Dinsdag 21 September 1915.
N° 71
EEMLAN DE
14de Jaargang.
BUITENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS:
Fer 8 maanden voor Amersfoort f l-OO.
Idem franco per post 1.50*
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukkon) 0.10.
-Afzonderlijke nummers 0.05.
Wekelijks bijvoegsel „de Hollandsere Huisvrouw" (onder redactie
Van Thérèse ran Hoven) per 8 mnd. 50 ets.
Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie'
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels.. f 0.50.
Elke regel meor0.10.
Dienstaanbiedingen 35 cents bij vooruitbetaling,
Grooto lettors naar plaatsruimto.
Voor handel en bedrijf bostaan zoor voordeolige bepalingon
tot het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bevattonde de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegozonden.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Internationale Hoogeschool
voor Wijsbegeerte.
Het Rapport van de Staatscommissie voor
\ie Reorganisatie van het Onderwijs, inge-
tteld bij K. B. van 21 Maart 1903, zegt o. a.
„Er is niet ten onrechte over geklaagd,
0at voor v51e studenten de studie het alge
meen wetenschappelijke karakter mist, dat
alleen door eene philosophische opvatting
te verkrijgen is.
Inderdaad liggen aan alle bijzondere we
ienschappen zekere beginselen ten grond-
Slag en de philisophie heeft zich het onder
zoek van die beginselen en van hunnen
samenhang tot taak gesteld; daardoor is zij
de band, die alle wetenschappen verbindt en
omvat zij het geheel der menschelijke ken
nis. 't Is waar, niet iedereen behoeft zich met
het onderzoek dier beginselen zelfstandig
bezig te houden, niet iedereen heeft daarvoor
lust en aanleg maar wie een wetenschap,
welke ook, grondig wil beoefenen, moet zich
van het wezen van kennis en wetenschap,
van de logische waarde harer methoden en
van de beginselen, waarvan zij uitgaat, re
kenschap trachten te geven, en dus philoso-
phisch leeren denken en onderzoeken.
In zeker opzicht is de philosophie de eer
ste, in een ander is zij de laatste, alles sa
menvattende wetenschap; zij zou dus eener-
zijds aan het beging maar aan den anderen
kant ook aan het einde van het höoger on
derwijs kunnen worden gesteld. Zal zij echter
eene ruime en diepe opvatting der weten
schap bevorderen, dan is het noodig dat
reeds in de eerste jaren van de studie aan
de universiteit de leerlingen in de beginse
len der philosophie worden ingeleid, dat zij
kennis erlangen van de belangrijkste wijs-
geerige vraagstukken, die zich in het verloop
van de geschiedenis der wetenschap aan het
menschelijk denken hebben opgedrongen en
van de antwoorden die men op die vraag
stukken heeft trachten te geven. Wanneer
men er langer mee zou willen wachten, dan
staat te vreezen, dat de geest bij de beoefe
ning der bijzondere, zoo te zeggen positieve
wetenschap, reeds eenen habitus heeft ge
kregen, die van een philosophische opvat
ting min of meer afkeerig maakt, of ook dat
gebrek aan tijd er toe nopen zal, een zooge-
naamde praktische opvatting te verkiezen.
Op deze gronden is een philosophische
propaedeuse voor alle faculteiten wensche-
lijk te achten."
De Staatscommissie heeft zeer goed inge
zien, wat de gvoote fout is in ons Hooger
Onderwijs: het mist centraliteit. De meeste
vakken zoowel aan Universiteiten als aan
conservatoria, landbouwscholen, teekenaca
demies, handelsscholen, worden onder
wezen, alsof er geen onderling verband
bestaat. Als resultaat geeft deze
opleiding bekwame specialiteitendie
echter geheel vreemd staan tegen
over alles wat buiten hun eigen vak
valt. Het groote verband tusschen de ver
schillende wetenschappen, godsdiensten en
kunsten wordt door hen niet beseft. Het ont
breekt hun aan philosofisch inzicht zij
hebben, immers ook niet geleerd, philoso-
phisch te denken.
Want waar de wet aan de studenten in
het algemeen geen verplichting oplegt om
een leergang in de wijsbegeerte te volgen
wordt deze tegenwoordig ondanks de pogin
gen van sommige docenten te veel op den
achtergrond geschoven; en waar zij wèl
wordt beoefend bestudéert men haar als af
zonderlijk vak. En aldus faalt de philosophie
in haar doel: het Leven als geheel te leeren
begrijpen in den onderlingen samenhang
aller levensverschijnselen.
Voor zooverre nu de philosophie middel
moet zijn om de levensverschijnselen te be
grijpen, moet zij zich niet willekeurig be
perken. Daarom moet naast de Westersche
ook de Oostersche philosophie stem krijgen
welke laatste de mogelijkheid erkent van
ruimer gebieden van onderzoek.
z,oo kan philosophie een basis zijn zoowel
voor onze levensbeschouwing als voor de af
zonderlijke wetenschappen, maar zij kan dat
alleen, als zij Oostersche en Westersche in
zich vereenigt, als zij is: Wereldphilosophie.
En waar de z. g. Oostersche philosophie
door onze geleerden niet voldoende, of al
leen philologisch beoefend wordt, is het voor
de centralisatie van de wetenschap (met als
gevolg het verdiepen en in nieuwe onge
limiteerde banen leiden van deze) een nood
zakelijkheid, dat bovendien alle philoso-
phieën die een aanzicht zijn van de wereld
philosophie door de geleerden uit de lan
den zélf belicht worden. Door deze bree-
dere philosophische opzet kan tevens een
grondslag worden gelegd voor het weten
schappelijk onderzoeken en begrijpen van
de z. g. occulte verschijnselen. Het gevolg
zal dus zijn: het in academische banen lei
den van die wetenschappen, welke tot nu
toe niet aan een hoogeschool werden ge
doceerd en die toch voor volledige beoefe
ning der wetenschap en voor de gemeen-
scnap van het grootste belang zijn.
Een hoogeschool waar bovengenoemde
opvattingen tot haar recht zouden komen,
zou in de eerste plaats moeten dienen
voor het verdiepen en uitbreiden der
wetenschap, in de tweede plaats
voor het verdiepen van het leven,
het blijkt toch duidelijk, dat in den tegen-
woordigen tijd vele personen, die de ge
wichtigste functies moeten bekleeden: Staats
lieden. Bedrijfsleiders, Geleerden, etc. feite
lijk te kort komen in kennis van het groote
verband dat bestaat tusschen godsdienst,
filosofie, wetenschappen, kunst en socio
logie, die alleen een werkzaam leven
blijvend vruchtbaar kan maken en het even
wicht in een strijdende ziel handhaven. Maar
wanneer de gewichtige ambten in handen
zouden zijn van diep philosophische den
kende menschen, zou hun helder inzicht in
het geheele samengestelde leven, leiden tot
de oplossing van menig sociaal en politiek
vraagstuk. m
Ondergeteekenden nu hebben zich ge
vormd tot een voorloopig comité om voor te
bereiden de stichting van een hoogeschool,
die bezocht kan worden zoowel door studen
ten of aanstaande studenten aan de bestaan
de Universiteiten als door anderen. Zij
zal volkomen vrij zijnniet onder
worpen aan welke sec te of partij ook
en gelegenheid geven tot een propae-
deutische opleiding in de philosophie, zoo
ruim mogelijk genomen. Hierdoor zullen
studenten bij hun komst aan een der Uni
versiteiten op geheel andere wijze tegen
over hun vak komen te staan dan nu het ge
val is n.l. met eenheidsbesef, met critisch
inzicht Daardoor zal de studie wel iets lan
ger duren, maar ongetijfeld zal deze voor
studie goede resultaten afwerpen voor het
geheele verdere leven. Zij zal hen tot ern
stiger menschen maken, v.ien de later vol
gende speciale vakstudie gemakkelijker valt.
Buitendien ligt het in de bedoeling om va-
cantiecursussen in te richten voor diegenen,
die om verschillende redenen, hun studie
tijd niet kunnen verlengen, zoodat ook zij
niet geheel buiten het philosophisch onder
wijs behoeven te blijven.
Aan de school zal verder een uitgebreide
opleiding worden gegeven in kennis der we
reld-godsdiensten en -litteratuur, terwijl te
vens een nauwer verband zal worden gelegd
tusschen wijsbegeerte en de onderscheiden
takken van wetenschap en kunst dan bij een
eenzijdige vakopleiding het geval kan zijn.
Ook voor de philosophie der taal, zooals die
in den laatsten tijd als significa of seman-
tica beoefend wordt, zal de Hoogeschool de
rechte plaats zijn. Zij zal dus niet alleen
kunnen worden bezocht door studenten,
maar evenzeer door wetenschapsmannen,
die verdieping zoeken van hun inzicht, als
na-opleiding, en in 't algemeen door ieder
een, die naar meer kennis streeft.
Er zal dus in ons land een centralisatie
van wereldphilosophisch leven kunnen plaats
vinden, zooals nergens anders het geval is.
Geleerden uit Indië, China, Japan, Per2ië,
Egypte kunnen hier hun systemen doceeren,
terwijl de Westersche stelsels in hun groo-
ten samenhang worden gegeven.
Zoo zal Nederland, het klassieke land van
den geestelijken vooruitgang, het centrum
kunnen worden, waar de studenten: toekom
stige staatsliedengeestelijken f juristen
doktorenfilosofenkunstenaars in
het algemeen, de geestes-aristocratie der ge
heele wereld elkaar zullen ontmoeten, omdat
hun hier wordt geboden, levenswijsheid ver-
eenigd met kennis. En aldus kan, waar een
uitwisseling van gedachten plaats vindt tus
schen menschen van zoo velerlei natiën, een
meer blijvende band worden gelegd, dan dit
tot heden mogelijk was.
Daar de oprichting en instandhouding van
deze hoogeschool ongetwijfeld veel geld
zal vereischen, hopen wij op den steun:
le. van onze Regeering;
2e. van alle werkelijk vrije wetenschaps
mannen;
3e. van diegenen in alle landen, die
overtuigd zijn, dat een nieuwe cultuur moet
worden ingeluid.
4e. van de Buitenlandsche regeeringen,
zoodra zal worden ingezien, welk een groo-
ten invloed de instandhouding van deze
hoogeschool zal hebben op de Europeesche
beschaving en op het onderlinge verkeer en
de goede verstandhouding der volkeren.
.Wij kozen Amersfoort als plaats van ves
tiging. .Vooreerst wegens de lieging van de
stad nagenoeg in het centrum van ons land
terwijl wij de volle medewerking mochten
erlangen van den Burgemeester, Mr. J. C.
Graaf van Randwijck, die heeft verklaard in
zijn qualiteit zitting te zullen nemen in het
definitieve comité.
Maar wat van meer belang is, in een klei
ne plaats is de omgang der studeerenden
onderling zoowel bij studie als bij ontspan
ning veel hartelijker en intiemer dan in een
groote stad, waar zij meer in de menigte op
gaan. Vooral degenen, die uit het buitenland
komende, hier de colleges zullen volgen,
zullen de voordeelen, die uit een inniger
verkeer voortvloeien, waardeeren. En ten
slotte kunnen de studenten in een plaats
waar geen andere Hoogeschool gevestigd is,
zich geheel wijden aan de propaedeuse om
zien daarna des te beter toegerust te gaan
bezighouden met hun speciale vakstudie.
Alsdus hopen wij in Amersfoort te stich
ten een aanwijsbaar centrum voor philoso
phisch leven.
Wij weten, dat achter ons staat een groote
groep mannen en vrouwen van allerlei rich
ting. Mannen van wetenschap, zoowel als
kunstenaars, staatslieden, geestelijken, stu
denten enz., onderschrijven ten volle onze
bedoeling en wij noodigen iedereen uit, die
helpen wil de Hoogeschool tot stand te bren
gen, zich aan ons kenbaar te maken.
In October zal le Amersfoort op een nader
bekend te maken datum een voor ieder toe
gankelijke bijeenkomst worden gehouden,
waarin nadere bijzonderheden over de
Hoogeschool, haar inrichting en leerplan zul
len worden bekend gemaakt. Hiervoor zijh
kaarten kosteloos verkrijgbaar bij den Se
cretaris.
BarCS3° M. van Asbeck, den Haag,
Licenciée ès lettres do l'llniversité de Paris.
H. P. J. Bloemers, Alg. secr. Mij. tot Nut
v. h. Alg., Amsterdam.
Henri Borel, den Haag.
Dr. J. v. d. Bergh van EysingaElias,
Santpoort.
Dr. G. A. v. d. Bergh van Eysinga,
Santpoort.
Dr. H. W. Ph. E. v. d. Bergh van Eysinga,
Zutfen.
J. A. Blok, c. i., Deventer.
Prof. L. E. J. Brouwer, Amsterdam.
Dr. W. H. Denier van der Gon, den Haag
Mr. J. F. van Deinse, Middelburg.
Dr. Frederik van Eeden, Bussum.
Mevr. J. C. Op 't Eijnde—Stolp, Arts,
Haarlem.
Dr. J. C. L. Goddefroy, Arts, Zutfen.
Dr. A. H. de Hartog, Haarlem.
A. C. de Jongh, Mijningenieur, den Haag
Dr. K. H. E. de Jong, den Haag.
Prof. F. Kenninck, Amersfoort.
W- G. v. d. Meer, w. i., dir. H. B. S.,
Helder.
Lod. van Mierop, Soest.
Dr. J. A. der Mouw, den Haag.
Dr. H. A. Naber, Hoorn.
Dr. Ph. H. Peyrot, Rector Gymn.,
Amersfoort.
Dr. L. J. de Rochemont, Amersfoort.
Jhr. Dr. Nico van Suchtelen, Laren.
H. S. Swart, Ingenieur Rijkswaterstaat,
den Haag.
G. v. d. Veen, Adj. Inspecteur van On
derwijs in Ned.-Indië, Ginneken.
Mej. Dr. S. J. Von Wolzogen Kühr,
den Haag.
J. D. Reiman Jr., Secretaris, Amersfoort.
Prinses Marielaan no. 2.
De oorlog.
B e r 1 ij n, 2 O Sept. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
De vijandelijke schepen, die Westende en
Middelkerke, ten zuidwesten van Ostende,
zonder succes hebben beschoten, trokken
zich yoor ons vuur terug. Er werden tref-
schoten waargenomen.
Aan het front is niets bijzonders ge
beurd. Ten westen van Saint-Quentin is een
Engelsch vliegtuig door een Duitschen vlie
ger neergeschoten. De bestuurder is gedood,
de waarnemer gevangen genomen.
P a r ij s, 2 0 Sept. (Havas). Namiddag
communiqué.
In Artois bombardeerde de Fransche ar
tillerie gedurende den nacht hevig de wer
ken van den vijand en beiemmerde zijne ver
zorging. De Duitsche batterijen toonden
zich bijzonder actief in de streek van de
voorsteden van Atrecht en op het front van
Crinchon, waar de kanonnade vergezeld
ging van geweervuur en machinegeweer-
vuur.
Het vijandelijk vuur was ook tamelijk
goed onderhouden in de streken van Herle-
ville, Tracy Leval en Foucaucourt; het lokte
daar een krachtig antwoord van de Fran-
schen uit.
Voor Fontenoy ondernamen de Duit-
schers herhaalde malen infanterievuur, zon
der hunne loopgraven te verlaten. In de
streek van Berry au Bac was bommenstrijd,
geweer- en kanonvuur.
Aan het Aisne-Marnekanaal maakten de
Franschen zich meester van een luisterpost
ten oosten van Sapigneul. In Champagne
antwoordde de Fransche artillerie op het
bombardement van hare stellingen ten noor
den van het kamp van Chalons; zij stuitte
het vuur van de zware artillerie van den
vijand.
Ten noorden van Perthes vloog een muni
tiebergplaats in de vijandelijke linie in de
lucht.
Tusscheri de Aisne en de Argonne ging
het werk van de vijandelijke artillerie den
geheelen nacht door; het lokte een krach
tig tegenwerk uit.
In Lotharingen zetten dé Fransche bat
terijen hun vernielingsvuur op de werken
van den vijand voort; zij^ namen de wegen,
waarlangs zijn verzorgings-colonnes zich
bewegen, onder vuur. In de streek van Ban
de Sapt verstrooide de Fransche artillerie
werkers van den vijand.
P a r ij s, 2 0 Sept. (R.) Avond-commu
niqué.
Ónze batterijen in Artois bombardeerden
aanhoudend de Duitsche versterkingen. De
artillerie van den vijand was wederom het
meest actief en wierp zware' bommen in de
voorsteden van Atrecht. Er werd- zwaar ge-
kannonneerd in Champagne, op de Maas
hoogte en in de Vogeezen, maar het artille
rieduel verminderde in hevigheid tusschen
de Aisne en de Argonne.
B e r 1 ij n, 2 0 Sept. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit he.t groote
hoofdkwartier van heden Voormiddag.
Legergroep Hindenburg. In het brughoofd
Dünaburg moest de vijand voor onzen aan
val bij Nowo Alexandrowsk terugwijken
naar eene achterwaarts gelegen stelling; er
werden 550 gevangenen gemaakt. Bij Smor-
gon beproefde den vijand door te breken;
hij werd afgeslagen.
De aanval tegen den uit den omtrek van
Wilna aftrekkenden tegenstander is in gang.
Ook verder zuidelijk volgen onze troepen
-den terugtrekkenden vijand. De linie Mjed-
niki—LidaSoljane aan de Njemen is be
reikt.
Legergroep Leopold van Beieren. De te
genstander bood slechts voorbijgaande en
op enkele plaatsen tegenstand. De leger
groep heeft den Molczada-sector bij Dwor-
zec bereikt en nadert met den rechtervleu
gel den Myschanka-sector.
Legergroep Mackensen. De vijand is
overal verder teruggedrongen.
Zuidoostelijk oorlogstooneel. Bij kleinere
gevechten hebben de Duitsche troepen meer
dan 100 gevangenen gemaakt.
Weenen, 20 Sept. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
Onze stellingen in het gebied ten oosten
van Luzk werden gisteren bij herhaling
door steike Russische krachten aangevallen.
Onze troepen sloegen den vijand overal
terug, op vele punten in een strijd van man
tegen man. Ook tegen ons front aan de
Ikwa brachten de Russen in den sector bij
Krzemieniec sterke colonnes voor den aan
val in het vuur. Op sommige plaatsen ge
lukte het den vijand den westelijken oever
van de Ikwa te bereiken, maar onze toesnel
lende reserven wierpen hem overal terug. De
vijand leed in 't bijzonder door ons artille
rievuur groote verliezen. Tot gisterenavond
werden meer dan 1000 gevangenen inge
leverd.
In Oost-Galicië heerschte rust; de toe
stand is daar onveranderd. Onze in Littauen
strijdende krachten bereikten den oostelij-
ken oever van de Luchozawa.
Petersburg, 2 0 Sept. (Tel.-agent-
schap). Communiqué van den grooten ge-
neralen staf.
Het vijandelijke artillerievuur werd inten
ser en er kwamen gevechten voor aan de
Ekau in de streek van Riga. Wij lieten eene
brug springen, die de Duitschers bouwden
over de Aa bij het dorp Plaak ten noordwes
ten van Mitau.
Onze troepen vermeesterden na een ver
woed gevecht hunne oude loopgraven in de
streek van den spoorweg ten zuidwesten van
Ülukst bij de hofstede Steidern. Zij vonden
in Je loopgraven talrijke geweren, patronen
en munitie.
Er worden levendige gevechten geleverd
in de buurt van den straatweg naar Dwinsk
en op de landtongen tusschen de meren ten
zuidwesten van Dwinsk. Wij verdreven den
vijand uit het dorp Widza, ten oosten van
den spoorweg Nowo SwientzianyDwinsk.
In de streek van Wilna trokken onze troe
pen, na een gevecht bij de overgangen van
de Midden Wilia zich een weinig naar het
oosten terug. In de stieek ten noordwesten
van de linie WilleikaMolodetsjna werden
op vele plaatsen de gevechten voortgezet om
het bezit van de overgangen van de Wilia.
In alle actiën en tegenaanvallen leveren
onze troepen aanhoudend het bewijs van
hunne hooge militaire eigenschappen; zij
gedragen zich met kalmte en zekerheid in
de —oeielijkste omstandigheden.
De toestand is stationair op het front van
den spoorweg BiniakoniLida en aan den
oostelijken oever van de Schara.
Aan de Stokhod, in de streek van den
spoorweg KowelSarnik, verdreven onze
troepen met de bajonet den vijand uit Cze-
rok en doodden een groot aantal van hen.
In de streek van Rojiscze, ten noorden van
Luzk, chargeerde onze cavallerie de Oosten
rijkers; zij maakten over een afstand van vier
werst jacht op hen, sabelde velen neer en
maakte meer dan 200 gevangenen. Eene an
dere colonne paardenvolk, die tijdig den te
rugtocht van den vijand van Kivertzy op
Luzk ontdekte, viel hen aanstonds aan en
joeg hen ook op de vlucht; zij maakte 5
olïicieren en 500 soldaten gevangen en
maakte buit een groot konvooi levensmidde
len, tien keukens en een muziekkorps.
Weenen, 20 Sept. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
Duitsche en Oostenrijksch-Hongaarsche
batterijen beschoten gisteren de Servische
stellingen aan den zuidelijken oever van de
Save en den Donau. Ook de vesting Bel
grado stond onder ons vuur. In de nabijheid
van den Drinamond zijn Servische vooruit-
gebrachte afdeelingen overvallen en vernie
tigd.
Weenen, 20 Sept. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
In het Tirolsche grensgebied zochten de
Italianen nu en dan hun heil in vruchtelooze
ondernémingen in het hooggebergte, inzon
derheid in het Adamiella- en het Dolomiten-
gebied. Aan het Korintische front is de toe
stand onveranderd. In het bekken van
Fletsch ging het overschot van de vijande
lijke aanvalstroepen terug buiten het bereik
van onze kanonnen in de oude stellingen.
Een van onze vliegtuigen wierp met bom
men naar het station en het kamp van Ar-
vero.
R o m e, 2 O Sept. (R.) Officieel commu
niqué.
Bij den strijd in de streek van Arsiero
hebben de Italianen den IS*30" September
een belangrijk succes behaald. De vijand
deed twee zeer hevige aanvallen, die afge
slagen werden.
Nadat de vijand bemerkt had, dat zijn in
spanning in het Plezzo-bekken zonder ge
volg bleef, bombardeerde hq 'Cezsoca met
brandbommen, dat bijna geheel in asch werd
gelegd. De Italianen beantwoordden dit vuur
en veroorzaakten een enormen brand te Ko-
rituka, waar troepen in beweging waren.
Onze artillerie heeft de Oostenrijkers ver
dreven uit een bosch op den Monte Cosieh
op het Karst-plateau.
Lowestoft, 20 Sept. (R.) Het stoom
schip Horden is in den grond geboord. De
bemanning is gered.
Londen, 21 Sept. (R.) Tot weerleg
ging van de uit Berlijn afkomstige verkla
ring, dat het praktisch onmogelijk is, dat
veen Duitsche duikboot de Hesperian tot zin
ken heeft gebracht, vooreerst omdat volgens
de verdeelingsplannen van den 4en Sep
tember geen Duitsche duikboot op die plek
is geweest en in de tweede plaats omdat
volgens beschrijvingen uit Engelsche bron
de ontploffing van zoodanigen aard is gq^
weest, dat moet worden aangenomen, dat
zij eerder door een mijn dan door een tor
pedo is veroorzaakt, is eene officieele me-
dedeeling verschenen. Daarin wordt ge
zegd, dat het boven eiken twijfel verheven
bewijs bestaat, dat een Duitsche duikboot
inderdaad aanwezig was op de plek, waar
de Hesperian werd aangevallen. Er werden
schepen in den grond geboord op den 4en
en 5en September zoowei ten noorden ais
ten zuiden van die plek. De ontploffing waS'
van 't type zooals veroorzaakt worden door,-
torpedo's. Dit wordt afdoende bewezen doon'
een stuk van een torpedo, dat werd opge-^'
pikt aan boord van de Hesperian voordat
zij zonk, en dat nu in het bezit van de ac£
miraliteit is.
Londen, 20 Sept. (R.) Baron von
Bissing, die als Britsch onderdaan genatura-