13"" Jaargang.
DE E EM LAN DER".
Dinsdag 29 September 1914.
^bïïstènlandT'
FEUÏLLETON.
Broeder en Zuster
N° 78
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFP Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort l.OO»
Idem franco per post1.50,
Per week (met grati3 verzekering tegen ongelukken) 0.10,
Éfzonderfijke nummers - 0.05*
eze Courant verschynt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie»
Advertenties en beriohten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENT IËN:
Van 15 regels f 0.50.
Elke regel meer 0.10.
Dienstaanbiedingen 23 cents bij vooruitbetaling.
Groote lettere naar plaatsruimte.
Voor handel en bedryt bestaan zoet voordeolige bepalingen
tot het herhaald ailvortoeron in dit Blad, bij abonnement.
Eone circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Het nieuwste Comité.
Gisteren liepen er twee mensclien ach
ter ons en die hadden het niet over den
ooafio-g. OnmididHijk zeiden wij lol ons zelf:
dut is iets om in de krant te zetten, wamt wij
gelooven niet, dat wij sinds 1 Augustus over
iets anders hoorden sprek.ru dan over den
oorlog Zelfs dankbare onderwerpen als het
moore weer en de kans op regen kondcui niet
meer de belangstelling trekken, het was de
Jörlog die alles belieersohle».
'n Journalist wo-rdl veronderstekl nog be
ter op de hoogte te zijn dan 'n gewoon
mensen en wij weten dus allang, dat wij niet
ongestraft 'n goeden of halven bekende kun
nen tegenkomen, of wij moeten tol betalen in
den vorm van "n oorlogsprofetie.
Eerlijk gezegd, stondjen wij dan dikwijls
mei den mond vol tanden zoodat meestal de
j lilni spoedig omgekeerd werden en wij ons
lieten voorlichten door den ondervrager,
v... gewoonlijk dan ook diens bedoeling bleek
te zijn.
Maar bij ons zeil zeiden wij dan menig
maal: waar balen ul dile lui toch hun diploma
tieke en svrulc-MM-he wijsheid vandaan? Is
het niet voor de echte diplomaten en krijgs
kundige n-te -<vel lie oni jaloerseli le worden?
Wij begonnen ons klein te gevoelen en be-
i A.iwencl-(.uwetend. Om dus in 't vervolg wat
beter beslagen ten ijs te doornen, vatten wij
toe. kloeke plan op alle bekende sitraal-, so-
cieuvl- en ka m ers Irate gen te gaan podsen
oiYfc- den duur cn den afloop van den oorlog.
liciaas, hun opinies waren on dealing zoo
tegenstrijdig, dail wij ar niets wijzer door
weiden en maar liever het advies gingen in
winnen van onzen kapper, die, als de meeste
kappers trouwens, gemeenlijk zeer goed inge
licht is, 'n helderen kijk oip de dingen heeft
en z'n licht niet onder de korcmaal laat
•clüjnen.
Maar ditmaal school ook zijn weienschap
te kort. Wel had hij z'n eigen beschouwin
gen, maar 'n duidelijke voorspelling tc geven
durfde hij niet aan. We moesten maar afwach
ten de dingen diie komen zouden, aldus het
slot van z'n uitvoerig betoog. Echter kon hij
ons dat ten stelligste verzekeren, dat er
slechts 3 mogelijk heden waren: óf de Duit-
schers zouden winnen, óf de bondgenooten,
óf (Fe sürijirl zou onbeslist blij,ven.
In zooverre was 's kappers oordeel dus ob-
«c tic ver don dat van de andere strategen en
diplomaten, want die hielden stokstijf wal,
dot de door hen voorspelde uitslag de eenig
mogelijke was en dat ieder die anders dacht,
blijk gaf het juiste inzicht te missen.
Wij waren dus nog niet veel verder en on-
oevredigd verlieten wij het etablissement-
Doelloos voortsJcnterendo. zagen wij tot on
ze verrassing in hel Plantsoen op 'n bank in
Rodin's le IVuseur's houding een zeer
geacht stadgenoot gezeten, onbetwist één on
zer wijste mannen, want nooit liet hij zich in
Hel de gemeentepolitiek.
I>e denker zag ons niet, onze groet be
merkte hij niet. onze roep hoorde hij niet, on
ze liand op z'n schouder voelde hij niet.
Die incest het weten, ineenden wij en wij
zeilen ons naasl hem neer. ,,Zeg ons, wijze
fYTiend, wal denkt .gij vain dien oorlog, wan
neer kosni hest eind?"
Als uit bypnofcisctoen slaap ontwakend,
staarde hij ons aan en zweeg. Driftiger her
haalden wij de vraag
„Vriend, ik versla u wel, zei hij, met zachte
stem „maar ik begrijp niet waarom gij
zoo ongeduldlig zijl. Kom na den oorlog maar
eens bij mij terug, dan zal ik u bewijzen, dat
Tc precies den afloop voordien liad. Nu 'heb
ik mij met 'n ernstiger probleem b.zig te hou
den".
„Kunnen wij u misschien aan de oplossing
helpen? wat is dal probleem?"
„•Dat -is, hoe ik het beste het Steuncomité
helpen kan zond'er in'n porlemonnaic voor
dien -dag te halen".
„Maar dat is heel eenvoudig. Hoe kaai een
wijs man als gij daaro\er tobben? Gij laat uw
beurs in uw broekzak maar haalt uw .porte
feuille voor den dag. Dan betaalt gij met pa
pier en kunt uw portemonnaie dicht hou
den'*.
De man keek ,ons aan of hij het in z'n brand
kast hoorde donderen. Z'n bleekc lippen
mummelden wat, -maar brachten geen klank
voort. Toen stond hij statig op en wandelde
waardig verder.
Alwjeer teleurgesteld vervolgden ook wij
onzen weg. Maar was het beschikking of toe
val? Kwam daar niet 'n gepensionneerd ge
neraal aan? Dien moesten wij aanklampen;
waarom 'hem ook niet dadelijk bezocht?
Vlug schreden wij naar hem to.c, maar reeds
kwam hij met stralend gezicht en uitgestrek
te hand op ons af.
Generaal, kunt u misschien
.Eureka, vriend, gij ny>et mij helpen".
„Generaal, uw opinie over don oorlog.
„Straks, straks, dan zal ik het u zeggen,
maar helpt mij eerst uit de dubbele moeilijk
heid. Lk zou nog n oom-ilé willen vormen,
maar 'k weet niet welk; en ik zoek mcnscben
om ei- zitting in tc nemen, maar 'k ken nie
mand die nog niet oomilé-lid is. Raad mij.
raad mij".
Dal is, ja, afgedriedoklcid lastig, gene
raal. Wij gciooven niet, dat er nog iemanjd
hier te vinden is, zóó gelukkig dat hij im goeh
enkel ooniïté zitting heeft. Er zijn zoo lang
zamerhand meer comités dail menschen'*.
„O, iaat |U daardoor niet afschrikken. De
bevolking vaai Amersfoort gaal gemiddeld
met anderliaiven inwoner per dag vooruit.
Als we dus 4 lagen lang denken, zijn er al 6
comité-leden. Nu is alleen maar de vraag;
welk comité kan hier nog opgericht wor
den?"
„Ileuscli, generaal, wij weten het niet. Maar
de oorlog, hoe denkt u over den oorlog?"
„Leid mij nu niet af door zulk ii eenvou
dige, vanzelfsprekende zaak. Help mij den
ken. Wanneer ons beider gedachten samen
werken en wij onze gezamenlijke gedacht en-
kracht op dit ééne punt conoe-ntreeren, zul
len wij de oplossing stellig vinden'
We hebben samen geloopen, we hebben sa
men gezwegen, we hebben samen gedacht,
maar we hebben samen niet kunnen ontdek
ken, welk comité hier nog niet bestond.
Driemaal liepen wij de wallen rond en toen
wistetn wij het nog niet. Bij dc Amcrsfoort-
sche kei namen wij afscheid. De generaal
ging naar Amaril ia, wij den berg op. Om zoo
lang mogelijk van den praohligen herfstdag
tc genieten en niet al Le spoedig thuis te zijn.
slapten wij op de tram. En zooals 'het altijd
gaal, daar werd l'csprit de l'escalien* vaardig I
over ons Nauwelijks stonden wij op het aoh-
lierbaToon of daar -school -hel ons in de ge
dachte.
Van dc tram springen, de generaal achter
na hollen, was hel werk van enkele secon
den.
„Generaal, hel comité, wij hebben het ge
vonden! liet is.'n comité voor de acliter-
•ebloven betrekkingen der differente comité-
leden".
De generaal in extase. „Juist, juist, dat is
grandioos, grandioos"Maar don plotseling
ontnuchterd: „maar gij liad-t die ontdekking
liever 4 dagen later moeten doen; want vóór
diicn zijn o-nze 6 comité-leden er immers nog
niet!"
En zoo koiul het, waarde lezer, dat wij het
nu laten moeten hij de aankondiging van dit
spiksplinternieuwe comité. Weldra zult gij
er meer van hooren. Als nu maar de Burger
lijke Stand wat wil meewerken
Politiek Overzicht.
De oorlog, die niet wordt
gezien.
Naast den oorlog op de slagvelden is er nog
een andere oorlog, die minder aan den dag
komt, maar toch niet minder inspanning
eischt. Dal is de oorlog die gaal om de be
staansmiddelen van de natie, om de middelen
lol hel verschaffen van levensonderhoud aan
de elkaar bestrijdende volken en om 't hun
mogelijk le maken elkaar veldslagen te leve
ren.
De Temps verheugt zich er in, dat op dat ge
bied -Dufitsdhland in ongunstiger toestand ver
keert dan zijne tegenstanders. Dudtschlands
bodera is niet rijk. Als industrieel land heeft
hel behoefte aan werken en uitvoeren om te
leven en in het buitenland het goud en de
hulpmiddelen te vinden, die de ontelbare be
hoeften van zijne legers en de aankoo-
pen, die het verplicht is op alle wereld
markten te doen, verslinden. Aan den
anderen kant zijn de middelen van ge
meenschap en van ruil van Duiisohland
en Ooslenrijk-Hongarije met de buitenwe
reld zeer beperkt. Hunne spoorwegen loopen
uit op de lijnen van de vijandelijke natiën. Op
zee blijft alleen de Oostzee geopend voor de
Duitsche scheepvaart en de koopvaardij van
Oostennjk-Hongarije is opgesloten in Triest
en Pola. Met rustelooze waakzaamheid wor
den de onzijdige staten op de vingers gezien,
dat zij den Duitschen handel geene middelen
verschaffen om betrekkingen met dc rest van
de wereld le onderhouden Onze regeering
weet daarvan mee te spreken.
Inlusschen is op één punl Duilschland ze
ker niet in liet nadeel: v me lijk op dat van
de kolonproduclie. De Vossische Ztg dêelt
daarover eenige cijfers mede, die wel van be
lang zijn. De voornaamste steenkolenleveran-
ciers: Duitschland, Frankrijk, België en Enge
land, voeren oorlog en hebben hunne grenzen
gesloten. De Fransche en Belgische mijnen
echter zijn meerendeels in Duitsch bezdt of
hebben tengevolge van gebrek aan werkkrach
ten de exploitatie gestaakt. Wat Rusland
betreft, daar heerschte reeds in 1913 brand-
stofnood. Nu door de afsluiting van de Oost
zee en de Zwarte zee Rusland van allen belang
rijken toevoer is afgesneden en dc eigen pro
ductie de behoeften niet kan dekken, zal Rus
land weldra zonder kolen zijn. Frankrijk kan
door Engeland over de Atlantische havens
voorzien worden van wat het aan kolen te
kort komt.
De totale productie van de oorlogvoerende
landen aan steen- en bruinkolen was in 1911
in duizendtallen tonnen:
Duitsche rijk 234.521
Oostennjk-Hongarije 49.86
Tvvccbond 284.381
Rusland 26.G36
Frankrijk 39.231
Groot-Biiltanni* 270.255
België 23.053
Triple entente 365.175
Dc oorlogvoerenden te zamen 649.556
De kolonproduclie van de onzijdige Euro-
peesche staten was aldus:
Italië 557, Spanje 3916, Nederland 1177
Zweden 312 te zamen 6202 duizend ton. Wan
neer men daarbij rekent dc productie van de
Vereenigde Staten van Nooi d-Amerika met
450.165, dan krijgt men eene productie van de
onzijdigen van 456.127 duizend ton. Ook wan
neer men de verdere kolenleveranciers van
hel Aziatische, Afrikaanschc en Australische
continent in aanmerking neemt, dan bereiken
deze nog lang niet dc totale productie van
de oorlogvoerende stalen.
De wederzijdsche betrekkingen van de oor
logvocrende staten in vredestijd geven de vol
gende cijfers aan, die den uitvoer en den in
voer vermelden. Duitschkind betrok 10.38 mil-
lioen ton steenkolen (daarvan 899 millioen uit
GrooDBrittannie). Het voerde daarentegen uit
31.11 millioen, en wel naar België 5.3, naar
Frankrijk 3.06, naar Nederland 6.54, naar Oos
tenrijk-I longarijo 11.0, naar Rusland 1.51, naar
Zwitserland 1.5 millioen ton. De grootste be
hoefte van de oorlogvoerende partijen hadden
dus België en Frankrijk. Duitschland betrok
uit het buitenland in 1913 voor 193.93, het
voerde utt voor 513.8 millioen mark. Frank
rijk betrok voor 575.2 millioen frs., Rusland
voor 75.3 millioen roebelsBelgië voerde voor
161.9 millioen frs. in en voor 90.2 millioen frs.
uit. Ooslenrijk-Hongarije voerde in voor 262.8
millioen kronen, ufut voor 14 5 millioen kronen.
De uitvoer van Groot-Brittannie bedroeg 50.72
millioen p. st.
Duitschland, dat de mijnwerkers, voor zoo
ver zij tot den landstorm behooren, niet on
der de wapenen heeft geroepen, en Oostenrijk
zulleu onbelemmerd kolen blijven producee-
ren. Wat de oorlog hen in 't vervolg nog
moge brengen, voor kolen nood behoeven zij
niet Le vreezen.
De oortog.
Parijs, 2 8 Sept. (R.) De algomecne toe
stand is onveranderd. Wij sloegen nieuwe he.
vi-g-e aanvullen af op sommige punten, met
name tusschcn dc Aisne on de Argonne.
Lo n de li, 28 Sept. (R Bericht van het
persbureau. Inden afgeloopon dacht werden dc
aanvallen van den vijand met nog grooter
hevigheid verricht, doch zonder succes. Er
is geene verandering m den toes!and. De
Duits oh ers wonnen nergens terreinDe Fran-
sclieu vorderden liier cn daar.
O s l e ird c 28 Sept. (R.) Een geloofwaar
dig pcrsKHi, die uil Brussel hier is aange
komen, bericht, dat de stad vol Duitsche troe«
pen is, die uit hol zuiden komen en uitgeput
schijnen le zijn.
Londen, 29 Sept. (R De Times bericht
uit Bordeaux, dat tea oosten van Reims do
vijand zijne aanvallen met groote hevigheid
hervatte; zij bleven ijdel. Twee batcillons
Pruisische garde werden vernietigd. Dc garde
leed ontzettende verliezen.
Parijs, 29 Sept. (R.) Communiqué van
den 28en, elf uur des avonds. Aan onzen lin
kervleugel zijn de berichten over den toestand
gunstig.
In het midden sloegen onze troepen nog
met suoces nieuwe, zc-er hevige aanvallen af.
Wij gingen een weinig vooruit op de Maas
hoogten. In do Woévre zijn de operation ge
schorst wegens een dikken mist.
Aan onzen rechtervleugel (Lotharingen eu
de Vogeczcn) is de toestand onveranderd.
Ostc n dc» 28 Sept. (R.j Zondagmorgen
hebben de autoriteiten Aalst door de bewo
ners doen ontruimen.
De Duitsoliers trachtten dc Dendei' over te
gaan, maar werden teruggeslagen. Zij bom
bardeerden Aalst en richtten er aanzienlijke
9 cl iade aan, met name aan het hospitaal, dat
in brand word gestoken. De Duilschcrs wcr-'
den toruggedireven naar Assche.
Zondagavond vloog een Zeppelin over Gent.
De kuststreek werd gewaarsoliuwd eu alle
lichten worden gedoofd.
Londen, 29 Sept. (R.) Een officier-vlie
ger zegt in een brief, die in de Times is op
genomen, dat het korps vliegeniers tot lieden
slechts één bestuurder cu zijn passagier heeft
verloren.
Peloa sburg, 28 Sept. (Telegraafagcnt-
sckap). Mcdedeeding van den generate*! staf
van den opperbevelhebber.
De Russische troepen treden snel aanval
lend op in de bossohen van Augustow (in het
Russische gouvernement Suwalki).
Aan het bombardement van Ossovviecz no_
men ewarc stukken deel. Tijdens de vrij ht-vigf
kan onna de van gisteren werd eene poging van
Duitsche infanterie om dichter bij den vijand
te komen, afgeslagen.
Aan het front van Silcaië ontwikkelt de aan
zienlijk versterkte vijand eene groote activi
teit.
Do uitvallen van het garnizoen vail Przc-
mysl blijven zonder succes.
Nieuwe reeksen gevangenen, kanonnen en
munitie vallen in onze banden. Bij dc voort
zetting van den afUxlht der Oostenrijkers
wordt de volslagen verwarring vuil hunne ge-
vechtsoenlieden geopenbaard.
Tokio, 2 8 Sept. (R.) De Japanners He
len Zondag de Duitschers aan op vijf mijlen
afstand! van Tsdngtao. Drie Duitsche oorlogs
schepen bcsclioten den Japanscken rechter
vleugel met liunne kanonnen, totdat dc vlieg
tuigen een afleiding teweegbrachten.
Londen, 28 S c p t. (R.) Communiqué van
het persbureau. Dua-la, dc hoofdstad van
Duitsch Kameroen, en Bonabcri helften zich
voorwaardelijk overgegeven aan een En-
gelseh-Fransohe strijdmacht onder bevel \uu
een Engdlscheu generaal.
Liidcritz baai, 28 Sept (R Een
zeer levendig gevecht heeft plaats gJiad bij
Lüderilz baai tusschen Engdscken en Duit
schers. De Ddirttscheals wenden verrast; zij
Lal hel leven eon woestijn is, zou men hier
uit kunnen opmaken, dat ons iederen dag zoo
veel zand in do oogen wordt gestrooid.
oorspronkelijke roman door
Thérèse Hoven.
19
En toon Monique er haar attent op maakte,
de lucht boven den Mont Revard zoo mooi
folder was, lix>k ze de knokkedige schouders
óp. De Mont Revard telde niet mee, dat wist
In Aix, zelfs 't kleinste kind.
be jon^esis waren zeker niet ui/t de buurt,
ftiiKko-s zouden ze 't ook wel weten.
Le jongens lii'elen er zicii nksl over uil; doch
boen die vrouw gelijk bleek te hebben en de
■ouniiggwnjd© bergen door een dikke sneeuw
liut# bedekt waren, terwijl hel uitzicht, nu en
dan, door felle jachtbuien werd belemmerd,
besloten zij eeuuge dagen le wachten.
De Rue du Pare» waar zij ecfli onderkomen
gevonden, hadden» was wdi de leelijkste, ar
moedigste straat van heel Aix van onderen
Waren db huizen er van ruwe steen en ge
bouwd, terwijl het bovenste gedeelte van lioul
was. aai boven waren ze geheel open, een
éooi t ran overdekt balkon vormende, heel
fcardig «n kichtig in den zomer, maar tochtig
éh omgeriefelijjk i.n den winter.
Doch de kinderen waren niet verwend; elk
liuis, hoe eenvoudig ook, was oen verbetering
op het getimmerte, dat hun tehuis had ge
vormd.
De oude vrouw was heel spraakzaam cn
vertelde haar kleinen kostgangers, h«»e, ge
durende hel badseizoen, man, vrouw en kin
deren, in de badinrichting of in de hotels
bezig waren, doch hoe er 's winters geluierd
werd. Hoe de kinderen dan, een paar uur per
dag, school gingen, doch, voor 'l overige,
maar rondliepen; hoe de vrouwen, geplaagde
wezens, die nooit rust hadden, ioor het huis
houden cn voor de kleeren zorgden» en hoe
de mannen, dronken en sliepen en sliepen en
dronken!
Een enkele verdiende een kleinigheid met
hout hakken, blik soldccren of schoenen lap
pen, doch dit was een uitzondering; handel
was er niet, nijverheid evenmin. Aix pro
duceerde niets dan odeur, getrokken uil de
beroemde cyclamen, die bij menigte op den
Revard groeiden en sucre d'or.gc, beide
weeide-ar li kelen, waarvan ue oiuzet gering
was en zich lol de plaats zelve bepaalde en
dat nog enkel in de zomermaanden.
s Winters ging ei' niets om, en gingen de
doctoren zelfs op reis, zoodat het voor een
arm mensoh altijd een ongeluk was om ziek
te worden.
*6 Zomers hadden de geneesheeren geen
lijd om naar ze 0111 te kijken en "s winters
waren ze rr nic-t.
Een enkele bleef ei*, maar die werd dan
liever niet gestoord.
Bij nadere kennismaking kwam het den
kinderen raor, als een groot nest marmotten
in hun winterslaap.
Don eersten dag was hun hospita erg
vriendelijk en sprak ze over geen betaling,
doch toem het zich liet aanzien, dal hun Ver-
bi ij! verlengd zou worden, begon ze tc kla
gen en meer dan duidelijke wenken omtrent
een billijke vergoeding te geven.
Monique en Lallo wisten niet wat te doen.
Ze hadden geen geld, geen enkelen sou, zelfs
geen centime.
Hun kleeren, reeds haveloos bij den aan
vang hunner omzwerving, waren nu niet veel
meer don lappen, waarin kleur noch vorm te
bekennen waren, llun eenige voclbedckking
bestond nog uit de gonje zakken, die hun
vriend de marskramer, hun gegeven had.
Den morgen, van liun aankomst in Aix,
liepen ze, met hun tweeën, langs de verlaten
wegen en stralen; ze bekenden 't elkander
niet, doch ieder voor zich, koesterde de hoop
iu 't hart de oen oi" ander medelijdende ziel
tegen te komen, die zijn medelijden door
koper, misschien wel door zilver zou looncn.
Ze wikten niet bedelen; bet woord alleen
was liun een gruwel, maar ze hoopten innig,
dat iemand liun iels geven zou. Maar helaas!
Degenen, die zij, op hun weg legen kwamen,
waren insgelijks arm; wel niet in lompen,
zonder een centime in de wereld, zonder dak
boven hun hoofd en zonder middel van be
staan, maar loch arm.
Ze dwaalden door de lange Rue de Geneve
kwamen uau het Square du Gigol en van daar,
door een laan van prachtig besneeuwde pla
tanen, aan het meer.
Sprakeloos stonden ze van bewondering.
Ze vergaten kou en honger, en armoede en
ellende, ze voelden noch de droefheid van 't
verleden, noch angst voor de toekomstze
hielden den adem in, verdieot in het verruk
kelijke schouwspel, dat zich aan hun oogen
opdrong, met een vriendelijkheid» een gul
heid, gelijk alleen de natuur dat doet.
Ecuwig weldoende, vreugde verschaffende
fee, die niet Lel op rang of stand of ouder
dom of deugd doch die haar gaven, haar
schoonheid, biedt aan wie ze zien wil.
Monique en Lallo hielden elkander om
klemd zwijgend, onder den indruk van
zooveel moois.
Het meer du Bounget, intenser blauw van
kleur en veel woester en sdhooner van om
lijsting dan liet meer ran Aumecy scheen
hun een openbaring van pracht.
Als con massieve rand vau gedreven zilver
verhieven de bergen zich. in stille, witte
Majesteit, boven het diepe blauw Hier eu
daar had een windhoos de sneeuw weg ge
veegd en vertoonden zich plekken van donker
groen ol lichtgrijs. oor 't overige was alles
wit vlekkeloos, rein wit.
De Alpen van Dnuphiné troonden iioog. als
de grenzen, van het Savoisdhe lanidsdiap en
schenen dc kleine provincie legen vreemden
invloed te willen beschermen.
Ju de verte zagen ze het Ikioosler raai ITaute-
com.be, in rustige afzondering, op een minia
tuur eilandje liggen.
En, in de hoogte, namen ze stipjes waar,
die geen bot erkends van lien hadden. Het
chalet van La Ckambotte, liet doel van een
der meest geliefkoosde wandelritten der zo-
inergasten, waar ze, behalve het heerlijke uit
zicht, nog konden genieten van ectot Schotsche
scones, welk theegebak hun door de vrouw
van den waard, a read Scotch lassie, van ge
boorte, verboden werd.
En het hotel van de col du Chat. waar een
dimalerisöh station is en de twee chüiels val
den Revard met hot Jiioloriologisoh observa
torium en boven al la cioifc. du Ni ulol..,
dat zich, duizenden Meters hoog, als een vuur
toren in dc bergen-zee verheit eu den wan
deraars cn herders een baken is.
Maar de twee kleine pelgrims uit hel ach»
terland van Savoie wisten van dat alles niets.
Al die termen van een verfijnde beseft.--1
ring en hoogerc ontwikkeling zouden hun als
een vreemde taal in dc uoien hebben ge
klonken.
\Yal zij begrepen was bet groolsche pano
rama dor Alpen-natuur, dal zich voor hen
uitstrekte.
Ze wisten gean woorden te vinden om zich
le uiten, ze voelden alleen, dat t mooi was
„Dat is ons land", zei Monique eindelijk,
met een mengeling van trots cn droefheid.
En Lnlle, geheel mot haar instemnimdcï
„Ons land cn we gaan het verlaten
Want Nioa had hem verteld, dat zc nu niet
ver meer waren van Chambéry, hel toppunt
van haar illusies, doch tevens de grens van
haar welen.
N-a Ghambéry kwam het onbekende, waar
ze hard zouden moeten werken, doch dat hen
vloeden zou.
„We moeten wel, LailoSavoie is zoo
arm... denk toch, van Aix stond zooveel in
het boekje van Heeroom, wel twee bladzijden,
en wat is 't nog? Als wij hier lang bleven,
zouden wij van honger moeten sterven
„O, Nica... hij «idderdel
Wordt vervolgd.