„DE Dinsdag 13 juli 1915. ^BUITENLAND. FEUILLETON. EL! N° 11 14" Jaargang, A BON DEMENTS PK IJS: Per 3 maanden voor Amersfoort f 1.00. Idem franco per post- 1.50. Per week (mot gratis verzekering tegen ongelukkon) - 0.10. Afzonderlijke nummers - 0.05. Wekelijks bijvoegsel „de Uoilandsche Huistroiito"'(onder redaotie van Thérèso van Hoven) per 3 mnd. 50 cis. Advcrtentiên gelieve men liefst vóór 11 uur, familie advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER AOVERTENTIËN: Van 15 regelsf 0.5(11, Elko regel moorO.IO, Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor liandol en bodrijf bestaan zeer voordeolige bopalingea tot liet herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnoment. Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt aanvraag toegezonden. Politiek Overzicht Ce (iisuwste Lusi;ania> nota* 1. De Duilsche regeering liecfl zich eene volle maand l'ijtl gegund voor de beantwoording van dc tweede nola, die de regecring der Vcr- *eenigde Suilen, naar aanleiding van liet in den grond horen van de Lusilanla dooi eene Duilsche duikboot, lieeil laten uitgaan tol on- dersUuniiig van haar erlangen, dal Duilsch- land zich voorland zal houden aan dc inter nationale bepalingen, die over de zeeoorlog- voering zijn vastgesteld. Du Amcriikaansciie liuta was van 10 Juni; de als antwoord daar op uit liernjn gezonden nota draagt de dagtee- kening van 8 Juli. Als deze nu reeds ecnige maanden durende correspondentie in denzelf den gang voorgaal, dan kan liet lang duren voordal het einde er van wordt bereikt. Dc Amerikaansche nota was op wehvillen- den, vrieiuUchappclijken loon gesteld. Dat zelf de geldt ook van de Duilsche antwoordnota. De Duilsche regeer mg laat het niet bij woor den aliéen, wanneer zij van hare welwillende gezindheid getuigenis aflegt. Zij verklaart zicli bereid alles tc doen wal haar mogelijk is met handhaving van de door haar vastgestel de wijze van oorlogvoering, om het leven van Amerikaansche burgers op passagiersschepen niet in gevaar te brengen. Zij wil Amerikaan sche schepen, diie voor den passagiersddensi bestemd zijn, vrij en Ycilig laten passeeren, als zij door bijzondere teekenen kenbaar gemaakt cn vooraf aangezegd worden en wanneer de Amerikaansche regeering haar waarborgt, dat deze schepen geene contrabande aan boord hebben. Als er niet genoeg van zulke schepen aanwezig zijn, om aan dc Amerikaansche burgers voldoende gelegenheid te verschaffen tot reizen over den Allantischcn oceaan, dan heeft zij er geen bezwaar tegen, dat daarvoor nog andere neutrale schepen onder dezelf.de voorwaarden in diienst worden gesteld, en zelfs mag de Amerikaansche regecring vier passagiersschepen van vijandelijke vlag voor het passagiersverkeer van Noord-Ainerika naar Engeland onder Amerikaansche vlag brengen. Dit alles zijn zeker zeer te vvaardceren be wijzen van den geest van toenadering, die de Dui'tsche regeering bezielt, maar het gaat bui ten het hooldgeschilpun! om. Hét hoofdpunt is neergelegd in den ^isch, die in de eerste nota, welke de regeering te Washington heeft laten uilgaan, is gesteld, dat door Duilschland toe zegging gedaan en waarborg gegeven zal wor den, dal onbewapende schepen, die niel-strij- denden vervoeren, moeten worden gevisiteerd en dat reizigers en bemanning in veiligheid gebracht moeten worden voordat een als prijs verklaard schip wordt vernietigd. Aan het einde van de nota van 10 Juni wordt het Amerikaansche standpunt in het geval van dc Lu si tan ia in deze volzinnen samen ge- gevat; „De regcering der Vereenigdc Staten kan niet toegeven, dal de verkondiging van eene oorlogszone, waarvoor neutrale schepen gewaarschuwd zijn, in ecnig opzicht kan wor den uitgelegd als verkorting van rechten van Amerikaansche scheepseigenaar* of Ameri kaansche burgers, die zich op geoorloofde rei zen aan boord van handelsschepen van een oorlogvoerenden staal bevinden.'' En op de verklaring, dat zij niet gelooft, dat de Duil sche regeering deze rechten in twijfel trekt, laat de Amerikaansche regcering volgen„Zij gelooft ook, dat de keizerlijke Duitsche regee ring als builen twijfel slaande de beginselen aanneemt, dal hel leven van niet-slrijdcnden ingevolge wel en rcohl niet in gevaar mag worden gebracht door het kapen of vernield- gen van een handelsschip, dat geen tegenstand biedt." Het punt, waarop hel aankomt in het Lu- sitania-gesohil is dus de vraag of liet in den grond geboorde stoomschip was een handels vaartuig. De regeering te Washington zegt in hare nota van 10 Juni, dal de Duilsche regee- ring verkeerd is ingelicht. wTannecr zij meent, dak -de Lusitania 'bewapend is. geweest^ in 't verborgen kanonnen heeft gevoerd, geoefende manschappen voor de bediening van deze ka nonnen en bijzondere munitie aan boord heeft gehad, troepen yan Canada heeft vervoerd, eene lading aan boord heeil gehad, die naar de wellen van de Yereenigde Staten niet ge oorloofd was voor een schip, dat ook passa giers vervoerde, in één woord dat de Lusi- landa een hulpschip van de Engelsche zee- strijdmacht is geweest. Zij verklaart uitdruk kelijk, dat zij in het geval van dc Luskania haren plicht ten volle heeft vervuld, en zich door hare ambtenaren heeft overtuigd, dat de Lusitania niet uitgerust was voor een gewa pend optreden cn dat zij geene door de. wet ten van de Yereenigde Staten verboden lading voerde. En zij drukt de hoop uit, dat als de Duilsche regecring meent overtuigende bewij zen te bezitten, dat de ambtenaren hun plicht niet volledig hebben vervuld, dit bewijsmate riaal haar lol onderzoek zal worden toegezon den. Het verdient de aandacht, dal de Duilsche antwoordnota op dit verzoek hel stilzwijgen bewaart. Yoor dc Duitsche regeering schijnt hel als een paal boven water te staan, dat de Lusitania een hu lp oorlogsschip was. Zij voert den snellen ondergang van het schip na de lorpedeering aan als een bewijs, dat er .groote hoeveelheden exploisieve stoffen aan boord waren, cn put daaruit de rechtvaardiging van hel op dc Lusitania toegepaste vonnis. Want als de Lusitania was gespaard, dan zouden duizenden kisten met munitie aan de vijanden van Duilschland toegevoerd zijn, waardoor duizenden Duitsche moeders en kinderen van hunne verzorgers beroofd zouden zijn. En hoogcr dan de plicht der humaniteit tegen over de opvarenden vau de Lusitania, slaat voor de Duitsche regeering de plicht alles te doen wat zij vermag om het leven van de Diulsche onderdanen te beschermen en te redden. Indien de keizerlijke regeering dezen haren jilicht wilde verzuimen, zou zij zich voor God en de geschiedenis schuldig makeD aan eene schending van die beginselen van hoogste humaniteit,' die de grondslag zijn van elk staatsleven Ilierin is liel standpunt van de Duilsche re geering in dit geschil aangegeven. Men ziet bij alle welwillendheid in den vorm, wat het wezen der zaak betreft geene toenadering. Over de vra-ag; Hoe moet de Lusitania be schouwd worden? zijn beide partij en het vol maakt oneens, en het is nog niet le zien hoe zij hierover tul eikaar zullen kernen. Do oorlog. Berlijn, 12 Juli. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van lieden voormiddag. Aan de noordelijke helling van hoogte no. GO leu zuidoosten van Ypereu wvrd een ge deelte van de Engelsche selling ongeblazen. De bajohotsbrijd aan don westelijken rand van Sanchez maakt vorderingen. Ten zuiden van Souchez is het yan den straatwog naar Atrecht gelegen kerkhof, dal meermalen een onderwerp van strijd was. gisterenavond na harden strijd bestormd. Twee officieren en 103 Fransche soldaten zijn eevangen gemaakt; vier machinegeweren en een mijn werper zijn buil gemaakt Bij Combres cn in het bosch van Ailly ging dit vijand n£t kracikl «ge artillerie-voorberei ding. tol den aanval over. Op de hoogte van Combres drohg de vijand in onze liniën. door; hij werd er weer uitgeworpen. In het bosch yan Ailly legde dc vijandelijke infanterie reeds voor onze stelling het ;if in ons vuur. Ton noorden van <ib hoogten van Ban de Sapl word een stuk bosch van den vijand ge zuiverd. Bij Ammcrsweller, ten noordwesten van Alt- kircli, overvielen wij-eene vijandelijke aldec- ling in hare loopgraven. De vijandelijke stel ling werd over eehe breedte van 500 meters met den grond gelijk gemaald. Onze troepen gingen daarop, zooals zij zich hadden voor genomen, terug in hunne lindön; zij namcD cenigc gevangenen mee. Par ijs, 12 Juli. (Havas). Namiddag-com muniqué. In dc-n nacht van II op 12 Juni heerschte op verschillende punten van het front eene groote activiteit. In den sector van Atrecht beproefden de Duilsdiers na hel werpen van een groot aantal stikbommen een aanval, die mislukte. Een ifcweede aanval om twee uur 's nachts stelde hen in staat op het kerkhof en onmiddellijk in de buurt daarvan cenigc loopgraaf-elementen te bezoden. Er volgde een zeer levendig gevecht met granaten in hel locpgruYènnel-ton zuidoosten van Neuvil- le Sl.-Yaast, zonder da-t de eene of de andere partij eene merkbare winst behaalde. Op het plateau ten noorden van de Oise was het wederkeerige bombardement bijzonder he vig in de streek van Quennevière en in Nou- vron. In de Argonne was een strijd van spring- bussen en mijnen, waarin ook de Fransdhc artillerie zich mengde. In de Woêvre kanonneerden de Duilschers hevig Frcsncs-en-Woêvre met granaten van e!k kaliber. Zij beproefden verscheidene aan vallen, een bij Sault-en-Wocvre, anderen iu het bosch van Apremont, bij Yaux, Fcvry cn Tcle de Yache; zij werden overal terugge slagen. In de Yogeezen licbcn de Duilschers eene mijn springen in de buurt van dc Fransche stellingen ten zuidoosten van Animersweiler. Zij ondernamen daarop met verscheidene compagnieën een aanval, die met belangrijke verliezen werd afgeslagen. Wij maakten daar bij eenige gevangenen. P arij s, 1 Juli. (R-) Avond-commuuiqué. Dc vijand bombardeerde onze loopgraven aan het front van Lombacrlzijde en Niouvv- pouri. Wij antwoordden en. brachten, twee batterijen tot zwijgen. Ondanks de aanwending van stikbommen door den v ijand bij Carency cn Souchgz bracht een tegenaanval ons weder in liet bezit van een deel der loopgraven, die wij hadden prijs gegeven. Lr heerschte den llen eene groolc activiteit in dc Argonne, inzonderheid in de sectoren Marie Tbérèse, Four de Paris, Botanie cn Ilaute Ghevauchéc. Twee Duitsche aanvallen bij Groix d-es Carmes en liet Bois le Prélre werden teruggeslagen. Berlijn, 12 Juli, (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Op het oostelijke oorlogstoonecl bestorm den onze troepen aan den straatweg Suvvalki Karwalja in dc streek van Lipina vijande lijke voorstellingen over eene. breedte van 4 kilometers. Op hel zuidoostelijke oorlogsloonecl is de toestand bij dc Duitsche troepen onveranderd. Wccncn, 1 2 J u 1 i. (W. B.) Officieel be richt van heden middag. Aan de Bug, ten noordwesten van Busk, namen onze troepen bij Derewlany een Rus sisch steunpunt. Overigens kwamen ook gis teren aan liet front in het noordoosten geene gevechten voor. P e l e r s b u r g, 1 2 J u 1 i. (Tel.-agentschap). Communiqué van den grooten generalen staf. In eenige sectoren van het Bobr- en Narcw- flront hebben levendige gevechten plaats ge had. Bij O—owelz werden schoten gewisseld ln dc streek van Edwabno lieten wij den llen met succes een Duilsche mijngang sprin gen. Tusscheu ae Pissa en de Rasoga werd hel Duilsche offensief teruggeworpen. Yan het dorp Ednorojelz tol Prasnysz wa ren voorpostengevechten en eene hevige ka- nonnade. Links van de Weichsel is het rustig. In de richting van Lublin zijn de gevechten even eens geslaakt. Nadat onze troepen het den 5en Juli begonnen tegeuolfensiel', in den loop waarvan belangrijke vooixleelen werden be haald, hadden volbracht, bezetten zij thans de stellingen, die 'hun werden aangewezen op de hoogten aan den rechteroever van de rivier Oeriindovka. In de richting van Kholm trachtte de vijand in de streek van het dorp Grabovetz zonder succes onze versterkingen te naderen. Aan de bovenloop van de Bug, bij de stad Busk, ondernam de vijand in den avond van den lOen het offensief met verscheidene ba- laillons. Wij lieten den vijand naderen lot op 200 passen en verstrooiden hem toen door ons vuur. De vijand liet hier vele dooden en ge wonden achter. Aan dc Zolota Lipa sloegen wij den llen aanvallen af in den streek van het dorp Mar- kow en aan de Dnjestr in de streek van hel don> Koropetz. Onze patrouilles verrichtten aan de Boven Bug en aan de Zolota Lipa eene reeks ver kenningen. W e e n e n12 Juli. (W. B.) Officieel be richt van heden middag. Aan het front in het kustland beproefde de Italianen^weder eenige aanvallen, die, zooals altijd, afgewezen werden; zoo bij Yermegliano, Rcdupuglia cn op verscheidene punten ten zuiden van den top van de Krn. In het Karin- Lischc grensgebied duren de artillerie-gevech ten voort, ook tegen, onze stellingen op de grensbergen. Ten noordoosten van den Ivreuz- berg-zadcl en tegen sommige Tirolschc wcr\ ken richtte zich vijandelijk artillerievuur. Nieuwe aanvallen op de Col di Lana misluk ten, evenals alle vorigen. Rome, 12Juli. (R.) Officieel communiqué. Aan de Karintischc grens verdreven wij den vijand uit eene voorstelling op de hoogte bo ven de Angerbeok. In den nacht van den llen sloegen wij een Ooslenrijkschcn aanval terug, bij verrassing ondernomen gedurende een woedenden storm tusschen Monle Nero. Weencn, 12 Juli. (W. B.) Officieel be richt van heden middag. In den laalslcn lijd ontwikkelden dc Montc- negrij-nen aan de grens van Herzegowina eene levendige werkzaamheid, d'ie och ter geheel zonder vrucht bleef. Zoo vielen on langs weer twee Monlenegrijnscüe bataillons onze grensstellingen ten oosten van Avlovac aan na oone lange beschieting door zware artilleriezij werden afgewezen. Een van onze vliegers bowiorp terzelfder tijd liet Monteuegrijusche kamp met veel succes met bommen. Yerdor auideli. ging een bailaillon van den vijand over de grens. Ook dit balaillon word door een tegenaanval van onze troepen op hot Mon-lonegrij iisclie gebied l uggewor pen. Ten oosten van Trebinje trachtte dc vijand na zijne nederlagen van de vorige weck vruchteloos door zwaar artillerievuur uit werking te krijgen. Peters burg, 12 Juli. (Tel.-agent schap^. Communiqué van het Kauk arische leger. Den löcn Juli waren er geweervuurgeveoh- tcn j*> het Kaukazischc leger. Aan dc overige fronten gebeurde niets. W e e n e n, 12 Juli. (Corr.-bureau). Uit het ooriogsperskwartior wordt berichtTe genover buitenland sche dagblad berichten over varliezen van schepen door onze marine wordt volgens inlichtingen van bevoegde zij de geconstateerd, dat de Oostenrijksch-IIou- gaarsehe vloot tot dusver in den oorlog legen Italië geene verhezen hoegenaamd heeft ge leden. Ook de berichten over beschadigingen aan onze duikbooleu zijn volkomen onwaar B e r 1 ij n, 12 Juli. (Korr. Norden). Vol gens zoogenaamd betrouwbare particuliere berichten uit Athene zouden er zich in de Middellandsche zee 12 Duilsche onderzeeboo ten bevinden, terwijl nog meer zullcm volgen, waardoor aan de blokkade van de Dardancl- len en de operalièn op Gallipoli een eind zal komen. Londen, 12 Juli. (R.) De bemanning van den in Grimsby thuis behoorenden treilcr Syrian is heden in Grimsby binnen gebracht. De Ireiler werd Zondagmorgen door een Duit sche duikboot aangevallen. De bemanning verwijderde zich onder granaatvuur. Londen., 12 Juli. (R.) De merikaan- sche bark Noirmajidy heeft heden in Liver pool aan land gebracht veertien leden dor bemanning van de Russische bark Leo, die door een Duilsche duikboot is getorpedeerd ter hoogte van de kust van Pembrokeshire. Londen, 12 Juli. (U.) De admiraliteit bericht, dat de monitors Severn en Mersey den Duilschen kruiser Königsberg op de Rufiji-ri- vier in Oost-Atrika den 4cn en llen Juli heb- Roman uit het Noorsch van HUL DA GARBORG door A. M. YAN DER LINDEN—YAN EDEN. 28 Nu was zii zelden uil en iederen dag ge voelde zii zich meer gehecht aan haar klein tehuis Ei was altijd wat te doen of in orde tc maken. Een huishouden op hel iand wordt nooit eentonig; er is zoo velerlei werk cn zooveel zorg voor do dieren en door de aiwis- seling van weer en wind. Kaarc hield ook zooveel van zijn kleine wereld en was bezig van den morgen tol den avond. Maar tol zijn wereld behoorde ook alles wat aan Sverrc en Sorli behoorde. Op Sórli waren de boter karnen, de separatoren, de zagerij en de raeei- moien, gedreven ttoor de kracht der stroo- mende rivier. Sverre was bovendien niet slechts vioolspeler en houtsnijder. hij was ook een geniaal ingenieur en een handig smid. die de meeste werktuigen zelf maakte. Wanneer zij vroeger in de stad dames op bezoek ontving, werd er gerookt cn gedron ken, een kleine opwekking 's middags gaf een sneller tempo aan den dag en zii waren bang voor stilte en verveling. Eon handwerk te naken, duar dachten zij niet aan; de machine Jeed het immers zoo mooi en goedkoop. liet stond nu eenmaal niet om htaudenaibeid le verrichten. Zii herinnerde hoe veront waardigd Rungc was geweest, toen hij haar bezig vond aan een breiwerk. Dal stond lcelijk von een dame. Had zii dan Ibsen niet ge lezen? Maar Marja ha-' haar leeren breien to zij een kind was en nu kwam het haar te pas moest Kaare geen eigen gebreide kousen dragen, de anderen waren niet sterk genoeg voor hem. De stille uren bij den haard met haar breiwerk werden goede uren. Zij was nu niet bang meer om met haar eigen gedachten alleen te zijn. Bij het vuur was men nooit eenzaam. De menschen hebben niet vermoed wat zij deden toen zii het vuur op den huiselijken haard doofden. Want de haard en het open vuur is ri l zónder bcleekenis. Er is een mystieke macht in het vlammende, reinigende vuur en waar een thuis is, moeten de huisgoden een altaar hebben, waarom allen zich scharen. Wanneer de vlammen hun warm licht over alles heenworpen en een dans uitvoeren voor* dal zij den schoorsteen ingaan cn wanneer hel sist cn knettert en naar hars riekt, dan eerst wordt de huiskamer gezellig en vrooliik, alles krijgt dan kleur en leven. En alles staal waar het behoort, de meubelen zien er niet uil of zii toevallig daar 'beland zijn, neen. hel zijn gezellige, rustige, lieve wezens die in alles met ons meeleven. Ook hierin is rust en vrede. Adi. zii had reeds zooveel beuzelarijen uit baar leven moeien verwijderen. Daar hoorde zij Kaarc zijn skischoenen bui ten de deur zetten. Zij legde nog een stuk wortelturf op den haard, streek wat heele asch bij elkaar en legde er twee appelen in. „O. moeder, wat ruikt het hier lekker 1 Zat er veel hars in het hout en zijn die appelen voor mij?" Eli glimlachte van geluk en zei: „Natuur- Jiilft" „Maar Sverre zegt, dat ik ze rauw moet eten, dan krijg ik sterke tanden!-' „Ja. daar heeft Sverre gelijk in, maar 't is zoo'n oude gewoonte om appelen in de heele asch te braden." „Sverre zegt: Hel is wcekelirkheid wat js dat, moeder?" maar hij wachtte niet op antwoord. „Moeder, zc ik wil later een bosch hebben, nel als Sverrc. Yandaag hebben wi' zoon groote wandeling gemaakt, heerlijk. En ik wil ook zoo'n kamer hebben met een grooten haard erin en dan moeten daar groote troldturven in branden." „Troldturven?" „Ja. die zien er net uit als kaboutertjes wanneer ze in het bosch liggen, vindt u niet? s Avonds in schemerdonker of bij mane schijn." Hij was op zijn knieën vóór liet vuur gaan iiggen en probeerde dc appelen met zijn vin gers er uit tc halen, maar zij waren te heel Toen nam hij een stokje en stak dit in ccn der appels. Het was of er een pistoolschot knalde en eeu kleine, sissende straal sprong omhoog. „O moeder, wat ruikt dat lekker! Ilii nam de appelen uit dc asch en begon er op te blazen. „Wal is de kamer mooi verlicht en wat een aardig geluid als hel haardvuur brandt, hè, moeder? En wanneer Marja haar spinnewiel doet snorren en u is bezig te weven, wat is het dan leuk maar nu zijn ze koud genoeg." „Neen. neen, ze zijn nog te warm- Denk om je mooie, witte tanden' „Ja. maar „Nee. ze zijn te warm. Je moet leeren wachten". „Maar wachten is zoo vervelend, moeder." „Wil je niet even een klos voor mij snijden voor dat roode garen? Ik kom er één le kort.' Ja. dat is waar ook. Kijk, dit is mooi hout. zonder een knoest er in." Zoo sneed hij en praatte hij en de appel bekoelde inmiddels. „Moeder, weet u dat, wanneer u nu het bosch-ingaat, u aan de mierenhoopen kunl zien waar het Noorden cn waar heL Zuiden is; zij bouwen op het Zuiden en aan dien kant zijn de dennenstammen ook licht getint. Daax*- OM hindert liet niet, als je geen kompas bij je üebt. ziet u?" „Nu ik ben blii dal ik het weet, want ik heb geen kompas." „Als ik groot ben, krijgt u er een van mij." „Dat vind ik h.cel lief van ie." „En weet u, waar de zon s nachts blijf'? Toen ik nog heel klein was. dacht ik dat zij naar bed ging achter den heuvel, maar nu weet ik. dat zij zich haasten moet om beue- dc te komen en voor de negers l i Afrika te schijnen die arme zon!" Marja kwam Jjinnen en die moest ook het verhaal over de zon hooren. Toen de klos ge sneden was, waren dc appelen juist gereed. Maar hij bad zoo heel weinig tiid; de dag was bijna om en er moest nog zooveel gedaan worden. Hij gaf den ccnen appel aan Marja: „Dien mag jij hebben, in het midden is hij no« heel warm, maar dat is minder want je hebt toch bijna geen tanden meer." En toen vloog hij naar buiten. Innig vergenoegd zette Eli zich neer met haar werk. Zij gevoelde zich gelukkig; er waren mooie dingen waarmee zij zoo innig vertrouwd was geworden cn zii stond, zooals het haar toescheen, in een biizondere betrek king tot heel het levende leven. Dier en kind vertrouwden zich zoo rustig aan haar toe; er heerschte een verhouding vgn wedcrziidscli vertrouwen tussohen hen. En haai- tuin en haar huis waren een wereld, die zij meer en meer leerde liefhebben. Zij dacht sedert lang niet meer dal liet ge wone werk onbeduidend was; al haar wenk werd haar tot een feest. De menschen ver baasden zich er over dat zij geen dieren wilde hebben. In wenkélijikheid liet zii het uit laf heid. Zij kon er niet toe komen oin iels te dooden wal zij liefhad cn zij kreog de dieren altijd zoo overdreven lief. Een dier, dat door een schot stierf, had zeker een beteren dood dan meni gmensoh. maar voor alles wat geslacht werd, huiverde zij nog altijd terug. Zij ge voelde er nog dezelfde walging voor als op dien dag in haarje ugd. Het hielp niet, dat haai* versland 2ei dat liet een noodzakelijk uts was. Hoe zou Noorwegen, dat iinmeri een land van vissohers cn van Veeteelt was, hei maken wanneer ieder zulke zenuwen had als zij och ja zij wist dit alles wel, maal het hielp haar niet, het was een soort zie kelijkheid. Juist daarom trokken de Oostersche gods diensten haar zoo aan, omdat zii de diere» mee opnamen in hun viifde gebod: „Gij zul; geen levend wezen dooden." Maar wat hiel pen alle geboden? Neen. hel ging niet aan om overeenstemming le willen verkrijgen tus* schen gevoel en leven, maar ieder moet zich maar verweren zooals hij het best kan. Nu was zij zoo gelukkig, dat zij hierover niet be hoefde le tobben. Wilde men in de wereld kunnen leven, dac moest men zich leeren verharden. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1