EEN MMANTiSGKE JONGEN
„D E EEMLAN DER".
Vrijdag 12 Februari 1915.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
N° 193
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURQ.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort f
Idem franco per post
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10.
Afzonderlijke nummers O.O».
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en
Feestdagen.
Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, famiiie-
advertenties en berichten vóór 2 uur -in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 15 regels f 0.50»
Elke regel meer0.10
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Grooto lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeligo bepalingen
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht
Het gevaar van de Wilaelmina.
In den strijd over de vraag hoe door En
geland zal worden gehandeld met uit Amerika
•Verscheepte goederen, die bestemd zijn voor
het vijandelijke gebied, spelen twee scheeps
namen eene groote rol: de Dacia en de W'il-
helmina. De beide"schepen vormen wat men
in Amerika noemt een „testcase", d. i. een
geval waarin het gaat om eene beginselkwes
tie. De Dacia is met eene lading katoen ver
trokken uit Galveston (Texas); het iaatsle be-
richï. dal van haar ontvangen werd, was'aüt de
.Virginische haven Noriulk, van waar zij giste
ren den overtocht van een Atlantischen oceaai.
•heeft ondernomen. Het punt van geschil is
luer niet de lading maar het schip, want de
Dacia is oorspronkelijk een Duitsoh schip, dat
^door koop in het bezit van een Amerikaan is
Overgegaan. Anders staat het geval met de
'Wilhelmina; daar is het schip geen voorwerp
>van strijd maar de lading.
De Wilhelmina is met eene lading levens
middelen, bestemd voor het Belgische steun-
jPomité, uit New-York vertrokken en ligt nu
in Falmouth, wachtende op het lot, dat haar
beschoren zal zijn. De Engelsche regeering
heeft eene verklaring laten uitgaan, dat zij op
de lading van de Wilhelmina beslag zou leg
gen; zij heelt thans de daad bij het woord
gevoegd, want gisteren is de beslaglegging ge
schied. Daar het schip vertrokken is, voordat
Engeland tengevolge van de monopoliseering
door den staat van de graanvoorraden in
Duitschland had aangekondigd, dal het le
vensmiddelen voorlaan als absolute oorlogs-
coiitrabande zou behandelen, zal het stoom
scbiD vrijgelaten worden. De vraag of voor de
lading eene vergoeding zal worden betaald,
is nog in overweging; daarmee zal het prijs-
geiechtshof zich hebben bezig te houden.
Dit is de handelwijze, die de Engelsche re
geering, volgens de mededeelingen, die zij
door Keuters bureau heeft laten doen, zal
volgen tegenover de Wilhelmina eu hare la
ding. Het kost geene moeite het beloog te
leveren, dat deze handelwijze met het vol
kenrecht in strijd is. De Yossisohe Ztg. doet
dat op de?e wijze: Levensmiddelen zijn vol-
gcu de verklaring van Londen over het zee-
ocricgsreoht sleahts Letrekkelijke, geene vol-
sliekte oorlogscontrabande en mogen, inge
volge art. 33, slechts weggenomen worden,
„wanneer wordt bewezen, dat zij voor het
gebruik van dc strijdmacht of het bestuur van
clen rijandclijken slaat bestemd zijn." De la
ding van de Wilhelmina is noch voor de
Dnitsohe strijdmacht noch voor het bestuur
van het Duilsche rijk bestemd, maar voor de
Belgische bevolking, waaronder zij zal wor
den verdeeld met medewerking van neutrale
Vertrouwensmannen, inzonderheid van ver
tegenwoordigers der Vereenigde Staten, ter
wijl de Duitsohe regeering de uitdrukkeliike
toezegging heeft gedaan, dal zij tegenover
deze levensmiddelen geen rekwisilierechl zal
uitoefenen, welke toezeggingen zij bij auciere
soortgelijke zendingen slipt is nagekomen.
Dat Duitschland de graanvoorraden van
staatswege heelt gemonopoliseerd, wordt
door de Vossische Ztg. eene willekeurige en
onjuiste bewering genoemd, want de „Kriegs-
getreiclegescllschafL" is geen bestuurscollege
van den staal, maar eene naamlooze vennoot
schap, waarbij gemeenten en grootindustrice-
len betrokken zijn; zij heeft ook niet tot taak
het leger maar de bevolking van levensmid
delen te voorzien. Daarbij heeft de ordonuau-
tie van den bondsraad van 25 Juni 1Ü15,
v/aarop Engeland zien beroept, geene betrek
king op uil het buitenland ingevoerd graan
cu meel. Verder komt in aanmerking, oat m
het rapport van de redactie-commissie van
de Londensche verklaring wordt gezegd, dat
de verbodsbepaling van art. 53 niet betrek
kin? heelt op alle besluursorganen, üie in een
vijandelijken staat ziiii; de plaatselijke bestu
ren b.v. vallen daaronder niet, en datgene
wit voor hun gebruik bestemd is, zou geene
contrabande zijn. Wanneer nu levensmidde
len, dae voor gemeenten est uren bestemd ziin,
niet als contrabande zijn te beschouwen, dan
kunnen dit nog veel minder zijn levensmid
delen, die niet in handen komen van een
Duilsch bestuurslichaam, maar bestemd zijn
door bemiddeling van het hulpcomité, zijne
helpers en het Amerikaansche gezantschap
onder de noodlijdende Belgische bevolking te
worden verdeeld.
De bedoeling van art. 33 is volkomen dui
delijk. Er wordt oorlog gevoerd tegen het
leger van een staat, met tegen de bevolking.
Als oorlogscontrabande zullen levensmiddelen
slechts mogen worden behandeld, wanneer
zij voor de strijdmacht, niet voor de bevol
king bestemd zijm De voor het bestuur van
den vijandelijken &taat bestemde levensmid
delen kunnen dus slechts weggenomen wor
den, wanneer zij, als zij overgaan aan dit be-
stupr, voor het leger dienstbaar worden. Dat
is uitgesloten bij dc Duitsche gemeentebestu
ren en de „Kriegsgetreidegesellschafl", en er
kan in 't geheel gegn sprake van zijn Pij het
gebruiken van de lading van de Wilhclinina
vjor dc noodlijdende bevolking van het door
Duitschland bezette Belgic.
Het betoog, dat de behandeling die de En
gelsche regeering op de Wilhelmina en hare
lading zal toepassen, in strijd is met het oor
logsrecht, is hiermee op afdoende wijze ge
leverd. Maar wat kan dat haten? Tegén het
beroep, dat wordt gedaan op de Londenscbe
verklaring van zeerecht, kan Engeland aan-
vceren, dat die verklaring geen geldend oor
logsrecht is geworden, want de sanctie, die
had moeten gegeven worden aan deze op ini
tiatief van de Engelsche regeering door ver
tegenwoordigers van de voornaamste zeeva
rend staten opgestelde verklaring, ontbreekt.
En wanneer de tegenpartij met het al ge
in, eene verwijt van schending van het oorlogs
recht tegen Engeland komt aandragen, dan
kan Engeland haar tegemoet voeren: Maakt
gij het beter? Want dit is een verschijnsel,
waarvan men telkens weer in dezen oorlog de
ondervinding opdoet: de een verwijt den an
der, het recht met voelen te treden en de
mcpschelijkheid in het aangezicht te slaan,
maar de eigen handelingen verdienen dat ver
wijt evenzeer en soms nog meer.
De oorlog.
Berlijn, 11 Febr. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
De aanval in de Argonne brachi ons eene
aanwinst van terrein. Den vijand werden 6
officieren, 307 man, 2 machinegeweren en 6
kleinere kanonnen afgenomen Ook in het
'raidden van de zuidelijke Vogeezen behaalden
wij eenigc kleinere plaatselijke voordeelen.
Berlijn, 11 Febr. (W. B.) Over de ge-
vc-chten in Boven-Elzas wordt aan de Vos
sische Ztg. bericht: Eene bijzonder levendige
werkzaamheid ontwikkelen de DuilseJiers
tegenwoordig in .'iel Largdal. Pfetterhausen
en het daarachter liggende Fransche dorp
Rcchesy worden sedert Zaterdag onophoude
lijk door Duitsohe artillerie beschoten. De
bevolking w Rechesy is in een dorp achter
Belfort gebracht. Ook Pfetterhausen is door
de burgerlijke bevolking ontruimd.
P a r ij s, 11 F e b r. (R.) Nainiddagcommuni-
qué.
In Ohampagne werd een Duitsche aanval
op het onlangs door ons veroverde bosch be
noorden van Mesnil les Hurlus teruggeslagen.
In de Argonne was de strijd rondom het
Maria Theresa-werk zeer hevig. Volgens de
laatste inlichtingen was de Duilsche strijd
macht ongeveer eene brigade sterk. Wij hand
haalden al onze stellingen. De verliezen van
den vijand waren aanzienlijk, de onze ern
stig.
In de Vogeezen heerschte een dikke mist;
er viel veel sneeuw. Het gisteren gemelde in
fanterie gevecht te La Fontenelle in Ban de
Sapt had plaats in een stikdonkeren nacht.
Aan Duitsche zijde waren er minstens twee
bataillons in betrokken. Wij hadden eenigen
grond prijs gegeven; maar gisteren hebben
wij dien bijna geheel teruggewonnen door
eene reeks tegenaanvallen.
AYondcommuniqué.
De vijand heeft Nieuwpoort en de oevers
van de Yser krachtig gebombardeerd, maar
slechts geringe schade toegebracht aan ge
bouwen. Onze artillerie antwoordde met goede
uitwerking.
In de Argonne deden dc Duitschers in de
streek van Bagatelle, na een hevig gevecht uit
loopgraafmonlieren gedurende den geheelen
morgen, een aanval op het Maria Theresia-
weric. De aanvallende colonnes waren vier in
getal op een front van 500 Meter. De aanval
len werden door ons artillerie- en infanterie-
vuur uiteengejaagd. De Dualsdhers lieten een
groot aantal dooden achter.
In de Vogeezen, ten zuiden van het kasteel
Lusse noordelijk van den pas Sainte-Marie, na
men wij door een onverhoedschen aanval een
loopgraaf.
Op verschillende punten van het front is
een hevig artillerieduef geweest.
B e r 1 ij li, 11 Febr. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
De gevechten aan de Oost-Pruisische grens
werden ook gisteren met zeer verblijdende
uitkomst voor ons voortgezet, ofschoon de
vele sneeuw dc bewegingen van de troepen
belemmerde. De uitkomst van de gevechten
met den tegensitandcr laten zich nog niet dui
delijk overzien.
Op het Poolsche oorlogslooneel rechts van
de Weichsel bracht een aanval in de streek
ten noorden van Sierpce, waardoor de vijand
werd teruggedrongen, ons eenige honderden
gevangenen. Links van de Weichsel zijn geene
bijzondere gebeurtenissen voorgekomen.
Berlijn, 11 Febr. (Björnson). De in
Bukarest verschijnende bladen bevestigen, dat
de Russen in Bukowina eene ernstige neder
laag hebben geleden. Vooral bij Kimpolung
was d-ie zeer zwaar. Daar namen de Oosten
rijkers en de Duitschers 3800 Russen gevan
gen cn veel materieel, waaronder twee stuk
ken zwaar geschut. De Russc moeten 28
K.M. teruggeworpen zijn. Zij zouden in de
grootste wanorde zijn gevlucht en nog steeds
worden vervolgd.
W e e n e n, 11 Febr. (W. B.) Officieel be
richt van lieden middag.
In Russisch-Polen en West-Galicië is niets
gebeurd, afgezien van arlilleriegevechten.
Aan het Karpalheniront wcruen in het ge
deelte ten westen van den Uszoksch-pas de
Russische aanvallen en eenige partiede on
dernemingen onder zware verliezen voor den
vijand teruggeslagen. In het woudgebergte en
In Bukowina zijn jpnieuw vorderingen te
vermelden. Verscheidene' bonder n gevange
nen, alsmede eenige machinegeweren werden
ingeleverd.
Petersburg, II Febr. (Tel.-agent-
sdiap). Communiqué van den grooten gene-
ralen staf.
In Oost-Pruisen is de concentratie van de
Duitschers tot eene groote macht definitief
lot stand gebracht. Deze strijdmacht, het of
fensief openende, ontwikkelde zich inzonder
heid in de richting WiikowiszkiLyck. Men
ontdekte nieuwe formatiën, die aan het front
zijn gekomen uit het midden van Duitsch
land. Onze troepen trekken zich, den vijand
tegenhoudende, terug van de linie der Mazoe-
rische meren naar onze grens.
Aan het front van den rechter Weichsel-
oever hadden partieele gevechten plaats in de
richting van Myschinetz naar Ostrolenka en
in de streek van Serpetz en de rivier Skrewa.
In de Karpathen waven aanvallen van den
vijand ten westen van Mezolabortsch, in de
richting van Sablonow en ten oosten van
Ifszok, alsmede een Duitsch offensief op dc
hoogten van Kozinicka; wij sloegen ze met
succes terug. De hoogten bij Rabbe ten oosten
van den Lupkowschen pas werd door ons na
een hardnekkig gevecht genomen; wij maak
ten duizend gevangenen en een kanon buit.
Berlijn, 12 Febr. (W. B.) De kcizor
heeft zich wederom naar het oostelijk oor
logszoo ne el begeven.
Belfort, 11 Febr. (R.) Twee Tauben
zijn over Belfort gevlogen; zij werden aan
een herig bombardement onderworpen. Een
van de Tauben liet twee bommen neervallen,
uie materieele schade veroorzaakten. Beiden
werden verjaagd
Konstaniinopel, 11 Febr. (W. B.J
Eene ofl'icieuse mededeeling houdt in, dat
twee Russische torpedobooten, die den 8en
in de haven van Trapczunt kwamen, vuur ga
ven op de Amcrikaansche stoomboot Washing
ton, die daar geankerd lag, en haar aan het
voor- en het achterschip beschadigden. Twee
later gekomen Russische kruisers openden
een hevig vuur uit zware kanonnen op de
Washington en boorden het schip in weinige
oogenblikken in den grond. De Ainerikaan-
sohe vlag waait nog over de wateren en ge
tuigt van deze daad van barbaarschheid.
Na deze heldendaad richtte de vijand zijn
vuur op de stad, vooral op het hospitaal, waar
twee zieken gedood cn twee anderen gewond
werden.
Petersburg, 11 Febr. (Tel -agent
schap). In de Zwarte zee hebben de Kussen
een Turkseh transportschip, geladen met
50 000 poed levensmiddelen, in den grond ge
boord.
Konstantinopel, 11 Febr. (R.) Een
officieus telegram uit Iseban, aan do
Turksch-Russische grens meldt, dat de Russen
eergisteren en gisteren verschillende aanval
len deden uit Egrildissa en Lespik, welke on
der groote verliezen voor den vijand door het
krachtig offensief der Turksche troepen wer
den afgeslagen. De Russen trokken in wan
orde terug en lieten een groolen voorraad
oorlogsmateriaal achter. Zes honderd man
van de bevolking der Russische plaatsen
Tanschkard en Mulischkerd namen dienst in
het Turksche leger.
Londen, 11 Febr. (R.) Eerste minister
Asquith deelde in het lagerhuis mede, dat de
regcering de vraag in overweging heeft geno
men om strengere maatregelen legen den
Duitschen handel te nemen met het oog op de
in het oog loopende schending door den vijand
van de regelen der oorlogvoering.. Hij hoopte
bitinen kort te kunnen meededen, welke die
maatregelen zouden zijn. (Luide toejuichingen).
Stockholm, 11 Febr. (W. B.) Volgens
Svenska Dagiblaidet zal binnen kort een con
ferentie van de regeeringen der drie noord-
sche staten over den nieuwen toestand op zee
in Stockholm plaats hebben,
Londen, 11 Febr. (R.) Men verwacht*
dat de mededeelingen van het AmerikaanV
sdie staatsdepartcinent aan Engeland eu
Dudtschlahd morgen zullen worden bekend
gemaakt
Wat de mededeeling aan Groot-Britlaimiö
betreft verneemt men, dat die niet gegrond is
ou het incident van dc Lusitania, maar op
eene verklaring van liet Britsohe Foreign Of«
fic tot rechtvaardiging van het gehruiken
van onzijdige vlaggen door Britsohe schepen
liet schijnt, dat in de vroegere berichten in
de dagbladen hierop betrekkelijk uiel volt
doende nadruk is gelegd op <le bezorgdheid
van de Vereenigde Stalen, dat Amerikaansche
schepen zullen worden vernield door Duilsche
duikbooten. Hel aan. Gerard, den Amerikaan-
scLcn ambassadeur te Berlijn, gezonden stuk
ter overhandiging aan het Duilsche deparle*
ment van buitenlandsche zaken is vriend*
schappelijk, maar bevat een duidelijk gestel
de verklaring, dat de Amerikaansahe schepeoj
de onbelemmerde vaart moeten hebben in da
volle zee en in de niet-goblokkeerde wateren
cn dat de vernieling van Araerikaanschc sche
pen zou kunneu leiden tot eene verandering
van de tot dusver beslaande vriendschappe
lijke betrekkingen tusschen do Vereenigdd
Staten en Duitschland.
Washington, 12 Febr. (R.) De nota's;
waarvan gisteren melding is gemaakt, zijiV
thans afgezonden. Men bericht, dat geen van
de nota's een protest bevat en dat de rota aan
üuitsohland om nadere ophelderingen vraagt.
Maar dc Amerikaansclie regecring heeft aan
Duitschland duidelijk gemaakt, dat iedere'
aanval op oen schip, dat de Amerikaa nsche
vlag voert, zonder dat men zich heeft ver-'
zekerd, dat het schip niet bevoegd is de vlag
ie gebruiken, zal worden beschouwd als eene
ernstige zaak, dae tot ernstige complicatiërt
kan leiden.
Indien andoren uw wijsheid niet prijzen,
moet gij het zelf nog veel minder doen.
levensbeeld door
JOANNES REDDINGIUS.
63
De jongens zaten stil, ieder met een boek
yoor zich, maar van werken kwam niet veel,
zij waren te veel \ervuld van dal éciie, Kan-
jerd zou 't vragen, zij zaten ijverig te doen,
dc baas kon ieder oogeubiik komen, als je
gesnapt werd, dat je niets deed, wat je zuur,
aan moest je naar de badkamer, daar kon je
dan blijven tusschen de witgekalkte muren
tot 't diner, je dag was bedorven, want 's mid
dags moest je een verhaal verteilen in 't
Fransch; vóór dien lijd zat de baas telkens
naar je te kijken, je dacht dan, iiou zal hij
zeggen: „Qu'est ce que notre ami la-bas sail
raconter?". maar neen hoor, soms het hij je
den ganschen tijd in spanning zitten, maar
vragen om te vertellen deed hij niet. nu, ie
hadt dan toch den angst beet, dat hij 't vra
gen zou; 't was soms zoo n pestkop. Kleine
Ping prepareerde ziek voor de geschiedenis,
hij keek telkens op om in 't rond le zien
ja, hij deed zijn best en hield goed orde, de
baas kon komen. IJsbrand kenur zijn graven
op een rijtje; zeven maal had liij hij z;:hzelf
opgedreund: Dirk de eerste, Dirk de Tweede,
Arnout, enz. toen kreeg hij een slim idee: nu
ben ik mijnheer en zal eens kijken of IJsbrand
zijn les kent; IJsbrand vertel jij mij eens hoe
de graven van het Hollaudsche huis heetten.
Best mijnheer, zei toen een andere slem in
hem, de graven van het IIoLlandscke huis
zijn; Dirk de Eerste, enz. hij kende ze perfect
toen zei de andere slem weer, vertel me nu
eens, wie regeerde eerder Dirk de Vierde of
Eloris de Derde? IJsbrand schrok, verdikkie
dat wist ie niet, en de stem hernam weer,
wie was de bet-overgrootmoeder van Floris
de Vijfde? IJsbrand ging 't bij zichzelf
maar kon zoo gauw geen antwoord vinden,
en de slem zei scherp lot hem: je kent je les
weer niet, je blijft vanmiddag maar tehuis,
d-och geef mij eerst je doos sigaretten. Op
slopnaaldenhij was zuur, waarom leken
die graven ook allen op elkaar? van vatlcr-
iandsche geschiedenis hield hij wel, maar niet
van jaartallen; .,de Koorknaap" van Van
Lennep was tocli maar een pracht van een
boek, je zag de kerels voor je, vroeger had
Herman hem eens verleid van de bijl van
Koning lialfdan, lierman had gezegd, dal hij
in de groote vacanlie eens een verhaal zou
schrijven over dien koning, IJsbrand had de
geschiedenis van den Koorknaap willen lezen,
zijn oom had hem i boek meegegeven voor
den Zondag-a^ ond, als er gelezen mocht wor
den, maar hij had zich op een avond door te
praten op de slaapzaal naar de badkamer
laten sturen en daar bij een endje kaars,
zittend op de hurken, 't werk verslonden
Hij zuchtte en begon weer le dirken en te
üorissen.
Frits keek strak voor zich in een cahier,
overleggend bij zichzelf, hoe hij 'l vragen zou,
alles hing af van 'l gezicht, dat dc baas zou
zetten bij 't openen van dc deur. Had hij een
pel op. dan was hij gewoon-weg nijdig, was
zijn jas toegeknoopt, dan had hij iels gemerkt,
clan moest el* iemand naar de badkamer, had
hij een gouden driehoekje, een passertje en
een rechthoek aan zijn horloge-ketting, dan
moest hii 's avonds naai- een geheimzinnige
\ergadering, dam ging hij „de Heilige Bok"
aanbidden, zooals IJsbrand beweerde, die een
dwaas boekje had gelezen over de Ma^onncry.
Frits zat te soezen, bij zichzelf nagaand,
ol hij wel eerlijk was in zijn oordeel over „de
baas", liii maakte altijd tocli maar, dat de
jongens door 't examen kwamen, geen moeite
was hem te veel. Ruim drie weken geleden
was hij naar zoo'n vergadering geweest, 't
zpu nu wel weer gauw lijd er voor zijn
hè, ik wou, dat de baas een sigaar in zijn
liand had, dan kon je wat van hem gedaan
krijgen, dan was zijn jas open, je kon den
gouden horloge-ketting zien; die hadden de
jongens hem -drie jaar geleden cadeau gege
ven op zijn verjaardag, eerst het horloge
en 't volgend jaar den. ketting cn dit jaar zou
l zijn een canapé met zes stoelen, 't was loch
wel leuk zulke mooie dingen te krijgen, de
kast in dc voorkamer stond vol zilveren din
gen, een koffiepot, een
Plotseling werd de deur der eetzaal geopend,
de baasl
Frits schrok, zag snel op, wonderlijk, de
baas had een sigaar in zijn hand, maar dc
jas was dicht, was hij nou nijdig of niet....
Frits zat le overleggen, Anton keek schuin
naar hem ais met zijn oogen zeggend: „Toe
nou!"
Frits snoot zijn neus om tijd te winnen.
De .directeur trad op den onderwijzer toe,
knikte en zei vriendelijk: „Our on peut se
préparer pour la promenade." Frits kreeg
moed, hij stond op, de andere jongens ook,
traag gingen zij naar de gang, Frits volgde.
Eenmaal buiten l lokaal werd hij overladen
met minder vleiende uitroepen: „Wat ben jij
nu voor een kerel", „zeg kokkerd, als je weer
eens wat liebt".
„Laat dat vuurschip loopen"
Frits zei niets, maar school' haar buiten,
op mijnheer toe.
De jongens verdrongen zich voor de deur
Doet ie 't?
Ja, hij doet T.
Dat is leuk, 't is toch een leuke vent.
'k Ilad 't niet gedacht....
Maar hij doet 't.
—Wat zegt dé baas?
Donder op vent, je trapt op mijn teen.
Dan mag nicht hem afkussen.
Zijn nicht liecft al een vrijer.
Stil, stil, zei Kleine Ping den jongen aan
ziend, die de laatste woorden gezegd had.
Op stopnaalden, zei IJsbrand en sloeg
mei zijn pet op zijn knie.
IJsbrand was dc zoon van een dominé uit
Zeeland, hij had een liefhebberij om doode
beesten te villen en op te zeilen, als hij ver
wonderd was zei hij altijd: „Op stopnaalden"
ol: a)p stopnaalden met karneraelksoep"
erg snugger was Jiij niet, hij had werk om
door zijn eerste Hofman en IJkema te komen.
Frits had den directeur bereikt, deze zag
den knaap vragend aan.
De jongens zouden zoo graag willen
visschcn mijnheer, zei hij ten slotte
Zoo en jij ook? vroeg de haas lachend.
Mij trok aan zijn sigaar en knoopte ziin ja?
los Frits herademde cn wreef over zijn neus.
Kafierneus vond, dat 't ding glom.
Ja miinhcer, zei hij en keek mijnheer de
Groot aan, houdend zijn hoofd een weiuijf
scheef.
Est ce qu'ils ontbien travaillé, monsieur.
Vermeer?
Oui monsieur, antwoordde Kleine
Ping cu streek in zijn plotselinge verlegen*
lieid langs zijn dunnen knevel.
Oui on peut aller
De directeur opende de eetzaal-deur en
ging.
Hoera!" schreeuwdon de jongens en
snelden de schooldeur uit naar de gangkas^
waar de hengels stonden. Anton kreeg nog
even ruzie met zijn broer, Albert had dn
aardigheid gehad zijn snoer aan Anions nieu-
won hengel te doen, deze stond nu onwillig
met Alberts hengel in zijn hand, waar
aan zijn snoer Kleine Ping moest tusschen»
beiden komen; mopperend gaf Kaffcrneui
toe, Anions dikke wangen zagen bleek-biauw*
geel van nijd.
-T- Lk vreet straks alle Indische vruchten op,
die de oude heer gestuurd heeft, le zult er geen
l>liksem meer van hebben.
Albert zei niets, maar schoof met zijn
ouden hendel door de deur naar bulten.
Daar vond liij IJsbrand met het wurmen»
kastje, dat hij in de onderste lade der hihüo-
theekkast bewaarde, hij was bibliothecaris,
'l Stonk altijd in deu omtrek der kast, 't
kwam door het vocht had hij na een opmer
king van mijnheer de Groot gezegd, uiaar in
waarheid kwam 't door de rotte wurmen.
Iiij verkocht zijn pieren: vijftien voor een
cent, dat moest stiekem geschieden, er mocht
niet gekwanseld woid'en; Kleine Ping kreeg
er twinfc* voor een cent, dan hield hij zijn
moü(*' Wordt vervolgd*