Qoot3 <k Uea£d.
In de Paaschvacaniie.
door Hermanna.
Als je aan Rie vroeg: „wie is je liefste vrien
dinnetje dan kwam dadelijk, zonder be
denken, 't antwoord: „wel, natuurlijk
Francientje 1"
En zei je dan: „hé, Francicntje? te er
dan een meisje bij jou in de klas, dat zoo
heet? daar heb 'k toch nooit van gehoord!
dón keek Bic je aan met een gezicht, alsof
it je verschrikkelijk dom vond, en heel na
drukkelijk klonk het: „ze z i t ook niet bij mij
ïn de klas; 't is Francicntje van de boter-
vrouw, wist je dat niet eens? En ze woont
ook niet in Utrecht! Ze woont nog een heel
eind verder dan de Hollandsche Rading. Als je
met 't locaaltje naar den Zwaluwenberg gaat,
stap je af aan de Rading, weet je wel? Nu,
als je naar Francicntje Kropveld gaat, stap je
daar óók af, maar dan sla je niet den weg
naar den Zwaluwenberg in, nee, je moet juist
oan den anderen kant wezen, de rails over en
dan dien muilen zandweg op
Rie was er trotsch op, dat ze 't nog zoo
goed wist en wou 't daarom wel graag eens
vertellen. Verleden zomer was ze met moe
der bij Francientje geweest, op een middag
in de vacantie. Wat had ze toen een schik
gehad, dagen, neen, wekenlang was ze er niet
over uitgepraat en als er niemand anders in
de buurt was, aan wien zij haar verhalen
kwijt kon worden, liet zij er haar poppen, in
t speelhoekje, maar van genieten.
Tot zelfs 't pak-ezeltje, met zijn twee man
den op den rug, stond wijs mee in den kring
en dat mocht het ook wel, want Rie had ook
zooveel van een echt, levend ezeltje te vertel
len, Francientje's Hans, die de boter en de
eieren naar de meer in de buurt wonende
klanten bracht.
Tusschen Kerstmis en Nieuwjaar was Fran-
gedaan met t makke dier, dat ze zelf mocht een beetje angstig en toch ook weer eenigs-
mennen, mits ze in de buurt bleef en één zins in glorie, dat ze er bij was.
Sally,
vreeselijk lawaai make a met zijn sehocne%
Dat doen jongens altijd. We hadden
mennen, mus ze in ac nuuri mcei en era «h» 'Naar het Fncrkch van Mrs Mnsanvei «mju. we nauoen aan
keer was ze zelfs heel naar Hilversum ge-1 't Eind was, dat Francientje vóór de rails r van rs" fllus»1 ave portret laten maken voor Pira, om mee n<
weest met 't ezelkarretje. Maar toen was de uitstapte; ze wou Geertje meenemen, maar, Bewerkt door C. H. i school tc nemen en wc waren latei
baas er bij en had Ric achterin moeten zitten o wonder, Geertje weigerde halstarrig Rie Sally was een hond Wc hadden hem eigen-1 gestorven was, heel blij, dat w
met Francicntje, Rijk cn Piet, terwijl hij relt te verlaten; ze klemde zich aan 't wagenbe- lijk Salomo genoemd> omdat hij er z00 wjjs cn Scld op die manier besteed hadden
stuurde, 't Was veel tc gevaarlijk op den schot vast en sloeg zells naar haar zus, toen ernsti uitza„ Sally zag er werkelijk heel aardig uit.
i i i_;; T"»:* .I.e. liof/IKnn/liiT nnlrar) Pit» rtrAoiHn t*v I - - -
grooten weg met de vele auto's, vond bij. Dit die wat hardhandig optrad. Rie groeide ei* j
had toen even een klein wolkje op Rie's voor-in, dat Geertje b ij haar wou blijven cn moe-
ven, er was ook zóóveel afleiding.
Op Goeden Vrijdag werd Rie wakker met
;u UlIIVCIl Uil lliut- ,y 1*1 UCICU I1C
- - J hij was, zoodat we hem natuurlijk nooit op
hootd gebracht; de baas had 't niet eens be-digde t kleine ding aan in haar verzet. Toen fien hondenlenloonstellini! inzondcn Lottie 1'"sk'r<lc cn bonden hem een grooten, b!
merkt, zóó gauw was 't ook weer weggedre- gaf Francientje 't op en ging, in tranen, op
------- 1 haar eentje naar huis terug.
Rie keek expres niet om en porde Hans
't blijde gevoel, dat er nog maar vier dagen aan, dat hij maar zoo hard mogelijk zou loo-
van de vacantie om waren; hoe was 't moge- pen. Haar hart klopte onrustig, al deed ze ook
lijk't leek haar toe, dat ze hier al vier nog zoo haar best onverschillig en luchtig te
weken was, vier lange weken vol pret en praten. Dc aardigheid van straks op den groo-
vroolijkheid. I ten weg te zullen rijden, was er feitelijk al af,
„Gaan we straks weer verstoppertje spe-nog voordat ze hem bereikt had. „Weet je
We wisten niet precies wat Yoor soort hond f ru^e baar netJes geborsteld was en i*
lictcn hem zijn kop schuin houden, alsof tg
een hondententoonstelling inzonden. Lottie
had hem van onzen timmerman gekregen, V,C!1 s 1om z,jn hals, iets wat Sally
toen hij nog maar acht weken oud was cn a?.n ffcn0e*>en vond> want het imd
wij dachten, dat hij minstens een St. Bernard ZI*? oor'c
zou worden I 1€ S lyI Ik kon er haasl mcl ,0° kom«n,
Natuurlijk konden we hem niet altijd vol-1 2ijn,laals,c 'c«nsdaK«> «f beschrijven -
uit Salomo noemen. Het klonk veel tc lang en pra e" c7r. n?01t, ?ver' omdat hct z0°
te stijf en als we hem zoo noemden, was ™,de"' Z,e >c' ^as gedurende negen jar»
't net, alsof we boos op hem waren. l hC' W„"
Alleen Juf noemde hem steeds „Sa-lo-mo," ^««^'bkelijk hem tc moeten missen. Hij
len?" vroeg Rie, terwijl ze allemaal in de wat", dacht Rie, „we gaan even de rails over, vim" had den middelbaren leeftijd bereikt voor oen
tronV«n lo h. KVtn» *n rfpn wpp dan kan ik zeyen. dal ik hecl waar Loll,e cn Pim' BeP en hond cn we waren altijd van plan geweest
keuken brood zaten
praatten nooit van
te eten - de Ivropvelds tot op den weg, dan kan ik zeggen, dal ik noemdc„b hem'steeds „gaily",
„ontbijten" maar zeiden geweest ben, en dan keeren we om en Natuurliik s.llv
liorl Pin onnet in riiftpn ïïfnnpipnlif» rraiiw flrhlprfin VAMft.
rvcs o... LUS h 1 kl I hem heel goed te verzorgen, als hij oud werd.
„brood eten" dit had Rie eerst vreemd in rijden Francientje gauw achterop." Rie vond- hondjema ar**t*o en^hii ouder'werd^konden Maar het ongelukkige dier sloop op zekeren
An 1-71J v ^„h h«» -c me» v.™- J avond liet huis uit. Wij wisten, dat
we ons dat toch niet goed meer voorstellen.1
de ooren geklonken, maar nu vond zij er al 't toch vervelend, dat ze met haar vriendin-
niets bijzonders meer aan en zei 't zelf ook,1 netje gekibbeld had en hoopte, dat 't dan op
Hij was even lastig en ongehoorzaam als alle 4
Rie keek3ndcre ionge honden zijn, - „en uindcre ^vnn gezegd en hoopten, da, Jokes het me,
- ook", zegt Vader. Toen hij tanden kreeg, ver-| Doch <mmaal werd hij dcn volgcnden mor.
gen met een gebroken poot door Jokes zelf
thuis gebracht, want deze had hem hooren
janken cn in een val aangetroffen.
„liet is een lcelijkc breuk, Jongejuffrouw
Lottie," zei hij; „een dubbele breuk. Ziet u, het
arme dier heeft erg geworsteld onf er uit tc
als het te pas kwam. I die manier wel weer in orde zou komen.
Rijk en Piet gingen niet, zooals antlers, Hotsend ging 't de spoorlijn over;
dadelijk gretig op Rie's voorstel in; ze keken den kant op naar Utrecht - lijnrecht was mal huis
na"vader' Ide we« h,er; '°.1 aanhya,'°n u»rtfrf'Ik en als hij handschoenen of schoenen kon vin-
„Necn, noen sprak deze toen ernstig, maar kon je u»; vóór je badt je^den Zwaluwen- den daar
niet onvriendelijk; „vandaag w,l ik dat ge- berg. Wat moo. was de helling met al dat hy 2e]fs een s(uk doek
jongen groent Verderop, in de laagte, stonden dpn hnnin„ hnddon
wagens, nieuwsgierig keek Rie er naar.
bij dit
wel eens meer deed, doch hadden er nooit
vlieg en gedraaf over 't erf niet hebben.
Rie keek verbaasd en trok een pruillip,
maar ze durfde toch niets zeggen; voor baas
Kropveld had zij veel respect, net als zijn
eigen kinderen.
„Vader wil niet, dat we luidruchtige spel
letjes doen op Goeden Vrijd a g", zei
Francientje, zoo gauw ze met Rie en haar
kleine zusje Geertje alleen was. „Vader zegt:
de Goede Vrijdag is de ernstigste dag van
r^.. a n. raee opgenomen hadden. Sally was dol op
Woonwagens, ze, Geertje, blij, dat ze R,e zocti hcid Maar loch wcrd hij cr ziek
ook eens wat vertellen kon; „d,c staan daar 0ok dikwijIs iels uit dc kcuken, als komen Ik denk met, da, zijn poot ooit weer
vi" v" terecht zal komen.
zoo vaak.'
„Woonwagens?" Ric dacht op eens aan
verhalen over gestolen kinderen, waar woon
wagens en hun bewoners een grooten rol in
speelden.
er tenminste iets was blijven staan, waar hij
bij kon vleesch vooral was van zijn gading.
Hij zal wel afgezet moe
ten worden."
Arme, oude Sally! Hij keek ons aan met
Dit wras natuurlijk heel gulzig van hem, want - -
k;: i,..„ -111 v tranen in zijn trouwe oogen en hij jankte
hij kreeg lekkere hapjes genoeg van ons. 1
Iets wat hij heel graag deed, was op onze
C*/or
cientje een hcelen daff bij Ric op visite ge
weest; toen hadden de Kerslboomlichtjes nog
eens voor 't laatst gebrand en waren de
mooie Kerstliederen nog eens met moeder
doorgenomen bij de piano.
Moeder vond 't flinke, aardige Francientje
juist een goed vriendinnetje voor baar ver
wende Rie, die, zonder broers en zusjes opge
groeid, gevaar begon te loopen een lastig,
bazig kind te worden. Van moeder was 't dan
ook uitgegaan 't plannetje, dat Rie deed op
springen van plezier, en waarover Francientje
ook in de wolken was, n 1. dat de meisjes in
de Paaschvacantie eens wat langer bij elkaar
zouden zijn. Moeders bedoeling was geweest:
Francientje Kropveld bij Rie te logeeren te
vragen, maar Francientje's moeder wist 't nog
mooier te bedenken: die meende, 't zou wel
aardig voor zoo'n bleekneusje van een stads-
juffertje wezen, dat 't thuis maar „zoo al-
leenig" gewoon was, eens een poosje buiten
Ie zijn, in een huishouden met vier vroolijke
gezonde kinders. 't Voorjaar was cr toch nog
hecl anders dan in de stad: zoo'n versterken
de, frissche lucht badt je nergens en wat was
't niet een wondermooi gezicht, overal dat
jonge groen te zien uitspruiten! Ze zou wel
goed op Rie passen, daar kon mevrouw ge
rust op wezen. Rie zou 't hebben als een van
r eigen kinders!
Zoo was dan, tot aller genoegen overeenge
komen, dat Rie in de Paaschvacantie bij de
Kropvelds zou gaan logeeren.
Ric was opgetogen en vond alles even „dol",
wat ze cr van hoorde, de bedstee waar ze
zou slapen, 't grove, bruine brood en 't vroege
Diiddageten met spek in plaats van vleesch
over alles juichte zij en thuis0 heden,
dan werd er voor 't fijnste en 't lekkerste
zelfs de neus opgetrokken I
Moeder glimlachte maar eens over Rie's
"verrukking, maar, den laatsten avond praatte
moeder onder 't uitkleeden toch nog eens
ernstig met Rie moeder hoopte, dat ze
buiten niet eigenzinnig of bazig zou wezen,
of 't den goeden menschen, die zoo vriende
lijk voor haar wilden zijn. op andere manier
lastig zou maken; ze moest inschikkelijk
wezen voor Francientje en de andere kinde
ren en bedenken, dat zij, als gast, vooral geen
hoogen toon mocht aanslaan en geen aanlei
ding tot kibbelen mocht geven.
Rie beloofde alles grif en kon zich maar
niet begrijpen, waarom moeder toch zoo
praatte. Natuurlijk zou zij niet vervelend
doen en hoe kon moeder nu zelfs maar over
kibbelen denken? Zij en Francientje kibbe
len, dat zou immers heel niet mogelijk
wezen 1
Neen, dóór scheen waarlijk heel geen kans
op te zijn, de eerste dagen, die Rie bij de
Kropvelds doorbracht 1 Ze voelde er zich als
een, door allen op de handen gedragen,
prinses en had een leventje, zoo heerlijk en
vrij, dat er zelfs voor 't lastigste kind geen
gelegenheid zou zijn geweest kuurtjes te
toonen.
Het opkamertje met de bedstee gaf iederen
avond weer op nieuw een bron van genot aan
Rie; Francientje mocht op haar verzoek daar
bij haar slapen en als moeder Kropveld dan
wegging, was t eenig leuk nog samen te lig
gen babbelen en lachen over alles, wat er
overdag gebeurd was. Een ongekend plezier
was 't voor de eenzame Rie, zoo met een
meisje van haar leeftijd samen te zijn, haast
nog t heerlijkste van dc heele logeerpartij,
hoewel ze overdag toch ook erg veel genoot,
t Was iets als uit een boek, zoo'n vacanlie-
verblijf op een boerderij met vriendelijke
menschen, vroolijke kinderen en allerlei
soort van dieren, koeien, varkens, koaijnen,
kippen, katten, een hond en Hanv den
ezel, niet te vergeten. Menig ritje had Rie al
zachtjes. Misschien zag hij zich zelf in het
vervolg al op drie poolen door het leven gaan.
"We riepen de hulp van Oom Henri in. Deze
was het geheel eens met Jokes en en zei, dat
de veearts den poot onmiddellijk moest afzet
ten, want dat hij geheel verbrijzeld was cn
't nipt nauw fTpnnf>o Ti, iu j j t. o n Sally anders zou sterven. Sally likte danlc-
t niet gauw genoeg ik herinner me nog heel goed, hoe we Sally n u
't wïlrtn rm W Dii i i j j v baar Oom Henri s hand, toert deze hem aan-
k» -«-«> 1 wilde op los. L»it op een keer nergens konden vinden en hem M-
maakte Hans kopoifi cn onwillig. Schuin voor eindelijk ontdekten in het bedje van kleine T. k ,'n,- j m
't wagentje staande, drons hij achteruit tegen Zus, met zijn kop op het kussen, nel alsof hii J J,U °P ,laCJl W8S
j 1 fTpuDAn Mil u-ftc rnn/lc ftpitAPrf rtoctrnll
<ien afsluitboom der spoorbaan; t lichte voer-ook eens voor „kind" wilde spelen,
tuigje bleef met één wiel tusschen de rails Sally hield heelemaal niet van politieagen-
steken,een geduchte scliok volgdeten of boschwachters; hij deed niets liever
Rie wist zich nog vast tc houden, maar kleine dan naar hun beenen bijten. Ik geloof, dat
Geertje sloeg er uit en kwam met 't hoofd op zijn geweten niet pluis was, want Jokes, de
De straatweg naar Hilversum had plotse- schoone beddelakens springen en ons in het
heele jaar; daarom past 't niet, dat w-e dan ling alle aantrekkelijkheid voor haar verlo- gezicht likken bij wijze van ons goeden mor-
over t erf loopen te schreeuwen en te joelen.] ren. Rie was niet van de dappersten, al had gen te zeggen. Hij bekommerde er zich in het
r« retv ™s wel' Rie' van dcn ze vaak genoeg een boel praats. Haastig rukte minst niet om, of zijn poolen vuil waren of
Goeden Vrijdag2e aan den ccncn teuRei om Hans te doen nief
„O ja, natuurlijk wel zei Ric gauw, „moe- keeren en toen de ezel
begreep, sloeg zij er in
de rails neer.
Arme Rie, hoe stil en treurig was de Stille
gegaan. Hij was reeds genoeg gestraft.
„Arme Sa-lo-mo," hoorde ik Juf zeggen,
terwijl zij over haar naaiwerk gebogen zat.
„Hij zal het nooit te boven komen. Het dier
zal zich diep ongelukkig voelen op drie poo-
ten."
En Juf bleek weldra gelijk te hebben ge
had, want nadat zijn poot afgezet was, scheen
Sally nooit meer dezelfde te zijn. Hij lag maar
op zijn mooi kleedje in zijn mand naast de
Och. hadden ze haar toch maar beknord, be-
der heeft er pas nog van voorgelezen uit den straft, geslagen zelfs, alles zou zij heter heb-
Kinderbijbel. maar ik wist niet, dat je dan
geen spelletjes mag doen."
„Spelletjes wèl, maar geen wilde spelle
tjes", -verbeterde Francientje, „en 't is ook
eigenlijk niet, dat 't niet mag, maar het past
niet, zegt vader; dat moet je zelf voelen, dat
t oneerbiedig zou wezen. De jongens weten
Francientje's lief gezichtje stond zoo ernstig,
toen ze dit zei, dat Rie heel niet meer durfde
ben kunnen verdragen dan die stille vrien-
boschwachter, zei eens, dat Sally de ergste
strooper was.
Natuurlijk kon Sally nooit cLoor hun laar-
Zaterdag voor haar! Hoewel niemand haar zen heen bijten, maar toen hij eens een agent
I VI/ J 1 I1JUVJ AlPVUIV, Al' AJIM 1114» IIVA 114141
verwijtinflen gedaan had over 't gebeurde van een stuk uit zijn broek gehapt had, werd de kachc, cn keek ons a„en ,leel lrcur,g aan
gisteren, voelde zij zich toch diep ongelukkig, man zóó boos, dat hij het wilde aangeven. Soms dachten wc dat hij ons vcrtclds> da,
Hij sprak over dolle honden en dat het veel he, hen) z00 ,nj deed zijn bes, aUc
te gevaarlijk was, als zoo n dier los liep lekkcre h jes, die we hem -./0orbielden. op
Na W3/Cn er* ba"S' dat al\Vader te eten, hoewel we hem misschien wel wat
delijkheid van vader en moeder Kropveld, ja hoorde dat hij de menschen in de beenen a, ,c wcl „aven Bcp bcRon qllijd ,c huilen
zelfs van Francientje, terwijl 't toch haar beet, Sally weg zou moeten en daar wij allen a]s zjj Z3R da, Mj nu R(.cn bcontje mc(,r kop
schuld was. dat die lieve, kleine Geert nu met ^«el van het dier hie den. voelden wij ons vaslhouden> want hc[ was itn van zijn v00r.
een verbonden, pijnlijk hoofdje in de rustige d,eP ongelukkig. We kwamen daardoor op p00ten, die afgezet was.
achterkamer lag. waar 't geluid van boerderij bet denkbeeld al ons geld bij elkaar te leg- Eindelijk br^k de dag aan. waarop de vee-
,--0- - °och huishouden in doordrong. Ieder keek 8cn- Lottie had een rijksdaalder, Bep bijna arls zei dal Sally's poot, of liever gezegd:
daar zoo nog niet van; die zijn nog te klein bezorgd en had ontwijkend op Rie's vragen Jwee gulden, ik ruim één gulden, maar Pim v,at daarvan noR'over was. heelemaal gene-
en laten 't enkel, omdat vader dat zoo geantwoord ze mocht Geertje niet zien; bad maar drie stuiver. Pim snoepte nog wel zijn ,vas cn dal hy be( ^erband er af Z0I1
wil'l kind moest zoo rustig mogelijk gehouden eens en had daardoor bijna nooit geld. Juf nemen 0 wat waren v.c bcdroctd, toen we
worden, had de dokier gezegd. De groote dat het wel niet genoeg zou zijn om er een onzen Beven ,]0nd op drie poo,cn 71„cn hin.
menschen waren bijna voortdurend i„ de broek voor een politieagent voor te koopen, ken mc[ s!ecb(s ecn kIejn slom aa„ den
ivv.il «-v. i ,aaj„, r\ 11 v ach. mei sicLuii een iviein Munifijc aan uen
pruttelen. Ze gingen nu met haar drietjes wat rekenkamerde jongens waren naar de zoodat wc naar Oom Henn gingen en hom anderen. Hij keek ons met zulke treurige
over 't erf kuieren en keken naar de beesten grootouders in Maartensdijk gezonden om olies vertelden. Hij was altijd even vriendelijk 0 aap hipk|(, iin maa, pp zj. dHc
indenstaL a,S. .1?'" SSI'S: iSl.om de lafel in de kinderkamer heen,
„Als 't Paschen is, paan we lekker eieren
zoeken 1" vertelde kleine Geertje opgetogen,
„kippeneieren, zie je! Maar vader is vroe
ger in Duitschland geweest en daar brachten
de hazen stilletjes Paascheieren in den tuin;
is dót niet leuk? Ik wou, dat ze 't hier óók
deden."
Francientje en Rie lachten elkaar even toe
en lieten 't kleine ding maar snappen.
Verleden jaar had Rie bij haar Paascheieren
ook een Paaschhaasje gekregen; nu bedacht
ze: moeder te schrijven, dat ze 't zoo graag
wou hebben voor Geertje; als moeder er dan
Paascheitjes bij deed, konden Francientje en
r» j i i rr ,c" ux" iaiei 111 ue KinuerKanier neen,
zins kon. Zoo dwaalden Francientje en R.e als "oeihjkheden verkeerden. Zoo handelde hij kr00p we(.r in zijn piand cn iank(e hee, be.
treurige, kleine schimmetjes over t erf en "et dan °ok met den agent af en wij beloof- - -
voelden zich, na haar zoo ongelukkig afge- ^en Sally vast tc houden, zoodra wc den
loopen kibbclpartijtjc, nauwer aaneengesloten aÉ>en* maar in de verte zagen. Maar Sally
dan ooit. i werd langzamerhand wel verstandiger. Hij
De komst van den bode, met een pakket zich nu meer op de jacht toe cn zat
voor Rie, gal eindelijk wat afleiding. Samen steeds konijnen cn hazen achterna. Ik heb1 om"dat hij zoo'n grappigen staart had cn
pakten ze het uit. in de schuur: een doos vol hem er echter nooit een zien vangen, hoewelkromme p00,en Maar wij „oorden ons daar
Paascheieren, suikerhaasjes en chocolade- bij soms den staart al in zijni bek had. Eens niet aan en hicldcn do]vfcI van ,,cm omdat
kippetjeseen bezending om van te beeft hij echter een kat deerlijk toegetakeld.wc wi5(ep dat bjj ccp Rocd har( en |rouv.
watertanden! Voor een oogenblik vergaten de Maar het was zoon leeinke gele kat zonder WQS
meisjes haar zorg, in haar verrukking over staart, dat we bet er allen over eens waren, j We wilden geen anderen hond In Sally's
deze schatten. toen we er later same,, over spraken, dat hij j p]aats hehbep ep aU Vadcrs vriendep vroe.
,Een gelukkig Paaschfeestl" had moeder er *>eh -vergist moest hebben en het zeker voor j gcn o( zij ons cr ccp zoudcn en om ops
I.iwme cV, ,1 PPii TrppiTirl a <111 va ft Haf lnli izn-nH Haf
droefd. "Wij snikten het allemaal uit.
Den volgenden morgen vonden we hem
dood in zijn mand liggen. Hij was stellig van
verdriet gestorven.
De menschen lachten wel eens om Sally,
zij die met 't haasje in den tuin verstoppen op een kaartje bijgeschreven en er onder een vreemd dier aanzag, dat hij vond, dat tc troosten, antwoordden ij:
en dan moest Geert ie zoeken. Rie was verruktstond, dat moeder zoo blij was geweest met, hlcr thuis hoorde. Alleen als we er nreries
en dan moest Geertje zoeken. Rie was verrukt j stond,
over haar mooie plan. Rie's briefje, omdat ze daaruit gezien had, I Aiet was werkelijk grappig, maar als een
Ze ging dadelijk naar binnen om haar brief dat Rie meer aan anderen begon te denken, j vrceradeling Sallv zag. zou hij deze dingen I
te schrijven. Vader en moeder Kropveld, die Rie kreeg een kleur, toen zc 't las. Moeder )!0oit geloofd hebben. Hij kon dan een heel
in Maartensdijk naar de kerk wilden gaan,moest 't eens weten, hoe 'n naar, zelfzuchtig ongelukkig gezicht zetten en heelemaal niet
zouden den brief meenemen om hem daar op' spook ze gisteren nog geweest was! Snikkend speelsch zijn. Hij keek de menschen dan met v
de post te doen; dan was hij 's avonds nog keerde ze zich af van de doos vol lekkernijen. f!in bruine oogen ernstig aan en als Vader of behaald,
wel in Utrecht of anders toch stellig den! „Kom, kom," zei een zware stem achter >emand anders, voor wien hij respect had, hij
volgenden morgen. Als moeder 't pakje dan haar en een breede hand werd haar op den ons was, liep hij heel netjes mee en keek
dadelijk aan den bode meegaf, had Rie het schouder gelegd. „Nu willen we de tranen ze]'s niet naar rechts of links. Misschien was
nog op tijd. drogen en ruimte in ons hart maken voor de bang, dat hij dan afgeleid zou worden en
De ochtend beloofde veel gauwer en pretti- blijdschap van het Paaschfeest. Dat weet je bij zich niet goed zou kunnen houden,
ger voorbij te zullen gaan, ondanks 't gemis immers wel, kleintje, dat, waar berouw is, Sally was heelemaal niet gesteld on het ge-
van wilde spelletjes, dan Rie eerst wel ge-ook vergeving is, en vergeving blijdschap zeischap van andere honden hij ging veel
„Alleen als we er precies zoo één kunnen
j krijgen".
Doch dien hebben we nooit meer gezien.
Ik denk, dat jullie, die dit leest, ook heel veel
van Sally gehouden zoudt hebben, .al heeft hij
nooit een prijs op een hondententoonstclling
dacht had. Piet en Rijk mochten mee naar j meebrengt?" he\er met ons uit en gromde tegen alle
Maartensdijk om meteen hun grootouders te j Rie keek baas Kropveld wat verlegen in het honden, die wij tegen kwamen,
bezoeken en onderwijl zouden de drie meisjes vricndelijk-cmstige gelaat. „Ik heb er zoo'n Eens ging Oom Henri s groote hond met ons
wat met Hans rijden.
„Niet de rails over," 'zei baas Kropveld
vrecselijkc spijt van," snikte ze. mec wandelen en toen Sallv begreep, dat hij
r Hij nam haar en Francientje bij de hand en werkelijk gedurende de geheele wandeling
nog bij 't weggaan, maar dit was eigenlijk kuierde langzaam met de kinderen 't pad tus- ons Z0U vergezellen, draaide hij zich om en
meer een waarschuwing uit gewoonte; geen schen 't eikenhakhout op cn neer, terwijl hij bep met dcn staart tusschen de pooten naar
oogenblik kwam 't bij hem op, dat zijn logéetje hun vertelde, dat de dokter er zooeven weer buis, terwijl hij ncf deed, alsof hij ons roe-
er nu juist haar zinnen op gezet zou hebben 1 was geweest en Geertje builen gevaar had ver- Pen niet boorde. Dcn geheelen verderen dag
wèl de rails over en dan den grooten weg, klaard. 't Kleine ding had al naar heu ge-bonden we hem nergens vinden, doch toen
naar den Hilversumschen kant, op te rijden.
Rie werd wrevelig, toen zij 't hoorde: dit
mocht niet, dót mocht niet, en was ze eerst
vraagd en morgen mochten ze haar zien. I wij den volgenden morgen in de kinderkamer
Toen begon de goede man over 't feest van kwamen en hem als gewoonlijk op het haard-
morgen te spreken, zooals hij dit altijd graag kleedje zagen liggen, kwispelde hij heelemaal
opgetogen geweest over haar logeeren bij de j roet zijn kinderen vóór een feestdag deed. Hij orct niet zijn staart en wilde hij zelfs niets
Kropvelds, nu sloeg 't verwende kind plotse-j wilde niet, dat zij alleen in verband met hebben van het in melk g°weekte brood, dat
ling in 't andere uiterste over. Zoo'n bedil-al suikercicren en allerlei aardigheden aan we hem voorhielden We begrepen, dat hij in
van een baas. Je mocht hier letterlijk n i e t slPaschen zouden denken, en vertelde hun booge mate beleedigd was
Thuis was 't toch veel leuker, hoor! daarom op eenvoudige, bevattelijke manier „Laten we hem zeggen, dat het ons spijt
Met een diepen rimpel boven haar neusje de Paaschgeschiedcnis. die ook in de harten s*eIde Bep voor en dit deden we allemaal,
zat zij in 't aardige karretje en gaf korte, ver- j van kinderen zoo'n blijde, feestelijke stem- We beloofden hem, dat we Oom Henri s hond
velende antwoorden, tot groote verwondering ming kan wekken en een blijvenden indruk no°it weer zouden meenemen en hij was
van Francientje en Geertje, die maar niet be- i van iets Hoogers kan achterlaten. j weer even vriendelijk als altijd,
grepen, wat Rie toch op eens had. Zij mocht Rie wist wel van moeder, dat men op Van aardbeien hield Sallv al bijzonder
immers Hans wel 't eerst sturen, als ze dat 't Paaschfeest denkt aan Christus' Opstandig 'voel. I-Iij kon langs dc aardbeibedden loopen
graag wou daar hoefde ze Francientje] en die geschiedenis kende zij ook wel uit den cn er de grootste uitnikken. die hij dan met
toch niet de leidsels zoo voor uit de handen j Kinderbijbel, maar vandaag luisterde zij er smaak oppeuzelde. Jullie ziet, hij had een
te gritsen? niet zoo'n aandacht naar, alsof 't iets geheel be el anderen smaak dan de meeste honden.
Had Rie nü nog maar eens aan moeders nieuws voor haar was. De ondergaande zon Ik weet zeker, dat ik hem zelfs wel eens aan
waarschuwing gedacht maar als je in verlichtte met gouden schijnsel velden, bloemen heb zien ruiken. Hij was een
een eigenzinnige, ongehoorzame bui bent, heb akkers en 't groenende struikgewas langs het bond, die van alles op de hoogte wilde zijn.
je gewoonlijk geen lust aan zoo iets te den- pad het avondkoeltje bracht dcn geur j Toen Pim voor het eerst naar school
ken en nog minder om er naar te hande- van bloeiende viooltjes uit den tuin naar hier voelde Sally zich diep ongelukkig en bracht hij
overstil was het in 't rond, plechtig stil. bet grootste gedeelte van den dag door op
Iets van dien vrede en die rust daalde cr bet matje vóór zijn slaapkamerdeur, net alsof
ook neer in Rie's onstuimige hartje luiste- bij luisterde, of hij daar binnen ook iets
rend naar de woorden van baas Kropveld boorde. Ik weet zeker, dat het niet was,
len.
Rie wou met alle geweld de rails over, Fran
cientje hield stijf en strak vol, dat 't niet
mocht Hans sjokte, recht toe, recht aan,
door, zoo lang hij niet aan de teugels voelde, werd 't h.nar zoo wèl te moede! Ja, ook voor omdat hij het meest van Pim hield, maar
dat hij een anderen kant op moest, en kleine haar zou 't morgen een gelukkig omda< het leven miste, dat Pim altijd
Geertje zat stil bij 't gekibbel van de grooten. Paaschfeest kunnen wezen!
maakte. Pim gilde en floot steeds en kon een
Kalmte.
Gonzalve van Cordova was een beroemd
veldoverste in Spaansclien dienst. Op één
zijnor veldtochten ontbraken hem de midde
len tot betaling zijner manschapnen. Dit
maakte zijn soldaten heel ontevreden.
Gonzalve trachtte met het grootste geduid
zijn troepen tot wachten aan te manen, doch
het mocht nret baten; weldra gingen zij aan
't muiten.
Eén zijner soldaten kwam driftig naar
be.m toe, eischte betaling en zette de punt
van zijn ba jonnet op de borst van den gene
raal. De overste greep den arm van den
jongen man, zag hem even glimlachend aan
en zei:
,,Pas op, kameraad! Go zoudt zoo -chert*
sende mij gevaarlijk kunnen wonden".
De kalmte va-n den veldoverste ontwer
pende den jongen soldaat en het omroer wafl
bedwongen.
De Sterren.
„Zeg moeder, ik heb de sterren zien slaan.
Vader wees ze mij allemaal aan
En zei mij dan ooöc hoe ze hcelen.
Wat knap om dat alles te weten."
„Zeg, moeder, wat zouden de sterren zijn?
Ik denJk lantarentjes, o zoo klein.
Maar waarom houden zij soms hun licht
Geheele nachten angstvallig dicht?"
„Ik denk, als mijn kindje niet zoet zijn wil.
Zij niet durven komen, maar vluchten heet
stiL
Maar als mijn kindje lief is en zoet,
Dan zullen zij komen in langen stoet.
Maar cons op een avond kwam zusje aafl.
„Ik zie geen enkel sterretje staan.
En ik ben heusch niet ondeu^nd gcweeöt.
Waarom zijn dc sterretjes nu bevreesd?"
„Ik denk, dat de sterren er dan niet staan,
Om een ander kindje, dat stout heeft gedaan*
Want dan alleen ds cr geen ster bevreesd,
Als alle kinderen zoet zijn geweest."
R. B.