EEN ROMANTISCHE JONGEN
„DE E EM LAN DER".
Maandag 7 December 1914.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N° 138
13d* Jaargang.
Bericht.
'Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
HI
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort l.OO*
v Idem franco per post - 1.50*
por week (met gratis verzekering tegon ongelukken) - 0.10.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
^Peze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT
Intercomm. Telefoonnummer 66.
1.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regelsf 0.50.
Elke regel meer- 0.10
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoolige bepalingen
tot het herhaald adverteeron in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bovattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Zijdie zich met ingang van
t Januari a.s, op dit blad abon-
neer en, ontvangen de tot dien
datum verschijnende num
mers G Ft A. 11S.
De Administratie
Het verzet der geïnter
neerden.
Onder het ihoofdje: „Een openbaar onder
zoek" schrijft liet Hbld.;
«,Met droefheid zal ieder vernamen ikebben,
dat gisteren ter handhaving van de orde door
onze militairen zes van de Belgische soldaten,
die dn ons land een veilige toevlucht zochten
en die in het kamp te Zeist waren geïnter
neerd, zijn gedood.
"Wij zijn overtuigd dat -die droefheid niet
het minst door onze soLdaten aclvcn gevoeld
zal worden, die een zeer moeielijken plicht
voorzeker naar hun beste weten vervuld heb
ben.
En, naar wij hopen cn vertrouwen, niet
Rechts naar hun beste wolen, maar ook op
'de boste en eenig mogelijke wijze. Dook
laten wij het erkennen zekerheid
dienaangaande bestaat nog niet. Er wordt
door de justitie een onderzoek ingesteld en
Wij twijfelen er niet aan of dat onderzoek zal
grondig en rechtvaardig zijn. Maar, zooals wij
reeds zoo dikwijls gevraagd hebben o.a.
Ha het spoorwegongeluk bij Bellen, wat de
openbaarmaking van den uitslag betreft, niet
tevergeefs wij zouden het nderzoek zoo
'gaarne niet slechts grondig en onpartijdig
Jnaar ook openbaar willen hehben. Een open
haar getuigenverhoor zoo mogelijk, maar in
«lk geval een openbaar verslag van hel on
derzoek en van de opmerkingen en gevolg-
Rekkingen waartoe het aanleiding gaf.
De gewone wijze van de orde in een groote
massa elf duizend man! roerige en wer-
kedooze jonge mannen te handhaven is na
tuurlijk niet door op die menschen te schie
ten. Er kunnen omstandigheden zijn cn
voorzeker waren die omstandigheden in Zeist
aanwezig dat dit het eenig overgebleven
middel is. Dan mag toch echter in het open
haar blijken, welke de omstandigheden wa
ren wa,t b.v. het noodlottig gevolg van nog
grooter lankmoedigheid en grooter forsch-
heid (met minder doodende middelen zou zijn
geweest. En tevens of door krachtiger en oor
deelkundiger handhaving van de tucht, vóór
schieten het eenig mogelijke redmiddel was,
deze ramp niet voorkomen had kunnen wor
den.
En openhaarheid kan daarom op twee wij
zen een goed gevolg hebben.
Wij 'hebben meer inlerneeringskampen en
wellicht zal daarin nog vele maanden de dis
cipline gehandhaafd moeten worden. Het
voorgevallene mag in geen geval den bewa
kingstroepen de overtuiging schenken, dat
schieten het probaatste en uitnemends te m:d-
iiel is oin de tucht te handhaven. Integendeel,
moet en (kan uit een onderzoek vooraf aan het
licht komen dat schieten het laatste cn u/tc-r-
sle redmiddel is maar in verreweg de
meeste gevallen veel erger dan de kwaal, die
genezen moet worden en dat het streven moet
zijn gebeurtenissen te voorkomen, waarbij dat
uiterste red-middel moet worden toegepast.
Wij hebben ©enige reden om dit te verkla
ren, daar nog vóór het juslitieele onderzoek
in deze zaak is aangevangen een opperoffi-
eier zijn tevredenheid schijnt betuigd te heb
ben met het optreden der militairen. Iloe a er-
heugend het moge zijn daaruit af tc leiden,
dat er voor tevredenheid ahe reden zal zijn
moet toch tevens erkend worden -dat het
toejuichen van dit schrikkelijke bloedvergie
ten, zonder eenige venklaring cr bij waarom
het noodzakelijk was, een ongewenschle uit
werking kan hebben op militairen, die met
geladen geweer elders de orde hebben te
handhaven.
Een tweede gunstig gevolg van openbaar
heid zou zijn, dat de geiniernoerden de over
tuiging kunnen erlangen dat ook met hun
rechten rekening gehouden wordt, dat vol
doende zekerheid beslaat voor hun veiligheid
en voor eerbiediging van huo leven. Zij zijn
omringd door gewapende militairen zij
mogen wel hooren dat <le geweren door de
soldaten gedragen niet al te spoedig aï gaan
zullen.
Wij hebben ook Engolsche geïnterneerden
in ons land: dezen zijn gewoon, dat een open
baar onderzoek naar zulk een doodslag plaats
vindt. Op het eiland Mann is iels dergelijks
gebeurd in een ka/mp van Duilsche geinter-
neerden aJs hier te Zeist geschiedde. Binnen
eon week was het openbaar onderzoek, met
openbaar getuigenverhoor af geloop en. Ook
getuigen uit 't kamp zelf waren gehoord: de
gegrondheid der grieven, die lot het ernstige
relletje aanleiding hadden gegeven, was on
derzocht. Engeland is in oorlog en de geinier-
neerden waren vijanden van het land wat
in Engeland mogelijk was moet op meer be
scheiden schaal toch ook in ons land moge
lijk zijn."
Poliiiek Overzicht.
De wereldstrijd.
In dc vorige week heeft op het zuid-ooste
lijk oorlogstoon eel een sprekend wapenfeit
plaats gehad. Het klonk als eene aankondi
ging, dat het einde van den strijd in aan
tocht is, toen men dc tijding vernam, dat dc
hoofdstad van Servië door het Oostenrijk-
sche leger in bezit genomen was. .Maar dat
geldt van een strijd, die van den reu
zenstrijd, die nu gaande is, slechts een wei
nig boteekenend onderdeel is. Ilct geschil
tussohen Oostenrijk cn Servië is de vonk ge
weest, die hel vuur heeft ontstoken; maar hoe
de afrekening zal zijn lusschen deze twee lan
den, is bij den omvang, dien dc brand heeft
verkregen, van geringe beteckenis, en het
uitzicht, dat zich daar opent op hel nade
rende einde van den strijd, is van geen ge
wicht voor den. grooten strijd, die zich uit
dal kleine begin lieeft ontwikkeld.
Van dien grooten strijd is nog geen einde
te zien In de berichten, die ons in dc vorige
weck bereikten, is geen spoor tc merken, dal
daarop eenig uitzicht opent. Wij zijn van de
officieele bulletins gewoon, dat zij nu reeds
si nis weken niets belangwekkends inhouden,
maar ditmaal werd toch de climax van on
belangrijkheid bereikt met de medcdeeling
van het Duilsche hoofdkwartier, dal cr van
het westelijke en het oostelijke oorlogslerrein
niets bijzondere te berichten was. Het is he
den juist diie maanden geleden, dat "die Duit-
selie weslerlegers hun opmarech. naar Parijs
staakten. Den 7cn September werd toet rucht
baar, dat de Duilsohers Parijs op zijde lie
ten liggen en eene zwenking hadden gemaakt
in zuid-oostelijke richting. Daarop is eene
aohterwaarlsdie beweging gevolgd, die ech
ter weldra tot staan is gekomen, en sedert
houden de beide partijen elkander in schaak
op eene linie, die zich over honderden kilo
meiers uitstrekt van de Noordzee tot aan
Belfort.
Ontzettend zwaar zijn de verliezen., die
deze strijd aan beide zijden kost. Eergisteren
hebben wij in een officieel rajpnoit van den
Fraaischen opperbevelhebber kunnen lezen,
dat alleen in den slag om Yperen de Duil-
scliers 120,000 man hehben vc-rlorcn. De mi
litaire medewerker van de Times geeft de
verliezen van het Engelsche leger op aJs
84.00U man, hetgeen ongeveer overeenkomt
met de oorspronkelijke sterkte van het Brit-
sclie leger, toen het uitrukte. Dc verliezen in
den slag bij Ypercai en Armcntières hebben
omstreeks ÖO,ÜOO mail bedragen, waarvan
5500 komen voor rekening van de Indische
hulptroepen.
Maar deze groote offers hebben nog ïiiel
geleid tot een tastbaar resultaat, dat voor
de beslissing in aanmerking komb. Een mili
taire deskundige schrijft: ,,De sappe is troef.
Lr lieelt zich liicr een strijd ontwikkeld, die
reeds niet meer is een posüieslrijd, maar een
v est ingst rijd, cn wel een strijd om vestingen,
dde moe iel ijker zijn te nemen dan gebasti-
oneerde steden met pantserforten." Deze
deskundige waagt de voorspeiling, dat het
gehccle front zal ineenvallen, wanneer op
één punt van overwegend gewicht de door
braak gelukt. Maar juist daarin is men tol
dusver niet geslaagd- Aan beide zijden kar
men zicili de verdienste toekennen, -dat men
dit aan den tegenstander heeft belet. En het
schijnt, d'at diit vooreerst zoo zal blijven. De
hierboven reeds aar gebaalde medewerker
van de Times schrijft: „Wij moeten toegeven,
dat de Duilsche troepen, in weerwil van ver
schrikkelijke verliezen, nog talrijker zijn dan
wij en dal zij sterke stellingen innemen. Zij
bezitten eene geduchte artillerie, die verspreid
opgesteld en goed verborgen is. Hun zwaar
geschut heeft nog de overhand en begraaft
aanhoudend onze mannen door geheele af-
deelingcn van de loopgraven te vernielen.
Hunne scherpschutters zijn stoutmoedig cn
hardnekkig. Hunne mortieren cn granaler
berokkenen ons aanhoudend verliezen, en
ofschoon hun bespiedingsdienst in de luch'
zeldzamer wend, verschijnen toch nog Taube
en Albatros-vliegtuigen boven óns en nenieu
waar hetgeen wij doen Wij hebben bijn?
de geheele regelmatige reserve cn het beste
deel der speciale reserve van vele korpsen
naar het front gebracht. Wanneer de dé
pöls niet langer in slaat zijn geregeld goede
manschappen te zenden tot aanvulling van
geleden verliezen, dan zou het leger aan hel
front gaarne een deel van de nieuwe leger?
als aanvulling begroeten. Wij hebben iedere»
maai noodig, dien wij kunnen ainden, en wij
zullen spoedig moeten overwegen hoe wij d.-
nieuwe lichtingen hel best aan hel front ,kun
nen gebruiken, hetzij als legers, division er
brigades in eenheden of tol versterking vaD
bestaande formation.
De conclusie, waartoe deze schrijver komt,
is dat men aain beide zijden zich zoo heelt
versterkt en dat het loopgravcnstelscl zich
zoo ontwikkeld hoeft, dat zoowel de Duit-
schcrs als de verbonden legers er moeiLijk
toe kunnen komen, tot een ernstigen aanval
over te gaan; met andere woorden: De strijd,
in Vlaanderen is uit. Dal zou hierop neer-
konion, dat de beide legers feitelijk dc win
terkwartieren hebben betrokken, maar win
terkwartieren, waarin men de lasten en ont
beringen, aan de oorlogvoering vertoonden-, in
dubbele mate voelt. Het is begrijpelijk, dal dit
vooruitzicht niets aanlokkends heeft. Van
Duilsche zijde wordt dan ook verklaard, dat
men niet van zins is winlerkwartieren te be-
trekkeu aan den oever van de Yser, omdat
het uitstel van de beslissing in den strijd
strijdig is met de moderne Duilsohe oorlog
voering. De vraag is echter: Iloe kan men er
aan ontkomen?
In den ouden tijd waren de oorlogvoeren
den in dat opzicht er beter aan toe. Men was
gewoon in den wintertijd, waaronder wer
den verstaan de weken, liggende tussehen liet
laatst van November en half MiaaiL den
strijd te staken cn de troepen de winter
kwartieren te laten betrekken. Nog in den
zevenjarigen oorlog werd die gewoonte in
acht genomen. In 1857 werd den 5cn Decem
ber bij Leuthen door het leger van Fredcrik
den Groote gestreden om het recht vajn de
overwintering in Silezië, want den winter
door te maken achter liet tooneel van den
veldltooht, wend beschouwd als eene erken
ning, dal men hem bad verloren.
Napoleon heelt met het gebruik van de
winterkwartieren gebroken. Na den slag bij
Jena, den Men October 180(5, ging de oorlog,
waarin toon Pruisen aan de zijde van Rus
land streed legen Frankrijk, den gcheelen
winter door tot Juli 1807, toen hij door den
vrede van Tilsat geëindigd werd. Met den
overgang van het jaar- 1818 in 1814 brachten
de legers van het legen Napoleon verbonden
Europa don strijd over op het Fransehe ge
bied; in den nieuwjaarsnacht ging Blücher
bij Caub over den Rijn.
Het Duilsche leger heeft sedert twee win-
lerveldtochlen doorgemaakt, in 1804 begon
de Decnsche veldtocht in Februari bij
sneeuw en ijs. Ln den oorlog van 1870/71 viel
de vorst kort vóór Kerstmis in; op den nieuw
jaarsdag bereikte de thermometer den laag-
sten stand, maar nog in Februari had men
ouder de winterkoude te lijden. Vooral iu
Frankrijk luid men er zeer onder te lijden,
liet is bekend, dat onder den invloed van den
harden winter meer nog dan door dc Duil
sche aanvallen het oo«lei leger van Bour-
baki werd vernietigd; uc ten decle nog zeer
jonge manschappen bereikten in deernis
waard igen toestand over de passen van de
Jura den beschermendeu grond van hel neu
trale Zwitserland.
De oorlog.
Par ij s, 5 Dcc. (R.) Avondcoinmumqué.
In België was men op dezelfde wijze werk
zaam als den vorigen dag. Wij bevestigden
onze stelling ten noorden van het veerhuis,
dat Vrijdag genomen werd.
Overigens is op hel geheele l'ront niets van
belang gebeurd.
B e r i ij n, G De c. (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uil hel groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Heden nacht werd ICcrmelles, ccnc plaals
ten zuidwesten van Bcthune, welker verder
in bezit houden in het aanhoudende artillerie^
vuur onnoodige offers zou hebben gcëiscïit
overeenkomstig de bedoelingen van den gene)
ruien stal door ons ontruimd. Dc nog aan
wezige gebouwen waren vooraf vernield. Onze
troepen bezetten gereed gemaakte stellingen
ten oosten van de plaats; de vijand kon onj
tot dusver niet daarheen volgen.
Ten westen cn ten zuidwesten van Ailkircb
hernieuwden dc Fransclicu hunne aanvallen
niet aanzienlijke strijdkrachten, maar zon
der suces. Zij leden sterke verliezen. Overi
gens kwamen in het westen gecne noemens
waardige gebeurtenissen voor.
Berlijn, 6 Dcc. (W. B.) Officieel bericht.
De in het builculnnd verspreide berichten
over teruggaande bewegingen van de Duit
sche troepen aan het Yserkanaal zijn onwaar.
Parijs, 6 Dee. (R). Namiddag-commu
niqué.
In België vernietigde onze zware artillerie,
niet ver van het veerhuis, waarvan de inne
ming gister wei d bericht, een Duilsche hulp-
schans. Do vijand trachtte vruchteloos ons
Woldendrifl woer te ontnemen
Op de rest van iiel freiat en aan dc Aisnc
heerschtc een volstrekte rust.
In Champagne toceil onze zeer werkzame
zware artillerie met succes Duilsche batterijen
teruggeslagen- In de Argonne wordt de sap
pen-oorlog voortgezet. Wij blijven langzaam
verder gaan cn slaan allo aanvallen vafn der
vijand terug. Er is ook eenige vooruitgang it»
dc streek ten zuidoosten van Varennes, waar
de Duilsche artillerie lot zwijgen is gebracht.
Van hol overige front ds niets te vermelden.
Avond-communiqué.
Er is niets nieuws te berichten.
WcencB, 5 Dec. (W. BOfficieel be
richt.
In de Karpalhcn is ook gisteren niets van
belang gebeurd. In West-GaKcic ontwikkelden
zich bij Tymbark kleine gevechten, die voor
onze wapenen gunstig verliepen. De toestand
ln Zuid-Polen is onveranderd. In Noord-Po
len duurt de. slag voort.
Berlijn, 6 Dcc. (W- R-) Bericht van liei
opperste legerbestuur uil hel groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Op hel oorlogstcrrein ten oosten van het
Masurischc merenplateau hield dc vijand zich
rustig. liet verloop van dc gevechten om Locïz
beantwoordt steeds aan onze verwachtingen.
In Zuid-Polen is gecne verandering.
Iglo. G Dec. (W. B.) Dc Obergespau iit
hel Louiitaal Szepes ontving gisteren namid'
dag het volgende bericht van den regeerings-
commissaris. Onze heldhaftig strijdende troe
pen dreven de in het Üomitaal Zempliii—Saros
binnengedrongen Russen over dc grens.
Stropko, welke plaats zich korten lijd iu
handen van dc Russen bevond, is weder in
ons bezit. De spoorwegverbinding is lol
Barfta—Orlo hersteld.
B e r 1 ij n, 6 D e c., namiddags (W. B.)
Lodz werd lieden 'namiddag cl o o r
onze troepen g e n o m c n. Dc Russer
zijn, na zware verliezen, op den terugtocht.
\V eene u, 6 Dcc. (W. B.j Officieel be
richt van lieden middag.
De slag in Polen neemt voor de wapenen
van dc bondgenoolen ccn gunstigen loop. Di
naar West-Gaücië voorwaarts gerukte Rus-
Ais wij de macht niet hebben het onrecht
et keeren, moeten wij toch den moed hebben
om tc zeggen dat hel onrecüit is.
levensbeeld door
JOANNES REDDING1US
I.
Jiius, 4e keukenmeid van „Karclshocve",
itad. Herman met een zoet lijntje meegekre
gen. 't entje was eerst gaan schreeuwen,
«eggend, dal hij bij zijn moeder wilde blijven,
maar Jans bad liem weten stil te krijgen door
te beloven, dat lijj den lieelen dag in den hof
(met Sjang zou mogen spelen en dat hij
'3 avonds den blaasbalg niocht trekken bij
Piel in de smederij.
Hierop had hij nog wel even gesnikt en gc-
^egd, 4at oom Gerrit zijn moeder kwaad zou
.doen, maar Jans had hem uitgelegd, dat hel
Stellig niet gebeuren zou, daar oom Johannes
■r ooktoij was. Dal had den doorslag gegeven,
ibom Johannes was alles voor liermanja,
(die zou zijn moeder wel helpen.
Herman en Jans kwamen geloopen van
yjKarelshoeve". 't Buiten, dal zij achter zicb
gelaten hadden, lag in een grooten tuin, 'I
was gebouwd van donkerroode stcenen en
slechts één verdieping hoog, met schuin-
oploopeiul dak. Breed was de veranda met
de vier houten pilaren. Hoog warén de raam-
cieuren van dc tuinkamer, die ondanks het
warme woer gesloten bleven. "Wilde rozen
doorslingerd met blauwe klokjes schoten we
lig op langs de vierkante zuilen. Onder iiel
dak bevonden zich twee ramen, met blauw
geschilderde kozijnen, waarvóór valgordijnen
van riet. Blauw was ook de goot. Vóór hel
huis lag een groot grasveld met sierlijk:,
bloembedden. Het dikbescheïpte pad, aan dc:
linkerkant splitste zich; één weg liep lai
de veranda, die eenmaal het huis voorbij,
zich weer in tweeën verdeelde en wel zoo,
dat één pad, langs het grasveld buigend, naar
het tweede hek leidde, en het ander rechts
langs den muur gaande opeens ophield, daar,
waar het gelijk kwam met de lijn van 'l
achterhuis. Het eigenlijke hoofdpad voerde
van den stoep naar hei groote hek bij den
weg. Aan weerskanten was een rij van altijd
groene tuja's, rondom glad gesnoeid. Dieper
den tuin in stond het werkhuis en het hok
voor de geilen cn daar tegenover, achter het
huis, bevond zich het drie meter liooge kip
penhok. In vroeger jaren stapten daarin def
tige pauwen rond, maar de dieren waren
dood, hel ijzeren netwerk was gebleven, nu
deed hel als kippenhok dienst.
Herman had nooit begrepen, waarom de
kippen zoo n niooicn wandcltuin moesten
hebben, ze lagen toch maar te luiwammesen
in 'l warme zand, 't waren echte vreetzakken,
als je zwaaide met je hand kwamen zij haas-
lig toeloopen, denkend, dat je ze voer kwui
brengen. Ilij plaagde de beesten wel eens,,
door een handvol schelpen door 't rasterwerk
te gooien, dan krabden zij met de stijve poo
len cn pikten nijdig. Herman hield van
„K&relshocvc", waarin bij niet zijn moeder en
zusje woonde sedert den dood van zij 11 vader,
kin gestrikt, mocht bij kijken naar de kleine
Kopjes cn naar dc Saksische poppetjes
uie predikant was geweest in Pecldorp. Groot
moeder had gewild, -dat zij allen bij haar iu
huis zouden komen. Hij kende alle kamers
beneden en ook de kamertjes boven, hield 'l
.meest van den zolder, 't was daar zoo heer
lijk rommelig en zoo griezelig. Als hij beneden
in de tuinkamer was, moest hij altijd naast
zijn grootmoeder op een sloof zitten, hollen
en draven was verboden. Alles in die,, ka mei
vond hij even akelig, de engeltjes aan 't pla
fond met hun dikke, ronde koppen, dc ver
bleekte portretten in zware lijsten aan den
wand, de sloof, waarop liij moest zitten, hel
honderdmaal - doorbladerde prentenboek,
waaruit zijn grootmoeder dc mooiste prenten
had geknipt, zoodat er nu niets meer van
vechten in stond, de kleine, witte lamp, met
koperen versieringen, die altijd, aan of uil,
op tafel stond, ook de stoelen, die altijd recht
moesten staan en nog veel dingen racer. Als
grootmoeder even dc kamer uitging, trok hl
altijd gauw de franje van 'l tafelkleed in dc
knoop. Een groot genot, voor liein was ook
liaar bril te verstoppen. Als de oude vrouw
haar bril kwijt was, kuchte zij eerst ontelbare
malen, liep met kleine pasjes door de deftige
kamer, kijkend en zoekend hier cn daar. IJ
zat dan maar over zijn bock gebogen, alsof liij
van den prins geen kwaad wist, het oogenL
verbeidend, waarop hij zou mogen opstaan
'■Q nier-zoeken.
In dc andere kamers beneden mocht hii
alleen nooit komen. De mooie kamer wa:
meestaL half donker, s Zondags werdén altijd
üe gordijnen hoogcr opgehaald, dan was zij
licht cn open. Een spinnewiel stond naast de
porseleinkast; als grootmoeder in haar hu
meur was, de banden a an haar zwarl-kanten
muls waren dan ïKijes-prccies onder haar
koeien en naar de wonderlijke schelpen, die
een oud-oom had meegebracht uit vreemde
i;. nden.
ln de porseleinkast stond ook een heel
dun kopje, niet fijne, roeide bloemetjes, dat
die 00111 gekregen bad van een man, die een
langen staart dragend, een Chineesch onder
koning geweest was, had zijn moeder hem
verleid. Als bij naar al die dingen keek, kon
hij maar niet begrijpen, dat zijn grootmoeder
niet veel vaker in die kamer vertoefde om
naar al die wonderlijke spullen te zien. Soms
lLt zij ze met strak gelaat aan haar gasten
kijken, al kuchend, c.i slikkend; dan ruiseh-
le de zijden japon geheimzinnig door haar
zachte loopcn
Grootmoeder, sinds een zestal jaren wedu
we van ccn emeritus-predikant uit Texel,
was langzamerhand een stille vrouw ge
worden, Zij tobde over haar jongsten zoon
Gerrit, die iu stille ©ereschulden moest af
doen.. Hij kwam dikwijls onverwachts bij
haar logeercn, maakte haar ban.g door te
zeggen, dat hij een kogel door zijn kop zou
jagen, ais hij niet door haar geholpen werd
met zoo en zooveel mille. Zij, bang voor alles,
wat haar leven zou kunnen verontrusten,
stopte het gal. In haar ontstond u*t angst
voor '1 verminderen van haar vermogen
een geweldig spookbeeld. Zij miste den moed
0111 cr met Louise, Ilcnnaris moeder, over te
spieken; haar andere dochter. Annemie. uc-
huwd met ds. Johannes Wakker, woonde in
Noorden Van Friesland; er hen over te
schrijven, had zij nooit gedurfd, want Gerrit
liud gezegd, dat t een zaak lusschen haar cn
hem inoesl blijven; toij moest, coülc qui
coule, als commisrionnair in effecten staande
blijven, want vroeg of laat zou hij den goe
den slag slaan, <k« wikic hij alles met do
verschuldigd-c rente afdoen 011 naar 'l leeneu,
dait zij hem gedaan had, kraaide geen haan.
Zoo had hij haar toe w-erlkt cu de oude vrouw-
droeg haar geheim met zich mede, eenzelvig
levend in „Karulshoeve", alleen enkele oude
vrienden uit 't dorp ontvangende. Zij praatte
weinig en zal veelal te breien voor dc rond*
mahoniehouten tafel. Grootmoeder had hel
in haar hoofd gezel Herman orde te ieeren..
Ilij had een groot ontzag voor haar. Zijn
moeder hield liein telkens voor, dat hij ge
hoorzaam moest zijn als oma hom iels zei.
Ilij, gewend aan 'l gezelschap van dc oude
dame was begonnen haar gewoonten tc be-
Btudecren. Terwijl liij in zijn prenteui>oek
keck, luisterde hij naar de woorden, die zij
soms pre velde. Zoo herinnerde hij zich, dial
hij haar eens had hooren fluisteren: ..O Ger
rit, o Gerrit, nu zijn alle Iowa Midlands weft
och heden, och heden
Toen had zij gekucht cn maar stilletjes dooi
gebreid. Ilij, met (kloopend hart, was op zijil
stoof blijven zitten, in gtidtc zidh afvragend,
wie toch die Iowa Midlands zouden zijir, 't
waren zeker dikke breinaalden, meende bi£
Wordt vervolgd-