Zaterdag 2 October 1915.
„DE EEMLAN DER".
I4"e Jaargang.
BUITEN LAND.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
Kennisgevingen.
Verspreide Berichten.
"BINNENLAND.
ABONNEMENTSPRIJS:
maanden voor Amersfoort t
Idem fr&noo per post
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O.IO.
Afzonderlijke nummers ©.05.
Wekelijks byvoegsel nds Hollandses Huisrrouuf' (onder redactio
yan Thérèse van Hoven) per 8 mnd. 50 ets.
Advertentiën gelieve men liefst vóór 11 uur, familie-
advertenties en berichten vóór 2 uur in te zenden.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—regels.. f 0.50.
Elke regel meerO.IO,
Dienstaanbiedingen 25 cents bjj vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bodrijf bestaan zoet voordeclige bepalingon
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij nbonnoraent.
Eeno circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Hoofdredacteur: Mr, D.J. VAN SCHAARDENBURQ.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Brengen ter kennis van de ingezetenen, dat
op Woensdag, 13 October 1915, des namiddags
ten drie ure, in het voormalig Werkhuis aan
den Westsingel, alhier, gelegenheid zal worden
gegeven tot kostelooze inenting
Vestigen er voorts de aandacht op, dat bij de
aanmelding het vertoonen van een geboorte
bewijs of trouwboekje gewenscht is.
Amersfoort, 28 September 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd,
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VEENS IRA. VAN RA ND WIJ CK-
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op artikel 37 der Drankwet;
Brengen ter openbare kennis
lo. dat bij hen is ingediénd een verzoekschrift
om verlof tot verkoop van alcoholhoudenden,
anderen dan sterken drank, voor gebruik ter
plaatse van verkoop, door Cornells van den
Heuvel, logementhouder, wonende alhier, in de
voor-benedenlocaliteit van het perceel Lieve-
vxouvvekerkhof, hoek Breedestraat, no. 13/15,
te Amersfoort;
2o- dat binnen twee weken nh deze bekend
making een ieder tegen het verleenen van het
verlof schriftelijke bezwaren bij ons College
kan inbrengen.
Amersfoort, 29 September 1915.
Burgemeester en Wethouders voornoemd
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VEENSTRA. VAN RANDWDCK.
Politiek Overzicht
De wersldsirijd in Het
oosten.
Onder de redenen, die den tragen voort
gang van den strijd op het oostelijk oorlogs-
tooneel verklaren, hebben wij genoemd de
moeielijkheden van het terrein, die den ver
dediger te meer te stade komen, omdat hij
strijdt op eigen grond, terwijl zij voor den
aanvaller door zijne onbekendheid met de
plaatselijke gesteldheid dubbel bezwarend
zijn. Van den aard dezer moeielijkheden
geeft eene beschrijving een denkbeeld,
die in de Frankf. Ztg. voorkomt van het
noordwestelijke deel van het moerasland der
Poljesje, het gebied ten noorden van Pinsk,
langs het Oginski-kanaai tot in de streek van
den grooten Szczara-boog. Daar speelt de
strijd zich af op een terrein zoo ongunstig
als men zich maar kan denken, onder de
grootste moeielijkheden in de worsteling te
gen de belemmeringen van de natuur. In de
plaats van de aaneengesloten strijdhanaelin-
gen treedt eene ontbinding van het front, die
een gevolg is van de weinige bruikbare we
gen, welke aanwezig zijn. Tusschen de wegen
strekt zich eindeloos uit het met bosch be
groeide moeras, welks nadeelen wel met suc
ces bestreden en verminderd, maar zelfs met
alle technische hulpmiddelen niet geheel
overwonnen kunnen worden.
De troepen, die in deze afdeeling vaat het
front ten noorden van de Pripjèt in den strijd
tegen de Russen staan, behooren tot de le
gergroepen van maarschalk von Mackensen
en prins Leopold van Beieren.
Het strijdgebied aan het Oginskikanaal
omvat het noordelijke en westelijke gedeel
te van het district Pinsk, dat deel uitmaakt
van het gouvernement Minsk en gelegen is
tusschen de rivieren Jaszjolda en Szczara.
Het is een moeraslandschap, met wijd uitge
strekte vlakten van 20 tot 25 KM. breedte,
waarvan men niet zou denken, dat zij in hun
ne geringe hoogte van 150 Meter boven den
zeespiegel de hoofdwaterscheiding van Euro
pa dragen en de naar de Oostzee loopende
wateren scheiden van die, welke naar de
Zwarte zee vloeien. Op dit vlakke gebied, dat
ter nauwernood eene merkbare dalinzin
king kent en haast geene mogelijkheden tot
afsluiting biedt, doen de overvloedige atmos
ferische neerslagen een moerasland van den
eersten rang ontstaan. Als eilanden rijzen
daaruit op eenige weinige heuvelgroepen,
die zich een weinig boven het vlakke land
verheffen: zoo ten westen en zuidv/esten van
•Telechany met 169 Meter, in den omtrek van
Logitsjin met 158 Meter, een derde heuvel-
rij tusschen Wisliza en Bobrik bij Dombros-
iawka en een vierde bij Chotonitsji. Deze
heuvelgroepen zijn tegelijk de weinige stre
ken, waar het eindelooze bosch wordt onder
broken door bouwland met weinige en ar
moedige nederzettingen.
Deze heuvelruggen zoeken ook de wegen
van die streken en zij volgen hun
kronkeligen loop. Zoo gaat van Pinsk
over Logitsjin—Drombroslawka—Chotenitsii
bet noordelijke gedeelte van den eeni-
g"en straatweg, die de Poljesji doorsnijdt
jea de ei uitmaak t van de postverbii><
ding Rowno—Pinsk—Minsk. Van Logitsjin
gaat eene vertakking uit naar het westen aan
het Oginskikanaal over Telechany naar Kos-
sowa. Alle verdere verbindingen zijn wegen
van den tweeden rang, op welker bruikbaar
heid niet is te vertrouwen. Twee daarvan
gaan van het westen naar het oosten door
het moerasgebied.
Verder is het water het gewichtigste ver
keersmiddel. Vooral komt daarvoor in aan
merking het Oginskikanaal, een 55 KM. lang
kanaal met zeven sluiswerken. Het bereikt
van een punt aan de Jaszjolda 20 KM.
noordwestelijk van Pinsk met behulp van zes
sluizen ten zuiden van Telechany de water
scheiding, doorloopt het 6 KM. breede Wy-
gonowekojsmeer en mondt uit in de Szczara
op haar zuidelijkste punt, waarbij slechts
ééne sluisbediening noodig is. Deze kunst
matige waterweg, die in de 18e eeuw is aan
gelegd door den groothetman van Litauen,
vorst Michaël Oginski, die aan het kanaal
zijn naam heeft gegeven, verbindt via de
Dnjepr Pripjet Jaszjolda Szczara
Njemen de Zwarte zee met de Oostzee,
waardoor een onafgebroken waterweg ver
kregen wordt van 2506 KM. Vooral de hout
industrie maakt van het kanaal een druk ge
bruik; het aantal vlotten, die het kanaal in
één jaar passeeren, is op minstens 60,000
te schatten.
Aan spoorwegen zijn slechts de wegen
Brest Litowsk Pinsk Komel en Bara-
nowiczRowno aanwezig, die elkaar krui
sen in Luninez, ten oosten van Pinsk.
De bevolking van het land is dun. Op één
K.M.2 komen in het district Pinsk slechts
15 personen voor. De bevolking, overwe
gend Wit-Russen (70 pet.), verder Polen en
Joden (10 12 pet.) en een klein aantal
Litauers, Klein-Russen en uit het oosten
binnengedrongen Groot-Russen, houdt zich,
behalve met akkerbouw en boschcultuur,
ook nog bezig met veeteelt, scheepsbouw
en ooft bouw. Het oerland huisvest wolven,
bosschen, wilde zwijnen, dassen en nog be
vers.
In het bovenstaande heeft men eene be
schrijving van een deel van het gebied,
waarop in Rusland de oorlog wordt ge
voerd. Operatieve maatregelen kunnen in
een dergelijk terrein ten allen tijde stuiten
op gewichtige moeilijkheden, die tot plaat
selijke frontveranderingen noodzaken. Dat
zal te meer het geval zijn, waar men staat
tegenover een vijand, die alle schuilhoeken
nauwkeurig kent en van elk terreinvoordeel
weet partij te trekken.
De oor-Sog.
B e r I ij n, 1 Oct. (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uit het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Vijandelijke monitors beschoten zonder
uitwerking de omstreken van Lombardzijde
en Middelkerke.
Een nieuwen aanval beproefden de Engel-
schen gisteren niet weer. Onze tegenaanval
len ten noorden van Loos maakten bij hevige
vijandelijke tegenweer verdere vorderfngen.
Eenige gevangenen, twee officieren en een
mijnwerper vielen in onze handen. Pogingen
van de Franschen om ten oosten van Sou-
chez en ten noorden van Neuville ruimte te
winnen, mislukten.
In Champagne leed een met sterke krach
ten ondernomen vijandelijke aanval schip
breuk ten oosten van Auberive. Eveneens
waven zonder succes alle Fransche aanval
len in de streek ten noordwesten van Massi-
ges, waaraan troependeelen van zeven ver
schillende divisiën deelnamen.
Het aantal der bij de aanvallen in Cham
pagne tot dusver gemaakte gevangenen is
gestegen tot 104 officieren en 7019 man
schappen.
Met succes uitgevoerde mijnopblazingen
beschadigden eene "Fransche stelling bij
Vauquois.
Fransche vliegeniers wierpen bommen op
Henin en Liétard, waardoor acht Fransche
burgers gedood werden. Wij leden geene
verliezen.
P a r ij s, 1 Oct. (Havas) Namiddagcom
muniqué.
In Artois vorderden de Franschen met
granaten in de loopgraven en toegangska
nalen ten oosten en zuidoosten van Neu
ville. Twee Duitsche tegenaanvallen werden
ondernomen: een op een hulpschans, die de
Franschen gisteren veroverden in het bosch
van Givenchy, een ander op de loopgraven,
waar de Franschen zich hadden gevestigd
ten zuiden van heuvel 119. Beiden werden
volkomen teruggeslagen.
Ten noorden van de Aisne, bij Soupir, on
dernamen de Duitschers eene hevige demon
stratie tegen de Fransche loopgraven. Hun
kanon- en geweervuur werd door geene in-
fanterieactie gever-
In Champagne brachten de Franschen
door hun vuur een vijandelijken tegenaanval
in de streek Maison de Champagne tot staan.
Het aantal gevangenen, dat gisterenavond
gemaakt werd terwijl de Franschen vorder
den ten noorden van Massiges, is 280, waar
onder zes officieren.
P a r ij s, 1 Oct. (R.) Avondcommuniqué.
Er zijn eenige nieuwe vorderingen ge
maakt in het zuidelijke gedeelte van het
bosch van Givenchy. Wij maakten 61 solda
ten van de garde tot gevangenen en bevrijd
den een aantal Fransche gevangenen.
Een aanval, die bij verrassing gedaan
werd in Champagane tusschen Auberive en
Epine Videgrange, leidde tot de gevangen
neming van 30 man en tot het nemen van
nieuwe machinegeweren.
De vijand bombardeerde bij tusschenpoo-
zen onze nieuwe stellingen met tranen ver
wekkende bommen; wij antwoordden op af
doende wijze.
Een hevig bombardement van onze loop
graven in de Argonne, ten noorden van Hou-
yette, werd tot zwijgen gebracht door het te
genvuur van onze loopgraafmortieren op de
Duitsche loopgraven.
Bommen werden geworpen op Verdun en
Nomeny door vèr dragend geschut. Wij ant
woordden door met vèr dragende kanonnen
de treinen in het station Vigneulle te bom
bardeeren, waardoor hevige ontploffingen
veroorzaakt werden.
Een Fransch luchtschip bombardeerde
Donderdagnacht de spoorwegkruispunten
Amagne, Lycquy, Attingny en Vouzières.
Het is behouden teruggekeerd, ofschoon het
hevig werd gekanonneerd, vooral te Vouziè
res, waar het omringd werd door brandko
gels.
Londen, 20ct. (R.) Maarschalk French
bericht in eene van gisteren gedateerde dé
pêche: Den 29en deed de vijand verschei
dene aanvallen op onze stellingen ten noord
westen van Hulluch. Er werd zwaar gevoch
ten den geheelen dag met de uitkomst, dat
wij al onze stellingen behielden, behalve aan
den uitersten linkervleugel, waar 150 yards
loopgraaf verloren werden. Onze stelling is
flink versterkt. De aanvallen van den vijand
zijn nu verzwakt.
In den namiddag van den 29en blies de
vijand een mijn op onder een loopgraaf ten
zuiden van den weg naar Ménin; hij kreeg
voet in onze frontlijn. Door tegenaanvallen
werden den volgenden dag, op een klein
stuk na, de verloren loopgraaf teruggewon
nen.
Heden is er geene verandering aan ons
front.
Gedurende de vorige week was onze lucht
vloot zeer actief. Er werden 17 luchtgevech
ten bericht. Slechts in cén geval werd een
Britsche vliegenier overmand. Een Duitsche
machine werd in onze liniën neergeschoten.
Gisteren brachten onze vliegeniers schade
toe aan spoorwegen in het gebied van den
vijand. De hoofdlijn is op 15 plaatsen be
schadigd. Vijf treinen zijn gedeeltelijk ver
nield en waarschijnlijk nog een zesde. De
locomotiefloodsen te Valenciennes zijn in
brand gezet. In de Duitsche spoorwegorgani
satie is daardoor groote hinder veroorzaakt.
B e r 1 ij n, 1 Oct. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Legergroep Hindenburg. Ten westen van
Dünaburg, bij Grendsen, is weere eene stel
ling van den vijand bestórmd. In gevechten
ten oosten van Madziol en op het front tus
schen Smorgon en Wischnew zijn Russische
aanvallen onder zware verliezen ineengeval-
len. Gisteren maakte de legergroep 1360
gevangenen.
Legergroep Leopold van Beieren. De
vijand herhaalde zijne vruchtelooze par-
tieele aanvallen. Alle aanvallen werden afge
wezen. 6 officieren, 494 man en 6 machine
geweren bleven in onze handen.
Legergroep Mackensen. De toestand is
onveranderd.
Legergroep Linsingen. Onze aanval gaat
vooruit.
Het aantal in September door de Duitsche
troepen in het oosten gemaakte gevangenen
en het bedrag van den verderen buit is 421
officieren, 95 464 man, 37 kanonnen, 298
machinegeweren, een vliegtuig.
Weenen,! Oct. (W.~B.). Officieel be
richt van heden middag.
In Oost-Galicië kwam niets bijzonders
voor. Bij Nowo Alexinetz mislukte een Rus
sische aanvalspoging onder ons artillerie
vuur reeds in de voorbereiding. Aan de
Ikwa en in het Wolhynische vestinggebied
is geene verandering in den toestand.
Aan de Korminbeek wonden de bondge-
nooten opnieuw ruimte. Russische tegen
aanvallen werden afgewezen. Bij een van
die aanvallen van den vijand namen vijf
Oostenrijksch-Hongaarsche ruiters-esca-
drons 2 officieren en 400 manschappen ge
vangen en maakten een machinegeweer
buit. Op de twee laatste gevechtsdagen ge
raakten in dit gebied 10 officieren en 2400
manschappen van den vijand in krijgsge
vangenschap.
Weenen, 1 Oct. (W.-B.). Officieel be
richt van heden middog.
Op het zuidoostelijk oorlogstooneel is
niets nieuws gebeurd.
Weenen, 1 Oct. (Corr.-bureau). Uit
het oorlogsperskwartier wordt bericht:
In het bulletin van den Italiaanschen ge
nenden staf van den 27en wordt gezegd, dat
aan den uitersten linkervleugel op het
Karstplateau de infanterie er in slaagde een
verrassenden aanval „met aanmerkelijke
vorderingen in de richting naar Tettano uit
te voeren." Wanneer deze vorderingen be
staan in het oprukken van eene afdeeling
bersaglieri tegen de genoemde plaats, dan
beantwoordt dit bericht wel aan de feiten.
De hoofdzaak echter, de duur van den be
reikten vooruitgang, werd vergeten te ver
melden. De afdeeling bersaglieri kwam wel
aan onze draadversperringen, maar zij ging
daarna in het infanterie- en artillerievuur
van de verdedigers vluchtende terug in de
oude stellingen, waar zij zich dan wel zal
hebben versterkt in de allerijl gereed ge
maakte stellingen.
Talrijke dergelijke ondernemingen van
den vijand eindigden steeds met dezelfde
mislukking. Als bewijs voor de hiermee ge
rectificeerde voorstelling moge dienen, dat
onze eigen patrouilles uit de voorterrein-
stellingen tusschen de Isonzo en den weg
naar San Martino alleen in den laatsten tijd
meer dan 1000 geweren en veel verder oor-
logsmaterieel en uitrustingsstukken inlever
den.
Weenen, 1 Oct. (W.-B.). Officieel be
richt van heden middag.
Aan het Tirolsche en Karintische front
hadden gisteren slechts geschutgevechten
plaats. De reeds gemelde aanvallen-tegen
onze versterkte b'niën ten westen van de
Bombaschgaven werden door de dappere
Salzburgsche scherpschutters afgeslagen.
Gisterenmorgen vielen de Italianen den
Mrzli Vrh en de zuidwestelijke hellingen van
dezen berg met sterke krachten driemaal
vruchteloos aan. Zij leden daarbij zeer
zware verliezij. De aanvalspogingen te
gen sommige punten van het brughoofd van
Tolmein werden eveneens, zooals altijd, af
geslagen.
Rome, I Oct. (R.). Officieel bericht
De Italianen vielen Donderdagnacht in
den Tolminosector het geheele front aan en
wonnen grond; maar een hevige tegenaan
val van den vijand dwong den linkervleugel
terug te gaan. De rechtervleugel hield stand.
Petersburg, 30 Sèpt. (Tel.-agent-
schap). Communiqué van den generalen
staf van hetKaukazische leger van den 27en.
In de kuststreek geweervuur. In het ge
bied van Doutakh ontmoetingen van onze
verkenners met vijandelijke cavallerie. Ove
rigens niets.
Parijs, 1 Oct. (R.) De Temps bericht,
dat de vertegenwoordigers van 'de entente-
mogendheden te Sofia aan de Bulgaarsche
regeering het besluit hebben medegedeeld,
dat zij Servië te hulp zullen komen als het
door Bulgarije wordt aangevallen.
Athene, 1 Oct. (R.). Volgens de laat
ste berichten uit Sofia wint de Duitsche in
vloed daar van dag tot dag veld, hetgeen
ook bevestigd wordt door de intrekking van
de aanvrage om ontslag van de ministers,
die de anti-Servische portiek afkeuren. Men
leidt er natuurlijk uit af, dat de kansen op
het behoud van den vrede in den Balkan
steeds kleiner v/orden, ondanks de rede van
Grey in het Lagerhuis, welke door een deel
van het publiek, dat onder den invloed van
de oppositie-pers staat, opgevat wordt als
een teeken, dat de Entente nog steeds be
reid is Bulgarije te steunen. De regeerings-
pers beijvert zich dezen onjuisten indruk te
corrigeeren.
B e r 1 ij n, 1 O c t. (K. N.) Uit Athene
wordt aan den Lokalanzeiger geseind, dat
over de ambtelijke verklaring van volkomen
overeenstemming tusschen den koning en
minister-president Venizelos, die na de laat
ste samenkomst zou zijn verkregen, twee
meeningen bestaan. De aanhangers van Ve
nizelos zijn van meening, dat ook op poli
tiek gebied, nl. over de quaestie of Grieken
land bij een eventueelen aanval van Bulga
rije tegen Servië dit land gewapenden bij
stand zou moeten verleenen, volkomen over
eenstemming is verkregen. De pers der op
positie is van de tegenovergestelde meening
en beschouwt de kabinetscrisis niet bezwo
ren, doch eenvoudig uitgesteld, daar deze
politieke quaestie in het geheel niet is aan
geroerd en de verkregen overeenstemming
geen politieke doch een technische is.
De correspondent van den Lokal Anzeiger
te Athene seint aan dit blad als volgt: Ik
had een onderhoud met den Bulgaar-
schen gezant Passarow, die mij een verkla-
ring gaf van de absoluut vreedzame bedoe
lingen van Bulgarije tegenover Griekenland
en het feit der mobilisatie van Bulgarije uit
legde als een voorzichtigheidsmaatregel, die
ook door de overige neutrale staten in een
moment waarop hij noodzakelijk is gewor
den, zoude zijn genomen. Passarow ver
zocht mij uitdrukkelijk er toch den nadruk
op te willen leggen, dat de Grieksch-Bul-
gaarsche betrekkingen niets te wenschen
overlaten.
Londen, 1 Oct. (R.) Het persbureau
deelt mede, dat de conferentie tusschen den
kanselier van de schatkist en den Russischen
minister van financiën Bark, welke geduren
de deze week heeft plaats gehad, tot een
goed resultaat heeft geleid. Er zijn definitieve
schikkingen getroffen voor de toekomstige
samenwerking tusschen de Engelsche er
Russische regeeringen.
N e w-Y o r k, 2 Oct. (R.). Naar schatting
is reeds voor 400 millioen dollar ingeschre*
ven voor de Engelsch-Fransche leening.
Het „verzonken" legercorps.
De Times bevatte dezer dagen een bericht
uit St. Petersburg, volgens hetwelk het 41ste
Duitsche legercorps in de moerassen van
Pinsk verrast en geheel vernietigd zou zijn
geworden. De Frankf. Ztg. meldt, naar aan
leiding van dit bericht, dat het 41ste leger
korps wel verdwenen is, doch spoedig op
nieuw zal optreden op een plaats, waar de
vijand het niet zal verwachten.
Rome, 1 Oct. (R.) Tot dusver zijn er
474 overlevenden van de ramp van de Be
nedetto Brin.
De onlangs afgetreden gezant van Ja
pan bij het Nederlandsche hof, de heer Ki-
poro Shiaehara is benoemd tot onderstaats
secretaris van buitenlandsche zaken in Ja
pan, welke functie hij met eenigen spoed
moest aanvaarden.
Naar gemeld wordt zal de heer J. C.
Brons, hoofdcommies der afdeeling secreta
riaat en comptabiliteit aan het departement
van binnenlandsche zaken, bevorderd wor
den tot referendaris ten einde den heer Aug,
Belinfante Jr., wien thans op diens verzoek,
na een 50-jarigen diensttijd op de meesf
eervolle wijze ontslag is verleend, met 1 Jan.
a.s. als hoofd dier afdeeling op te volgen.
Commissaris Koster Henke.
Naar de Tel. verneemt, zal de commissaris
van politie in de le sectie te Amsterdam de
heer W. L. H. Koster Henke, den dienst ver
laten. Hij zal zich metterwoon te Harder
wijk vestigen, waar hij, vóór hij in Amster
dam in dienst trad, commissaris van politie
was.
Bij Koninklijk besluit van 30 Septem
ber 1915, no. 1, is aan F. A. Smalt en G.
Sterk, beiden brigadier-majoor der rijksveld-
wacht te Amsterdam, verlof verleend tot het
aannemen, voor den eerstgenoemde van de
Koninklijke Belooningsmedaille in zilver, met
kroon, en voor den laatstgenoemde van de
Koninklijke Belooningsmedaille in zilver, hun
door Zijne Majesteit den Koning van Dene
marken geschonken.
Bij beschikking van den minister van
Landbouw, Nijverheid en Handel is, voor het
tijdvak van 1 October 1915 tot 1 Mei 1916,
benoemd tot assistent bij de plantkunde aan
de Rijks- hoogere land-, tuin- en boschbouw-
school te Wageningen, Ch. Coster, aldaar.
C. Dornseiffen. t Donderdag is
te Amsterdam, 54 jaar oud, overleden de arts
G. Dornseiffen. De overledene was directeur
van de koepokinrichting. Voorts was hij lid
van het Burgerlijk Armbestuur en oud-secre
taris van den Geneeskundigen Kring.
Vooral voor de koepokinrichting zoo
zegt het Hbld. heeft de overledene zich
zeer verdienstelijk gemaakt.
Nederland en de ooriogi
Ket verkeer met Engeland.
Naar De Tel. verneemt, is het stop zet
ten van den dienst op Engeland door de
maatschappij „Zeeland" een gevolg van het
aanwezig zijn van mijnen op de Engelsche
kust, die daar door Duitsche onderzeeërs ge-