genoeg zou wekken bij geneeskundigen. Dr. Z.
beschouwde 't als een ideaal dot de vóóroplei-
'ding tot arts, zoowel aan de H. B. S. geschiedt
'als aan het Gymnasium. Hij zou zelfs een onge-
Jfeglementeerd toelatings-examen wenschen. Ook
wenscht hij veranderingen in het propaedeu-
tisch-examen. Allen zijn het er over eens, dat de
Studie van arts niet mag worden verlengd. In
poorsnee komt de arts gereed op zijn 26ste
(aar. Dat is te laat. Maar hoe daarin verande-
Hng te brengen?
Dit schijnt moeilijk. Niet het onderwijs, maar
Slet examen moet worden beperkt. Aan den
Vrijd tusschen Gymnasium en H. B. S. is het
|e wijten, dat zoo weinig artsen den doctors
graad verwerven, wat spr. ook zeer betreurde,
i Ten slotte wijdde dr. Zwoardemoker nog een
tavkel woord aan het ultra-specialisme en be-
Iprak in het bijzonder de tandheelkunde en
Aeilgymnastiek. In het algemeen hield spr. een
Meidooi voor het specialisme, al wilde hij dat
$e geheele artsenfamilie zich als één zou be~
Schouwen en allen samenwerken op den grooten
wijden akker der menschheid.
Het jaarverslag werd na enkele opmerkingen
goedgekeurd, evenals de reeks van verslagen
der commissies, die daarop volgden. Het ver
slag van den Raad van Beroep zal in een be
sloten zitting worden behandeld, evenals dat
van de centrale organisatie.
Naar aanleiding van het verslag der commis-
pie inzake de prectische vorming van den ge-
heesheer, stelde de heer Snoeck Henkemans
fs Gravenhage) voor, het hoofdbestuur op te
dragen aan de regeering en het gemeentebe
stuur van Amsterdam te verzoeken, een rege
ling in te voeren, waardoor, in verband met de
geneesk. faculteiten, aan daartoe geschikte ge
neeskundigen aan niet-Academische Ziekenhui
zen medewerking worde opgedragen aan de
practische opleiding van de aanstaande art
sen- De voorzitter der commissie, prof. Pel, ont
ried dit voorstel en de voorzitter gaf den voor-
Steller in overweging het te veranderen in een
jnotie, waarbij het denkbeeld in overweging
Wordt gegeven aan de faculteiten.
Prof. Kouwer wekte op tot critiek op de kli
nische hoogleeraren.
Ten slotte wijzigde de heer Snoeck Henke
mans zijn voorstel in dien geest dat het hoofd
bestuur zich met betrekking tot deze zaak lot
ie faculteiten moge wenden. Dit voorstel werd
bij acclamatie aangenomen.
Dr. Facec Schöffer verdedigde uitvoerig het
rapport der commissie inzake de onderlinge
verhouding bq verzekeringsmaatschappijen tus
schen behandelend geneesheer en controlee
rend geneeskundige, welk rapport was aange
vallen voornamelijk door dr. Van der Brugh
(Rotterdam). Verschillende leden gaven hierover
opmerkingen ten beste.
De heer Thomas (Baarn) stelde ten slotte, na
mens de centrale commissie, een motie voor,
waarin werd uitgesproken de wenschelijkheid,
dat de behandelende geneesheer geen andere
Han een verklaring zal afleggen bevattende de
datums waarop de behandeling van den patiënt
is begonnen en geëindigd.
Over deze motie werd weder uitvoerig ge
discussieerd, nadat er een motie van orde van
gemaakt was met de bepaling dat het Hoofdbe
stuur er een bindend besluit van zal maken. De
Keer Bunlng (Arnhem) wilde de geneesheeren
Jliet binden, niets omtrent de patiënten mede
ie deelen en de commissie zelf bleek ook er
over verdeeld. Namens de meerderheid deelde
dr. Schöffer nog mede, dat een gehouden refe
rendum zich tegen het beginsel der motie heeft
Verklaard.
Ten slotte werd de motie aangenomen met
!ö3 tegen 66 stemmen.
Voor kennifgevlng aangenomen werd het rap
port dot de commissie, belast met het onder-
Zoek naar de positie der officieren van gezond
heid, heeft als vervolg op haar rapport betref
fende de officieren van gezondheid der land
macht, het vorige jaar aangeboden, een verslag
omtrent haar onderzoek naar de positie van de
officieren van gezondheid bij de zeemacht
Vervolgens werd het verslag uitgebracht der
commissie belast met het onderzoek naar de
ziekenfondstoestanden in Zuid-Limburg.
Omtrent dit verslag kan nog gemeld wor
den dat het daarom van gewicht, was, omdat
Boor *t steeds toenemend aantal mijnwerkers
de toestanden daar zich zeer hebben gewij
zigd en nog wijzigen. De commissie kwam tot
de conclusie, dat tot zoolang er voor het mijn
wezen geen afzonderlijke wettelijke regeling
bestaat, de weistandsgrens zoodanig moet
worden geregeld, dat alle mijnwerkers aan
genomen zouden kunnen worden, zoodat een
Afwijking van het algemeen bindend besluit
in dat geval en uitsluitend voor de mijn
werkers wel gewenscht is.
Nadat dr. Meulenman uit Heerlen eenige
opmerkingen had gemaakt, werd besloten de
ze commissie dilligcnt te verklaren.
Ten slotte werd ook nog zonder discussie
goedgekeurd het verslag der commissie, be
last met het onderzoek naar de opleiding en
vorming van specialiteiten.
Dinsdag ochtend negen uur werd in de
operatiezaal van prof. J A. Korteweg de sec
tievergadering van heelkunde gehouden.
De sectie-vergadering voor geneeskunde had
Jn het Academisch Ziekenhuis en in het Phy-
ciologisch Laboratorium in de Nieuwsteeg
jlaats.
Des namiddags 4 uur werd de algemeene
ergadering in „Zomcrzorg" heropend.
In openbare middagvergadering werd we
derom de leiddraad inzake uitvoering der
voorstellen A I—A V (ziekenfondsenquaestie)
aan de orde gesteld en daarover uitvoerig
gediscussieerd.
Vooraf werd door den voorzitter prof.
jJwaardcraaker medegedeeld, dat de verga
dering besloten had het hoofdbestuursvoor
stel tot onmiddellijke reorganisatie van het
Secretariaat der Maatschappij aan te nemen
,en dat de hoofdbestuurder-secretaris, de heer
Schreve, op zijn besluit tot ontslagneming
Vas teruggekomen.
In de ziekenfondskwestie is men Dinsdag
pog niet tot een beslissend resultaat geko-
tnen. Gisteren werd daarmede voortgegaan.
Tot lid van het hoofdbestuur werd her
kozen A. Sikkel Azn., te 's-Gravenhage; in
plaats van de heeren H. J. TV. Droogleever
Fortuyn en G. Oosterbaan, die niet herkies
baar waren, werden gekozen J. C. Bolle, te
Middelburg, en J. D. C. Koch, te Kampen!
Tot lid) van den Raad van Beroep, ter voor
ziening In de vacature van J. A. Romer, te
Leeuwarden, wegens diens benoeming tot lid
Van het hoofdbestuur, werd gekozen G. C. Nij-
pofi, te Groningen, terwijl herkozen werden
ce heeren D. H. van der Goot, L. Th. van
Kleden B. A. P» van Daan. allen uit Den Haag.
Woensdag werd in de algemeene ver
gadering der Ned. Maatschappij lol bevorde
ring der Geneeskunst de kwestie der zieken
fondsen wederom in behandeling genomen.
Het hoofdbestuur stelde de vergadering voor#
de door de 64e algemeene vergadering te Brc-
dia aangenomen voorstellen uit te voeren met
de volgende beginselen tot leiddraad: 1. dat
zooveel mogelijk algemeene afdeelings-zieken-
fondsen en bijzondere ziekenfondsen worden
opgericht en in stand gehouden, die het eigen
dom zijn van de Ned. Mij. tot bevordering der
geneeskunst; 2. dat den leden dei* Ned. Maat
schappij tot bevordering der geneeskunst ver
gund is, zich individueel slechts aan nieuw
opgerichte of bij een eventueele ziektewet
toegelaten ziekenfondsen te verbinden, welke
voldoen aan de bepalingen van het algemeen
bindend besluit 1912, ter beoordeeling van hel
hoofdbestuur, het bestuur van de centrale or
ganisatie en het centrale comité ter beharti
ging van het ziekenfondswezen gehoord; 3.
dut bij beslaande ziekenfondsen het de voor
keut verdient door onderling overleg de indi-
vidueele verbintenis van geneesheeren te ver
vangen door een overeenkomst met de Ned.
Mij. tot bev. der Geneeskunst; 4. dat bij het
sluiten van collectieve overeenkomsten met
rechtspersoonlijkheid bezittende instellingen,
tea* verzekering van geneeskundige hulp aan
groepen van personen, onverschillig of de in
stelling al of niet zelf een ziekenfonds of een
diaarmee gelijk te stellen afdeeling bezit, ver
tegenwoordiging dor geneesheeren in het be
stuur van dat ziekenfonds niet tot voorwaar
de zal worden gemaakt. 5. dat de overeen
komst, gesloten door de Ned. Mij. lot bev. der
geneeskunst met de sub 4 genoemde rechts
persoonlijkheid bezittende instellingen op
tweeërlei verschillende wijzon kunnen worden
opgemaakt, n.l. als volgt: lo. dat de Ned. Mij.
tot bev. der Geneeskunst zich verbindt voor de
geneeskundige behandeling en daarmede ver
bandhoudende zaken zorg te dragen, door
deze te doen verstrekken, hetzij door een bij
zonder ziekenfonds, dat eigendom der maat
schappij is; 2o. dat dc maatschappij zich ver
bindt alleen voor de behandeling en andere
verrichtingen op geneeskundig terrein door
geneesheeren zorg te dragen, in .welk geval de
overeenkomst onder anderen zal bevatten:
1. de bepalingen, waardoor de vrije artsen
keuze zooveel mogelijk wordt gewaarborgd;
2. de vaststelling van een wel standsgrens on
bepalingen, waardoor de handharing van die
weistandsgrens wordt gewaarborgd; 3. de be
paling, dat de geneesheeren niet gedwongen
worden verklaringen af te geven omtrent ar
beidsongeschiktheid van zickenfondsleden, die
onder hun behandeling zijn of zijn geweest.
4. de wijze van honoreering, benevens vast
stelling van het bedrag van het honorarium
en bepalingen, die de uitkeering daarvan aan
de Ned. Mij. tot bev. der geneeskunst of aan
haar gevolmachtigden waarborgen.
Deze voorstellen zijn met enkele kleine
wijzigingen aangenomen.
Een voorstel van de afdeeling Zwolle om den
Leiddraad, zoo ais hij gewijzigd werd aange
nomen, aan een referendum te onderwerpen,
werd verworpen met 97 tegen 32 stemmen.
In de middagvergadering werd een door
die afdeeling Amsterdam ingediende motie,
om de weistandsgrens hooger dan f 1200 te
bepalen, aan de orde gesteld. De heer Schreve
lichtte deze motie nader toe.
De heer Keesing meende, dat het een fout !s
gewetest van het bindend besluit om een cij
fer te bepalen.
De motie-Amsterdam luidde: Do algemeene
vergadering draagt aan het hoofdbestuur op
een wijziging van het algemeene bindend be
sluit 1912 voor te bereiden in dien zin, dat
aan dit besluit wordt toegevoegd een dis-
ponsatiebepaling, waarbij, op verzoek van
een afdeeling, het hoofdbestuur, géhoord den
betrokken afdeelingsraad, de betrokken verte
genwoordigers in het bestuur der C. O. en
het bestuur der betrokken onderafdeeling, aan
de afdeeling dispensatie kan verleenen van
het in het algemeen bindend besluit genoem
de maximum van de weistandsgrens.
Deze motie werd aangenomen.
- Ned. Maatschappij ter Bevor
dering der Pharmacie. In een der za-
len van „Artis" te Amsterdam is de algemeene
vergadering van deze Maatschappij gehouden.
Dinsdagmorgen werd zij geopend door den
heer J. J. Hofman.
„Wanneer ik, zei spr., het oog vestig op het
afgeloopen jaar, zal het u, evenals mij, niet
ontgaan zijn, dat een zeer vermeerderde be
langstelling is opgewekt voor de gevaren en
nadeelen, die een steeds toenemend verkeer met
vergiften en sterkwerkende stoffen voor de sa
menleving kan veroorzaken en dat niet alleen
in ons land, maar ook daarbuiten dit vraagstuk
thans algemeen.aan de orde schijnt te zijn. Ik
behoef u niet te herinneren aan de talrijke ge
vallen van noodlottige vergiftiging die dit jaar
in ons land zijn voorgevallen, de hoogst tegen
strijdige opvattingen in de rechtspraak bij den
verkoop of de aflevering van vergiften, welke
zelfs geleid hebben tot eene bespreking in de
Tweede Kamer der Staten-Generaal en de daar
op gevolgde toezegging, dat een naar wij ho
pen en mogen vertrouwen betere regeling van
den verkoop dezer stoffen door den minister
zal worden ter hand genomen".
Spr. wees met nadruk op het belang van wet
ten op den vergiftenverkoop. Deze zaak dient
goed geregeld te worden.
Prof. J. P. Remmington, hoogloeraar in de
pharmacie te Philadelphia, werd tot eerelid der
Maatschappij benoemd.
Uit het jaarverslag bleek, dat het aantal leden
der Maatschappij in het verslagjaar wederom
belangrijk is gestegende ledenlijst van 1 Ja
nuari 1914 telt 707 namen, verdeeld in 14 eere-,
2 correspondeerende, 55 algemeene, 608 ge
wone en 28 buitengewone leden. In het jaar
1913 is het ledental derhalve met 61 gestegen.
De departementen mochten zich over het al
gemeen in een opgewekt leven verheugen.
Nadat een rapport was uitgebracht over het
leerlingen- en odsistentenvraagstuk, waarin
wenken worden gegeven voor verbetering van
den tegenwoordigen toestand, werden verschil
lende voorsteilen behandeld.
Aangenomen werden de volgende voorstel
len:
1. Om eene commissie te benoemen, die na
gaat, in hoeverre een Centraal Bureau voor
Geneesmiddelenonderzoek in een bestaande be
hoefte zal voorzien, op welke wijze een dusda
nig bureau door de Nederlandsche Maatschap
pij t. bev. d. Pharmacie zal kunnen worden in
gericht, welke de nauwkeurig omschreven taalt
van het bureau zal zijn en welke de financieels
gevolgen van deze oprichting voor de maat
schappij zullen zijn.
2. Óm voor 1915 een wetenschappelijke phar-
maceuiisd^ conferentie te organiseeren.
3. Den Haag had voorgesteld eene commissie
®p te dragen, een supplement samen te stellen
op de Nederlandsche Pharmacopee. Besloten
werd de besludeering aan eene commissie op to
drogen onder voorzitterschap van een lid van
het hoofdbestuur en de Rotterdamsche supple
mentcommissie, en de commissie voor het on
derzoek van specialités en de formularium-com-
missie uit te noodigen elk 2 harer leden in die
commissie aan te wijzen.
4. Om de drie jaren uit de renten van het
Greshoff-fonds een bedrag van minstens f 225
ter beschikking te stellen van een apotheker of
een student, in de Pharmacie, om een bepaal
den tijd aan een pharmaceutisch laboratorium
of instituut in het buitenland werkzaam te zijn.
5. Om na te gaan of het gewenscht is dat
de Nederlandsche Maatschappij ter bevordering
der Pharmacie bij het Bureau voor den Indus-
trieelen Eigendom een collectief merk depo-
neere voor geneesmiddelen en verbandstoffen,
uitsluitend ten gebruike voor hare leden.
6. Nog kwam in behandeling het voorstel van
het dep. Groningen, luidende als volgt „Het
departement Groningen van de Nederlandsche
Maatschappij ter bevordering der Pharmacie,
overtuigd, dat het ongev.enscht en niet in het
belang der apothekers is, dat één apotheker
meer dan één apotheek exploiteert, verzoekt het
hoofdbestuur deze zaak ernstig te onderzoeken,
en spoedig met voorstellen te willen komen,
welke aan deze ongewensohte wijze van apo
theek-exploitatie een einde kunnen maken, of
die althans uitbreiding er van zullen kunnen
voorkomen."
Het hoofdbestuur, hoewel meegaand met den
gedachtengnng van het departement, is van
meening, dat waar de mogelijkheid bestaat, dat
de wetgever zich spoedig over deze aangelegen
heid zal hebben uit te spreken, er geen aanlei
ding bestond het verlangde onderzoek in te
stellen.
Het departement Amsterdam stelde de vol
gende motie voor
„De alg. vergadering, gehoord de discussies
omtrent het voorstel-Groningen, gaat geheel en
al mede met het praeadvies van het hoofdbe
stuur en gaat over tot de orde van den dag."
Met groote meerderheid werd aangenomen
een toevoeging van Gouda aan de motie .,en
noodigt het hoofdbestuur uit tot overweging van
maatregelen cn practische doorvoering van de
fn het praeadvies uitgesproken wenschelijkheid."
7. Besloten werd verder om aan het hoofd
bestuur op te dragen zich ten aanzien van de
Pharmaceutische wetgeving op het standpunt
te plaatsen, dat dc verkoop aan leckcn van stof
fen en bereidingen, die uitsluitend of bijna uit
sluitend tot geneeskundig doel worden aange
wend, alleen behoort toegelaten te zijn aan apo
thekers en apotheek-houdende geneeskundigen.
De heeren J. A. Koning en H. Boerman te
Winschoten, J. van Dam te Oude-Pekela en
Ed. Fijnvandraat te Veendam, noodigen het
hoofdbestuur uit nog in de 63e alg. verg. eene
commissie in te stellen, welke tot taak zal heb
ben
a. na te gaan welke oorzaken hebben geleid
tot de tegenwoordige malaise van het apothe
kersbedrijf en zooveel mogelijk den invloed te
bepalen, welke deze oorzaken elk voor zich
hebben gehad in de vervorming en achteruit
gang van de nositie der apothekers;
b. middelen te beramen welke verbetering
van den bestaanden toestand kunnen brengen.
De Voorzitter geeft als zijn persoonlijke opi
nie te kennen, dat de maatschappelijke positie
van de apothekers in den laatsten tijd zéér is
vooruitgegaan.
De heer Koning uit Winschoten is het niet
eens met den Voorzitter. De salarissen van de
bedienden en van de provisors vindt Spr. veel
te laag. Ook zijn de werktijden van bedoelde
personen naar verhouding te lang.
Ten slotte wordt het voorstel in stemming
gebracht en verworpen.
De begrooting van ontvangsten en uitgaven
voor 1915 wordt vastgesteld op f 5865.
De contributie bedraagt f 5312.50.
Tot lid van de Comm. voor Wetenschappe
lijke Inlichtingen is gekozen M. L. Q. van Led
den Hulsebosch (Den Haag).
Tot lid van de Comm. voo rhet onderzoek
van specialités N. Keulemans (Amsterdam).
Tot lid van de Commissie voor Maatschappe
lijke Belangen P. M. Schlecht (Wolvega).
Tot leden van de Commissie voor het Onder
steuningsfonds de heeren D. Gerhardt (Rotter
dam) en M. J. Polak (Amsterdam).
Tot leden van de Commissie tot Beheer van
het Reservekapitaal C. van der Horst (Middel
burg), W. C v. G or cum (Rotterdam).
Tot lid van de Commissie voor het Ziekte-
verzekeringswezen V. van Itallie (Amsterdam).
Tot lid van de Commissie belast met het be
heer der Bibliotheek, mej. C. Hugenholtz (Am
sterdam).
Tot bestuurslid van het H. B. dr. H. L. Visser
(Nijmegen).
Tot vertegenwoordiger in het Centraal Comité
van de Federation Intern. Pharmaceutique dr.
H. L. Visser (Nijmegen).
Aan de werf der Koninklijke Maatschap
pij „De Schelde" is de bouw opgedragen van
een nieuwe onderzeeboot type K 1, bestemd
voor het depart emeu t van Koloniën.
Nederlandsche taaL Indien op
een of ander station der Staatsspoor plaatsen
voor een bepaalden trein besproken worden,
werd in de coupé een cartonnen bordje ge
hangen, waarop stond „gereserveerd." Dit
wordt veranderd. Op de cartonnetjes staat
thans „besproken."
(Herplaatsing wegens misspelling).
Adriana J. C. v. d. Brand, N.-H., van Arn
hem naar Aldegondestraat 58.
Gerardus H. Stoekenbrock, geb. 1SS6, R.-C.,
van Zaandijk naar Achter de Arnh. poortwal 22,
fabrieksarbeider.
Bernardus Jacobs, geb. 1838, R.-C., van Grave
naar Leusderweg 78.
Ary G Koppejan, geb. 1885, geen kerkgen.,
van Amsterdam naar Goslaan, Directeur der
Gemeentebedrijven.
Willem F. Hensen, R.-C., van Culemborg
naar Kamp 20, klerk der posterijen.
Theunis van Doorn, geb. 18-11, R.-C., van
Soest naar Soesterweg 280.
Jelle Bruijn v. d. Berg, geb. 1895, N.-H., van
Hoek van Holland naar Westerstraat 3, bank
werker,
Opgaaf van vertrokken personen van 29 Juni
1914 tot en met 4 Juli 1914.
Henricus Ris, geb. 1861, N.-H., van Paulus
Buijslaan 10 naar 's-Gravenhage, gepensioneerd.
Petrus A. Krens, geb. 1889, R.-C., van Appel
markt 12 naar 's-Hertogenbosch, letterzetter.
Aleida Ebling, G.-K., van Soesterweg 11 naar
Rotterdam.
Willem E. van Dam van Isselt, geb. 1870,
van Zuidsingel 43 naar Utrecht, kapitein der
Artillerie. t
Wessei Oosterhof, geb. 1890, N.-H., van
Kamp 39 naar Beilen, bakker.
Alijda A. Blom, G.K., van Beekensteinsche-
laan 52 naar Ermelo, verpleegster.
Gerard de Vries, geb. 1889, geen kerkgen.,
van Bergstraat 37 naar Oldehroek, Rijksveearts.
Gerhard Janssen, geb. 1858, N.-H., van Kreu-
pelstraat 11 naar Arnhem, sergeant-kok.
Hendrik Spijker, geb. 1S87, N.-H., van We
verssingel 23 naar Duitschland, schilder.
Sipke de Jong, geb. 18S7, GJC, van Nicasius-
dwarsstraat 25 naar Utrecht, schoenmaker.
Gerritje Regtel, N.-H., v. Groote Spui 21 naar
Wijk aan Zee.
Gerardus W. Scheffers, geb. 1869, R.-C., van
Westsingel 8 naar Nijmegen, handelsreiziger.
Jacoba M. J. Coenen, R.-C., van Langestraat
57 naar Epe, buffetjuffrouw.
Opgaaf van personen, die van woning zijn
veranderd van 27 Juni tot en met 4 Juli 1914.
Jan J- Buning, N.-H., kantoorbediende, van
Zuidsingel 9 naar Beekensteinschelaan 9.
Jan de Goede, Ev.-L., koopman, van Leusder
weg 124 naar Flierbeekstraat 19.
Jan van Harpen, geen kerkgen., aannemer,
van Utrechtscheweg 97 naar Steven v. d. Ha-
genlaan, ongen.
Adrianus P. C. Holster, N.-H., agent van poli
tie, van Soesterweg 61 naar Zwanenhalssteeg 1.
Sijman Houtman, Ev.-L., teekenaar bij het ka
daster, van Zuidsingel 9 naar Beekensteinsche
laan 9.
Lamhertus van Kouwenhoven, R.-C., schoen
maker, van Koestraat 25 naar Wolkersteeg 35.
Hendrik J. J. Radstake, Geref-, bouwk. op
zichter, van Puntenburgerlaan 4 naar Soester
weg 21.
Julie F. Rijn van Alkemade, Remonstr„ van
Paulus Buijslaan 10 naar Vlasakkerweg 36.
Geertruida H. L. Schwemmer, H.-L„ van
Utrecntschestraat 24 naar Soesterweg 16.
Cornelis Schothorst, R.-C., kaashandelaar,
van Stationsstraat 35 naar Zuidsingel 72.
Wed. Spijker, N.-H., van Weverssingel 23 naar
Leenaert Nicasiusstraat 9.
Hendrikus van Valkenhoef, R.-C., winkelier,
van Kamp 79 naar Kamp 37.
Wed. G. Voorburg, R.-C., van Schelvisch-
steegje (Rozemarijnsteeg) 28 naar Teut 48.
Albert v. d. Weide, N.-H., scheepsgezagvoer-
der, van Soesterweg 26 naar J. v. Oldenbarne-
veltlaan, ongen.
Hermanns L. Wiertz, N.-H., bakkersknecht,
van Utrechtschestraat 23 naar Bisschopsweg 46.
Willem Willemsen, N.-H., arbeider, van Arn-
hemscheweg 129 naar Monnfkenpad 57.
Actie HaagscE tramperso
neel, De directie der Haagsche Tramlijn-
Maatschappij heeft'besloten geen verdere con
cessies aan het personeel te doen.
In verband met liet drefigend conflict zal
de Haagsche politie versterkt worden met
200 marechaussees en veldwachters uit do
omliggende gemeenten.
GEMEENTE AMERSFOORT.
Opgaaf van gevestigde personen van 29 Juni
tot en met 4 Juli 1914.
Alberta Heining, N.-H., van Ede naar Helle
straat 88.
Mevrouw M. A. Teune en kinderen, vr. N.-H.,
van Zwolle naar Paulus Buijslaan 8.
Adriana J. Lammerts van Bueren, N.-H., van
Haarlem naar Langestraat 108, leerling-ver
pleegster.
Van den Hak op den Tak.
(Weekpraatje).
Een niet alledaagsch cadeau werd dezer
dagen een onderwijzer geschonken, n.l. een
r o e i b o o t. En zeer bijzonder was zeker ook,
dat hem dit geschenk, volgens een bericht aan
het „N. v. d. Dag", werd overhandigd. Dat
bericht luidt n.l.
Heuglijk feest. Te Vlaardingen heeft
de heer W F. Hakbijl, onderwijzer aan school B,
onder vele bewijzen van belangstelling mogen
herdenken, dat hij vóór 50 jaar bij het onder
wijs in dienst trad. De heer Van der Laan, ar-
rondissements-schoolopziener, sprak hem har
telijk toe, de burgemeester overhandigde hem
een geschenk onder couvert, de heer E. J. Vis
ser, hoofd der school, namens leerlingen en oud
leerlingen, een prachtige lamp, 6 stoelen en
een vulkachel en de collega's en oud-collega's
een nieuwe roeiboot.
Wel een handvol'
Een hijzonder geschenk Is ook een legaat,
door Herr Seifert, burgemeester van het Duit-
sche stadje Weida, aan zijn woonplaats ver
maakt, bijzonder, door de daaraan verbonden
voorwaarde.
Men spreekt er veel over; toch is het bedrag
der erfenis niet hooger dan een bescheiden 200
mark.
Herr Seifert heeft echter eene bepaling toe
gevoegd aan zijn testamentaire gift Hij be
paalde, dat de stad het bedrag niet mocht ont
vangen, en dat het ook de renten van het kapi
taaltje onaangeroerd moest laten. Eerst den
25en Juni van het toekomstige jaar 2254 zal de
gemeente Weida gebruik mogen maken van
de erfenis.
Het bedrag zal dan, berekend tegen rente op
lente, een kapitaal vertegenwoordigen van
eenige tientallen miDioenen.
Het duurt dus nog drie honderd veertig
jaar
Waarom leefde Herr Seifert niet drie honderd
veertig jaar geleden; waarom kwam geen tier
burgers van Weida of van welke andere
plaats in het Germaanschc rijk, of daarbuiten
in bet jaar 1574 op dit denkbeeld?
's Mans nagedachtenis zal dus wel lang in
eere blijven.
In eervolle nagedachtenis blijft zeker hij ons
allen de held van Albaniëkolonel Thomson.
De doodsmare heeft ieder getroffen. Ook
Speenhof heeft zijn lier getokkeldavond op
avond heeft hij reeds met veel bijval in den
Tivoli-schouwburg te Rotterdam een lied op
hem gezongen, dat de lezers van dit blad reeds
kennen.
Wij vonden in het blad, waaraan Speenhof
deze dichtregelen zond, de „N. Gr. Ct", nog
andere ontboezemingen in dichtvorm. Zij geven
uiting aan de blijdschap en aan de droefheid
der velen, die van de onderwijzers-examens in
deze dagen pis geslaagden of als gezakten te-
rugkeeren. We hopen, dat de droefheid der
laatsten niet zoo droef moge zijn als ze ons
wordt voorgesteld en het leed althans -Vg
moge geleden rijn.
Geslaagd.
„Ik heb 'm, ik heb 'm,
„Ik ben er, hoera'"
En luid klinkt het lachen
De vreugdekreet na.
De oogen vol schitter.
Een vroolijk gelaat
De jubel klinkt luide
Nog buiten op straat.
Door vrienden en vreemden.
De handen gedrukt
„Gefeliciteerd hoor
Dat 't heusch is gelukt.
In looppas naar vader,
Dol, moeder gekust,
Maar eindlijk, doodmoede,
7'och even gerust.
Dan alles vertellen.
Hoe 't wel is gegaan
't Geheele examen.
Wordt nog eens gedaan.
Op d'avond visite.
Om tafel 'n kring,
Ter eer van de „akte",
Dat „heerlijke ding".
En 't hoofd vol illusie.
Den mond nog in lach,
Gaat wonderzoet slapen,
De held(in) van den dag.
Gezakt.
Een schrik door de leden.
Een pijnlijke steek.
De oogen vol tranen.
En wangen zoo bleek.
Vol hoop was 't beginneft.
Neen, dat niet gedacht;
Nu "t ook nog vertellen.
Aan kennis, die wacht.
En 't zenuwen-lachje.
Plooit zich om den mond.
Alsof er de droeve
't Zoo erg nog niet vond.
Vol weemoed naar huis toe,
Daar, 't snikkend gezegd
Familie-gespreide en
„Was 't eerlijk en recht?"
De toekomst leek heerlijk,
't Was alles al klaar,
En nu, weer als vroeger.
Tot Tt volgende jaar
De buren ook komen;
Veel meelij-gepraat,
't Is Jammer en droefheid
Tot s avonds nog laat.
Met huilende oogen,
Nu niemand het ziet
Gaat slapen de droeve.
Vol naam'loos verdriet.
Examen doen blijft altijd een kwelling, maar
niet het minst in het warme jaargetij, als men
„suf" is van de hitte. Moet men met de
warme dagen een hoog boord dragen of niet?
is een kwestie, die wel waard is onder de oogen
gezien te worden. In Frankrijk wil men de hooge
stijve boorden kwijt Of dit echter goed gezien
is, valt te betwijfelen. In het „Hbld." toch vin
den we goede eigenschappen van zoon boord
opgesomd.
„Mits zij niet te hoog zijn, mits zij bij de
keel open zijn omgeslagen punten is het
't gemakkelijkste, koelste en zindelijkste boord
dat er is. Volkomen vrijheid van beweging,
haast nergens wordt de nek geraakt, en waar
er aanraking is. raakt het met een gladde aan
gename oppervlakteoveral lucht tusschen nek
en boord, geen broeierigheid, geen hinderlijke
wrijving, zooals met die z.g. gemakkelijke zachte
sportboorden, die als een miniatuur-bouffante
om den nek getroffen worden.
Ik heb wel eens, om net te doen als andere
menschen, juist als ik vacantie had, eti het
warm weer was, zulk een omslaglap om mijn
nek gewrongen'
Ode ellende en misèreen de vreugde
als ik weer een frisschen luchtigen gesteven
boord om had, die de warme dassen en jaskra
gen op een behoorlijken afstand van mijn nek
hield en de frissche lucht langs mijn hals liet
stroomen.
Voor één ding is een slappe nekbouHante
beterom er in te slapen en het hoofd in den
trein te laten hangen en bengelen. Maar wie
zich gemakkelijk bewegen willeve het ge
steven hooge boord'"
Hopen we nu maar, dat er eens flink warme
dagen komen, dan kan ieder van de hooge
boorden profiteered of althans de proef op dc
som nemen.
Dat was een klein stukje Hygiëne, gezond
heidsleer. We willen met nog een brokje be
sluiten. In een Londensch blad houdt zich één
Engelsche arts reeds met een vraag bezig, tóf
welke hoogte ook het menschelijk karakter den
invloed kan ondergaan van de wijze van vöeV
ding. De werking van de omgeving op wéfcéri
en ontwikkeling is zonneklaar bewezen en zog
duidelijk ons dat thans voorkomt, zal het wel-
licht in de toekomst ook voorkomen, den
menhnng tusschen diëet en karakter ie erkery?
nen en te benutten. Reeds thans is het eeh a<
gemeen bekend feit dat de gewoonte, btdtengp-j
woon vele en zware gerechten te eten, Op dq
geestelijke werkzaamheid niet zonder Jhvloed
is. Sterke lichamelijke Inspanning kan <üq
ldng weer opheffen, maar evengoed als m£h dö
ongunstige uitwerking van den honger Ql
schrale voeding op het gemoedsleven TtéKf,
evenzoo weet men, dat weelderige en onmatig#
levenswijze steeds gevolgd wordt door VBrtrd^
dering van werkzaamheid van den geesh t)e
menschelijke vermogens zijn begrensd i
mensch kan niet tegelijk bovenmatigen
arbeid en krachtigen hersenarbeid leveren,
wijsgeer, die zich laat verleiden door
tafelgenot, gaat het evenals het f
In Capua ging.
Het karakter van den mensch ia niet OÖe&i
hankelijk van zijn gezondheidstoestand. WIJ
hangen allen van onze lever af en es\ te groote
inspanning van dat orgaan moet betaald wori4
den. En de artsen weten, in welk een groote
mate de melancholie met de leverwerkzaamheid
samenhangt. KEUVELAAP