BINNENLAND. tuigen werden neergeschoten. Het Duitsche eskader had geen verliezen. Londen, 11 Jan. (R.) De Temps be licht uit Saloniki, dat gedurende zes uren 'op de grens bij Vestrina een gevecht heeft plaats gehad tusschen Grieken en Bulgaren. ?Twee Grieken werden gedood en verschei- denen gewond. De Bulgaarsche verliezen Wh ren ernstiger. De Bulgaren waren de aan- .vallers. B e r 1 ij n, 1 1 J a n. (K. N.) Het Berl. Tage- blntt ontleent aan de Progrès de Lyon het bericht uit Saloniki, dot de Indische cavale rie van Gallipoli naar Saloniki werd overge bracht. K ops tan tin o pel, 11 Jan. (W. B.) Communiqué van het hoofdkwartier. Gisterenavond werden wij slechts puin- hoopen buit en een aantal lijken, maar er be vindt zich geen enkele vijandelijke soldaat meer le Sedd-ul-Bahr. Gedurende onze ver volging werd dc rest der vijandelijke macht, die weigerde zich over te geven en in de richting van de landingsplaats vluchtte, ver nietigd. Op den linkervleugel vonden wij in den sector van Kerevisdere een groote hoe veelheid vijandelijke automatisch ontplof bare mijnen, waarvan onze genietroepen er alleen op deze kleine plek 00 vernielden. B e r 1 ij n, 11 Jon. (K. N.) De Lokal An- zeiger verneemt uit Athene via Bukarest, dat de regeeringsbladen groote beteekenis hech ten aan de verdrijving der Engelschen van Sedd ul Bahr. In den toestand, zeggen die bladen verder, komt geenerlei wijziging, al worden de troepen nu ook te Saloniki ge bracht. daar zij gedemoraliseerd zijn en wei nig zullen kunnen presteeren. Het Saloniki- avontuur zal niet minder tragisch eindigen, dan de nederlaag aan de Dardonellen. Londen, 11 Jan. (R.) )Generaol Mon ro rapporteert, dat de Turken den 7en een hevigen aanval openden met kanonnen en geweren op onze liniën bij kaap Helles. Zij beproefden een bajonet-aanval, maar slaag- 'den slechts op één punt. De aanval werd bloedig afgeslagen. Onze verliezen waren 5 officieren en 150 manschappen aan dooden en gewonden. De ontruimingsoperatiën, die zeer be- moeielijkt werden door stormweer, waren af- goloopen om 4 uur 's morgens van den 9en. Londen, 11 Jan. (R.) In het lagerhuis deelde minister Chamberlain mede, dat door den weerstoestand de Britsche strijdkrachten nog stonden bij Sjeikh Said. De vijand werd door onze cayallerie in bedwang ge houden op zes mijlen ten oosten van Kut el 'Amara. Konstantinopel, 11 Jan. (W. B.) Communiqué van het hoofdkwartier. Aan het Irak-front trachtte de in Kut-el- Amara ingesloten vijandelijke macht in den nicht van den 6den op den 7den op ver scheidene punten uitvallen te ondernemen, nadat zij een hevig vuur had geopend. Zij •werd met verliezen binnen haar stellingen teruggeworpen. Petersburg, 71 Jan. (Tel .-agent schap). Communiqué van den grooten ge- neralen staf. Op het front in de kuststreek is de toe stand onveranderd. Eene nieuwe poging van de Turken om op den rechteroever van de Arkhave over te gaan, werd in den nacht van den 9en door ons vuur verijdeld. Den lOen, bij het aanbreken van den dag, drongen onze troepen in 'iet doro Tew ten noorden van het meer Tortoem Ghel en be zetten zijn noordelijken -end. Zuidoostelijk van dit meer vielen onze verkenners in den nacht van den 9en een Turksch element aan, dat zich bevond in de buurt van het dorp Ardest. De vijand werd verstrooid en verloor vele dooden. In de streek van de dolen Sevritsjai en 01- tytsjai ontwikkelt zich een gevecht. In Perzië verrichtte een jong detachement Armeniërs aan de zuidwestelijke zijde van 't Oermaniameer een geslaagde verkenning naar het zuiden van het dorp Samour. Konstantinopel, 11 Jan. (W. B.) Het hoofdkwartier deelt mede: Den 8en Januari had op de Zwarte Zee tusschen den Turkschen pantserkruiser Goe- ben en het Russische pantserschip Keizerin Maria een hevig artilleriegevecht van een half uur plaats, dat op grooten afstand werd geleverd. De Goeben leed geen schade, ter wijl een trefschot op de Keizerin Maria is geconstateerd. W e e n e n, 11 Jan. (Corr.-bureau). Hit het oorlogsperskwartir wordt over het in den grond boren van het Italiaansche stoomschip Port Said bericht: Een O.-H. duikboot kreeg den lOen Dec. in de nabijheid van de kust bij Derna een stoomschip met twee schoorsteenen in het gezicht en gaf dit het sein, dat het moest stoppen. Na eene aanvankelijke poging om te vluchten, stopte het stoomschip en heesch eene witte vlag. Hierop naderde de duikboot bet stoomschip, dat echter plotseling, on danks de witte vlag, met alle kracht tegen de duikboot koerste, blijkbaar met de bedoeling bet te rammen. Wegens deze poging vuur de de duikboot op bet stoomschip en con stateerde spoedig, dat dit schot een volle treffer was. Nu stopte het stoomschip op nieuw en begon de booten in zee te laten. De duik boot, die op dit teeken van de overgave dadelijk het vuur afbrak, naderden het stoomschip en constateerde, dat de in zee gebrachte booten, zonder te letten op de Sn het water aanwezige menschen, naar de kust roeiden. De duikboot naderde de boot, waarin de kapitein van het stoomschip zich bevond. De comman dant van de duikboot verklaarde, dat bij op den kapitein zou laten schieten, als deze niet onverwijld de hulpeloos in het water spartelende menschen in zijne boot opnam. Op het stoomschip zelf werd de aan wezigheid van twee personen geconstateerd, van wie één gewond was, om wie de kame raden zich ook niet bekommerd hadden. De gewonde werd eerst verkonden, waaro x bei»., den werden overgebracht naar een boot van het schip. Eerst daarna werd het stoomschip door een torpedoschot tot zinken gebracht. Dit reddingswerk had de duikboot reeds uitgevoerd onder het vuur van een bewa pend jacht en van een torpedobool, (lie kwa men toesnellen, dus zonder op eigen ge vaar te letten. Over het gedrag van den kapitein behoeft eigenlijk verder niets ge zegd te worden. Eerst tracht hij te vluchten, dan beproeft hij een aanval op de duik boot; daarna laat hij zijne eigen menschen in den steek en moet door den vijand ge dwongen worden de moedwillig prijsgege- venen en een door den vijand verbonden gewonde op te nemen. En dan verwijten de landgenooten van dien kapitein ons, dat wij barbaren zijn.? Londen, 11 Jan. (R.) Het Engelsche stoomschip Clan Macfarlane is in den grond geboord. Bericht van Lloyds uit Malta. Het stoom schip Clan Macfarlane is den 30sten Decem ber gezonken. Twee officieren, vier machi nisten en 18 Lascaren zijn heden hier aan land gebracht. 13 Lascaren zijn in een boot gestorven. B e r 1 ij n, 11 Jon. (W. B.) In den rijks dag werden onder teekenen van instemming der vergadering, de met den koning en de sobranje van Bulgarije naar aanleiding van de jaarwisseling gewisselde telegrammen medegedeeld. Eene vraag van den socialist Liebknecbt over de Armeniërs in Turkije werd namens den rijkskanselier door den gezant von Sfumm als gedelegeerde van de politieke af- deeling van het departement van buiten- landsche zaken als volgt beantwoord: Het is den rijkskanselier bekend, dat de Porte voor eenigen tijd in de revolutionaire intriges van onze tegenstanders aanleiding gevonden heeft om de Armenische bevolking uit ze kere streken van het Turksche rijk te verwij deren en haar nieuwe woonplaatsen aan te wijzen. Wegens sommige gevolgen van dezen maatregel heeft eene gedachtenwisse- ling plaats tusschen de Duitsche en Turk sche regeeringen. Bijzonderheden kunnen niet worden medegedeeld. Liebknecht verlangt verder materiaal over den toestand van de bevolking in de bezette streken. Ministerialdirector Lewald zegt: De rijkskanselier is niet bereid het gewenschte materiaal aan den rijksdag voor te leggen, maar zal, gelijk tot dusver, over het werk van de burgerlijke besturen in de bezette streken mededeelingen laten doen in de be- grootingscommissie, wanneer dit wordt ver langd. Liebknecht verlangt verder materiaal over de maatregelen op grond van den staat van beleg. Ministerialdirektor Lewald zegt, dat de rijkskanselier niet bereid is het ge wenschte materiaal over te leggen. Bij iedere vraag trachtte Liebknecht aan- vullingsvragen te stellen, hetgeen groot ru moer verwekt in de vergadering. Hij wordt door den voorzitter herhaalde malen onder broken, omdat hij nieuwe vragen doet en zijne handelwijze in strijd is met de gewoon te in de vergadering en met het reglement van orde. Liebknecht verlaat de tribune on der protest tegen de wijze, waarop de zaken worden behandeld. Hij wordt door den voor zitter tot de orde geroepen, waarmee de vergadering hare instemming betuigt. Hiema volgt de behandeling van de voe- dingskwestiën. Westarp (conservatief) brengt rapport uit over de beraadslagingen in de commissie. Deze heeft de overtuiging, dat de aanwezige voorraden volkomen voldoen de zijn, al duurt de oorlog nog zoo lang. In- tusschen heeft de bevolking geene vredes prijzen en vredeshoeveelheden tot hare be schikking, omdat Engeland, in strijd met het volkenrecht, ons tracht te bedwingen, door onze vrouwen en kinderen uit te hongeren. De prijshoogte en de moeielijkheden in de vijandelijke landen zijn veel grooter dan bij ons en ook in een aantal neutrale landen staan de toestanden niet achter bij ons. Duitschland laat zich in dezen oorlog niet uithongeren; het staat overeind in ongebro ken economische kracht en ongebroken vastberadenheid om den oorlog door te zet ten tot het zegevierende einde toe. De oor log behoeft om de voedingskwestie geen dag vroeger beëindigd te worden, dan totdat wij militair en politiek eene volledige overwin ning hebben bevochten. Schmidt-Berlin (socialist) zegt: Ook wij zijn van meening, dat de voorraad voedings middelen voldoende is. De gebreken liggen voornamelijk in de organisatie van de ver deeling. Wanneer het buitenland uit de be spreking van deze gebreken mocht conclu- deeren, dat hef uithongeringsplan misschien toch zou kunnen worden verwezenlijkt, dan is het voldoende te wiizen op de zeventien maanden, die wij het dusver hebben volge- ho 'cn. S uatssecretaris Delbrück zegt: Het be toog van den vorigen spreker bevestigt, dat in het streven naar het einddoel alle nartijen met de regeering overeen stemmen. Wij zijn 't er over eens, dat onder de bijzondere om standigheden van den oorlog bij de ver zorging van de markt en de prijsbepaling met vaste hand moet worden ingegreoen. M°t onze producten kunnen wij. als wij er zuinig mee omgaan, komen tot den volgen den oogst. De schaorschte van de levens- en de onge^ikmati^beid van hunne verdeeling z«'"n algemeene verschijnselen in den toestand. Het vnandeU'ke en het neu trale buitenland strijden met dezelfde moeie- lükheden. De priizen ziin d-»ar hooger dan bij ons, ofschoon het bt»;*er7-»nd eene vrije markt en eene open zee heeft. De voeding van onze bevolking is alleen aangewezen op de voortbrengselen van ons landmaar wij zijn sterker dan het buiten land, dat schijnbaar onder gunstige omstan digheden kan opereeren. In Frankrijk, Enge land en Intalië zijn de moeielijkhede tenge- vc'ge van onvoldoende tonnage en onvol doende organisatie van het verkeerswezen grooter dan bij ons. Wanneer wij de moeie lijkheden baas worden, dan is in de eerste plaats ons spoorwegwezen te prijzen. De staatssecretaris zet uitvoerig de orga nisation, die in 't leven geroepen zijn, uiteen en eindigt met te zeggen: De geheelbevol king moet in deze organisatiën ingedeeld worden met den vasten wil daaruit te halen wat er uit gehaald kan worden, bezield door den wensch om te overwinnen, die evengoed als buiten ook in het binnenland moet wor den bevochten. Londen, 11 Jan. (R.) In het Lagerhuis is het debat over de tweede lezing van het dienstplichtvoorstel begonnen. Anderson (arbeidsportij) stelde de verwerping van het wetsontwerp voor en werd gesteund door Richard Lambert (liberaal). John Redmond (nationaliteit) verklaarde, dat de Iersche nationalisten, nu zij hun pro test hebben kenbaar gemankt en hebben ge zien, dat de overgroote meerderheid van de Engelschen dit zuiver Engelschen wetsont werp steunf geene verdere oppositie zouden voeren tegen het wetsontwerp, waarvan hij hoopte, dat het spoedig wet zou worden. Sir Edward Carson (unionist) zeide, dat de tegenstanders van het wetsontwerp een slechten dienst deden aan het land. Er wa ren verplichtingen aangegaan en er waren noodzakelijke regelingen getroffen, die wij gehouden waren uit te voeren om den oor log tot een welgeslaagd einde te brengen. Dit kon niet geschieden zonder dit wetsont werp en het was een offer waard, als wij daardoor den oorlog konden winnen. D^ voortzetting van het debat werd ver daagd. De belangstelling in deze discussie is veel verminderd, nu Redmond heeft aan gekondigd, dat de nationalisten hunne oppo sitie tegen het wetsontwerp hebben laten va ren, en men de zekerheid heeft, dat de re geering morgenavond eene overweldigende meerderheid voor haar wetsontwerp zal heb ben. Parijs, 11 Jan. (Havas) De noodzakelij ke eenheid van leiding onder de geallieer den is nader bevestigd door de oprichting in Parijs van een Fransch-Engelsche confe rentie voor de militaire luchtvaart. Deze con ferentie zal iedere maand bijeenkomen. Al le natiën, behoorende tot de Entente, zul len er aan deel nemen. Bergen, 11 Jan. (Noorweegsch tele graafbureau.) Tijdens het verblijf van het stoomschip Lyngenfjord in Kirkwall zijn 185 naar Noorwegen bestemde zakken van de pakketpost achtergehouden. China* Hongkong, 10 Jan. (R.) Eene gewa pende bende van 40 Chineezen, zoogenaaln- de revolutionairen, viel den 5en den doua- nenpost te Kaitsjueng, tusschen Saitsjueng en Yintin, aan. Zij maakte zich meester van den Engelschman Hyatt, den bestuurder van den post, en dwong hem alles wat hij bezat, zijne kleeren en 80 dollars contanten er on der begrepen, af te geven. De bende dreigde daarna den post in brand te zullen steken, maar deze bedreiging werd niet uitgevoerd. De roovers verlangden van Hyatt, onder be dreiging met den dood, dat hij van den in val geen kennis zou geven aan de naburige posten. Kameroverzicht» Eerste Ksmer Avondvergadering van Dinsdag 11 Jan. Geopend te 8.40. Voorzitter: J. J. G. baron van Voorst tot Voorst. Ontslagneming van den heer Ferf. De Griffier doet voorlezing van een schrijven van den heêr P. B. J. Ferf, lid de zer Kamer, waarin deze ingevolge art. 124 der Kieswet mededeeling doet dat Lij ont slag neemt als lid der Eerste Kamer. De reden van dit ontslag is gelegen in eene on gesteldheid, welke reeds maanden duurt en waarvan het einde niet is te voorzien. Met de beste wenschen voor den Voorzitter, de leden, den Griffier en den Commies-griffier der Kamer, beveelt hij zich in aller vriend schappelijk aandenken aan. De Voorzitter zegt dat deze mede deeling de uiting is van een hoogstaand ge voel van plichtsbetrachting, doch dat hij haar met leedwezen en teleurstelling heeft vernomen; met leedwezen, omdat thans het gerucht bevestigd wordt, dat de ernstige on gesteldheid waaraan de" heer Ferf lijdende is, nog niet is geweken; met teleurstelling, omdat hij zich daardoor genoopt ziet, heen te gaan. Het genomen besluit moet worden betreurd; immers onafhankelijke, arbeidza me mannen met rijpe levenservaring kun nen ook hier slechts noode gemist worden. Dat de heer Ferf hiertoe behoort, behoeft de Poorzitter niet te verzekeren. De Voorzitter spreekt ten slotte de hoop uit, dat de genomen rust tot de genezing van den heer Ferf moge leiden. Regeling van werkzaamheden. Op voorstel van den Voorzitter wordt besloten, morgen te 11 uur verschillende wetsontwerpen in de afdeelingen te onder zoeken en dit onderzoek overmorgen en zoo noodig volgende dagen der week voort te zetten, en om Vrijdagochtend 11 uur in openbare vergadering te behandelen die wetsontwerpen, welke alsdan in «taat van wiizen zullen zijn. De vergadering wordt veidaagd tot Vrij dag 11 uur. Uit de Per» 'nnexat'a. Mr. \\7. II. de Beaufort, Oud-Minister van Buitenlandsche Zaken, schrijft in do jongste aflevering van „Vrede door Recht": „De in verschillende landen openbaar ge maakte bespiegelingen over de voorwaar den van den aanstaanden vrede geven ons onwillekeurig de gelegenheid om een blik te slaan in den gedachtengang van bewo ners van die landen aangaande de interna tionale rechtsverhoudingen. Uit dc groote oorlogvoerende landen komen gedurig tot ons plannen voor een groote verandering der kaart van Europa. De reget ringen dier londen zijn natuurlijk niet verantwoordelijk voor deze plannen. Zij nemen terecht een behoedzaam stilzwijgen in acht. Al zijn deze pionnen echter niet uit regecringskringen afkomstig, zij hebben toch hunnen oorsprong in de kringen van hen die zich bij voorkeur met staatkundige vraagstukken bezig hou den en die omtrent de wenschen ten opzich te van de toekomst van hun land door de burgers gekoesterd, goed zijn ingelicht Mij trof zeer een plan van grensvernndering on langs in een der groote oorlogvoerende landen geopperd, waarbij de aanhechting van een uitgestrekt grondgebied werd aan bevolen en daaraan werd toegevoegd dat indien de bewoners van dit grondgebied met de verandering van nationaliteit niet in stemden, men hun alle staatkundige rech ten moest onthouden. Een scherpe tegen stelling hiermede vormde het oordeel dat ik in mijne omgeving hier te lande bijna een stemmig mocht vernemen omtrent plannen van staatkundige tinnegieters, die ons land in hunne hersenschimmen hadden betrokken en ook aan Nederland landstreken wilden ontnemen en toebedeelen. Wanneer zoo luidde het van alle zijden bewoners van sommige deelcn van Nederland er de voor keur aan geven om tot een ander land over te gaan, wat evenwel nimmer is gebleken, dan zullen wij hen niet terughouden; van het opnemen van nieuwe Nederlanders in ons staatsverband willen wij echter onder geen voorwaarden iets weten; het is ons niet bekend dat er buiten onze grenzen er gens een bevolking wordt aangetroffen die verlangt Nederlandsch te worden en wij zouden het een groote ramp voor ons vader land achten indien welwillende buren met welke wij op vriendschaopelijken voet staan, tegen hun zin tot onwillige en weerbarstige landgenooten werden gemaakt. Het is niet om ons Nederlanders een pluim op den hoed te steken dat ik dit schrijf, nog veel minder om met forizee- schen trots te kurinen uitroepen wat staan wij hooger dan anderen I Neen het is al leen om er dc aandacht op te vestigen hoe het vraagstuk van annexatie van grondge bied in kleine landen van een geheel ander standpunt wordt bezien dan in groote. In groote landen is er altijd eenige stemming om elke grensuitbreidïng als een verhoo ging van den luister en het aanzien van het vaderland met gejubel te begroeten; in klei ne landen acht men verkrijging van nieuw grondgebied tegen den zin der bewoners voor zichzelf een verzwakking en voor an deren een onrecht. Indien men mij te ge- moet voert dat deze hooger© rechtsopvat ting in kleine landen haar ontstaan dankt aan eigenbelang en zucht tot zelfbehoud, dan zal ik niet ontkennen dat in deze bewe ring een kern van waarheid ligt, maar er tevens den nadruk op leggen dat dit niets afneemt van de waarheid dat de stelling macht boven recht, waar het de verhou ding tusschen de staten onderling geldt met de rechtsovertuiging in kleine landen strijdig is, en zich met de rechtsovertuiging in groo te landen dikwijls schijnt te kunnen ver staan. Het is dan ook niet te verwonderen dat een van de meest overtuigde voor standers der machtstheorie er zich eens over heeft beklaagd, dat het vooral burgers van kleine staten zijn geweest die het vol kenrecht tot ontwikkeling hebben gebracht. Berichten. De minister van Oorlog begaf zich he den, vergezeld van den chef van zijn Kabi net, jhr. mr. B. C. de Jonge, naar Zwolle, tot het houden van besprekingen met den terri- torialen bevelhebber in Overijssel. De tijdelijke gezant bij den Paus. De Romeinsche correspondent van „De Tijd" seint d.d. 10 Jan. Te half twaalf hedenvoormiddag verliet Z.Exc. jhr. Van Nispen tot Sevenaer, gezant in buitengewonen dienst bij den H. Stoel, het Palacehotel, om zich naar het Vaticaan te be geven, waar hij door Z. H. Paus Benedictus XV in bijzonder gehoor ontvangen werd, zijn geloofsbrieven in ontvangst zou nemen. De gezant was vergezeld door den heer Schuller tot Peursum, secretaris van het ge zantschap. De ontvangst ten Vaticane geschiedde met hetzelfde ceremonieel, hetwelk bij de overhandiging der geloofsbrieven door nu wijlen mr. Regout was gevolgd. Omgeven door de edelwacht en de leden der pauselijke hofhouding, ontving de Paus in de Troonzaal den nieuwen gezant, die zich tot den troon begaf en den Visschers- ring aan de hand des Pausen kuste. Zich ver volgens recht voor den troon plaatsende, las hij een kort adres van begrooting voor, waar in hij hulde aan den H. Vader betuigde, her innerende aan de zoo tragisch geëindigde zending van zijn voorganger, welke hij door het vertrouwen der Nederlandsche regee- r" g geroepen was voor het spoedig tot stand komen van den vrede. Nadat Z. H. de Paus de geloofsbrieven van den nieuwen gezant in ontvangst had genomen, begroette hij dezen in een korte tc-spraok, hem dankend voor de uitdrukking zijner gevoelens, en hem uitnoodigend naar de bibliotheekzaal, waar Z. H. zich eenigen tijd op vertrouwelijke wijze met hem onder hield. Na afloop der audiëntie doorschreed jhr. Van Nispen tot Sevenaer de pauselijke ver trekken, waar de gewapende macht hem de gebruikelijke eerbewijzen bracht. Vergezeld van den secretaris van het Ceremonieel be zocht de gezant vervolgens den pauselijken Staatssecretaris. Z. Em. Kardinaal Gasparri. Ten werd hem door een esc fe de* Zwitserschê crerde uitgeleide gedaan naar da basiliek van St. Pieter, waar hij zijn levotie verrichtte op de graven der H. H. Ap -sreien. De Eerste Kamer, die heden avond ter hervatting der werkzaamheden bijeenkomt, zal waarschijnlijk een 3- a 4-tal dagen voor het afdeelingsonderzoek der Stantsbegrooting 1916 noodig hebben. Tijdens of na het bijeenzijn der afdeclin» gen zal nog een openbare vergadering ge houden worden tot afdoening van de web ontwerpen, welke op dit oogenblik in st; af van wijzen zijn. Daarna zal de Kamer weder uiteengaan, totdat het inkomen van de Regeeringsant- woorden op de inmiddels te verschijnen voorloopige verslagen nopens de begrootl.g haar in staat zal stellen de behandeling verf de begrootingsontwerpen aan te vangen, hetgeen vermoedelijk wel niet vóór Februari zal zijn. Het Eerste Kamerlid Fe Het lid der Eerste Kamer voor Noord-Ho. land de heer P. B. J. Ferf, heeft wegens voortdurende ongesteldheid ontslag als lid dier Kamer genomen. M r. P. J. Troelstra. Men deelt ons mede, dat de heer Troelstra aan een zijner vrienden geschreven heeft, dat zijn ge zondheid, zij #t ook langzaam, toch geregeld vooruit gaat en dat hij over een maand of drie, doch in elk geval direct na Paschcn, in de Kamer hoopt terug te zijn. Bij Koninklijk besluit zijn benoemd t< t lid van den voogdijraad: 's Gravenhage I: J. J. Berdenïs van Berlc- kom, arts, wonende te 's Gravenhage; 's Gravenhage II, P. G. Stuul, timmerman, wonende te 's Gravenhage. Bij Kon. besluit is de duur der deta cheering van den officier van gezondheid der 2de klasse J. van der Werff bij het legc-i% in Nederlandsch-lndië verlengd'tot minstons 1T November 1916 en deze alzoo nader be paald op minstens vijf jaren." Bij resolutie van den Minister van nanciën is aan G. H. L. de Rop, op zijn ver. zoek, eervol ontslag verleend als klerk bij den burgerlijken pensioenraad, den militai ren pensioenraad, en den pensioenraad vooi de gemeente-ambtenaren en is, met ingang van 16 Januari 1916, benoemd bij den bur gerlijken pensioenraad, den militairen pen sioenraad en den pensioenraad voor de ge meente-ambtenaren: tot klerk, mej. A. Hage, thans tijdelijk klerk bij die colleges; tot tijdelijk klerk C. Duif, alhier. Bij resolutie van den waamemenden mi nister van Koloniën zijn H. J. Brink, te Amsterdam, F. Roncken, te Venlo, en P. Ouborg, te Abcoude, gesteld ter beschikking van den gouverneur-generaal van Ned.-In dië, om te worden benoemd tot onderwijze der derde klasse bij het openbaar Euro- peesch lager onderwijs. Tot gemeente-secretaris van Vloardin- gen is benoemd mr. G. F. Evelein, secretaris der gemeente Assen. M r. P. C. V i s s e r Te 'sGraven- hage overleed in den ouderdom van 94 jaren den heer Mr. P. C. Visser, oud-officier van Justitie te Haarlem. Te Arnhem is op 52-jarigen leeftijd overleden, mr. Ch. M. Boonen, oud-rechter in de rechtbank aldaar. Begrafenis J. Minkman. Te Arnhem heeft Dinsdag de teraardebestelling plaats gehad van het stoffelijk overschot van den heer J. Minkman, in leven directeur der „Nieuwe Arnhemsche Couran". Onder de aanwezigen waren de commissarissen dei N. V. „Nieuwe Arnhemsche Courant", de leden der redactie en administratie, een ver tegenwoordiger der commissie voor Kinder- kleeding, waarvan de overledene jarenlang penningmeester was. De heeren Pyttersen, hoofdredacteur, Poederbach, commissaris, en Hildesheim, namens Kinderkleeding, en Kraay, namens het administratiepersoneel, voerden het woord. Een neef van den over ledene dankte voor de laatste eer, den over ledene bewezen. ■ederland «n de oorlog* Ford's expeditie. Gisterenmorgen hield de Amerikaansche delegatie van de Ford-expeditie een comité- vergadering, ten einde de basis te bespreken, waarop de 5 leden voor de te Den Haag te houden conferentie zullen worden gekozen. Zooals men weet keeren de overige Amerika nen weldra naar Amerika terug, en blijven er van elk deelnemend neutraal land 5 ver« tegenwoordigers achter ter conferentie. Van de aankomst van Zwitsersche en Spaansche delegaties werd nog niets verno men. Moeilijkheden in'Tiet verkeer moeten de oorzaak zijn van de vertraging, naar werd vernomen. Tot besluiten is het op de ver gadering van gisterenmorgen niet gekomen. In een Maandagmiddag gehouden \ec« gadering van Amerikanen en Scandinavian V•**"1 levendig gediscussieerd over imperialis- men en annexatie. Ook van de comité-vergaderingen zuU len voortaan meer uitvoerige rapporten wor# den gepubliceerd. Nog kan worden gemeld, dat de heer Lind» hagen, burgemeester van Stockholm, eer* der deelnemers aan de expeditie, Maandag middag te Den Haag is aangekomen. Ook de tweede openbare bijeenkomst vait Ford's expeditie, gisterenavond te Den Haag gehouden, was wederom druk bezocht, of» schoon de opkomst niet zoo talrijk wat alf Maandagavond

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 2