EEN iifflSSSÏE 11SEN FEUILLETON. N° 182 Tweede Blad. 13d* Jaargang. „DE EEMLAN DER". Zaterdag 30 Januari 1915. BINNENLAND. (Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO. ABONNEMENTSPRIJS: Ftr 3 maanden voor Amersfoort t 1 Idem franco per post Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O. I O. Afzonderlijke nummers Xteze Courant verschijnt dagelyks, behalve op Zon» en Feestü.tgeu. Advertcntiën gelieve men liefst vóór 11 uur, faraiiie* advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Uitgevers: VALKHOFF Co. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. tntercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels0.50. Elke regel meer0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbotaling. Groote lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestsan zeer voordeelige bepalingen tot hot herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnement. Ecne circulairo, bovattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Nederland en de oorlog. De boterprijzen. De boterprijzen zullen voor de maand Fe- 'bruuri dezelfde zijn als gedurende de maand Januari. Het Suez kanaal. Omtrent de quacslie van het Suez-kanaal is 'bij hu departement van builenlandsche zaken tot hedenochtend geen nader bericht ontvan gen. Bij navraag aan het departement is ge bleken, dat het bericht omtrent het niet bin nenvaren van het kanaal na des namiddags 12 uur moet worden opgevat in dien zin. dat eulks voor icderen -tiag geldt. Nader men on De Minister van Buiioiiiandsche Zaken 'brengt in dc Staatscourant van heden ter ken nis van belanghebbenden, dat goenc schepen •na 's middags 12 uu-r het Kanaal van Suez mogen binnenverren Het viucbieiingenkantp te Ede. Het Belgische vluchtelingenkamp te Ede its gereed. Het zal worden bestemd voor de beste elementen cmaer cc vluchlelingen die voor plaatsing in dat kamp In aanmerking ko men. In verband hiermede is e inrichting van hel kamp met diat doel in overeenstem ming gebracht. Hel in t e ru eer i n gi kamp aan de Wierickersxha ns. De Sliclilsche Cl. geeft een beschrijving van hel interneeringskamp aan de Wiericker- echans, lusschen Bodegraven en Woeruen, waar de geïnterneerde Engelsche officieren zijn onder dak gebracht. Toen eindelijk dag en uur aanbraken, dat aan hel slation Bouegraven de Engelsche of ficieren zouden komen, stonden eenige hon derden, nieuwsgierig-belangstellend, aan het nieuwe SUialsspoorwegstation te wachten. Maar, eilacie 1 Men had bud.cn den waard, In dit geval buiten den commandant van hel kamp gerekend. Meende men, dat de sneltrein Utrecht-Lei den, zooals gewoonlijk, alleen te Woerden en Bodegraven zou sloppen, thans was <dit anders. Even voorbij de halte Waarder, daar .vaar de achterzijde van liet kamp dicht den spoor weg nadert, werden door den commandant aan weerszijden van de spoorlijn twee roo- dc vlaggen geplant. Tc trein naderde, en.... moest stoppen. En toen is het gebeurd, dat in alle stilte, sleehts aanschouwt door een aantal mede reizigers, de 3S Engelsche officieren, begeleid door een 130-tal gewapende Holiandsche scl- dalen, den l-rein verlieten en door het land, midden door de dorre, natie weide, naar liet „lulerneeringskamp" togen. Ilier was alles op de komst voorbereid. liet gebouw aan de rechterzijde van .ien ingang bestemd vojr de dier-Hoen dc wacht. Verder op hel terrein was een gebouw neer gezet, waarin de canline was gevestigd, t.r- wi,i weer in een ander gebouw afzonueriijike slaapvertrekken waren ingericht. 't Zijn in alle opzichten „vreemde" lui, d e Engelschtm I Tc Groningen hébben zij hun eerewoord achtergelaten en -daarom worden xe nu in dit kamp bewaakt Ontsnappen sclieen «ns dan ook onmogelijk De schildwachten staan slechts 15 passen van elkaar verwijderd; de eerste dagen met een soherpe patroon in hel magazijn van hun geweer; thans echter met een z.g.n. ,,\vachlpatroon". Of z\j zich üaar nu bijster thuis gevoelen, die Engelsche officieren, betwijfelen wij. Maar dal zij het zich zoo aangenaam moge lijk maken, dat staat voor ons vast. Worden niet dagelijks meer dan driehon derd eieren verorberd Gebraden kipi eljes en ander gevogelte en wild, passeeren geregeld de wachtposten 1 Tabak en sigaren? Staat niet in de étalage van de firma Hagen te Utrecht een kist met 1000 sigaren gereed voor de officieren op de Wierickerschans; sigaartjes van.één gul den per strik Zóó gevangen te zitten-... 1 „Er zijn dan ook rijke knapen bij*', zoo werd ons verzekerd; vooral bij het spelen om geld komt dit ten duidelijk h uit. Dat voor recreatie gezorgd is, behoeft niet te worden vermeld. De ruime binnenplaats van l kamp biedt een schoone gelegenheid voor het in Engeland zoo geliefde golfspel, ter' wl in de canline liefhebbers van kaartspel en domino hun hart kunnen ophalen. 't Zijn niet alle Engelsohcn, die geïnterneer den. Er is één Fransch onderofficier bij: een knappe, flinke kerel, die een achttal talen vloeiend spreekt en in het Engelsche leger dienst deed als officiermeer nog als tolk. Er hecrscht onder de officieren een vriend- schappelijken toon en tegenover de Neder- landsche militairen wordt de meeste wedwil- len-dheid in acht genomen. Toch schijnen niet allen het met hun tegen woordig verblijf eens te zijn. Dit blijkt uit het feit, dat dezer dagen fw der geïnterneerden onder militair geleide vertrokken is. De man had op een voor den commandant zeer verslaanharen toon gezegd, dat hel z.^n vaste voornemen was, binnen acht dagen vandaar tc vertrekken. L commandant oordeelde het toen heter in dezen de behulpzame hand te bieden, wal betrof het vertrek van den Engclsohen oliicier. Zooais reeds gemeld, dezer hagen kwam een aut voor; de olficier werd onder geieiae ver voerd naar Amsterdam, ging daar scheep, trok zelfs over zee naar.het ehand Marken (Urk? N. K. Gt.) waar hij thans rustig nadenkt zijn plan, dat in duigen vieL Doch, alles bijeengenomen, maken de geïn terneerde officieren het onzen militairen niet lastig; z J begrijpen dat er met de llollandschc soldaten niet valt te spotten. Z j zijn geïnterneerd en de commandant van 't kamp voert de consequentie daarvan strin gent door. En de Wierickerschans Warneer de reiziger ou het traject LGJen- Woerden in dc avonduren de achterzijde van liet kanup passeert, zal onwillekeurig zijn blik worden getroffen door het licht van de boog lampen, dat ver in den omlrek zijn helderen glans verspreidt en hij zal het zijn mede-rei ziger verteilen, dat daar 38 Engelsche officie ren „gevangen" zitten. School- eo Kerknieuws. Kardinaal van Rossuin. Kaar aan hel Centrum uit Home wordt jze- jiiehi, blijit Z.Em. Kardinaal Van Possum in de laatste dagen voortdurend vrij van koorts cn mocht Z.Em. met toestemming van den geneesheer eenige uren het bed verlaten. De toestand van den hcogcn patient is dan ook zeer vooruitgaande. Van den Hak op den Tak. (Weekpraalje). Men hoort in dezen oorloge en mobilisatie tijd natuurlijk van allerlei vreemde en bijzon dere dingen, die later, in vredestijd, nog wel eens slof tot gesprekken zuilen leveren- Zóó zal het zeker den soldaat heugen, wien in de loopgraaf een zoon werd geboren, d- w. z. wiens vrouw daar, te midden van het slagveld, moe der werd. 't Kwam zoo Bij gelegenheid van het Kerstfeest bracht een wouw een bezoek aan haar man aan het front. Toen zij naar haar man vroeg, vernam zij, dat hij in de loopgraof was en eerst na eenige uren zou afgelost worden. Daar de vrouw niet zoo lang wilde wachten, begaf zij z:ch, ofschoon men 't haar afried wegens de nabijheid van den vijand, toch op weg naar haar echtgenoot. Zij kwam ook gelukkig bij hem en werd door den verheugden man hartelijk ontvangen. Inlusschen had de goede vrouw er niet op gerekend, dat zij zoo spoedig een bezoek van den ooievaar zou krijgen. Er bleef niets anders over dan de vrouw naar een gebouw te brengen, dat op eenigen afstand beschut lag, waar 'n flinke jon gen 't eerste levenslicht aanschouwde, die door den officier van gezondheid verwelkomd werd. De ouders ontvingen veel yelukwenschen van officieren en soldaten en algemeen verlangde men, dat de jongen, op het ooi logsterre'n ge boren, ook in de loopgraaf zou gedoopt wor den Het bezwaar van den vader, dat geboorte en doop wel wat al te snel op elkaar volgden, werd weggeredeneerd en de geestelijke uit de buuit werd uitgenoodigd om de formaliteit te verrichten, wat hij deed Verrassend was het vooral voor den vader, dot het officierenkorps voor den n'euwen wereldburger een geschenk van 3U0 gulden had bijeengebracht. Het laatste getuigde van echte kameraad schap Daarvan zagen we ook een staaltje dezer dagen in eigen omgeving. Een landweerman was overleden aan buikvliesontsteking, achter latende een vrouw met zes kinderen, in armoe- d gen toestand. De tegemoetkoming, welke de vrouw tot dusver ontving, werd ingehouden. De humaniteit van den overste zorgde er ech- 1er voor, dat zij althans tijdens de mobilisatie geen gebrek behoeft te lijden. Hij stelde n.l. voor, dat elk zijner manschappen ten behoeve der weduwe wekelijks 5 cents zou bijdragen, de offic eren iets meer. Zijn voorstel vond een goed onthaal, zoodat de vrouw thans, met hei geen haar zoontje bij verd'cnt, ruim negen gul den inkomen per week heeft. Niet minder curieus dan dc geboorte van den nieuwen wereldburger in de loopgraaf, is, wat de bladen vermelden van het meisje, dat als vrijwiliger dienst nam. Uit Bocdepest wordt aau de Neue Freie Presse geschreven Het was in een dorp aan dezen kant van de Save, dat een patrouille op een morgen eelt jongen eenjarige meebracht, wien men kon aan zien, dot hij de laatste dagen veel had geléden. Men bracht hem naar den regimentsadjudant, wien hij vertelde, dat hij, bij gelegenhe d van oen patrouilleiocht onder den inval van de Ser viërs, van zijn troep was afgedwaald- Hij heette Kadar Elcmer. Hij verzocht bij het regiment te mogen blijven tot hij zijn eigen regiment terug gevonden KacL Men keek na en zag, dat inder daad de vrijwilliger Kadar van het 68e regiment opgegeven was- Hij werd dus bij het regiment ingedeeld. De jonge man maakte zich in zijn compagnie spoedig veel vrienden, daar hij zeer bruikbaar en steeds opgewekt was. Men merkte wel, dat hij er meisjesachtig uitzag, maar hij scheen zeer gespierd. In de gevechten loonde hij zich zeer dapper, en overal ging hij vooraan. De vorige week wilde het ongeluk, dat hij als meisje her kend werd. De onderofficier meldde den kapi tein, dat de eenjarige Kadar Elemer een juf frouw was. Algemeen groote verrassing. De eenjarige werd ontboden en bekende Ella We!ss- mann te heeten. Zij was de dochter van een koopman uit Obecs. Zij had in de verlieslijst gezien, dat Kadar Elemer vermist was, en daar zij het leven te velde wilde leeren kennen, ge bruikte zij dezen naam om soldaat te worden. Zij bezorgde zich een uniform, reisde naar Neusatz en ontmoette daor spoedig een pa trouille, die haar naar het regiment bracht. Het meisje smeekte verder te mogen d enen. Zij kon echter slechts bij het Roode Kruis worden inge deeld. Zoo graag die maagdelijn wou dienen, zoo gaarne zou zeker menige jongeling en man huistoe willen gaan. Wie zou niet verlangen naar den vredestijd, om weer rustig en vred'g in den huiselijken kring te kunnen zijn en aan den gewonen arbedd te kunnen gaan I Op velerlei wijzen wordt uiting gegeven aan hetgeen wordt meegemaakt en beleefd. De milicien J. Hof gaf zijn gemoed lucht in de volgende t Ontboezemingen van Arie Kif. A Was de Aankomst, zoo treurig en slecht, B Was je Bed, van lang stroo, o zoo echt, C Is de Contine, waarin je grokkie ontbreekt, D Is de Dokter, die je met pillen moed in spreekt, E Is de Eerlijkheid in den boomgaard bewezen, F Zijn de Fouriers, die voor de ouwe hemden niet vreezen, G Was Geertje een beste boerenmeid. H Is de commandant Hijman, waren wij die vast maar kwijt I Is de Inkt om aan je schatje te schrijven, J Is de Jacht op vlooien, kippen, eieren en patrijzen, K Is de Kok, die veel kwade boonen moet koken, L Is de Latrine waar veel kwaad wordt ge sproken, M Is de Meed bij 't schrap gooien bewezen, N Is Neutraal Nederland, waardoor de Land weer blijft pezen, O Is de Oorlog, een verschrikking voor de menschen, P Is het Prikkeldraad dat je allang gaat ver- wenschen, Q Zijn de Quart etsen, tot op heden nog goed bezorgd, T Is de Troost van je huisbaas, als je borgt, VI Is oud Utrecht, de stad met den Dom, V Is 't Vredespaleis, daarvoor blijven zij allen doofstom, W Is de Wacht door ieder gehaat, X Is de letter, waar geen rijmwoord op slaat, IJ Is de IJver bij 't graven en hakken bewezen, Z Is de Zuinigheid, toegepast als je verlof wordt gegeven. R Is de Rest die geen beurt heeft gehad, S Is de Schrijver, die R S vergat, aldus voegt de Redactie van een blad er aan toe, waarvan wij bovenstaande onlleenen. Het zijn niet alleen de soldaten, die haken naar iets anders. Ook bij de geïnterneerden spreekt het mensche'.ijlc gevoel, de begeerte naar liefde en poëzie. De Redoctie van een blad kreeg inzag© van een brief, dien een geïnter neerd Belgisch soldaat op een huwelijksadver tentie schreef. Dat de man zich te m:dden der ballingen een zaam gevoelt, blijkt uit zijn roerend schrijven Hij is hoopvol, nog vol goeden moed en waarom zou hij als aandenken aan zijn verblijf in 't gast vrij Nederland niet een Hollnndsch meisje mei- nemen. Hij schrijft „Vriendiene. Ik kom u te antwoorden op uwe vraag die ifr in de gazet geziene heb waarvan ik zeer kon tent van zijn- Ik ben een jongen van 29 jaaren van goede famiel en voor stiel doe ik in de schoenmakerij en winkel ik cn mijn Zuster en vader maar mijnen vader is overleedcn van November en daarmede heb ik het gedach ge kregen van den Uwelijk staad aan te gaan met een jonge meid van uwe jaoren.. Maar nu ben ik in Assen ik ben Belesch Soldat maar na den oorlog ga ik af en als gij wilt de goedheid heben van mij te schrijven zoo zouden wij kunnen bij een komen voor oltijd en wij zouden van wee der kanten gelukkich zijn en no den oorlog zou den wij met een trouwen om als wij van weder kanten ons gedach kunnen maken van melkan ders. En schrijf mij weder dan zei ik u mijn Portret op zenden en zenl mij het uwe ook op. Don zult gij geen dienstme'd niet meer moeten zijn. Zoo dus daarmede ga ik mijnen brief e n- digen en gee u eenen kus van ver en verwaoh antwoord zoo gouw mogelijk. Uwen Minaar Zoo zien we alweerhet hart van den mensch heeft behoefte aan liefde en gaat uit naar dfev van de ander. Van een anderen geest den koopmansgeest, die steeds gericht is op zaken doen spreekt het volgende bericht, uit de Arkansas Gazette geknipt Marshall H. Patterson van Jelks heeft ons het afschrift van een brief getoond, dien hij tegelijk met een baal katoen aan den Duitschen Keizer heeft gezonden. De brief luidt Aan Keizer Wilhelm, BcrlijR Duitschland. Geachte Heer. Ik heb heden bij Wells Fargo Ge. tc Jelks, Arkansas, UI S. A., een ronde baal katoen, wegende 269 pond, afgeleverd met de opdracht die naar u te Berlijn, Duitschland, te zenden Deze baal katoen, die op mijn plantage gegroeid is, doe ik u cadeau. Gij kunt daaruit stoffen voor u en uw familie laten maken of de katoen als watten voor de behandeling uwer dappere soldaten gebruiken, of zoo gij wiit, moogt gij er schietkatoen uit laten maken, waarmee gij, naar ik hoop, in staat zult zijn de kanalen voor den handel ie openen, waardoor uw natie en alle andere in staat zullen zijn zich een aandeel te verzekeren in den bes ten ketoenoogst, die ooit in de Vereenigde Sta ten gegroeid en aan de markt is gebracht. Mogen wij daardoor de gewone zendingen ven nuttige en noodige zaken ontvangen die in Duitschland worden voortgebracht en waarvan het ontbreken thans onze natie en vooral hc-t gewone voik in moeilijkheden doet verkeereu- lk ben met de beste persoonlijke gevoelens, hoogachtend, M- H PA ITERSON. Echt Amerikaonsch 1 KEUVELAAR. I>e steenen en houten heiligem hebben in <le fWerekl meer uitgewerkt dan de levende. levensbeeld door JOANNES REDDINGIüS 42 Barbaiossa, goede Keizer, waart gij nog in leven. Zij zeilen zich in hun zetels cn Himero ving aan: Vergeef mij, dat ik ontroerd ben, maar net scheiden van het kleinood viel mij zwaar, heel zwaar, maar thans is het voorbij. V/eer hield hij op en streelde een smallen gouden ring aan den derden vinger van zijn linkerhand, alsof ook dat sieraad herinne ringen opwekte Weet dan, zoon van mijn vriend en vriend ook vau mij, dat ik een ridder hen, de laatste telg van een beroemd geslacht, dat met mij uitsterft, kinderen heb ik niet, want ik heb oooit aardsche vrouw of maagd omhelsd in 't liefdespel der jeugd, maar u heb ik lief als een zoon en de erfenis van mijn kostbaar geheim is bij u veilig evenals bij uw vader, ïnijn vriend. Hij weet wat mij geschied is, ik •pegbaarde het hem. toen ik dacht te sterven fel het wre OoMen- baarde het hem, toen ik dacht te sterven in het verre Oosten. Gij kunt er uw voordcel "mee doen, als gij blijft zoeken naar het Eene, ual het leven maakt levenswaard. ergeet nooit, dat gij een onsterflijke ziel hebt, die tijdelijk in uw broos lichaam woont, dat vele levens op elkaar vol gen en dat ^ij het in uvy macht iiebl snel le groeien. De gelegenheid zal u geboden wor den veel le leeren, gij zult u zelf makeu, lot wat gij eens zult zijn, raadselen zullen worden opgelost, gij zuil ziende worden, ook al wa ren uw oogen blind. Als het u vergund wordt een vrouw te vin den, die u waardig is, doe haar dan op uw trouwdag dit verhaal, het zal u geluk aan brengen Zwijgend nam hij een teug uit zijn beker. Over mijn jeugd zal ik zwijgen, zij was als die van menig auuer kind. iteeds zeer vroeg openbaarde zich de lust tot reizen en zwerven, die nog meer geprikkeld werd door de verhalen, welke mijn biechtvader mij deed, een wijs man, die zeer veel van de wereld had gezien, met talrijke menschen had ver keerd en ingewijd was in de geheimen der dingen. die zijn, maar die wij, onervaren, niet onze. stoffelijke oogen niet kunnen zien. Hij bereikte een hoogen leeilijd, maar den dood kon hij ten leste niet overwinnen. Op een avond sliep lnj in, om niet meer te ontwaken, zijn eigenlijke zelf had het lichaam verlaten. Dat was een zeer groot verdriet. Voor den tweeden keer stond ik voor 't raadsel van den dood. Een half jaar geleden was een van mijn honden gestorven, mijn lievelingsdier, hij had eenige dagen erg gehoest. Een van de wapen knechten had hem volgens de regelen der kunst, gedeeltelijk omwonden met natte doe ken. Ilij was niet te bewegen geweest te lig gen en bleef maar staan in de zaaL De lichten bleven er branden, eten en water stonden naast het zieke dier, dat telkens ineenkromp van de pijp. die de hoest hem veroorzaakte, het bleef staan met stijve poolen. Wakend bleef ik bij hem, half liggend op een rustbed. Van tijd tot tijd sprak ik hem toe met vrien delijke, aanmoedigende woorden en riep hem bij zijn naam. Het zal twee uur na midder nacht geweest zijn, toen ik plotseling het dier op mij toe zag komen, loopend met moeite, ik spreidde mijn armen uit om hem aan mijn üorsl te drukken, maar voor hij mij bereikte, v iel hij om met doften plof. Zijn oogen zag ik breken, die zagen mij aan voor 't laatst Toen besefte ik, wat ik verloren had, een goe den vriend. Ik ben bij het lijk gebleven, over peinzend de dingen van dood eii leven. In den vroegen morgen heb ik hem hegraven in het woud onder een boom, dien ik merkte met mijn mes En nu sloeg de dood voor den tweeden keer Ik heb den monnik zien liggen op zijD doodsbed in bruine pij, de lichten brandden, een verwonderlijke stilte heerschte in de cel, 't was, of ik stemmen hoorde fluisteren; zou den dan toch die wezens bestaan, waarover liii mij een enkele maal, als wij heel vertrou delijk met elkaar waren, had gesproken? 'k Stond iu gedachten te staren naar den doode eu meende een blauwen schemer te ontwaren, die hing in het kleine vertrek; een gonzen klonk als van klokken, die hadden geluid, maai- telkens zong het opnieuw. Ik luisterde en hoorde een stem, die zong. want zingen was dat zuiver, zachte spreken: „Himero, zeg uw.vader vaarwel en trek naar 't Zuiden." Ik wilde spreken, maar vond geen woorden en wist niet, of ik waakte of droomde, 'k be woog mijn rechterhand, mijn hoofd, mijn bec- nen, mijn voeten, om te zien, of ik werkelijk bestond en stel u mijn verbazing voor, toen ik bemerkte bij 't hellen van mijn hoofd, dal de blauwe schemer verdwenen was en de lichten helder brandden bij den doode. Ik luisterde en hoorde in den stillen nacht het blaften van een hond, dat mii wonderlijk aan deed, een dergelijke blaf had ook mijn doode hond gehad, ik dacht en dacht en toen ik mij inspande om het geluid beter le hooren, stierf het uit. Behoedzaam verliet ik de cel en bega! mij naar mijn vader, wien ik het wondere vertelde, dat mii gebeurde, maar deze, ruw krijgsman als hij was, gromde er over, dat hij een zoon had met zulk een week gemoed, ik liet hem brommen cn grommen en wist mii tegevenover hem slaan, sterk en vol moed en hem aanziende vroeg ik, af hij vergeten was, dat mijn groep vast en mijn lichaam kloek was en dat ik het wildste paard wist meester te worden. Toen glimlachte mijn vader, meer getroffen door mijn verhaal, dan hij wel wilde be kennen. Van die gelegenheid raaakie ik gebruik zijn toestemming te verkrijgen tot een ridderlijken zwerftocht. Naar 't Zuiden zeker, zeide hij, onge- loovig het hoofd schuddend. Ja, naar het Zuiden, antwoordde ik, op vasten toon, besloten als ik was om te gaan. Gij zijt oud en wijs genoeg om te welen, wat gij wilt, hernam hij. Ga. in den strijd op eenig tournooi zult gij uw hersenschimmen wel leeren vergeten. Ik zal zorg dragen, dal iuv wapenen goed ln orde ziju Denk voorni aan dien oizonderen zwaardslag, welken i!» u leerde en onderzoek uw lans voor ge haar gebruikt, rijdt nooit op een dampig paard en vecht nimmer mei een ridder, die op een paard zit niet een gespleten oor. Op deze wijze doorgaand begon mijn va der tc spieken over zijn vroegere tochten, over wat hij had beleefd. Ln deels om hem genoegen le doen, deels tot eigen vermaak, luisterde ik naar hem. 't Nvas laat in den nacht, toen ik mij te ruste begot. Talrijke beeiden gingea door mijn) ziel, telkens was ik over den goeden monnik bezig, over de stem, welke ik gfhoord had bi> zijn doodsbed en 't was inii, alsof hij dc oor zaak was geweest, dat ik had hooren spreken en daarom wilde ik de opdracht naar mijn beste welen volbrengen, niet tellend de vei€» moeilijkheden, die ik zou kunnen oudervin den, overtuigd ais ik was, dat al de mogelijke beproevingen lot heil zouden zijn van ae per soonlijkheid. die ik was Himero zweeg ecu wijl, wierp een blok op liet vuur. hernam zijn vorige houding en ver volgde: Toen ilc mijn slaapvertrek betrad, be merkte ik dal het maanlicht juist mijn ieger verlichtte, ik kwam er toe naar buiten te sta ren cn zag de maan lusschen wolken, fan tastisch van vorm cn grillig beschenen, Bfl was vreemd aangedaan en moest al maar op zien naar .het blecke hemellichaam, dat mij zoo boeidr IV It r.errnhjd'

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 5