EEK PSffiiSÜ JOKKEN
D E R".
„DE E EM LAN
Vrijdag 29 januari 1915.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
i3-" Jaargang.
N° 181
Ho< fdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO.
ABONNEMENTSPRIJS:
Wêf 8 maanden voor Amersfoort f
Idnm franco per post
Per week (met gratia vorzokering tog&n ongolukkon) - w. i
Afzonderlijke nucutner»
l>eze Courant veraohijnt dageiyks, behalve op Zon- en
AdverténUCn geilere men Ilofst vóór 11 uur, familie*
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER AD VERTENT1ËN:
Van 1—5 regels.» f 0.50»
Elke regel meerO.iO
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Grooto letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoeligo bepalingen
tot hot herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement»
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Kennisgeving.
BtKENDMAKlNG.
Bepaling stemt ij d artt 57 en
58 der Kieswet.
De Burgemeester der gemeente Amersfoort
herinnert personen, bij wie en bestuurders van
bijzondere ondernemingen en instellingen, waar
bij mannen, die den leeftijd van vijf en twintig
jaren hebben bereikt, in dienslbetrekkmg zijn:
dat zij, volgens art. 57 der Kieswet, verplicht
zijn te zorgen, voor zoover niet bij algemeenen
maatregel van bestuur vrijstelling is verleend,
dat ieder van dezen, die bevoegd is tot eene le
houden stemming of herstemming mede te wer-
kea, gedurende ten minste twee achtereenvol
gende uren, lusschen acht uren des voormid
dags en vijf uren des namiddags, daartoe ge
legenheid virtde
dv.- zij, vo.gens art- 58 van genoemde wet,
voer zoover arbeid wordt verricht in fabrieken
o: werkplaatsen, verplicht zijn te zorgen dat in
het arbeidslokaal en zoo er meerdere lokalen
zijn, in het grootste of wel in meer dan één
arbeidslokaal, gedurende twee werkdagen vóór,
en op den tot stcmm'ng bepaalden tijd op eene
zichtbare wijze is opgehangen eene door hen
of van hunnentwege onderteeker.de lijst, de twee
achtereenvolgende uren, bovenbedoeld, vermel
dende, voor c k afzonderlijk of groepsgewijze
of voor allen gezamenlijk
dat, volgens art. 154 der Kieswet, overtreding
van bover.s:aande voorschriften wordt gestraft
met hechtenis van ten hoogste veertien dagen
of geldboete van ten hoogste vijf en zeventig
gulden.
De algemeene maatregel van bestuur, boven
genoemd, is gegeven bij Kon. besluit van 24
Mei 1901 (St.bl. No. 109) en luidt a.s volgt:
Artikel 1. Vrijstelling wordt verleend aan de
In art. 57 der Kieswet bedoelde personen en
bestuurders van bijzondere instellingen en on
dernemingen ten aanzien van bij hen in d.enst-
betrekking zijnde personen, welke uit hoofde
van die d'enstbelrekking op den dag der stem
ming lusschen dc in vermeld artikel genoemde
tijdstippen niet gedurende twee achtereenvol
gende uren vertoeven in de gemeente, op wel
ker kiezerslijst zij voorkomen.
Artikel 2- Vrijstelling-, als omschreven in het
voorgaand artikel wordt voorts yerleend aan
geneeskundigen en apothekers ten aanzien van
bij hen in d'enstbelrekking zijnde personen,
alsmede aan personen en bestuurders van bij
zondere instellingen en ondernemingen ten aan
zien van bij hen in dienstbetrekking zijnde zie
kenverplegers.
Amersfoort, den 27. Januari 1915.
De Burgemeester voornoemd,
VAN RANDWIJCK.
Politiek Overzicht.
De Quiiscae mobilisatie in
den economiscben oorlcg.
De under dagleekcaing van 25 Januari door
den Duitschen bondsraad uitgevaardigde ver
ordeningen over de regeling van het Verkeer
me* broodgraan en meel en over dc zeker
stelling van vleeschvoorraden zijn niet bij
verrassing in dc wereld gekomen. Sints ge-
ruimen tijd reeds waren deze maatregelen in
de lucht; me.» heeft-zelfs van he>t begin van
den oorlog af gerekend roet de mogelijkheid,
dat zij zouden, roe eten gencmiea worden, want
de bevoegdheid om deze verordeningen uit*te
vaardigen, is aan den bondsraad verleend bij
eejie wel van 4 Augustus 1914. eene wet dus
behandeld en aangenomen in de zitting waar
toe de rijksdag was opgeroepen na de oor
logsverklaring.
De oorlog wordt wij zeggen daarmee
eene aan allen bekende waarheid gevoerd
oip verschillend gebied. Naast den oorlog mei
de wapenen te land en ter zee heeft men den
oorlog op economisch gebied. Hel Britsche
rijk maakt meedogenloos yobruik van zijne
heerschappij -oVètr de zee om den aanvoer
naar Duitschland al te snijden van goederen,
waardoor de vijand zich de middelen kan ver
schaffen om den strijd le voeren en ook van le
vensmiddelen; het geeft daardoor aanleiding
tol het verwijt, dat zijn toelog is den tegen
stander, als hij door de wapenen niet kan
worden overwonnen, door den honger er toe
te brtengen om vrede te vragen. Op den oor
log op het slagveld had men zich volledig
voorbereid; het mobilisatieplan lag kant en
klaar en men heeft de officieele oorlogsver
klaring niet afgewacht om met de uitvoering
er van te beginnen. Voor den anderen oorlog
echter onlbrak een mobilisatieplan. Lu die
leemte is gaandeweg voorzien door verschil
lende maatregelen. Do kroon zetten op dit
werk de beide verordeningen, die nu zijn uit
gevaardigd, een half jaar na het begin van
den oorlog. Daarin vindt men het mobilisatie
plan voor den economischen strijd. Den
grondslag waarop dit is opgebouwd, vindl
men in een brief, dien dc Pruisische minister
van binnenlandsche zaken von Loebell een
paar weken geleden schreef aan den bekenden
staathuishoudkundige, prof. Max Sering, al
dus omschreven:
„Het doel moet zijn, iedere huishouding in
oorlogstoestand te brongen. Iedere Duilscher,
vooral iedere vrouw, moet soldaat zijn in de
zen economischen oorlog. Wat dapperheid en
doodsverachting voor den vijand i», dat is
spaarzaamheid en zelfverloochening thuis, en
oorbeelden van kameraadschap zijn hier en
ginds. Er kan gemakkelijk tö weinig, nooit
te veel gebeuren. In iederen Duilscher/ wien
niet de hoogste eer vergund is zijn leven bui
ten in hel veld voor het vaderland te wagen,
moet het bewustzijn levend zijn, dat het zijn
heilige plicht is 'hier thuis door beperking
en aanpassing van zijn dageiijksch ieven aan
de nieuwe behoeften naar zijne zwakke krach
ten bij te dragen tot het zegevierend volhou
den. Wie niet - gewillig en stipt alle maatre
gelen uitvoert en a-oor hunne uitvoering ook
door de anderen helpt zorgen, die tol zeker
stelling van onze volksvoeding zijn uitgevaar
digd, bezondigt zich aan hot vaderland even
als een soldaat, die niot zijn schuldigten plicht
tot den laatslen ademtocht zou doen."
De maatregelen tot zekerstelling van de
volksvoeding, waarop in dit schrijven wordt
gedoeld, komen kort samengevat hierop neer,
dat alle voorraden, tarwe, rogge en meel in
beslag worden genomen en dat voor de re
geling van liet verbruik een centraal verdee
lingsbureau wordt opgericht, welles arbeids
veld zich uitstrekt over het geheele rijk. Daar
door werd, naar het oordeel van de Frankf.
Ztg., op afdoende wijze voorzien in daigene
waarvoor voorziening moest worden getrof
fen. Het blad schrijft: „Wij zullten nu rond
komen in weerwil van alle uilhongerin^plan-
nen van Engeland. Door de inbeslagneming.
als rij juist wordt uitgevoerd, komt de rijks-
monopolie-organlsatie in het bezit van alle
voorraden. Daardoor kan elke verboden verl
oedering op afdoende wijze .verhinderd wor
den. En daardoor krijgt verder het centrale
bureau voor het ecrsl een overzicht over de
beschikbare hoeveelheden en daardoor de
mogelijkheid om-ook 't verbruik .voer demen-
schelijke voeding volkomen afdoende te re
gelen, door afgifte van lied broodmeel slechts
eeuc zoodanige menging, als naar den
maatstaf van voorraad en behoefte toelaatbaar
is. Wij zullen allden hot brood eten, dat wij
mogen eten."
Voor de zekerstelling van do vieeschvoe-
ditig schijnen de bepalingen,.die zijn afgekon
digd, nog aanvulling te behoeven. In verband
daarmee schrijft de Frankf. Ztg.: „Dc reus
achtige voorraad varkens, waurover wij bij
het uitbreken van den oorlog beschikten, was
eon zeer gewichtige positieve facotr in onze
voedingsrekening, maar slechts onder deze
voorwaarde, dat een groot deel van dc var
kens geslacht en in geconserveerd vleesch ver
anderd kon worden. Want onzen rundvee
stapel khnnen wij in staud houden, dank zij
den goeden hooi- en stroo-oogst; deri varkens
stapel echter moeten wij zeer verminderen,
omdat wij aardappelen en graan, anders voor
hunne voedering bestemd, .zelf noodig hebben
voor do inensehelijke voeding. De rogge is
hun nu ontnomen. Maar hoe staat liet met
de aardappelen? Ilier is uog eene leemte, die
waarschijnlijk nog door nadere bepalingen zal
worden aangevuld. Want de bepaling, dat aan
de siteden em grootere plattelandsgemeenten
de verplichting wordt opgelegd, zich voorra
den van verduurzaamd vleesch te verschaf
fen, regelt nog slechts dc eene zijde van de
kwestie. Er wordt voor gezorgd, dal er afne-
nners zijn voor het vleesch. Maar er moet toch
in de eerste plaats ook voor gezorgd worden,
dat het vleesch wordt .geleverd."
Beüioudens deze aanvulling, döe wel niet zal
uilblijveu, koestert men de verwachting, dal
xneL deze maatregelen da wvg is betreden,
die moet worden gevolgd om in den economi
schen oorlog Duitschland voor afdoende te
genweer toe te rusten, zoodat hel in staat zal
zijn het Enge-Lsche uilhongeringsplan te niet
te doen.
Dc* oorlog.
Berlijn, 26 Jan. (W. B.) Bericht van
hel opperste legerbestuur uit liet groote hooid-
kwarti.r van heden voormiddag.
Aan de Vlaamsohe kust weruen de plaatsen
Middelkerke en Flype door de - vijandelijke
artillerie besolioten.
Op de hoogten van Craonnc werden den
vijand weer 500 Meters loopgraven ontnomen,
zic.i aansluitende aan de eergisteren verover
de stelling en oostwaarts daarvan. Dc Fran-
sche tegenaanvallen werden zonder moeite
afgewezen. De vijand had in de gevechten
van den 26cn tot den 27en zware verliezen.
Meer dan 1500 doode Fransohen la.gcn op het
gevechtsveld; 1100 gevangenen v.elen in onze
handen, die van heden daaronder begrepen.
In de Vogeezen werden in de streek van
Senones en Ban d- Sapt verscheidene Fran
sche aanvallen ondu' belangrijke verliezen
voor den vijand afgewezen. Een officier cn
vijftig man werden gevangen genomen. Onze
verliezen zijn zee regering.
In Boven-Elzas hebben de Franscben aan
vallen gedaan op onze stellingen bij Aspach,
Ammerzwciier, Heidweiler en aan het li rz-
bacher bosch. Overal werden de aanvallen
met zware verliezen voor den vijand aigc-
wezen. Bijzouder sterk waren z ne verliezen
ten zuiden van rieklwciler en van Ammer
zwciier, waar de Fianschen in volslagen wan
orde terugweken. Vijf Fransche machinege
weren bleven in onze handen.
Parijs 2S Jan. (li.) Namiddag-oomimi-
niqué
l>e Duit schors hadden voor 's keizers ver
jaardag iels heel bijzonders aangekondigd,
lij spanden zioli ook geducht in, maar het
viel niet in hun voordeel uit. De dag was
goed voor ons. Langs het geheele front mis
lukten alle Duitsbhe aanvallen, terwijl de
onzen allen vooruitgingen.
In de streek van Craonne bereiken de ver
liezen van den vijand op 25 cn 26 Januari
zeker dc sterkte van eene brigade. De Fraai-
sche gevangenen hebben allen den indruk,
dal zij een ernstigen tegenslag ondervonden.
Onze Verliezen iu dezelfde twee dagen waren
omstreeks 300 man, hetgeen te wijten is aan
den ernst van liet gevecht en hot invallen
van eene oude steengroeve, waarin twee
van onze compagmén oen toevlucht hadden
gezocht. Dte zijn ongetwijfeld in haarden van
den vijand gevallen.
Alle Duitsche aanvallen op Fontaine Ma
dame en het Bois d'Ailiy zijn teruggeslagen.
In de Vogeezen maakten wij aanmerkelijke
vorderingen ten noorden van Senorves, waar
wij omstreeks 400 meter wonnen. In Ban de
Sapt, bi» Laimois, wonnen wij grond en be
schadigden de hulpverstericingen van den vij
and. Wij maakten ook vorderingen in Elzos.
Volgens het aantal dooden, gevonden op
25, 26 en 27 Januari ten oosten van Yporen,
bij La Bassée, Craonne, Ayonne, Woëvre en
de Vogeezen, waren de verliezen von den
vijand in die drie dagen meer dan 20,000.
Avondcommuniqué.
In den nacht van 27 op 28 Januari deed de
vijand gcene infanterie-aanvallcn. Ten noord
oosten van Zonnebeke onderhielden de Duil-
schers een levendig kanon- en geweervuur.
In de Argonne hier en daar kanonvuur.
In den Elzas behielden wij het den vorigen
dag veroverd terrein ten N.W. van Annerls-
weiler in weerwil van hevige beschieting.
Overal elders was het rustig.
Berliju, 2 8 J a u. (W. B.) Wij vernemen
uit het groole hoofdkwartier over liet gevecht
bij Iieurtebise van 25 en 26 Januari het vol
gende:
Een kleinen dagmarsch van Soissons had
den de Saksei*s den 25en hun goeden dag. Dc
gevechten hadden plaats op de hoogvlakte van
Craonne. Het gehucht Iieurtebise, door de
Frausche artillerie geheel plat geschoten, ligt
uitgebrand en als een treurige puinhoop dicht
achter de middelste Duitsche stellingen, waar
uit de aanval geschiedde. Oost- en Westwaarts
bij het gehucht aansluitend, volgden de Duit
sche loopgraven een weg, loopende langs de
hoogvlakte van Craonne. Tegenover de Duit
sche loopgraven lagen dichtbij de Fransche in
drie rijen. De voorste rij daarvan nam aan
den Zuidrand van de hoogvlakte eene voor
infanterievuur en waarneming van artillerie
vuur gunstige stelling in. Daarbij steunde de
linkervleugel op sterke, goedgebouwde aard
werken. De middelste bezat in de groeve van
Creute bom vrije schuilplaatsen voor sterks
reserves. Het doel was de genoemde stellin
gen, benevens de aardverschansingen, aan d'ö
Fransohen le ontrukken.
Na een doelmatige voorbereiding door de
artillerie, rukte onze infanterie vooruit en
ging over de geheele linie tot den aanval over.
Binnen weinige minuten waren dc aardvcr»
schansingen en de door hel vuur van onze'
artillerie sterk beschadigde* eerste linie der,
Franschcn stormenderhand veroverd. Kori
daarop was ook -de tweede linie in Duitsche'
handen.
Over de groeve heen werd toen storm gi>,
loopen tegen de derde cn laatste stelling van
den vijand. Binnen een half uur waren dc aan
vallers in het bezit der schanswerken cn der
drie liuiën, met uitzondering van den linker
vleugel, waar de vijand een verbitterden tegen
stand bood. Ook üe groeve zelf, welke slechts
één uitgang had naai' het Zuiden, was nog in
hel bezit der f ianschen.
Terwijl onze troepen zich reeds ten Zuiden
van de groeve in dc veroverde stellingen ves
tigden, werd de ingang van de groeve afge
sloten en onder machiiiegcwcervuur genomen.
Te middernacht gaven zich de hier ingeslo
ten manschappen, driehonderd iu getal, over.
Op den linkervleugel duurden üe gevech
ten tot 5 uur in den morgen van den 2óen
Januari voort. Toen was ook hier de legen-
stand van den vijand volkomen gebroken cu
waren de aanvallers over een frontbreedte
van vijftienhonderd nieter in het bezit van do
drie Fransche liniên. Vijf officieren, 1100 man
schappen, acht machinegeweren, een zoek
licht-apparaat en een in de groeve onderge
bracht pioniers-depót waren in handen der
Duilschers gevallen. Wie van de Franscho
verdedigers nog ontkwam, vluchtte de helling
af en groef zich daar in, den Duilschers de
hoogvlakte en daarmede de uitstekende nieuwe
stellingen overlatende. De Fransche gevange
nen het aantal doode*» wordt op minstens
1500 geschat behooren tot het 18e leger
korps. De ten deelc uit de Pyreneeën afkom
stige reserve verdedigde zich zcfer -dapper,
maar kon ook op den üuur de aanvallen vAi>
onze dappere troepen niet weerstaan.
Boulogne, 28 Jan. (R.) Onze bijzonder#
correspondent bericht, dat de slag in de mod
der bij La Bassée op Maandag E de grootste
operatie was, waarin de Engelschen in 1910
betrokken waren. Het 56e Pruissische regi
ment rukte snel op langs den weg La Bassée—
Bethune, nam bij verrassing eenige Engclsclw
loopgraven en rukte de stad Givenchy binnen,
Maai door een krachiigen Engelschen regen#4
aanval werden de loopgraven heroverd ca
aan de Pruisen zware verliezen toegebracht.
Van de binnen dc stad gekomenen werden
alle overlevenden gevangen genomen.
Petersburg, 27 Jan. (Tel.-agentschap),
Mededeeling van den grooten gcneralcn staf?
Den 26en duurden de gevechten voort in de
streek Malwischkcn—Lasdcuen.
Aan den rechteroever van de Beneden*
Weichsei hadden, gelijk te voren, kanonnades
en schermutselingen lusschen de voorste troe^
pendeelcn plaats. Bij Skempe drongen wij ve«
schcidene Duitsche batailions achteruit.
Aan den linker Weichseloever hebben d#
nacht van den 26en cn de daarop volgend#
dag over 't algemeen geene belangrijke wijzi
ging gebracht In lusschen hervatten de Duit-
sellers hunne herhaalde aanvallen tegen om
Wie nooit is gevallen, heeft ge^n besef wat
ar noodü^ is om vast te staan.
levensbeeld door
JOANNES REDDINüIUS,
41
0e jonge ridder stond op. van plan zijnde
naar de cel te gaan ten einde met vriendelijke
woorden den oude uit te noodigen mede te
gaan, want de man was droomerig in zijn
doen en zal het liefst alleen, in vrome over
peinzingen, oi wel bezig vellen perkament te
beschrijven, of fraaie letters te kleinen met
«oetriekende inkten, die hij zelf liad ver
vaardigd, maar vóór hij de deur bereikte
werd deze opengeduwd en trad de monnik
binnen met een bede van heil. Hij was bleeker
dan anders, zijn donkere oogen hadden dien
zaohlen glans van weemoed om dingen, die
voorbij zijn, recht was zijn gestalte, magerder
nog schijnend door 't koord, dat om zijn pij
was geslagen.
Hij streek met zijn hand door het dunne,
grijze haar, als wilde hij zich bezinnen en
Ring in een grooten leunstoel zitten, weldra
Marend, naar de vlammen onder de schouw.
Zoo zat hij een tijdlang en de anderen wa
ren zóó door zijn verschijning getroffen, dat
geen van beiden het waagde de stilte te storen.
Zeteo in gedachten in oude tijden levend,
herinnerde zich flauw, dat hü eens dien won
derbaarlijken man te paard had gezien in
ijzeren ridder-rusting, zwaar gewapend, hij
meende nog zijn stem le liooren, die een gansch
anderen klank had, toen hij een bende ge
wapende voetknechten, boogschutters en
spieswerpers bijeen riep op dj} binnenplaats
van het belegerde kasteel.
Degobald was gewond en toen had een
vreemde ridder, dien niemand in het slot had
zien komen den aanval het hoofd geboden en
het kasteel verdedigd gedurende veie weken
tot de belegeraars aftrokken. Een geduchte
strijdwacht, aangevoerd door een vriend van
Degobald kwam tot ontzet opdagen. De
vreemde ridder had zich altijd vertoond in
wapenrusting, het vizier van zijn helm was
steeds gesloten geweest cu eerst na 't beleg
bleek, wie de krijgsman was, die het kasteel
manmoedig had verdedigd. Dat Himero een
ridder was, die om de een of andere reden
de ridder-rusting met dc monnikspij had ver
wisseld, stond bij hem vast, want dezelfde
gouden keten, die de ridder bij het beleg had
gedraeen, zoovele jaren <-eleden, wist hij thans
verborgen onder de pij. Eens in een hevigen
storm had hij haar zien blinken, toen de mon
nik een verdwaald lam naar huis had gedra
gen, zorgvuldig' het dier houdend onder zijn
half-open pij. Op een keer had hij Degobald
gevraagd, hoe Himero eigenlijk heette, maar
zijn vader had hem eens en voor altijd ver
boden vragen te doen aangaande den monnik
en zoo raakte hij aan die geheimzinnigheid
gewoon» de groote vriendschap voelend, die
er bestond tusschen zijn vader en den mon
nik. die een ridder was.
Degobald aanschouwde zwijgend zijn zoon
en de gestalte bij het vuur en zuchtte. Ook hij
wai door denken tot vele oude herinneringen
gekomen. di« smartelijk aandoen, omdat men
bij 't ouder worden eerst goed beseft, wat men
verloren heeft. Mcnschcn veranderen, vrien
den sterven, alles wordt andei's, alles ver
wordt liet is daarom, dat oogen soms voch
tig worden, als men liefdevol aanziet dc
brooze gestalte van-wie eens een rol in ons
leven heeft gespeeld. Ivlen heeft het onsierfe-
lijke lief, dat woont in hel lichaam van stof.
Het was den ridder tc moede, alsof hij oen
tijd voelde naderen, waarop hij heel alleen
zou staan met *:in telkens rijzende herinne
ringen, want hij zag zijn vriend verouderen,
langzaam-aan, maar trugisch-zcker. Hij wist
hem niet angstig voor den dood, omdat dij
altijd denkend was aan de wonderen, die
waren. Daar leefde in oen oude een wil tol
leven, die den dood verwon en zijn gestalte
recht en hoekig deed zijn. Zeldzaam mooi
waren zijn oogen, die aanschouwd hadden
zooveel ellende, zooveel smart.
Mijmerend zat de ridder, kijkend naar de
lijnen, de welbekende lijnen, in het gelaat van
ziin ouden vriend, hij kende zoo dat voor
hoofd en den uioikL met de smarle-lijnen, wisl
de lippen dikwerf zoo vast gesloten.
Toen keek hij naar zijn zoon, die zwijgend
leefde in eigen droomcrijen, en gelukkig bij
zich le hebben de twee wezens, welke hij het
meest beminde, zeide hij tot hen, en aange
naam van toon was zijn diepe stem:
Vrienden, gij oude, die mijn meester
waart en vriend mij sinds lange jaren, en gij
jonge, die zijt mijn eenigen zoon, laten wij
niet ajdus droef bijeen zijn, ja ik weet bel.
wij zijn allen onder den indruk van het op
handen zijnde vertrek, maar, welaan, over een
jaar is de jonkman terug, de levenservaring
welke hij opdoet zal hem ten goede komen,
wie weet zijn wij dan niet weer bijeen en
oraten ><>l elkaar, denken ook aan dezen
avond, cn wei zal 't mij tot vreugde zijn, als
een schoone jonkvrouw bij ons toeft, die bij
mogelijk zal vinden in eenig kasteel, een
jonkvrouw, die hem een trouwe gade zal zijn
cn moeder van kloeke kinderenvrienden,
laten wij dezen avond op bizondtere wijze
doorleven, zoodal als bel lot mocht willen,
dal een onzer kwam te sterven dc dood
toch ontziet niemand de overlevenden in
hun herinnering het stille festijn van deze
plechtige uren zullen bewaren.
De oude bij 't vuur richtte het hoofd op en
Degobald aanziende begon hij:
Wel gesproken, mijn vriend, gij, die hel
geheim van mijn leven kent, ik ben oud van
dagen, hoe ook wenschende te leven, het ver
langen naar t weerzien van wie ik verloor,
schijnbaar voor ons mensdien wordt steeds
grooter.
Ik weet te goed, dat ik, als Zeteo weer komt,
niet meer op aarde zal zijn, en daarom is t
mü een vreugd, dat gij het plechtige voelt van
dit bizonder oogenblik. Laten wij van dien
ouden wijn drinken, die de harten verheugt
en dc tong los maakt, want het is mijn verlan
gen uw zoon over hel wonder le spreken, dat
ik beleefde. Het moge hem sterken in het
weten, dat de wegen Gods wonderlijk zijn
voor ons, arme stervelingen, die, dwaas als
wij zijn, zoo dikwerf morren tegen dc Leproc-
vingco, welke ons opgelegd worden, en toch
brengen juist deze ons verder, als wij dc goede
(laad leeren doen. De gelegenheid wordt ge
boden, links of rechts le gaan, wel hem, die
het juiste pad kiest. Hij zweeg een oogenblik
en staarde in 't vuur. Degobald knikte met
zijn hoofd bij wijze van instemming, Zeteo
was stil van aandoening, zooveel woorden
achter elkaar had hij den monnik nog nin:
nier hooren spieken, hij-zag hem aait me»
rustige oogen, wachtend tut de ander wee*
zou spreken.
De monnik opende zijn pij en lichtte eei^
zwaargouden ridderkeien van zijn hals, hield
haar vast niet even-bevende hand, telde d#
schakels. Toen speelde hij er mee, haar lief#
koozend met zijn hand, kijkend met wctinoe*
digen blik.
Daar bief hij het hoofd en zeide:
-- Zeteo, den wijn met de bekers zette dc
gereed in de muurkast. Dcgobaid, gij weel
mijn voornemen, Zeteo bedien ons, daarna ra&
ik spreken.
De jonkman deed, wat hem gevraagd was»
met stille schreden liep hij naar de kast, iu
gepeins overdenkeud, wat gebeuren zou. Wel»
dra schonk hij den purperen wijn en wachtte
Dc monnik hem aanziende begon:
Voor ik u 't geheim van mijn leven ver*
tel, wil ik u eerst een geschenk aanbieden,1
Kom lot mii.
Zeleo, door een gevoel van eerbied gedre-i
yen, boog zijn knie voor den ouden, maas
ueze richtte hem op, terwijl Jii] hem op hel
voorhoofd kuste:
Sta op mijn zoon, kniel alleen voor God.«
Toen slingerde hij hem de keten om den!
hals cn zeide:
Draag haar in eerc, als een waardij®
Hddcr, ik ontving haar eens uit de handen}
van Keizer Barbarossa
Hij zweeg en omarmde zijn jongen vrieoA?
Degobald hief zijn beker en zwijgend werd
er gedronken, na doffen bots der bekers ed
de beide „Eere zijn nagedachtenis".
Er was een mooi licht in de oogen van Dag®»
bald, toen hij zeide:
Wordt vtrvoffd*