BINNENLAND. KOLONIËN. men; Iiij ging terug tot Ischmi. Drie vrijwillige artilleristen brachten de daar aanwezige ka nonnen in veiligheid. Deze vlucht vatn Prenk heeft in Durazzo eene groote ontsteltenis veroorzaakt. In den namiddag of morgen wordt een aanval van de rebellen op de stad. verwacht lieden worden in de richting van Kavaja en Rastboel groote en levendige verplaatsingen van de strijd krachten der rebellen verwacht We en en, 1 Juli. De Neue Freie Presse bericht uit Durazzo: Met het oog op den moeielljken toestand, besloot de regeering de ministers Turkhuri en Mufdi naar Italië te penden, om met Essad Pacha in onderhande ling te treden, opdat hij ten behoeve vei den Vorst tussdhen bedde zal treden en hem voor volkomen ondergang bewaren. De ministers rullen zich dan naar Rome begeven, om met Turkhan Pacha en met de Italiaansdie regee- ïing te confereeren. We e n en, 1 Juil. De Neue Freie Pres se bericht uit Durazzo, dat tot de oprich ting van een vreemdenlegioen besloten is. De Agenzia Stefani bericht uit Durazzo, dat Anadi Bey Islam, een van de gewonde gevan gen genomen aanvoerders der opstandelin gen, aan de rebellen brief geschreven heeft, waarin hij hen raadt de vijandelijkhe den te staken. Over de Epirotische beweging bericht de Agenzia Stefani, dat de Albaneesche dorpen Lahova, Kontkucci, Koemeritza, Kaza en Tepe- leni door benden Epiroten beschoten zijn. De benden staan onder het wel van Grieksche officieren, die zich de in Albanië heerschende wanorde ten nutte maken om de door de Grieksche troepen ontruimde t' ken weder te bezetten. Volgens een bericht van de Parijsche Excel sior uit Athene, is daar it "urazzo het be licht ontvangen, dat de opstandelingen de stad jKroja hebben ingenomen. Tirrkhan Pacha, de Albaneesche minister president, vertoeft thans in Rome. Aan de Vos- sische Ztg. wordt uit Rome richt, dat de kanselarijen der groote '^gendheden over het bezoek van den Albaneesdien staatsman weinig gesticht zijn. Men komt er rond voor uit, dat hij beter gedaan ad op 1it beslissen de tijdstip in Durazzo te blijven en zijn sou- Verein bij te staan. Griekenland* Athene, 1 Juli. De .zanten van de jgroote mogendheden hebben aan den minis ter van buitenlandsche zaken eene collectieve pota gezonden tot goedkeuring van het in Korfoe gesloten accoord .hen de interna tionale commissie en de gedelegeerden van ,0e' Epiroten betreffende et 'oekometige sta tuut van Epirus. De Vereenigde Staten en Mexico. De bemiddehiigsconferentie In Niagara Falls heeft gisteren hare zittingen verdaagd, totdat ue vertegenwoordigers van Huerta en de constffutronallsten vertrouwelijk de binnen- landsche aangelegenheden van Mexioo zullen hebben besproken. In de regeeringslkringen te Washington wordt de verdaging van de conferentie ver schillend uitgelegd. Zij, die van den beginne pf aan het succes van de conferentie getwij feld hebben, zijn van meening, dat de con ferentie in geheel niet meer zal bijeenko men. Anderen zijn optimistischer gestemd en denken, dat de conferentie over twee of drie freken weer zal .samenkomen. Brazilië* Rio de Janeiro 1 Juli. De regeering |ieeft 'bij de Kamer ingediend het ontwerp der begrooting voor 1915. De ontvangsten worden geraamd op 112 000 contos goud en 334.648 conrtos papier, de uitgaven op 88.440 contos goud en 388.593 contos papier. De begmoting shnt met een tekort van 12.761 contos. dat door het congres zal kunnen gedekt worden door middel van eene buitenlandsche leeni-g en Van verschillende administratieve hervormin gen. Oost-Indië Benkoelen. Blijkens een bij het Departement van koloniën ontvangen telegram gaat de Gouver- Ueur-Generaal heden avond naar Benkoelen wn een blijk van belangstelling te geven in 0e ramp die deze plaats getroffen heeft en persoonlijk den toestand op te nemen. Uit de Pers. Balans. foi een artikel onder dit hoofd schrijft het Vaderland o.a. „Het Ministerie kan tevreden zijn over het jaar, dat het achter zich heeft. De wijze waarop de Inkomstenbelasting in de Tweede Kamer werd aangenomen, verzekert haar den weg naar het Staatsblad, en zoo werd reeds in het eerste jaar de grondslag gelegd van het garische finanrieele gebouw, iets waaraan het Ministerie-Heemskerk in 5£ jaar niet mocht toekomen. De Commissie voor de Evenredige Verte genwoordiging is nü reeds met haar arbeid gereed, en heeft een kranig stuk werk gele verd En de Staatscommissie voor het On derwijs is blijkens het door haar aan de pers verstrekte communiqué diligent, en is tot nog toe op geene enkele quaestie vastgeloo- pen, waardoor het gevaar zou ontstaan, dat t gemeenschappelijk doel niet zal worden bereikt En de sociale wetgeving van Treub ia nog steeds van dien aard geweest, dot ze, hoe aangevochten ook door de oppositie, ten slotte toch nog altijd aangenomen is met behulp van Rechts, en we verwachten niet beschaamd te worden in onze meening, dat als eenmaal Treubs geheele complex van sociale verzekeringen op tafel b'gt, een op- Ïiosation quand même daartegen zeer moei- ijk zal zijn te voeren, omdat ze den gezon den ondergrond, die in deze moet zijn de instemming der belanghebbenden, missen zal. Waarlijk, dit alles ziet er niet kwaad uit. Toch zijn wij ons wel bewust, dat wij nog lang niet over alle moeilijkheden heen zijn. De defensie voor Indië is zeker een van do moeilijkste vraagstukken, die deze Regee ring zal hebben op te lossen, en deze wordt er niet makkelijker door nu in het land, dat de eerste zeemacht van de wereld is, twijfel aan de groote weerkracht van de dread noughts is gerezen. Daarnaast is de finan- cieele vraag er ook eene, die heel wat hoofd breken kan kosten, omdat er zelfs onder hen, die rich voor de defensie van Indië groote offers willen getroosten, aangetrof fen worden, die van de gansche zaak niet weten willen, als de kosten daarvan geheel op het Indische budget worden gebracht. Mocht onverhoopt zich het geval voor doen, dat een zoo bij uitstek nationaal vraagstuk als de verdediging van Indië is, door de Rechterzijde gebruikt zou worden als machine de guerre tegen het Ministerie, dan venvachten wij, dat van de mannen der Concentratie zal kunnen gezegd worden, dat every man did his duty. We kunnen ons echter niet voorstellen, dat men deze zaak in de „politiek" zal willen betrekkenal geven uitingen in de Roomsche pers, dat de aanstaande indiening der vlootplannen bewijst „dat er eindelijk iets voor Indië, voor de grootste bron van onze volkswelvaart zal worden gedaan, en dat de Regeering met terdaad zal toonen, dat zij op het behoud van Indië prijs stelt" weinig weldadigen in druk. Met deze belachelijkheid aan te komen aan het adres van een Ministerie, dat met deze zaak bekwamen spoed heeft gemaakt, is te weerzinwekkender, nu ze kwam van „De Gelderlander", Nijmeegsch en Provin ciaal dagblad, dat zeker nooit gehoord heeft van de bekende Nijmeegsche motie in zake het Kustverdedigingsontwerp-Heemskerk, en vergeten schijnt hoelang het vorige Minis terie genoemd ontwerp om de bekende redenen liet liggen." Berichten. De Staatscourant _n Donderdag 2 Juli bevat o. a. de volgende Koninklijke besluiten: benoemd tot ridder in de Oranje-Nassau- orde K. Brouwer, hoofd der openbare lagere school B te Zwolle cn J. Bruins, gemeente ontvanger te Ruinen; op verzoek eervol ontslagen J. J. G. baron van Voorst lot Voorst als lid van het college van regenten over de gevangenissen te Arn hem, onder dankbetuiging cn benoemd als zoodanig H. J. M. Baumann, 1-directeur van financiën in Indië te Arnhem; bevorderd tot inspecteur van administratie W. F. van Grasstek, thans officier van admi nistratie le klasse en hij wegens langdurigen dienst eervol gepensionneerd; bevorderd tot officier van administratie le klasse die der 2e klasse Meijer- met ingang van 1 dezer: benoemd tot voorzitter der plaatselijke com missie voor de ongevallenverzekering te 's-Her- togenbosch, mr. L. A. J. J. M. van Heyst, te 's-Hertogenbosch, onder toekenning van eervol ontslag als plaatsvervangend voorzitter dier commissie J benoemd tot plaatsvervangend voorzitter dier commissie, mr. O. M. van Leeuwen, advocaat en procureur te 's-Hertogenbosch aan J. van der Veen, te Eist, op zijn verzoek, eervol ontslag verleend als voorzitter der plaat selijke commissie voor de ongevallenverzekering te Eist benoemd tot voorzitter dier commissie, mr. F. J. RL L baron van Hövell tot WesterflJer, te Eist, griffier bij het kantongerecht te Eist, on der toekenning van eervol ontslag als plaatsver vangend voorzitter dier commissie benoemd tot plaatsvervangend voorzitter dier commissie W. C- Gaasbeek, gemeentesecretaris te Eist; "TT bevorderd, te rekenen van 1 Mei 1914 tot opzichter van den Rijkswaterstaat der 1ste klasse, J. Kooreman, A. Vreugdenhil, A. A. Benders, A. Nieuwland, M. F. Oortgijsen en C. de Kiewit (met verlof), allen thans opzichter van den Rijkswaterstaat der 2de klasse tot opzichter van den Rijkswaterstaat der 2de klasse, P. Mulder, P. Kuyper, J. M. Krijger jr., J. Sizoo en R. de Jong, allen thans opzichter van den Rijkswaterstaat der 3de klasse tot bureelambtenaar van den Rijkswaterstaat der 2de klasse H. van Enter, P .van Slogteren A. F. van Lunenburg, H. W. F van Dijk. J. K. van Dijk. H. M. de Groot, M. H. Reyner en J. H. Peetsold, allen thans bureelambtenaar van den Rijkswaterstaat der 3de klasse met ingang van 1 Juli 1914 is de opzichter van den Rijkswaterstaat der 4de klasse J. E. Kooreman bevorderd tot de 3de klasse en de bureelambtenaar van den Rijkswaterstaat der 2de klasse F. J. M. Reynaerdts tot de le klasse aan de na te noemen personen verlof verleend tot het aannemen van de onderscheidingsteeke nen achter hunne namen vermeld, te weten jRr. mr. J. E. de Sturler, consul-generaal der Nederlanden met den persoonlijken tit#»1 van buitengewoon gezant en gevolmachtigd minister te Athene, ridder grootkruis in de orde van den Verlosser van Griekenland; L. J. A. van de Polder, gezantschapsraad te Tokio, groot-officier in de Dannebrogsorde van Denemarken E. A. Marsh, vice-consul der Nederlanden te Dover, en R. E. Peelen, adjunct-tolk bij Ons ge zantschap te Tokio, ridder in de Dcnnebrogs- orde van Denemarken J. J. Luden van Heumen, wonende te St Cloud, officier d'Académic van Frankrijk J .A de Lima, wonende te Parijs, ridder 3de klasse in de orde van het Borstbeeld van den Bevrijder van Venezuela. De vermoording van aartsher tog Frans Ferdinand. H. M. de Ko ningin-Moeder heeft aan den gezant van Oos tenrijk te Den Haag Hare deelneming doen be tuigen. Baron Giskra ontving tevens Wijken van rouwbeklag zoowel van de rogeering van het groothertogdom Luxemburg als van de buiten landsche gezanten, die te Luxemburg stand plaats Hebben. Het is too goed als zeker, dat a.s. Vrijdag 3 Juli te Weenen de begrafenis van het aarts hertogelijk echtpaar zal plaats hébhen. Nader vernemen wij, dat hoogstwaarschijn lijk Dinsdag 7 Juli, des voorm. 101 uur. l'n de katholieke kerk aan de Parkstraat te Den Haag een plechtige mis zal opgedragen wor den. Ten gevolge van het overlijden van den consul-generaal der Nederlanden te Chicago, is de vice-consul aldaar, de heer C. van Rijn van Alkemade, belast rnet de waarneming van het consulaat-generaal. De ramp op Benkoelen, Naar wij vernemen heeft de regeering der Republiek China bij monde van haren gezant te 'aGra- venhage aan de Nederlandsche regeering haar oprechte deelneming doen betuigen in het onheil, dat onze koloniën heeft getroffen door de aardbeving te Benkoelen. Staatacommisste Arbeidsvoor waarden Rijkswerklieden. Verschenen is het verslag aan 11. M. de Koningin der bij 'koninklijk besluit Yan 19 Med 1908 ingestelde Staatscommissie voor de arbeidsvoorwaarden der Rijkswerklieden. Aan dit stuk is het volgende ontleend; Aanvankelijk stond bij de commissie het denkbeeld op den voorgrond dat zij zou heb ben te trachten van het eerste en voornaam ste deel harer opdracht, n.l. het doen van voorstellen teneinde in de arbeidsvoorwaar den der rijkswerklieden overeenstemming te brengen, uitvoering te geven door een alge meen reglement te ontwerpen, waarin de ar beidsvoorwaarden werden geregeld der rijks- werklieden die ln de groote rijksinrichtingen onder op vele punten overeenkomende om standigheden werkzaam zijn en voorts een of meer bijzndere reglementen voor bepaal de categoriën werklieden ten aanzien van wie het algemeen reglement niet zou kunnen worden toegepast, doordien zij in omstan digheden verkeeren welke te zeer afwijken van die der zooeven bedoelde groote groe pen van arbeiders. Zij heeft diit denkbeeld echter moeten la ten varen, o.a. omdat zij anders niet in een afzienbaren tijd met haar taak zou gereed ko men, terwijl bovendien omstandigheden zich zouden kunnen voordoen waardoor een nieuw onderzoek niet achterwege zou lcunneD blijven. Een en ander in aanmerking genomen be sloot zij, behalve op het gebied der pensio neering van de rijkswerklieden en hun we duwen en weezen, geen voorstellen te doen tot het vaststellen van de arbeidsvoorwaar den zelf, maar in overweging te geven bij aJgemeénen maatregel van bestuur een ar beidsreglement voor de werklieden in 's r: dienst, uit te vaardisen, dat regelen bevat welke bij het vaststellen van dc arbeidsvoor waarden der werklieden in 's rijks 'dienst, voor zoover die niet de pensioneering be treffen, zullen z»;n in acht te nemen. V/are voor het formuleeren van die arbeidsvoor waarden zelf een onderzoek noodig geweest, dat .aan de commissie te zware eïschen stel de. voor het aangeven van algemeene rege len, waaraan zij behooren te worden aange past, beschikte zij over voldoende materiaal. Die algemeene regelen zijn neergelegd in een ontwerp-besluit dat als bijlage van het verslag met een toelichting wordt aangebo den. Overste Thomson. Gistermorgen te 8.15 uur begaven de Ko ningin en de Prins, vergezeld door de hof dame baronesse Sloet van Marxveld, de adju danten majoor Ridder van Rfappard, kapitein jhr. Sd-ókfinghe, kapitein Ruys en den ordon nans-officier luitenant Sixma baron van Heem stra, zich naar de kazerne te Groningen, al" waar de troiepen van het 12e regiment infan terie met de stafmuziek Van de le infanterie brigade, onder commando van luitenant-"ko lonel Staal, waren opgesteld. Na een inspectie over de troepen liet H. M. carré formeeren en hield daarna de volgende rede „Officieren, onderofficieren, korporaals en soldatenHet is mijn wensch enkele woorden tot u te richten naar aanleiding van het sneuvelen van uwen wakkeren kameraad en chef. Sedert die droeve mare tot ons kwam, trill in ons de snaar van vaderlandsliefde. Nederlandsche harten kloppen sneller, volk en leger, wij allen gevoelen ons op een gansch bijzondere wijze één in rechtmatigen trots op den zoon van onzen stam, die in den vreemde getoond heeft wat oud-vadcrlandsche plichts betrachting en moed beleekenenop zijne krijgsmakkers in Albanië, die een schoont» laak op de schouders namen, in dienst der beschaving. Van ooggetuigen vernam Ik van de onver schrokkenheid en volharding, waarmede zij hun zwaren en gevaarvollen plich't ven-uilen van ontbering en moeite, welke zij -zich ge troosten, waarvan wij hier wellicht nooit iets zullen vernemen. Hun allen onzen dank voor hetgeen zij voor den room van vaderland cd leger doen. Zij herinneren ons aan de veelomvattende roeping, welke aan ons dapper Indisch leger en onze vloot, aan het corps bestuurs-ambte- naren is toevertrouwd in ons groote Neder land onder de keerkringen. "Wie zoude de tal- looze offers kunnen vergeten, die daar ge bracht zijn en iederen dag opnieuw worden gebracht, dde schitterende wapenfeiten, die daden van zelfverloochening en moed in dienst van het vaderland verricht Ook deze gedenk iik met groote wuardeering en dank baarheid. die mannen van graniet en van staal. Zij allen gaan ons voor op den weg van plicht, van veerkracht en van moed. Dat zij ons mochten bezielen groot te zijn als zij. Voorwaar, de dagen van Ooen en De Ruyter zij behoeven, zij mogen niet tot het verleden behooren." Na het beëindigen van deze toespraak werd door de stafmuziek het „Wien Neerlands;h Bloed" ingezet en keerden H. M. en Z. K. H. naar het gouvernemenftshotel terug. De J'gemzia Stefani bericht uit Durazzo, dat den len Juli om acht uur voormiddags het lijk van kolonel Thomson werd overge bracht naar de landingskade, door Albanee sche gendarmes, vergezeld door de Neder landsche officieren. Vertegenwooridigers van de controle-commissie en van de ministers bevonden zich aan het koninklijke paleis. De vorst maakte deel uit van den stoet. De broe der van den overledene rurak een i go woor den van dank uit voor dc betoonde deelne ming. Naar het Hbld. uit goede bron verneemt, zal het pantserdekschip „Noord-Brabant" met het stoffelijk overscEot van overste Thom son hoogstwaarschijnlijk te Amsterdam aan komen. Het oorlogsschip zal aan den kop van de Handelskade aanleggen en daar zal de lijkkist mot het stoffelijk overschot aan wal worden gebracht. Daar dit het oogenblik is, dat het lijk op vaderlandscËen bodem komt, zal hier de officieeie rouwpleclitigheid plaats hebben. Do regeering zal daarbij tegenwoor dig zijn en bovendien zal, voor zoover de tijd het toelaat, aan vereenigingen en deputa ties gelegenheid worden gegeven hulde te brengen aan de nagedachtenis van overste Thomson door het houden van toespraken en het nederleggen van kransen. Per trein Yan het Centraalstation zal het stoffelijk overschot naar Groningen worden overgebracht De regeling der plechtigheid is in handen van den commandant in de stelling van Am sterdam, generaaï-majoor A. R. Ophorst. De volgende oproep is naar het Hbld. meldt verzonden aan officieren, onderofficie ren, korporaals en soldaten der reserve, mi litie en landweer: „Hoewel in Den Haag zich reeds een voor- loopige nationale commissie heeft gevormd, met het doel in de residentie een gedenk- teeken op te richten, verneemt het 12e re giment Infanterie, dat de naam „Thomson" ook in de herinnering van het leger moet blijven voortleven. „Genoemd regiment wil de nagedachtenis van den hoogstaanden Held eeren, idoor nabij of aan de kazerne, waar majoor Thomson ons leger het laatst heeft «gediend, een borst beeld te plaatsen of een gedenkplaat aan te brengen. „Zijne Excellentie, de Minister van Oorlog, heeft reeds zijne volle instemming betuigd. „Officieren, onderofficieren, korporaals en soldaten, 'die het plan sympathiek vinden en het willen steunen, wordt verzocht hiervan vóór 25 JuTi a.s. aan den penningmeester mededeeling te doen. „Dat het een huldiging van onze /geheele Landmacht moge worden 1" De commissie uit het regiment bestaat uit luit.-kol. Staal, voorzitter: majoor Sark: ka pitein De Bas; le luit. Sieperda. secretaris, Parklaan 3 A. Groningen; le lult.-kwartier- mcester Supheert, penningmeester, He'ere- weg 105, Groningen; adj.-on'deroffiicier Re- court; serg.-majoor adm. Kroon; sergeant Waterman, korporaal Sandjer, milicien Lam- merts. In „De Gids" van deze maarod wijldt prof. D. van Blom een artikel aan overste Thomson, waaraan we 't volgende ontiee- nen: Het oordeel van dien vreemdem jour nalist. die Thomson teekende ais meer diplomaat dan soldaat, is gelogenstraft, doch deze waarheid lag daar zonJder twij fel iiii» dat hij maast zijn militaire nog atndcre bekwaamheid, en van niet gerim- gor omvang, bezat De opbouw van een Staat is een werk dat soldaten eischi, maar niet soldaden alleen. Niemand schept een Staat uit niets en uit een baaierd schept een geniaal regeerder hem alleen dan als de kiemen van staatsvorming er in voorhanden zijn. Die kiemetn te zien, haar groeikracht ie bepalen en te leiden naar het beoogde doei, ziehier een werk, waarvoor de sol daat eerst deugt zoodra hij zich heeft we ten te verdubbelen tot staatsman-soldaat En zoo een was Thomson. Reeds zijn vroegere loopbaan gai hier alle hoop. Concrete maatschappelijke vraagstukken te heipen oplossoh was zijn liefste werk en aan zijn vriiertden ver trouwde hij het wel toe, dat liever dan het lidmaatschap van de Kamer hem dait was van den meer positieven arbeid afieverenden Haagschen gemeenteraad. Het militaire vraagstuk in Nederland trouwens heeft hij, scherper misschien dan eenig ander, gezien in het algemeen- maatschappelijk verhand van onze poli tieke ontwikkeling. Dat zijn werkwijze in Albanië geen an dere was, bewijst een brief, dien hij mii vlak vóór den val van Essad Pasja, nog uit Valona schreef: „Er valt bier nog heel wat te bestu- deeren op allerhand niet het minst economisch gebiedIn sommige deden bestaat inderdaad een hechte band. een locale organisatie die men zich bij den opbouw van den Staat ongetwijfeld ten nutte moet maken en waarvan ik mij voor de organisatie der gendarmerie (in het Noorden) ook bedddn." Vervolgens vraagt de schrijvers Ein wie vervaagt hem ito Nederland? Men wete het wèl: onztf groeiende de- mocraltiïe kato op den duur en op niet te langen duur op straffe van defect te blijven het „volksleger" niet missen, het volksleger waarvan Thom son eens deze, meer psychologisch ka- rakteri see rende dan technische omschrij ving gaf; het leger met dezelfde psyche als het volk. Zij zal het kunnen móssen in <We verre, 'onzichtbare en onzekere toekomst, waar in elk leger overt)oddg zal zijn. Doch voor nu ntog onafzi-enharen tijd heeft Nederland een leger noodig, en bit ter noodig. als de gelukkige term is van Van Houten «nationaal verdedi- gingsinstrument'. Dat. krachtens zijn roeping, sterk moet zijn. Dat, om deze reden, met het Nederlandsche volk moet uitmaken één organisch geheel. Dat, zoo hot dezen eisch miskent, de kracht ver beurt, die het trékken kon uit het besef, onmiddellijk uit volkskracht tc zijn ge boren, terwijl van zijn kant de demo cratische Staat in z>ijn midden geen macht mag dulden, van andere beweging dan hij. Voor de technische verwezenlijking vatn dit ideaal hebben wij de kennis van onze beroepsmilitairen noodig. "Wij had- ■dén Thomson. Thans roepon wij om zijn school. Mijne heoron van het Nederlandsche leger, wie uwer raapt de vlag op, die de 'doodendc kogel uw kloeken makker sloeg uit de hatod? Kapitein Sar. De kapitein der Alba neesche gendarmerie Ear, die, zooals wij reeds berichtten, wegens gezondheidsredenen met verlof van Durazzo naar Nederland is vertrokken, is Dinsdag te "sGravenhage aan gekomen. Eerste Kamerverkiezing. De verkiezing van een lid van de Eerste Kamer der Staten-Generaal ter vervulling der vaca ture, ontstaan door het overlijden van den heer J. D. baron van "Wasscnaer van Rosande, zal aan de orde worden gesteld ln de verga dering der Protvlndale Staten van Zuid-Hol» land op 7 Juli a*s. Koninklijke Militaire Academie. (Uitslag van het einde-examen). Aan het examen voor 2e luitenant hebbei voldaan do cajdétton: Infanterie hier te lende: W. Li. Risschoff. G. A. L. Boik, P. F. vam Dorst* N. C. J. Droef' P. G. A. Fortanier, H. F. J. M. A. van F rij' tag Drabbe, H. A. G. Halberstadt, II. P. Hal» kema. W. Hemmes, J. E. Hofman, IC. p. Jmiemee, J. W. G. van van Langen, T. M.< A. Meuwissea, T. W. C. Michaëls, U. C. G. Noordenbosch, W. Oudemans. F. Poortman, F. Raland, jhr. J. van Suchtelem. Infantctfe Oost-Indië: R. Bakkers, W. A. van der Beek, J. II. de Beuk, J. W. Broekhofij A. Doup, G. M. H. Dulfer, C. J. van Harte, J. H. Jager, F. F. Milius, A. Pik, A. Stuijven- berg, P. van Waasdijk. Cavalerie hier te lande: G. C. Blauw, 0., G. G. M. Jamssens, H. A. M. Latour, .A. M. 'C. Mazel, I. L D. baron Sirtema van Gro1» vest ins, F. W. E. de Vries. Cavalerie Oost-Indië. A. F. Meijer, M. W. van der Nagel. Artillerie hier le lande: J. Barendregt, F. H. H. M. ten Bensel, C. A. Elich. N. L. ko ning, V. Kuijpers, R. T. Luijckx, W. C. Maas, J. M. Mante, B. J. R. P. Rasch, R. N. de Ruijter van Steveninck, C. M. A. CL Stoffels, G. P. F. H. J. Strang van Hees. 0. IL Var< kevisser, F. B. baron van Versdhucr, W. H. J. M. de Vos, A. vaai der Wiel, H. P. D. veh Wijk, J. W. Wijn. 'Artillerite Oost-In die: A. M. vasn Dijk, L. Heijman, J. E. vam Lingen, C. Tjeetok Wil» Unk. F. Weiffenbach. Genie hier te lande: C. A. Hoogterp, A. D. W. M. Kerkboff. W. F. J. M. Krul, J. J„ lLako, P. J. H. Maircella, M. M. E. van de Ven. Genie Oost-Indie: J. M. Beekman, J. die Jongh Swemer, W. C. Muller, J. W. Platte, C. H. de Quant, E. van Viamen. Eén cadet heeft wegens ziekte niet aan het exam ein deelgenomen. Onderscheidingen. Hare Majesteit de Koningin heeft de heeren E. H. Kr da ge, te HaarlemJ. G. Ballego, te Leiden, en J. H. van Nes. te Boskoop, benoemd tot ridder le klasse in de Huisorde van Oranje. Voor den Indisehen dienst is bestemd mej. J. Kok, te Poortugaol, ter benoeming tot verpleegster bij het krankzinnigenwezen in Ned.-Indiê. Gisteren was het veertig jaar geleden, dat de heer J. Gerritsen, kamerbewaarder en concierge bij den Raad van State, als bode bij dat college in dienst trad. Gedurende onge veer twintig jaren vervulde hij zijne tegen woordige betrekking van kamerbewaarder en concierge. Hij diende bij den Raad van State achtereenvolgens onder de vice-presidenten baron Maakay, jhr. Van Reenen. jhr. Van Panhuys, jhr. Schorer, jhr. Van Swindcren en jhr. RöelL Met 1 Aug. e.k. hoopt de heer Ger ritsen den dienst met pensioen te verlaten. Van verschillende zijden mocht hij op zijn feestdag blijken van belangstelling ontvangen. De Haarlemsche roditbank heeft de vol gende voordracht opgemaakt voor deurwaar der bij de Haarlemsche rechtbank, standplaats Haarlemmermeer: 1. II. Vincent te Haarlem mermeer, 2 S. Holleaberg te Haarlem en 3. A. v. d. Bosch te Haarlem. De heer J. C. G. Gravendijk, deurwaar der bij de rechtbank te Zwolle, is als zoodanig benoemd bij de r-edhtibank te 's Gravenhage ter standplaats Lelden. Academiefeesten te Groningen. De feesten hebben gisteren hun hoogtepunt bereikt. De maskerade toch mag als de clou van alles worden beschouwd. Vanmorgen ge4 schiedde eerst nog een plechtisghoid in de kerk van den Academischen Senaat, in tegenwoor digheid van H. M. de Koningin en Z. K. H. den Prins der Nederlanden. Na opening door den Rector-Magnificus hield Prof. van Dijk, namens Prof. Dr. J. Huizinga, die door familie omstandigheden verhinderd was, de histori sche feestrede, welke Z. H. G. beëindigde met te zeggen: Naast haar Nederlandsche zusters heeft de Gronin-gsohe universiteit meer en meer haar zelfstandig type ontwikkelddat van een klem maar kerngezond wetenschap pelijk centrum en /geestelijk levensorgaan. Met hoopvolle verwacht mag zij haar vierde eeuw ingaan, wn -v'-i vertrouwen, dat voor den Staat em het volk van Nederland goede nieuwe tijden zijn v.n^p-lvfld en dat de hech te band met den Staat, die ach van den aan vang af door onze universiteitsgeschiedenis streruarit. ook in de toekomst niet zal worden verbroken. Mét den Staat en met het volk moge deze universiteit bloeien en gedijen"- Vervolgens hadden de promoties honoris causa plaats. Nadat Prof. Van Dijk zijn rede be indigd had, richtte de Rector-magnificus zich op nieuw tot H. M. de Koningin. Hij gewaagde van de behartiging van de belangen der Gro» ningsche Universiteit door -Harer Maesteits voorvaderen, en later door Koningin Emmfi en II. iM. zelve. De Senaat, de belangstelling van H. M. de Koningin op hoogen prijs stel- lende, en inzonderheid, dat H. M steeds 0$»^ komt voor onze moedertaal als 'het cemeftt onzer nationaliteit, «heeft TI. tM. de KonlngitT benoemd tot eere-doötor in de Ned. Letteren. Koningin, Prins en gevolg stonden op, waar*' na de officieeie promotie der Koningin plaats had. JL M. de Koningin antwoordde; Mijnheer de Rector-magnifious! Voor d§ hooge onderscheiding, welke «mij door den Senaat der Groningsche hoogcschool op voor dracht der faculteit van letteren en wijsbe geerte is verleend, is het «mij een behoefte H in deze uitgelezen vergadering mijn erkente^ lijkheid te betuigen. Zoooven werd door u gc^, wezen op de nauwe betrekkingen, weïkd reeds langs tussdhen deze Universiteit en mijne voorvaderen bestaan hebben. Weest u. verzekerd, dat ik mij- oprecht verheug deze aloude banden door het verleende doctoraal opnieuw bezegeld te zien. Diep gevoel eÖL waardeer ik dat de academie in mijne benoe ming heeft willen doen uitkomen mijn ver* knochtheid aan onze wonderschoone taaL De, bezielende kracht, die van haar uitgaat, en de beteoberos, welke zij heeft zoowel voor mijn leven als voor dat van ons geheele volk. Zij ontvange daarvoor mijn warmen dank. ^Welgemeende hulde breng Ik haar Yoor hef»

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 2