BUITENLAND. FEUILLETON. 13°° Jaargang. N f oofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO. JJ DE E EM LAN DER". Uitgevers: VALKHOF F 8» Co. ABONNEMENTSPRIJ S: Per 3 maanden voor Amersfoort Idem franco per post f 1*^0» iaem iraiico poi pua«, Per week (met gratis verzekering „tegen ongelukken) - o.io. Afeonderlyke nummers Z °*05. Dezo Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, tamme* advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Dinsdag 27 April 1915. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIEN: Van 15 regels f 0.50. Elke regel meerO.IO Dienstaanbiedingen 35 cents bij vooruitbetaling. Groote lottera naar plaalsruimto. Voor handel en bedryf bestaan zoor vooideelige bepalingen tot het herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Onder clericaal bewind. Het gaal in deze zware tijden voorspoedig Jiet Nederland. Wij leven onder liberaal bewind en wij we<ten -de trcheering in handen van man nen van groote bekwaamheid en onovertrof fen beleid. Geen der schrikwekkende voor spellingen, in de verkiezingsdagen door cle- ricale propagandisten ten plattenlande aan het Christenvolk verkondigd, zijn in vervul ling getreden. Do godsdienst bloeit misschien meer nog dan in de coalitie-jaren. De politie ke partijstrijd is geluwd cn Godsvrede heersclil van Schelde tot Dodlaird. De Hollandsche vrijzinnigen, goedgeloovig en weinig strijdlustig van aard, meeaen nu velliig te kunaien rusten op hun lauweren. Zij sluiten icLe oogen voor alle clcrlcalc sloulig- hederf om hen heen, zij soezen en dutten en diroomen van Godsvrede. Waarlijk, hot spijt ons bijna hen even le moeten wakker schudden om hun iets in het oor ie fluisteren. Wij durven het slechts to fluisteren, want hardop zeggen gaal niet. Men zou ons van on- •voruraagzaamheid en verstoring van het „Bcs-iand" beschuldigen. Het is nu eenmaal zoo in hel verdraagzame Holland: de een mag stelen maar de andetr mag niet roepen „noud den dief Onder het opschrift „Wat nien een sollici tant naar de betrekking vin adjunct-commies in Vcenenaaai vroeg' plaats het „Weekblad voor den Noderl. bond van Gemeeiile-amb- teaaren" van 1 April 1.1. het volgende in ge zonnen stuk: „AL <L it. Ik voel mij verpliohl cn gcnoopL onder staande viagen ouder oogen der gemeente ambtenaren Le brongen, mij gesteld door Buig. en Weth. van VecnendaaL lo. To-t welk kei'kgc nootschap behoort u? 2o. Hebt u uwe belijdenis al gedaan?. 3o. Gaat u naar de kerk? 4o. Gaat u naar de catcchisalie? 5o. Welke kerk, vrijzinnige, orLhodox© of ^neiormeende? Go. Welke politiek, houdt u er op na? 7o. Boni u Mijauniigc beginselen toege daan? i>o- Hoe vindt u de vrijzinnige leer? 9o. Kent u den dominee uit vorige stand plaats? lüo. Hde kent u hem zoo? 11 o. Welk beroep oefent uw vader uil? 12o. Wat voor beginselen hebben uwe ouders en familieleden? In verband mei vraag 9 en 10 zouden infor maties ingewonnen worden bij den predikant van mijn vorige standplaats, of ik de kerk en calcchisaiLe hij hem bezocht. Zijn deze vragen in het belang van de ge meente-administratie gesteld en houden zij eenig verband met dc eventueel aan de be irekking verbonden werkzaamheden? Ik be twijfel dit ten zeerste. Laat ieder ambtenaar over zulk een handelwijze oordeelen. Wellicht kunnen deze vragen nog van nut ziiju voor andere soilioitanten naar deze be trekking, wanneer zij nog konnis mochten maken met dil college. Onder beleefde dankzegging voor de ver leende plaatsruimte, M. d. R., toeken ik hoog achtend, Een Sollicitant Bevestigen feilen als deze de noodzakelijk heid van vrijzinnige samenwerking niet meer dan iets anders? teekeint de Fakkel hierbij aan. Politiek Overzicht. De czaar in het veroverde gebied. De czaar van Rusland heeft cenc rondreis gedaan door hel gedeelte van Galicie, waaruit zijne legers de Oostenrijkers hebben verdre ven. Hij heeft in Przomysl geslapen in het ge bouw, dal de ambtswoning is geweest van den Yoornialigen Oosten rijkschen vestingcomman dant, en heeft in Lemberg van het balkon ^an het paleis van den gouverneur eene toespraak- gehouden tot het volk, die eindigde met de kreet: Lang leve het machtige, ondeelbare Rusland! Dit duidt aan, dat Rusland met bet gedeelte van Galicië, dat het reeds bezet heeft en dat het verder nog hoopt te bezetten, wil hande len naar den stelregel: „J'y suis, j' re&te". Men wil de verdeeling van Polen, die inder tijd ouder Rusland, Pruisen en Oostenrijk is geschied, wat Oostenrijk betreft, weer onge daan maken. Liefst zou men dat ook doen met het Pruisische gedeelte, maar dat wil niet gelukken; zelfs is een affhzienlijk deel van Russisch Polen, dank zij de samenwerking van de verbonden legers, in Duitsch-Oostenrijksch bezit. Dit drulkl op de gehecle actie van Rus land in Galicië een stempel van onzekerheid. Men weet niet hoe lang de Russische heer schappij in Galicië zal duren cn of er niet een einde aan zal komen, wanneer bij den vrede, die toch eenmaal moet komen, eene regeling wordt gemaakt, die voor duurzaam heid bestemd is. Maar voor 'fc oogenblik ge draagt men zich alsof Galicië reeds eene parel is, die aan de kroon van Rusland is toege voegd, volgens de beeldspraak die wij in de rijksdoema uit den mond van een lid van het Russische kabinet hebben vernomen. Men legt een groolen ijver aan den dag om de schoone beloften, die in hel manifest waarmee de be zetting van Oost-Golicië werd aangekondigd, tot werkelijkheid tc doen worden. Daarin werd gezegd, dat Rusland slechts het ééne doel voor oogen had, dat ieder volk onder zijne heerschappij zich zou ontwikkelen, in wel stand leven en den kostbaren schal van zijne vaderen, namelijk zijne taal cn zijn gods dienst, bewaren. Vrijheid en gelijkheid, de hemel op aarde, werd in uitzicht gesteld. Inlusschen blijkt uit de wijze, waarop die beloften dn daden worden omgezet, dat de nieuwe machthebbenden, die nu krachtens het recht van verovering in Galicië lieerschen, aan de woorden, waarin deze beloften werden gekleed, eene andere bet-eekenis hechten dan de daarmee begiftigde 'bevolking. Uit Lem berg wordt aan dc Neue Freie Presse geschre ven; Het optreden van het Russische militaire bestuur slaat in krasse tegenspraak itot de mooie woorden van den czaar cn zijn opper bevelhebber. Het nieuwe Russische bestuur heeft in Lemberg en in geheel Oost-Galicie eene politiek van niets ontziende russificeering ingevoerd. De Poolschc en Rutheensche ver- eenigingen worden zonder uitzondering ont bonden cn vergaderingen verboden. De Lem- bergsche universiteit werd gesloten; de scho len blijven mcercndeels gesloten totdat de on derwijzers Russisch hebben geleerd. De ver vorming van de scholen, die lot dusver heb ben bestaan, tot Russische ondcrwijs-inrich- tingen, is reeds in gang. lil den spoorweg dienst en in de post- cn telegraafkantoren worden slechts echt Russische ambtenaren aangesteld. De gemeentelijke autonomie van Lemberg werd besnoeid. liet Poolsch is in het dienstverkeer nagenoeg geheel uitgeschakeld. Geen beter lot is aan dc. Rutheensche taal be schoren. De Rutheensche boeken, ook de ge bedenboeken, moeien aan de politiekantoren ter vernietiging overgegeven worden; wie dit nalaat, wordt gestraft met drie maanden ge vangenisstraf of 3000 roëbels. Do briefwisse ling in de Rutheensche taal is ook verboden. Deze maatregelen worden nog verscherpt door eene buitengewoon ijverige propaganda ten gunste van het orthodoxe geloof. Daarbij worden eigenaardige, in Rusland gebruikelijke methodes tot bekeering in toepassing gebracht. Aan de priesters is kennis gegeven, dat zij slechts lot het houden van de mis kunnen worden toegelaten, wanneer zij zich losmaken van dc gehoorzaamheid aan den paus en zich aan het gezag van de heilige synode onder werpen. Weerspannige priesters worden door Russische popen vervangen. Dc Russische regeerigg heeft verder op hel oog de reorganisatie van hel credietwezen en de uitbreiding van hol werk der Russische landhouwbank tot Galicië. Het agrarische her vormingswerk in Galicië zal worden ingeleid mei de -overbrenging van 300,000 Siberische boeren naar hel. voormalige Oostenrijksche kroonland. In verband met de maatregelen tot russifi- óoering van Galicië, wordt de Russische joden- wetgeviug uitgebreid tot hot bezette gebied. De Galicische joden staan op denzelfden rechtsgrondslag als hunne geioofsgenoolen in Rusland. Althans theoretisch; in de praktijk staan zij aan nog veel grooterc willekeur bloot dan dezen. De vele mededeelingen van roof, plundering en bloedige misdrijven, die door Russische soldaten aan de Galicische joden worden gepleegd op tal van plaatsen, staven dit. Alle joden in gemeentelijken of staatsdienst zijn uit hunne ambten verjaagd Kenschetsend voor den geest, die thans heerscht in het doolr do Russen bezette gebied, is de verklaring van den Russischen gouverneur-generaal aan den burgemeester van Lemberg: „Het Russische deel van Galicië is met Gods hulp in onze hand en dit deel breidt zich uit tot aan de Lcmkowczyzna, de streek tot voorbij Nowo Sandec. Ook daar zal van nu af dc echt Russische geest wonen." De oorlog. Berlijn, 26 April (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier, vaai heden voormiddag. Bij Yperen hield on de gevechten aan. Op den westelijken kanaaloever is Lizeme dat de Franschen zeiden te hebben hernomen, in ons bezit. Ook op het ten oosten van het ka naal veroverde terrein hebben wij ons ge handhaafd. Het aantal der veroverde kanon nen is lot 44 gestegen, waaronder zich vies* zware Engelsche stukken bevinden. Ten noordwesten van Zonnebeke zetten wij de aanvallen voort en maakten daarbij meer dau duizend Cahadiêrs gevangen. Het geheele aantal gevangenen steeg tot 5000. Een zon derling mengelmoes van volleen: Senegalee- zen, Engelschcn, Turco's, Indiërs, Franschen, Cf.nadiërs, Zouaveh en Algerijnen, waren hier bijeen in eene betrekkelijk kleine ruimte. In Champagne sloegen wij ten noorden van Beauséjour twee Fransohe nachtelijke aan vallen af. Op do Maashoogten maakten onze aanvallen goede vorderingen. Verscheidene bergruggen achter elkaar, tot aan de hoog ten ten westen van Les Eparges, werden be stormd en genomen; verscheidene honder den Franschen eai eenige machinegeweren vielen in onze handen. In het bosah van Ailly mislukten vijan delijke aanvallen. In de Vogeezcn leidde or zen aanval tot do herovering van den HartmansweilorkopfDe zegebuit van onze troepen bedroeg elf officieren, 749 soldaten, zt9 mijnwerpers en vier machinegeweren. Parijs, 26 April. (Ilavas). Namiddag- communiqué. liet gevecht duurt voort in goede omstan digheden voor de verbonden troepen. Twee Duilsohc aanvallen, komende uit Passclien- daele en Brodseinde, werden door Britsche troepen gestuil. De Duitschers bombardeerden daarna Yperen met groote hevigheid. De Franschen maakten vorderingen op den rechteroever van het Yserkanaal door krach tige tegenaanvallen. In Notre Dame de Lorette sloegen de Fran schen een Duilschen aanval terug. Op de Hauls de Meuse ontwikkelt de slag zich. De aanval op de loopgraaf bij Calonne. die den 25en werd vermeld, werd door Fran- sche tegenaanvallen gestuit. De Duitschers werden teruggeslagen. Zij vielen daarna meer oostwaarts aan in de richting van Saiut- Remy, waarbij zij klaarblijkelijk de herove ring van Les Epargcs op het oog hadden. Een hevig gevecht, voorafgegaan door een krach tig bombardement, werd kort daarna geopend op de behingen ten oosten van deze stelling. De Duitschc aanval mislukte. Par ij s, 26 April. (R.) Avondcommuni- qoié Ten noorden van Yperen maakten wij merkbare vorderingen aan den linkervleugel wij dreven den vijand achteruit en brachten hem zware verhezen toe. De vijand maakte wederom gebruik van verslikkende gassen, maar wij wendden middelen aan om ons daar tegen, le besehermen, die de beste uitkomsten opleverden. Een scherp infanleriegevecht bij Fay, ten noorden van Chauleus over het bezit van de holle, die was ontstaan door het springen van een Duilsche mijn, eindigde inct het verjagen van den vijand daaruit; wij hielden ons staande ondanks twee tegenaanvahen. Hevige Duitsche aanvallen legen de Maas hoogte op het front Epargcs—Sainl-Remy wer den volkomen verslagen. Wij blijven meester van de geheele stelling van Les Eparges, welker hellingen bedekt zijn met doode Duit schers. Na een allerhevigst bombardement kregen de Duitschers voet op den top van den Hart* mannsweilerkopf in de Yogcczen. Onze stel lingen blijven honderd Meier van den top. Parijs, 26 A p ril. (\Y. B.) De Engelsche verhezen in Vlaanderen oischen eene nieuw© organisatie; inzonderheid van de Canadeesclio afdeclingcn. French heelt daarom met Fock afgesproken, dial wegens den blijkbaar ernsli- gen aard van hot Duilsche offensief Franschc afldeeiingcn uit een anderen sector naar Ylaandcren verlegd, zuilen worden. De militaire critisi vinden den toestand van de Engolschon in Vlaanderen veel gevaarlij ker dan dien van de Franschen. London, 26 April. (R.) Veldmaarschalk Fiench rapporteert; De zware strijd duurt nog voort. De al gemeens toestand blijft onveranderd. Onzo linkervleugel had hij het opnieuw inrich ten Yan hare linie om zich aan le passen aan den door don gedwongen terugtocht van do Franschen gewijzigden toestand, zich naar het noorden te richten en zich in westelijk© richting uit te breiden tot voorbij Saint-Ja- lien Deze uitbreiding verzwakte onze liniên en na een zeel* dapperen tegenstand door do Canadièrs tegen eeno overmacht werd Saint- Jiilicn door den vijand veroverd. Onze linièn •loopen nu van hot zuiden van Saint-Juliea De Duitsche aanvallen ten oosLen van Ype ren mislukten ondanks het gebruiken van vei stikkende gassen. Er werden Duilsch© officieren en manschappen gevangen geno men. De laatste drie dagen brachten wij zware verhezen toe aan de Duitschers Onzo verhezen zijn ook zwaar. Het Duitsche be richt, diat vier zware Engelsche kanonnen door hen genomen zijn, is onwaar. Een van onze vliegeniers heeft liet station. Kortrtijjk heden namiddag gebombardeerd en eene spoorwegverbinding verhield. P a r ij s, 27 April. (Ilavas). President Poinoarc cn de minister van oorlog Millerand brachten de dagen van Zondag en Maandag door te midden van de legers tusschen de Oise cn de Aisne cn in het Aisncdal. Poincaré bad lange gesprekken inet de generaals, offi cieren en manschappen. Hij kende ordeteckc- ncn van het legioen van eer en militaire me dailles toe en overhandigde in tegenwoordig heid van Joffre vaandels aan nieuw gevorm de regimenten. Poincaré zcidc in een toe spraak: In naam van het ondeelbare ea onster felijke Frankrijk, dat velen van u reeds zo» dopper verdedigden, ken ik u deze vaandels toe, die voortaan bel leeken van vereeniginfl zuhen zijn en die gij weldra lot de overwin ning zult voeren. Het prachtige leger, waarin gij plaats zult nemen, weeLdat het strijdt voor het heil van Frankrijk en het heil van de wereld'. Het duidelijk bewustzijn van deze edele zending schonk ecu zoo krachtig ge loof en een zoo schoon élan. Maandag morgen kwam dc president in Compiègne terug. Hij bezocht met Millerand dc ver de digi ngsli n ië n van de beide oevers der Aisnc, Compiègne en Soissons. In den namid dag inspecteerde hij eene divisie landweer, welker uitmuntende houding hij levendig be wonderde. Des avonds keerde hij met den mi nister in Parijs terug. B e r 1 ij n, 26 April. (\Y. BBericht van het opperste legerbestuur uil het groote hcofiiikY aa'tier van heden voormiddag. Lenige zwakke Russische nachtelijke aan- De toekomst is dc cenige bankier, wiens ■Veelvuldige faillieten zijn crediet niet doen verliezen. HER TEST EIN door SOPHUS BAUDITZ, Uit het Deensch vertaald. 43 „Gij zijt altijd zoo krachtig in uw uitdruk kingen. Maar ik geef toe dat er iets moet ge daan worden." „Wat wilt gij dan doen?" „Ik niets, want ik kan niets doen! Maar men denkt toch ook niet altijd aan zich zelf het eerstl" „Niet I" „Neen gelukkig niet! Ik heb aan Fanny's toe komst gedacht." „Zoo, wat moet zij dan doen?" „Zij moet een goed huwelijk doen." „Ja, dat is te hopen!" „Het verheugt mij dat wij het op dit punt eens zijn!" „Ja, zoo lang als het duurt." „Ziet u tante Rosa, de tijden veranderen. Ik iweet heel goed, dat ge u moeiclijk een huwe lijk voor Fanny kunt voorstellen met iemand die niet van adel is, maar de lijden en begrippen neen, val mij nu niet in dc rede, tante Rosa! Ik geef toe dat ik, als man en als laatste van mijn geslacht, niet zou kunnen trouwen met iemand zonder naam, maar met Fanny is het iels anders. Als zij trouwt heet zij toch geen Ilöibro meer, niet waar? En hoe zij nu gaat heeten komt er tóch niet veel op aan. Wat er wel op aankomt is, dat zij een man krijgt die mij cn Hertestein cn ons allen tot steun zou kunnen zijn en met wien zij natuur lijk zelf tevreden zou wezen, niet waar? Nu, zulk een man weet ik, een die haar bovendien hartstochtelijk bemint en altijd bemind heeft." „En dat is?" „Beloof mij nu, tante Rosa, om niet als een vuurpijl op te vliegen. Ik weet wel dat gij hem niet kunt uitstaan, maar dat kan toch ook aan u liggen, want hij is waarachtig heel goed. Ik heb bem altijd gaarne mogen lijden cn hij heeft mij veel diensten bewezen, geheel onbaatzuchtig! Neen kijk mij nu niet zoo aan, tante Rosa, dan kan ik u volstrekt niet zeggen wie het isl" „Dat is ook overbodig" antwoordt tante Rosa klankloos, „het is Bro!" „Gij hebt het geraden", zegt Frits, blijkbaar verlicht. „Hij heeft er vroeger meermalen over geschreven en nu van middag toen ik bij hem was, vroeg hij mij zeer dringend om er met u over le spreken." A „Heeft hij gevraagd zich le...~ „Ja, velleden doelde hij er op tegen Fanny," „Heeft hij haar dan gesproken? „Ja, hij ontmoette haar toevallig in het boschje bij den ouden koepel, maar Fanny antwoordde hem noch ja, noch neen, voor zoo ver ik begrepen heb. Denk er eens kalm over na, tante Rosa, gij weet dat wij hem veel schuldig zijn, op verschillende manieren, cn ik v»ts waarachtig, dat als hij niet..." „Weet gij wie Bro is?" vroeg tante Rosa opstaand. „Wie hij is? Neen, ja zijn moeder is immers. „Dan hen ik genoodzaakt het u tc zeggèn, hoe zwaar het mij ook valt. Hij is de zoon van mijn vader." „Uw broeder 1" „Ja, als gij het zoo noemen wilt; zijn moe der is Anna Steffens. Nu is zij oud en grijs, ik heb haar trouwens in vele jaren niet ge zien, maar eenmaal was zij jong en wat de mannen knap noemen, zij zijn met zoo weinig tevreden! Bro is de halfoom van Fannyl" „Te drommel I" zeidc Frits. Was mijn groot vader werkelijk zoo jolig op zijn ouden dag!" „Pas op, jongen!" riep tante Rosa opstui vend, uit en gaf Frits zulk een klap om dc ooren, dat hij bijna op den grond vieL „Waag het niet om grappen le maken over de schande van mijn vader, die ik lot nu toe, zooveel mogelijk, geheim hield." „Nu, nu, neem mij niet kwalijk!" zeide Frils gedwee. „Maar omdat gij, cn wij dus eigenlijk in een soort van verre familierelatie met Bro zijn, kan Fanny toch best, dit huwelijk is noch volgens de wet van Mozes, noch volgens de openbaring van Johannes verboden!" „Och, jij praat onzin! Ben jij blind! Hebt gij niet gezien hoe ik jaar op jaar onder dat mensch geleden heb, zonder hem van mij af te kunnen schudden! Mijn vader zaliger wilde voor het kind zorgen, dat was zeker goed van hem; Bro kwam op het bureau, hij deed een examen en werd ten laatste administrateur. Maar nooit heeft hij den armen Heinrich cn mij kunnen vergeven dat wij legitiem zijn en hij niet; het is de haat cn dc jaloerschlicid die ieder zijner schreden heeft geleid; systema tisch heeft hij ons geruineerd om zelf cr bovenop tc komen en jij hebt de rest gedaan, neen, val mij niet in de rede! En nu heeft hij, geheel volgens zijn plan, je in zijn strikken gevangen, ontken het niet, jij bent hem geld schuldig 1 Hertestein wil hij hebben en Fanny wil hij hebben, dat is dc kroon op het vverkl Maai* het zal niet gebeuren! En zoo je ook maar met een enkel woord Fanny tracht le influenceercn om je zelf te redden, dan draai ik je den hals om, jongen!" „Nu ja, ik deod het voorstel met dc beste bedoeling," bromde Frits. „Ik wist trouwens ook niet, maar dan moeten $ïj een ander huwelijk voor Fanny bedenken, tante Rosal" En Frits sloop weg als een kippendief, maar toen hij de deur uit was, zonk tante Rosa ineen, haar armen vielen op tafel en het hoofd zonk op de armen zij snikte als een kind. X. Midden in het bosch, op een halve mijl afstand ongeveer van Hertestein, lag het huis van den kapitein. Het zag er uit als een ge wone boschwacbterswoning, wat het ook oorspronkelijk was geweest. Klein en eenvou dig, maar vriendelijk: het dak was van stroo en dc muren waren gewit, maar voor het grootste gedeelte waren ze bedekt door groote stokrozen in alle kleuren cn de groene bosch- schaduwen vielen koel op de witte vlakken. De kapitein was den vorigen avond thuis gekomen van een langen tocht noordwaarts. Nu was bij aan een tafel buiten het huis bezig met patronen maken, voorbereidingen voor de aanslaande najaarscampagne. Bij elke patroon die hij vulde stelde hij zich zeker voor hoe die gebruikt zou worden, want l»ï| zag er zoo vergenoegd uit, alsof de hond recda voor de patrijzen stond; nu cn dan floot of neuriede hij; Diana, die aan zijn voeten lag, kwispelde en dc tamme raaf op het hek, gc« reed om den eersten vreemden hond die voor-» bij kwam aan te vliegen, sloeg met haar vleu gels en huppelde dichter bij haar meester. Er wordt paardengetrappel in het bosch ge hoord. Diana kijkt op cn bromt, de kapitein laat dc kruitmaat vallen Kongsted kwam aanrijden op molenaar Sörensen's wagen-» paard. „Eindelijkl" zegt de kapitein, stralend van vreugde en breidt de beide armen uit. „Einde-» lijk vindt gij mij cn mijn wigwam, welkom! Neen, laat mij voor het paard zorgen. Koest Diana." „Ik zou reeds vroeger bij u zijn gekomen/* zegt Kongsted, maar dan kwam er dit en dad weer dat in den weg." „Ja. gij zijt omslachtig geworden, ik hoor dat ge op uw eigen hand naar den wikten plas zijt geweest, sedert wij elkander het laatst hebben gezien!" „IIoc weet gij dal?" „Men heeft toch zijn verslaggevers, maai) wat voert gij daarginds uit? Zijt ge ook op de iionnenheuvels geweest, om over het meer van Hertestein liecn te kijken?" Kongsted werd vuurrood. „Neen, wat zou ik daar doen. Maar dc wilde pias interes seert mij, ik ben ook op Ocxneholm ge wees tl"* „Tg drommel 1" Wordt vervolgd

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1