DE E EM LAN DER".
Dinsdag 25 Mei 1915.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
HERTESTEIN
N* 249
?3de Jaargang
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF Co#
ABONNEMENTSPRIJS:
Fer 8 maanden voor Amersfoort f l.OO.
Idem franco per post
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken)
Afzonderlijke nummers
Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op
Feestdagen.
JLdvertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie*
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
«.10.
0.05.
Zon- en
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DBR ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels.» f 0.50#
Elke regel meerO.IO
Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling.
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor bandol en bedrijf bestaan zeer voordeelige bepalingoil
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnoraont
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Politiek Overzicht
De intrede wan Italië in den
wereldstrijd.
De Pinksterdagen hebben ons de oorlogs
verklaring van itaüe aan Oostenrijk-IIongarije
gebracht. Dal is cLe eerste van de oorlogsver
klaringen, die inoelcn uitgaan, de beide an
deren, aan. Duilscliland en Turkije, zullen wei
dra volgen. Dan is de intrede van Italië in den
•wereldstrijd volbracht.
Het feit van de oorlogsverklaring kan na
tuurlijk geeuc verrassing meer opleveren; het
is het logische gevolg van geen was vooral-
begaan. Hoogstens kan men nieuwsgierig zijn
naar 41e wijze, waarop de verschillende oor
logsverklaringen worden gemotiveerd. Tast
bare redenen, die italic den onaf wijsharen
plicht opleggen 0111 aan de drie staten den oor
log aan te doen, beslaan niet. Voor zoover
Duilschland en Turkije betreft, kan dc reden
alleen zijn, dat zij de bondgenoolen zijn van
Uoslenrijlv-iiongarije. Dat verklaart ook waar
om die twee oorlogsverklaringen later komen;
eerst moet de oorlogstoestand tussclieu Italië
en Uoslennjk-ilongarije aanwezig zijn, voor
dat Italië aan Oostenrijks bondgenoolen den
oorlog kan aandoen.
Om van de Oosteiirijksclic oorlogszonden op
de hoogte te konieui, behoefden wij niet te wach
ten op uen tekst van üc oorlogsverklaring, die
Zondagnamiciuag in Weenen is overhandigd.
Wij keilden die reeds uit de nota van. 4 Mei.
waarop Italië zich in deze verklaring beroept.
Daarin heeU de ltaliaansehe regeering kennis
gegeven aan Ooslenrijk-iiongarije, dat hel
zijne uit het diicbphdverdrag voortvloeiende
verplichtingen heelt geschonden door ziin be
kend ultimatum aan Servië op 20 Juli 191-1»
zonder italic daarvan in kennis te stellen oi
zijn raad tot matiging aan te nemen. Het is
merkwaardig hoe langen lijd Italië noodig
heelt gehad om. tol de ontdekking te komen,
dat door cüi ultimatum het diiebondYerdrab
geschonden weid. In dc nota van 9 December
1914, het stuk waarmee de in liel itaiiaausche
Groenboek opgenomen verzameling geopend
wordt, vindt men daarvan voor 't eerst mel
ding gemaakt, en eerst den 4en Mei 1915 wordt
het aangevoerd als motief om de verhouding
vaji bondgenootschap te verbreken.
Verder gewaagt de noiu van 4 Mei van
„hardnekkige geruchten", die liepen over een
iussclien Oostenrijk en Rusland te sluiten af-
.kmdcrlijken vrede. Indien echter van zulk een
vrede met Rusland in ernst sprake was ge
vveest, dan zou daarin zeker bepaald zijn, dat
Oosten riik-Höïigarije Servië zou loslaten.
Daarmee zou elke aanleiding vour Italië ver
vallen zijn om in te grijpen ten behoeve van
Servic ol schadevergoeding te verlangen we
gens bcnadeeüng van zijne belangen aan den
Balkan door Oostenrijk-IIongarije. Die geruch
ten kan men dus terug verwijzen naar heiland
der fabelen, van waar zij afkomstig zijn.
Bij de behandeling van het wetsontwerp tot
bet verkenen van oorlogsvolmachleh aan dc
regeerihg, heeft in de Kamer de rapporteur
Boselli gezegd: liet oogenblik is gekomen om
onze aan dc onverloste landstreken gegeven
belofte tc vervullen.'' Maar daarvoor behoefde
Italic niet meer in den oorlog te gaan, nadal
liet van Ooslenrijk-Hongarije de toezegging
had ontvangen van den afstand van het Oos
tenrijksche gebied met eene Italiaansch spre
kende bevolking, terwijl Duitschland zicli borg
had verklaard voor de loyale uitvoering van
deze toezegging. Wat Italië verlangde in ziilie
nota van 11 April was: afstand van Trentino
op grond van de in het jaar 1811 vastgestelde
grenzen, d. L met inbegrip van het Duitsche
Bozen; eene grensverbetering ten gunste van
Italië aan de Isonzo, met inbegrip van Görz en
Gradisca en Monfalcone; verheffing van Triest
niet zijn tot aan dc Isonzogrens vooruitge-
bracht achterland met Capodistria en Pirano
tot een van Oostenrijk onaihankelijken vrij
staat; eindelijk afstand van de Curzoiari-
eilandengroep in de Adriatisclie zee, met Lissa
Lesina, Curzoia, Lagosta, Brazza en Meleda
Deze êisohen -omvallen heelvvat meer dan de
landstreken, op welker verlossing de bewe
ging van de Italia irredenta doelt.
De Secoio heelt tot verklaring, waarom dc
Oostenrijkschc voorstellen niet aannemelijk
waren, gezegd, dat die voorstellen niet hel
ltaliaansehe vraagstuk oplosten, de bepaling
van de geografische grens en de definitieve
veiligheid van het land, en <(at zij bovendien
te iaat waren gekomen. Italië wil niet om zijn
goed recht bedelen, maai maakt zich gereed
tul recht krachlens zijn vrijen wil en met de
wapenen door te zetten. De gehccie ltaliaan
sehe pers brengt varialiën op het lliema, da',
de oorlog door dc belangen van de eer eii de
toekomst van Italië onvermijdelijk is gewor
den en van den beginne al onafwijsbaar is ge-
weest, omdat de nationale eenheid de veilige
grens in het noordoosten verlangt, omdat Oos
tenrijk het Balkanevcnwicht bedreigde en de
gehccie toekomst van Italië op losse schroe
ven stelde, maar vooral wegens den drang van
het germanisme naar de Middcllandsche zee
en het oosten. De Gorriere della Sera schrijft:
..Dc overwinning van de centrale mogendhe
den zou de Middcllandsche zee onderdanig
aan hen gemaakt hebben en onze economische
toekomst in de Egcïs en Klein-Azië bedreigd
hebben. Zij hebben ons tien verdedigingsoor
log opgedrongen, maar nooit kan het tijdstip
voor ons gunstiger zijn don thans."
Het is dus voor zijne eer en zijne toekomst,
dal Italië zegt in den strijd tc gaan. Maar kei
zer Frans Jozef zegt in het manifest, dat hij
naar aanleiding van deze nieuwe oorlogsver
klaring aan zijne volken heeft gericht: „Wij
bedreigden Italië niet, braken zijn aanzien
niet af, tastten zijne eer en zijne belangen niet
aan." Ilct maakt een zonderlingen indruk, de
beide partijen de zelfde woorden te zien bezi
gen voor geheel verschillende begrippen. Ita
lic grijpt naar de wapenen, om zijne eer te
verdedigen, die Oostenrijk verklaart niet te
hebben geschonden. Hier hcerscht eene be
gripsverwarring. en de wapenen zullen moc-
Lcn beslissen welke opvatting van eer dc juiste
is, de ltaliaansehe of de Oostenrijksche. Maar
om de wapenen tol die beslissing te kunnen
aanroepen, heelt Italië eene handeling ver
richt, die de grijze Oostenrijksche monarch
brandmerkt in de woorden: „\Ta een bondge
nootschap van meer dan dertig jaren, waarin
het zijn landbezit uitbreiden en zich tot ecu
or.gcëvetóaarden bloei ontplooien kon, verliet
Italic ons in dc ure des gevaars en ging met
vliegende vaandels in het kamp van onze
vijanden over."
Niet alleen over de eer, ook over dc trouw
bestaat begripsverwarring. Duitschland heeft
met verbreking van internationale verdragen,
waaronder ook de handteeken - van den ver
tegenwoordiger van den "koning van Pruisen
stond, dc onzijdigheid van Belgic en van
Luxemburg geschonden. Wat Italië doet is nog
erger; het verklaart bet driebondverdrag van
onwaarde en onttrekt zich eigenmachtig aan
de verplichtingen, die dit verdrag liet oplegde,
om zich te kunnen aansluiten bij dc vijanden
van zijne vroegere bondgenooten. die tegen
dezen sedert tien maanden een oorlog voeren
op léven en dood- Naast dc Duilsclic trouw is
nu ook de ltaliaansehe trouw tot eene bespot
ting geworden.
De oorlog.
B e r 1 ij n, 2 4 Mei. (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uil hel groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Verscheidene nachtelijke aanvallen der En-
gelschen tusschen Neuve Chapclle en Given-
chy, alsmede dc aanvallen der Fransclien op
dc Noordelijke helling van de Lore He-hoogte,
bij Ablain en ten Noorden en ten Zuiden van
Neuville, werden onder zware verliezen voor
den vijand, die bovendien 151) gevangenen
verloren, afgeslagen.
Tusschen de Maas "en de Moezel duren de
arlillericgevechlen voort.
In het bosch van Le Prètre lellen de Fran-
schen bij hun hernieuwden vruehleloozen. aan
val. verliezen.
P ar ij s, 2 4 Mc i. (Havas.) Nuniiddag-
communi-qué.
Op verscheiden© fronten tusschen Steen-
ut ra etc cu Y peren hebben de Duiltschers aan-
iep gedaan, na eersL gebruik te hebben ge
maakt van verstikkende gassen; deze aanval
len werden evenwel afgeslagen.
Hot Britsche leger slaagde er in vooruit
te komen ten O. van Fesiubert,
In de streek ten N. van Atrecht werd ge
durende den dag van 23 Mei (Zondag) en den
ficheelea nacht vafti bondag op Maandag op
enkel© punten mei de uiterste verbittering ge
streden. Do Fnanschen maakten 120 gevange
nen.
Ten N.-O. van de kapel van Notre Dame
de Lcurette zijn de Fnanschen verscheidene
honderden nieters vooruitgekomen.
Ten noorden van Neuville-Saint-Vaest heb
ben de Franschon een reeks loopgraven op
dc Duitsokers veroverd en bereikten zij den
weg ten N. van het dorp. Buitendien hebben
dc Franschen opnieuw oen groep huizen van
het dor]) zelf ill handen gekregen.
Do Duitschers deden Verschillende tegen
aanvallen, welke door liet Fransche vuur wer
den teruggeslagen. De nadere bijzonderheden,
di.e zijn ontvangen, doen dc uitgebreidheid
uitkomen van dc nederlaag, die in deze streek
geleden is door de Dui'lselnrs in den avond
van den 22cn cn den nacht van 22 op 23 Mei.
Ondanks de belangrijke versterkingen, die iu
allerijl werden aangevoerd, mislukten dc twee
tot driemalen herhaalde aanvallen van dc
Dui'tsühers volledig niet groote verliezen.
Van de rest van hel front wordt niets ge
méld. De Duilschers wierpen drie bonnnen
op do open stad Cliaiteau-Tliieny.
Avond-communiqué.
De Engelsche aanvallen ten noorden van
La Bassee>liepen uit op het maken van nieuwe
vorderingen. Ten noorden van Neuville be
proefden de Duilschers een grooten aanval,
die door onze artillerie werd gestuit onder
het toebrengen van zware verliezen. D© na
dere berichten bevestigen het gcwiiclit van
ons succes van gisteren. Ten noordoosten van
Lorotte vernielden wij in een verwoeden ba-
jonetaanyaJ de Duitsche tegenstanders cn na
men machinegeweren
Londen, 24 Mei. (R.) Maarschalk French
bericht, dat onze kanonnen heden drie Duit
sche batterijen tol zwijgen hebben gebracht.
Een batterij werd vernield door recklstreek-
scka schoten.
Ten oosten van Yperen ontwikkelden de
Duilschers vroeg 111 den morgen infanlerie-
aanvallen onder dekking van vergiftig gas.
Tegelijk vuurde hunne artillerie met stikbom-
men. Onze troepen waren genoodzaakt eenige
loopgraven te ontruimen. De vijand drong in
onze linie op twee of drie plaatsen. Het ge
vecht duurt voort on een deel van de oor
spronkelijke linie is hernomen.
B e r 1 ij n, 2 4 Mei (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uil het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Op het oostelijke en zuidoostelijke oorlogs-
tooncel is de toestand onveranderd.
W e e n e n, 2 4 M e i. (WB.) Officieel wordt
bekend gemaakt d.d. 24 Mei 's middags: Op
het noordoostelijk oorlogst err «in is de alge
meen© toestand in hoofdzaak onveranderd.
De gevechten in Midden-Galicië clurcn voort.
In dc gevechten der laatste dagen werden in
het bergland van Kielce totaal 30 officieren
en 6300 man gevangen genomen.
Petersburg, 23 Mei. (Tei.-agcsn>üscka<p).
Communique van den gnooten generajksn staf.
In de streek van S&awtè bdhoudt de vijand
slfceeds eene krachtig versterkte stelling bij
Bulbia Aanzienlijke vijandelijke strijdkrach
ten, diic bij Rossoony overgingen op den lin
keroever van de Dubissa* zijn teruggedreven
naar de ovtfrzijdb van. dc rivier. Op het Na
re vv-ftron,t onderdirukskeii wij in het Pisadal
eene vijandelijke aantvulspogaig.
Aan den liufloor Weidhseloevcir tracht de
vijfaud, ..gesteund dooa een krachtig artillerie
vuur, in de laolöfe dagen vruchteloos onze
piketten cimig tie drijven, dtic zich handhaven
op den linkeroever van d-e Rawka. Ten zuiden
van d)e Pililza, in dc stroeik van Klimonlow,
beproefde de vijand eeai offensief. Door een
kracbLigen tegenaanval dreven wij hem terug;
wiij maakten daarbij moer dan 1000 (gevange
nen cn namen vier mitrailleuses.
In Galicië ging de vijand algemeen over tol
h^t defensief. De actieve operation namen bo
venal het karakter van tegenaan va Ikm aan.
Tusschen dc Weiclis&l en Praemysl vorder
den wij een weinig op den -liniker-oevor van
d)e Beneden-San; wij sloegen vier vijandelijke
legonaomvallen af in dj streek van Rudnik
Ten noordoosten van de Sumawa verdlneven
wij don vijand uiii hat dorp Do bra. Wij sloe
gen met succes in den naciui! vin don 22en
üuóJLschc tcgcnaanvidön terug op 'het front
MalcovviskaWiitiiin. Tusschien Przemysl' tin het
groote DnjcsLr-moeras zc'olc de vijand' den
2fen zijne vruch'Leloozc pogingen voort om ons
front- tusschen ihcit dorip Gnnssakow—Krukciilca
hi to drukken. In den nacht van den 22en
ondernamen onze 'troepen tien offonsicï aan
dc dticht bij dem DrnjcsIr gelegen stlreek; den
vijwiad ciitchl opdlitiiiugend'ö, ïiamoii zaj 9C0 ge
vangenen en vier nhtraiIleuses.
Op het front aan den todtoUar Dm.jc0.lr-0cm
werd in db stuvjelk van Sóonsko dn deai loop
van dën 2Ion ccm hardnekkig gevecht gele
N\>rd. Dc vijand kwam Verscheidene malen tol
bij onze looptgnavon, maai* wij wierpen hem
tclkonsi Itiing door ons vuur en onze tegen-
aaaivailleni. llior maakten wij 17 officieren er
040 soldaten gevangen cn namen miürailleu
ses.
Van Dolima 'lob Kolomea was een hevig ar
tillerievuur.
Petersburg, 24 Mei. (Tel.-agentschap)
Communiqué van den grootcn gcneralen staf.
In de streek van Chavli bezetten onze 'roe
pen over eene aanzienlijke uitgestrektheid dc
linie van dc rivieren Yendava. Yenta en Du-
Ihssa. Op den benedenloop van de Dubissa
vorderde 011s fi*ont belangrijk naar het westen
In Goilicic dwongen wij «den wjand door tc-
geuaanvallcn om op bijna het geheele front
gaandeweg tot hel defensief over tc gaaa, be
halve iu eenige sectoren bij Yarkhol, l'od-
volin en Gussakow, waar dc vijand zonder
succes U achtte ons aan tc vallen.
liet offensief, dat wij in den nacht van den
22en langs den linker Dnjcstroever ndci na
men, ontwikkelde zich den volgenden morgen
met groot succes ondanks de tegenaanvallen
van den vijand. Wij namen 11a een gevecht üe
dorpen Oud- cn Nieuw-Burlschitz cn dc dor.
pen Tsjesnikhow, Valovovo en een gedeelte
win hot dorp Ostruwc. I11 den loop van den
dag maakten wij meer dan 2200 gevangenen
met 10 officieren. Wij namen verscheidene
tientallen mitrailleuses cu een overvloed'gen
oorlogsbuit.
In de streek over de Dnjestr is liet rustig,
behalve tusschen Tsjolsjwa cn Lomnilza, waar
de vijand in den nacht van den 23cn cjnt»
\TUchtelooze poging deed om ons aan 11
vallen.
Weenen, 3» M e 1. (Corr. bureau)
De lialiaauseue ambassadeur Avar-
11a tieeti ia üeu nainlüua; <leu 311-
uister van Buiieuluuilscbc Zak.cn
Burian cle oorlogsverklaring over-
liandigd,
Woenc 11, 23 Me(Conr.-imreoiu.) De
ltaliaansehe ambassadeur hertog van Avurna
heeft heden namiddag aaji den minister var
buitenlaiidsche zaken Burian dc volgende oor-
iogs\erklaring overhandigd:
Weenen, 23 Mei 1915. In over
eenstemming met de hevelen van Zijne Ma
jesteit den kond lig, mijn verheven souverein,
heeft dc oiidergeteekcndc ambassadour van
Italië de eer aan Zijne Excellentie den minis
ter van buitcnlandschc zaken van Oostenrijk
Hongarije de volgende mcdedeeling tc doen:
Reeds dein len van deze maand is aan do
keizerlijke en koninklijke regoering verkla
ring gedaan vaai de ernstige redenen, waaroin
Italië, vca'lioaiwonde op zijn goed decht, als
vernietigd cn van nu af zonder effect ver
klaard zijn door de keizerlijke en koninklijke
regoering geschonden verdrag van bondge
nootschap mot Oosterurijk-Ilorigarij© en zij no
volkomen vrijheid van handelen té dien aan
zien hernam. De rogeeriing van den koning,
vasl besloten om door alle middelen waar*
over hij beschikt, le voorzien in dc bescher
ming van do Ilaliaaivsche roc-hlen en belan
gen, kan niet met zijn plicht in gebreke l)Lij-
von om tegen iedere tegenwoordige 011 toe
komstige bedreiging de maatregelen tc nemen,
door
SOP H USB AUDIT Z.
Uit het Deensch vertaald.
64
„Hel is volkomen zeker. Er li«t ^oud in den
plas verborgen, de vraag is maar om het naar
boven te krijgen. Weet gij wal de smid zegt'.'
„Neen, maar hij zegt zooveei!"
„Hij zegt dat als men maar een magneet
had die goud kon aantrekken, in plaats van
ijzer, dan zou het wel lukken."
„Dat zou wel aardig zijn; maar waar krijgt
men er zoo een vandaan?"
„De meester zegt dal die soort van magne
ten ndet in den handel zijn."
„Dal is jammer 1 Weet de jonker wat ik
vind?'
„Neen, Andrics, dat weet ik nietl"
•Jk vind 'dakjde jonker werk moest maken
/an een der freules op Skoosgaard. Dat is in
uw stand, zij zijn goed opgevoed en hebben
wat in dc melk te brokken."
„Zou ik werk moeten maken van de freules,
An dries?
„Ja, van één van haar natuurlijk, -dan be
hoefde de jonker geen vet op zijn boterham
te eten F
„Hm. ja. ik geloof toch dat ik daar gfstn lust
1q heb. Zij pralen mij te veel, Andriea."
„Och. kom, daar behoeft men niet paar te
luisteren."
„Dat is wel mogelijk, maar Maren Kielsei.
zegt niet yccI en dal is zoo aangenaam. Nu
wil ik mijn denkuur gebruiken 0111 le over
wegen wat wij gesproken hebben. Dag A11-
driest"
„Dag mijnheer de jonker."
De jonker ging naar binnen cn Andries ros
kamde verder, maar toen de binnenmeid kort
daarna voorbij den stal kwam, zeide hij. „Hei
is meestal onzin wat jonker Heinrich zegt,
maar hij denkt toch veel na over dingen, die
een ander niet in de gedachten komen, liii
is niet zoo dein als zij zeggen! En het ros
kammen gaal zoo preltjg als hij aan een stuk
doorpraat. De paarden kennen hem ook zoo
goed, zelfs de vosmerrie dan van Rcgulus ge
vallen en zoo kittelig is, staat stil zoo Jang ot
mond van den jonker gaat en dat doet hij
meestal, den htnicl zij dank! Dag Stine."^
Fanny zat binnen te lezen; zij had zjch in
den laatsten tijd op de oude literatuur ge
worpen, die was immers nieuw voor haar.
Tante Rosa kwam bij Jvaar en Fanny keek-
van liet boek op.
„Is de wereld werkelijk zoo licht en schoon
als zij in de oude boeken beschreven wordt",
zeide zij.
„Neen, niet volkomen zoo goed", antwoord
de tante Ros?», „maar zij is beter dan dc nieuwe
boeken vertellen."
Er volgde een stilte.
Kort daarop zeide Fanny „Ik weet niet hoe
ik hel heb, tante Rosa. Somtijds hen ik zoo
treurig, zoo treurig en ik ben volstrekt geen
baas over mijn gedachten, zij overmeesteren
mij en ik weet niet waarheen zij mij voeren.
Maar toch is het alsof er achter al dal ver
driet iets was. waarover ik zoo blij ben. maar
ik weet zeil' niet wat hel is, en ik weet ook
niet of Jiet iels is dat gebeurd of dat gebeu
ren zal. Tante Rosa, weet gij wal ik somtijds
vind? Ik vind dal ik een heel ander wezen
bun uit ondenkJuuir oiult lijden, dat piotsciing
is ontwaakt; de nicnseheu zijn in tusschen
overal christenen geworden, maar mij heeft
men vergieten, en hel gaat mij als hel vvalcr-
spoolc dut in den vloed zal te schreien, omdat
het niet zalig kon worden."
„Het waterspook', herhaalde tante Rosa.
„Daar heb ik nooit van gehoord!"
„Hel is immers een sprookje, tante Rosa!"
„Zoo bedoel jij dat, maar jij bent locli niet
uil een sprookje?"
„Ja, dd ben ik wel, tante Rosa, ik ben van
den wilden plas!" liet goede en het kwade
strijdt in mij, maar ik wil zoo graag goecl ziin.
De klokken van de vele kerken in Je buurt
luiden over den plas waar ik heb geslapen m
zij roepen mij cn ik wil zoo gaarne de roep
stem volgen, maar ik kan niet, ik ben aan den
plas gebonden, aan den lieidensahcn bodem.
„Zoo moet je niet spreken Fanny! "Wij men-
sciicn zijn wel aan de aarde gebonden, maar
wij hebben toch den hemel boven ons!"
„Och ja, lanlc Rosa, dat hebben wij, maar
liel is zoo ver lot don Jiemel en gij kunt niet
begrijpen hoe ik mij hier gebonden voel aan
Ilertestein en aan allo wat bij Ilerlestcin
hoort, aan de hoeve cn de bossdien, liet meer
en de nonnenheuvels, 0111 niet Le spreken vau
den wilden plas. W ij hooren bij elkander, dat
alles cn ik, zooals de Diyade en haar boom;
ik sterf ook als ik van Ilertestein moet schei
den 1"
Tante Rosa zuchtte. „Och hemel, lieve Fan
ny", zeide zij bedroefd, „als mijn oud hart
niet breektfindien wij van Ilertestein moeten
scheiden, dan houdt jouw jong hart het zeker
uil I"
..Maar is hel werkeliik mogeliik dat
„Ja ongelukkig genoeg, het is meer dan
mogelijk, want ik zie geen redding: met den
Decern her-termijn dan
„Och die akelige termijnen, zij maken u
«^.llijd zoo treurig! maar kan er dan nog niet..."
„Neen, 1111 is het tc iaat!"
„lioezoo?'
„Ja, lieve Fanny, als graaf Christiaan ver
leden niet was weggereden
„Maar tante Rosa!" riep Fanny driftig uit.
„Zoual gii Ycrlanqc-11 dat ik een man trouwde
dien ik niet liefheb! Als ik iemand lief krijg,
dan moet lnj sterker zijn dan ik zelf, iemand
wiens.overmacht ik voel en dat is met den
armen graal Christiaan niet hel geval. Het was
immers ook in <iien nacht dat mijn moeder
of gclooit gij dat hel toevallig was! Toevallig,
dal ik haar purlrct achter al de oude papiu-
ren vond. neen! Stel u voor dat ik la gezegd
had tol Graaf Christiaan. en dat ik dan later
den andere, den sterke ontmoette en hem
lief kreeg, wat dan? Dan had de familie ook
üc herinnering aan mij in den ouden koepel
opgesloten en de deur dicht gespijkerd."
Tanle Rosa kreeg een schok bij de laatste
woorden, maar zij antwoordde kalm: „Als
men getrouwd is en verbonden aan een man
wiens naam men draagt, dan ontmoet men
geen ander!"
„Neen, niet als men zijn naam in een
blauwe slang op den arm draagtl" zeide Fan
ny met een zwakken glimlach.
„Wat wil dat zeggen?"
„Och niets, hel is maar iels dal ik gehoord
heb. Ga maar voort, tante Rosa."
„Voortgaan, er is eigenlijk niet meer, liev»-
Fanny. Met den December-termijn moet cr
geld zijn, veel veel geld en Bro heeft..."
..Ja. maar si' zult zien -dat het terecht komt.
4
tante Rosa; ik kan Ilertestein niet verliezen»
ik kan het mij niet voorstellen!"
„Och, lieve hemel, kind, jij spreekt evenals
oom Heinrich, die oude stumper! Weet jij
waarlijk niet, hoe het in die dagen toeging;
het was immers aan jou dal hij het geld over
handigde."
„Ik weet niet meer dan u", antwoordde
Fanny, die hot gesprek met Anna Sleffcns
niet durfde verraden, „maar inij hindert het
ook, niet te weten wia..."
„W as er ecu couvert om het geld?"
„Neen geen couvert, alleen een oud stuk
stijf papier."
„Maar dat zou misschien toch eenige op
heldering Jiunren geven, heb jij het?"
„Ja, ik bewaarde het, omdat er een groot
rood lak op was. Maar overigens is er niets
merkwaardigs aan dat papier, ik heb cr in
gekeken, het is iels juridisch."
Toe, haal het toch maar eens, het zou mij
pleizirr doen het le zien!"
Nadat tante Rosa den hoornenbril op haar
groetten neus had gezet en zorgvuldig het
saam ge vouw en perkament liad 'bestudeerd,
dat Fanny lraai had gebracht, keek zij op en
zeide nadenkend:
„Lieve hemel, <lat het toch gevonden moest
worden!"
„Wat is het dan, tante Rosa?"
„Het is zoowaar het testament, waarbij Pre-
ben Porsberg, Hcrlcslcin vermaakt aan Iver
II6 ib roil"
Wordt vervolgd