V *eig was, maatregelen genomen om daarin zoo spoedig mogelijk te voorzien. In den loop van dit jaar waren te Luik voor Nederland aangesteld een consul en een vice- consul, (beiden Belgische onderdanen, die bij iihet uitbreken van den oorlog Luik vermoede lijk hebben verlaten om hun militairen dienst plicht te vervullen. Cinematografische opnamen. Door den generaal-opperbevelhebber van land- en zeemacht is aan den heer G. Pelster, Ud der directie van het Bureau voor Cinema tographic „Filma" te Amsterdam, vergun ning verleend opnamen te maken van de mi litaire verrichtingen hier te lande. Medegebruik van soldaten- ménages. Bij Kon. besluit is bepaald dat gedurende fret tijdvak, waarop de landmacht op voet van oorlog is gebracht, naar regelen door <ien .minister van Oorlog vast te stellen, voor Rijks rekening aan de soldaten-ménage ter plaatse ■kunnen deelnemen alle n i e t-militairen die diensten verrichten bij de landmacht, t Tevons is bepaald dal voor Rijksrekening aan de soldaten-ménages kunnen dieelnemen leden van vrijwillige militaire korpsen, be dienden-bestuurders, chauffeurs en aaidere burgerpersonen, voor zoover zulks, naar het oordeel der betrokken militaire autoriteiten noodzakelijk en in het belang van den dienst wordt geacht. De verplegingsdienst in Zeeland. Door 'den territorialen bevelhebber in Zee land is in overleg met den commissaris der Koningin op grond van art. 11 der Wet van 23 Mei 1899 de provincie Zeeland verdeeld fei zes „verplegings-districten", te weten: Walcheren, Noord- en Zuid-Beveland, Tho- 'len en St. Phillipsland, Schouwen en Duive- land, Zeeuwsch-Vlaanderen westelijk deel en Zeeuwsch-VIaanderen oostelijk deel. Ingesteld is een algemeene verplegingscommissie voor <Ie geheele provincie, waarvan de waarne mende burgemeester van Middelburg voor- eiïtter is en o. a. lid de adjudant van den territorialen bevelhebber. Verder zal voor ieder district een commissie worden samen gesteld uit de burgemeesters van de betrok ken gemeenten en enkele deskundigen; voor zitters dezer commissies zijn respectievelijk de burgemeesters van Missingen, Goes, Tho- ieu. 'Sterikzee, Breskens en Temeuzen. Het werk der commissies zal zijn zooveel mogeiijk de geregelde voorziening in de behoeften van leger en bevolking te bevorderen, in de eerste plaats door te zorgen, dat de aanwezige voor traden, waar van eenig artikel te veel is, ten goede komt aan andere, waarin b-Locftc is, een en amder met toepassing van de nieuwe onteigenings-bepaliingen. In de Düsseldorfer General-Anzelger wordt dank gebracht aan de bewoners van Venlo voor hetgeen zij gedaan (hebben tot leniging van den nood van Duilsche vluchtelingen, die den 14en met een trein uit België kwamen. (De berichtgever verklaart, dat de Duitschers den heiligen plicht hebben, deze liefdediensten van de Hollanders niet te vergeten en, als de gelegenheid zich voordoet, te vergelden. Hulpmun t Naar het Hbld. verneemt, heeft de Regee ring maatregelen genomen, opdat in de ge meenten, waar een plaatselijke hulpmunt, in den vorm van bons op de gemeentekas of op een kassier, is uitgegeven, deze gemeentelijke bons zoo spoedig mogelijk weder worden onthrokken aan de circulatie. De bedoelde bons zullen worden vervan gen door zilverbons, welke de rijksontvan gers zullen moeten aanvragen bij de betaal- meesters. Een en ander in overleg met de Burgemeesters, die opgaaf moeten doen van het in omloop gebrachte bedrag aan gemeen te-bons. De N. V. B. en het le ger» De commissie voor militair voetbal van den N. V. B., daartoe door het bestuur gemach tigd, brengt ter kennis dat het, gezien de animo tot het beoefenen van het voetbalspel ook tijdens de huidige mobilisatie, besloten beeft op schriftelijke aanvrage van den com- pagniescommandant gratis per compagnie een voetbal ten gebruike aan te bieden, terwijl tevens verschillende propagandageschriften als spelregels enz. gratis op aanvrage zullen worden verstrekt. De commissie zal dé aanvragen na volgorde van Inkomst doen uitvoeren, terwijl getracht zal worden het materieel omgaande toe te zenden. Aanvragen daartoe worden Ingewacht bij het secretariaat van den N. V. B., van Boetze- laerlaan 29, 's Gravenhage. Ned. Gymn. Verbond en de oorlog. De minister van birunenl. zaken heeft het Rijkssubsidie van f 5000 over 1914 aan het Nederl. Gymnastiek Verbond toegekend, in getrokken in verband met den huldigen toe stand. verschillende rijkssubsidies aan diver se organisaties worden niet uitbetaald. Naar aanleiding hiervan heeft het Nederl. Gymnatiek Verbond alle voortoirners (sters) lessen, leiders cursussen enz. stopgezet. De Rijnvaart. Een buitengewone Ned. Staalsct., gisteren avond versahenen, bevat de volgende ken nisgeving. De ministers van Buitenlandsche Zaken, van Financiën, van Oorlog en an Landbouw, Nijverheid en Handel brengen ter algemeene kennis, dat in verband met de Rijnvaartakte, welke in artikel 7 de vrijheid van den door voer op den Rijn waarborgt, de vraag wat 'als doorvoer en wat als invoer in, en uitvoer uit, het vrije verkeer is te beschouwen ook in het vervolg zal worden beantwoord met inachtneming van de op dit stuk beslaande handelsuaantiën. Volgens deze usantiën wordt Iels doorvoer beschouwd: - a. goederen verzonden met door-cognosse ment naar hooger aan den Rijn "elegen lan- Vten; b. goederen ten doorvoer naar die landen aangegeven op het oogenblik, dat het schip ?waarin rij geladen zijn, een Nederlamlsche 'boven, waar rij op lichters voor den Rijn kunnen worden overgeladen of in entrepot kunnen worden opgeslagen, is binnengeloopen; c. goederen waarvan de bestemming naar een dier landen bij aankomst in de liaven uit bescheiden blijkt. De papieren aan boord der zeeschepen, die voor zulk een Nederlandsdhe haven be stemd zijin, zijn dus voor die beoordeeling of de lading bestemd is voor invoer in Neder land o4 voor doorvoer naar een ander land in het algemeen niet beslissend. Uitzondering hierop is er intusschen in die gevallen waarin die papieren een waarborg bevatten, dal het goed uitsluitend voor Ne- dterüatnid bestemd is en niet naar een ander land zal worden doorgevoerd of uitgevoerd, zooal5 bijvoorbeeld thans met uit Engeland ingevoerd worden steenkolen het geval kab zijn. Voorts zij er uitdrukkelijk op gewezen dat de Regeering zoo dikwijls zij dat in 's lands belang noodig oordeelt, levensmiddelen, oor- logsbenoodjgdheden, grondstoffen voor een en ander en al hetgeen middellijk voor de verdediging des lands noodig zijn kab, tegen schadevergoeding in bezit kan nemen en dat zij van deze bevoegdheid gebruik zal maken, onverschillig voor wien of wie de goederen bestemd zijn en aan wien of wie zij toebe- hoorem Vrijwilligers. Tot hen die gedurende de mobilisatie als vrijwilliger bij het leger dienst hebben geno men. behoort ook de heer D. C. van Duys- bergh, te 's Gravenhage, laatstelijk tolk voor Chineesche zaken, die destijds wegens zijn flink gedrag tijdens den boksersopstand werd beloond met de Militaire Willemsorde, en la ter begiftigd met het ridderkruis der Oran je Nassauorde. De heer Van Duysbergh is ingedeeld bd] de grenadiers. Nederlanders aangebracht. Door het s.s. Nicolaas werden uit Edinburg te IJmuiden overgebracht 37 Nederlanders, welke behoorden tot de bemanning van 6 Duitsclic haringlotggers, welke door Engels che oorlogsschepen in den grond waren geboord, nadat de bemanning van boord was gehaald. De Duitsche bemanning werd door de Engel- sohen gevangen gehouden. Steeds meer Amerikanen! Men meldt ons uit Amsterdam: Hedenochtend was het tegen 10 uur aange komen getal „gestrande" Amerikanen bijzon der groot. Ook werd or ditmaal op de aan- gekomenen een extra-politieoontrólc uitge oefend in de wachtzaal 2e klasse. De passen werden ingezien door een inspecteur van poli tie, vóórdat de reizigers en reizigsters tot de hotelomnibussen werden toegelaten. Door de groote hoeveelheid handbagage, het opvaliend aantal hote 1 vervoermiddelen en het eigenaar dig gedoe der menschen uit het land van stree- pen en sterren, had zich een groote meuigU nieuwsgierigen op het stationspleintje verza meld. Men moge nog zooveel klachten verne men over de slechte tijden, maar door zulk een toevloed van Amerikanen varen de hotels er toch goed bijl Zij komen niet alleen uit Zwitserland, doch uit alle oorden en van alle zeeën van Europa naar en door het veilige Nederland en zon der onderscheid zijn zij allen verheugd hier zoo goed behandeld te worden. En in zulke omstandigheden ziet een Amerikaan niet op een paar dollars meer. Vreera d e 11 n gen t o e v 1 oe d naar Scheveningen. De voortdurende toevloed van vreemdelin gen van allerlei nationaliteit te Scheveningen heeft ten gevolge gehad, dat het Palace-hotel vol is en hot Grand Hotel is moeten worden heropend Tomaten. Tn het Westland schat men den oogst van tomaten, buiten Loosduinen, op één mllMoen pond per week, waarvan 700,000 pond op de veilingen wordt aangevoerd. In de laatste twee weken hebben de kweekers in de streek een schade van minstens 5 ets. per pond be- loopen. wat een nadeel beteekent van f 100.000 in 14 dagen. De prijs is thans f 1.20 f 2 per 100 pond De diamantnijverheid. Over de gevolgen van de tegenwoordige omstandigheden voor de diamantnijverheid schrijft het weekblad van den A. N. D. B. o.a. het volgende: Zooals voorzien was, is het inderdaad ge gaan. Nu het onderhanden zijnde werk afge maakt is, heeft nagenoeg alle arbeidi in onze nijverheid een einde genomen. Een enkele fabriek is nog geopend om aan een enkeling, die nog iets te doen heeft, gelegenheid tot wer ken te geven, doch overigens is alles stop ge zet. Wanneer zullen de fabrieken weer ge opend worden, onder welke omstandigheden en met welke vooruitzichten? Allerlei specu latieve beschouwingen worden op dit stuk in de kringen van fabrikanten, kooplieden, com missionairs en werklieden gehouden. De tijd is daar echter nog niet voor gekomen. Nie mand kan ook maar bij benadering voorzien, welken loop de gebeurtenissen zullen nemen, zoodat het beste is voorloopig maar zijn mond te houden en het oogenblik af te wachten, waarop de toestand kan worden overzien en verwachtingen kunnen worden geopperd. Hoe slecht het ons gaat in België gaat het natuurlijk onnoemelijk slechter daar woedt de oorlog in al zijn afschuwelijke he* vigheid en is de ellende nog erger dan hier. Bovendien zijn tal van juweliers te Antwer pen Duitschers cn (hoofdzakelijk) oOstenrij- kers, die het land op stel en sprong moeten verlaten, zoo'dat ook de toekomst uiterst be denkelijk lijkt. De A. D. B. zag zich derhalve genoodzaakt zijn werking te schorsen. In de laatste gehouden vergadering van zijn bondsraad werd besloten, dat geenerlei uit- keeringen meer zouden plaats hebben; dat de tien nog aanwezige kantoorbedienden (vier waren bij het leger, waarvan een reeds ver moedelijk tot de bij Luik gesneuvelden be hoort) gedurende vier weken de loopende aangelegenheden zullen afdoen en gedurende dien tijd half salaris zullen ontvangen en dat de bestuurders 4 weken lang hunner bezol diging zullen genieten. Daarna zal men ver der zien. Uit Frankrijk en Duitschlaud hebben wij geen berichten. De invloed van den oorlog op den toestand van Rotterdam. De burgemeester van Rotterdam heeft de zitting van den gemeenteraad, Donderdag ge houden, geopend met een rede waarin hij eenige mededeelingen deed omtrent den in vloed van den oorlog op den gemeentedienst en op den toestand in de stad- Wel is bil ver schillende diensten overcompleet van werk krachten, doch, slechts in het uiterste geval tot ontslag wenschende overgaan, hebben B. en W. door eenige overplaatsingen, verminde ring werktijd en uitbreiding werken in eigen beheer getracht, voor wie in de gemeente dienst rijn normale loonen te handhaven om hun niet te doen deelen in het lot van duizen den in particuliere diensten, die thans werk loos zijn. Met dankbaaheid getuigde spreker van den steun van zoo velen om in den nood te voorzien. Maar waar deze steun, hoe belang rijk ook, toch ook zijn grenzen heeft, drong hij er met ernst op aan, dat zij die maar eenigs/ins buitc i dezen steun kunnen er ook geen gebruik van zullen maken. Het gemeen tebestuur zal al het mogelijke doen om den nood te voorkomen of helpen verschuiven cn verschillende stappen zijn daartoe reeds ge daan. Met genoegen constateerde spreker dat aan den Hoek van Holland de toestand vrij gunstig blijft en werkloosheid op groote schaal daar niet voorkomt. De -scholen zullen op gewonen tljdi alle her opend worden. Wel staan 130 onderwijzers onder de wapenen, doch voor een geregeldon gang zijn zoo veel mogelijk maatregelen geno men. De algemeene toestand in de stad is rus tig, helaas te rustig. Terwijl in 1913 van 10 tot 18 Augustus aan zeehavengeld f58.000 werd ontvangen, was dit thans slechts f8000. Wel kon spreker op eenige verbetering wijzen als gedeeltelijk herstel van de vaart op Enge land, maar toch zal veel overleg, beperking en aller samenwerking noodig zijn om het hoofd te bieden aan de moeielijkheden die men nog tegemoet gaat. Spr., die eindigde met de hoop uit te spreken dat uit de uitge broken wereldoorlog tot ons mochten weder- kceren die deugden van eendracht en kloek heid van eenvoud en zelfontzegging, welke eer in beproeving en in de nijping van den nood groeien dan in de vette dagen der weelde. koninklijk voorbeeld. Een leverancier van de Koningin-Moeder ontving, naar het Vad. meldt, namens H. M. een schrijven, waarin hem, met het oog op de treurige tijdsomstandigheden, waardoor vele firma's dringende behoefte hebben aan contanten, verzocht werd, zijn jaarrekening, die anders na het einde van het jaar aan H. M. wordt ingezonden, reeds nu in te zenden, wanneer hem dil gemakkelijk kon zijn. „Ik betaal m'n huur n i et'\ Onder dit opschrift schrijft het (soc.-dcm.) Rottcrdamsch „Volksweekblad' „Dagelijks hoort men rondom zich zeggen door de arbeiders: ,,Ik betaal m'n huur niet. De huisbaas moet maar wachten". Nu dat tallooze gezinnen, wier kostwinner werkloos is, en waar derhalve reeds van de vorige week af geen loon binnenkomt, on mogelijk de huur kunnen betalen, spreekt vanzelf. En dat men, wanneer er al eene enkele guldens verdiend worden, of men van het algemeen comité hoogstens enkele guldens krijgen, deze besteedt voor voeding het eerst- noodige in het gezin, ligt ook voor de hand. Maar toen zich dezer dagen iemand, die tot op dat oogenblik ten volle gewerkt en zijn normale loon ontvangen had, zich bij ons vervoegde met de vraag: „Ik heb m'n huur maar niet betaald; ik weet niet of ik werk loos word, m ar huur betaal ik niet meer; heb ik geen gelijk?" Toen hebben wij gezegd: „Neen, dat is niet goed, zoolang ge uw loon verdient moet ge uw huur betalen; wat ge doet is een slechte daad, want. ge bederft het daardoor voor anderen, die het onmogelijk kunnen, en ge onthoudt den huisbaas datge ne waarop hij recht heeftl En we herhalen hier de aanmaning: nie mand, die normale inkomsten heeft, mag trachten van de algemeene consternatie ge bruik te maken, om aan zijne normale ver plichtingen te ontkomen. Wanneer zij, die het toch prob'eeren, den kende: ze pakken mij toch niet aan, de gevol gen er van ondervinden, op straat komen, of hun inboedel zien verkocht, dan hebben ze het zich zelf te wijten, en op hun hulp geen recht. Het huisbazen gilde is niet beter en niet slechter dan het winkeliers gild dan allen die van hun zaken leven, en zoo goéd als men z'n winkelwaren betaalf, zoo goed dient men, on tier de huidige maatschappelijke omstan digheden, -ook den huisbaas te betalen. Daartegenover staat en daarover is ook reeds een circulaire aan de huiseigenaren verzonden, die wie onmachtig blijkt, in deze dagen ook niet met vervolgingen en uit zetting bedreigd mag worden. D:.t zou even misdadig zijn en daartegen zal d" arbeidersbeweging niet aarzelen, met alle kracht in te gaan'\ Billijke maatregel. B. en W. van Leiden hebben bepaald, dat de geldelijke vergoeding voor militie en land weer niet zal worden gedaan aan hen die in gebreke blijven de huishuur of andere schulden te voldoen. Eenzelfde maatregel is ook al in enkele an dere gemeenten genomen. Schoot- en Kerknieuws. s-G ravenhage, 20 Augustus. Voormiddag-examens L. O. Fransch. Geslaagd de heeren F. H. Door- schodt, Den HaagJ. Fortuin, RotterdamJ. J. Kloppert, RotterdamH. van Denderen, Hooge- zand, en de damesL. M. E. Stultiens, Eindho ven A. Struyk, DelftM. E. Loman, Kampen M .M. P. Langendam, Helder. Hoogduitsch. Toegelaten de dames: A. Quademechels, MaastrichtH. A. de Jong, 's-GravenhageC. M. Rivière, Middelburg A. M. C. Schellekens, GulpenC. Vermeer, Brum- men, en de heerenN. W. de Vin, J. H. Ansems, Rotterdam H. van de Elskamp, Zeist. Afgewe zen 3 mann. cand. Hoogduitsch, M. O. GeslaagdE. de Raaf, AmsterdamJ. A. Hooft, Zwolle. Afgewezen 1 mann. cand. 's-Gravenhage, 20 Augustus. Namiddag-examens. Hoogduitsch, M. O. Geslaagd de heeren J. M. Greep, te Goes, en C. J. Erkelens, te 's-Gravenhage. Afgewezen een mann. cand. Hoogduitsch, L. O. Geslaagd de dames t E. F. van Dorp, te Boarn C. N. H. de Jong, te UtrechtL. B. J. Haas, te Nijmegen j A. Berg, te Sappemeer. Geslaacrd de heeren P. Koop man, te Nijmegen; A. P. Calliber, te Amster dam E. J. Boltjes, te WildervankG. C. Tiec- ken. te Hengelo (O.) en A. Zaal, le Sexbierum. Afgewezen 1 vrouw, en 1 mann. candidaat. Niet opgekomen 1 mann. candidaat Ftansch, M. O., akte A. Geslaagd geen. Engelsch, M. O., akte A. Geëx. 9 cand. niet opgekomen 2. Geslaagd de dames H. M. Rijkholt, Groningen, en H. van Slooten, Har- lingen, en de heeren J. Reuvers, Watergraafs meer, en L. E. de Vries, Heerenveen. Engelsch, L. O. Geëx. 35 card. Geslaagd de damesE. A. Hofstede, TilburgJ. E. Steensma, TilburgM. Stegenga, ZettenE. R. Stevens, AmsterdamE. Th. Struijk, Nijmegen E. Tichelman, VlissingenJ. M. F. Timmer- hans, SchiedamV. Tjoelker, ZaandamJ. G van Tol, Den HaagG M. Nieuwensteed, Hil versum J. T. Spernnav, Amsterdam, en de hee ren E. N. van Dijk, 's-HertogcnhoschH. J. Klunder, GroningenA. Koning, SchagenJ. ScKreuder en G. Smits. RotterdamH. Hee- boom, Den HaagJ. H. Spoekel, TilburgG M. Strik, Nijmegen G. Strijaards, Amsterdam B. Sijtstra. Koog a/d. Zaan B. Termaat, Rijs wijk B .P. H. van der Velde, Den HaagJ. F. Venema, Oude-PekelaD. Verstraate, Rotter dam P. Bakker. Amsterdam. Fransch, L. O. Geëx 14 cand. Geslaagd de heerenC. Koster, Berkel en RodenrijsJ. P. Moet, ArnhemG. L. van Rijn, Apeldoorn H. J. Veldhuis, Tilburg; e nde dames: A. H. G. Gabry, Laren J. H. A. van der Heijden, Utrecht en H. J. Hev, Gouda. Bij resolutie van den Minister van Koloniën, van 17 Aug. 1914, is H. J. E. Moll, te 's-Graven hage, ter beschikking gesteld van den Gouver neur-Generaal van Ned.-Indié, ten einde te wor den aangesteld tot administratief ambtenaar voor de Buitenbezittingen. Bij resolutie van den Minister van Koloniën, van 18 Aug. 1914. is A. de Waart, arts, te 's-Gra- venhage, ter beschikking gesteld van den Gou verneur-Generaal van Ned -Indië, ten einde daar te lande tijdelijk te worden benoemd tot leeraar in de physiologie aan de School ter opleiding van Indische artsen te Weltevreden. Van den Hak op den Tak. (Weekpraatje). Het onderwerp van de gesprekken blijft natuurlijk de Oorlog. Gelukkig verschijnsel men voelt zoo diep mee, de ontzettende ellende die dit monster, waar het komt, te weeg brengt. Hoe feller de smart, hoe grooter het meedoo- gen. De harten worden warm en de beurzen worden geopend. Waar noodig is wordt werk kracht verleend. „Geeft wat veel gij rijken I De armen geven ook wel wat. Dit zal U duidelijk blijken." Deze aansporing achten wij nu vrijwel over bodig ieder is bewogen, diep ontroerd door het nameloos wee, dat over een groot deel der wereld is gekomen en meer dan ooit is het menschenhart geneigd den armen, noodlijdenden broeder en zuster te helpen. Maar niet ieder kón, al is de wil nog zoo goed. 't Is, zooals een oud-burgemCester in het „Vad." schrijft „Door het inhouden der deposito's bij de ban kiers heeft niemand meer geld in kas (enkele zéér rijken uitgezonderd) dan hij strikt noodig heeft om eigen onderhoud te betalen. Thans worden allen opgeroepen om milde bijdragen te geven voor minder bedeelden cn vragen winkeliers betaling hunner rekeningen om weder hun personeel te kunnen aanhouden. Wie het hart op de rechte plaats heeft, zou niets liever doen dan aan beider verzoeken zoo mild mogelijk te voldoen, maar wie kan dat, als hij zelf niet meer ontvangt dan het strikt noodige om van te leven P" Herlijk werk verricht, te midden van de gru welen van den barbaarschen oorlog, het Roode Kruis, dat ons in dezen droeven tijd een lieflijke openbaring is, dat nog niet alle menschelijkheid is geweken. Wij, Nederlan ders, mogen er trotsch op zijn, dat hier te lande, waar men wellicht achterstaat bij het buiten land wat kanonnen en paarden betreft, de zorg voor den gewonden soldaat het best is. Van medische zijde schrijft men aan de „E. G" on der meer Wij hebben een half etmaal op het slagveld vertoefd. En wij hebben ons bedroefd om de weinige zorg die Duitschland zich voor zijn gewonden geeft. In België is het nog iets. Maar de Duitsche aanvoerders hebben slechts één ideaalte over winnen 't kost wat 't kost. Kan men de over winning behalen ten koste van duizenden ge wonden, die kermen en kreunen, welaan, men laat die gewonden links liggen, men trapt ze neer als het moet, als de stelling maar wordt veroverd. En die arme jongens liggen daar te midden van hun ellende. De zon brandt en broeit en blekert ze, him lippen zijn uitgedroogd, het bonst in hun hoofd, zij krijgen wondkoorts, zij spreken wartaal, eindelijk krijgen zij nog een paardentrap, en na een lijden van anderhalf etmaal ontfermt de dood zich over hen. „De verschrikkingen van het slagveld zouden héél wat minder worden, wanneer alle gewon den direct opgenomen werden. Van de duizend gewonden komen er waar schijnlijk 900 om. Bij een goed georganiseerden voldoenden Roode-Kruisdienst zouden van de 1000 slechts 100 sterven. De verantwoording, die de Duitsche leger- autoriteiten, die verzuimden, aan den gewonde te denken, op zich laden, is groot. Maar wel licht worden zij er voor gestraft, door zelf ge schoten te worden, en uren op het slagveld te lijden. Wanneer zij dan nog opgenomen wor den, en herstellen, zullen zij later nog op het standpunt van wijlen Dr. Blooker staan en hem toegevende gewonde soldaat gaat voor. Eerst het Roode Kruis, dan het snel vuurkanon." Zoo zij het I Want de medelijdende liefde Is een zegen voor de menschheid. Van medelij dende liefde gaat een wondere kracht ten goede uit. Onschatbare diensten heeft zij bewezen aan de menschelijke beschaving. De samen leving heeft er meer aan te danken dan aan de vernuftigste ontdekkingen der wetenschap en aan de schoonste gewrochten der kunst. Het heeft in de geschiedenis der menschheid betere tijden doen aanbreken. En het zal de poorten openen tot reinere en gerechtere samenleving dan de tegenwoordige. De taak der medelijdende liefde is nog niet ten einde. Nog grootere triomfen moet zij be halen op de dierlijke barbaarschheld, die in de menschenwereld nog zooveel macht bezit Aan een eeuwenoud ideaal wordt in onzen tijd weder nieuw leven ingeblazen. Het ideaal heet W ereldvrede. Onlangs overleed Bertha von Sutlner, de vrouw die door haar bezielde geschriften een diepgevpelden afkeer vaq 4en oMog heeft ge wekt in breede kringen. Zij behoort tot dia vrouwen, welke door medegevoel gedreven, strij den voor maatschappelijke hervorming. Zij neemt een eereplaats in naast Florence Nigh- linghale, Elizabeth Fry en zooveel anderen. Door hare geschriften zal Bertha von Suttner blijven spreken na haren dood en door erbar men te wekken met hen die lijden onder den krijg, blijven aansporen tot oorlog aan den oorlog. Neem toe in kracht, goddelijk mede lijden, opdat ook deze grootste der gruwelen, de oorlog met al zijn jammer worde uitgedre ven. Ja, wij gelooven dot zulk medegevoel is een der middelen waarmede de Almachtige werkt om uit de lage, trage stof op te bouwen een rijk des geestes, om een menschenmaat>» schappij te vormen, waarin wonen gerechtig heid en liefde. Eens als de weeën der aarde geduld zijn. Eens als 't koren der liefde is gerijpt, Eens als de dagen der zonde vervuld zijn, Eens als het menschdom zijn menschheid begrijpt Dan zal geen wetenschap moordsielsels leeren, Dan staaft geen eerzucht haar droomen door 't staal, Dan zal beschaving in waarheid regeeren, Dan wordt haar arbeid het Gods ideaal. Geven wij in deze dagen acht wij, ouders en opvoeders hoe de oorlog op kinderen werkt. In een reisverhaal in „Het Handelsblad" lezen wij „De spïonnenvrees is enorm optrekkende priesters, die hunne scndalen voor laarzen ver wisselden, worden op grond hiervan aangehou den aan de Russische grens is de stemming zóódanig, dat iedere Rus, die zich in de Duitsche grensplafetsjes vertoont door kinderen gesteenigd wordteen reisgenoot van onzen verteller zag een ouden Rus op deze wijze door kinderen doodgooien met straatsteenen. Een zeventien jarige knaap, die ook in de coupé zat, ging zich op last zijner ouders als vrijwilliger aangeven." Zwaar is de verantwoordelijkheid van hen, die zulke uitingen van beestachtigheid bij kinderen uitlokken. Aan de school is het, de gevolgen van hun misdadig werk zooveel mogelijk tegen te gaan. Ja, school en huisgezin hebben ook in deze een gewichtige taak te vervullen. Onze kinderen krijgen zoo lezen we in ,.He Schoolblad" zooal niet den ganschen chaos door een oorlog ontstaan, dan toch al de slecht heden te zien en te hooren. Wij onderwijzers, hebben het niet in onze macht te beletten, dot onze leerlingen van dat alles kennis nemen Buiten de school dringt de schending van il wat recht ls van alle kanten tot hen door in gesprekken van ouders, in bulletins en couran tenberichten en al nemen wij ons ook voor in de school het kwaad te verzwijgen, de vra gen, vooral van de zijde der oudere jongens, zullen niet uitblijven. Duidelijk hebben wij in het licht te stellen, hoe de oorlog een geesel is voor de menschhe'd en hoe zijn slagen vooral onschuldigen treffen. De berichten, die van het oorlogstooneel tot ons komen, geven ons daartoe voldoende aan leiding, als wij onze leerlingen g^^nnen ovei de feiten na te denken. De boeren te Visé en elders doodgeschoten en opgehangen, hebben zich vergrepen aan het oorlogsgerecht en het lot ondergaan, dat zij, indien zij dat recht hadden gekend, voorzien konden hebben. Maar het kind moet leeren in zoo'n gefusileerden boer meer te zien, dan een slachtoffer van zijn onwetendheid. Wellicht was hij in vredestijd de zachtmoe digheid zelf, niet in staat een ander leed te doen laat staan hem te dooden. Maar de trouwelooze inval in zijn land, de verwoesting van zijn goed, de overtuiging dat er gewelddaden gepleegd werden, waarover hij zich bij geen enkelen rechter zou kunnen be klagen, deden hem vergeten dat hij tegenover zooveel geweld en onrecht machteloos stond, dat de menschen, wier handen al het leed over hem brachten, in het gewone leven wellicht even goed en welwillend als hij, nu slechts uit voerders waren van den wil van anderen deden hem den man dooden, dien hij voor zich zag en die wel alles om hen heen mocht ver woesten, omdat hij gewapend was en soldaten- kleeren droeg, terwijl hij zich niet mocht ver dedigen, omdat hij een gewoon boerenpak en geen uniform aanhad. Die boer moet voor de kinderen worden een man, die zich vergrepen heeft aan het oorlogs recht, en volgens dat recht werd gestraft, maar tevens een slachtoffer van de rechtloosheid, de anarchie die de oorlog met zich brengt; iemand, wiens versland werd beneveld, in wien het menschelijk gevoel was gedood, die zich ir zijn wanhoop met de wapens in de hand ver dedigde tegen de wandaden van willooze werk tuigen en die viel bij de verdediging van zijn huis en erf. Zoo zullen de kinderen leeren, dat oorlog en onrecht uit het oogpunt der humani teit beschouwd, synoniem zijn. De gevallen soldaat moet voor onze leerlln gen nog wat anders worden, dan de man, ge vallen bij de vervulling van zijn plicht. Zij moeten gevoelen, dat die strakke doodstrekken en starre oogen nog voor korten tijd bewege lijk warendat de man, die daar dood op den weg ligt, nog onlangs de vader van een geluk kig gezin was en met zijn kinderen speelde, tot dat de mobielverklaring hem van vrouw en werk wegriep en hij, zooals men het zoo gaarne voorstelt begeesterd en volksliederen zingend naar de grenzen trok. Ach, ik heb het geloof aan zulke praatjes zoo ten volle verloren. Ik heb ze gezien de Zwit- sersche reservisten, met loome schreden het station te Bazel verlatende, zonder een woord te zeggenik heb de moeders gezien, die de kinderen aan de vaders toestaken om hun nog eens, misschien voor het laatst, te kussen j ff heb de mannen in uniform en met betraand© oogen in de treinen zieh komen en allen zwe genvan begeestering geen sprake, noch In Zwitserland, noch in Duitschland. Onze leerlingen moeten voelen, dat de trek ken van dien gesneuvelde op het veld, waaf onrecht en geweld hoogtij vierden, niet stro* geworden zijn, voordat de bezorgdheid, voor de angst over de toekomst van de vrouw en kinde ren ze verwrongen had j dat die mond ni© zweeg, voordat hij den oorlog had verwensau J den oorlog, die hem genoodzaakt had mede** menschen, van wie hij nooit eenig leed had on dervonden, arm te maken en neer te schieten, die zijn vrouw tot weduwe, zijn kinderen tot weezen maakte. Zoo moeten onze leerlingen zich de gevallen soldaten voorstellen en zij tu1" len inzien dat de oorlog en nameloos leed woorden van dezelfde beteekenis zijn. KEUVELAAR.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1914 | | pagina 6