B^Tool
000? de |Jeu|d.
Jack Holland.
HAROLD AVERY
vrij naverteld door C. H.
Van een schooljongens-standpunt bezien
ft'aarhij sport een voorname rol speelt -was
«ck Holland een mislukking. Weliswaar was
Rij vlug en handjg en had hij uitstekende
Spieren, maar de roekelooze manier, waarop
Rij da dingen ondernam, bedierf alles. Soms
)dachten lijn vrienden, dat hij een of ander
spel werkelijk winnen zou, doch dan in eens
aioegen de kansen om, doordat Jack zich niet
langer moeite gaf en met één enkelen slag al
les weer bedierf.
Toch was er iets goeds in dezen onbesuis-
*en, Jeugdigen bengel, iets dat duidelijk be
lees, dat hij toch eigenlijk niet zoo onge
schikt was, ais hij wel leek; hij had n.l. den
kalmen Sidney Lawrence als vriend gekozen.
Deze laatste was er in het begin niet bij-
tonder op gesteld, dal Jack voortdurend zijn
gezelschap zochl. Hij was een bedaarde, leer
gierige jongen en kon er bijvoorbeeld hezle-
inaal geen genocgn in vinden, kleine straat-
jongens beet te pakken, hen met een strenge
item aan te spreken en een geheele rij Latijn-
_>chc voortzetsels op te dreunen, die den vier-
len naamval regeerden, terwijl de verschrik
te slachtoffers angstig luisterden bij deze ge-
tiefkoosde aardigheid van Jack. Ook zag Sïd-
Ae> er het nut niet van in, allerlei gevaar
lijke toeren te ondernemen. Doch langzamer
hand kwam hij tot de ontdekking, dat onder
deze ruwe oppervlakte een warm en eerlijk
part klopte.
Toen zij elkaar beter leerden kennen, wer
den zij dikke vrienden en oefenden zij weder-
Iteerig een goeden invloed uit, iets wat dik
wijls voorkomt, wanneer menschen van ge
heel verschillend karakter zich tot elkander
tangetrokken gevoelen.
Maar Sidney Lawrence was niet de eeniga
op de kostschool van mijnheer Jones, die be
lang stelde in Jack Holland. Mijnheer Bow-
don, de klasse-onderwijzer, die in den overi
gens lastigen leerling toch veel goeds ver
moedde, gaf zich veel moeite om het karak-
van..den iong<tn te doorgronden en be
sloot zijn best te doen diens goede eigen
schappen te ontwikkelen.
Frampton. de slad, waar de kostschool van
mijnheer Jones was, bood een zeer goede ge
legenheid tot zwemmen aan. De jongens
dochten hiervan volop gebruik maken
Jack Holland was het ceheele jaar door van
de partij, doch hij deed geen pogingen om be
hoorlijk te lecren zwemmen. liij sprong in
het water en had er pleizier in voortdurend
Jc duiken en allerlei grappen uit te halen.
Op een morgen, toen hij weer geruimen tiid
gedoken had en een oogenblik aan den kant
.tond 0111 uit te rusten en dan weer opnieuw
beginnen, klopte mijnheer Bowdon hem
op den schouder.
»»Zeg eens. Jack", zei hij, „waarom hou je
4U eens niet op met duiken en probeer je eens
re zwemmen?
eens te zwemmen? Ik durf wedden, dat je
oog geen zes slagen doen knnt."
..O, dat kon ik best!" antwoordde de jongen.
,-Nu, iaat dat dan eens zien."
Haastig sprong Jack in bet water, terwijl
lij Vlugge, korte slagen maakte. Hij twijfelde
u- geen oogenblik aan, of hij zou de zes sla»en
Peel gemakkelijk kunnen doen. Maar hij be
greep al heel gauw, dat hij zich vergist had.
a' dcnderden slaS geraakte hij ai builen
a<cm. Hij wendde nog wnnhopige po"in»en
aan, maar moest het toch opgeven en keeïrie
»ecr naar den kant terug.
Mijnheer Bowdon wilde deze gelegenheid
«-ingrijpen. Het ijzer moest gesmeed worden
nu het nog heet was. Hij haalde Jack In, toen
«eze naar huis wandelde en knoopte een ce-
sprek met hem aan.
„Zie je, Jack. begon hij, „zes slagen waren
nog te veel voor je. Toen ik je zag worste-
taMihe t-i^rtdatKhe' '0Ch erg ianlmer was>
03' Jij Je tijd doorbrengt net duiken en grap
pen uithalen. Je bent een sterke, goed-"e-
bouwde jongen en ik geloof, dat'je6 als e
rordVT, U"5'Ckfnd "immer zou kunnen
vorken Je weet. hoe het altijd gaat: je blijft
>DdieDtePrrTrkle' T" drinS' niet tot aan
f„ 1 n L 'n"cn door- Iemand, die overal
befhebbert, doch niets grondig kent is toch
rigeniijk een stumperd. Men kan niet'in alles
wénn I?' rV' ge'00f' dat iedercen 'oib
wel in één ding kan uitmunten. Laat het mu-
oek zijn, zwemmen, voetbal, of wat je maar
1; ik herhaal: laat ieder probeeren in
t nummer éen te worden. Vroeger of later
hi ar, mC, gelegenheid voordoen, waarbij
Rij het talent, dat hij verworven heeft, gebrui-
*en Kan.
In jouw geval zou Ik er mij op toeleggen
een eerste-klas zwemmer te worden Mis-
tem i 'e in slaat sfdlen nog eens
Iemand het leven te redden en in ieder geval
tou L" vo,do®ning schenken, dat je het 1
foe voordek" zich daar-
zrïnd f, 'I'" '°"ten 'V3S Jack Holland ln den
grond toch een gevoelige jongen. Hij dacht
over den raad va„ zijn onderwijzer na. tnd,
dat deze e.genlijk gelijk had. en besloot zijn
£nd lb0'"',' 3"3' di0" ,ijd Wf,d Jack Ho"
deed hH D' h ?Cr g mct duiken- "O"
krommen. P°gingen om ,e
•lawn maTde niet..,an« Ron al flinke
Rem aan "Jn VOrderio«en moedigden
miüf' -°ei m,'J p!ezicr le zien. Jack, dat ie
P CÏ ~/wdeÏn^lkU;rr hebben
SraarM; dj"<*vige ongelukken plaats,
Ctaltrdm^Ueden Omi0men' b»d*
moed moeten onderdoen voor hun
Shit Bit ai gebtUrt helaas tnaar al te dikwiils
ÖCn a0tarfddeD
W MM Raav Mlsschlen 'al
Jnaar ie zult >,^1 kr®chten te toonen,
ben, dit ]e^ geruststellende gevoel heb-
V ooit J*. drenkeling redden kunt. Als
Ïen?" zTilTrgd W°rd,: "Wie ka" zwem-
Cou.^ vJ? aar T0ren imnnen treden en
Er gingen maanden voorbij en met cricket
en voetbal maakte hij geen noemenswaardige
vorderingen. Doch als er gezwommen werd,
was hij de beste. De anderen keken er vol
bewondering naar en zeiden:
„Hij kan goed zwemmen, dat is zeker 1"
Paschen viel dat jaar in April en een week
ervoor liep Jack op zekeren dag na het zwem
men naar school terug, toen Sidney hem in
haalde.
„Zeg Jack, ik heb je wat te vertellen," be
gon deze.
„Best, wacht dan even; ik heb een chocola-
horloge gekregen en ik zal den ouden Reed
vragen, of hij 't voor me regelen wil."
„Wees toch niet zoo dwaas," riep de ander
uit; „wordt toch eindelijk eens verstandig, an
ders vertel ik het je niet."
„Nu, is het de moeite w?
„Ja, dat vind ik weL Mo
de Paaschvacantie bij ons
Ik ga Donderdagavond nai
zin in?"
Je denkt, dat de boot veel dichterbij is
je zult nooit zóó ver kunnen zwemmen!"
„Ik ral het probeeren", antwoordde Jack
kalm. „Het is onze eenige kans."
Haastig trok hij zijn kleeren uit en zonder
een woord meer te zeggen, sprong hij in het
water. Sidney had gelijk, wat de afstand be
trof. Deze was veel grooter dan het scheen.
Jack wist, dat hij nergens kon uitrusten, als
hij moe werd en dat het water diep was.
Doch met den moed der wanhoop verbande
hij deze gedachten en hield hij zijn oogen op
de boot in de verte gericht. Met stevige slagen
zwom hij recht op zijn doel af.
In het begin scheen het, alsof hij heelemaal
niet vórderde, maar spoedig zag hij, dat de
afstand kleiner werd. Nu ging hij voor een
verandering eens op zij zwemmen en toen
^laf voorover. Hii zag, dat hij flink op-
den derwisoh (Turksche monnik). Zulke ma
gazijnen worden in Turkije gehouden, omdat
velen, die plotseling uit diepe armoede tot
hooge waardigheden worden verheven, ter
stond een uitrusting overeenkomstig hun
nieuwen stand noodig hebben. Om dezelfde
reden plegen deze kooplieden den nieuwen
gelukskinderen behalve Ideeren ook nog paar
den, bedienden, lijfwachten en dergelijke, wat
tot hun noodzakelijke uitrusting behoort, te
leveren.
Naar een van die kooplieden begaf zich nu
ook Muhamed en aangezien hij e deftig
voorkomen en aangename manieren bezat, ge
lukte het hem den woekeraars te bewegen
hem een prachtige uitrusting, mooie paarden
en rijk-gekleede lijfwachten te geven, en zoo
was in een uur tijds de arme bedelaar in een
deftigen pacha met een indrukwekkend uiter
lijk wm- rwa de bewondering der men-
zelfs zijn vrouwen en schatten, in den steek
en redde zich door een overhaaste vlucht.
Nadat de emirs hun brieven ontvangto
hadden, hielden zij raad, wat te doen om de
ontvangen bevelen te kunnen uitvoeren. Ter
wijl zij nog vergaderd waren, kwam een
tweede bode met een brief van denzelfden In
houd. een derde en vierde, allen met zeer
strenge bevelen. Bevreesd, dat uitstel en te
genstand hen In gevaar zouden brengen, ver-
camelden de heeren hun aanhangers en dron
gen bij de inwoners der stad er op aan om
den pacha ingevolge het ontvangen bevel go-
vangen te nemen en den nieuwen met ge
paste eerbewijzen te ontvangen. Onverwijld
snelde de menigte naar het paleis van den
afgezetten stadhouder, bezette alle uitgangen
en doorzocht alle hoeken, maar tevergeefs
de vogel was gevlogen.
Luid berispte het verbitterde volk de on-
-rvruapf-wifteld zou
„Nou, of ik!" riep Jack
verbazend vriendelijk van
„Best, dan schrijf ik vaD
men komen."
Sidney Lawrence woont
van het zeeplaatsje Wainn
Frampton gelegen. Het vel
van zijn vader grensde, li-
zee. Er was een schuurtj
als boothuis dienst deed
jes opgeborgen werden.
niets prettigers denkbaar
op zee te roeien. Hij was
van het hanteeren der r<
als het weer gunstig
van de bootjes maken.
„Ik zal je zeggen, wat
zei hij Vrijdagmorgen
vlak bij de zee stonden,
ding, waar ik naar wiis?
„Die vogelkooi op een 1
„Ja, het geeft een gr
aan. Het zal vanmiddag
twee uur is het eb, dan
boot er heen roeien."
Het was drie uur, toer.
de zee kwamen en het
was de donkere berg, d
,Kom", zei Sidney,
maken, dan zullen we
De beide jongens stapl
ieder een roeispaan ei
eind in zee.
„Hallo!" zei Jack ein
half omdraaide, „zijn
„Nee", antwoordde Si
loof, dat het verder is
heel moeilijk afstanden
zee."
Eindelijk bereikten zi
rif was ruim honderd
meter breed en het din
had met een kooi op e<
ijzeren paal, waarop ec
werp, dat op een rond
rustte. Het stond op ei
de plek, waar de jon.
„Kijk", zei Sidney,
van het rif; daarom 1
plaatst. Bij hoogen vlo«
met een stukje van de»
uit. Ik maak er altijd
Zij klommen aan w:
het touw haastig aan
wij wisten, hoe belang
daden kunnen zijn. zc
oudernemen, met de
verrichten.
De rotsen \yaren mc
erg glibberig, zoodot
noodig hadden om aa
het rif te komen. Zij
hun ontdekkingsreis,
een holte in het rif
.Hallo, daar is eei
eens even
Sidney had een st«
aan het strand had o
vriendje en deze sta
de holte. Plotseling
die echter schielijk
Dat is een rog",
probeeren te vangen
De beide jongen
stroopte mouwen d»
tevergeefs in een hl
maal hadden zij he
hij nog tusschen hu*
„Wacht even," zei
den zin niet eens s
werden zij plotse!
golfje, dat plotsclin
den kuil geheel vu
De twee vriend e
grootste gedeelte v:
het water gezonkei
stuk was nog zicht
„HalloP riep Si
bezig geweest met
maal niet aan d
we moeten onmid-
pen."
Zij kleuterden
toen zij den ijzerei
ven zij beiden al«
Een koude rilling i
rug, want de oorz:
deze: de boot
„Wat is er geb»
Sidney wanhopig
van hun toestand
Kijk", antwoor
richting van het
hebt haar niet
De boot was n
dreef met den vloed naar het strand.
,0, wat moeten we doen?" riep Sidney
uit. „We kunnen haar niet terugkrijgen, ze
is veel te ver weg en het water zal hier zijn,
vóór iemand ons gezien heeft. Wat moeten
we doen? 't Is allemaal mijn schuld!"
Jack Holland zei niets. Hij was geheel door
drongen van den gevaarlijken toestand, waar
in zij zich bevonden, doch op hetzelfde
oogenblik flitsten hem de woon^n van zijn
onderwijzer door het hoofd: „Als er ooit ge
vraagd wordt: „Wie kan rwemmen?" zul jij
naar voren kunnen treden en zeggen: „Ik."
Vlug trok hij zijn schoenen uit.
„Wat ga je doen?" vroeg Sidney.
„Ik ga haar terughalen," antwoordde Jack.
..Maar dat kan je niet!' rieü de ander uit.
een besluit tot wijziging van de begroo
ting, of de goedkeuring kan worden afge
wacht. alvorens de begrooting wordt ge
wijzigd; wordt in het eerste geval goed
keuring lot aankoop niet verkregen, dan
moet het begrootings-besluit weer worden
ingetrokken. In het tweede geval ontstaan
moeilijkheden, omdat de akte tot aankoop
moet worden verleden en geen post aan
wezig is, waaruit de koopsom mag wor
den betaald. Omdat de voorgestelde post
zoowel in ontvang als in uitgaaf voor
komt, hij niet kan worden aangewend
zonder uitdrukkelijke goedkeuring van
Uw College en zijn bestaande admini
stratie zeer vereenvoudigt, meenen wij
dat tegen goedkeuring geen bedenkingen
kunnen bestaan. Wij vertrouwen dan ook,
dat na deze toelichting die goedkeuring
zal worden verleend."
Helaas, dat vertrouwen van B. en W. is be
schaamd, want Gedeputeerden hebben ons
doen welen, bij een brief die gisteren is ont
vangen, dat ook na de gegeven nadere toe
lichting bij hun College bedenking bestaat te
gen goedkeuring van het raadsbesluit:
„Door een dergelijke goedkeuring te
verleenen, schrijven Ged. St., zouden wij
ons in beginsel vereenigen met een be
sluit, waarbij op den dienst 1914 uit lee-
ningsgelden een bedrag van f 200.000 voor
den aankoop van vast goed wordt aange
wezen. Afgezien van het feit dat een der
gelijke principieele uitspraak van ons Col
lege niet kan worden gevergd, meenen
v» ij ons 'de volle vrijheid van beoordeeling
van eventueele besluiten tot aankoop van
grond te moeten voorbehouden, waarom
v. ij ons bezwaar tegen voormeld raadsbe
sluit moeten handhaven."
Ik hoop, dat het den heeren duidelijk is,
dat wij niet in het minst geprobeerd hebben
om de vrijheid van beoordeeling van Gedepu
teerde Staten aan te randen; dat College is
natuurlijk even vrij als ooit geweest, zijn goed
keuring niet te verleenen. Het is juist eigen-
oordi/t 1
De Voorzitter stelt eerst aan de orde de
vacatur e-V a o E s v e 1 d.
Uitgebracht wrorden 17 stemmen .waar
van 1 ln blanco en 16 op den heer Van E s-
veld, zoodat deze gekozen is.
De Voorzitter: Mag ik U gehik wen-
schen met deze bijzonder eervolle benoe
ming, die U is ten deel gevallen en mag ik
U vragen, of U U wenscht te beraden gedu
rende 24 uren of de benoeming direct
wenscht te aanvaarden?
De heer Van Esveld: Mijnheer de Voor- I
zitler! Na de benoeming, zooals die plaats
heeft gehad, zal ik zeer gaarne de betrekking I
weer aanvaarden.
j
aardig ,dat in het andere geval wTaar precies
dezelfde kwestie bestaat, Gedeputeerde Staten
geen bezwaar hebben in het midden gebracht.
De heeren zullen daarom, hoop ik, begrijpen,
dat B. en W. het wenschelijk vinden in dezen
in beroep te gaan. Vraagt nu nog een van de
heeren nadere inlichtingen? Is het U voldoen
de duidelijk? Vraagt niemand het woord over
het voorstel van B. en W. om m hooger beroep
te gaan. Vraagt nu nog een van de heeren
nadere inlichtingen? Is het U voldoende dui
delijk? Vraagt niemand het woord over het
voorstel van B. en W. om in hooger beroep
te gaan bij de Kroon? Kunnen de heeren
goedvinden dat de redactie wordt overgela
ten aan B. en W.? Vragen de heeren hoofde
lijke stemming?
Zonder hoofdelijke stemming wordt over
eenkomstig het voorstel van B. en W. beslo
ten.
De Voorzitter: Ik stel U voor af te wij
ken van de orde van de vergadering. Een der
stenografen is nog niet ter vergadering geko
men. Wij zouden eindigen met de trekking
van de afdeelingen. Daar kunnen wij nu mee
beginnen.
De Voorzitter verzoekt de heeren Van
Kalken en Van Achterbergh het stem-bureau
te vormen.
Vacature-Veis Heijn.
Uitgebracht worden 17 stemmen, waar
van 16 op den heer Veis Heijn en 1 in blanco,
zoodat de heer Veis Heijn benoemd is.
De Voorzitten Mijnheer Veis Heijn, U
is het voorrecht te beurt gevallen tot zulk een
mooi aantal stemmen te komen. Mag ik U
vragen, of U bereid is de benoeming direct
te aanvaarden?
Dc heer Veis Heijn: Mijnheer 'de Voor
zitter! Ik dank den Raad voor het vertrou
wen in mij gesteld. Ik heb geen tijd: van be
raad noodig, maar verklaar mij bereid de be
noeming te aanvaarden.
De Voorzitter: Met deze Üerstemmfn-
gen kan ons College met vertrouwen het
nieuwe jaar tegemoet gaan.
Trekking van de Afdeelingen.
De loting heeft het volgende resultaat:
lste Afdeeling: Voorzitten de Wethou
der Van Esveld. Leden: de heeren: Rolan-
dus Hagedoorn, Gerritsen, Briët, Oosterveen,
Leinweber, Van Achterbergh, Eysink, Hou-
baer en Tromp van Holst.
Schillings, zoodal de heer fieopold be
noemd is.
3o. Benoeming van een onderwij
zeres in de nuttige handwerken aan
school C.
Vo o rdr acht:
1. Mej. M. P. K de Koning.
2. Mej. M. J. van den Donker.
3. Mej. J. van Ruijven.
Uitgebracht worden 17 stemmen, waar
van 1 op mej. Van den Donker en 16 op mej.
De Koning, zoodat deze benoemd is.
4o. Benoeming van een onderwf-
zeres aan de openbare lagere schooi G.
V oordraebt:
1. Mej. J. H. van Achterbergh.
2. Mej. E. M. van 't WeL
3. Mej. R. A. van den Hoven.
Uitgebracht worden 17 stemmen, waar
van 15 op mej. Van Achterbergh, 1 op mej.
Van 't Wel en 1 op mej. Van den Hoven, zoo»
dat mej. Van Achterbergh benoemd ts.
4". Benoeming van een onderwij
zeres aan school F.
Voordracht:
1. Mej. M. B. Eijkelhoom.
2. Mej. E. M. van 't WeL
3. Mej. R. A. van den Hoven.
Uitgebracht worden 17 stemmen, waar
van 1 op mej. Van den Hoven, 3 op mej. Van
j 't Wel, en 13 op mej. E ij keiboom, zoodat
deze laatste benoemd is.
De Voorzitter: Mijne Heeren. het is toch
beter dat wij eerst overgaan tot de benoeming
van de Wethouders.
Aan de orde is dus de agenda, en wel:
lo. Benoeming van twee Wethou
ders wegens periodieke aftreding van de
beeun H. W. van Esveld en N. Veis Heijn.
2de Afdeeling: Voorzitter: de Wethou
der Veis Heijn. Leden: de heeren: Kroes,
Wolterbeek, Koning, Van Kalken. Jorisscn,
Van Duinen, Van der Wal en Bijkens.
Aan de orde is thans:
2o. Benoeming ter voorziening in de va
catures van leeraar in de Nederland-
sche taal en letterkunde aan het
Gymnasium en aan de Hoogere Burgerschool.
De Wethouder B ij k e n s: B. en W. stellen
voor, deze benoemingen van tijdelijken aard
te doen zijn. Dc directeur van het Gymnasium
heeft ook gezegd, dat het een lijdelijke benoe
ming zou worden, maar curatoren hebben dat
niet gedaan, maar B. en W. stellen voor om
de beide benoemingen van tijdelijken aard te
doen zijn, èn aan de H. B. S. èn aan het Gym
nasium.
Aanbeveling ter benoeming van een
leeraar in de Nederlandsche taal en letter
kunde aan het Gymnasium te Amersfoort:
1 A. J. M. H. Schillings;
2 L. Leopold;
3. Mej. A. L. A. Roessingh.
Gedurende deze stemming vraagt de Beer
Wolterbeek het woord. De Voorzitter ver
zoekt hem te wachten Lotdat de stemming Is
afgeloopem
5o.
Co
Benoeming van een Lid van de
Commissie van Toe'zicht op het La-
ger Onderwijs (vacature-Veis Heijn).
Aanbeveling:
L G. van Wijland Jr.
2- B. KerUiof Sr.
Wolterbeelc Mijnbeer de
De heer jTujuneei
Voorzitter! Ik zou willen voorstellen dit punt
van de agenda af te nemen en te laten rus
ten tot de volgende vergadering, omdat ik
weet als lid van de Commissie van Toezicht
dal er een vrij groote correspondentie over
is geweest, die niet bij de stukken heeft ge-
lpffPn IV TT a
-SAX, OlUAl;
legen. Ik heb U daar Zaterdag over gespro
ken en ze is er toch niet bijgekomen. Ik zou
willen voorstellen, dat dit punt rusten bleef
t/)t Hp Ti/.lr'j"'1»1
„.IT A a.D Reveling ter benoeming van een
ear in de Nederlandsche taal en letter
de Hoogere Burgers-hooi
kunde aan
Amersfoort:
1. L. Leopold.
2. A J. M. II. Schillings.
Uitgebracht worden 17 stemmen, waar
van 12 op den heer Leopold en 5 op den heer
De Voorzitter: U hebt mij gevraagd, of
die stukken betreffende de Commissie van
Toezicht op het Lager Onderwijs konden won*
den overgelegd. B. en W. hebben besloten die
niet over te leggen. B. en W. vonden dat er
geen reden was die correspondentie nit eigen
beweging over te leggen. Dat is met zooveel
correspondenties het geval, die niet worden
overgelegd.
De heer Wolterbeek: MijnEeef 3e Vóo*«
zitter! Mag ik dan nog eens opmerken, dat de
Commissie van Toezicht is een Commissie
van den Raad en geen Commissie van B. en
W. Dus, een brief die de Commissie van Toe<
1 zicht schrijft, het komt mij voor dat de
Raad toch moet weten wat daarin staat Want
wat bcteekent dat dan eigenlijk, dat de Raad
de Commissie van Toezicht benoemt? Het Si
hier een diepgaand meeningsyerschü en dni
StUKje gida ui
hij het tegen een steen verbrijzelen, toen hem
nog ter rechter lijd de door den Sultan ge-
schre^n spreuk in het oog viel:
bekwaamheid en moed heeft
reeds menigeen den weg ter on
derscheiding gebaand.''
Muhamed glimlachte. Vervolgens dacht hij
over de .spreuk na, wikkelde, nadat hdj tot een
besluit gekomen was, het papier henevens hel
sti&je glas voorzichtig in zijm tulband en
tfapte met vasten tred verder, wel wetende
wat hem te doen stond.
Te Constantinopel zijn er kooplieden, die
hun brood verdienen met nel verhuren van
allerlei Kleedingslulcken, .nz., van de kost
baarste diamanten to< hel nederip gewaad *i>n
1\00:>JC i j.
O .jij, kleine zus,
kom eens bij Sophielje,
dan krijg je een kus 1
Koosje stapt voorzichtig,
wankelt, maar g:en nood
Dora houdt den leiband,
Dora is al „groot!''
Koosje steekt haar handjes
naar Sophiclje uit
nog een heel klein eindje,
loc maar kleine guit 1
dai was
Dora houdt -en lolband,
Do-ra, is zoo „sterk!"
Even|jes nu rusten,
di\n gaat Koos terug;
stap stap mooi zoo,
nü doe je 't al vlug 1
susje.
Koosje is niet bang meer,
kraait het uit van pret
zóó wordt 't spel met zusje
nog wat voortgezet 1
Hermanna