Rw is! iaiiii ui belofte!
FEUILLETON.
Zaterdag 30 October 1915.
BINNENLAND.
A BONN EM ENTSPRIJS:
fel 8 maanden voor Amersfoort f J*®®*
Idem franco per post
Per week (met gratia verzekering tegen ongelukken) O.IO.
Afzonderlijke nummers j
Wekelijks bijvoegsel „ds Hollondecho Huisvroauf (onder redactie
van Thérèse van Hoven) per 8 mnd. 5f> ets.
Advertentiön gelieve men liefst vóór 11 uur, familie*
advertenties en berichten vóór 2 uur m te zenden.
Bureau: UTRECHTSCH ESTR AAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—6 regeltO.so.
Elke regel meer «0.10,
Dienstaanbiedingen 25 cents bi) vooruitbetaling.
Groote letters naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeehge bepalingen
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnement,
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Hoofdredacteur: Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. E EEMLAN DE R".
14de J^arwang.
De Staatscourant van Zaterdag 30
October bevat o.a. de volgende Koninklijke
besluiten:
benoemd tot griffier van het kantonge
recht te Zuidbroek mr. L. Crabas, thans te
Emmente Heusden mr. C. W. Andreae,
advocaat te Leeuwardente Vianen mr.
H. J. E. Engelkens, werkzaam bij de Coö
peratieve Vereeniging „Centraal Beheerte
Amsterdam;
onder dankbetuiging eervol ontslagen dr.
N. J. Singels, als lid van den Voogdijraad
te Utrecht.
Het voorloopig verslag over de al/zemee-
ne beschouwingen der Staatsbeerootinfl 1916
werd gister door de rapporteurs vastgesteld.
Tweede Kamer.
De Tweede Kamer is in openbare ver
gadering bijeengeroepen op Dinsdag 9 No
vember, 's middags half twee.
De Staatscommissie voor het onderwijs
(Bevredigings-commissie) is in hare voltallige
bijeenkomst van de vorige week niet gereed
gekomen met de behandeling van het voor
stel harer eerste subcommissie betreffende de
redactie van het grondwetsartikel en zal.
r wii vernamen, tegen het einde der eerste
van November weder in haar geheel bii-
:omen ter voortzetting van die besDre-
gen.
Vrijwillige landstorm. Na de
vereischte detacheering bij het veldleger zijn
bij den Vrijwilligen Landstorm benoemd tot
2e luitenant: G. J. M. Molengraaff, sergeant
bij de 2e compagnie Delft van het Land
stormkorps Zuid-Holland West; J. G. Schuss,
vaandrig bij de L. S. afdeeling Hilversum I;
G. F. van Ledden Hulsebosch, idem; C. W.
Volgraff, sergeant bij de Landstormafdeeling
Groningen I; J. F. H. Kuijk, sergeant bij de
Landstorm-afdeeling Groningen II; H. W. J.
J. van Deventer, sergeant-majoor instructeur
bij de Landstorm-afdeeling Rotterdam I, naar
welke afdeeling hij tevens is overgeplaatst;
jhr. J. W. de Marees van Swinderen, ser
geant bij de 2e compagnie 's Gravenhage
3n het Landstormkorps Zuid-Holland West;
.1. A. Reusch, sergeant-majoor bij de Land
storm-afdeeling Amsterdam II; J. A. J. Jan
sen, vaandrig bij de L. S.-afdeeling Dor
drecht; H. W. J. van Otterbeek Bastiaans,
sergeant bij de Landstorm-Afd. Amsterdam
II.
Bevorderd zijn: tot le luitenant jhr. F. Te-
ding vcA Berkhout, 2e luit. bij de Landsto i-
afdeeling Haarlem; tot kapitein F. J. de Gre-
ve, Ie luitenant-commandant der Landstorm-
afdeeling Leeuwarden.
Benoemd zijn tot waarnemend comman
dant:
der 2e compagnie Nijmegen van het Land
stormkorps de Meijerij: de reserve 2e luit. G.
Hoeneveld; van de Landstorm-afdeeling
Moerkapelle, de reserve 2e luitenant dei-
jagers J. van der Knaap, in stede van H. A.
E. Kollmann, eveneens reserve 2e luitenant
der jagers; en van de Landstorm-afder -»g
Klundert, de le luitenant van het Oost-Indi
sche leger H. M. P. van Dijck, in stede van
den 2en luitenant der infanterie J. van der
Ploeg.
De opperbevelhebber van land- en zee
macht heeft ter kennis van de desbetreffen
de commandanten enz. gebracht, dat de mi
nister van Oorlog goedkeuring heeft gehecht
aan zijn voorstel, om aan het personeel van
den vrijwilligen landstorm overkleeding te
verstrekken en zulks op denzelfden voet als
voor het leger geschiedt. Mitsdien zullen
voor de infanteristen overjassen en voor de
wielrijders jekkers, alsmede beenbescher
mers worden verstrekt.
Met betrekking tot het dragen van uni-
formkleeding door de vrijwilligers bij n
landstorm, heeft de minister van Oorlog
goedgekeurd, hetgeen hem door den opper
bevelhebber in overweging was gegeven, nl.
om te bepalen, dat de vrijwilliger bij den
landstorm uniformkleeding draagt: a. gedu
rende den tijd, dat van de afdeelingen mili
tair gebruik wordt gemaakt; b. indien het
onder a. bedoelde geval neg niet aanwezig
is: lo. bij en ter zake van de voorgeschreven
ot bevolen oefeningen en andere dienstver
richtingen, zoomede bij en ter zake van niet
verplichte oefeningen en samenkomsten,
waartoe door het bevoegde gezag oproeping
is gedaan, of waaraan met toestemming van
dat gezag, wordt deelgenomen; 2o. geduren
de den tijd, dien hij, hetzij in afdeelingsver-
band, bij een der onderdeelen van het leger
is ingedeeld.
Deze vorenstaande beperkende bepalingen
betreffen niet den officier, adjudant-onderof
ficier en vaandrig.
Opgravingenin Nederland.
De minister van Staat, minister van Binnen-
landsche Zaken, brengt ter algemeene ken
nis, dat van af 1 November e.k. de nieuw
ingerichte afdeeling van het Rijksmuseum
van Oudheden te Leiden: Opgravingen in
Nederland, gevestigd in het gebouw van het
Museum van Natuurlijke Historie, ingang
Papendrecht, hoek Houtstraat, voor het pu
bliek zal worden opengesteld.
Verdiensten jegens het
Roode Kruis. Aan den heer C. H. Ra
dijs, adspirant-reserve-officier van gezond
heid, werkzaam bij het informatie-bureau
van het Nederl. Roode Kruis, is door het
lid van het hoofdcomité van het Roode
Kruis, den heer J. C. Verspyck Mijnssen,
namens den voorzitter van het Comité,
Z. K. H. den Prins der Nederlanden, de zil
veren medaille voor verdiensten jegens het
Roode Kruis uitgereikt.
Nederland en de oorlog»
De rnelkvoorzisning.
Vernomen wordt dat de Minister van
Landbouw een algemeene regeling getrof
fen heeft inzake de melkvoorziening aan de
bevolking van Nederland. De Minister heeft
zich daarbij geplaatst op het standpunt dat
al degenen, onverschillig of dit natuurlijke of
rechtspersonen zijn, die in vorige jareiv ge
durende de wintermoanden bepaalde ge
meenten van melk voorzagen, verplicht zijn
dit ook thans te doen. Doen zij het niet,
doch verwerken zij hun melk thans tot een
of ander melkproduct of verkoopen zij ze aan
fabrieken Vhn melkproducten, dan krijgen zij
geen consent tot uitvoer, niet alleen niet
voor de producten, die uit de melk gemaakt
worden, maar in het geheel niet. En indien
men te doen heeft met iemand die deze pro
ducten verkoopt aan derden, dan zal de koo-
per daarvan geen consent tot uitvoer krij
gen.
Voor richtige naleving dezer regeling
roept de Minister de hulp in van besturen
van de Melk-, de Boter- en de Kaasvereeni-
gingen; aan de Rijkscommissies van toe
zicht op deze vereenigingen en van de Bur
gemeesters.
Bij zijn regeling houdt de Minister reke
ning met de tegenwoordige hoogere pro
ductiekosten van den producent van de con-
sumptiemelk, welke hoogere kosten door den
Minister berekend zijn op ten hoogste VA
cent per Liter voor het geheele land, behalve
voor sommige zoetboeren, die een vast
quantum volgens contract iederen dag moe
ten leveren, waarbij de productie-kosten mis
schien tot ten hoogste twee cent kunnen
stijgen.
Het behoeft geen betoog dat in sommige
deelen van het land het aangegeven maxi
mum niet behoeft te worden bereikt.
In gemeenten waar voor de consumptie
niet meer melk wordt afgeleverd dan er
wordt geproduceerd, kan de burgemeester
machtiging bekomen om voor de daar ver
kochte consumptiemelk een maximum-kost
prijs te bepalen, berekend op de hierboven
aangegeven wijze. Mochten zich dan nog
distributie-moeilijkheden voordoen, dan is de
Minister bereid voor de melkproducten van
een dergelijke geen consent voor uitvoer te
doen geven dan nadat die moeilijkheden zijn
opgeheven.
Op deze wijze zal dus de melkvoorzie
ning zijn geregeld voor het overgroote deel
van het platteland.
In gemeenten waar de melkproductie wel
is waar kleiner is dan de benoodigde hoe
veelheid consumptiemelk, doch waarin zui
velbedrijven zijn gevestigd, die gewoon zijn
een deel van de in hun inrichtingen aange
voerde melk te verkoopen als consumptie
melk, terwijl zij als hoofdbedrijf het andere
deel tot boter en kaas verwerken zijn krach
tens 's Ministers regeling bedoelde inrich
tingen te verplichten in de levering van con
sumptiemelk ook thans te voorzien tot een
zelfde hoeveelheid als in andere jaren het
geval is.
Mocht het intusschen in zulk een gemeen
te noodig zijn dat voor de distributie door
de bedoelde bedrijven thans een grootere
hoeveelheid melk beschikbaar worde ge
steld, dan is aan de daardoor veroorzaakte
schade tegemoet te komen door te bepalen,
dat de meer te leveren melk in boter of kaas
zal worden omgerekend en de aldus ver
kregen hoEveelheid boter af kaas zal wor
den in mindering gebracht van de hoeveel
heid welke zij volgens de regeling van den
uitvoer van boter of kaas voor binnenlandsch
verbruik ter beschikking hebben te stellen.
De kostprijs van de distributiemelk is ook
hier te bepalen op de wijze als voor de vo
rige categorieën der gemeenten aangege
ven.
Door den minister is tot de Commissaris
sen der Koningin het verzoek gericht de
Burgemeesters uit te noodigen ten spoedig
ste de noodige maatregelen te nemen, en
de Commissarissen der Koningin zijn uitge-
noodigd, in overleg met het Bestuur van de
Commissie voor de Voeding van Mensch en
Dier in hunne provincie eenige districts-
commissiën in te stellen, bestaande uit pro
ducenten en consumenten, en die hebben
na te gaan of de gemeenten behoorlijk van
melk worden voorzien.
De verkoop van
gouvernementstin.
Naar aanleiding van de „opheldering",
door onzen gezant te Parijs aan de Fran-
sche pers verstrekt over den verkoop naar
Duitschland van 800 ton tin, die eerst aan
de Fransche regeering zou zijn aangeboden,
verneemt de Tel. nader, dat de aanbieding
van tin aan de Fransche regeering dateert
van vóór den oorlog.
S t r o o.
Naar wij vernemen, heeft de commissie
tot voorziening van stroo aan de stroocarton-
fabrieken den minister van Landbouw, Nij
verheid en Handel geadviseerd, het uitvoer
verbod van stroo voorloopig, althans tot het
het einde van dit jaar te handhaven.
In verband daarmede is een opheffing van
dit verbod, in den eersten tijd althans, niet
te verwachten, terwijl ook ontheffingen
voorshands niet zullen worden verleend.
De laatste kaasuitvoer.
Het N. v. d. D. meldt, dat een extra-kaas-
trein Zaterdag naar Nieuweschans ging. Ook
uit Bodegraven is, naar men ons meldt, een
extra-trein met 20 wagons kaas naar Emme
rik gezonden om nog tot het laatst van de
gelegenheid tot uitvoer te profiteeren.
Oorlogswinst.
Een landbouwer te Haarlemmermeer ver
kocht dezer dagen de opbrengst van 5 H.A.
uien voor 25,000. De 5 H.A. land, waarop
deze uien werden verbouwd, hebben een
waarde van ten hoogste 15,000.
De winsten van den
Frieschen greidboer.
In de raadsvergadering der gemeente
Wonseradeel deelde de heer R. Ypey het
volgende mede over de winsten, welke in de
laatste paar jaar door de Friesche weideboe-
ren zijn gemaakt:
„Aan eene fabriek, waar de melk van
ongeveer 2ü00 koeien wordt verwerkt, is in
de eerste 6 maanden van 1914 5500 meer
betaald dan in de eerste 6 maanden van
1913, en in het eerste halfjaar 1915
90,000 meer dan in gelijk tijdperk van
1914. Aon eene andere fabriek is in 1914
2.30 cent per K.G. melk meer betaald dan
in 1898. Rekent men de opbrengst van eene
koe op 3800 kilo melk, dan zou dit eene
opbrengst geven van 3800 X 2.50
ct. 87.40 pr koe vergeleken bij 1898.
Een fabrikant vertelde hem, dat hij geduren-
de de maanden Mei, Juni, Juli en Augustus
200,000 meer uitbetaald had dan in het
zelfde tijdperk van het vorig jaar. Dat zou
verdeeld over 100 leveranciers voor ieder
gemiddeld 2000 meer zijn don in 4 maan
den. De hoogere bedrijfskosten waren hier
van reeds afgetrokken.
De uitvoer uitNederlandnaar
Duitschland.
Uit Nederland wordt aan de Kölnische
Ztg .geschreven, dat de klachten in Duitsch
land over de door de Nederlandsche regee
ring uitgevaardigde uitvoerverboden ook van
artikelen, die niet onder de onmiddellijke
controle der Nederlandsche Overzeesche
Trustmaatschappij staan (zooals vleesch, bo
ter, melkproducten, koffie, enz.) voor een
groot deel zijn te wijten aan de actie der tal
rijke Duitsche en Oostenrijksche opkoopers,
die in Nederland vertoeven. De minderheid
zijn door hun regeeringen met bijzondere op
drachten hierheen gezonden; de meesten
doen speculatie-inkoopen, en daa." zij weten,
dat men de door hen ingekochte artikelen
in Duitschland en Oostenrijk onvoorwaar
delijk noodig heeft en ook bereid is de daar
voor gevraagde prijzen te betalen, jagen zij
eikaars prijzen op, tot schade van de Mid
den-Europe esche mogendheden. Daar de
voorraden, dientengevolge in Nederland snel
afnemen en de nieuwe productie met het
verbruik niet gelijken tred houdt is de Ne
derlandsche regeering in het belang der be
volking genoodzaakt aan den uitvoer van
dergelijke artikelen een zekere grens te stel
len en er volgt dan weldra een volkomen
uitvoerverbod, of er worden consenten ver
leend, volgens welke het veroorloofd ;s zoo
veel procent van den aanwezigen ambtelijk
opgenomen voorraad uit te voeren.
„Het is, zegt de schrijver, inderdaad te be
treuren, dat men van Duitsche zijde heeft
verzuimd ook deze quaestie door een doel
matige organisatie op te lossen. Men heeft
verzuimd in Duitschland aan de grens bij
zondere bureaux in te stellen, die uitsluitend
het recht hebben bemiddelend op te trecien
wat betreft den invoer uit Nederland ea
waardoor dan aan de onnatuurlijke opdrij
ving van prijzen perken werden gesteld. Wat
indertijd is nagelaten, kan nog op de bedoel
de wijze worden geregeld, in ieder geval
heeft de Duitsche overheid deze quaestie in
studie te nemen".
D e N. O. T.
Hoezeer de werkzaamheid van de Neder
landsche Overzee-Trustmaatschappij allengs
in omvang toeneemt, kan blijken uit het feit;
cF< zij thans ook voor zich heeft doen inrich
ten het kapitale heerenhuis aan de Nassau-
laan te Den Haag, waarin tot aan zijn dood
baron Schimmelepnninck van der Oye, des
tijds voorzitter van de Eerste Kamer, woon
de.
In dit pand zijn thans ondergebracht de af
deelingen „telegrammen" en „lijnzaad" ei)
het Bureau voor eetbare vetten en oliën.
Er is niets brozer dan de menschelijke
vriendschap: er zijn jaren noodig om ze te
vormen en slechts één oogenblik om ze te
verbreken.
Roman van
IS. TEIRLINCK.
X.
Twee mikkers.
Einde Augusti!
Het weinige koren, door hagel gespaard,
was binnen.
Vroeg in den morgen!
De zon op en schoof haar rozerood bedgor
dijn wijd open. Ze deed mist en dauw in de
hoogte zweven en zwinden, ontwaakte de
zangers, opende de bloemkronen, koosde de
bladéren, welke den hangenden ruststand
.verlieten en zich in haar licht koesterden,
overgoot eindelijk de landelijke streek met
haren helderen glans.
De jacht ging heden open.
Met den dageraad waren de jagers in
■roud en veld, naar weide en moeras geto
gen. Zij hadden de grauwe slopkous rond de
broek gegespt, het geweer op den schouder
geworpen, weitasch en kruithoren om de
lenden gehangen en doorliepen, nijver en
snuffelend, de gansche landouw.
Pif poef paf
Men hooide geschiet en geknal allerwe
gen. Het haasje had wel te huppelen en te
springen, pif! het viel. De snip had goed
kronkelend te vliegen boven het moer, poef!
ze spartelde in doodstrijd tusschen biezen
en riet. De patrijs mocht zich onder beten of
rapenloover verschuilen, de fijn riekende
hond joeg hem op en paf! daar lag hij ge
slikt in zijn bloed.
Halli halloh! Lustig en vroolijk is 't jagers
leven
Is dat een jager, die, achter beuken en
tronkwilgen, in gindsche gracht verborgen
zit?
Hij houdt tusschen de knieën het geweer
met den langen loop en ziet, denkend, naar
den weg, welke van het kasteel komt. Wacht
hij hier op wild? Of is hij reeds veimoeid
door het jagen en rust hij
We kennen hem aan zijn rossen, vollen,
breeden baard: het is Rochus de laveier
uit liefhebberij en uit nood, de vrije, franke
man, die meent, dat het wild, hetwelk de
veldvruchten van iedereen verknaagt, ook
aan iedereen met recht toebehoort. Verward
kijkt zijn roestig haar van onder de vuile pet.
Hij draagt een blauwen kiel, op de ellebogen
gelapt, en een diemiten broek, vol slijk, met
vezeligen onderzoom. Rond den hals hangt
los een roode neusdoek geknoopt
Welkt woestheid ligt in zijn scherp en
grijs oog! Hij fronst de wenkbrauwen, rim
pelt dieper het voorhoofd, nijpt de lippen,
nauwelijks onder het baardhaar zichtbaar,
duwt nijdig de tanden op elkaar, klemt de
hand rond het geweer en blikt immer strak
vóór zich. Als alle wildstroopers is hij gedul
dig en toch, van tijd tot tijd, steekt hij het
hc - rd tusschen de geknotte wilgen en ziet
naar het kasteel, dat een weinig hooger ligt,
en naar de dreef, welke hij, langs dit bosch
wegeltje, daar vóór hem, goed ontwaart.
Neen! Rojhus is niet moede van jagen en
rust niet. Hij verwacht geen w ild, maar eenen
vijand, dien hij haat met gansch zijne ziel,
vervloekt uit al zijne krachten eenen vij
and, die hem het dierbaarste op aarde ont
roofde: zijne vrouw, zijne Thilde, zijne liefde!
En terwijl hij daar wachtend zit, denkt hij
aan den noodlottigen dag, waarop Thilde
hem ontvluchtte, en aan zijn hart, dat toen
scheurde en brak, en aan de maanden en
jaren, sedert dien in pijn en rouw doorge
bracht.
En hij vloekt stil, ijselijk I
Hij vloekt want de man, die dit alles
gedaan heeft, woont ginder in dit rijk huis,
leeft nog in rijkdom en wellust, ongestraft!
Maar heden zal de verleider boeten,
schrikkelijk boeten!
Rochus weet, dat de bankier, iederen mor
gen, als het weder goed is, langs deze dreef
wandelt. En nu is het morgen en de zon
glanst helder. En ook, de gelegenheid is
gunstig: de jacht is open, een schot zal de
aandacht der buitenmenschen niet trekken.
Ja, het oogenblik van Rochus' wraak na
dert. En daarom zit hij hier, in de gracht,
verborgen, wachtend, geduldig, schijnbaar
kalm, met het geladen geweer tusschen de
knieën en met immer wassende wrok in zijn
vermaledijd gemoedl
Hij wil moorden!
Een paar honderd stappen van des la-
veiers wachtplek staat een jongere man.
Deze kan Rochus niet zien, want dicht kreu
pelhout en hoog opgeschoten boomen groei
en tusschen beiden.
Hij schuilt achter een echt plantenwonder,
achter twee dikke, op dubbele manshoogte
verwassen beuken; eene enge spleet bevindt
zich tusschen beide stammen en langs daar
beheerscht de jongeling, met den blik, de
gansche dreef, naar het kasteel toe. Goed
zoo denkt hij blijft hij voor aller oogen
verborgen: vóór hem rijst de tweelingbeuk;
achter en nevens hem vormen bramen en
sleestruiken een ondoordringbaren muur;
enkel langs de rechterzijde, naar de Keibeek
toe, die lager en verder slingert, naar het
Lischboschje en voorbij het Rattenhof snelt,
is de schuilplaats open. De wachtend*, leunt
met den elleboog op het geweer en blikt door
de spleet.
Henri is het, die hier op loer staat.
Hij stak, op zijnen tweeloop, kardoezen
met hagel, niet bestemd voor haas of woud
snip of voor eenen der zeldzame fazanten,
welke men in het Roschbosch in vrijheid
laat, maar bestemd voor eenen man.
Hij ook wacht op den bankier op zijn
eigen vader!
Hoe is het mogelijk, dat een zoon zoo
slecht worden kan zoo bedorven, dat hii
zelf op het leven van hem, die hem heï
leven schonk, durft loerenf
En toch, tot schande van het menschdom,
die mogelijkheid bestaat: want daar spief
Henri van Wallegem en hij houdt zich ge-'
re^d om i.cx 0 weer naar het hart zijns va
ders te richten.
De bankier ontnam hem alle vrijheid^
dwong hem naar Walmaarde te komen,
schonk hem een onbeduidend maandgeld,
rou hem onterven! Henri kan zijne lusten
niet meer bevredigen. Hij wil niel
langer op het domme, eentonige dorp,
blijven; hij wil opnieuw rotsen en rijden,,
tuiscnen en spelen, zuipen en zwelgen in de
groote steden. Daarom moet hij geld heb
ben, veel, veel, geld! Zijn vader wil het hen*
niet meer geven hij zal het nemen! Henri
wil zelf heer en meester zijn en te dien
einde moet iemand weg van de wereld^
iemand, die zich tegen het uitvoeren vart
zijnen dwazen wil verzet zijn vader!
Afschuwelijk is het voornemen van denr
diep gevallen zoon: hij wil zijnen vader ver
moorden!
Haat, diepe haat tegen den bankier in dea
wulpschaards binnenste. Hij voelt nog op
zijne wang den zweepslag, welke zijn vadei
vóór eenige weken hem gaf. Die zweepslag
zal hij met een schot betalenl
Wordt vervofyd.