14"" aaarpang, DE EEMLAN DER". Zaterdag 12 Februari 1916. BUITENLAND. BINNENLAND. 193 Eerste Blad. HoofdredacteurMr. D. J. VAN SCHAARDENBURG* Uitgevers: VALKHOFP ft Co. ABONNEMENTSPRIJS: Per maanden tooi Amersfoort t J Idem franco pei post Per week imet gratis verzekering tegen ongelukken) Afzonderlijke nummers Wekelijks bijvoegsel „de Hollandsche Huisvrouw" (onder redactie van Thérèse van Hoven) per 8 mnd. 50 ets. Wekelgkscb by voegsel „Pak m* mee" per 8 mnd. 40 els. Bureaus U TR E C H TSCH EST RAAT I. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN Vnn t—5 regelsf 0.50. Elke regel moerO. IO. Dienstaanbiedingen 25 cents b|j vooruitbetaling Groole lettors naai pluntsruiml* Voor bundel eu bedrit beslaan teei voordeeligo bopalin, i lot het horhaald advertoeron in dit Blad, bij abonnemont. Eono circulaire, bevattende «Je voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Kennisgeving, noodig erkenden maatregel verwerpen, om dat er voor de gemeente een financieel na deeltje oit voortvloeit? Dit zijn toch heusch geen argumenten, welke in een ernstig be- HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Amersfoort, Gelet op «rtt. 6 en 7 der Hinderwet, j t00g passen. Brengen ter kennis van het publiek, dat een de heer Lejnwebei heeft ook een «oor W. Arbon, alhier, ingediend verzoek, met I bezwaar ,n den aanvang zijner bijlagen, om vergunning tot het tnd.re.den van hjj. >|Neder,aml js een vrij land. ecne rijwielherstelplaats door plaatsing van een moffel-oven voor rijwielonderdeelen, in het per ceel. alhier gelegen aan de Kroontjesmolen No. 11, bij het Kadaster bekend onder Sectie B, No. 2244, op de Secretarie der gemeente ter visie Hgt, en dat op Woensdag den 23. Februari aan staande, des voormiddags te half elf uren gele genheid ten Roadhuize wordt gegeven om, ten overstaan van het Gemeentebestuur of van cén of meer zijner leden, bezwaren tegen het uitbrei den van de inrichting in te brengen. Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der Hinderwet, zijn volgens de bestaande jurispru dentie, alleen zij gerechtigd, die overeenkomstig artikel 7 der Hinderwet voor het Gemeentebe stuur of één of meer zijner leden zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren mondeling toe te lich ten. Amersfoort, den 9en Februari 1016. Burgemeester en Wethouders voornoemd, De Burgemeester, De Secretaris, VAN RANDWIJCK. A. R. VEENSTRA. Dat kunnen de Belgen getuigen, die uit hun land verdreven zijn en hier welkom waren Uit het verband zou men hier opmaken, dat spr. heeft bedoeld een gastvrij land, maar hij zal hiermee wel uitdrukking hebben wil len geven aan zijn afkeer voor dwang. M. d. V. is hem hierin gevolgd, toen hij aan t slot ven zijn artikel schreef „Laten die raadsleden, die B. en W. uitge- noodigd hebben een ontwerp-verordening in to dienen, eens aan de woorden van Thorberke denken: „Een eerste wet is onthouding". Zoo'n gevleugeld woord staat niel onaar dig, maar zegt bij slot toch niets. En hier te minder, waar het werd gezegd in een be paald verband, waarom we hier de geheele eonhaling laten volgen. In „Parlementaire redevoeringen van mr. J. R. Thorbeckenarede p. VIA staat: „Eene „eerste wet is onthouding; onthouding ven „hetgeen zijne roeping als regcsveiceniging „te buiten gaet. Het zijn in wezen, bestem ming en middelen andere Ievensmagten „dan de staatsmagt, welke de kerk, het on derwijs, wetenschap, kunst maatschappelijk „te vormen en te besturen hebben, magten, „in wier sfeer burgeriyke overheidsgebod of „dwang niet te pas komt". Nu is het den heer L. en M. d. V. moge lijk wel bekend, dat het inzicht omtrent de plichten van den Staat tegenover maatschap pelijke vragen groote wijziging heeft onder gaan. Die hooggeroemde individueele vrijt heid mag nog een heerlijk onderwerp zijn voor een v. ijsgeerïg ideologisch debat, in de praktijk der wetgeving is ze meer en meer in den knel gekomen. Er schuilt een zeker idealisme in die liefde voor de persoonlijke vrijheid, maar met elk wettelijk ge- of ver bod aan welks nakoming een poenale sano tie is verbonden, wordt inbreuk op die vrij heid gemaakt. In een maatschappij zou zelfs het leven onmogelijk worden, zonder die in breuken. In de latere parlementaire geschie denis zijn de bewijzen daarvoor te over. Wanneer men zich dan ook hierbij op Thor becke beroept, geeft dat tevens een erken- wordt gedwongen. j ning van het feit, dat men zijn materiaal Maar bestaat die tegenstelling wel Ja. daan oor niet in de latere wetgevende perio- zegt de schrijver van 't aangehaalde artikel, dè kan vinden. Ook de meest versteende „De kleine concurrenten moeten hun wins-aanhanger van de onthoudingstheorie zou ten maken in de uren na de sluiting der i in de tegenwoordige ontwikkelingsphase der groote winkels, die leven dus van de brok- maatschappij, waar de Staat meer en meer ken, welke vallen van de tefels der rijken", ingrijpt en moet ingrijpen in het economi- De winkelsluiting. IL Wij meenen in ons artikel van Donderdag j.l. het vraagstuk der winkelsluiting princi pieel te hebben gesteld. Wij staan met on ze beschouwing tegenover hen, die meenen, dat vervroegde sluiting alleen een kwestie Is van het personeel en ook tegenover den geachten schrijver der artikelen in Am. Dag blad van 26 Juli 1915 en 24 Jan. 1916. Wel omlijnt die zijn meenirvg in dier voege niet zoo scherp, maar uit zijn geheele redenee ring volgt toch, dat hij door dat standpunt sterk beïnvloed werd. Waar de praemisse o. i. alzoo onjuist moet worden geacht, valt ook het betoog. In het artikel van 26 Juli '15 worden tegenover elkaar gesteld het be lang van het personeel en het belang der groote firma's aan de eene zijde en het be lang der kleine winkeliers aan de andere Aangenomen nu eens, dat deze tegenstel ling van belangen juist is en erkennende dan het goede der vervroegde sluiting, gaat het dan wel aan, dat de kleine winkeliers hier dwingend optreden, om een goeden maat regel tegen te houden? Dat is ook dwang en een veel hatelijker, daar hier een vrij groote meerderheid door een minderheid „Verder missen zij de clientèle van het rate avondpubliek, dat lanterfantende en eta lage bekijkend, allicht tot koopen verleid wordt". sche leven, riet meer durven volhouden, dat de eerste wet is onthouding. Trouwens Thorbecke zelf kon niet geheel ontkomen aan den evolutionneerenden in- We zullen nu in 't midden laten de koop- j vloed der tijden en in zijn later parlemen kracht en kooplust van dat lanterfantende tair leven heeft hij meermalen gezondigd te- publiek, maar vragen slechts: wear ge schiedt dat lanterfanten? In de wijken der kleine winkeliers? Immers neen. De pan- gen zijn theorie. De vraag blijft dan ook slechts: is .ingrij- De ocrïog. B e r 1 ij n, 11 F e b r. (W. B.) Berichten het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Ten noordwesten van Vimy deden de Franschen na eene artillerie-voorbereiding, die uren duurde, tot vier malen toe eene poging om de loopgraven, die zij daar had den verloren, terug te winnen. Ook ten zui den van de Somme konden zij niets van de verloren stelling terugwinnen Aan de Aisne en in Champagne waren plaatselijke levendige artillerie-gevechten. Een van onze vaste ballons rukte zich on bemand los en dreef bij Vailly af over de vijandelijke linie. P a r ij s 11 F e b r. (Havas). Namiddag communiqué. Er is geen enkele gebeurtenis van ge wicht in den afgeloopen nacht te vermel den. Avond-communiqué. In België bracht ons veldgeschut ernstige schade toe aan een vijandelijken post en blies munitiebergplaatsen bij het Passchen- daele-kanaal op. In Artois was bij tusschenpoozen kanon vuur bij den weg naar Rijssel. Ten zuiden van de Somme hernamen wij den öen en den Qen een groot deel van de loopgraven ten zuiden van Frise. Wij sloegen een he- vigen tegenaanval terug ten noorden van de Aisne. Op de Maashoogten ontredderde on ze artillerie vijandelijke werken. B er 1 ij n, 11 Febr. (W. B.) Officieel be richt. In den nacht van 10 op 11 deezer zijn bij een torpedobootaanvol, onze booten bij Doggersbank, ongeveer 120 zeemijlen ten oosten van dc Engelsche kust. op verschei dene Engelsche I-ruimeers gestuit, die spoe dig de vlucht namen. Onze booten begon nen de vervolging,#boorden den nieuwen kruiser Arabis in den grond en troffen een anderen kruiser met een torpedo. Onze boo ten redden den commandant der Arabis, benevens 2 officieren en 21 man. Onze strijdkrachten leden nöch schade, nöch verlies. Londen, 11 Febr. (R.) De admiraliteit verklaart met betrekking tot het bericht van de Duitsche admiraliteit over een zeegevecht op de Doggersbank: „De kruisers, waarvan het Berlijnsche telegram melding maakt, wa ren vier mijnvegers, waarvan drie behouden zijn teruggekeerd." B e r 1 ij n, 1 1 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Ten noorden van het Driswjatymeer werd een aanval van eene sterkere Russische af- deeling afgewezen. Weenen, 11 Febr. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. De werkzaamheid van de vijandelijke ver kenningstroepen degen het front van het legei van aartshertog Jozef Ferdinand houdt aan. Onze beveiiigingsafdeelingen wezen de Russen overal af. De voorposten van het Konstantinopel, 11 Febr. (W. B.) het verzoening-ademende amendement Op alle fronten is geene verandering van eenige beteekenis. Konstantinopel, 11 Pebr. (W. B.) Communiqué van het hoofdkwartier. Aan het Irakfront is van tijd tot tijd vuur van de artillerie en de infanterie. De vijand, die van den rechteroever uit wilde vooruit dringen, werd na l*ee hevige gevechten ge- gedwongen naar zijne oude stellingen terug te gaan. Bij Koet-el-Amara is geene veran dering. Londen, 11 Febr. (R.) Bericht van Lloyds Het stoomschip Els wick Manor is aan den grond gebracht. De bemanning is gered en te Yarmouth (Norfolk) aan land gebracht. Washington, -11 Febr. (R.) Als uit komst van de Duitsche nota over de bewa pende handelsschepen verwacht men. dat de regeering eene waarschuwing zal geven aan de Amerikaansche burgers om niet met zul ke schepen te reizen en daarmee hare vroe gere houding zal prijs geven. Londen,11 Febr. (R.). Het Belgische gezantschap verklaart, dat er geen grond be staat voor de geruchten, dat Duitschland onlangs vredesvoorstellen heeft gedaan aan Belg:ë. Londen, 10 Febr. (R.) Lor<j Wlmbor- ne, lord-Iuitenant van Ierland, en John Red mond hebben heden namiddag gesproken op een groote wervings-meeting in het stadhuis te Dublin. Redmond wees er op, dat Ierland reeds 145,000 man aan het leger had verschaft. P a r ij s, 1 O F e b f. (Havas). De douane ontvangsten in Januari 1916 overtreffen die van Januari 1915 met 54 pet., de ontvang sten van de belastingen, die van het corr.es- pondeeren tijdpetk van 1915 met 13 pet. Petersburg, 11 Febr. (R.). De dag bladen berichten, dat de regeering heeft be sloten binnenkort eene nieuwe binnenland- sche leening van twee milliard roebel uit te geven, renntende 5 pet. en aflosbaar in tien jaren, op dezelfde voorwaarden als de vorige leening van een milliard. Spanje. Madrid, 11 Febr. (Havas). Men be richt, dat binnen kort in Barcelona een vrij haven zal worden ingericht. Scsse vnn Ysselt. De heer Visser von U zendoorn (U.-L.) betoogt, dat de beteekenis der eeds formule voor de meesten is verloren gegaan, maar dat alleen het besef bleef, dat na het uitspreken daarvan do waarheid moest ge zegd worden. Ook spr. is tegen het instituut van eedshelpers en betreurt het tijdelijk kn- rakter van het wetsontwerp. De heer Van Idsinga (C.-H.) ziet in den eed een onmisbaren waurborg voor dc rechtspraak, omdat de eed voor menigeen steun en staf is om de waarheid te spreken. De vrijstellingen van art. 3 openen de deur voor misbruiken. Hij komt op tegen ge lijkstelling van eed en belofte, maar in den eed is iets gelegen van hooger orde. Eed en belofte zijn twee heterogene zaken en de eene kan men niet rekenen inplaats van de andere. Spr. heeft gemoedsbezwaren tegen het ontwerp om de ontheffing van den eeds plicht. Dat men trouwens niet altijd voor ge moedsbezwaren moet uit den wég gaan ziet men bij den dienstplicht. Spr. bepleit voorts een stelsel, waarbij da getuige zijn verklaring buiten cede aflegt, maar onder verplichting haar te beëedigen als men t-em daartoe oproept. Hij verklaart het webontwerp onaanneme lijk om art. 3, maar vooral om art 2, en dringt aan op betere definieering van de ge moedsbezwaren. De vergadering is daarna verdaagd tot Dinsdagochtend half twaalf. pen noodig? Gebleken is uit de ingestelde ,uvcuf" 7'"V- no toflelparade beperkt zich vrijwel tot' de'enquête, d"ot de meerderheid voor sluitinr Ho^aarschemf^terieregiment no. 82 joe- Langestraat, waar het aantal kleine winke- is. Door te veel naar de minderheid te kij- liers nu juist niet zoo talrijk is. En dat deze J ken, gaat men de meerderheid dwingen hun winsten moeten maken na de sluiting zich naar de minderheid te schikken. In de der groote winkels is op zijn zachtst geno men een vergissing. Iedere winkel, groot of klein heeft zijn eigen kring van klanten en de „losse verkoop" zal wel in hoofdzaak voor de groote winkels zijn. We komen nu tot den heer Leinweber, die zich in de Raadszitting van 25 Jan. tot tolk der tegenstanders maakte. Naast for- meele bezwaren over de gehouden enquête, had deze ook andere. „Dan, zoo sprak hij, lijkt mij die 9 uurs sluiting een enorme schade voor de Ge meente, want de menschen zullen veel min der gas gebruiken zoodat wij kans hebben op een verhooging van den gasprijs dan wel van de inkomstenbelasting, want de kosten tullen op de eene of andere manier gedekt moeten worden. Br zal dan zeer weinig licht in de stad branden en de straten zullen een donker, •omber aanzien krijgen, terwijl de café's alle lichten zullen opsteken. De menschen, die In de straten wandelen, zullen zich verve len en naar de café's trekken". Een soortgelijk argument geeft ook M. 4 V. (Am. Dgbld. van 5 Febr.), waar hij •chri jft Komt er sluitings-dwang dan zullen onze winkelstraten op den duur 's avonds heel wat Stiller en doodscher worden dan zij nu zijn". Maar eilieve, zijn de winkeliers dan ver gemeenschap komt nu eenmaal niets tot stand, waarbij niet een minderheid wordt gedwongen zich aan het gevoelen der meer derheid te onderwerpen. Tenzij men nu kan aantoonen, dat dat gevoelen werkelijk na- deelig is voor de gemeenschap, zal men zich ook in de kwestie der vervroegde sluiting moeten onderwerpen. En het eigenaardige is juist, dat de tegenstanders het goede er kennen. Laat men dan ook de moeilijkheden niet opblazen. Als in Amsterdam een win kelier zich verzet en 100 vinden zich er wel bij, hoort men wel van dien één en niet van die 100. En bovendien is de toestand in Amsterdam met zijn nachtleven toch wel een beetje anders dan in Amersfoort. Het komt hier slechts neer op de vraag, of de menschen die nu nog na 9 uur koopen, kun nen gedwongen worden, dit vóór 9 uur te doen. Wij meenen van wel en zien in een sluitingsdwang volstrekt geen nadeel voor den winkelier. De middenstandsvereenigin- gen „Handel en Nijverheid" en „De Hanze" hebben zich voor sluitingsdwang verklaard, de Kamer van Koophandel is voor sluiting, maar wenscht vrijwillige sluiting. De man nen der praktijk zijn er dus in meerderheid voor. Zouden die nu zoo dom zijn, dat zij de nadeelen niet 2ien en zich vergapen aan den schijn? Wij gelooven dat niet en hopen dan ook, dat de Raad een desbetreffende [*ch^voor de straatverlichting te zorgen? j verordening zal vaststellen. mag een gemeente een als goed en O. K. gen eenige Russische compagnieën uiteen. Petersburg, 11 Febr. (Havas). Het Russische offensief schijnt alle vijandelijke stellingen in de streek van Czernowitz te bedreigen. De ontdooiing van het Orghinsk- kanaal noodzaakte de Duitschers de tweede linie te ontruimen, waarbij zij groote hoe veelheden munitie verloren. Weenen, 11 Febr. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Op het Italiaansche oorlogstooneel is niets bijzonders voorgekomen. Rome, 11 Febr. (R.) Officieel commu niqué. Kleine gevechten verliepen in ons voor deel aan de Boven Chiazzo en in den sector Santa Maria. In de streek van Görz bombardeerden wij met effect vijandelijke kampententen. B e r 1 ij n, 11 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. In den Balkan is niets nieuws gebeurd. Weenen, 11 Febr. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. De in Albanië vooruitrukkende O.-H. strijdkrachten bezetten den 9en Tirana en de hoogten tusschen Preza en Bazarsjak. P a r ij s 11 Febr. (Havas). Men be richt, dat er op Korfu 86.000 Servische sol daten zijn, verder zijn er 10.000 man in Bi- zerta en 5000 in Saloniki. Men denkt nog Servische troepen uit Albanië te halen. De kroonprins is bij hen. Het moreel van deze troepen is uitmuntend. Kameroverzicht Iweede Kamer. Bij de voortzetting op Vrijdag van de dis- cirssie over het eedswetje betoogt de heer Rutgers (a.-r.) dat door facultatiefstelling de eed aan beteekenis verliest. Waar de eed is een waarborg voor waarheid, is de facul tatieve eed een facultatieve waarborg. De praktijk der rechtspraak inzake de ongeval lenverzekering bewijst, dat -slechts bij uit zondering bezwaar wordt gemaakt tegen eedsaflegging; voor die uitzondering dient een regeling gemaakt te worden, als voor de gemoedsbezwaren in de Leerplichtwet is neergelegd. Bij authentieke akte dient de verklaring omtrent die gemoedsbezwaren te worden vastgelegd. Alvorens een amende ment in te dienen, zal Spr. eerst de hou ding der linkerzijde afwachten. De heer Van Hamel (U.-L.) betoogt uitvoerig, dat de formule zoowel in het vorig als in dit ontwerp is overgenomen van de rechterzijde en dat minister Regout geen be zwaar tegen een overeenkomstige formule had. De heer Schim v ander Loeff (U.-L.) brengt rapport uit over het adres-van Aalst c.s. en stelt namens de commissie van ver zoekschriftenin het midden latend of het adres te beschouwen is als een verzoek schrift omdat er in het adres niets wordt ge vraagd en er op wijzend dat geen rekening wordt gehouden met art. 77 der Grondwet dat de Koningin ministers naar welgevallen benoemt en ontslaat over te gaan tot de orde van den dag. Aldus is besloten. De Voorzitter deelt mede, dat de cen trale sectie besloot na afhandeling van het Eedswetje de Belastingwetten vó.ór de Grondwetsherziening in de afdeelingen te onderzoeken en a s. Dinsdagochtend het wetsontwerp, waarborgende dat Nederland voldoende beschikking over schepen blijft behouden. Daarna vervolgt mr. Van Hamel zijne rede, waarin hij betoogt, dat niet de eed de voornaamste waarborg voor de waarheid is, maar het besef dat het er op aankomt waar heid te zeggen, en de straf die op meineed st^nt. Hij bestrijdt het instituut van eedshel pers. aker verklaart te kunnen meegaan met Berichten. Bezoeken van den Prins Z. K. II. de Prins der Nederlanden heeft een bezoek gebracht aan het provinciaal depót van het Nederl. Roode Kruis te Haarlem. Donderdag heeft de Prins, vergezeld van jhr. v. Riemsdijk, per auto Uitgeest bezocht met het doel, een ledigstoande villa te be zichtigen, die de plaatselijke ofdeeling van het Roode Kruis in gereedheid heeft ge bracht om zoo noodig slachtoffers van over stroomingen te herbergen. Gaat jhr. Lohman heen? De Haagsche redacteur van De T ij d schrijft; Er is in de magistrale rede van den heef jhr. mr. De Savornin Lohmon een zinsnede, die de bijzondere opmerkzaamheid trekt. De grijze afgevaardigde van Goes doelt er op, dat hij aan de totstandkoming van een latere definitieve regeling van het eedsvraag- stuk niet meer zal meewerken. Deze zoo absoluut uitgesproken woorden schijnen een openbare bevestiging te bevat ten van wat reeds bij geruchte bekend werd, n.I. dat de nu bijna tachtigjarige afgevaar digde zich in 1917 niet meer voor een Ka merzetel zal beschikbaar stellen, vooral niel als de onderwijspacificatie mocht zijn tol stand gekomen en daardoor een zijner levensidealen zou vervuld ziin. Nederland en de oorlog. Hei interview vsn yeneraal Steal. InHetVaderland deelt generaal Staa! mede, dat hij, na eerst van een Duitscher het verzoek te hebben ontvangen eenige van zijn in genoemd blad verschenen artikelen te willen uitzoeken die hij het meest geschikt achtte om in het Duitsch te worden vertaald, korten tijd geleden uit Amsterdam een tele gram van den heer Schweriner, van de Vossische Ztg. kreeg met de vraag hem te willen ontvangen, waaraan de generaal, mee- nende dat het om bovengenoemd verzoek ging, voldeed. De redacteur kwam na het op gegeven uur en de generaal ontving hem eenigszins gehaast, niet denkende dat het om een interview te doen was. Generaal Staal deelt nu uitvoerig mede wat hij in dien kórten tijd aan den Duitschen redacteur vertelde. Onze indruk is, dat dit hetzelfde is wat de heer Staal aan den journalist heeft mede gedeeld, doch alleen wat méér gepolijst naar den vorm, welke door den Duitschen onder vrager met begrijpelijke voorliefde naar en kele kanten wat te scherp zal zijn geaccen tueerd. In den loop van het gesprek schijnt het generaal Staal eerst duidelijk te zijn gewor den, dat de bezoeker niet de man was die zich vroeger tot hem gewend had in zake zijn artikelen en aangezien het voor hem meer dan tijd werd naar eene vergadering te gaan, geleidde hij den interviewer haastig naar buiten. „Aangezien" zoo zegt de heer Staal „de heer Schweriner van geen interview ge sproken en ook geen aanteekeningen van het gesprek gemaakt had, was ik er niet dadelijk op vèrrfacht, dat ik met een interviewer te doen had. Ik heb op dat gebied nog weinig

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1