DE EEMLANDER".
Vrijdag 16 April 1915.
FEUILLETON.
HERT EST E1N
N° 245
13da Jaargang.
BUITENLAND.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Pêr 8 maanden voor Amersfoort t l«0O«
Idem franco per post
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O.IO.
Afzonderlijke nummers 0,05.
Deze Courant verschijnt dagelijks» behalva op Zon* en
Feestdagen.
Advertentiën gelieve nieo liefst vóór 11 uur, iammo*
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden»
Bureau» UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
ADVERTENTIËN:
i f 0.50»
PRIJS DER
Van 15 regels.*
Elke regel meer 0.10
Dienstaanbiedingen 385 cents bij vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan s&er voordeelige bepalingen
tot het horliaald adverteeren in Uit Blad, bij abonnement.
Eene circulairo, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Een Heldendaad.
Gisteren werden wij plotseling weer ruw
opgeschrikt door het bericht van het in den
grond boren van een Ned-orkmclsch stoom
schip. De hijfcorjderheden, welke men elders
In dit blad gelezen heeft of nog lezen kan, ge
tuigen van 'n roekeloosheid of willekeur zon
der weerga.
De gevaren der zee zjjn wel groot deze laat
ste tijdon, maar iels zoo buitensporigs als deze
gebeurtenis, is nog niet voorgokomen.
Daar is nu letterlijk niets wat c daad van
dc onderzeeër zelfs maar 'n schijn van recht
vaardiging zou kuiuineii geven. De handel
wijze -i het gedrag van de bemanning van -dit
vernielt ui g is zoo waanzinnig, d-a-i men ge
neigd zou zijn aan hun toerekeniugsbaarheid
te gaan twijfelen.
Het leven m een duikboot is reeds menig
maal afgeschilderd als in de hoogste mate
emotioneel en zenuwschokkend, liet lijkt niet
onmogelijk, dat de commandant van deze
myslerieuse onderzeeër het slachtoffer 'Nan
z'u langdurig cn ener veer end verbL.i onder de
golven geworden is en irn 'n soort verstands
verbijstering als 'n dolle over de golven rond-
raast, vernietigend waar maar wat te vernie
tigen valt.
Dvl necnil niet weg, dat de regeering, in
welker diieiist deze gezagvoerder z n onzalig
bedrijf zou uitoefenen, voor z'n daden verant
woordelijkheid draagt. Zij zelve zal induen
de toedracht van de zaak bkjikl te zijn geLijk
zij verhaald wondt deze niet kunnen noch
willen goedpraten en het is niet anders te ver
wachten, dan daf zij aan onze regeering, wel
ke, terwijl wij dit schrijven, ongctwijleld dc
noodzakelijke stappen reeds gedaan heeft, die
opheldering en Voldoening geven zal, waarop
aanspraak gemaakt wordt.
In afwachting daarvan, houde het publiek
zich kalm. Het blaze de zaak niet op noch ver
ontruste zich te zeer. lil 'n ernsligen lijd als
fteze zou de opwinding of ophuLsing van de
bevolking de voor ons rampzaligste gevolgen
kunnen hebben.
Apolitiek Overzicht
Do ooriQg en do r*ussisch©
VO:kshuisftoudsntj.
De oorlog uuei overal in uc burgerlijke
maatschappij zijn verwoestenden invloed voe
len. Niet het minst in Uitsla nd. In levendige
kleuren schotst do in Moskou verschijnende
Russikija \Yjedomosli de in Rusland lieer-
seinende duurte; hel blad sclirijl'l: „Duurte
van brood, duurte van vleasch, duurte van
voedermiddelen, duurte van brandstof, diuurle
van chemische proluclen, duurte van katoen,
duurte van wol, duurte van ijzer, algemeene
duurte: dit is de kenschetsing van den econo-
mischcn toestand van Rusland op het tegen
woordige tijdstip. Letterlijk alles is duurder
geworden, zoowel datgene wat wij uit het bui
tenland invoeren, als ook datgene wat wij
naar het buitenland uitvoeren en ook zelfs
dal, waarmee wij mei onze buren geen han
del drijven."
Deze algemeene du-urte heeft natuurlijk lot
gevolg een algomeenen nood, die nog wordt
vermeerderd door de heerschende onzeker
heid, hoe lang de noodtoestand zal duren. Dc
oorzaken en omvang van het kwaad zijn,
volgens het door ons aangehaalde blad, nog
niet voldoende opgehelderd. De vraag is nog
niet o-pgelost in wolken omvang het kan wor-
dtm weggenomen, en niemand tx^cliikt over
een srtelseimalig plan hoe de duurte zou zijn
te bestrijden. Daarvoor is eene diepgaande
studie no Jig. Als dal zoo is, dan is het te
hopen, dat men zich met die studie wat zal
haasten, want me* iederen dag wordt de nood
gro-ofoer en de behoefte dringender aan afdoen
de maatregelen om daarin te voorzien. Inlus-
schen meent de Koln. Ztg., dat men zich geene
verkeerde voorstelling moet maken va% den
economischon toestand van Rusland enden
invloed; dien de oorlog daarop uitoefent. Dat
hetoog is van die zijde nogal opmerkelijk; het
kom* hierop neer: Wel is Rusland sedert
maanden van de hoofdwegen van zijn uit- en
invoer afgesneden. In de Oostzeehavens Li-
bau, Riga, Reval, Petersburg, Wiborg en Hel
singfors, die in vredestijden een levendigcn
handel met Duilschland, de Skandinayisehc
staten en verder met Engeland en Amqrika
onderhielden, staal het bedrijfsleven stil, want
dc Duitsche vloot beheerseht de Oostzee en
houdt scherpe wacht. In de groote stapel
plaatsen aan de Zwarte zee, Nikolajew en
Odessa, liggen alle pakhuizen en schepen vol
graan; de pelroleumianks van Batoem zijn
gjevuld met de aardolie, die van Bakoe aan do
Kaspische zee dwars door Kaukazië daarheen
geleid wordt. Reeds groeit do nieuwe oogst
op, en Rusland kan hot overschot van zijn
vorige® graanoogst, dat aan de verbonden
westersche mogendheden verpand of althans
door dezen met voorschot belast is, niet kwijl
worden, want de Bosporus is gesloten en de
forten aan de Dardancllen hebben tot dusver
aan den aanval van de vereenigde Engeltsche
en Fransche Middellandsehe zee-eskaders
weerstand geboden.
Archangel in het hooge noorden en "Wladi-
wostok in het verre oosten zijn de eenige ha
vens, die geopend zijn vooo* Rusland's handel
met het buitenland; maar de Wifte zee is den
geheclen winter toogevroren geweest, en van
de kust van den Grootèn oceaan moeten do
goederen een afstand van 10,000 Kilometer
op den landweg afleggen. Dit zijn echter be
zwaren, die niet moeten worden overschat. Do
noordelijke zeeweg zal over eenige weken we
der ijsvrij zijn, en over Siberië komt uil Ame
rika, al gaat hot ook langzaam, toch voort
durend eené groote menigte oorlogsmaterieel
binnen. Gedurende den oorlog met Japan was
dc Siberische spoorweg, die nu groolendeels
tweesporig is, pas in exploitatie en de spoor
weg om het Baiikalmce.r heen was nog niet
gereed, en toch heeft die toen nog gebrekkige
verbinding groote diensten bewezen. Rusland
is een zeer rijk land en hoeft onuitputtelijke
hulpbronnen in zijn binnenland, die liet, in
weerwil van de sleur van zijn bestuur en den
gebrekkigen werk geest van zijne bevolking,
door den nood gedtrongen gaandeweg in toe
passing zal brengen onder den drang van zijne
afsluiting van buiten- Ook mag niet worden
vergoten, dat èen volk als hst Russische, dat
door zijn aard cn zijne geschiedenis is opge
voed cn bekwaam gemaakt-tot bescheidenheid
in zijne behoeften en eischen, den economi-
schcn druk van den oorlog volstrekt niet zoo
zwaar voelt als menig ander volk onder ge
lijke omslandiglhedcn.
„Dit alles zoo besluit de Ivöln. Zij;
moeien wij ons yoot oogen houden, als er ulil
Rusland stemmen tot ons doordringen, die op
het eerste oogenbik bij ons dergelijke verwch-
tingen zouden kunnen opwekken als de En-
gelschen koesteren van hunne uithongerings-
politiek tegen Duilschland;"
De »oHog.
B c r 1 ij n, 15 A p r i 1. (W. B.) Bericht van
hel opperste legerbestuur uit hel groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Tusschen Maas en Moezel kwam het gisteren
slechts tot geïsoleerde gevechten. Bij Marclic-
Yille leden de Franschen in een driemaal her-
haalGen aanval zonder succes zware verliezen.
Ten westen van den weg Esscy—Fllircy duurde
de strijd om een klein stuk loopgraaf tot in
den nacht. In cn aan hel Bois ie Pretje mis
lukten de Fransche aauvallen. De vijandelijke
aXdeelingen. die tegeii onze stellingen ten
noordoosten van Manonvillers optraden, wer
den door onze dckkingslroepeu mei. zware
verliezen teruggeworpen
Ten zuiden van Harimannsweilcrkopf
trachtten dc Franschen vijf malen vruchteloos
door ons front heen tc breken. Overigens had
den in de Vogcczen slechts artillerie-gevech
ten plaats.
P a r ij s, 15 April. (R.) Avondcomimi-
niqué.
Wij behaaWen een scldlterend succes ten
nóorden van Atrechl, waarmee het in de
vorige maand behaalde voordeel werd vol
tooid. De gehoelc uitlooper zuid-oostelijk vati
Noire Dame de Lom-Hc k* met de bajonet ge
nomen.
Drie Duitsche tegenaanvallen op Les Epar
ges, in de Argoune, die Woensdag werden
on-dernomen met liet doel den oostelijken uit
looper te heroveren, worden met zwaar ver'
lies teruggeslagen.
Als vergelding voor don aanval van een
Zeppelin op Nancy wierpen onze vliegtuigen
vijf bommen op het keizerlijke hoofdkwar
tier tc Méziercs—Charleville. Vijftien vlieg
tuigen wierpen bommen op Oslende.
Berlijn, 15 April. (W. B.) Uit het groo
te hoofdkwartier wordt over dc gevechten
tusschen Maas on Moezel geschreven
Tusschen den lOdcn en 14den April legden
de Franschen op beide vleugels der Duitsche
stellingen, een bijzonder groote activiteit aan
den dag. Bij een aanval der Franschen, den
lOden April 's avonds tegen de linie Seuzey—
Lamorville, bleven zevenhonderd lijken op
het slagveld achter. Op de open plek in het
boscli tusschen dc wederzijdsche stellingen,
ook bij Flircy, gingen sterke strijdmachten
s avonds tot den aanval over. Zij werden ech
ter, nadat zij een deel van onze stellingen
binnengedrongen waren, weder teruggewor
pen. Niettemin keerde de vijand den llden
April 'smorgons vroeg weder terug. Hij werd
opnieuw teruggeslagen en liet drie officieren
én 119 man als gevangenen in onze handen
achter.
Op dit gedeelte van het front werd lalcr
waargenomen, dal do Franschen hun ge
sneuvelden als zandzakken op de borstwerin
gen van hun loopgraven opstapelden en met
aarde bedekten
In het bosch van Ailly en hel Westelijk deel
vat* het Bois lc Prêtre werden den geheelon
nacht gevechten op korten afstand geleverd,
die gunstig voor ons eindigden.
Den llden 's morgens begonnen de Fran*
schen op dc hoogten van Combres een nieu
wen aanval, die echter door het vuur van
onze artillerie niet geheel tot ontwikkeling
kwam. In het Bois le Prêtre leidden twee
Fransclic aanvallen in den namiddag en den
avond van den llden April, opnieuw tot he
vige gevechten, waarbij onze troepen dc over
hand behielden.
Op de hoogte van Combres gelukte het den
Franschen 's avonds door een tweeden aun-
tijdelijk een deel van onze stelling op den
xop binnen te dringen, maar na een gevecht
yan twee uur, van man legen man, werd de
stelling weder door den vijand ontruimd. Met
deze beide, 's morgens cn 's avonds afgesla
gen Fransche aanvallen op den top van de
hoogte van Combres, weerleggen de Fran
schen zelf de door den dank van Joffre aan
het eerste leger, den lOdon April aan de ge-
hcelc wereld verkondigde medcdeeling van
dc volkomen verovering van de stelling bij
Combres. Hadden dc Franschen dit doel van
hun wekenlange, bloedige pogingen bereikt,
dan zouden dc vermelde Fransche aanvallen
van den llden April niet alleen ee.i overbodig,
maar een doelloos bloedvergieten zijn ge
weest liet Fransche legerbestuur meldde
daarentegen, dat sinds den 9dcn April bij de
hoogte van Combres niet meer gestreden
werd.
Den 12den April bereidde een zeer hevige
beschieting van onze stellingen aan den Noor
delijken vleugel tusschen Buzy en Marcheviiie,
alsrned^ van den Zuidelijken vleugel, op den
sector ton Oosten van Richecourl ons voor
op infaulcrie-aanvallen. Deze begonnen des
middags, tegelijkertijd bij Maizery cn Marche
viiie.
Terwijl dc Legcnslanders bij Marcheviiie, na
den eersten afgeslagen aanval, voorloopig
van eene herhaling afzag, ging hij bij Mai
zery, waar alle aanvallers door ons vuur ge
dood werden, met eene tusschenruimte van
een uur tot twee verdere aanvallen over,
waarbij de aanvallende troepen eveneens ge
heel weggemaaid Nverden. Een officier en
veertig man werden.' gevangengenomen. Toch
stormde de Franschen 's avonds bij Marche
viiie nog eens met drie opeenvolgende linies
en gcvoLgd door dichte colonnes tegen ons
vuur in, dat aan dezen vijfden, aanval een
bloedig einde maakte.
Aan dezen aanval namen twee gepantserde
automobielen deel. Terzelfdertijd werd op
den Zuidelijken vleugel in het Westelijk -ge
deelte van hel Bois-le-Prêtre een infanleric-
aanval afgeslagen.
s Morgens den 13en April, vielen de Fran
schen zonder voorbereiding van artillerie
onze positie bij Maizery en Marcheviiie aan,
doch de aanval werd afgeslagen.
In het Bois-le-Prêtre werd het gevecht
voortgezet en ten Noorden van Maizery on
dernam de vijand in den namiddag lever*
geefs eene nieuwe poging om onze stellingen
binnen te dringen.
In den nacht van 13 op 14 April onderhiel
den de Franschen op den Noordelijken vlcu-
gel een hevig infanlericvuur, waarhij lijdelijk
zware artillerie ingreep, om het herstellings
werk in onze stellingen te verhinderen. Nieb-
temin mislukte vroeg in den morgen de on
dernomen krachtige infanterieaanval, evenals-
infanlerieaanvallen in den loop van den dag
ten Noorden van Marcheviiie. Met een smal
front en vele linies achter elkander, bestorm
de de tegenstander driemaal onze stellingen*
waarbij reeds versclic troepen de terugdein
zende opnamen cn op hun beurt tol den aan
val overgingen. Volgens mededeulingen van
gevangenen zou daarbij het infanAeriercgi-
menl 51 vernietigd zijn.
In het bosch van Ailly werd het met weinig
succes tot springen brengen van een mipv
eveneens gevolgd door drie infanlerieaanval
len, welke alle afgeslagen werden.
Een klein succes hadden de Franschen lea
Noorden van FLirey, Nvaar zij zich, na eene
krachtige voorbereiding door de artillerie,
in 't bezit stelden van een 100 meter breed
gedeelte van onze voorste stellingen. Een ver
bitterd gevecht, dat den geheelcn dag voort
duurde, volgde daarop en was des avonds
nog niet beslist.
Ook in het Westen van hel Bois-lc-Prètre
ontspon zich des voonniddags een hevig ge
vecht op korten afsland, dat 's avonds ein
digde mot zware verliezen en eene misluk
king voor den vijand.
Op dc rest van het front bracht dc 14.
April arlilleriegcvecbitcn en hier cn daap
levendige gevochten op korten afstand.
Den 12cn April werd een opmarsch waar
genomen van sterke troepenafdeclingcn, ten
Noordon van St. Mihiel over dc Maas in Oos
telijke richting, waaruit dc gevolgtrekking
kon worden gemaakt, dat de gevechten tus
schen Maas en Moezel nog niet ten einde zijn
gekomen.
P a r ij s, 15 A p r i 1. (ILavas.) De pru oblige
ond-efneming, waardoor wij meester zijn ge
worden van den gc-heclcn kruin van Lca
Eparges, is eene overwinning, door dc zeker
heid der methode en door den nadruk vare
het offensief overeenkomende mol die, welke
ons bracht op dien top van Ilartmannsweiler-
kopf, maar van meer belang wanneer me»
In aanmerking neemt dc in den strijd betrok
ken effectiefs en do mi'djdekm van den vijand.
Van dezen top behccrschtcn dc Duitschors
sinLs den 21 en September in eene geducht
vorsterkte stelling de dalen met 70 a SO meter;
zij bedreigden onze veiligheid en hinderden
de ontwikkeling van onze operatie®. Maar
de steile en glibberige aard van dc stelling
noodzaakten ons haar Langzaam met achter
eenvolgende sprangen te veroverenon da nies
woedende tegenaanvallen.
De liende Duitsche divisie, die geheel
versch was aangjcvuld, had de ondankbare
taak Les Epanges te verliezen, ondanks hare
opmerkelijke dapperheid, ondanks het be
vel de stelling tot eiken prijs te behouden
ondanks het geduchte beletsel van de steile^
glibberige hellingen, waar onze soldaten in
het slijk omkwamen, ondanks het uit Metz
afkomstige materieel. De Duitsche genonaia
staf, besloten om alles op tc olferen tol be
houd van dezen boheerschcjidca top, bood
door
SOPIIUS BAUDITZ.
Uit het Deensch vertaald.
34
Pit, Klaas. Goeden dag Anna Stellens."
De aangesprokene, een lange knokige ge
stalte met geelbruin gelaat, oogen als gitten
kralen cn blauwzwarte, met grijs vermengde
baarvlokken, onder een vuiien. maar helge-
kJeurden bonten doek, stond in de deur van
haai" bouwvallige hut. „Wie zijn dat?" vroeg
zij in het jullandsch.
„Het is de kapitein uit het bosch van Her-
tesleinl"
„Ilo. ho. is dal nest niet vergaan met het
gelieele broed! Maar neen, dal zou jammer
zijn van de kleine freule, die ik uit den plas
optrok toen zij in den grond zakte! Maar het
oude prieeltje in den tuin, slaat dat er nog?
Het was mooi in mijn jeugd, maar nu groeit
er zeker gras op het pad daarheen!"
„Zij is dronken vandaag," fluisterde de
kapitein tegen Kongsted. Als men al wat zij
in haar leven heeft gedronken in het molen
water van Pind had verzameld, dan kon hel
rad er verscheidene malen van draaien 1"
„Hebt jdj mijn kinderen koel geleden ge
zien?" ging de zigeunerin oort. „Het iongsle
maakt het goed: het staat op brandewijn in
Kopenhagen, het zou wel aardig zijn oin het
daar eens te gaan zien!"
„Een harer kindti en was een doodgeboren
gedrocht," zeide dc kapitein weer fluisterend,
„cn iemand heeft haar wijsgemaakt, dat het
in het anatomisch museum op spiritus v.ordl
bewaard."
Kongsted wendde zich met afkeer van hel
oude wijf af, maar luisterde toch onwillekeu
rig toen zij voortging:
„Mijn tweede zoon gaal het ook goed; hij
is zoo voornaam en zoo trotsch dat 1 ii ziin
eigen moeder niet herkent, ho, ho! En ik ken
hem ook niet: ik krijg in Mei en op St. Michel
een rijksdaalder om hem niet te kennen, dien
ellendeling! Geeft de vreemde heer iets aan
de arme vrouw, waarmede zij zich verwar
men kan; ik proef nooit iels anders dan een
gebraden stekelvarkentje en heb nooit geld
om een pannekock te bakken!"
Kongsted gaf haar wat kleingeld en lerwi'
zij haar zwarte gerimpelde hand uilslak om
bet aan te nemen, bemerkte hii dat er o--> haar
onderarm een blauwe slang was getatoueerd.
„God zegene en beware u en uw meisje iyi
en in alle eeuwigheid, Amen!" zeide zij cn
bukte om Kongsted de hand te kussen maai
bij trok die knorrig weg en zii vertrokken.
„Voelt ge u nu plechtig gestemd?" vroeg de
kapitein, „want nu rijden wij door den wil
den plas, er is slechts deze weg midden door;
lang geleden werd er een sloot gemaakt, die
het water afleidde en hier alleen kan men
loopen en dal nog ter nauwernood, maar wij
kunnen het probceren!" Een eind liepen zii
over de eentonige, schijnbaar einöelooze
vlakte. Hoog heidekruid bedekte baar, afge
broken door poelen van helder water, de
bodem was een moerassige lichtbruine turf-
n:assa en als men er een stok in stak, dan
zakte die «is in boter weg lot aan den knop.
Ifier en daar v<\rhief zich een lage. griis-
groene rozemarijnheester, een eenzame plu
vier zat op een heuveltje van donkere biezeu,
verder was hier bijna geen andere planten
groei dan hel schrale heidekruid; er waren
geen andere vogels.
„Ilier heet hel de wilde plas," zeide de ka
pitein, „en bramen zijn hier, nu en dan komen
de zwarte ooievaars uit het Tvisbosch op be
zoek, de reiger rust hier uit, als hij tusschen
het meer van Madum en Oexnehoim Jrekt en
hier kan men zich meester droomen van hef
rijk der woestijn!
„Maar de wilde plas kan zeker geheel vrii
van water gemaakt w orden," „eidc "ongsled.
„Het is oorspronkelijk zeebodem, die zoo
hoog ligt, dat het water ian dc oppervlakte
afgeleid kan worden."
„Komt tijd. komt z#rg," antwoordde de ka
pitein, „dat zal ik, den hemel zii dank, niet
beleven I"
Na drie kwartier rijden waren zij aan het
strand cn Oexnehoim lag voor hen op een
duizend meter afstand.
„Kent gij de waadbare plaats, Jvlaas?"
vroeg de kapitein.
„Ja wel", luidde het antwoord, ik geloof
het wel, is niet daarginds voor de twee rroote
sternen het zuidoosten?"
„Juist! gij moot namelijk weten," ging de
kapitein voort zich lot Koristed wendend
..dat er slechts één waadbare plaats is, name
lijk daar waar zandgrond is. Overigens vindt
men overal leem en modder, zoodat men me*
paard en wagen zou vastrijden."
„Leem en modder?" herhaalde Kongsted.
dat wil zeggen dat de bodem veel waaid isl"
„Ja, dat kan wel zijn. Wijk niet tc veel af
Klaas, ik vind dat het hier zoo zacht begint
te worden!" En eenige oogenbiikkcu later
betraden zii Oexnehoim.
„Hier heb ik-drie gelukkige dagen doorge
bracht," zeide de kapitein.
„Drie dagen?"
„Ja, in de maand October vele jaren ge
leden. Ik had een oude afgedankte calèche te
leen gekregen, die werd hierheen gereden en
daarin bracht ik den nacht door. Toea leefde
ik van koude keuken en had alles aan mij
alleen; gij kunt u voorstellen de jacht die hier
was! Alles wat in het najaar wegtrekt gnn
dezen kant om. Nu moet gij eerst een ontdek
kingsreis door het eilandje maken."
Voor het eene einde lagen groote, door het
ijs geschuurde stecncn, hier en daar waren
kleine poelen met opyliegende watervogels.
Plukken gras, violelblauwc strandasters.
blauwgrijze alsem cn witgeel mos ,dat was de
plantengroei.
„Ziet gij dien muizcnvalk?" riep d.c kapitein.
„Alle muizenvalken twee mijlen in den om
trek hebben hier hun provisiekamer; daar
komen er twee uit het kreupelhout van Laas-
b*Zij doen hier hun naam eer aan, want
zij leven van de muizen, kijk maar, de grond
is geheel door muizen ondermijnd, zij loopen
u tusschen de beenen!"
De avond vieL De zon ging onder nchtcr
de zwarte nonnenhcuvels, de wilde plas ge
leek een gloeiend lavaveld, de golven van
het Kattegat werden koelblauw en de zee
bries kwam opzetten, üet souper was ge
bruikt en Klaas begon te vinden dat men ver
Yan huis was.
„Nog een half uurtje", zeide de kapitein.
„Gij moet zien hoe de vogels 's avonds trek
ken, Kongsted, en ge zult een natuurconceit
hooren! Den weg door den wilden plas vin
den wij makkelijk, het is maneschijn."
Ze zaten aan het strand. De wilde eenden
kwamen voorbij met uitgestrekte hnlicn en
vlogen klapwiekend door de lucht, Roepen
slraudloopers streken als een windvlaag niet
acn klank mui snaren suizend over hel water,
zacht floot de snip en nog zachter de schuwo
pluvier; een sjilpende zwaluw zweefde boven
in de lucht en de regenpijper piepte op heb
strand, een naar huis gaande mui/cnvalk
schreeuwde boven hun hoofden, rondom hen
en boven hen klonken de tonen van het on
zichtbare duizendstemmige vogelkoor in har
monie.
Eindelijk werd alles stil. de kapitein stónd
op. „Nu is het seinlicht van de landtong aan
gestoken," zeide hij, naar het Kattegat wijzend,
„ik zie gaarne zulk een seinlicht, er is iets.
veiligs in om dat voor zich uit tc zien :n het
donker, als men altijd zulk een vuurbaken had
om naar te sturen, dan liep men nooit ge
vaar om aan den grond te varen. Maar gü
hebt uw leven lang op een kompas geloopeu,
ge kunt dus licht stuur houden! Nu itoelen
wij r.aar huis!"
De maan is op en dc poelen lu§schen het
heidekruid van den wilden oias glinsteren als
riocibaar zilver; nu en dan strijkt een opge
schrikte vogel het rijtuig voorbij, men ziet
hei*, niet, men hoort het alleen. Lang zwegen
ze maar eensklaps slaat de kapitcjji Kong
sted op den schouder en vraagt: „Waar denkt
gij aan?"
Kongsted huivert even, wordt wat verlegen
en geeft het bij zulke gelegenheden vrij alge
meene antwoord: „Aan nietsI
Wordt vcrvolyd*