Vrijdag 4 September 1914.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
ELLY's BEPROEVING.
13d* Jaargang.
N° 57
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. EEMLAN DE R". Uitgevers:
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort M M f l.OO,
Idem franco por post - 1.50*
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) 0.10,
Afzonderlijke nummers - 0.05*
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureaux UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËNs
Van 15 regels.* f 0.50*
Elke regel 0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bovattende de voorwaardon, wordt op
aanvraag toegezonden.
Kennisgeving.
Burgemeester en. Wethouders van Amers
foort,
Gelet op art. O van het Koninklijk besluit van
den 4en Mei 1896 (Stbl. no. 76);
Brengen hiermede ter openbare kennis, dat de
door hen definitief opgemaakte lijst van kies
gerechtigden in die gemeente voor de Kamer
van Koophandel en Fabrieken te Amersfoort,
gedurende acht dogen, te rekenen vanaf den 1.
September a. s., op de Secretarie der gemeente
voor een ieder ter inzage is neüergclcgd.
Bezwaren tegen die lijst, hetzij die den klager,
hetzij die andere personen betreffen, kunnen
gedurende acht dagen, dus vóór den 9. Septem
ber a. s., bij den Gemeenteraad worden inge
bracht.
Amersfoort, 31 Augustus 1914.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VEFNSTRA. VAN R.'NDWUCK.
Poiiiiek Overzicht.
De wereldsii-ijd.
Gisteren in den nacht hebben president
Poincaré cn zijne ministers Parijs verlaten cn
met hun verdwijnen is Parijs niet meer de
hoofdstad van Frankrijk. Men is ditmaal niet
vervallen in de foul van 187U, toen de fictie
gehandhaafd bleef, dat de regeering gevestigd
was in de welhaast van elke gemeenschap
met de buitenwereld afgesloten stad en eene
delegatie uit haren naam in de departemen
ten de regceringszaken beredderde. Dc zetel
wan. de gehecle regeering is naar Bordeaux
overgebracht. Dat is nog onbelemmerd kun
nen geschieden; maar te vroeg is men er niet
mee geweest. Den len September i scr reeds
gevochten in de buurt van Gompiègne, op 75
KM. afstand van Parijs. Gisteren waren de
Duitsche cavalierie-patrouülcs onder den
rook van Parijs.
Het kost moeite zioh Frankrijk voor te stel
len zonder Parijs. .Paris eest la France" is
niet eene frazc maar een feit. liet politieke
en sociale leven van Frankrijk is in Parijs
Samengetrokken in eene mate, zooals in geen
enkele hoofdstad van ecnig Luropeesch fand
hel geval is. Maar hier geldt het „nood breekt
wet". Parijs is tijdelijk onthoofd; liet is nu
alleen nog de groote centrale, vesting, het hart
van Frankrijk s verdedigïngsstcisel.
Parijs is zoowei strategisch als poüliek van
groot gewicht. Het ligt op de plek, waai- de
wateren van de Seine, de Marnc cn de Oise
bijeenkomen. De dalen, waardoor deze rivie
ren stroomen, zijn de groote slagaderen van
gemeenschap voor legers, die van de ooste
lijke cn noordelijke grenzen Frankrijk bin
nen rukken, liet Seine-dal is te bereiken van
de troucc de Belfort, het dal van de Marne
vain de trouéc de Longwy en op het Oisedal
komen de twee groote wegen uit, die gaan
over de Belgische grens. De laatstgenoemde
wegen worden gevolgd door de generaals van
Kluck, von Bülow en von Ilausen om Parijs
te bereiken met vermijding van de tweede
versterkte linie, die tegen den uit het ooslen
opd'ringcnden vijand is aangelegd.
Terstond na de onderleekening van het
.vredesverdrag van 1871 is het Parijsche vor-
dedigingsstelsei aam eene herzienkig onder
worpen. Br is eene tweede forten linie aan
gelegd buiten den kring, die in 1870 den Duit-
sclien aanval heeft weerstaan. Die linie vormt
een volledigen buitensten gordel van vesting
werken. an neer de Duilscliers thans voor
Parijs komen, dan vinden zij, al de stellingen,
die zij in 1870 als belegeraars bezet hielden,
ingenomen door Fransche versterkingen, die
bestemd zijn Parijs te verdedigen. Deze ver
sterkingen zijn in drie groepen gerangschikt:
Versailles in het zuiden en zuidwesten, Vin-
cenncs in het ooslen, Saint-Denis in het noor
den. Iedere groep vormt een groot versterkt
kamp op zich zelf cn is in staat een leger
van 150,000 man op te nemen. De omtrek van
de geheele vesting dekt nagenoeg 90 mijlen.
De nieuwe forten der eerste linie vormen
eene merkwaardige tegenstelling met die van
de twcedie link, welker oorspronkelijke aan
leg diugLeekeut van 1840, ofschoon zij natuur
lijk sedert aan de moderne cischen zijn aan
gepast. Het bastionfront is vervangen door
l polygoon-tracé. De forten zijn gebouwd van
aarde, niet van metselwerk; zij hebben borst
weringen van 30 tol 35 voet dikte, grachten
4U voel breed cn 30 voet diep. Groote tra
versen dekken dc kanonnen tegen een over
langs gericht vuur. De grootere forten heb
ben koepels op de uitspringende hoeken. In
vele gevallen is eene dubbele rij. kanonnen
aangebracht.
Tegen dezen kring van vestingwerken zul
len de Duitsehcrs het zware belegeringsge
schut in actie moeten brengen, waarvan zij
zich hebben bediend legen Luik en Namen.
Voor de insluiting van de geheele reuzenves-
tiug wordt een leger van ÜUÜ.OÜO man gevor
derd.
De gouverneur van Parijs, generaal Gallieni
heeft in eene proclamatie, die hier beneden
is opgenomen, bekend gemaakt, dat bij het
mandaat liceft op zich genomen, om Parijs
te verdedigen, en dat hij dit mandaat tol hot
uiterste zai vervullen. Hij zal spoedig dit
woord moeten gestand doen. Alle belemmerin
gen, die aan den opmarsch van de Duitsohers
nog in den weg stonden, verdwijnen; de
Fransoli-Engclsche legers gaan terug, de
FjxmiooLoö voetingcu geven over. NicLa
belet de overwinnende Duitsuhers meer om
voor Parijs te verschijnen binnen den kortst
mogelijken lijd.
Van hel oostelijke oorlogstooneel is dc tij
ding gekomen, dat hemberg is gevallen. Na
wat gisteren van daar werd bericht, kon die
tijding gcene verrassing brengen.
Tegenover dit gewichtige succes van de
Russen staat, ciat de gevolgen van hunne ne
derlaag in Oost-Pruisen steeds grooter wor
den. liet aantal gevangenen dat daar in Duit
sche handen is gevallen, klimt voortdurend:
het wordt nu reeds opgegeven als 90,000.
De oorlog.
B e r 1 ij n, 3 S c p t. (W. B.) Over de aanwe
zigheid van den keizer op het Fransche slag
veld schrijft de LokalanzeigerVoor ieder,
die niet opzettelijk de oogen voor de waar
heid sluit, zal de ontwikkeling der zaken
daardoor met de grootste helderheid besche
nen worden. De „oberste Kriegsherr" ver
toeft op den Franschen grond. Dit feit spreekt
eene duidelijke taal; hel leert, dat wij er ze
ker van kunnen zijn, dat wij het tot dusver
verkregene niet weer zullen verliezen, ook als
er tegenslagen. mochten komen. Nooit zon de;
keizer naar Frankrijk gegaan zijn als men in
dc kringen, die dc verantwoordelijkheid dra
gen, rekende met de mogelijkheid, dat wij we
der over dc grens teruggeworpen zouden wor
den. Dat de keizer zich naar zijn leger in het
land van den vijand begaf, zal zijn indruk
niet missen in het binnenland cn in het bui
tenland.
P a r ij s 3 Sept. (R.) Ue president der re
publiek en de regecring hebben besloten het
volgende manifest tol het land te richten:
FranschenI Sedert verscheidene weken zijn
in hardnekkige gevechten onze heldhaftige
troepen en het vijandelijke leger met elkaar
handgemeen. De dapperheid van onze solda
ten verschafte op verscheidene punten ken
nelijke voordeden. Maar in het noorden
dwong de druk van <le Duitsche strijdkrach
ten ons terug te gaan.
Deze toestand legt aan den president der
republiek en aan de regecring een smartelijk
besluit op. Om te waken voor het nationale
welzijn, heeft de openbare macht den plicht
zich voor het oogenblik uit de stad Parijs te
verwijderen. Onder het bevel van een uitnc-
menden dief zal het Fransche leger vol moed
en opgewektheid de hoofdstad en hare vader
landslievende bevolking tegen de overwel
digers verdedigen. Maar tegelijk moet dc
oorlog worden voortgezet op de rest van het
gebied. Zonder vrede of wanpenstilstanU,
zonder ophouden of aarzeling zal de heilige
strijd voortduren voor de eer van de natie en
voor het herstel van hot geschonden recht.
Geen enkel van onze legers is aangetast. En
kelen van hen leden maar al te gevoelige ver
liezen, maar de leemten werden onmiddellijk
aangevuld door de dépots, terwijl de oproe
ping van recrulcn ons voor morgen nieuwe
hulpbronnen aan mannen cn krachten verze
kert.
Volhouden en strijden. Dat moet het wacht
woord zijn van de verbonden Engelsche, Rus
sische, Belgische en Fransche legers. Volhou
den en strijden, terwijl op zee de Engclschen
ons helpen de gemeenschap van onze vijanden
met de wereld af te snijden. Volhouden en
strijden, terwijl de Russen voortgaan op te
rukken om een beslissendcn slag, een slag naar
hei hart van het Duitsche rijk toe te brengen.
Hot ligt op den weg van de Fransche re
geering, dezen hardnekkdgen strijd te lolden.
Overal zullen de Franschen opstaan voor min
ne onafhankelijkheid. Maar om aan dien gc-
duohten strijd al zijne kracht en uitwerking
te geven, is het onmisbaar, dat dc regecring
vrij blijft om te handelen. Op verzoek van de
militaire overheid brengt dus de regeeuing
tijdelijk haren zetel over naar een punt van
het gebied waar zij in aanhoudende betrekkin
gen kan blijven met bet geheele land. Zij
noodigt de leden van het parlement uit, zich
niet van haar verwijderd te houden, ten
einde met hunne ambt gen ooien den pijlen
bundel van de nationale eenheid te vormen.
Dc regeering verlaat Parijs eerst, na de
verdediging van dc stad en van het versterkte
kamp door alle middelen in hare macht te
verzekeren. Zij weet, dat zij niet aan de be-
vvoniderendwaardige bevolking van Parijs
kalmte, vastberadenheid cn koelbloedigheid
behoeft aan te bevelen, want die bevolking
bewijst iederen dag, dat zij op de hoogte is
van de grootste plichten der Franschen.
Laat ons (deze droevige omstandigheden
waardig zijn 1 Wij zullen de cind-ov». /.in
ning behalen. Wij zullen haar behalen door
een onvermoeibaren wil, door ijver en vol
harding, -door de hardnekkigheid van een
volk, id al niet wii ondergaan en dat om te le
ven niet terugdeinst voor lijden en voor
offers en zeker is te zullen overwinnen.
Het manifest is onderteekend door Poin
caré en alle ministers.
rukken, ten einde een beslissendcn slag, een
slag maar het hart van het Duitsche rijk toe
te brengen.
Tweede telegram. De president der
republiek en de regecring hebben lieden nacnt
Parijs verlaten, om zich naar Bordeaux te be
geven.
Bordeaux, via Londen, 3 Sept. (R.).
President Poincaré is hier aangekomen.
P a r ij s, 3 Sept. (R.) Een officieel com
muniqué bericht, dat de gouverneur van Pa
rijs, generaal Gallieni, de volgende procla
matie heeft gericht lot het leger en de be
woners van Parijs: De leden van de regec
ring der republiek hebben Parijs verlaten om
een nieuwen prikkel te geven aan de lands
verdediging. Ik heb dc opdracht ontvangen
Parijs te verdedigen legen den overweldiger.
Ik zal dat mandaat vervullen tot het einde
toe.
P a r ij s, 3 Sept. (R.) Uit goede bron
wordt verklaard, dat een Duitsch vliegtuig
hedenavond om vijf uur boven Yinccnnes
bommen heeft laten vallen.
Berlijn, 3 Sept. (W. B.) Over de belee-
kends van de overwinning van Sainl-Quentin,
dSe generaal von Bülow den 31en Augustus
heeft bevochten, berichten dc oorlogsverslag
gevers uil het groote hoofdkwartier, dat bij
Saint-Quentin vier Fransche legerkorpsen en
drie Fransche reservc-divisiën tegen ons in
het veld stonden en volkomen verslagen wer
den. Zij werden zeer krachtig vervolgd. Het
was een heele slag; hij duurde twee dagen.
De concentrische opmarsch van onze wes
telijke legers gaat onophoudelijk voorwaarts.
Iedere dag brengt nieuwe overwinningen,
die echter slechts ge merer women, wauucu
van beslissende beteekenis zijn voor de ge
zamenlijke operation op bel westelijke oor
logstooneel.
Berlijn, 3 Sept. (W.B.). De sper*
torten vau Hirson, Ayvelles, €onilé,
La Fère en Laou zijn zonder strijd
bezet. Daarmee zijn alle sperver-
sterkingen in Noord-Xraukrijk, be
halve illaubetige, in onze handen.
Tegen Keims wordt de aanval in
geleid.
De eavallerie doet strooptochten
tot aan Darijs. De vijaud trekt zich
terug.
Genera al-kwartier meester
on Stein.
(Ilirson en Ayvelles liggen niet ver van de
grens; de andere versterkingen, die hier wor
den genoemd, maken deel uit van de tweede
verdedigingslinie, der Franschen).
B e r 1 ij n, 3 Sept. (W. B.) De generale
staf bericht uil het groote hoofdkwartier van
heden Bij de verovering van het hoog in de
rotsen gelegen spcrforl Givet hebben, evenals
bij Namen, de door Oostenrijk gezonden
zware mölorbatterijen door hunne bewege
lijkheid, trefzekerheid en uitwerking zich
voortreffelijk gehouden en ons uitnemende
diensten bewezen.
De kavallcrie van het leger van generaal
von Kluck stroopt tot aan Parijs. Het weste
lijk leger is de Aisne-linie overgegaan en zet
zijn marsch naar de Marne voort. Enkele
voorhoeden hebben deze rivier reeds bereikt
De vijand bevindt zich voor dc legers van
von Kluck, von Bülow, von Hausen en den
hertog van Wurtemberg op den terugtocht.
Op en achter de Marne bood hij, in aanslui
ting aan Verdun, tegenstand aan het leger
van den Duilschcn kroonprins; hij werd in
zuidelijke richting teruggeworpen.
De legers van den -kroonprins van Beieren
en van generaal Yon Heeringen hebben den
altijd nog sterken vijand in versterkte stellin
gen in Fransch-Lotharingcn tegenover zich.
In den Boven-Elzas slroopen Duitsche en
Fransche afdeelingen ender wederzijdsclie ge
vechten.
Gcneraal-kwartiermeesler
Von Stein.
Antwerpen, 3 Sep t. (R. Officieel). Dc
toestand is onveranderd. De provinciën Ant-
pen en Limburg, tot Hasselt loc, zijn geheel
vrij van Duitsehcrs. Dc Duitsche troepen ver
oorzaakten eenigc branden in dc streek van
Assche en verrichtten dc gewone plunderin
gen.
In het noorden van Brabant vernielden de
Duitschers verscheidene voor hun front ge
legen bruggen over dc Dylc.
Londen, 3 ScpL (R.) Het persbureau
brengt eene nieuwe vcrlieslijsl, die is mede
gedeeld door het Engelsche hoofdkwartier.
Zij bevat: dooden 18 officieren en 52 man
schappen, gewonden 28 officieren en 312
manschappen, vermisten 86 officici ,.i en 1672
manschappen. Onder de vermisten zijn
waarschijnlijk 2682 in verschillende hospi
talen.
Belfast, 3 Aug. Sir Edward Carson heeft
in eene rede gezegd, dat een voldoend aantal
Ulster-vrij willigere als rcgecringslrocpen naar
het oorlogstooncel zullen gaan. Zij zulen eene
dhisie vormen, vechtende onder hunne eigen
officieren.
Peters burg, 3 Sept. (Te regraai agent
schap). Naar aanleiding van dc nederlaag in
het zuiden van Oost-Pruisen schrijft dc No-
wojc Vremja: Toen Ruskind zich genood
zaakt zag den strijd legen dc beide roofzieke
Duitsche stalen te beginnen cn zich voorbe
reidde op alle offers en alle verrassingen,
verwachtte niemand in Rusland een Russi-
schen zegetocht naar Berlijn en Weenén,
want wij wisten, dal de ruwe verstoorders
van den wereldvrede alles op dc kaart zouden
zetten. De strijd zal onm eed oogend zijn.
Onlangs versloegen wij drie korpsen van
hel Duitsche leger. Thans bracht de vijand
eene beproeving toe aan twee van onze
korpsen, hij doodde den dapperen generaal
Sazonow. Wij zijn er zeker van, dal dit échec
niemand zal ontmoedigen. liet bloed van onze
verpletterde helden zal onzen geest nog te
meer stalen, niet alleen voor overwinningen,
maar ook voor beproevingen. Zeker van onze
krachten en van de dapperheid van onze krij
gers, zullen wij vol geloof de voltooiing van
het rechtvaardige weik, dal wij verrichten,
afwachten.
De Rctsch zegt, dat Rusland moedig deze
gedeeltelijke beproeving moet opnemen, want
iedere oorlog is eene afwisseling van over
winningen en nederlagen.
Er zijn „kulluurmensclien", dtie gruwen van
de folterkamers en pijnbanken -der middel
eeuwen, maar trotsch zijn op onze kruitma
gazijnen en mitrailleurs.
Roman uit het Zweedsch door
A. M. VAN DER LINDEN-VAN EDEN.
42
„Lieve tante Idal"
Toen ik zonder dak, cn met schande weg
gejaagd was, gaf u mij een tehuis bij u. Gij
igaaft mij de liefde cn de zorg en de innige
teederheid van een moeder. Dit alles hebt
gij mij gegeven, tante Ida, En ik heb dit be
antwoord inet bedrog. Maar ik heb den moed
niet om u te zeggen hoe en waar alles zich
toedroeg. Ik kan het niet. Vraag het Tord.
Hij zal het u misschien zoo weten te zeggen,
dat u mij niet zoo erg veracht als u doen
moest, en zóó dat u na korten of langen tijd
mij misschien kunt vergeven. U is even on
eindig goed als hij.
Uw Elly.
Is er iemand die mij zou kunnen hooren
wanneer ik mij beweeg en op en neer loop?
Maar het is immers nacht? Ieder slaapt. Mijn
yoetstapDen ziin zoo licht en ik snik niet luid-
Nu het laatste, mijn brief aan hem.
„Liefste I"
Neen, mijn pen valt uit mijn hand. Het is
or hij mij nog toebehoort zoolang ik den brief
niet hob geschreven. Maar zoodra hij ge
schreven is, heb ik hem verloren. Ik wil die
verschrikkelijke pen niet aanraken, ik werp
haar van mij cn zij ligt daar en wacht zoo
stil en kalm.
Ik zal liaar breken. Ik wil niet schrijven. Ik
wil niet!
Neen, ik zal haar niet breken, en ik zal
schrijven. Maar eerst moet ik het witte pa-
Dier kussen. O, mijn kussen, weest mijne bo
den; laat hij ze gevoelen als ik ver van hem
weg ben,
„L i e f s t e I"
Je begreep niet recht waarom ik op _rcis
ging Maar je hebt nauwelijks een verklaring
noodig. Je hebt hetzelfde gezien als ik. Je vrij
tc laten is nog het ecnige goede, dat ik voor
je doen kan. Daarom moet het gebeuren. En
het grootste bewijs van mijn liefde: is je op
tc geven.
Te beminnen is te leven in verrukking.
Hebt je het r.iet bemerkt? Het is het godde
lijke in ons, dat het goddelijke in een ander
zoekt, dat wij dan zien of meenen te zien.
Wij verhoogen het, wij vergrooten het en ver
heffen het boven onszelvcn. Zoo ben jij ge
trokken tot mij door iets dat je in mij meen
de te zien. Maar je oogen werden geopend,
en de verrukking was weg. Het goddelijke in
je trok zich terug en de luister was weg
O, Tord, toen ik het duidelijk zag! Dat ik
daarna nog leven konl Alles wat bleef van
je liefde was slechts teederheid cn mede
lijden. Maar dat is niet genoeg om jc staande
te houden onder de beslommeringen van het
alledaagsche leven, je zoudt er in ondergaan,
en dat mag niet, Tord. Niet door mij. Het
zou een zoo groote zonde zijn dat ik er nooit
vergiffenis voor zou kunnen erlangen. Dan
liever weg en je niet meer zien! Och, Tord,
w anneer ik je niet meer in den weg sla, lcoml
misschien liet goddelijke bij jou weer terug.
Daar ben ik zeker van. Daarom ga ik, omdat
ik geen steen om je hals wil zijn. Liefste,
beminde, je bent zoo goed dat je misschien
zult denken, dat je liefde voor mij opnieuw
zal herleven. Maar schrijf niet, vraag mij niet
om terug te komen.
Hel is niets dan je medelijden en goedheid,
die je het wijs maken, en zoodra ik jc ont
moette, zou ik zien dat het niet dc rechte
liefde was, dat de luister ervan weg was. Zij,
die eenmaal dien gloed zag, herkent dien wel.
En nu moet je niet bedroc-ld cn onrustig
zijn om mijnentwille, Tord
Ach ik weet dat hij liet zijn zal. Hoe zal
ik hem troosten en kalm doen zijn? Ik wil
niet dat hij zal lijden. Ik wil niet dat hij zich
angstig over mij maken zal. Ach, wat zal ik
hem zeggen? wat zal ik hem zeggen?
Wees gerust, liefste Tord, ik zal mijn
weg wel vinden. Je weet wel dat ik ook
flink en moedig kan zijn. En ik zal mijn best
doen. Dat beloof ik je, liefste, liefste Tordl
Ik zal 't nog wel goed krijgen, misschien kan
ük later weer vroolijk worden, want ik weet
dat ik jc nu iets werkelijk goeds heb gedaan
en dal ie gelukkig zult worden. En liefheb
ben mag ik je toch wel. Het kan je geen
kwaad meer doen, wanneer ik zoo ver van
ic ben. Vaarwel, beminde, vaarwel mijn
allerliefste, onuitsprekelijk beminde...
Elly.
Daar staal het. Mijn handen zijn leêg. Ik
ben de armste onder de armen
Vandaag ga ik op reis. En de zon schijnt
als voor een feest. Over een uur, een groot
half uur zit ik in het rijtuig en gaat hij mee
naar het slation, zit hij voor den laatsten
keer naast mij. O God, geef mij kracht om mij
te hehoerschcn, zoodat hij niet vermoedt dat
de reis verder gaat dan naar mijn vader.
Geel' mij in de laatste oogeublikken genoeg
zchbcheersching om niet alles tc zeggen.
Neen, niet denken, niet denken!
De dienstboden zijn opgestaan. Ik hoor
haai' voetstappen. Edla is 's morgens ook
altijd vroeg. Maar al slaapt zij, dan wek ik
haar lock, ik kan niet langer wachten.
Ja, zij is wakker. Even kloppen. Daar komt
zij en opent de deur.
„Goeden morgen, Edla, nu zal ik je eens
recht blij maken, zoo blij als je in jaren niet
bent geweest."
Zij denkt zeker dat Lk krankzinnig ben en
kijkt mij aan. Ziet zij iets bijzonders in mijn
gelaat?
„Ik ga op reis. Eerst naar Stockholm om
alles in orde te maken. Wanneer tante Ida
terugkomt, zal zij alles zooals vroeger in het
buffet vinden. En daarna ga ik naar papa,
zooals je weet, Edla."
„Ja".
„Maar. Edla, nu ik van hem ben wegge
gaan, kom ik niet terug. Ik ga naar hel Zui
den. Ik ga over de zee naar mijn broer. En
dal mag vooreerst niemand welen dan wij
tweeën, jij, Edla, en ik".
Zij is zoo gelukkig dal zij over haar hcclo
lichaam beeft. Of zijn het haar zenuwen?
„En, Edla, neem deze twee brieven cn ver
berg ze. En wanneer men ei' zich over ver
wondert dat ik niets van mij laat hooren,
geef hun dan de brieven. Maar eerder niet,
Edla, beloof mij dat".
„Ja, ja
In heel mijn vaderland is er niemand dan
deze oude vrouw, mijn vijandin, die mij wer
kelijk vaarwel zegt. Ep zij slaat daar en.
zwijgt.
„Edla, je bent de eenige die weet waar
ik heenga en waarom ik heenga, kun je me
niet één vriendelijk woordje zeggen?"
Juffrouw Ellylieve juffrouw Elly..."
Een liefkozend streden van mijn arm cn
van mijn gezicht.
„0 Edla, lieve Edlal Lieve, lieve EdlaJ"
Zij heeft inij geplaagd en pijn gedaan als
geen andere, deze vrouw, en ik kus haar alsof
zij mijn moeder was. Ik liefkoos en streel
haar, alsof zij mijn liefste vriendin was.
„Edla, zeg hem dat ik dezelfde Edla, die
ik zoo dikwijls heb gehaat, in mijn armen heb
genomen.... dat ik Edla geliefkoosd heb....
Zeg hemNeen* zeg hem in 't geheel nieU.
Slot volgt.