DE E EM LAN DER".
Woensdag 19 Mei 1915.
BUITENLAND».
FEUILLETON.
HERTESTEIN
N° 245
13a* Jaargang.
Uitgevers: VALKHOFP Co.
Bureaut UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
fntercomm. Telefoonnummer 60.
Kennisgeving.
Politiek Overzicht
De vernietiging van de
Lusitania,
FOORTSCH DAG
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
S>
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort f l.^O»
Idem franco per post
Per week (met gratis verzekering togen ongelukken) - O.IO.
Afzonderlijke nummers
Deze Courant verschynt dagelijks, behalve op Zon* en
Feestdagen.
Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie*
advertenties en beriohten vóór 2 uur in te zenden.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels*f 0.50*
Elko regel meer *0.10
Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling.
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordoolige bepalingen
tot het herhaald advorteoron in dit Blad, bij abonncmont.
Eene circulaire, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
VAN KRACHT GEWORDEN KIEZERSLIJST.
De Burgemeester van Amersfoort,
Brengt ter openbare kennis, dat de op den
22en Maart dezes jaars door het gemeentebe
stuur vastgestelde suppletoir© kiezerslijst 1915—
19f6, zooals die door zijne beslissingen*van
den 30. April 1.1. gewijzigd is, van 13 Mei van
dit jaar tot 15 Mei van het volgende jaar van
kracht blijft, behoudens de wijzigingen, daarin
tengevolge van rechterlijke uitspraken te bren
gen en de aanteekeningen omtrent schorsing
daarin te maken overeenkomstig de bepalingen
der Wet.
De kiezerslijst blijft voor een ieder op de Se
cretarie der Gemeente ter inzage nedergelegd
en in afdruk, tegen betaling der kosten verkrijg
baar.
Amersfoort, 17 Mei 1915.
De Burgemeester voornoemd,
v. RANDW1JCK.
Gemeentelijke
Arbeidsbeurs.
Het is een kl-oéfc plan, dat belichaamd is iri
het voorstel van Burgeyneester en Wethou
ders tot liet stichten van een Gemeentelijke
Arbeidsbeurs. Na de heldere, forsche toelich
ting, welke wij in haar geheel in het dagblad
opnamen, blijft er nog maar weinig aanlei
ding tot bespreking van deze zaak, waar-
-cr wij trouwens vroeger reeds meermalen
schicven. Dat wij er niettemin nog eenige re
gelen aan wijden, is slechts hoofdzakelijk om
onze groote voldoening uit te spreken, dal
B. en "W. zoo flink voor den dag komen en
dc opzet der nieuwe instelling derwijze wen-
sdhen, dot er uit het kleine stekje 'n groote
boom groeien kan.
De 9tichling van 'n Gemeentelijke Arbeids
beurs is reeds geruiimen tijd geleden ter spra
ke gekomen cn den heer van Kalken brengen
B. en W. de eer, dat hij het geweest is, die er
hot eerst 'n lans voor gebroken heeft in den
Raad. Dat het eenmaal tot de oprichting
v3est komen, stond vast. De Augustus-gebeur-
tenissen bobben deze verhaast. Toen toch
werd de dringende behoefte aan 'n arbeids
beurs, welke onder de treffelijke leiding van
den heer Schulte l >rd'holt hoogst nuttig werk
geleverd heeft en zoo goed op dreef gebracht
is, dat de overgang van tijdelijke tot defini
tieve zich schier ongemerkt io.h ..kcii
Vooral in de oerstc dagen der lijdelijke
beurs kwam er heel wat kijken; desondanks
is toen reeds getracht het ressort i
beurs ook tot de omliggende gemeenten uit
te breiden. Wat toen mot weinig succes be
kroond is, zal nu bij den nieuwen opzet ge
makkelijker bereikt worden en zoo zal de
AmersfoortscHe beurs, op haar beurt gedacht
als de kern voor 'n toekomstig b u r c a u
van maat sc hap pel ij ken arbeid, 'n
centrum worden van sociaal belang.
II. (Slot).
Het Londensche Strand Magazine heeft in
ziin nummer van Juli 1914, aan den vooravond
van de uitbarsting van den wereldsfrijd, waai-
van toen nog slechts de ingewijden wisten dat
Ui] aanstaande was, eene merkwaardige voor-
-sDeiling gebracht van de rol, die de duikboo-
ten bestemd waren in dezen oorlog te ver
vullen. Sir A. Conan Doyle, de bekende En-
geische schrijver, heeft daarin een toekomst
beeld geschetst \an den oorlog op zee. Hij be
schrijft daarin „hoe kapitein Sirius Engeland
bedwong" met slechts acht duikbooten en geeft
eene aangrijpende schildering van eene ge
beurtenis, op een haar gelijkende op een ge
val, dat weinige dagen geleden is voorgeko
men en waarvan de ontroerende indruk nog
natrilt in de gemoederen. Men leest daarin:
„Ieder zeeman moest op het eerste gezicht
den koning van den oceaan herkennen, wiens
witte reuzenromp, waarboven vier lichtgele,
torenhooge schoorsteenen uitstaken, de golven
ondanks zijn 45.000 tonnen inhoud, met het
gemak en de snelheid van een motorboot door
ploegde. Het was de Olympic van de White
Star-lijn. voorheen de grootste, altijd nog de
statigste en flinkste, een onder de windhonden
van de zeeToen de Olympic op ongeveer
viif zeemijlen afstand van onS was. doken wij
onder om het schip den weg af te snijden.
Miine berekening was juist. Toen wij tegen
over het schip waren, vuurden wij de torpe
do af. Wii troffen uitmuntend. De waterdruk
warrelt om ons heen. In de periskoop zag ik.
dat de Olympic zware slagziide had; ik wist
toen, dat het lot van het schip bezegeld was
De Olympic zonk met den boeg het eerst, en er
volgde eene vreeselijko ontploffing"
Men vindt hier precies weergegeven wat er
gebeurd is, als men voor de Olympic yan de
White Star lijn leest de Lusitania van do
Ccnardlijn. In het opschrift van het verhaal
moet men niet letterlijk blijven hangen aan het
cijfer van acht. Het Duitsche vlootbestuur
werkt met meer dan acht duikbooten; men
heeft reeds de U 39 hooren noemen en dat zal
wel niet de laatste zijn. Maar volkomen juist
is. dat de duikbooten het ageerende element
ziin in den zeeoorlog. Nu en dan hoort men
ook nog wel van het optreden van torpedoboo
ten en torpedojagers; maar in het algemeen
het juist, dat hoe grooteren omvang de ge
vechtseenheden hebben, des te bescheidener
de rol is, die zij ditmaal in den zeeoorlog ver
vullen. Van de zeekasteelen, de dreadnoughts
on superdreadnoughts, hoort men slechts ge
wagen, als er een door een vijandelijke duik
boot, of door het vijandelijke kustgeschul, of
door een ongeluk buiten gevecht gesteld wordt
of naar den bodem der zee verhuist.
Zoo illustreert dit verhaal met treffende
juistheid de groote omwenteling, die het jong
ste wapen, dat in den zeestrijd wordt ge
bruikt, gebracht heeft in de wijze van zee
oorlogvoering. Die omwenteling bepaalt zich
niet enkel tot de wijze van strijden. Hare
gevolgen doen zich op een veel uitgebrei
der gebied gelden, ook op het gebied
van het zeeoorlogsrecht. De Noorweegsche
hoogleeraar Gelsvik heeft dat uiteengezet in
een artikel, getiteld: „Volkenoorlog en volken
recht". waarin hij zegti
„In het volkenrecht, gelijk in het algemeen
in het recht, eischen nieuwe toestanden
nieuwe regelen, of wel de oude regelen moe
ten aan den nieuwen toestand aangepast wor
den. Daar men geene wetten kent, die over
souvereine staten macht uitoefenen, moeten de
nieuwe regelen op andere wijze tot stand
komen. In een oorlog zullen zij door de ge
woonte zich vormen- Men kan den tegenwoor-
digen zeeoorlogstoestand tusschen Engeland
en Duitschland als voorbeeld aanhalen. Enge
land bezit thans de heerschappij op zee, voor
zoover men te doen heeft met den „bovenzee-
oorlog." Het is dus in de gelegenheid, zich van
goederen van neutrale schepen te voorzien,
die op de vrije zee worden aangehouden. Zelfs
wanneer deze goederen voor een neutraal land
bestemd ziin en onder geene omstandigheden
als oorlogscontrabande kunnen worden aan
gemerkt. kan het zoo handelen. "Wanneer dan
Engeland eene behoorlijke of zelfs ruime be
taling geeft vcor de goederen, die het tot zich
genomen heeft, dan zal de neutrale eigenaar
van het goed zich in den regel niet beklagen
en evenmin de regeering van het neutrale
land, waaraan schip en goederen behooren.
Maar het is duidelijk: wanneer het ten bate
van Engeland ia, op deze wijze zich neutrale
goederen toe te eigenen, dan is dit tegelijk
Duitschlands schadew Want Duitschland is niet
in slaat op gelijke wijze zich van neutrale
goederen te voorzien. Vroeger moest een zee-
staat, die in dit opzicht de mindere is, zich in
de hierdoor ontstaande ongelijkheid schikken.
Thans echter hebben wij den „onderzee-oor
log", en daardoor ontstaat een nieuwe toe
stand. Een duikboot, hehoorende aan den staat,
die in den bovenzee-oorlog de mindere is, kan
nu revanche nemen op een neutraal schip, dat
een deel van zijne goederen aan den vijand
heeft uitgeleverd- Met andere woorden, een
neutraal schip met voor een neutraal land be
stemde neutrale lading mag er niet in berus
ten, -dat een deel \jui de lading in het Land
van den oorlogvoerenden tegenstander gelost
wordt cn daarmee dezen tea goodc komt."
Het geval van de Lusitania is anders dan
het hier bedoelde gevaL De Lusitania was niet
een neutraal schip, maar voer onder Engel-
sche vlag. De lading wordt gezegd voor een
deel oorlogscontrabande te zijn geweest, voor
een deel zelfs oorlogswaj>enen cn munitie.
Daarbij vervoerde de Lusitania niet alleen
goederen; zij had ook passagiers aan boord,
zelfs in groot aantal, behoorende tot verschil
lende natiën. Duitschland heeft tegenover dit
schip gehandeld alsof het door geen enkelen
regel van oorlogsrecht gebonden was. Daar
tegen is de regeering der Vereenigde Staten
opgekomen met de nota, die zij verleden Zater
dag te Berlijn heeft laten overhandigen. De
beleekenis van dezen stap is, dat daarmee
aanhangig gemaakt is de vraag, of het een
oorlogvoerenden vrijstaat zich over alle beper
kingen van het oorlogsrecht» heen te zetten
en of niet veeleer de weg moet zijn, dat men
tracht de regelen van het oorlogsrecht, dat
tot dusver gold, aan den nieuwen gestand,
die is ontstaan, aan te passen.
De oorlog.
B e r 1 ij n, 18 Mei. (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uit het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Ten noorden van Yperen aan het kanaal, bij
Steenstraet© en het Sas hcerschte gisteren
rust Op den oostelijken kanaaloevor, ten zuid
oosten van Boeainghe ontwikkelden zich op
sommige plaataea gevechten, cbie nog voortdu
ren.
Ten zuiden van Neuve Chapelle trachten
de Bngelschen gisteren en heden opnieuw
vruchteloos .verder grond te winnen. Alle aan
vallen werden onder sterke verliezen voor
den vijand afgewezen. Hernieuwde Fransche
aanvallen aan do Loreltohoogte bij Abhin en
ten westen van Souchez mislukten. 170 ge
vangenen bleven in onze handen.
Bij Ailly kwam de infanterieaanval tot stil
stand- Een Fransche aanval in het Bois le
Brêtro viel ineen in ons flankeerend vuur.
P a r t] s, 18 Mei. (Ilavas). Namiddagcom-
munlqué.
In België hebben de Duilschers, die door
de welgeslaagde aanvallen van de vonge da
gen bedreigd werden met eene volledige in
sluiting, in den nacht van den 16cu op den
17en de stellingen ontruimd, die zij nog bezet
ten ten westen van het Yserkanaal. Zij lieten
op het terrein achter omstreeks 2000 dooden
en een groot aantal geweren. De Franschen
behielden aan den anderen kant alles wat zij'
gewonnen hadden op den oostelijken oever, en
bevestigden de laatstelijk door hen verover
de stellingen. Gedurende den nacht beproef
den do Duitschers een bijzonder hevigan te
genaanval na een bombardement met kanon
nen en homwerpers; zij werden teruggesla
gen.
Ten noorden van La Bassée werden de
Britsche troepen zeer krachtig aangevallen.
Zij deden een tegenaanval in den nacht van
16 op 17 Moi en zetten krachtig den strijd
voort den 17em Mei overdag. Zij namen ver
scheidene Duitsche loopgraven en brachten
den vijand zeer zware verliezen toe. Een troep
van 700 Duilschers werd genomen tusschen
het vuur van do Engelsdhe mitrailleuses en
dat van hunne eigen artillerie en geheel uit
geroeid door ©en kruisvuur. De Britsche troe
pen maakten een duizendtal gevangenen en
namen twee mitrailleuses.
Een dikke mist heerschte den 17en den ge
heele® dag ten noorden van Alrecht en be
lette van weerszijden elke belangrijke actie
De 9trijd duurt niettemin zeer levendig voort.
Op den weg van Aix-Noulette naar Souchez
stuitten de Franschen dtoor hun vuur twee
nieuwe Duitsche tegenaanvallen. Op de hel
ling van Lorette wierpen de Franschen alle
Duitsche tegenaanvallen terug. Door eene
nachtelijke onderneming namen de Franschen
een groep huizen bij het kerkhof van Ablain.
Op het geheele front ten noorden van Alrecht
duurt do arlilleriestrijd dag en nacht voort
De Duitschere waren er bijzonder op uit
Alrecht le bombardeeren.
In Villc-au-Bois, bij Berry-au-Bac, vielen de
Franschen tot twee malen toe aan; de aan
vallen werden terstond gestuit.
Den 17en deden dc Franschen bij het aan
breken van den dag een aanval op het bosch
van Ailly; zij veroverden verscheidene Duit
sche werken, namen drie mitrailleuses en
maakten 250 gevangenen, waaronder verschei
dene officieren-
Het aantal niet-gewonde gevangenen, die
de Franschen Zondag maakten in het gevecht
van Ville-sur-Tourbe, is 350daar komen nog
50 gewonden bij aan den zoom van he t Bois
le Prêtre. waar twee Duitsche balaillons lot
drie malen toe uit hunne loopgraven trachtten
te komen. Het Fransche vuur liicld hen aan
stonds tegen.
P a r ij s, 18 Mei. (U.) Avondcommuniqu
De zonder ophouden sedert Maandagavon
vallende regen en dc dikke mist verhinderden
eiken strijd. Zelfs dc Uanonnadcs waren zwak.
Berlijn, 18 Mei. (\V. B.) Bericht van h i
opperste legerbestuur uit het groote hoofd-
kwartier van heden voormiddag.
Aan de Dubiss^, in de streek van Girrsgola,
zijn wddof krachtige vijandelijke aanvallen
afgewezen. Tegen dc zuidelijk vn dc Njcnteu
aangevoerd© Russische strijdkrachten traden
onjjc troepen aamvailand op in de ii> hllug
van GryszkaibudaSyntowly cn Sz.iki. Dc
gevechten duren nog voort. Gislorrli werden
1700 Russen gevangen geiacmcat. Ten noor
d-en van de Wysaka wierp onze cavuilerie
die van dien vijand taimg. Russische aanval
len op Maniampol mislukten
Op 't zuid-oostelijk oorlogslooneel bevechter
•de Duaftsclie en Oost-cuKrijksche troepen lei»
noorden van Precmysd den overgang ovor den
San van Jaroslaw tot de Wislok. Dc vijand
ging Mor verdien terug naar het oosten cn
noordooo-vlcn. Tusschen de Pilitza en de Bo
ven Weiclisel ,bij 11 za Lagow, ton zuidoosten
van Przcmybl on hi de streek van de StryJ
zijn sedert gisteren groote gevechten aan den
gang.
Ween en, 18 Moi. (W. li.) Officieel be
richt van heden middag.
De verbonden troepen hebben na verbitter
de gevechten op verscheid cue plaatsen de
San geforceerd, aan den oostelijken oever
van de rivier voet gekregen, dc tegenaan val
len van de Russen overal bloedig afgewezen
en den vijand in oostelijke richting terugge
worpen. Aan dc Bovcn-DnjesU* zijn hevige
gevechten gaande. In de Prulh-linic zijn geen
L.'zondere gebeurtenissen omgekomen. De
Russen zijn ten noorden van Kolomea terug
geslagen.
liet totale aantal van de in dc eerste bedt
van Moi ingeleverde gevangenen bedraagt
171.000 man. Hierbij komen nog 128 kanonnen
en 368 machinegeweren, die zijn buit ge
maakt.
Pellers burg, 18 Mei. ('fkl.-agc*ih.liap;.
Communiqué van don grootcn gcncralen staf.
Jai de streek van Cliaui bh..ven wij ><c Luil-
scliors met succes op dc hielen ziilien. In do
streek tusschen do Njemen cu den spoorweg
naai* Vorjbolovc onze troepen, die aun-
aband optreden, in gewekt nn.1 den vijand
in don sector tuosdiun Opa-luw en den lin
ker WcidhseJjoevcr en aan hol gek .ei front
van Gallcië tol aan die amaiiieken van Kolo
mea vielen den IGuii grooiv vijaaidfchjuc 'Iroc-
ponmassa's einze stellingen aan. Tol iiv' mid
delpunt van kunne poging ïr maakten zij de
slireelk «jen noorden on t<en zuiden van Przc-
niysi Links van de Weirir .i. :gen wij niet
alleen de woedende aanval in van den vijamt
lorugk maar, tot den tl overgaande,
maalkJKm wij onislrcoks 3000 gevarigejieu on
uasn-en verscheidene kanoi.n. t cn mil Ileu
ses.
Bij Jarosi-aw trachten de j) iu.u nder
zich t© sloren aan hunne t s.rbare ve.liezen,
zich De verneuken aaai den r nlor-ocver van
dc San. In dien loop van ,i dag w.ltkn wij
In de geschiedenis van alle yolken z\ i bla
den, welke men liefst zou willen uitscheuren.
duur
SÜPHUS BAUDITZ.
üit het Decuscn vertaald.
60
„Luister dan goed. Er zal een dezer dagen
een man komen uit het zuidoosten, wie durl
ik met zeggen, liier op liertestein en hij zal
den ouden jonker vragen oi nu zijn naam
heeft gezet onder een brief. Dat heeft de oude
jonker volstrekt niet gedaan, maar hij moet
toch de schuld op zich nemen, hij moet ja
antwoorden, begrijpt gij dat? Anders worden
en uw tante en de jonger ongelukkig."
„Maar wat is er <lan gebeurd?" vroeg Fanny,
die zoo getroffen werd door de overtuigende
manier van spreken van Anna Steffens, dat
zij geen oogenblik twijfelde of hetgeen zij
zeide was waar.
„Dat durf ik niet te zeggen, het is mij ook
niet recht duidelijk, maar waar is liet! Doe nu
xooals ik u zeg en bewerk dat de jonker zijn
handteekening niet ontken», dan is alles goed!
Goeden dag cn God beware uw mooi gelaat
voor al wat slecht is; gjj gelijkt op qyy moe
dert"
«Gij hebt mijn moeder immers gekend?''
„Ja, ik heb haar dikwijls gezien cn ook met
baar gesproken. Zij was lief voor de armen,
zij was jong en zfj was mooi, dat was haar
ongeluk!"
„Waarom?"- ontsnapte aan Fanny, maar in
hetzelfde oogenblik speet het haar die vraag
gedaan le hebben en zij was bang voor het
antwoord.
„Waarom? Omdat zij van iemand hield,
waarmede zij niet was getrouwd, dat was
hu ar eenige fout. maar zoo iets straft zichzelf
altijd. Ik heb in mijn jeugd hetzelfde gedaan,
maar toen ik trouwde met Steffens die van
mijn eigen volk was, prikte hij deze blauwe
slang in mijn arm, de slang beteekent een
S, en toen was ik aan hem gebonden, zoodat
kosten noch dominéé ons kon losmaken, want
het was de naam van Steffens dien ik bij mij
droeg. Met Steffens liep het slecht af; hij kon
niet meer dan een halven liter verdragen en
dan sloeg hij hard; ik moest hem aan ziin
eind helpen, zooals gij zeker wel hebt gehoord,
toen hij zoo erg onhebbelijk werd en ik kreeg
zelf den last daarvan. Och hemel ja, hij was
anders ccn goede man, 's morgens als hij nog
niet aan het drinken was geweest 1"
Fanny beefde toen zij haar zoo over den
doode hoorde spreken, maar Anna Steffens
lette er niet op en ging voort: „Nu verdwijn
iik, doe wat ik u gezegd heb, het 1? voor uw
eigen best!'
Anna Steffens ging; een oogenblik daarna
was zij -Verdwenen tusschen het riet aan het
meer, maar in Fanny's oogen was de Zigeu
nerin nu even romantisch als de grijze dame
zelf, en zij nam zich voor aan haar raad ge
hoor te geven.
Zoodra zij oona Heinrich zag, nam zij hem
apart, vorderde een belofte van geheimhou
ding en vroeg hem on) tegenover den onbe
kende, die komen zou, niet te ontkennen dat
liij het was, die het een of andere stuk had
enderteekend.
Maar oom Heinrich schrikte en was er niet
toe te bewegen; voor niets ter wereld wilde
noch durfde hij toegeven, dat hij... neen!
Hij had het immers niet gedaanI Het was
hem immers streng verboden I En wat zou
tante Rosa wel zeggen. Neen, daar kon geen
sprake van zijnl
Oom Heinrich werd zoo naar van de geheele
geschiedenis, dart hij vroeg naar bed ging en
dc kapitein hem niet kon spreken, toen hii
's avonds thuiskwam van de jacht
Den volgenden morgen scheen oom Hein
rich echter geheel veranderd. Onder den in
druk, maar waardig en deftig kwam hij met
de kofüe beneden, knikte bemoedigend tegen
Fanny en toen zij hem volstrekt niet 6cheen
te begrijpen, trok hij haar in een hoek, knip
oogde geheimzinnig en fluisterde: „Dat is een
ander geval, kind! Ik kon niet vermoeden dat
gij haai* boodschapper waart, maar nu begrijp
ik allesl''
„Wat scheelt Heinrich toch?" zeide tanto
Rosa later. „Hij wil niet uitgaan, want hii
zegt dat er bezoek komt. maar wie weet hii
niet, hij is zoo wonderlijk!"
En er kwam bezoek! Na het eten verscheen
Bro. Met gehuichelde deelneming en een
lange inleiding wilde hii met allen eerbied
en alleen voor den vorm vragen, natuurlijk
dacht hii het zelf geen oogenblik, of jonker
Heinrich zijn naam had gezet od een wissel
van duizend kronen en als
„Ja," antwoordde oom Heinrich uit de
hoogte, „mijn naam is mijn naam; die onder-
teekening Is de mijne."
„Wat zegt ai," riepen tante Rosa en Bro
beiden, de een woedend, de ander verschrikt.
„Die naam is de mijne!-' zeide oom Hein
rich.
„Dat is een leugen,'' schreeuwde Bro „De
onderteckening is valsch."
„Ja, natuurlijk, dat moet ze zijnl" riep tante
Rosa uit. „Heinrich heeft nooit kunnen
„Dae naam is de mijne!" herhaalde ooni
Heinrich. nog waardiger. „Is er nog meer?"
„Of er meer is!" brulde Bro, die nu volko
men het masker afwierp en er als een roof
dier uitzag. „Als ge het onderschrift erkent,
betaal dai>. Morgen zal de wissel gepresenteerd
worden!"
„En morgen zal het klaar liggen!" ant
woordde oom Heinrich.
„Bedelaar, hoe kunt gij...!"
„Gij zijt gek. Heinrich!' riep tante Rosa uit.
Bro nam zijn hoed, hij 'beefde van woede.
„Wij zullen elkander nader spreken," zeide
hij. „nu ken ik geen barmhartigheid 1"
Toen vloog hij de deur uit.
Tante Rosa was geheel verbijsterd, /ij kon
niet meer. „Arme oude Heinrich!" zuchtte zij,
..zwak van hoofd is hij altijd geweest, maar
nn is hij stapelgek geworden!"
Maar Fanny die zich door het mystieke voel
de aangetrokken, troostte haar tante, zeggen
de: „ik begrijp er niet meer van dan u, maar
ik geloof toch dat oom Heinrich de moeilijk
heden zal in orde brengen 1"
En dat deed hij met trots 1 Zoodra hij den
volgenden morgen aangekleed was, kwam hij
beneden met een oud samengevouwen perka
ment en gaf dat plechtig aan Fanny.
„Gij zijt haar vertrouwde." zeide hij, „gij
moet dus ook de papieren openen, ik bemoei
mil niet met geldzaken en dergelijke."
In hel perkament zaten dui/.eiKl kronen cit
toen in den loop van den (lag <ie wissel* werd
gepresenteerd, werd hij terstond betaald. Maar
net was onmogelijk eenige opheldering van
uoui Heinrich te krijgen en ten laatste schudde
tante Rosa het hoofd, tot licm zeggend:
„Of en zijt gek, beste Heinrich, oi gij zijl
wijzer dan wii allen ie zajncnl"
„Neen. iieve Rosa, antwoordde hij, „ik
ben niet wijzer dan gij, maar ik ben nu im
mers het iioofd der familie, dat moet gij niet
vergeten 1
En hiermede was tante Rosa ongeveer even
wijs als te voren.
Twee dagen later ontmoetten de kapitein
cn Kongsled eikander volgens afspraak bij
den ViheuveL
„Nu, lukte het?" vroeg Kongsted.
„Uitstekend f' antwoordde de kapitein.
„En hoe hebt gij dan gedaan?"
„Heel eenvoudig. Den eersten avond legde
ik, toen Heinrich sliep hij slaapt als een os
een papiertje op zijn nachttafel, waarop
stond: „Erken uw handteekening als cr een
man komt vragen of de onderteckening de
uwe is! Strikte geheimhouding! Het geld komt
morgen 1 Verbrand ditl" En den volgenden
dag. toen ik het bedrag van u had ontvangen,
pakte ik het geld in een oud stukje -erkameut
dat ik op de rommelkamer had gevonden
er waren daar eenige stapels documenten om
gevallen ik vond dat het op deze manier
ee«x plechtig aanzien hjkd en legde het toen
naaftt rijn bed. dat was jdlesl"-
Wordi vervolgt*
e