Dinsdag 1 Februari 1916.
14-* Jaaraang
FEUILLETON.
DE STERKSTE.
BUITENLAND.
N° 183
ABONNEMENTSPRIJS:
P. r 8 maanden voor Amersfoort l.OO.
Idem franco per post
Par week (met gratia verzekering tegen ongelukken) OJO«
Afzonderlijke nummers 0.05.
Wekelijks bijvoegsel ,d# HMandKh* Huisvro(onder redactie
ven Thérèse van Hoven) per 8 mnd. 50 ets.
Wekeljjkeeb bijvoegsel wfW> m* muT per 8 mnd. 40 ets»
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER AD VERTENT1ËN:
16 recoU(,.so
Elke regel meerO.lO
DiensUanbiedingon 25 cents bi) vooruitbetali*
Groote lettors naar plaatsruimte»
Voor handel en bedryf bestaan t*e< voordeel^o bepalingen
tot het herhaald adverteeren in dit Blad, bij abonnoment
Eene circulaire, bevattende de voorwaardon, wordt op
aanvraag toegozondon.
Hoofdredacteurs Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG.
Kennisgeving.
ZUIVER REGEERINGSRUNDVET.
De Burgemeester van Amersfoort maakt
bekend, dat zoolang de voorraad strekt, zui
ver rundvet verkrijgbaar zal worden gesteld
tegen 32 M cent per pond Y* K.G.)
Voor het verkrijgen van dit vet komen al
leen in aanmerking, zij, die door tusschen-
komst van het Steuncomité cokes van ge
meentewege betrekken.
Kaarten, recht gevende op het koopen
van vet, bij een hoeveelheid Van V» pond V\
K.G.) per week en per persoon, kunnen wor
den afgehaald aan het Stadhuis, telkens van
t4 uur namiddags.
De Burgemeester voornoemmd,
VAN RANDWUCK.
Afscheid?
'n Afscheid dat eigenlijk geen afscheid is.
Want al heb "k deze gemeente metterwoon
verlaten, het Amersfoortsch Dagblad verla-
jten kan ik nog niet.
Ook wanneer 'n nieuwe hoofdredacteur
hier m'n plaats zal innemen, hoop ik, zij het
dan niet meer dagelijks, dan toch menig
maal voor m'n oude lezers te mogen
Ichrijven.
Toch wil ik niet met stille trom vertrekken.
'n Afscheid wordt het dus nieteerder 'n
groet.
Wet vooruitzicht, dat "k nog in betrekking
met Amersfoort zal blijven, maakt het schei
den gemakkelijker. Want dat zou anders
toch niet meevallen. Aan Amersfoort zullen
mij altijd vele herinneringen blijven binden.
De-lezers en de redactie hadden de opkomst
van het A. D. met elkaar meebeleefd, ze wa
ren als het ware met elkaar meegegroeid.
In de laatste jaren heeft dit blad 'n groote
vlucht genomen en was de vriend des hui
les geworden ven bijna alle Amersfoorters,
Slechts bij enkelen, partijfanatiekelingen of
Stille burgers die zich niet veel bekommeren
om wat er in Amersfoort voorvalt, vonden
wij nog de deur gesloten.
Maar bij bijna alle anderen was het Dag
blad 'n welkome gast. Dat is ons wel het
sterkst gebleken in de laatste dagen welke
wij te Amersfoort doorbrachten.
Aan stille tegenwerking, van zeer, zeer
enkelen, heeft het ons niet ontbroken. Maar
afbreuk kon zulks ons niet doen. Misschien
heeft het Dagblad er juist wel 'n deel van z'n
opgang aan te danken gehad.
Ook in het vervolg zal het A. D. hetzelfde
Onafhankelijke, Vrijzinnige blad blijven, dat
het tot dusver was. M'n naam, die onder
ftn m iv r>-,Tr int"nrn«ïTnnuy»!rnr
rt Zijn meestal de lagen en kleinen van
geest, die men vreest, niet de grooten.
ROMAN VAN ANNA WAHLENBERG.
Geautoriseerde vertaling door
B. NORTAKKER,
Hii groette haar stijf en ging naar binnen
Hii had het beslissende antwoord ontvangen,
en moest de beslissing daarin erkennen. Zii
had nog eens baar keuze gedaan, en hii had
geen recht haar iets te verwijten. Den gehec-
-len tiid was ze immers vrij geweest. Hii had
niet eens zoo veel beteekenis voorhaar ge
had, dat ze een stille verloving eewenscht
had. Slechts hij had geloofd aan een onzicht-
baren band tusschen hen beiden cn zich ver
diept in een illusie, een droom, die maanden
lang geduurd had.
Maar nu moest hij zich opnieuw begeven
in de nuchtere, grauwe, troostelooze werke
lijkheid.
XVL
In de ouderwetsche lage kamers was het
goed te ziiir, en Birger kwam er steeds vaker.
Ais hij geen boodschap had. dan maakte hii
cr zich een. en altijd was er aanleiding voor
en Karin Orwell om bij het ronde klap-
dien van den nieuwen hoofdredacteur zal
•blijven staan, is daar borg voor.
v. S.
Politiek Overzicht
De capitulatie van
Montenegro.
Het protokol, dat den 25en Januari opge
maakt en door de handteekeningen van de
wederzijdsche gevolmachtigden bekrachtigd
is van de voorwaarden der capitulatie van
Montenegro, verdient eene -nadere beschou
wing. Het is een stuk, waarvan men de be
teekenis moeilijk kan onderschatten. Een van
de oorlogvoerenden treedt daarmee uit den
strijd; hij verklaart zich overwonnen en legt
de wapenen neder.
Over den inhoud van de capitulatievoor
waarden is veel gefantaseerd. Men heeft te
verstaan gegeven, dat de hardheid van deze
voorwaarden voor de Montenegrijnen eene
aanleiding was geweest om de aanvankelijke
bereidverklaring tot het nederleggen van de
wapenen te herroepen en zich aan te gorden
tot een Iaatsten wanhoopsstrijd. Den indruk
van noodelooze hardheid maakt het protokol,
dat is gepubliceerd, niet. Eerder heeft de
overwinnaar den overwonnene tegemoetko
mend behandeld. De officieren mogen hunne
zijgeweren behouden. De ip de verschillen
de Montenegrijnsche districten noodige po
litie- en gendarmerie-organen kunnen .met
schietwapenen uitgerust worden. In de grens
streken aan de zijde van Albanië en gedeel
telijk ook van het Sandjak mogen vertrou
wenspersonen van de Montenegrijnsche
autoriteiten revolvers dragen. Een teekèn
van vertrouwen is het ook, dat het bestuur
van Montenegro in handen blijft van de Mon-
tenegTijnsche autoriteiten. Ook worden de
Montenegrijnen, die sedert de staking vair de
vijandelijkheden zich hebben overgegeven
aan de O.-H. troepen, niet als krijgsgevan
genen behandeld, maar naar hunne haard
steden terug gebracht worden.
Uit het protokol blijkt nog, dat Podgoritza
thans de zetel- van de verantwoordelijke re
geering van Montenegro is.
Deze op 25 Januari onderteekende bepa
lingen voor de neerlegging en inlevering der
wapenen vormen een zoogenaamd oorlogs
verdrag. Oorlogsverdragen zijn zoodanige,
die door de oorlogvoerenden gedurende dep
oorlog over de oorlogvoering gesloten wor
den. Zulke verdragen kunnen door de bevel
hebbers van de troepen onderteekend wor
den zij behoeven niet de bekrachtiging van
het hoofd van den staat of van de verant
woordelijke regeering. De bepalingen van de
ze capitulatie zijn daarom van beide zijden
slechts door de militaire bevelhebbers on
derteekend; zij zijn echter in alle opzichten
verbindend evenzeer als ieder ander staats
verdrag.
Volgens de bestaande Montenegrijnsche
grondwet oefent, wanneer de koning bui-
tafellje. zoo ver mogelijk van de oude vrouw
te gaan zitten, en om een gesprek te voeren
op half fluisterenden, vertrouweliiken toon.
Wanneer ze de stiive tilels verwisseld had
den voor de voornamen wisten ze nauwelijks
meer, zoo natuurlijk was het geweest, ijm
even natuurlijk was het. dal ze steeds meer
belangstelling voelden voor eikaars werk.
Soms vond Birger de jonge vr< bezig
met etseneen van haar inkomst-bronnen. En
hij wilde niet. dat zij het werk wegleggen
zou, maar ging naast haar zitten als toe
schouwer. Het vermaakte hem te zien hoe
bekwaam en zeker de kleine handen zich be
wogen. en welke gevoelige kleine kunstwer
ken onder haar vingers ontstonden.
Maar soms spraken ze ook over zijn boek.
En dan liet Karin haar handen rusten, waar
mede ze dan ook bezig was. naaiwerk of et
sen. En het verveelde haar niet te luistereD
naar ziiii plannen en verklaringen.
Op een Zondagmiddag, toen hii haar weer
bezocht, werd hii echter niet in de woonka
mer ontvangen. Karin Orwell wenkte hem
mee te gaan naar het salon. En toen hij deze
NKamer betrad, die verlicht werd door het
warme zonnelicht, was hii verbaasd, wan'
hetgeen liü za>g. leek op een sprookje.
De twee vensters waren omlijst door slin
gerende erwteranken vol bloesems en knop
pen. rose en licht blauw. Uit onzichtbare
aarde, kropen ze bii elk venster od langs de
dunne witte gordijnen, kropen over de ru:'
zochten en vonden elkaar, zonden sierliike
groene grijparmen naar boven, die elkaar
omvingen.
„Je hebt den zomer tot leven gewekt", zei
hii. verrukt de vlinderachtige bloemen vol
kleur en geur bekijkend.
tenslands is, de troonopvolger en, wanneer
ook deze afwezig is, het ministerie het volle
regeeringsgezag uit.Van het Montenegrijn
sche ministerie zijn slechts eenige ministers
in het land achtergebleven en als gemach
tigde van deze hebben generaal Becir en
majoor Lompar het protokol onderteekend.
Over den feitelijken toestand en de rol
van de in Montenegro achtergebleven mi
nisters heerscht nog geene volledige klaar
heid. Vast staat, dat deze ministers de ver
antwoordelijkheid voor het nederleggen van
de wapenen tegenover het land op zich heb
ben genomen en den door Oostenrijk ge
stel den eisch, dot de ontwapening moest
voorafgaan aan de onderhandelingen over
den vrede, hebben ondersteund
Met de onderteekening. van dit protokol
zijn de onderhandelingen van de militaire
overheid afgeloopen. Thans kunnen de vre
desonderhandelingen beginnen. Het is ken
schetsend voor de in het land heerschende
stemming, dat het slotartikel van het capi-
lulatie-proiokol luidt: „De Montenegrijnsche
gevolmachtigden verzoeken, dat de onder
handelingen over den vrede zoo spoedig
mogelijk zullen worden aangevangen, omdat
hierdoor kalmeerend zou worden ingewerkt
op de bevolking." De behoefte aan het her
stel van den vrede wordt dus wel diep ge
voeld. Het zal moeten blijken in hoever de
koning en de leden van zijne regeering, die
zich onder de beschermende vleugelen van
de Entente hebben gesteld, bij deze onder
handelingen een spaak in het wiel kunnen
steken. In ieder geval kunnen zij den oorlog
niet tot een nieuw leven opwekken; feitelijk
is het vrede in Montenegro en zal het vrede
blijven.
lets is er wat Montenegro nog dringender
behoeft dan vrede. Een ooggetuige geeft
verslag van het laatste optreden van koning
Nikolaas op den 18en in Podgorifza. Op een
schimmel verscheen hij op het hoofdplein;
zwijgend werd hij door de bevolking ont
vangen. Een man trad naar voren en zeide:
„Heer, wij hebben geen brood!" Den wensch
die hierin lag opgesloteiv.moest de koning
onvervuld laten. Maar die taak moet Oosten-
rijk-Hongarije, dat als overwinnaar het land
heeft bezet, op zich nemen. In Montenegro
heerscht groote nood. Als gevolg van den
oorlog, die anderhalf jaar heeft geduurd,
ontbreekt het aan de noodzakelijkste levens
behoeften en de allereerste zorg moet zijn
in dat gemis te voorzien. De Neue Freie
Presse deelt mede, dal, ofschoon in het ca-
pitulatieverdrag niet als bijzonder punt is
opgenomen, dat Oostenrijk-Hongarije de
\erzorging van Montenegro met levensmid
delen op zich neemt, dit toch een deel van
de overeenkomst uitmaakt.
Da oorlog.
Par ij s, 30 Jan. (R.) Avondcommu
niqué.
In Artois bliezen wij een mijn op ten zui
den van den weg NeuvilleLa Folie, en
ontredderden vijandelijke gangen. Onze ar
tillerie richtte een vernielend vuur op de
bergplaats van voorraden te SaJlaumines ten
Maar plotseling terwijl hii ziin bewonde
ring over het zeldzame en sprookjesachtige
gezicht uitte, betrok zijn gezicht en zweeg hii
Karin Orwell, die begonnen wk te be
schrijven hoe ze deze wonderbare gevleu
gelde bloemenscliare gekweekt had. mer!:1e
dadelijk, dat hii niet naar haar luisterde eD
zweeg ook.
„Waaraan denk je vroeg ze eindelijk.
..Aan een paar andere zomerblocraci, die
ook in dezen winter binnenshuis uitgekomen
ziin en getracht hebben te leven." zei hii
..Maar ze zijn nu weggeworpen."
En hij vertelde haar van den Zaterdagmid
dag. toen hij haar en Blenda ontmoe* had cd
zii na een klein eindje afscheid-van hen had
genomen, terwijl hij cn Blenda dc besneeuw
de heuvels van dc Diergaarde bezocht had
den. Hii verhaalde van dc berberistakken.
hoe die ontloken waren in een meisjeskam?*
hoe ze daar. gepnjkt hadden en zich wel te
moede hadden gevoeld, en naast de roode
besjes bleekc nieuwsgierige bloemen ontspro
ten waren, die meenden dot het zomer was
Maar het W3S geen zomer. De bleeke bloe
men waren spoedig verwelkt, en lagen in de
vuilnisbak, vergelen als een gewone vergan
kelijke ruiker.
Een paar crwteranken waren neergevallen
en Karin Qnvell maakte zc vast aan de gor
dijnen. Het leek alsof ze zoo in beslag geno
men was door deze handeling dat - - ternau
wernood de geschiedenis van dc berberistak
ken had verstaan. Maar na eenige oogenblik-
ken wendde ze zich glimlachend naar Bir
ger om.
.Gisteren zag ik Blenda op ie staan wach
ten." zei ze.
.,0p mii". zei hij heftig maar dadelijk
zuidoosten van Lens en de Duitsche parken
en bivakken ten noorden van Vimy. Tus
schen de Somme en de Oise bombardeer
den wij marcheerende troepen in de buurt
van Beauvraignes en een infanterie-colonne
op den weg van Laucourt naar Roye. Ten
noorden van de Aisne, tegenover Soupir,
verwoestte ons vuur een Duitsch werk en
vernietigde het garnizoen. Ten oosten van
Reims richtten wij een effectief vuur met
onze loopgraafktfnonnen tegen <le vijandelij
ke werken te Cernay.
In Elzas bombardeerden wij de vijandelij
ke stellingen in Anspach ten noorden van
Altkirch.
Londen, 30 Jan. (R.) Communiqué
van generaal Haig.
In den afgeloopen nacht was de artillerie
krachtig werkzaam in Vaux. Drie van onze
patrouilles beschoten met succes Duitsche
loopgraven bij Serre en verdreven een vij
andelijke patrouille. Het is heden mistig
weer. De artillerie is werkzaam te Fricourt.
Overigens is er niets gebeurd.
B e r 1 ij n, 31 Jan. (W. B.) Bericht
van het opperste legerbestuur uit het
groote hoofdkwartier van heden voormid
dag.
Onze nieuwe loopgraven in de streek van
Neuville zijn gehandhaafd tegen de Fran-
sche pogingen om ze te heroveren. Het aan
tal ten noordwesten van de hofstede La
Folie gemaakte gevangenen steeg tot 318
man, de buit tot elf machinegeweren.
Tegen eene op 28 Januari ten zuiden van
de Somme door Silezische troepen geno
men stelling richtten de Fronschen meer
malen vuurovervallen. Algemeen leed de
gevechtsarbeid onder het mistige weder.
Tot beantwoording van het neerwerpen
van bommen door Fransche luchtschepen
op de open stad Freiburg, die buiten het
operatiegebied ligt, hebben onze luchtsche
pen in de beide laatste nachtor de vesting
Parijs aangevallen met, naar 't schijnt, be
vredigend resultaat.
Par ij s, 31 Jan. (R.) Avondcommuniqué.
CV ze zware artillerie in België beschot
inet efiect de vijandige werken bij de Steen-
stratc brug en beschadigde het paalwerk. On
ze loopgraafkar.onnen ten zuiden van Roye
ontredderden Duitsche werken in de streek
van Premières. Onze vèr dragende kanonnen
bombardeerden de katonnementen van den
vijand ten noorden van Saint-Mihiel.
Londen, 31 Jan. (R.) Communiqué van
het Britsche hoofdkwartier.
In den nacht drong eene ofdeeling in de
Duitsche loopgraven bij den weg van Kem-
mel naar Wytschaete. De loopgraven werden
vol soldaten gevonden. De den vijand toe
gebrachte verliezen zijn een dertigtal; drie
gevangenen werden meegebracht en twee
machinegeweren vernield. Over dag was er
belangrijke artillerie-werkzaamheid bij Fri
court, ten noorden van Loos en ten noorden
van Wulveghem.
P a r ij s, 3 I Jan. (Havas.) De pers en de
openbare meening verlangen eenstemmig
kreeg ziin gedicht een uitdrukking van ironie.
..O neen. op mii .was bet niet."
„Ja. wel op jou. juist op jou. Ik stond up
den vluchtheuvel een eindje van de school
Ic wachten op een tram. toen ik haar in een
poort za»g schuilen. Ze bond een veler op. doch
dit was slechts een voorwendsel, want ook
daarna bleef zc staan.
Toen kwam iii yit de school, en ik zag hoe
zc ie met de oogen volgde. Op hetzelfde
oogenblik dat ie haar schuilhoek voorbij ciug
volgde zc ieik was overtuigd, dat ze je wilde
inhalen. Maar toen bleef zc staan, en sloeg
een andere richting in."
De herinnering aan het feit. dat hii zelf
eens in een schuilhoek had geslaan om op
haar te wachten. dook op in zijn herinno-
ring. Zou zii hu op hem wachten
Doch hii lachte om deze gedachte.
„Zie je", zei hij „zc wilde niets van mij."
Vóór Karin antwoordde, rustte haar open
blik even on hem.
„Ja. ze wilde je iels zeggen. Ik zag het. En
als ze ook geaarzeld heeft, dan zegt ie hel
ie toch op een anderen dag."
Birger's lach bleef sceptisch.
„Misschien" antwoordde hii onverschil
lig. hief een der ranken od en vervolgde den
afgebroken lof óp den wondcrbaarlijkcD
bloei.
Hii was het geweest, die het gesprek op
Blenda had gebrachtmaar nauwelijks had
hii het gedaan, of hii had berouw. Het was
een kwelling voor hem om aan haar te den
ken hii wenschte dat hii haar kon vergeten.
En misschien zou hem dat gelukken. Ze ont
moetten elkaar haast niet meer. Ze kwam niet
zoo dikwijls meer op bezoek, en als zii kw-'i
was hij meestal afwezig. En wanneer ze el-
als vergeldingsmaatregel voor de Zeppelin,
raids tegen Parijs het bombarclemc; t door
Fransche vliegtuigen van een Duitschg
stad, die zich wat de militaire omstandighc*
den betreft, in denzelfden toestand bevind*
als Parijs.
Londen, 31 Jan. (R.) Mededecling van'
het persbureau.
Zes zeven Zeppelins deden gisteren
avond een raid, die zich uitstrekte over rle
graafschappen van het oosten en noordoos
ten en van Midden-Engeland. Er werden een
aantal bommen neergeworpen; belangrijke
schade werd tot heden niet bericht.
Petersburg, 30 Jon. (Tel.-agent-
schap). Communiqué van den grooten gene-
ralen staf.
Op ons westelijk front was het over 'i al
gemeen rustig van de golf van Riga tot def
Pripjetstreek. Ten zuiden van hel Bftbytmeer
deed eene aanzienlijke Duitsche ofdeeling
een aanval tegen onze versterkingen; zij
werd door ons vuur verdreven. Ten zuidoos
ten van Kolki namen onze verkenners een
geheelen vijandelijken post. De door de
Oostenrijkers gezonden versterkingen wer
den door ons vuur uiteengejaagd. Aan hel
front van de Midden Strypa bombardeerden;
wij twee vijandelijke batterijen. Van twee
ballons-uit werd de uitwerking op de kanon
nen en caissons wuargenomen. In dezelfde
streek sneden onze verkenners over eeno
groote uitgestrektheid ijzerdraadnetlen stutó
en ontblootten 25 mijnen. In de streek ten
noordwesten van Czernowitz beschadigden
wij soppenwerken van den vijand.
B e r 1 ij n, 31 Jan. (W. B.) Bericht
van het opperste legerbestuur uit hel
groote hoofdkwartier van heden voormid
dag.
Russische aanvolspogingen tegen het
kerkhof te Wisman aan de Aa, ten westen
van Riga, mislukten in ons artillerie- en in-
funterievuur.
Petersburg, 31 Jan. (Tel.-agenN
schap.) Communiqué van den grooten ge»
neralen staf.
De Duitsche artillerie bombardeerde
Schlok en opende een werkzaam vuur in dé
streek ten zuiden van het Babitmeer. De
vijand bombardeerde onze versterkingen bij
Ogger met ontplofbare bommen. Ten noor
den van den spoorweg naar Ponievej en tus
schen de Medmuks- en Demmenmercn<
opende de vijand een hevig artillerievuur,
In Galicië omsingelden onze verkenners
aan de Midden Strypa een Oostenrijkscha
veldwacht. In het handgemeen, dat volgde,
werd een deel der Oostenrijkers aan de ba
jonet geregen; de rest werd gevangen ge
maakt.
In den Iaatsten tijd neemt men eene be
langrijke vermeerdering waar van vijande
lijke overloopers.
Rome, 30 Jan. (R.) Officieel commu
niqué.
Op het geheele front was de artillerie
werkzaam onder begunstiging van helder
weder. Aan de Midden Isonzo bombardeer
kaur zagen wisselden zc ternauwernood cm
kelc vyoorden.
„De zomer midden iu den winter", zei hll,
terwiil hii den rank om ziin hand wond. „Den
volgenden winter zou liet in ernst zomer vooit
mij kunnen worden, indien ik me slechts los
rukken kon."
En hij vertelde, dat hii onlangs een dei devk<
nemers aan de bekende Zuid-Amerikaanscho
expeditie getroffen had. waarvan hii haas
reeds dikwüls had gesproken. En deze had
hem opnieuw trachten te overreden. Ze zoch
ten nog altijd naar een deelnemer, maar noö
steeds te verrteefs.
Plotseling liet hij den rank los. en uiankts
een haastige bewoging naar haar.
„Karin" zei hii. „zie ie niet dat er Ictf
wonderlijks met die reis is. Die vervolgt ndi.*
„Lokt die ie zoo sterk
Ze keek belangstellend en verbaasd naar
hem op. Ziin gezicht was bleek geworden van
gemoedsbeweging.
„Die lokt mii". antwoordde hii. „Maar dal
is het niet. ik meen, dat het een bedoclinfl
moet hebben, dat die zoo tot mii komt. Het
is een handeling die mii tot een vrij en zelf
standig mcnsch zou maken, in plaats van hc|
roer dat ik nu ben in de hand van anderen.
Dc laatste woorden werden op zulk een
toon van bitterheid gesproken, dat zo voo«
Karin Orwell een openbaring waren.
Wordt vervolgd*