Dinsdag 21 September 1915. N° 71 EEMLAN DE 14de Jaargang. BUITENLAND. ABONNEMENTSPRIJS: Fer 8 maanden voor Amersfoort f l-OO. Idem franco per post 1.50* Per week (met gratis verzekering tegen ongelukkon) 0.10. -Afzonderlijke nummers 0.05. Wekelijks bijvoegsel „de Hollandsere Huisvrouw" (onder redactie Van Thérèse ran Hoven) per 8 mnd. 50 ets. Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie' advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels.. f 0.50. Elke regel meor0.10. Dienstaanbiedingen 35 cents bij vooruitbetaling, Grooto lettors naar plaatsruimto. Voor handel en bedrijf bostaan zoor voordeolige bepalingon tot het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnement. Eene circulaire, bevattonde de voorwaarden, wordt op aanvraag toegozonden. Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Internationale Hoogeschool voor Wijsbegeerte. Het Rapport van de Staatscommissie voor \ie Reorganisatie van het Onderwijs, inge- tteld bij K. B. van 21 Maart 1903, zegt o. a. „Er is niet ten onrechte over geklaagd, 0at voor v51e studenten de studie het alge meen wetenschappelijke karakter mist, dat alleen door eene philosophische opvatting te verkrijgen is. Inderdaad liggen aan alle bijzondere we ienschappen zekere beginselen ten grond- Slag en de philisophie heeft zich het onder zoek van die beginselen en van hunnen samenhang tot taak gesteld; daardoor is zij de band, die alle wetenschappen verbindt en omvat zij het geheel der menschelijke ken nis. 't Is waar, niet iedereen behoeft zich met het onderzoek dier beginselen zelfstandig bezig te houden, niet iedereen heeft daarvoor lust en aanleg maar wie een wetenschap, welke ook, grondig wil beoefenen, moet zich van het wezen van kennis en wetenschap, van de logische waarde harer methoden en van de beginselen, waarvan zij uitgaat, re kenschap trachten te geven, en dus philoso- phisch leeren denken en onderzoeken. In zeker opzicht is de philosophie de eer ste, in een ander is zij de laatste, alles sa menvattende wetenschap; zij zou dus eener- zijds aan het beging maar aan den anderen kant ook aan het einde van het höoger on derwijs kunnen worden gesteld. Zal zij echter eene ruime en diepe opvatting der weten schap bevorderen, dan is het noodig dat reeds in de eerste jaren van de studie aan de universiteit de leerlingen in de beginse len der philosophie worden ingeleid, dat zij kennis erlangen van de belangrijkste wijs- geerige vraagstukken, die zich in het verloop van de geschiedenis der wetenschap aan het menschelijk denken hebben opgedrongen en van de antwoorden die men op die vraag stukken heeft trachten te geven. Wanneer men er langer mee zou willen wachten, dan staat te vreezen, dat de geest bij de beoefe ning der bijzondere, zoo te zeggen positieve wetenschap, reeds eenen habitus heeft ge kregen, die van een philosophische opvat ting min of meer afkeerig maakt, of ook dat gebrek aan tijd er toe nopen zal, een zooge- naamde praktische opvatting te verkiezen. Op deze gronden is een philosophische propaedeuse voor alle faculteiten wensche- lijk te achten." De Staatscommissie heeft zeer goed inge zien, wat de gvoote fout is in ons Hooger Onderwijs: het mist centraliteit. De meeste vakken zoowel aan Universiteiten als aan conservatoria, landbouwscholen, teekenaca demies, handelsscholen, worden onder wezen, alsof er geen onderling verband bestaat. Als resultaat geeft deze opleiding bekwame specialiteitendie echter geheel vreemd staan tegen over alles wat buiten hun eigen vak valt. Het groote verband tusschen de ver schillende wetenschappen, godsdiensten en kunsten wordt door hen niet beseft. Het ont breekt hun aan philosofisch inzicht zij hebben, immers ook niet geleerd, philoso- phisch te denken. Want waar de wet aan de studenten in het algemeen geen verplichting oplegt om een leergang in de wijsbegeerte te volgen wordt deze tegenwoordig ondanks de pogin gen van sommige docenten te veel op den achtergrond geschoven; en waar zij wèl wordt beoefend bestudéert men haar als af zonderlijk vak. En aldus faalt de philosophie in haar doel: het Leven als geheel te leeren begrijpen in den onderlingen samenhang aller levensverschijnselen. Voor zooverre nu de philosophie middel moet zijn om de levensverschijnselen te be grijpen, moet zij zich niet willekeurig be perken. Daarom moet naast de Westersche ook de Oostersche philosophie stem krijgen welke laatste de mogelijkheid erkent van ruimer gebieden van onderzoek. z,oo kan philosophie een basis zijn zoowel voor onze levensbeschouwing als voor de af zonderlijke wetenschappen, maar zij kan dat alleen, als zij Oostersche en Westersche in zich vereenigt, als zij is: Wereldphilosophie. En waar de z. g. Oostersche philosophie door onze geleerden niet voldoende, of al leen philologisch beoefend wordt, is het voor de centralisatie van de wetenschap (met als gevolg het verdiepen en in nieuwe onge limiteerde banen leiden van deze) een nood zakelijkheid, dat bovendien alle philoso- phieën die een aanzicht zijn van de wereld philosophie door de geleerden uit de lan den zélf belicht worden. Door deze bree- dere philosophische opzet kan tevens een grondslag worden gelegd voor het weten schappelijk onderzoeken en begrijpen van de z. g. occulte verschijnselen. Het gevolg zal dus zijn: het in academische banen lei den van die wetenschappen, welke tot nu toe niet aan een hoogeschool werden ge doceerd en die toch voor volledige beoefe ning der wetenschap en voor de gemeen- scnap van het grootste belang zijn. Een hoogeschool waar bovengenoemde opvattingen tot haar recht zouden komen, zou in de eerste plaats moeten dienen voor het verdiepen en uitbreiden der wetenschap, in de tweede plaats voor het verdiepen van het leven, het blijkt toch duidelijk, dat in den tegen- woordigen tijd vele personen, die de ge wichtigste functies moeten bekleeden: Staats lieden. Bedrijfsleiders, Geleerden, etc. feite lijk te kort komen in kennis van het groote verband dat bestaat tusschen godsdienst, filosofie, wetenschappen, kunst en socio logie, die alleen een werkzaam leven blijvend vruchtbaar kan maken en het even wicht in een strijdende ziel handhaven. Maar wanneer de gewichtige ambten in handen zouden zijn van diep philosophische den kende menschen, zou hun helder inzicht in het geheele samengestelde leven, leiden tot de oplossing van menig sociaal en politiek vraagstuk. m Ondergeteekenden nu hebben zich ge vormd tot een voorloopig comité om voor te bereiden de stichting van een hoogeschool, die bezocht kan worden zoowel door studen ten of aanstaande studenten aan de bestaan de Universiteiten als door anderen. Zij zal volkomen vrij zijnniet onder worpen aan welke sec te of partij ook en gelegenheid geven tot een propae- deutische opleiding in de philosophie, zoo ruim mogelijk genomen. Hierdoor zullen studenten bij hun komst aan een der Uni versiteiten op geheel andere wijze tegen over hun vak komen te staan dan nu het ge val is n.l. met eenheidsbesef, met critisch inzicht Daardoor zal de studie wel iets lan ger duren, maar ongetijfeld zal deze voor studie goede resultaten afwerpen voor het geheele verdere leven. Zij zal hen tot ern stiger menschen maken, v.ien de later vol gende speciale vakstudie gemakkelijker valt. Buitendien ligt het in de bedoeling om va- cantiecursussen in te richten voor diegenen, die om verschillende redenen, hun studie tijd niet kunnen verlengen, zoodat ook zij niet geheel buiten het philosophisch onder wijs behoeven te blijven. Aan de school zal verder een uitgebreide opleiding worden gegeven in kennis der we reld-godsdiensten en -litteratuur, terwijl te vens een nauwer verband zal worden gelegd tusschen wijsbegeerte en de onderscheiden takken van wetenschap en kunst dan bij een eenzijdige vakopleiding het geval kan zijn. Ook voor de philosophie der taal, zooals die in den laatsten tijd als significa of seman- tica beoefend wordt, zal de Hoogeschool de rechte plaats zijn. Zij zal dus niet alleen kunnen worden bezocht door studenten, maar evenzeer door wetenschapsmannen, die verdieping zoeken van hun inzicht, als na-opleiding, en in 't algemeen door ieder een, die naar meer kennis streeft. Er zal dus in ons land een centralisatie van wereldphilosophisch leven kunnen plaats vinden, zooals nergens anders het geval is. Geleerden uit Indië, China, Japan, Per2ië, Egypte kunnen hier hun systemen doceeren, terwijl de Westersche stelsels in hun groo- ten samenhang worden gegeven. Zoo zal Nederland, het klassieke land van den geestelijken vooruitgang, het centrum kunnen worden, waar de studenten: toekom stige staatsliedengeestelijken f juristen doktorenfilosofenkunstenaars in het algemeen, de geestes-aristocratie der ge heele wereld elkaar zullen ontmoeten, omdat hun hier wordt geboden, levenswijsheid ver- eenigd met kennis. En aldus kan, waar een uitwisseling van gedachten plaats vindt tus schen menschen van zoo velerlei natiën, een meer blijvende band worden gelegd, dan dit tot heden mogelijk was. Daar de oprichting en instandhouding van deze hoogeschool ongetwijfeld veel geld zal vereischen, hopen wij op den steun: le. van onze Regeering; 2e. van alle werkelijk vrije wetenschaps mannen; 3e. van diegenen in alle landen, die overtuigd zijn, dat een nieuwe cultuur moet worden ingeluid. 4e. van de Buitenlandsche regeeringen, zoodra zal worden ingezien, welk een groo- ten invloed de instandhouding van deze hoogeschool zal hebben op de Europeesche beschaving en op het onderlinge verkeer en de goede verstandhouding der volkeren. .Wij kozen Amersfoort als plaats van ves tiging. .Vooreerst wegens de lieging van de stad nagenoeg in het centrum van ons land terwijl wij de volle medewerking mochten erlangen van den Burgemeester, Mr. J. C. Graaf van Randwijck, die heeft verklaard in zijn qualiteit zitting te zullen nemen in het definitieve comité. Maar wat van meer belang is, in een klei ne plaats is de omgang der studeerenden onderling zoowel bij studie als bij ontspan ning veel hartelijker en intiemer dan in een groote stad, waar zij meer in de menigte op gaan. Vooral degenen, die uit het buitenland komende, hier de colleges zullen volgen, zullen de voordeelen, die uit een inniger verkeer voortvloeien, waardeeren. En ten slotte kunnen de studenten in een plaats waar geen andere Hoogeschool gevestigd is, zich geheel wijden aan de propaedeuse om zien daarna des te beter toegerust te gaan bezighouden met hun speciale vakstudie. Alsdus hopen wij in Amersfoort te stich ten een aanwijsbaar centrum voor philoso phisch leven. Wij weten, dat achter ons staat een groote groep mannen en vrouwen van allerlei rich ting. Mannen van wetenschap, zoowel als kunstenaars, staatslieden, geestelijken, stu denten enz., onderschrijven ten volle onze bedoeling en wij noodigen iedereen uit, die helpen wil de Hoogeschool tot stand te bren gen, zich aan ons kenbaar te maken. In October zal le Amersfoort op een nader bekend te maken datum een voor ieder toe gankelijke bijeenkomst worden gehouden, waarin nadere bijzonderheden over de Hoogeschool, haar inrichting en leerplan zul len worden bekend gemaakt. Hiervoor zijh kaarten kosteloos verkrijgbaar bij den Se cretaris. BarCS3° M. van Asbeck, den Haag, Licenciée ès lettres do l'llniversité de Paris. H. P. J. Bloemers, Alg. secr. Mij. tot Nut v. h. Alg., Amsterdam. Henri Borel, den Haag. Dr. J. v. d. Bergh van EysingaElias, Santpoort. Dr. G. A. v. d. Bergh van Eysinga, Santpoort. Dr. H. W. Ph. E. v. d. Bergh van Eysinga, Zutfen. J. A. Blok, c. i., Deventer. Prof. L. E. J. Brouwer, Amsterdam. Dr. W. H. Denier van der Gon, den Haag Mr. J. F. van Deinse, Middelburg. Dr. Frederik van Eeden, Bussum. Mevr. J. C. Op 't Eijnde—Stolp, Arts, Haarlem. Dr. J. C. L. Goddefroy, Arts, Zutfen. Dr. A. H. de Hartog, Haarlem. A. C. de Jongh, Mijningenieur, den Haag Dr. K. H. E. de Jong, den Haag. Prof. F. Kenninck, Amersfoort. W- G. v. d. Meer, w. i., dir. H. B. S., Helder. Lod. van Mierop, Soest. Dr. J. A. der Mouw, den Haag. Dr. H. A. Naber, Hoorn. Dr. Ph. H. Peyrot, Rector Gymn., Amersfoort. Dr. L. J. de Rochemont, Amersfoort. Jhr. Dr. Nico van Suchtelen, Laren. H. S. Swart, Ingenieur Rijkswaterstaat, den Haag. G. v. d. Veen, Adj. Inspecteur van On derwijs in Ned.-Indië, Ginneken. Mej. Dr. S. J. Von Wolzogen Kühr, den Haag. J. D. Reiman Jr., Secretaris, Amersfoort. Prinses Marielaan no. 2. De oorlog. B e r 1 ij n, 2 O Sept. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. De vijandelijke schepen, die Westende en Middelkerke, ten zuidwesten van Ostende, zonder succes hebben beschoten, trokken zich yoor ons vuur terug. Er werden tref- schoten waargenomen. Aan het front is niets bijzonders ge beurd. Ten westen van Saint-Quentin is een Engelsch vliegtuig door een Duitschen vlie ger neergeschoten. De bestuurder is gedood, de waarnemer gevangen genomen. P a r ij s, 2 0 Sept. (Havas). Namiddag communiqué. In Artois bombardeerde de Fransche ar tillerie gedurende den nacht hevig de wer ken van den vijand en beiemmerde zijne ver zorging. De Duitsche batterijen toonden zich bijzonder actief in de streek van de voorsteden van Atrecht en op het front van Crinchon, waar de kanonnade vergezeld ging van geweervuur en machinegeweer- vuur. Het vijandelijk vuur was ook tamelijk goed onderhouden in de streken van Herle- ville, Tracy Leval en Foucaucourt; het lokte daar een krachtig antwoord van de Fran- schen uit. Voor Fontenoy ondernamen de Duit- schers herhaalde malen infanterievuur, zon der hunne loopgraven te verlaten. In de streek van Berry au Bac was bommenstrijd, geweer- en kanonvuur. Aan het Aisne-Marnekanaal maakten de Franschen zich meester van een luisterpost ten oosten van Sapigneul. In Champagne antwoordde de Fransche artillerie op het bombardement van hare stellingen ten noor den van het kamp van Chalons; zij stuitte het vuur van de zware artillerie van den vijand. Ten noorden van Perthes vloog een muni tiebergplaats in de vijandelijke linie in de lucht. Tusscheri de Aisne en de Argonne ging het werk van de vijandelijke artillerie den geheelen nacht door; het lokte een krach tig tegenwerk uit. In Lotharingen zetten dé Fransche bat terijen hun vernielingsvuur op de werken van den vijand voort; zij^ namen de wegen, waarlangs zijn verzorgings-colonnes zich bewegen, onder vuur. In de streek van Ban de Sapt verstrooide de Fransche artillerie werkers van den vijand. P a r ij s, 2 0 Sept. (R.) Avond-commu niqué. Ónze batterijen in Artois bombardeerden aanhoudend de Duitsche versterkingen. De artillerie van den vijand was wederom het meest actief en wierp zware' bommen in de voorsteden van Atrecht. Er werd- zwaar ge- kannonneerd in Champagne, op de Maas hoogte en in de Vogeezen, maar het artille rieduel verminderde in hevigheid tusschen de Aisne en de Argonne. B e r 1 ij n, 2 0 Sept. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit he.t groote hoofdkwartier van heden Voormiddag. Legergroep Hindenburg. In het brughoofd Dünaburg moest de vijand voor onzen aan val bij Nowo Alexandrowsk terugwijken naar eene achterwaarts gelegen stelling; er werden 550 gevangenen gemaakt. Bij Smor- gon beproefde den vijand door te breken; hij werd afgeslagen. De aanval tegen den uit den omtrek van Wilna aftrekkenden tegenstander is in gang. Ook verder zuidelijk volgen onze troepen -den terugtrekkenden vijand. De linie Mjed- niki—LidaSoljane aan de Njemen is be reikt. Legergroep Leopold van Beieren. De te genstander bood slechts voorbijgaande en op enkele plaatsen tegenstand. De leger groep heeft den Molczada-sector bij Dwor- zec bereikt en nadert met den rechtervleu gel den Myschanka-sector. Legergroep Mackensen. De vijand is overal verder teruggedrongen. Zuidoostelijk oorlogstooneel. Bij kleinere gevechten hebben de Duitsche troepen meer dan 100 gevangenen gemaakt. Weenen, 20 Sept. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Onze stellingen in het gebied ten oosten van Luzk werden gisteren bij herhaling door steike Russische krachten aangevallen. Onze troepen sloegen den vijand overal terug, op vele punten in een strijd van man tegen man. Ook tegen ons front aan de Ikwa brachten de Russen in den sector bij Krzemieniec sterke colonnes voor den aan val in het vuur. Op sommige plaatsen ge lukte het den vijand den westelijken oever van de Ikwa te bereiken, maar onze toesnel lende reserven wierpen hem overal terug. De vijand leed in 't bijzonder door ons artille rievuur groote verliezen. Tot gisterenavond werden meer dan 1000 gevangenen inge leverd. In Oost-Galicië heerschte rust; de toe stand is daar onveranderd. Onze in Littauen strijdende krachten bereikten den oostelij- ken oever van de Luchozawa. Petersburg, 2 0 Sept. (Tel.-agent- schap). Communiqué van den grooten ge- neralen staf. Het vijandelijke artillerievuur werd inten ser en er kwamen gevechten voor aan de Ekau in de streek van Riga. Wij lieten eene brug springen, die de Duitschers bouwden over de Aa bij het dorp Plaak ten noordwes ten van Mitau. Onze troepen vermeesterden na een ver woed gevecht hunne oude loopgraven in de streek van den spoorweg ten zuidwesten van Ülukst bij de hofstede Steidern. Zij vonden in Je loopgraven talrijke geweren, patronen en munitie. Er worden levendige gevechten geleverd in de buurt van den straatweg naar Dwinsk en op de landtongen tusschen de meren ten zuidwesten van Dwinsk. Wij verdreven den vijand uit het dorp Widza, ten oosten van den spoorweg Nowo SwientzianyDwinsk. In de streek van Wilna trokken onze troe pen, na een gevecht bij de overgangen van de Midden Wilia zich een weinig naar het oosten terug. In de stieek ten noordwesten van de linie WilleikaMolodetsjna werden op vele plaatsen de gevechten voortgezet om het bezit van de overgangen van de Wilia. In alle actiën en tegenaanvallen leveren onze troepen aanhoudend het bewijs van hunne hooge militaire eigenschappen; zij gedragen zich met kalmte en zekerheid in de —oeielijkste omstandigheden. De toestand is stationair op het front van den spoorweg BiniakoniLida en aan den oostelijken oever van de Schara. Aan de Stokhod, in de streek van den spoorweg KowelSarnik, verdreven onze troepen met de bajonet den vijand uit Cze- rok en doodden een groot aantal van hen. In de streek van Rojiscze, ten noorden van Luzk, chargeerde onze cavallerie de Oosten rijkers; zij maakten over een afstand van vier werst jacht op hen, sabelde velen neer en maakte meer dan 200 gevangenen. Eene an dere colonne paardenvolk, die tijdig den te rugtocht van den vijand van Kivertzy op Luzk ontdekte, viel hen aanstonds aan en joeg hen ook op de vlucht; zij maakte 5 olïicieren en 500 soldaten gevangen en maakte buit een groot konvooi levensmidde len, tien keukens en een muziekkorps. Weenen, 20 Sept. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Duitsche en Oostenrijksch-Hongaarsche batterijen beschoten gisteren de Servische stellingen aan den zuidelijken oever van de Save en den Donau. Ook de vesting Bel grado stond onder ons vuur. In de nabijheid van den Drinamond zijn Servische vooruit- gebrachte afdeelingen overvallen en vernie tigd. Weenen, 20 Sept. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. In het Tirolsche grensgebied zochten de Italianen nu en dan hun heil in vruchtelooze ondernémingen in het hooggebergte, inzon derheid in het Adamiella- en het Dolomiten- gebied. Aan het Korintische front is de toe stand onveranderd. In het bekken van Fletsch ging het overschot van de vijande lijke aanvalstroepen terug buiten het bereik van onze kanonnen in de oude stellingen. Een van onze vliegtuigen wierp met bom men naar het station en het kamp van Ar- vero. R o m e, 2 O Sept. (R.) Officieel commu niqué. Bij den strijd in de streek van Arsiero hebben de Italianen den IS*30" September een belangrijk succes behaald. De vijand deed twee zeer hevige aanvallen, die afge slagen werden. Nadat de vijand bemerkt had, dat zijn in spanning in het Plezzo-bekken zonder ge volg bleef, bombardeerde hq 'Cezsoca met brandbommen, dat bijna geheel in asch werd gelegd. De Italianen beantwoordden dit vuur en veroorzaakten een enormen brand te Ko- rituka, waar troepen in beweging waren. Onze artillerie heeft de Oostenrijkers ver dreven uit een bosch op den Monte Cosieh op het Karst-plateau. Lowestoft, 20 Sept. (R.) Het stoom schip Horden is in den grond geboord. De bemanning is gered. Londen, 21 Sept. (R.) Tot weerleg ging van de uit Berlijn afkomstige verkla ring, dat het praktisch onmogelijk is, dat veen Duitsche duikboot de Hesperian tot zin ken heeft gebracht, vooreerst omdat volgens de verdeelingsplannen van den 4en Sep tember geen Duitsche duikboot op die plek is geweest en in de tweede plaats omdat volgens beschrijvingen uit Engelsche bron de ontploffing van zoodanigen aard is gq^ weest, dat moet worden aangenomen, dat zij eerder door een mijn dan door een tor pedo is veroorzaakt, is eene officieele me- dedeeling verschenen. Daarin wordt ge zegd, dat het boven eiken twijfel verheven bewijs bestaat, dat een Duitsche duikboot inderdaad aanwezig was op de plek, waar de Hesperian werd aangevallen. Er werden schepen in den grond geboord op den 4en en 5en September zoowei ten noorden ais ten zuiden van die plek. De ontploffing waS' van 't type zooals veroorzaakt worden door,- torpedo's. Dit wordt afdoende bewezen doon' een stuk van een torpedo, dat werd opge-^' pikt aan boord van de Hesperian voordat zij zonk, en dat nu in het bezit van de ac£ miraliteit is. Londen, 20 Sept. (R.) Baron von Bissing, die als Britsch onderdaan genatura-

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1915 | | pagina 1