
Benkoelen.
Blijkens een bij het Departement van
koloniën ontvangen telegram gaat de Gouver-
Ueur-Generaal heden avond naar Benkoelen
wn een blijk van belangstelling te geven in
0e ramp die deze plaats getroffen heeft en
persoonlijk den toestand op te nemen.
Uit de Pers.
Balans.
foi een artikel onder dit hoofd schrijft het
Vaderland o.a.
„Het Ministerie kan tevreden zijn over het
jaar, dat het achter zich heeft. De wijze
waarop de Inkomstenbelasting in de Tweede
Kamer werd aangenomen, verzekert haar
den weg naar het Staatsblad, en zoo werd
reeds in het eerste jaar de grondslag gelegd
van het garische finanrieele gebouw, iets
waaraan het Ministerie-Heemskerk in 5£ jaar
niet mocht toekomen.
De Commissie voor de Evenredige Verte
genwoordiging is nü reeds met haar arbeid
gereed, en heeft een kranig stuk werk gele
verd En de Staatscommissie voor het On
derwijs is blijkens het door haar aan de pers
verstrekte communiqué diligent, en is tot
nog toe op geene enkele quaestie vastgeloo-
pen, waardoor het gevaar zou ontstaan, dat
t gemeenschappelijk doel niet zal worden
bereikt En de sociale wetgeving van Treub
ia nog steeds van dien aard geweest, dot ze,
hoe aangevochten ook door de oppositie,
ten slotte toch nog altijd aangenomen is met
behulp van Rechts, en we verwachten niet
beschaamd te worden in onze meening, dat
als eenmaal Treubs geheele complex van
sociale verzekeringen op tafel b'gt, een op-
Ïiosation quand même daartegen zeer moei-
ijk zal zijn te voeren, omdat ze den gezon
den ondergrond, die in deze moet zijn de
instemming der belanghebbenden, missen
zal.
Waarlijk, dit alles ziet er niet kwaad uit.
Toch zijn wij ons wel bewust, dat wij nog
lang niet over alle moeilijkheden heen zijn.
De defensie voor Indië is zeker een van do
moeilijkste vraagstukken, die deze Regee
ring zal hebben op te lossen, en deze wordt
er niet makkelijker door nu in het land, dat
de eerste zeemacht van de wereld is, twijfel
aan de groote weerkracht van de dread
noughts is gerezen. Daarnaast is de finan-
cieele vraag er ook eene, die heel wat hoofd
breken kan kosten, omdat er zelfs onder
hen, die rich voor de defensie van Indië
groote offers willen getroosten, aangetrof
fen worden, die van de gansche zaak niet
weten willen, als de kosten daarvan geheel
op het Indische budget worden gebracht.
Mocht onverhoopt zich het geval voor
doen, dat een zoo bij uitstek nationaal
vraagstuk als de verdediging van Indië is,
door de Rechterzijde gebruikt zou worden
als machine de guerre tegen het Ministerie,
dan venvachten wij, dat van de mannen der
Concentratie zal kunnen gezegd worden, dat
every man did his duty. We kunnen ons
echter niet voorstellen, dat men deze zaak
in de „politiek" zal willen betrekkenal
geven uitingen in de Roomsche pers, dat
de aanstaande indiening der vlootplannen
bewijst „dat er eindelijk iets voor Indië, voor
de grootste bron van onze volkswelvaart zal
worden gedaan, en dat de Regeering met
terdaad zal toonen, dat zij op het behoud
van Indië prijs stelt" weinig weldadigen in
druk. Met deze belachelijkheid aan te komen
aan het adres van een Ministerie, dat met
deze zaak bekwamen spoed heeft gemaakt,
is te weerzinwekkender, nu ze kwam van
„De Gelderlander", Nijmeegsch en Provin
ciaal dagblad, dat zeker nooit gehoord heeft
van de bekende Nijmeegsche motie in zake
het Kustverdedigingsontwerp-Heemskerk, en
vergeten schijnt hoelang het vorige Minis
terie genoemd ontwerp om de bekende
redenen liet liggen."
Berichten.
De Staatscourant _n Donderdag 2 Juli
bevat o. a. de volgende Koninklijke besluiten:
benoemd tot ridder in de Oranje-Nassau-
orde K. Brouwer, hoofd der openbare lagere
school B te Zwolle cn J. Bruins, gemeente
ontvanger te Ruinen;
op verzoek eervol ontslagen J. J. G. baron
van Voorst lot Voorst als lid van het college
van regenten over de gevangenissen te Arn
hem, onder dankbetuiging cn benoemd als
zoodanig H. J. M. Baumann, 1-directeur van
financiën in Indië te Arnhem;
bevorderd tot inspecteur van administratie
W. F. van Grasstek, thans officier van admi
nistratie le klasse en hij wegens langdurigen
dienst eervol gepensionneerd;
bevorderd tot officier van administratie le
klasse die der 2e klasse Meijer-
met ingang van 1 dezer:
benoemd tot voorzitter der plaatselijke com
missie voor de ongevallenverzekering te 's-Her-
togenbosch, mr. L. A. J. J. M. van Heyst, te
's-Hertogenbosch, onder toekenning van eervol
ontslag als plaatsvervangend voorzitter dier
commissie J
benoemd tot plaatsvervangend voorzitter dier
commissie, mr. O. M. van Leeuwen, advocaat
en procureur te 's-Hertogenbosch
aan J. van der Veen, te Eist, op zijn verzoek,
eervol ontslag verleend als voorzitter der plaat
selijke commissie voor de ongevallenverzekering
te Eist
benoemd tot voorzitter dier commissie, mr.
F. J. RL L baron van Hövell tot WesterflJer, te
Eist, griffier bij het kantongerecht te Eist, on
der toekenning van eervol ontslag als plaatsver
vangend voorzitter dier commissie
benoemd tot plaatsvervangend voorzitter dier
commissie W. C- Gaasbeek, gemeentesecretaris
te Eist; "TT
bevorderd, te rekenen van 1 Mei 1914
tot opzichter van den Rijkswaterstaat der 1ste
klasse, J. Kooreman, A. Vreugdenhil, A. A.
Benders, A. Nieuwland, M. F. Oortgijsen en C.
de Kiewit (met verlof), allen thans opzichter van
den Rijkswaterstaat der 2de klasse
tot opzichter van den Rijkswaterstaat der 2de
klasse, P. Mulder, P. Kuyper, J. M. Krijger jr.,
J. Sizoo en R. de Jong, allen thans opzichter
van den Rijkswaterstaat der 3de klasse
tot bureelambtenaar van den Rijkswaterstaat
der 2de klasse H. van Enter, P .van Slogteren
A. F. van Lunenburg, H. W. F van Dijk. J. K.
van Dijk. H. M. de Groot, M. H. Reyner en J.
H. Peetsold, allen thans bureelambtenaar van
den Rijkswaterstaat der 3de klasse
met ingang van 1 Juli 1914 is de opzichter
van den Rijkswaterstaat der 4de klasse J. E.
Kooreman bevorderd tot de 3de klasse en de
bureelambtenaar van den Rijkswaterstaat der
2de klasse F. J. M. Reynaerdts tot de le klasse
aan de na te noemen personen verlof verleend
tot het aannemen van de onderscheidingsteeke
nen achter hunne namen vermeld, te weten
jRr. mr. J. E. de Sturler, consul-generaal der
Nederlanden met den persoonlijken tit#»1 van
buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister
te Athene, ridder grootkruis in de orde van den
Verlosser van Griekenland;
L. J. A. van de Polder, gezantschapsraad te
Tokio, groot-officier in de Dannebrogsorde van
Denemarken
E. A. Marsh, vice-consul der Nederlanden te
Dover, en R. E. Peelen, adjunct-tolk bij Ons ge
zantschap te Tokio, ridder in de Dcnnebrogs-
orde van Denemarken
J. J. Luden van Heumen, wonende te St
Cloud, officier d'Académic van Frankrijk
J .A de Lima, wonende te Parijs, ridder 3de
klasse in de orde van het Borstbeeld van den
Bevrijder van Venezuela.
De vermoording van aartsher
tog Frans Ferdinand. H. M. de Ko
ningin-Moeder heeft aan den gezant van Oos
tenrijk te Den Haag Hare deelneming doen be
tuigen.
Baron Giskra ontving tevens Wijken van
rouwbeklag zoowel van de rogeering van het
groothertogdom Luxemburg als van de buiten
landsche gezanten, die te Luxemburg stand
plaats Hebben.
Het is too goed als zeker, dat a.s. Vrijdag 3
Juli te Weenen de begrafenis van het aarts
hertogelijk echtpaar zal plaats hébhen.
Nader vernemen wij, dat hoogstwaarschijn
lijk Dinsdag 7 Juli, des voorm. 101 uur. l'n
de katholieke kerk aan de Parkstraat te Den
Haag een plechtige mis zal opgedragen wor
den.
Ten gevolge van het overlijden van den
consul-generaal der Nederlanden te Chicago,
is de vice-consul aldaar, de heer C. van Rijn
van Alkemade, belast rnet de waarneming van
het consulaat-generaal.
De ramp op Benkoelen, Naar wij
vernemen heeft de regeering der Republiek
China bij monde van haren gezant te 'aGra-
venhage aan de Nederlandsche regeering
haar oprechte deelneming doen betuigen in
het onheil, dat onze koloniën heeft getroffen
door de aardbeving te Benkoelen.
Staatacommisste Arbeidsvoor
waarden Rijkswerklieden.
Verschenen is het verslag aan 11. M. de
Koningin der bij 'koninklijk besluit Yan 19
Med 1908 ingestelde Staatscommissie voor de
arbeidsvoorwaarden der Rijkswerklieden.
Aan dit stuk is het volgende ontleend;
Aanvankelijk stond bij de commissie het
denkbeeld op den voorgrond dat zij zou heb
ben te trachten van het eerste en voornaam
ste deel harer opdracht, n.l. het doen van
voorstellen teneinde in de arbeidsvoorwaar
den der rijkswerklieden overeenstemming te
brengen, uitvoering te geven door een alge
meen reglement te ontwerpen, waarin de ar
beidsvoorwaarden werden geregeld der rijks-
werklieden die ln de groote rijksinrichtingen
onder op vele punten overeenkomende om
standigheden werkzaam zijn en voorts een
of meer bijzndere reglementen voor bepaal
de categoriën werklieden ten aanzien van
wie het algemeen reglement niet zou kunnen
worden toegepast, doordien zij in omstan
digheden verkeeren welke te zeer afwijken
van die der zooeven bedoelde groote groe
pen van arbeiders.
Zij heeft diit denkbeeld echter moeten la
ten varen, o.a. omdat zij anders niet in een
afzienbaren tijd met haar taak zou gereed ko
men, terwijl bovendien omstandigheden zich
zouden kunnen voordoen waardoor een
nieuw onderzoek niet achterwege zou lcunneD
blijven.
Een en ander in aanmerking genomen be
sloot zij, behalve op het gebied der pensio
neering van de rijkswerklieden en hun we
duwen en weezen, geen voorstellen te doen
tot het vaststellen van de arbeidsvoorwaar
den zelf, maar in overweging te geven bij
aJgemeénen maatregel van bestuur een ar
beidsreglement voor de werklieden in 's r:
dienst, uit te vaardisen, dat regelen bevat
welke bij het vaststellen van dc arbeidsvoor
waarden der werklieden in 's rijks 'dienst,
voor zoover die niet de pensioneering be
treffen, zullen z»;n in acht te nemen. V/are
voor het formuleeren van die arbeidsvoor
waarden zelf een onderzoek noodig geweest,
dat .aan de commissie te zware eïschen stel
de. voor het aangeven van algemeene rege
len, waaraan zij behooren te worden aange
past, beschikte zij over voldoende materiaal.
Die algemeene regelen zijn neergelegd in een
ontwerp-besluit dat als bijlage van het
verslag met een toelichting wordt aangebo
den.
Overste Thomson.
Gistermorgen te 8.15 uur begaven de Ko
ningin en de Prins, vergezeld door de hof
dame baronesse Sloet van Marxveld, de adju
danten majoor Ridder van Rfappard, kapitein
jhr. Sd-ókfinghe, kapitein Ruys en den ordon
nans-officier luitenant Sixma baron van Heem
stra, zich naar de kazerne te Groningen, al"
waar de troiepen van het 12e regiment infan
terie met de stafmuziek Van de le infanterie
brigade, onder commando van luitenant-"ko
lonel Staal, waren opgesteld. Na een inspectie
over de troepen liet H. M. carré formeeren en
hield daarna de volgende rede
„Officieren, onderofficieren, korporaals en
soldatenHet is mijn wensch enkele woorden
tot u te richten naar aanleiding van het
sneuvelen van uwen wakkeren kameraad en
chef. Sedert die droeve mare tot ons kwam,
trill in ons de snaar van vaderlandsliefde.
Nederlandsche harten kloppen sneller, volk
en leger, wij allen gevoelen ons op een gansch
bijzondere wijze één in rechtmatigen trots op
den zoon van onzen stam, die in den vreemde
getoond heeft wat oud-vadcrlandsche plichts
betrachting en moed beleekenenop zijne
krijgsmakkers in Albanië, die een schoont»
laak op de schouders namen, in dienst der
beschaving.
Van ooggetuigen vernam Ik van de onver
schrokkenheid en volharding, waarmede zij
hun zwaren en gevaarvollen plich't ven-uilen
van ontbering en moeite, welke zij -zich ge
troosten, waarvan wij hier wellicht nooit iets
zullen vernemen. Hun allen onzen dank voor
hetgeen zij voor den room van vaderland cd
leger doen.
Zij herinneren ons aan de veelomvattende
roeping, welke aan ons dapper Indisch leger
en onze vloot, aan het corps bestuurs-ambte-
naren is toevertrouwd in ons groote Neder
land onder de keerkringen. "Wie zoude de tal-
looze offers kunnen vergeten, die daar ge
bracht zijn en iederen dag opnieuw worden
gebracht, dde schitterende wapenfeiten, die
daden van zelfverloochening en moed in
dienst van het vaderland verricht Ook deze
gedenk iik met groote wuardeering en dank
baarheid. die mannen van graniet en van
staal. Zij allen gaan ons voor op den weg van
plicht, van veerkracht en van moed. Dat zij
ons mochten bezielen groot te zijn als zij.
Voorwaar, de dagen van Ooen en De Ruyter
zij behoeven, zij mogen niet tot het verleden
behooren."
Na het beëindigen van deze toespraak werd
door de stafmuziek het „Wien Neerlands;h
Bloed" ingezet en keerden H. M. en Z. K. H.
naar het gouvernemenftshotel terug.
De J'gemzia Stefani bericht uit Durazzo,
dat den len Juli om acht uur voormiddags
het lijk van kolonel Thomson werd overge
bracht naar de landingskade, door Albanee
sche gendarmes, vergezeld door de Neder
landsche officieren. Vertegenwooridigers van
de controle-commissie en van de ministers
bevonden zich aan het koninklijke paleis. De
vorst maakte deel uit van den stoet. De broe
der van den overledene rurak een i go woor
den van dank uit voor dc betoonde deelne
ming.
Naar het Hbld. uit goede bron verneemt,
zal het pantserdekschip „Noord-Brabant"
met het stoffelijk overscEot van overste Thom
son hoogstwaarschijnlijk te Amsterdam aan
komen. Het oorlogsschip zal aan den kop van
de Handelskade aanleggen en daar zal de
lijkkist mot het stoffelijk overschot aan wal
worden gebracht. Daar dit het oogenblik is,
dat het lijk op vaderlandscËen bodem komt,
zal hier de officieeie rouwpleclitigheid plaats
hebben. Do regeering zal daarbij tegenwoor
dig zijn en bovendien zal, voor zoover de tijd
het toelaat, aan vereenigingen en deputa
ties gelegenheid worden gegeven hulde te
brengen aan de nagedachtenis van overste
Thomson door het houden van toespraken
en het nederleggen van kransen.
Per trein Yan het Centraalstation zal het
stoffelijk overschot naar Groningen worden
overgebracht
De regeling der plechtigheid is in handen
van den commandant in de stelling van Am
sterdam, generaaï-majoor A. R. Ophorst.
De volgende oproep is naar het Hbld.
meldt verzonden aan officieren, onderofficie
ren, korporaals en soldaten der reserve, mi
litie en landweer:
„Hoewel in Den Haag zich reeds een voor-
loopige nationale commissie heeft gevormd,
met het doel in de residentie een gedenk-
teeken op te richten, verneemt het 12e re
giment Infanterie, dat de naam „Thomson"
ook in de herinnering van het leger moet
blijven voortleven.
„Genoemd regiment wil de nagedachtenis
van den hoogstaanden Held eeren, idoor nabij
of aan de kazerne, waar majoor Thomson
ons leger het laatst heeft «gediend, een borst
beeld te plaatsen of een gedenkplaat aan te
brengen.
„Zijne Excellentie, de Minister van Oorlog,
heeft reeds zijne volle instemming betuigd.
„Officieren, onderofficieren, korporaals en
soldaten, 'die het plan sympathiek vinden en
het willen steunen, wordt verzocht hiervan
vóór 25 JuTi a.s. aan den penningmeester
mededeeling te doen.
„Dat het een huldiging van onze /geheele
Landmacht moge worden 1"
De commissie uit het regiment bestaat uit
luit.-kol. Staal, voorzitter: majoor Sark: ka
pitein De Bas; le luit. Sieperda. secretaris,
Parklaan 3 A. Groningen; le lult.-kwartier-
mcester Supheert, penningmeester, He'ere-
weg 105, Groningen; adj.-on'deroffiicier Re-
court; serg.-majoor adm. Kroon; sergeant
Waterman, korporaal Sandjer, milicien Lam-
merts.
In „De Gids" van deze maarod wijldt prof.
D. van Blom een artikel aan overste
Thomson, waaraan we 't volgende ontiee-
nen:
Het oordeel van dien vreemdem jour
nalist. die Thomson teekende ais meer
diplomaat dan soldaat, is gelogenstraft,
doch deze waarheid lag daar zonJder twij
fel iiii» dat hij maast zijn militaire nog
atndcre bekwaamheid, en van niet gerim-
gor omvang, bezat
De opbouw van een Staat is een werk
dat soldaten eischi, maar niet soldaden
alleen. Niemand schept een Staat uit niets
en uit een baaierd schept een geniaal
regeerder hem alleen dan als de kiemen
van staatsvorming er in voorhanden zijn.
Die kiemetn te zien, haar groeikracht
ie bepalen en te leiden naar het beoogde
doei, ziehier een werk, waarvoor de sol
daat eerst deugt zoodra hij zich heeft we
ten te verdubbelen tot staatsman-soldaat
En zoo een was Thomson.
Reeds zijn vroegere loopbaan gai hier
alle hoop. Concrete maatschappelijke
vraagstukken te heipen oplossoh was zijn
liefste werk en aan zijn vriiertden ver
trouwde hij het wel toe, dat liever dan
het lidmaatschap van de Kamer hem
dait was van den meer positieven arbeid
afieverenden Haagschen gemeenteraad.
Het militaire vraagstuk in Nederland
trouwens heeft hij, scherper misschien
dan eenig ander, gezien in het algemeen-
maatschappelijk verhand van onze poli
tieke ontwikkeling.
Dat zijn werkwijze in Albanië geen an
dere was, bewijst een brief, dien hij mii
vlak vóór den val van Essad Pasja, nog
uit Valona schreef:
„Er valt bier nog heel wat te bestu-
deeren op allerhand niet het minst
economisch gebiedIn sommige
deden bestaat inderdaad een hechte band.
een locale organisatie die men zich bij
den opbouw van den Staat ongetwijfeld
ten nutte moet maken en waarvan ik mij
voor de organisatie der gendarmerie (in
het Noorden) ook bedddn."
Vervolgens vraagt de schrijvers
Ein wie vervaagt hem ito Nederland?
Men wete het wèl: onztf groeiende de-
mocraltiïe kato op den duur en op
niet te langen duur op straffe van
defect te blijven het „volksleger" niet
missen, het volksleger waarvan Thom
son eens deze, meer psychologisch ka-
rakteri see rende dan technische omschrij
ving gaf; het leger met dezelfde psyche
als het volk.
Zij zal het kunnen móssen in <We verre,
'onzichtbare en onzekere toekomst, waar
in elk leger overt)oddg zal zijn.
Doch voor nu ntog onafzi-enharen tijd
heeft Nederland een leger noodig, en bit
ter noodig. als de gelukkige term is
van Van Houten «nationaal verdedi-
gingsinstrument'. Dat. krachtens zijn
roeping, sterk moet zijn. Dat, om deze
reden, met het Nederlandsche volk moet
uitmaken één organisch geheel. Dat, zoo
hot dezen eisch miskent, de kracht ver
beurt, die het trékken kon uit het besef,
onmiddellijk uit volkskracht tc zijn ge
boren, terwijl van zijn kant de demo
cratische Staat in z>ijn midden geen macht
mag dulden, van andere beweging dan
hij.
Voor de technische verwezenlijking
vatn dit ideaal hebben wij de kennis van
onze beroepsmilitairen noodig. "Wij had-
■dén Thomson. Thans roepon wij om zijn
school.
Mijne heoron van het Nederlandsche
leger, wie uwer raapt de vlag op, die de
'doodendc kogel uw kloeken makker
sloeg uit de hatod?
Kapitein Sar. De kapitein der Alba
neesche gendarmerie Ear, die, zooals wij
reeds berichtten, wegens gezondheidsredenen
met verlof van Durazzo naar Nederland is
vertrokken, is Dinsdag te "sGravenhage aan
gekomen.
Eerste Kamerverkiezing. De
verkiezing van een lid van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal ter vervulling der vaca
ture, ontstaan door het overlijden van den
heer J. D. baron van "Wasscnaer van Rosande,
zal aan de orde worden gesteld ln de verga
dering der Protvlndale Staten van Zuid-Hol»
land op 7 Juli a*s.
Koninklijke Militaire Academie.
(Uitslag van het einde-examen).
Aan het examen voor 2e luitenant hebbei
voldaan do cajdétton:
Infanterie hier te lende: W. Li. Risschoff.
G. A. L. Boik, P. F. vam Dorst* N. C. J. Droef'
P. G. A. Fortanier, H. F. J. M. A. van F rij'
tag Drabbe, H. A. G. Halberstadt, II. P. Hal»
kema. W. Hemmes, J. E. Hofman, IC. p.
Jmiemee, J. W. G. van van Langen, T. M.<
A. Meuwissea, T. W. C. Michaëls, U. C. G.
Noordenbosch, W. Oudemans. F. Poortman,
F. Raland, jhr. J. van Suchtelem.
Infantctfe Oost-Indië: R. Bakkers, W. A.
van der Beek, J. II. de Beuk, J. W. Broekhofij
A. Doup, G. M. H. Dulfer, C. J. van Harte,
J. H. Jager, F. F. Milius, A. Pik, A. Stuijven-
berg, P. van Waasdijk.
Cavalerie hier te lande: G. C. Blauw, 0.,
G. G. M. Jamssens, H. A. M. Latour, .A. M.
'C. Mazel, I. L D. baron Sirtema van Gro1»
vest ins, F. W. E. de Vries.
Cavalerie Oost-Indië. A. F. Meijer, M. W.
van der Nagel.
Artillerie hier le lande: J. Barendregt, F.
H. H. M. ten Bensel, C. A. Elich. N. L. ko
ning, V. Kuijpers, R. T. Luijckx, W. C. Maas,
J. M. Mante, B. J. R. P. Rasch, R. N. de
Ruijter van Steveninck, C. M. A. CL Stoffels,
G. P. F. H. J. Strang van Hees. 0. IL Var<
kevisser, F. B. baron van Versdhucr, W. H.
J. M. de Vos, A. vaai der Wiel, H. P. D. veh
Wijk, J. W. Wijn.
'Artillerite Oost-In die: A. M. vasn Dijk, L.
Heijman, J. E. vam Lingen, C. Tjeetok Wil»
Unk. F. Weiffenbach.
Genie hier te lande: C. A. Hoogterp, A. D.
W. M. Kerkboff. W. F. J. M. Krul, J. J„
lLako, P. J. H. Maircella, M. M. E. van de
Ven.
Genie Oost-Indie: J. M. Beekman, J. die
Jongh Swemer, W. C. Muller, J. W. Platte,
C. H. de Quant, E. van Viamen.
Eén cadet heeft wegens ziekte niet aan het
exam ein deelgenomen.
Onderscheidingen. Hare Majesteit
de Koningin heeft de heeren E. H. Kr da ge, te
HaarlemJ. G. Ballego, te Leiden, en J. H. van
Nes. te Boskoop, benoemd tot ridder le klasse
in de Huisorde van Oranje.
Voor den Indisehen dienst is bestemd
mej. J. Kok, te Poortugaol, ter benoeming tot
verpleegster bij het krankzinnigenwezen in
Ned.-Indiê.
Gisteren was het veertig jaar geleden,
dat de heer J. Gerritsen, kamerbewaarder en
concierge bij den Raad van State, als bode bij
dat college in dienst trad. Gedurende onge
veer twintig jaren vervulde hij zijne tegen
woordige betrekking van kamerbewaarder en
concierge. Hij diende bij den Raad van State
achtereenvolgens onder de vice-presidenten
baron Maakay, jhr. Van Reenen. jhr. Van
Panhuys, jhr. Schorer, jhr. Van Swindcren en
jhr. RöelL Met 1 Aug. e.k. hoopt de heer Ger
ritsen den dienst met pensioen te verlaten.
Van verschillende zijden mocht hij op zijn
feestdag blijken van belangstelling ontvangen.
De Haarlemsche roditbank heeft de vol
gende voordracht opgemaakt voor deurwaar
der bij de Haarlemsche rechtbank, standplaats
Haarlemmermeer: 1. II. Vincent te Haarlem
mermeer, 2 S. Holleaberg te Haarlem en 3.
A. v. d. Bosch te Haarlem.
De heer J. C. G. Gravendijk, deurwaar
der bij de rechtbank te Zwolle, is als zoodanig
benoemd bij de r-edhtibank te 's Gravenhage
ter standplaats Lelden.
Academiefeesten te Groningen.
De feesten hebben gisteren hun hoogtepunt
bereikt. De maskerade toch mag als de clou
van alles worden beschouwd. Vanmorgen ge4
schiedde eerst nog een plechtisghoid in de kerk
van den Academischen Senaat, in tegenwoor
digheid van H. M. de Koningin en Z. K. H.
den Prins der Nederlanden. Na opening door
den Rector-Magnificus hield Prof. van Dijk,
namens Prof. Dr. J. Huizinga, die door familie
omstandigheden verhinderd was, de histori
sche feestrede, welke Z. H. G. beëindigde met
te zeggen: Naast haar Nederlandsche zusters
heeft de Gronin-gsohe universiteit meer en
meer haar zelfstandig type ontwikkelddat
van een klem maar kerngezond wetenschap
pelijk centrum en /geestelijk levensorgaan. Met
hoopvolle verwacht mag zij haar vierde
eeuw ingaan, wn -v'-i vertrouwen, dat voor
den Staat em het volk van Nederland goede
nieuwe tijden zijn v.n^p-lvfld en dat de hech
te band met den Staat, die ach van den aan
vang af door onze universiteitsgeschiedenis
streruarit. ook in de toekomst niet zal worden
verbroken. Mét den Staat en met het volk
moge deze universiteit bloeien en gedijen"-
Vervolgens hadden de promoties honoris
causa plaats.
Nadat Prof. Van Dijk zijn rede be indigd
had, richtte de Rector-magnificus zich op
nieuw tot H. M. de Koningin. Hij gewaagde
van de behartiging van de belangen der Gro»
ningsche Universiteit door -Harer Maesteits
voorvaderen, en later door Koningin Emmfi
en II. iM. zelve. De Senaat, de belangstelling
van H. M. de Koningin op hoogen prijs stel-
lende, en inzonderheid, dat H. M steeds 0$»^
komt voor onze moedertaal als 'het cemeftt
onzer nationaliteit, «heeft TI. tM. de KonlngitT
benoemd tot eere-doötor in de Ned. Letteren.
Koningin, Prins en gevolg stonden op, waar*'
na de officieeie promotie der Koningin plaats
had.
JL M. de Koningin antwoordde;
Mijnheer de Rector-magnifious! Voor d§
hooge onderscheiding, welke «mij door den
Senaat der Groningsche hoogcschool op voor
dracht der faculteit van letteren en wijsbe
geerte is verleend, is het «mij een behoefte H
in deze uitgelezen vergadering mijn erkente^
lijkheid te betuigen. Zoooven werd door u gc^,
wezen op de nauwe betrekkingen, weïkd
reeds langs tussdhen deze Universiteit en
mijne voorvaderen bestaan hebben. Weest u.
verzekerd, dat ik mij- oprecht verheug deze
aloude banden door het verleende doctoraal
opnieuw bezegeld te zien. Diep gevoel eÖL
waardeer ik dat de academie in mijne benoe
ming heeft willen doen uitkomen mijn ver*
knochtheid aan onze wonderschoone taaL De,
bezielende kracht, die van haar uitgaat, en de
beteoberos, welke zij heeft zoowel voor mijn
leven als voor dat van ons geheele volk. Zij
ontvange daarvoor mijn warmen dank.
^Welgemeende hulde breng Ik haar Yoor hef»