^3"" Jaargang. IIFI 1 |k« Jr. J Ig „DE E EM LAN DER". Dinsdag 15 Juni 1915. BUITENLAND. FEUILLETON. N° 267 Mm mm Uitgevers: VALKHOPP 6 Co. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I. Intercomm. Telefoonnummer 66. Politiek Overzicht De nieuwe Lusatania-nota. r WEÊÈr Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURO. ABONNEMENTSPRIJS: 'fcer 8 maanden voor Amersfoort f 1.06» Idem franco per post 44 Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10. 1 Afzonderlijke nummors 0.05# Deze Courant verschijnt dagelijks, behalve op Zon- en Feestdagen. Advertentiën gelieve men liefBt vóór 11 uur, famtlie- advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. PRIJS DER ADVERT ENT IËN: f 0.50. O.IO Van 15 regels.. Elke regel meer Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling; Groote lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zoor voordoelige bepalingen tot het herhaald adverteeron in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. II. (SlotJ. De no la van ld Juni nooiLigt aan liet einde yan haar betoog, dal het eenc onjuiste opvat ting is, dat de Lusutania in hel wezen der «aak ais hulpschip van de Lngeische oorlogs vloot heell gediend, de Duitsche regeering uit om, als zij meent overtuigende bewijzen te bezitten, dail de Amerikaanscne ambtenaren hun plicht in het geval van ue Lusilama niet volledig hebben vervuld, haar bewijsmateriaal over te ieggeu, opdait hel kunne worden on derzocht. Dc gelegenheid om haar standpunt te rechtvaardigen, ais zij dat kan, wordt -dus aan de DuAlscne regeering gegeven. Maair levens wordt er nadruk op gelegd, dat dit a oor de hoofdzaak, waarom hei hier gaat, Yan geen belang is. Wal er ook waar moge zijn van de beweringen aer Duitsche regeering over hel vervoer van oorlogscontra- bande aan boord van de LusiLarua oi van de ontpioiiiJig Aan -du materiaal door het tor- peüosehol, die beweringen beteeaonen mets voor de vraag der weiaigncid van de door de Duitsche marine-aulotrneilen bij het in den grond boren van hefsemp aangewende me- thodc. e liooidzaak buijit, ual een groot sj.p, dat in de eerste plaats en bij voor- ..r oreiide voor hot ver\oer van passagiers en meer uan lbUü meaiscnen vervoerde, die geen deel aan de ooilogvoering nauden, ge torpedeerd en in den gronu geboord is zonder de geringste aanzegging oi waar schuwing, en dal mannen, vrouwen en .kinderen onder omstanUigneden, waarvoor in de moderne oorlogvoering geen voornecid besiaat, 111 den nood gezonden werden. l)e nota wijst opnieuw mei piecniagen nadruk op de zware veranlwoorueujauieid, die de Duitsche regeering uaarüoor op zien neelt ge- iaden. Slecht feitelijk verzet tegen de aanhou ding of de weigering om ie sloppen, wanneer daartoe bevel was gegeven ten oeiioeve van de visitatie, had den commandant van de duikboot hel recht kunnen geven, het leven van de menschen aan booid in gevaar te brengen. De regeering der Vereciugue Stalen geiooit niet, dat tie Duitsche regeernig in twij fel trekt de rechten van AmeriKaansche scheepseigenaars of van Amermaauiscne bur gers, (lie zich op geoorloofde reizen ais pas sagiers aan boord van handelsschepen van een oorlogvoerenden staal bevinden. Zij ge looft ook, dal de Duitsche regeering ais bui ten twijïcd slaande het beginsel aanneemt, dat de levens van ïiiel-slrijuenden naar wet en recht niel gevaar' mogen worden georacht door hel kapen of vermeien van een nandels- schip, dat geen tegenstand hiedt, en dal de Duiiscüe regeering de vei piicnüng erkent om de noodige voorzichugheiu aan te wmiden bij het onderzoek tot vaststelling of een verdacht handelsschip feitelijk benoort aan eene oor logvoerende natie oi wemeiijk oorlogsconlra- bande onder neutrale vlag vervoert. De regee ring der Vereenigde Staun druai daarom de verwachting uit, dat de Duitsche regeering de noooige maatregelen zal nemen om deze be ginselen len aanzien van de beyeiuiging van Amerukaansche levens en AmeriKaansche schepen le verwezenlijken en verzoekt om de toezegging, dat dit zal geschieden. In de nota wordt een beroep gedaan op de instructie», die de Duitsche admiraliteit den 3en Augustus 1914 aan hare zeeofficieren heeft gegeven. Die instruction bewijzen, dat in het begin van den oorlog door het Duitsche ma- rinebesluur de beginselen van zeeoorlogs- rechl werden erkend en toegepast, waarvoor de Amerikaansche regcering thans in naam Yan de menschelijkheid opkomt. Daarin is later verandering gekomen. Engeland heeft van het feit der de niet-bekrachliging van de internationale regeling van zeeoorlogsrccht, (lie in de declaratie van Londen is opgeno men, partij getrokken om zich te onttrekken aan de naleving van sommige rechtsregelen, die hinderlijk waren voor zijne vrijheid van beweging. Het heeft eerste levensbehoeften tot ooniogscontraban.de "verklaard en daarmee zich van Duitsche zijde hel verwijt op den hals gehaald, dat hel een hongerooriog voert tegen de Duitsche vrouwen en kinderen. Duiitscliland heelt het niet bij klachten en ver wijten gelalen; het heeft dit argument van den hongerooïlog gebruikt om zich een vrijbrief toe te kennen om zijnerzijds alle regelen van oorlogsrecht op zijde te zetten, die het zouden beletten den zeeoorlog te voeren op de meesL afdoende wijze en daarin van de wapenen der moderne oorlogstechniek hel grootst mogelijke nuttige gebruik te maken. Zoo zijn wij in den toestand gekomen, waarin wij ons nu bevin den en dagelijks de gevolgen ondervin den en waarvan de Lusitania-ramp slechts eene buitengewoon treffende illustratie levert. De regeering der Vereenigde Stalen heeft daartegen ditmaal niet voor het eerst hare slem verheven. Zij -heeft vroeger reeds hare goede diensten aangeboden om te trachten de Duitsche en Engelsche regeeringen te brengen lot een overleg over eene wijziging van den aard en de voorwaarden van den zee oorlog. Dit aanbod wordt in de nota van 10 Juni herhaald, waarin wordt gezegd: „Dc re geering der Vereenigde Stalen zou het als een voorrecht beschouwen, op deze wijze aan hare vrienden en aan de wereld een dienst te kun nen bewijzen. Zij is ten allen tijde bereid, aan ieder van ue beide regeeringen aanwijzingen ol aansporingen over te brengen, die de an der wenscht overgebracht te zien, en noodigt de Duitsche regeering hartelijk uit, van hare diensten 111 deze richting naar goeddunken gebruik le maken.'* Nu is de vraag: Zal deze herhaalde aanbie ding iets uitwerken? Hel is raadzaam daar van ggpne ai le groote verwachtingen te koes teren. Maar gentel hopeloos slaat ue zaak toch niet. De omstandigheden zijn nu anders dan in Februari, toen de duihoootooriog is be gonnen. Het gevaar van den hongerooriog, dal uoor Duilschland als reden voor zijne handel wijze steeds op den voorgrond is gesteld, kan ais voor goed geweken beschouwd worden. De voorraad voedingsmiddelen in Duitsch- land is niet alleen voldoende tot den aan staanden oogstmen zal zelis het nieuwe jaar ingaan met eene fhnke reserve, zoodat net product van den nieuwen oogst eerst einde September oi begin October zal behoeven tc worden aangesproken. Aan den anderen kant heeft Engeland een eerste bewijs gegeven, uat de .onverzoenlijke stemming er aan i luwen is. Het voorschrill over de aizonderlijke- behan deling van Duitsche krijgsgevangenen, die van duikboolcn afkomstig zijn, is ingetrokken; er zal geen onderscheid meer gemaakt worden tusschen hen en gewone krijgsgevangenen. Dat zijn teekenen, die, al moeten zij niet wor den overschat, toch eenigc hoop doen opko men. In ieder geval laat, volgens de bijna al gemeen in DuitsdfiJand heerschende opvat ting, de nota van-10 Juni ruimte voor voort zetting van het overleg tusschen dc regeorin- gen te Berlijn en Washingtonde vrees, dal deze nota tot eene verscherping van de ver houding zou moeten leiden, kan als ongegrond ter zijde worden gesteld. De coHog, Berlijn, 14 Juni. (W. B.) Bericht van hel opperste legerbestuur uit hel groote hoofd kwartier van heden voormiddag. Aan het kont tusschen Liévin cn Alreclit leden de Franschcn eene zware nederlaag. Nadat in den loop van den dag dc meermalen voor den aanval opgestelde slormcolonnes door ons artillerievuur verdreven waren, be gon de vijand in den avond twee krachtige aanvallen in dichte liniên legen onze stellingen aan beide zijden van de Lorello-hoogle en aan Jiet kont Nêuville—Röelincourt. Dc vijand werd overal onder zware verliezen terugge worpen. Alle stellingen zijn geheel in ons be zit gebleven. Zwakkere aanvallen van den Vijand aan hel Yserkanaal zijn afgeslagen. Ten zuiden van Iicbuterne leidden infanterie-geveclitcn tot geen noemenswaard resultaat. Aanvallen tegen de door or.s veroverde stel lingen in Champagne; werden in de kiem ver stikt. P a r ij s14 Juni. (Ha vos). Namiddag- communiiiué. De Belgische troepen brachten een Lalaillon op den ooslehjken oever Yan de Yser ten zui den van de spoorwegbrug bij Dixmuiden; zij organiseerden zich on hot se-wonnen terrein en vernielden een vijandelijk blokhuis. In den sector ten noorden van Atrecht waren hevige artillerie-gevechten. In den namiddag van den 13en vielen de Franschcn den hcu- velkam aan, gelegen ten noorden van dc sui kerfabriek van Souchez. zwaar versterkt door de Duilschers, en vestigden zioh daar. Ver scheidene infantcrie-acliën begonnen tegen het einde van den dag. Een bracht de Fraiischen in het bezit van een Duitsch werk ten oosten van Lorettc; een ander deed hen onder een lievig bombardement een gedeelte verliezen van rle in den namiddag teil noorden van do sui kerfabriek van Souchez veroverde loopgra ven. De Franschen vielen in den morgen van 13 Juni teil zuidoosten van Hobuterne de Duitsche loopgraven in de buurt van den weg van Serre naar Maillv-Maillet aan. De Fransche infan terie viel in één stormloop drie vijandelijke liniën aan; zij bereikte haar doel en maakte meer dan honderd gevangenen, behoorende tot vier verschillende regimenten, waaronder het 170c. Gevangenen verklaarden, dal in den loop van dc laatste dagen dc Franschcn zeer zware verliezen toebrachten aan de Duitsche troepen; sommige voor den tegenaanval sa mengestelde eenheden werden terstond na hunne vorming vernietigd. In den verderen loop van den da i beproefden de Duilschers een tegenaanval, dien de Franschen aanstonds stuitten. Dc Fransche artillerie verwekte in Puisieux zeer zware ontplofiingen, gevolgd door brand en door eene paniek, die de Franschcn nog door hun schieten verergerden. De Duilschers trachtten de loopgraven te hernemen, die de Franschen hadden veroverd ten zuiden van de iioisteide Queimevières, oostelijk van Tra- cy-le-Mont; zij werden volkomen terug gesla gen en bii hunne vervolging kwamen de Fran schen vooruit. Soissons is gebombardeerd met 110 grana ten. Parijs, 14 Juni. (R.) Avond-communi qué. Duitsche aanvallen ten noorden van Atrecht en zuidoostelijk va a Hebuterne werden terug geslagen. Wij brachten in Lotharingen onze linién vooruit, waar onze vorderingen in den sector Embcrmcnil—Parroy zonder onderbreking doorgaan» P a r ij s14 Juni. (Havas). De militaire medewerker van de Bernsche Bund schrijft over de laatste offensieve Fransche operaliën: De uitkomsten, die de Franschen krijgen, over treffen alles wat zij tot dusver verworven heb beu. Dal komt ccnerzijds hiervan, dat de Duil schers verzwakt zijn ten behoeve van hunne groote actie op het oostelijke oorlogstooneel, en anderzijds omdat de Franschen thans de hoogste militaire eigenschappen aan den dag leggen, meer nog dan vroeger. Zij houden nu Souchez en de hellingen van den gehcclcn Loretto-heuvel nauw ingesloten en tiachten over de wegen BéthuneSouchez en Souchez —Atrecht heen te komen, om Souchez te over vleugelen, zoouls zij reeds Ablain, Nazaire en Carency overvleugeld hebben. Hun succes in Quennevièrês is ook verkregen door eene voor bereiding door artillerie van verscheidene dagen. De Duilschers lijden zware verliezen. Petersburg, 13 Juni. (Tel.-agentschap), Communiqué van den grooten gcneralen staf. Den 12cn werden op het gcheele front van de Vendava-, Venta- en Dubissa-riviercn de woedende strijd voortgezet De Duitsche pogin gen verplaatsten zich naar den noordelijk van Szuwli gelegen, sector van het front In de Trans-Xjemenstreek begon de vijand denzelfden dag een aanval op onze stellingen leu oosten van Mariampol. Aan het Narew- front hadden in den nacht van den 12en pa trouille-schermutselingen plaats tusschen Smoulew en Rozouz. Ten noorden van Pras- nysz opende de vijand den 12en om drie uur in den morgen een levendig vuur \an zware artillerie. Daarop volgde tegen den middag een verwoede infanleric-aanval. Meer oostelijk, bii den spoorweg naar Mlawa, vielen twee vijandelijke balailluns de hofstede Pomiany aan; maai na groote verliezen le hebben ge leden, werden zij gedwongen het offensief op te geven. Bij de Weichsel, in de streek van Slaros- zeba, trok de vijand, die in zijn offensief van den llcn zware verliezen leed, den volgenden nacht naar zijne vroegere stelling terug. Links van de Weichsel concentreerde de vijand in den Bzoera-sector een zeer krachtig vuur van den mond van de Pessi naar hel dorp Soekha. In den loop van den nacht en den volgenden dag viel hij onze stellingen aan met eene omstreeks twee divisiën sterke macht Het gevecht duurt voort. In Galicië viel dc vijand in den morgen vair den 12en in dichte gelederen onze stellingen aan dc Beneden Locbatsjcwka aan. In dc streef van Moscisk hernieuwde de vijand, die den llcn cn 12en zware verliezen had geleden, zijn aanval niet. Rechts van dc Dnjestr, in de richting van^ Mikolajcw, was een geweervuur-gevecht. Ons succes hij Jurawno noodzaakte den vijand zijne aanvallen op onze stellingen bij Ilalicz te staken; sinls den llen bepaalt de vijand zich er toe daarop het vuur van zijne zware artillerie te concentrcercn. In den avond van den llen deed onze caval- leric bij de stad Zalesziki een licvigen aanval tegen de vijandelijke elementen, die de Dnjestr overgingen In deze charge maakten wij om-; strceks 200 gevangenen en sabelden 500 vijan den neer. B e r 1 ij n 14 J u n i. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote lioofd- kwarlier van heden voormiddag. lil dc buurt van Kuzowimia ten noórdwestei van Szawle zijn eenigc vijandelijke stellinge» genomen, waarbij 3 officieren en 300 man ge vangen werden gemaakt. Ten zuidoosten van den weg Mariampol— Kowno bestormden onze troepen de voorste Russische liniên. Twee officieren eii 313 sob dalen werden gevangen gemaakt Het leger van von Mackensen -ging in ccn(( breedte van 70 K.M. uit zijne stellingen tus schen Czerniawa, ten noordwesten van Mo&J ziska, cn Sieniawa lot den aanval over. De vijandelijke stellingen op ons gehccle front werden bestormd; 16.000 gevangenen vielen gisteren in onze handen. Ook de aanvallen van de troepen van Linsingcn maakten vorderin gen. Berlijn, 14 Juni. (W. B>.) De particu liere correspondent van hof Berliner Tageblatt beiicht uit het oorlogsperokwarlier, dat de in bezitneming van het ocvergebied aan beide zij dien van de San ou de D njcsllr, ondanks hardnetókigen 'tegenstand, steeds vordert en alj een zeer belangrijk deel van ons offensief mag worden aangemerkt. Na de verovering van hel L-ughoofd van Siniawa is de laak aaD de San tot aan Rudnik opgelost. Aan de Dnjesb zijn do gewichtigste overgangen, alsmede Zu* rawno en Zalesczyki, in onze handen. Bij Zy- dadkow wordt de vijand langzaam terug ge drongen. I3ij Stesiislau w.rden de dorpen Tys- micnies, Olksze en Tlumelz veroverd- Wanneei wij hieraan nog toevoegen* dat volgens een bericht yan heden de Bukowina in alle deelcn in ons 'bezit is* en dat onze troepen na hot overgaan van de 'Bessairabischo grens do Rus sische grensposten bezetten, dan doét do gis« lar afgedane taak van het' leger Pflanzer— Baltin heft zich allengs vertoornende beeld in steeds duidelijker vormen uitkomen. De mei den loop van dc Dnjestr samengaande ver- schuiving van het gdkeclè.frout van Pflanzer gaat aanhoudend voorwaarts. Dc nog beschik bare Russi hc reserven en de eventueele aan voer van munitie kunnen den loop der gebeur tenissen nog tijdelijk Stremmen, maar niet meer logenhouden. De Vossische Zfg. bericht uit Sofia: Volgens betrouwbare berichten werden alle troepen, die bestemd waren le landen aan de Turksche Zwaile zeekust, ter versterking naar Galicië gedirigeerd. DiL landingspliui. is dus io be schouwen als te zijn prijsgegeven. L (L I Roman uit het i\oorsch van HULDA GAR30RG door A M. VAN DER Lib* DEN—VAN EDEN. „Neen. dat hoeft niet," zei hij lachend, „maar ik moet nou zoo lang leeren, weet je, en daar na word ik misschien arcnitekt oi schilder. Je weet, dal ik het meest yan leekenen noudl Lii was nu kalmer geworden, maar zij durf de niel opkijken, want dan zouden zij elkaar in het gezicht zien. Zij Luisterde als in zich- zelve. „Wat heerlijk om scniider te worden!" Zij droogde haar oogen eu hare warme handen af, lichtte zich eindelijk op, maar zonder hem aan te zien. „Hè. wat is het warm." „Wel neen, het is nog erg koud." Hans trachtte weer op gewonen toon te spreken. „En denk eens aan je krullen en je japon; voel eens hoe nat alles geworden is." En. ja. de rand van haar rok was ook vochtig ge worden en daar had zij twee jaren aan ge borduurd; het was bijna het gewichtigste bij een bevestiging. Het was. of ie niet bevestigd kon worden, als de geborduurde rand niet klaar was. En nu had zij er niet eens aan gedacht! „Wat ben je toch mooi," zei Hana vol be wondering. En nu lachte Eli weer. Het was haar of z' bevrijd was uit een klem en weer vrij kon ademhalen. „Ja, luister eens, ik heb den ge ileden nacht met papillotten, in mijn haar 111 oed moeten üggen ca dan durf je je niet te oewegeu. Maar nu moet ik weg, vader en Brita zuilen mij zeker zoeken. Adieu!" Zij namen elkaar weer bij ue hand en slingerden met ue armen heen en weer. „Niels zeggen, hoor, Hans. Ik sterf als je het doet!" „Ben je dwaas! Nu, goeden nacht!" „Goeden nacht, goeden nachtl" maar zij konden elkaar niet loslaten! „Wanneer vertrek je weer. Hans?" „Na het Avondmaal" „Och!" er gleed een schaduw langs Eli's hemel. ..Zoo gauw?" „Ja, ik moet wel. Kom je morgen weer hier. ou denzellden tijd?" Eii knikte zoo. dat de lange krullen haar om de ooren dansten. Toen kon zij zich niet meer inhouden: „O, ik ben zoo blij. Hans!" „En ik danl" Zij gingen een stap achteruit, maar lieten elkaar niet los; zij konden elkaar niet los laten; het was te heerlijk om zoo te slaan en af en toe een woordje te zeggen en elkaar bij de handen te Jiouden. Nu hadden zii samen een geheim Maar daar ging een overmoedig,, angstig zoele en gevaarlijke gedachte door Eli's heele wezen: „Zou hij mij willen kussen!" En het was alsof die gedachte oversloeg od Hans, want hij naderde haar op hetzelfde oogenblik heel dicht en zei heel zacht: „Zeg, EU!" Eli durfde nauwelijks ademhalen. Ja, zij beefde en zij wilde wegloopen, maar zij kon niet. „Wil je,.,.wil je mij een kus geven, Eli! Eentje maar!" En snel als het weerlicht rekte zij zich uit en kuste hein; toeu zctle zij hel op een looped, alsóf zij achterna gezeten werd. Aan haar japon en haar sleep (Jacht zij niet, maar toen zij er over struikelde, nam hij hem op en üep verder, totdat zij achter de schuur stond. Het suisde in naar hoofd, ik kuste hem, ach God, ik kuste hein. hij kuste mij. O. wat ben ik ge lukkig! Hans. Hans, nnjn heerlijke jongen! Nooit, zoolang als ik le- zal ik een ander hef bdbl>en. Zij kon wel dansen en zingen en zijn naam luid uitroepen over de geheelc wereld. En zij voelde geen grond onder hare voeten. Nu keek zij om; maar alles was donker en stil. Och. was het maar weer dag. dal zij weer naar hem toe kon gaan! 's Nachts kon zij niet slapen, zii doorleefde altijd weer die heerlijke minuten. Het zong en jubelde in haar Hans. liansl Als liet maar niet zoo lang duurdeI Hoeveel lijd zou er noodig zijn om architekt te wor den of schilder? Stel jc voor schilder! Wat was het akelig dat ze nog zoo jong waren Maar voordat zij insliep, hield zij een ernstige onderhandeling met God en haar geweten. Zii had dien gansohen dag zoo wei nig aan God en zooveel aan Hans gedacht! En de menschen bij vader op bezoek, die herinnerde zij zich ter nauwernood. Acht dagen later gingen zij aan hel avond maal. De hartelijke, lieve dominee, de ooin van Hans, sprak de jongelui zoo ernstig toe dat allen zeer ontroerd en onder den indruk waren van zijne woorden. EU beloofde zich- zelve dat zij goed en rein wilde J)U}ven en zij dacht aan haar moeder cn aan Hans en smolt weg in tranen. Zij was de dagen na de bevestiging zeer teleurgesteld geworden, om dat Hans zich niet aan de afspraak had be houden, om op hetzelfde uur terug le komen; er waren gasten in dc pastorie gekomen, maar Eii hield dit voor een voorwendsel Toen zii voor het altaar knielde, zeer onder deii indruk van de plechtigheid van het oogenblik, zoohlen hare oogen die van Hans. Zij wilde hare belofte aan hem nu, als het ware, bezegelen voor hel aangezicht van God en van den dominee. Maar toen kwam de geestelijke met den beker en zette dien haar vóór den mond met de woorden: „DiL is het bloed van Christus." Eli's ooien suisden, eu de wijn kreeg een bloedsmaak op huur lippen. O, dat God haar mocht vergeven! Maai' zij zag het hcele too- ncel weer voor zioh, de slachting in de schuur. Bloed, bloed! en zij kon niet anders dan hartstochtelijk snikken. Nooit, nooit zou er vergeving zijn voor zoo n vrceseUjke zonde. Zij beefde van angst, maar zij kon de voor- steUing niet van zich afzetten. De anderen werden verlegen om harent wille, omdat zij zoo hevig schreide; je moest ie toch welen le bedwingen. Hans ontweek haar daarna cn zij ontmoette hem niel meer aUeen voordal hij vertrok. Zij moest afscheid van hem nemen in het bijzijn van aUe andere mensuheiL En zii zou hem zoo graag aUes verteld hebben, waarom zij zoo bitter moest schreien, toen zij voor het altaar knielde en nog, o, zoo veel meer. Er was niemand anders in de wereld, wien zij het kon vertellen; niemand kon haar helpen. Haar gedachte- en gevoels leven was één verwarring en zij durfde niet spreken over alles wat er in haar omging. Het was nu zoo'n heel moeilijke tijd voor haar! Zij was als een triUend blad in een v^oriaarsstorm. Angstig en verbaasd stond zij tegenover haar eigen wonder zij was vrouw. En er kwamen nieuwe levensvragen en een nieuw, sterk bewustzijn van.'s levens ïtiacnt. maar niemand kou haar helpen; zii was alleen als altijd. De eenigc met wien zij bijna over alles kou spreken was de dominee, lioidl; hij hield zooveel van grootvader en hii was Hans' lieve oom. Ilij was zoo anders dan gewoon; net een groote, oiigëWasschen jongen mei blauwe, kinderlijke oogen. zoo onsonuldig en zoo zielsgoed. Maar nooit zou zij moed krijgen om over alles met hem tc spreken, niet eens over hare gedachten bij het altaar. Eu zij ge» voelde onduidcUjk dat hij haar ook niet zou kunnen helpen. Alleen aan Hans zou zij alles kunnen zeggen en Hans was weg en zij be-' greep hem niet; jongens waren zoo anders. E"n tijdlang zocht haar toevlucht in den godsdienst maar, hoe meer zij erover dacht, hoe verwarder hel voor haar werd, hoewel zif zich zeer aangetrokken gevoelde en aange grepen werd door de prceken en gesprek ken vol poëzie van den dominee. Maar nu werd' zij vervuld van een machtig, sterk verlangen. Ln om den tijd te verdrijven bedacht zij van alles. Zij verkleedde zich en speelde comedie, danste, zong en werkte mee in keuken en schuur. Ja. zij gedroeg zich wel eens behaag* ziek tegenover Sverre Sörli en andere vrien den. Alles, terwijl zij wachtte. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1