EEN MMANTiSGKE JONGEN „D E EEMLAN DER". Vrijdag 12 Februari 1915. BUITENLAND. FEUILLETON. N° 193 Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURQ. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort f Idem franco per post Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. Afzonderlijke nummers O.O». Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, famiiie- advertenties en berichten vóór 2 uur -in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 15 regels f 0.50» Elke regel meer0.10 Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeligo bepalingen tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Het gevaar van de Wilaelmina. In den strijd over de vraag hoe door En geland zal worden gehandeld met uit Amerika •Verscheepte goederen, die bestemd zijn voor het vijandelijke gebied, spelen twee scheeps namen eene groote rol: de Dacia en de W'il- helmina. De beide"schepen vormen wat men in Amerika noemt een „testcase", d. i. een geval waarin het gaat om eene beginselkwes tie. De Dacia is met eene lading katoen ver trokken uit Galveston (Texas); het iaatsle be- richï. dal van haar ontvangen werd, was'aüt de .Virginische haven Noriulk, van waar zij giste ren den overtocht van een Atlantischen oceaai. •heeft ondernomen. Het punt van geschil is luer niet de lading maar het schip, want de Dacia is oorspronkelijk een Duitsoh schip, dat ^door koop in het bezit van een Amerikaan is Overgegaan. Anders staat het geval met de 'Wilhelmina; daar is het schip geen voorwerp >van strijd maar de lading. De Wilhelmina is met eene lading levens middelen, bestemd voor het Belgische steun- jPomité, uit New-York vertrokken en ligt nu in Falmouth, wachtende op het lot, dat haar beschoren zal zijn. De Engelsche regeering heeft eene verklaring laten uitgaan, dat zij op de lading van de Wilhelmina beslag zou leg gen; zij heelt thans de daad bij het woord gevoegd, want gisteren is de beslaglegging ge schied. Daar het schip vertrokken is, voordat Engeland tengevolge van de monopoliseering door den staat van de graanvoorraden in Duitschland had aangekondigd, dal het le vensmiddelen voorlaan als absolute oorlogs- coiitrabande zou behandelen, zal het stoom scbiD vrijgelaten worden. De vraag of voor de lading eene vergoeding zal worden betaald, is nog in overweging; daarmee zal het prijs- geiechtshof zich hebben bezig te houden. Dit is de handelwijze, die de Engelsche re geering, volgens de mededeelingen, die zij door Keuters bureau heeft laten doen, zal volgen tegenover de Wilhelmina eu hare la ding. Het kost geene moeite het beloog te leveren, dat deze handelwijze met het vol kenrecht in strijd is. De Yossisohe Ztg. doet dat op de?e wijze: Levensmiddelen zijn vol- gcu de verklaring van Londen over het zee- ocricgsreoht sleahts Letrekkelijke, geene vol- sliekte oorlogscontrabande en mogen, inge volge art. 33, slechts weggenomen worden, „wanneer wordt bewezen, dat zij voor het gebruik van dc strijdmacht of het bestuur van clen rijandclijken slaat bestemd zijn." De la ding van de Wilhelmina is noch voor de Dnitsohe strijdmacht noch voor het bestuur van het Duilsche rijk bestemd, maar voor de Belgische bevolking, waaronder zij zal wor den verdeeld met medewerking van neutrale Vertrouwensmannen, inzonderheid van ver tegenwoordigers der Vereenigde Staten, ter wijl de Duitsohe regeering de uitdrukkeliike toezegging heeft gedaan, dal zij tegenover deze levensmiddelen geen rekwisilierechl zal uitoefenen, welke toezeggingen zij bij auciere soortgelijke zendingen slipt is nagekomen. Dat Duitschland de graanvoorraden van staatswege heelt gemonopoliseerd, wordt door de Vossische Ztg. eene willekeurige en onjuiste bewering genoemd, want de „Kriegs- getreiclegescllschafL" is geen bestuurscollege van den staal, maar eene naamlooze vennoot schap, waarbij gemeenten en grootindustrice- len betrokken zijn; zij heeft ook niet tot taak het leger maar de bevolking van levensmid delen te voorzien. Daarbij heeft de ordonuau- tie van den bondsraad van 25 Juni 1Ü15, v/aarop Engeland zien beroept, geene betrek king op uil het buitenland ingevoerd graan cu meel. Verder komt in aanmerking, oat m het rapport van de redactie-commissie van de Londensche verklaring wordt gezegd, dat de verbodsbepaling van art. 53 niet betrek kin? heelt op alle besluursorganen, üie in een vijandelijken staat ziiii; de plaatselijke bestu ren b.v. vallen daaronder niet, en datgene wit voor hun gebruik bestemd is, zou geene contrabande zijn. Wanneer nu levensmidde len, dae voor gemeenten est uren bestemd ziin, niet als contrabande zijn te beschouwen, dan kunnen dit nog veel minder zijn levensmid delen, die niet in handen komen van een Duilsch bestuurslichaam, maar bestemd zijn door bemiddeling van het hulpcomité, zijne helpers en het Amerikaansche gezantschap onder de noodlijdende Belgische bevolking te worden verdeeld. De bedoeling van art. 33 is volkomen dui delijk. Er wordt oorlog gevoerd tegen het leger van een staat, met tegen de bevolking. Als oorlogscontrabande zullen levensmiddelen slechts mogen worden behandeld, wanneer zij voor de strijdmacht, niet voor de bevol king bestemd zijm De voor het bestuur van den vijandelijken &taat bestemde levensmid delen kunnen dus slechts weggenomen wor den, wanneer zij, als zij overgaan aan dit be- stupr, voor het leger dienstbaar worden. Dat is uitgesloten bij dc Duitsche gemeentebestu ren en de „Kriegsgetreidegesellschafl", en er kan in 't geheel gegn sprake van zijn Pij het gebruiken van de lading van de Wilhclinina vjor dc noodlijdende bevolking van het door Duitschland bezette Belgic. Het betoog, dat de behandeling die de En gelsche regeering op de Wilhelmina en hare lading zal toepassen, in strijd is met het oor logsrecht, is hiermee op afdoende wijze ge leverd. Maar wat kan dat haten? Tegén het beroep, dat wordt gedaan op de Londenscbe verklaring van zeerecht, kan Engeland aan- vceren, dat die verklaring geen geldend oor logsrecht is geworden, want de sanctie, die had moeten gegeven worden aan deze op ini tiatief van de Engelsche regeering door ver tegenwoordigers van de voornaamste zeeva rend staten opgestelde verklaring, ontbreekt. En wanneer de tegenpartij met het al ge in, eene verwijt van schending van het oorlogs recht tegen Engeland komt aandragen, dan kan Engeland haar tegemoet voeren: Maakt gij het beter? Want dit is een verschijnsel, waarvan men telkens weer in dezen oorlog de ondervinding opdoet: de een verwijt den an der, het recht met voelen te treden en de mcpschelijkheid in het aangezicht te slaan, maar de eigen handelingen verdienen dat ver wijt evenzeer en soms nog meer. De oorlog. Berlijn, 11 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. De aanval in de Argonne brachi ons eene aanwinst van terrein. Den vijand werden 6 officieren, 307 man, 2 machinegeweren en 6 kleinere kanonnen afgenomen Ook in het 'raidden van de zuidelijke Vogeezen behaalden wij eenigc kleinere plaatselijke voordeelen. Berlijn, 11 Febr. (W. B.) Over de ge- vc-chten in Boven-Elzas wordt aan de Vos sische Ztg. bericht: Eene bijzonder levendige werkzaamheid ontwikkelen de DuilseJiers tegenwoordig in .'iel Largdal. Pfetterhausen en het daarachter liggende Fransche dorp Rcchesy worden sedert Zaterdag onophoude lijk door Duitsohe artillerie beschoten. De bevolking w Rechesy is in een dorp achter Belfort gebracht. Ook Pfetterhausen is door de burgerlijke bevolking ontruimd. P a r ij s, 11 F e b r. (R.) Nainiddagcommuni- qué. In Ohampagne werd een Duitsche aanval op het onlangs door ons veroverde bosch be noorden van Mesnil les Hurlus teruggeslagen. In de Argonne was de strijd rondom het Maria Theresa-werk zeer hevig. Volgens de laatste inlichtingen was de Duilsche strijd macht ongeveer eene brigade sterk. Wij hand haalden al onze stellingen. De verliezen van den vijand waren aanzienlijk, de onze ern stig. In de Vogeezen heerschte een dikke mist; er viel veel sneeuw. Het gisteren gemelde in fanterie gevecht te La Fontenelle in Ban de Sapt had plaats in een stikdonkeren nacht. Aan Duitsche zijde waren er minstens twee bataillons in betrokken. Wij hadden eenigen grond prijs gegeven; maar gisteren hebben wij dien bijna geheel teruggewonnen door eene reeks tegenaanvallen. AYondcommuniqué. De vijand heeft Nieuwpoort en de oevers van de Yser krachtig gebombardeerd, maar slechts geringe schade toegebracht aan ge bouwen. Onze artillerie antwoordde met goede uitwerking. In de Argonne deden dc Duitschers in de streek van Bagatelle, na een hevig gevecht uit loopgraafmonlieren gedurende den geheelen morgen, een aanval op het Maria Theresia- weric. De aanvallende colonnes waren vier in getal op een front van 500 Meter. De aanval len werden door ons artillerie- en infanterie- vuur uiteengejaagd. De Dualsdhers lieten een groot aantal dooden achter. In de Vogeezen, ten zuiden van het kasteel Lusse noordelijk van den pas Sainte-Marie, na men wij door een onverhoedschen aanval een loopgraaf. Op verschillende punten van het front is een hevig artillerieduef geweest. B e r 1 ij li, 11 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. De gevechten aan de Oost-Pruisische grens werden ook gisteren met zeer verblijdende uitkomst voor ons voortgezet, ofschoon de vele sneeuw dc bewegingen van de troepen belemmerde. De uitkomst van de gevechten met den tegensitandcr laten zich nog niet dui delijk overzien. Op het Poolsche oorlogslooneel rechts van de Weichsel bracht een aanval in de streek ten noorden van Sierpce, waardoor de vijand werd teruggedrongen, ons eenige honderden gevangenen. Links van de Weichsel zijn geene bijzondere gebeurtenissen voorgekomen. Berlijn, 11 Febr. (Björnson). De in Bukarest verschijnende bladen bevestigen, dat de Russen in Bukowina eene ernstige neder laag hebben geleden. Vooral bij Kimpolung was d-ie zeer zwaar. Daar namen de Oosten rijkers en de Duitschers 3800 Russen gevan gen cn veel materieel, waaronder twee stuk ken zwaar geschut. De Russc moeten 28 K.M. teruggeworpen zijn. Zij zouden in de grootste wanorde zijn gevlucht en nog steeds worden vervolgd. W e e n e n, 11 Febr. (W. B.) Officieel be richt van lieden middag. In Russisch-Polen en West-Galicië is niets gebeurd, afgezien van arlilleriegevechten. Aan het Karpalheniront wcruen in het ge deelte ten westen van den Uszoksch-pas de Russische aanvallen en eenige partiede on dernemingen onder zware verliezen voor den vijand teruggeslagen. In het woudgebergte en In Bukowina zijn jpnieuw vorderingen te vermelden. Verscheidene' bonder n gevange nen, alsmede eenige machinegeweren werden ingeleverd. Petersburg, II Febr. (Tel.-agent- sdiap). Communiqué van den grooten gene- ralen staf. In Oost-Pruisen is de concentratie van de Duitschers tot eene groote macht definitief lot stand gebracht. Deze strijdmacht, het of fensief openende, ontwikkelde zich inzonder heid in de richting WiikowiszkiLyck. Men ontdekte nieuwe formatiën, die aan het front zijn gekomen uit het midden van Duitsch land. Onze troepen trekken zich, den vijand tegenhoudende, terug van de linie der Mazoe- rische meren naar onze grens. Aan het front van den rechter Weichsel- oever hadden partieele gevechten plaats in de richting van Myschinetz naar Ostrolenka en in de streek van Serpetz en de rivier Skrewa. In de Karpathen waven aanvallen van den vijand ten westen van Mezolabortsch, in de richting van Sablonow en ten oosten van Ifszok, alsmede een Duitsch offensief op dc hoogten van Kozinicka; wij sloegen ze met succes terug. De hoogten bij Rabbe ten oosten van den Lupkowschen pas werd door ons na een hardnekkig gevecht genomen; wij maak ten duizend gevangenen en een kanon buit. Berlijn, 12 Febr. (W. B.) De kcizor heeft zich wederom naar het oostelijk oor logszoo ne el begeven. Belfort, 11 Febr. (R.) Twee Tauben zijn over Belfort gevlogen; zij werden aan een herig bombardement onderworpen. Een van de Tauben liet twee bommen neervallen, uie materieele schade veroorzaakten. Beiden werden verjaagd Konstaniinopel, 11 Febr. (W. B.J Eene ofl'icieuse mededeeling houdt in, dat twee Russische torpedobooten, die den 8en in de haven van Trapczunt kwamen, vuur ga ven op de Amcrikaansche stoomboot Washing ton, die daar geankerd lag, en haar aan het voor- en het achterschip beschadigden. Twee later gekomen Russische kruisers openden een hevig vuur uit zware kanonnen op de Washington en boorden het schip in weinige oogenblikken in den grond. De Ainerikaan- sohe vlag waait nog over de wateren en ge tuigt van deze daad van barbaarschheid. Na deze heldendaad richtte de vijand zijn vuur op de stad, vooral op het hospitaal, waar twee zieken gedood cn twee anderen gewond werden. Petersburg, 11 Febr. (Tel -agent schap). In de Zwarte zee hebben de Kussen een Turkseh transportschip, geladen met 50 000 poed levensmiddelen, in den grond ge boord. Konstantinopel, 11 Febr. (R.) Een officieus telegram uit Iseban, aan do Turksch-Russische grens meldt, dat de Russen eergisteren en gisteren verschillende aanval len deden uit Egrildissa en Lespik, welke on der groote verliezen voor den vijand door het krachtig offensief der Turksche troepen wer den afgeslagen. De Russen trokken in wan orde terug en lieten een groolen voorraad oorlogsmateriaal achter. Zes honderd man van de bevolking der Russische plaatsen Tanschkard en Mulischkerd namen dienst in het Turksche leger. Londen, 11 Febr. (R.) Eerste minister Asquith deelde in het lagerhuis mede, dat de regcering de vraag in overweging heeft geno men om strengere maatregelen legen den Duitschen handel te nemen met het oog op de in het oog loopende schending door den vijand van de regelen der oorlogvoering.. Hij hoopte bitinen kort te kunnen meededen, welke die maatregelen zouden zijn. (Luide toejuichingen). Stockholm, 11 Febr. (W. B.) Volgens Svenska Dagiblaidet zal binnen kort een con ferentie van de regeeringen der drie noord- sche staten over den nieuwen toestand op zee in Stockholm plaats hebben, Londen, 11 Febr. (R.) Men verwacht* dat de mededeelingen van het AmerikaanV sdie staatsdepartcinent aan Engeland eu Dudtschlahd morgen zullen worden bekend gemaakt Wat de mededeeling aan Groot-Britlaimiö betreft verneemt men, dat die niet gegrond is ou het incident van dc Lusitania, maar op eene verklaring van liet Britsohe Foreign Of« fic tot rechtvaardiging van het gehruiken van onzijdige vlaggen door Britsohe schepen liet schijnt, dat in de vroegere berichten in de dagbladen hierop betrekkelijk uiel volt doende nadruk is gelegd op <le bezorgdheid van de Vereenigde Stalen, dat Amerikaansche schepen zullen worden vernield door Duilsche duikbooten. Hel aan. Gerard, den Amerikaan- scLcn ambassadeur te Berlijn, gezonden stuk ter overhandiging aan het Duilsche deparle* ment van buitenlandsche zaken is vriend* schappelijk, maar bevat een duidelijk gestel de verklaring, dat de Amerikaansahe schepeoj de onbelemmerde vaart moeten hebben in da volle zee en in de niet-goblokkeerde wateren cn dat de vernieling van Araerikaanschc sche pen zou kunneu leiden tot eene verandering van de tot dusver beslaande vriendschappe lijke betrekkingen tusschen do Vereenigdd Staten en Duitschland. Washington, 12 Febr. (R.) De nota's; waarvan gisteren melding is gemaakt, zijiV thans afgezonden. Men bericht, dat geen van de nota's een protest bevat en dat de rota aan üuitsohland om nadere ophelderingen vraagt. Maar dc Amerikaansclie regecring heeft aan Duitschland duidelijk gemaakt, dat iedere' aanval op oen schip, dat de Amerikaa nsche vlag voert, zonder dat men zich heeft ver-' zekerd, dat het schip niet bevoegd is de vlag ie gebruiken, zal worden beschouwd als eene ernstige zaak, dae tot ernstige complicatiërt kan leiden. Indien andoren uw wijsheid niet prijzen, moet gij het zelf nog veel minder doen. levensbeeld door JOANNES REDDINGIUS. 63 De jongens zaten stil, ieder met een boek yoor zich, maar van werken kwam niet veel, zij waren te veel \ervuld van dal éciie, Kan- jerd zou 't vragen, zij zaten ijverig te doen, dc baas kon ieder oogeubiik komen, als je gesnapt werd, dat je niets deed, wat je zuur, aan moest je naar de badkamer, daar kon je dan blijven tusschen de witgekalkte muren tot 't diner, je dag was bedorven, want 's mid dags moest je een verhaal verteilen in 't Fransch; vóór dien lijd zat de baas telkens naar je te kijken, je dacht dan, iiou zal hij zeggen: „Qu'est ce que notre ami la-bas sail raconter?". maar neen hoor, soms het hij je den ganschen tijd in spanning zitten, maar vragen om te vertellen deed hij niet. nu, ie hadt dan toch den angst beet, dat hij 't vra gen zou; 't was soms zoo n pestkop. Kleine Ping prepareerde ziek voor de geschiedenis, hij keek telkens op om in 't rond le zien ja, hij deed zijn best en hield goed orde, de baas kon komen. IJsbrand kenur zijn graven op een rijtje; zeven maal had liij hij z;:hzelf opgedreund: Dirk de eerste, Dirk de Tweede, Arnout, enz. toen kreeg hij een slim idee: nu ben ik mijnheer en zal eens kijken of IJsbrand zijn les kent; IJsbrand vertel jij mij eens hoe de graven van het Hollaudsche huis heetten. Best mijnheer, zei toen een andere slem in hem, de graven van het IIoLlandscke huis zijn; Dirk de Eerste, enz. hij kende ze perfect toen zei de andere slem weer, vertel me nu eens, wie regeerde eerder Dirk de Vierde of Eloris de Derde? IJsbrand schrok, verdikkie dat wist ie niet, en de stem hernam weer, wie was de bet-overgrootmoeder van Floris de Vijfde? IJsbrand ging 't bij zichzelf maar kon zoo gauw geen antwoord vinden, en de slem zei scherp lot hem: je kent je les weer niet, je blijft vanmiddag maar tehuis, d-och geef mij eerst je doos sigaretten. Op slopnaaldenhij was zuur, waarom leken die graven ook allen op elkaar? van vatlcr- iandsche geschiedenis hield hij wel, maar niet van jaartallen; .,de Koorknaap" van Van Lennep was tocli maar een pracht van een boek, je zag de kerels voor je, vroeger had Herman hem eens verleid van de bijl van Koning lialfdan, lierman had gezegd, dal hij in de groote vacanlie eens een verhaal zou schrijven over dien koning, IJsbrand had de geschiedenis van den Koorknaap willen lezen, zijn oom had hem i boek meegegeven voor den Zondag-a^ ond, als er gelezen mocht wor den, maar hij had zich op een avond door te praten op de slaapzaal naar de badkamer laten sturen en daar bij een endje kaars, zittend op de hurken, 't werk verslonden Hij zuchtte en begon weer le dirken en te üorissen. Frits keek strak voor zich in een cahier, overleggend bij zichzelf, hoe hij 'l vragen zou, alles hing af van 'l gezicht, dat dc baas zou zetten bij 't openen van dc deur. Had hij een pel op. dan was hij gewoon-weg nijdig, was zijn jas toegeknoopt, dan had hij iels gemerkt, clan moest el* iemand naar de badkamer, had hij een gouden driehoekje, een passertje en een rechthoek aan zijn horloge-ketting, dan moest hii 's avonds naai- een geheimzinnige \ergadering, dam ging hij „de Heilige Bok" aanbidden, zooals IJsbrand beweerde, die een dwaas boekje had gelezen over de Ma^onncry. Frits zat te soezen, bij zichzelf nagaand, ol hij wel eerlijk was in zijn oordeel over „de baas", liii maakte altijd tocli maar, dat de jongens door 't examen kwamen, geen moeite was hem te veel. Ruim drie weken geleden was hij naar zoo'n vergadering geweest, 't zpu nu wel weer gauw lijd er voor zijn hè, ik wou, dat de baas een sigaar in zijn liand had, dan kon je wat van hem gedaan krijgen, dan was zijn jas open, je kon den gouden horloge-ketting zien; die hadden de jongens hem -drie jaar geleden cadeau gege ven op zijn verjaardag, eerst het horloge en 't volgend jaar den. ketting cn dit jaar zou l zijn een canapé met zes stoelen, 't was loch wel leuk zulke mooie dingen te krijgen, de kast in dc voorkamer stond vol zilveren din gen, een koffiepot, een Plotseling werd de deur der eetzaal geopend, de baasl Frits schrok, zag snel op, wonderlijk, de baas had een sigaar in zijn hand, maar dc jas was dicht, was hij nou nijdig of niet.... Frits zat le overleggen, Anton keek schuin naar hem ais met zijn oogen zeggend: „Toe nou!" Frits snoot zijn neus om tijd te winnen. De .directeur trad op den onderwijzer toe, knikte en zei vriendelijk: „Our on peut se préparer pour la promenade." Frits kreeg moed, hij stond op, de andere jongens ook, traag gingen zij naar de gang, Frits volgde. Eenmaal buiten l lokaal werd hij overladen met minder vleiende uitroepen: „Wat ben jij nu voor een kerel", „zeg kokkerd, als je weer eens wat liebt". „Laat dat vuurschip loopen" Frits zei niets, maar school' haar buiten, op mijnheer toe. De jongens verdrongen zich voor de deur Doet ie 't? Ja, hij doet T. Dat is leuk, 't is toch een leuke vent. 'k Ilad 't niet gedacht.... Maar hij doet 't. —Wat zegt dé baas? Donder op vent, je trapt op mijn teen. Dan mag nicht hem afkussen. Zijn nicht liecft al een vrijer. Stil, stil, zei Kleine Ping den jongen aan ziend, die de laatste woorden gezegd had. Op stopnaalden, zei IJsbrand en sloeg mei zijn pet op zijn knie. IJsbrand was dc zoon van een dominé uit Zeeland, hij had een liefhebberij om doode beesten te villen en op te zeilen, als hij ver wonderd was zei hij altijd: „Op stopnaalden" ol: a)p stopnaalden met karneraelksoep" erg snugger was Jiij niet, hij had werk om door zijn eerste Hofman en IJkema te komen. Frits had den directeur bereikt, deze zag den knaap vragend aan. De jongens zouden zoo graag willen visschcn mijnheer, zei hij ten slotte Zoo en jij ook? vroeg de haas lachend. Mij trok aan zijn sigaar en knoopte ziin ja? los Frits herademde cn wreef over zijn neus. Kafierneus vond, dat 't ding glom. Ja miinhcer, zei hij en keek mijnheer de Groot aan, houdend zijn hoofd een weiuijf scheef. Est ce qu'ils ontbien travaillé, monsieur. Vermeer? Oui monsieur, antwoordde Kleine Ping cu streek in zijn plotselinge verlegen* lieid langs zijn dunnen knevel. Oui on peut aller De directeur opende de eetzaal-deur en ging. Hoera!" schreeuwdon de jongens en snelden de schooldeur uit naar de gangkas^ waar de hengels stonden. Anton kreeg nog even ruzie met zijn broer, Albert had dn aardigheid gehad zijn snoer aan Anions nieu- won hengel te doen, deze stond nu onwillig met Alberts hengel in zijn hand, waar aan zijn snoer Kleine Ping moest tusschen» beiden komen; mopperend gaf Kaffcrneui toe, Anions dikke wangen zagen bleek-biauw* geel van nijd. -T- Lk vreet straks alle Indische vruchten op, die de oude heer gestuurd heeft, le zult er geen l>liksem meer van hebben. Albert zei niets, maar schoof met zijn ouden hendel door de deur naar bulten. Daar vond liij IJsbrand met het wurmen» kastje, dat hij in de onderste lade der hihüo- theekkast bewaarde, hij was bibliothecaris, 'l Stonk altijd in deu omtrek der kast, 't kwam door het vocht had hij na een opmer king van mijnheer de Groot gezegd, uiaar in waarheid kwam 't door de rotte wurmen. Iiij verkocht zijn pieren: vijftien voor een cent, dat moest stiekem geschieden, er mocht niet gekwanseld woid'en; Kleine Ping kreeg er twinfc* voor een cent, dan hield hij zijn moü(*' Wordt vervolgd*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1