DE E EM LAN D ER". Woensdag 7 April 1915. BUITENLAND." FEUILLETON. HERTESTEIN N° 237 13'° Jaargang. AMERSFOORTSCH DAGBLAD Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoort f l.OO. Idem franco nor post- 1-'®» Per week (met gratia verzekering tegen ongelukken) - J». i Afzonderlijke nummers Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie* advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—o regels f O.fSO. Elke regel meer0.10 Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto letters naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald advortoeren in dit Blad, bij abonnement. Ecno circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Troelstra's overwinning. Het rommelde alweer lang in de S. D. A. P. Er was onweer aan de luoh-t. Met Paschen moest het losbarsten op het congres te Arn hem. En het i s losgebarsten, maar de atmos feer zal er door gezuiverd, zijn. De oorlog heeft in de gelederen der socia listen verwarring gebracht. Zij zijn er door verrast en van hun stuk gebracht De interna tionale is omver gegooid. De roode broeders van alle landen strijtden nu even verbitterd legen elkaar als de verwoedstc chauvinisten. En dat gebeurt niet onder militairen dwang of uit vrees voor den kogel, ook in de sotóaiis- fcische pers wordt het internationalisme ver loochend en leeft d« nationale gedachte op. De partijlei'dkng der 'S. D. A. P. in Neder land heeft zich in ccai moeilijke positie ge plaatst gezien. Zij had te kiezen tusschen in ternationalistische of nationalistische politiek. En in de huidige omstandigheden heeft zij voor het laatste gekozen. Met krachtige hand heeft zij de partij in nationalistische rich Line geleid, ondanks dc hevige oppositie van meer luidruchtige dan invloedrijke mannen der partij Het congres tc Arnhem zou zich uitspreken over de leiding van het partijbestuur, dat zich o volgende normen gesteld had: het standpunt van de sociaal-democratie m zake mi lit airisme en algehcele ontwapening kan in hoofdzaak 'echts internationaal vast gesteld worden welke houding de kleine Slaton nopens deze vraagstukken moe Ion aannemen, kan slechts na den vredè bcDaald worden, wanneer om trent hun internationale positie zekerheid zal beslaan het belang der Neuerlaadsclie arbeidersklas se, samenvallende met dat der gchcelc natie, gebiedt in den huidigen toestand de handha ving van de onzijdigheid en onalhanKc met alle beschikbare middelen, overcenkomsiig het door «de Soc. Internationale sbeeds ge- ëisokte recht van zelfbeschikking yoor alle volken lol bevordering 'der internationale ontwape ning on ter voorkoming van nieuwe oorlogen zal de actie voor den vrede, in overeenstem ming met de andere partijen der Internatio nale, niet alle energie gevoerd worden, met erkenning van de mogelijkheid van samen werking met andere naar den wereldvrede strevende krachten strikte noulraMoil en de eisoh voor allen, die oen verantwoordelijke positie in de partij innemen, om zich daarnaar te gedragen. Deze normen heeft het partijbestuur in «eni ge moties vastgelegd en na onstuimige debat ten door thül congres met groote meerderheid aangenomen gekregen en het congres (heeft zich daarmee uitgesproken vóór de Kamerle den, die de mobilisatiecred-ieten voteerden en tegen de „gccu man en geen cent"-mcnschen. Even neutraal als in den strijd der mogend heden, slaan wij bij dit conflict der S. D. A. P. Al wat er te voren geschreven is in Het Volk, al wat er gesproken is op het congres, inte resseert ons in dezelfde mate als de telegram men van heL oostelijk en westelijk oorlogster- rein; en de woord-voerders der beide stroo- niingen hebben ons oven onbewogen gelaten als de vlammende artikelen der emincmtste Fransche en Duitsche journal den. Zonder leedvermaak zien wij hoe dc roode •broeders -elkaar in het haar vliegen; wij hoe den ons er wel voor om daaruit den onder gang y&a het socialisme te voorspellen ol' zijn failCuet uit te spreken. Het zal ook deze twee spalt wel te boven komen gelijk het reeds zoo veel iniverlijken strijd met silechts enkele kleerscheuren doorstaan heeft. Men venheuge zjlüh dus niet te wnoeg. Wie zoo gaarne de doodsklok over 'n ander luidt, is meestal zeil krank. Niemand za/1 tegenspreken, dat de S. D. A. P. sinds hel uitbreken van den oorlog niet al leen met innerlijke moeilijkheden te kampen heeft gehad, doch ook verlies van aanhang moet boeken. Maar ook hieraan hechte men niet tc veel beleekenis. Er zijn altijd en overal zwakke broeders, die bij schokkende gebeurte nissen voor eigen overtuiging -de vlucht ne men en elders beril gaan zoeken. Hebben wij ook niet in dc ccvste oor logs weken allerlei mensclien naar de kerk zien draven, -die er anders nooil '11 voeL zeilen? En nu reeds, nau welijks een half jaar lalcr, komt een gerefor meerd blad klagen, dal hel kerkbezoek weer gedaald is tot vóór-oorlogspeil. En zoo zullen ook die in benauwdheid afgedwaalde socia listen vroeg of laat, wel weer in het roode kamp terugkecren. En voor zoover de terug gang van -hel ledental te wijten is aan hot be danken voor het lidmaatschap 0111 i'inanlieele redenen, mogen wij, veilig aannemen, dat hiei niet van verlies doch van h tijdelijk derven de(r contributies sprake is. Men matige zich dus in z'n blijdschap over het „failliet van het socialisme. Juist liij zal beschaamd in den hoek terecht komen, die zich door deze crisis tot alle: lei boude voor spellingen «heeft laten verleideji en per slot het socialisme onverzwakt, misschien ver sterkt, en onder gezuiverde atmosfeer uit den sLrijd te voorschijn ziet treden. Zonder spanning hebben wij het beloop van het Arnhcinscbe congres gevolgd» Wij hebben van dc redevoeringen der volksdcmagogen met belangstelling kennis genomen, wij hebben gehoord dat er „rumoer", „gejoel" „gefluit „gejuich" en dief Lig geroep" geweest is, maar dat alles heeft ons even koud gelaten als de snorkende overwihningsboricliien v-.n het oor- logslerrcói. Dit vooropgesteld-, kunnen wij als onzen in druk neerschrijven,dat -de woord- en „bekvoer ders" der op positie missdhien consequenter en zuiverder dn de leer mogen zijn, maar dat de bestuurders stellig een sympathieker en gezonder standpunt innemen. De leiders, die per slot van rekening toch vooral met de prak tijk te doen hebben, komen onvermijdelijk in botsing met de theoretici dér partij, de man nen van „vivent les principes, périssc le mon de". Als steeds eai overal hebben deze laalslen moeten wijken voot -de mannen van den prak- tischen blik, die zich niet aan de theorie ver gapen doch open oog hebben voor dc werke lijke belangen -der partij. Dat dc gevallen beshssang in het belun- partij is, moot erkend worden. Hadden de an deren hun zin gekregen, de grenzen dor partij zouden zeer vernauwd geworden zijn en do wervingskracht zou 'n leolijken 'duw gekregen hebbon, terwijl breode kringen van Nederland- sohe socialisten, die niet alleen hun beginse len maar ook hun vaderland liefhebben, zich niet meer in de partij behaaglijk zouden kun nen gevoelen. Voor de vrijzinnigen zou daarin misschien winate gelegen hebben; maar dc zege van het partijbestuur schenkt nu toch meer voldoe ning: de socialisten kennen nog een vaderland en hebben het lief. En w at ook hoopvol mag 'heeten is dat de lijnen waarlangsde socialis tische en burgerlijke democraten zich bewe gen meer en ineer elkaar naderen. Van beide mogen, kleinere vertakkingen afwijken, de hoofdaders voeren naar elkaar toe. De oorlog. B e r 1 ij n, G Apri (W. B.) Bericht van hei opperste legerbestuur uit het groote hoofd kwartier van heden voormiddag. De Franschen zijn sedert gisteren tusschen dc Maas en de Moezel bijzonder werkzaam. Zij brachten sterke krachten cn ecne talrijke artillerie in het vuur en traden aanvallend op ten "noordoosten, oosten en zuidoosten van Verdun en bij Alzey, Apremont en Flirey, als mede ten zuidwesten van Pont-a-Mousson. Ten noordoosten en ten oosten van Verdun kwamen de aanvallen in ons vuur in 'l geheel niet tot ontwikkeling; ten zuidoosten van Vei dun werden zij afgeslagen. Aan den oost- rand van de Maashooglcn gelukte het den vijand in een klein deel van onze voorste loopgraven tijdelijk voel tc vatten. Ook hier werd de vijand in den nacht weer er uit ge worpen. De strijd in de streek van Alzey en Apremont hielden gedurende den nacht aan zonder eenig succes voor den tegenstander. I11 de streek van Flirey werd met verbitte ring gevochten. Verscheidene Fransche aan vallen weiden afgeslagen. Ten westen van het Bois le Prctre viel een sterke aanval ten.noor den van den weg van Flirey naar Pont-a- Mousson ineen. Ondanks de zeer zware verliezen, die de vijand bij deze gevechten heeft geleden, moet op grond van de yerdecling zijner krachten in den laalslen tijd worden aangenomen, dat hij de aanvallen zal voortzetten, nadat duide lijk aan den dag is gekomen, dat zijne aan vallen in Champagne volstrekt geen kans van slagen hadden. P a r ij s, 6 April. (Ilavas). Namiddagcom muniqué. Het was een dag van regen en mist op het geheele front. Ten zuiden van Yauquois kregen de Fran schen voet in eenc vijandelijke versterking. In het Bois d'Ailly, ten zuidoosten van Saint- Mihiel, namen dc Franschen drie achtereen volgende liniën loopgraven wegzij maakten daarbij gevangenen. Dc Franschen maakten vorderingen in het Bois Brülé, ten oosten van hel Bois d'Ailly. Zij wonnen terrein ten noord oosten van Rcgniéville en handhaafden zich in de veroverde stellingen. Parijs, G April (R.) Avond-communi qué. Op dezen regenachtigen dag werden merk bare vorderingen gemaakt ten oosten van Ver dun, waai- wij 't dorp Gussainville en de berg toppen, die de Orne beheerschen. bezetten. Wij vorderden verder zuidelijk in de richting yan Marzeray en namen nieuwe loopgraven in liel Bois d'Ailly en in hel Bois Brüle. Gevangenen verhalen, dat in den loop van onze onlangs in de Woëvre. uitgevoerde aan vallen achtereenvolgens zes Duitsche batail- lons vernietigd zijn. Wij hebben een bergtop ten zuidoosicn van Ilartmannsweilerkopf ge nomen en zijn over dien top heen vooi uitge komen. Daarbij hebben wij gevangenen ge maakt. Londen, 6 April. (R.) Communiqué van maarschalk French. De toestand blijft rustig. In den vroegen morgen van den 3en 'April bliezen wij een mijn op onder de Duitsche loopgraven bij La Bassée en vermelden daarbij 1U0 meters loop graaf. Dit had. lot gevolg, dal alle Duitsche arkeid in de ca middellijke buurt gestaakt werd. De Duitsche artillerie echter onder wierp ons front in dié streek aan een hevig bombardement. Berlijn, 6ApriL (W, Bericht van het opperste legerbestuur uit hel groote hoofd kwartier van heden voormiddag. Russische aanvallen ten oosten en ten noor den van Kalwarja en ten oosten van Augustow bleven zonder succes. Overigens is de toestand in liet oosten on veranderd. Weencn, 6 ApriL (W. B.) Officieel be richt van heden middag. De gevechten in de Karpathen uemen nog in uitgebreidheid toe. Op de hoogten ten oos ten van het Laborcza-dal veroverden gisteren de Duitsche en onze eigen troepen sterke stel lingen van de Russen cn maakten hierbij 5040 man tot gevangenen. In de belendende sectoren werden hevige aanvallen onder groote verliezen voor den vijand bloedig teruggeslagen en nog 2530 Rus sen gevangen genomen. Iu zuid-oostelijk Gaiitië mislukte op do hoogten ten noordoosten van Otlynia een nach telijke aanval van den vijamd. Bij een den 4en April ten zuidoosten van Uscie Biskupie be proefden aanval van den vijand op den zuide lijken Dnjestr-oever wenden twee bataillons van het Russische infanterieregiment Alexan der vernietigd. Petersburg, 6 Apri 1. (Tel.-agenlschap). Communiqué van den groolen gencralen staf. In de streek ten westen vau de Njemen waren den 5en détailgevechten in de omstre ken van Mariampol, Ludvinovo en Calvaria, In de Karpathen ging onze vooruitgang met succes verder op het geheele front van dc streek ten noorden van Bartfeld tot aan Uszok toe. Wij gingen belangrijk yooruit in de streek van den Rostok-pas, in de buurt waarvan wij een zeer belangrijk deel van den hoofdberg keten veroverden. Onze voorhoede passeerde de zuidelijke helling van dezen kelen cn bezet ten de dorpen Smolnik cn Oraszruska. Ecne poging van dc Oostenrijkers om door tegen aanvallen ons offensief in sommige sectoren van de Karpathen op te houden, mislukte. Allo aanvallen van den vijand werden met zware verliezen terug geslagen. De Oostenrijkers sta ken, al teruggaande, bruggen en bergplaatsen van provision in brand. In den loop van den dag maakten wii aan het Karpathcnfront 20 officieren en meer dan 1500 soldaten gevangen. In dc andere sectoren van ons geheele front werd met kanonnen cn geweren geschoten cn hadden in zeldzame gevallen op zich zelf slaande verkenningsoperatiën plaats. Petersburg, 6 April (Tel.-agent schap.) Communiqué van den grooteii gene- ralen staf. Het vervoer van de in Przemysl gemaakte gevangenen is ten einde gcbiacht Er zijn in *t geheel 9 generaals, 2307 officieren cn 113,890 soldaten naar het Russische binnenland over gebracht. In de Lospilalen op het oorlogs- tooneel zijn 6800 zieleen gebleven, wier toe stand niet een onmiddellijk vervoer loelaat. Wij hebben in Przemysi eene reusachtige hoeveelheid oorlogsmatcricel genomen, waar van de optelling nog niet geëindigd is. Tot liedfen registreerden wij roecr dan 900 kanon nen. waarvan de meesten zeer goed bruikbaar zijn. lederen. dag ontdokken wij nieuwe berg plaatsen munitóc en oorlog"materieel. Vele kaaionnen en geweren met toebehooren waren door de Oostenrijkers in de Sau geworpen. Wij nemen maatregelen om ze er uit tc voor schijn te halen. KonstantinopcL 7 ApriL (W. B.) Mcdedeeling van hel groote hoofdkwartier. Op het Kaukazische front viel de vijand onze voorhoede aan ten noorden van Ischkan in dc buurt van de grens. Na een verbitterden strijd van 18 uren werd dc vijand op de andere zijde van de grens geworpen. Onze troepen bezetten vijandelijke dorpen in den omtrek van Khorn en Paraker ten zuiden van Tauskirt. Petersburg, 6 April. (Tel.-agenl schap). Communiqué van den Genei len stat van net Kaukazische leger. Den 2en cn 3cn ApriL duurden de gcvcclils- aclién voort in de kuststreek en bij Arlwiu. Op de andere fronten volstrekt gccne vernn- derine. Konstantinopel, 6 April. (W. B.) Mededeeling uit bet groote hoofdkwartier. Gisteren en heden ondernam de vijand niets ernstigs tegen dc Dardanelles Eergis teren openden twee vijandelijke kruisers het vuur op onze batterijen aan den ingang van de Dardanellen, zonder daarmee cenige uit werking te verkrijgen. Daarentegen is dooi Hot is gemakkelijker één groet offer in één uur te brengen dan honderd kleine in een jaar. door SOPHUS BAUDITZ. Uit het Deensch vertaald. 20 De beide gravinnen maakten zich dadelijk meester van Fanny; het zijn zieLsgoede meis jes, niet mooi, niet begaafd, maar uitermate welopgevoed en vertrouwd iet c' kunst, van te converseeren zonder eigeniiik iets le zeg gen. Voor haar was Fanny bet ideaal van vrouwelijk schoon, zij luisterden naai' haar woorden met een mengsel van verwondering en schrik, en zij bracht haar altijd een lucht van een geheel andere wtield, een we reld die ver builen de grenzen der heerlijk heid ligL De kamer wordt gevuld, er komen men- sclien van de groote buitenplaatsen en pach ters; eindelijk verschijnt Kongsted. Vol zelf vertrouwen en elegant komt nij in den vreem den kring, de graaf stelt hem voor, maar als hii lante Rosa nadert, zegt deze kort: „de voor stelling is overbodig, ik heb het genoegen reeds <rK Oom Heinrich daarentegen *o;ïK -ijn hoek en drukt dc hand van den ingenieur: Kongsted is I "ikbaar een bijzondere vriend van hem. Daar komt de kanionrechler, waardig in het bewustzijn van zijn gewichtige betrek- Icing; de goudgegalonneerde muts heeft hij echter buiten moeten weghalen, dat valt hem zelcer hard, want hij vertoont zich andeis nooit zonder dat symbool "lei* macht op het hoofd of in dc hand en men zegt dat bij slaapt met die muts in plaats van met een slaapmuts. Daar komt een brave p-chter, verlegen en rood, hij blijft midden in de kamer slaan, be angst door de silualie en door het bewustzijn dai zijn eene handschoen gescheurd is, maar graaf Chrisliaan ziet het en loopt naar hem toe en beiden zijn weldra verdiept in een gesprek over zelfbindendc maaimachines Een dame van middelbaren leertijd komt binnen zeilen met de houding van een koets paard, zij heeft pofmouwen, is flink geregen en zeer breed van heupen; zij gelijkt op een ouderwetsche klokflesch. Het is de doklers- vrouw in de japon uil Kopenhagen. Achter haar komt haar man, dokter Prip, gefriseerd, met lila handschoenen, rechtstreeks uit een tweede rangs mode-journaal geknipt en naast hem loopt lict eenige kind van dit paar, een misvormde reuzin van achttien jaar. Zij is opgevoed volgens de meest rationeelc begin selen der hygiëne, met biefstuk, spiegeleieren en bier en de hygiëne hoeft er eer van. De dokter glimlacht om zich heen, liij kent blijkbaar iedereen. Als zeer jong candidaat zette liij zich hier in de streek neer en trouw de na verloop van een jaar een „locaal" meisje, dochlcr van een rijke landeigenaars- weduwe: die dochter had lang een lintworm gehad, maar de dokter genas haar en de dok- ter vroeg haar; het ging hem als den ridder die den draak versloeg en de prinses mei het kasteel kreeg. Iedereen is nu gekomen en men gaal aan tafel. De oude graaf met tante Rosa, zii wordt minstens twee duim langer, cn graal Chris liaan met Fanny. Kongsted, die voor hel eerst op Skoosgaard dineert, presenteert den ai aan gravin Nancy, Mathiesen heeft hem om vergissingen te voorkomen, verteld van het moedervlekje cn oom Ileinrich moet met de dochter van den dokter optrekken. Het is een schitterende tafel in dc celzaal; de zomerzon licht over het zilver en dc bloe men, schijnt in de facetten van het kristal cn geeft langzamerhand zelfs aan de blahlcsle gelaatskleur een warme kjrachtige carnatie, of is het dc wijn die hel doel? Misschien! Het zijn uitgezochte wijnen ën de bedienden doen hun plicht, zij hebben een oog aan icderen vinger. Het gesprek wordt levendiger en luider. De kantonrechter onderhoudt zijn dame over de groote verantwoordelijkheid en de onbeperkte macht van zijn ambt cn het gelukt hem wer kelijk eindelijk haar aan het verstand te brengen, dat een burgemeester in verhouding tot een kantonrechter een tamelijk onderge schikt persoon is. De dokter vertelt dezelfde aardigheden als verleden jaar en vöórvcrleden jaar, cn zoo dra hij den mond opendoet, stoot zijn vrouw een gillend geschater uiL, dat aan een valsch Lrcmpetgeschal doet denken. Graaf Ghristiaan praat met Fanny over paarden; hij wil telkens over iets anders be ginnen, maar zoover kan liij het niet bren gen. De etenskloof van Malliiesen is onafge broken werkzaam en "Kongsted, die hem nog niet heeft ontmoet, meent werkelijk driemaal dat hij glimlacht. Eensklaps klinkt door de znal de krachtige stem van Lante Rosa: „Dank u, de jonker wenscht niet meer te hebben." Zij heeft een van de bedienden gezien op het mini om oom Ileinrich voor de tweede maal madeira in te schenken en door vroegere mistres wijs geworden, houdt zij hpin bijtijds tegen. Het diner is afgeloopen, er wordt koffie gedronken en een sigaar gerookt. De kapitein zit op zijn gemak builen op het terras, drinkt zijn chartreuse in kleine teugjes en blaast kringetjes van de havana; hij ziet er innig tevreden uil, maar jas en pijp lijken hem toch meer dan rok en sigaar. Malbiesen zit stil te transpireeren; hij heeft den gouden bril afgezet en veegt hem zorg vuldig af met den roodzijden zakdoek die op zijn ronde knieën ligt, nu cn dan zegt hij een kleine vinnigheid over een der gasleu, maar veel beweert hij niet: hij digereertI De graal wandelt rond met Kongsted en laat hem dc schilderijen en de vergezichten zien; zij schijnen zeer met elkander le zijn ingenomen. Oom Heinrich trippelt onrustig heen en weer en kijkt dikwijls op zijn horloge alsof hij spoedig naar huis denkt te gaan, dat doet hij echter volstrekt niet, hij berekent alleen waar hij nu zou geweeal s*yn cn waar hij nu mee bezig zou zijn ais maar had mogen thuis blijven. Om het gesprek der hoe ren geeft hii niet veel, want noch de vooruit zichten van den oogst, noch de politiek intc- ressceren hem, maar als iemand heel on schuldig vraagt van een afwezige: „wat is die eigenlijk vroeger geweest?" spitst oom Heinrich de ooren en meent de overtuiging te zullen krijgen, dal de leer der preëxistentie veel meer verspreid is dan men zou denken. TJ^ncden. in een van de meer afgelegen paden van den tuin zit Fanny tusschen -da twee gravinnen. De grachten slingeren tus schen boomgroepen en zwanen met ronde halzen zwemmen onder de boogbruggen; da tuin van Skoosgaard is een echte burchttuin, zooals men ze in de sprookjes vindt. En als. naai* een sprookje luisteren de twee kleine gravinnen wanneer Fanny spreekt, wier har monieën ze wel niet begrijpen, maar waar zij toch onwillekeurig oor voor hebben. Dan. komt het gesprek op. graaf Ghristiaan en do zusters zijn vol opgewonden lofuitingen oven de;i lieven, goeden broeder. Fanny spreekt over haar lieven, lieven broeder Frits, maar dun. slaan zij de oogen neer: „A1 de kleine beel den, draaiden zich om." x) Fanny spreekt over nieuw uitgekomen moderne boeken, maar die hebben de gravinnen niet gelezen; Mathiesen oefent censuur uit over dc lectuur zijner vroegere leerlingen cn het meeste van de nieuwere literatuur komt op den index. ,.En schikt ge u daar iu!" zegt Fanny rood van verontwaardiging. Een oogenblik heerscht cr stille, dan heeft zij haar boosheid over di censuur vergeten, wijst eensklaps voor zich uit en zegt: „Wat een grootsch vergezicht moet men boven van den dwarslak van dien kastanjeboom hebben! Is dat niet zoo?" De gravinnen welen hel waarlijk niet, want daarboven zijn zij natuurlijk nooit geweest. „Zullen wij daarin klimmen?" stelt Fanny voor, maar de gravinnen kijken haar ver schrikt aan. Fanny heeft reeds zichzelf voor gesteld, zittend op den tak. boven in den boom het vergezicht genietend, maar de twee bravo zusters hebben slechts gedacht aan gescheur de japonnen an gevaarlijke posities. Wordt vervolgd»

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1