13d* Jaafïfanq. „D^ E EM LAN DER". Vrijdag 25 Februari 1916. BUITEN LAN D._ FEUILLETON. SOLEDAD. N* 204 Hoofdredacteurs Mr. D.J. VAN SCHAARDENBURG. Uitgevers: VALKHOFP 6 Ca ABONNEMENTSPRIJS: T« 8 maanden voor Amerefoort 1 1*40# Idem franco per poat1-5JJ? Per week (met gratie verzekering tegen ongelukken) o.l<»« Afzonderlijke nummers Wekelijks bijvoegsel „de HollandaehBuiaarmiuT (onder redactie ▼en Thérèse van Hoven) per 8 rond. 50 «'t*. Wekeiyksob bijvoegsel „Pub ma mteper 8 mnd. 40 ets. Bureau: UTRECHTSCH EST RAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENIIËN V»n 1-6 regal. Elke regel roeer•••OIO, Dienstaanbiedingen cent» b# vooruitbetaling. Groote lettors naar plaateruinit» Voor handef en bedrit beslaan ceei voordeelige bepalingen tot liet herhaald advéVteeren iq -til Bied. b^j abonnement. Eene ciroulairo, bevattende de voorweardeo, wordt op nanvraeg toegezonden. Kennisgeving. BROODKAARTEN. De Burgemeester der gemeente Amersfoort mcakt bekend, dat in het vervolg de nieuwe broodkaarten alleen tegen afgifte van die d^r vorige maand aan net Levensmiddelenbureau ingang Groenmarkt, door de broodkaarthou ders woonachtig iiVwAmersfoort kunnen worden afgehaald. Hiertoe is gelegenheid op den laatsten werk dag der maand en op den eersten werkdag der rteuwe maand van des morgens 8 uur tot des avonds 6 uur. lodere kaart, die op den lsten werkdag der r aand- niet is ingeruild, wrrdt geacht vervol len te zijn. Amersfoort, 24 Februari 1916. De Burgemeester voornoemd, v. RANDWDCK. Politiek Overzicht Griekenland en de Entente. De eenheid van leiding bij de Entente is, voor zooveel het eigenlijke oorlogsbeleid be truit, nog ver te zoeken, en daarin schijnt \Goreerst nog geene verandering te zullen komen, wanneer juist is wat de Parijsche cor- ïespondent van de Secolo^ mededeelt, dat bui nog wel eene maand zal duren vóórdat oopperste oorlogsraad te Parijs zal bijeen komen. Jviuar op één punt is de eensgezind heid volkomen. In de maatregelen, die de si ^.ending van de onzijdigheid van Grieken- u ten doel hebben, werken de Entente- i /gendheuen in de schoonste eendracht ea- De pers van de centrale mogendheden eekt van eene „Vergewaltigung" (ver achting) van Griekenland, dat moet worden trait omdat het er prijs op stelt zijne on- igheid in den wereldstrijd te handhaven, vren kun zich over de geweldpleging, die r enland dag op dag wordt aangedaan, aiiik niet meer verbazen, want het eer- feit waarmee zij is begonnen, de be ting van Saloniki en zijne omgeving en hiieentrekken van een geheel leger in cedonië door de Engelschen en Fran- en, kan moeielijk worden overtroffen. Al .it verder in die richting-gebeurt zinkt doar- 'i in het niet. Maar het brengt steeds nieu we bewijzen aan voor de volslagen gering- ïatting, die de Entente-mogendheden aan ii dag leggen tegenover het reent van ekeniand om als ielfstandige staat, zelf •ne houding tegenover de oorlogvoerenden ti bepalen en zich niet io den strijd te laten 'betrekken. Enkele feiten willen wij met name vermel den. Eene afdeeling troepen der geallieerden heeft de eilandjes Föno en Othoni, bij Korfu, bezet. Aan de Grieksche regeering is ken nis gegeven, dat Kreta als nieuw marine- steunpunt voor de Engelsch-Fransche strijd krachten zal worden gebruikt en dat in de Sudabaai, in Kandia en Retymno troepen zullen worden geland. Nieuwe troepenlan dingen zijn verricht op Mytilene ten behoe ve van aanvalsplannen tegen het Klein-Azia- tische vasteland. Op Chios zijn de ambtena ren van den consulairen dienst gevangen ge nomen van de stoten, waartegen de Entente oorlog voert. Dat is vroeger ook in Saloniki geschied. De Grieksche regeering heeft des tijds daartegen geprotesteerd; uit de herha ling van het feit ziet men welken indruk dit protest heeft gemaakt. Sterker nog is dit feit: Naast de Fronsche troepen, die op Korfu aan land zijn gebracht, heeft ook Italië eeni- ge troepen daarheen overgebracht. In de Grieksche Kamer heeft een van de „afge vaardigden van Korfu zijne gevoeligheid daarover gelucht. Dit heeft de Italiaansche regeering aanleiding gegeven om door ha ren gezant te Athene aan den Griekschen minister-president schriftelijk hare bevreem ding kenbaar te maken, dat hij dien afge vaardigde niet in de Kamer op zijne plaats had gezet. Wat Griekenland verder nog boven het hoofd hangt, is gioeielijk te zeggen. Een be richt, dat de gezanten van de Er»tente-mo- gendheden aan de Grieksche regeering ken nis heben gegeven, dat besloten was tot de militaire bezetting van alle Grieksche spoor weg- en telegraafstations in Thessalië en Morea, is niet officieel bevestigd. Als het daartoe kwam, dan zou de uitvoering van dat besluit gelijk staan met de nagenoeg volkomen onderwerping van het land aan vreemden wil, want de uitvoering van mili taire maatregelen zou voor het Grieksche legerbestuur buitengewoon moeielijk, zoo niet onmogelijk zijn, als het de spoorwegen en telegraaflijnen aan vreemde troepen moest overgeven. Het zwaarst moet Griekenland nog den druk voelen van de belemmeringen, die de aanvoer van levensmiddelen ondervindt, want die treffen het gansche volk in al zijne geledingen. De uithongeringsoorlog van de Entente tegen de centrale mogendheden heeft geen succes gehad. Maar Grieken land verkeert in een bijzonderen toestand; zoncjer de vrije scheepvaart is het aan uit putting blootgesteld. Griekenland moet jaarlijks voor nagenoeg 50 millioen land bouwproducten invoeren en voor 30 mil lioen levende dieren, vleesrh en visch. Aon de Grieken wordt door Enge land en Frankrijk slechts de toevoer van zoovele voedingsmiddelen toegestaan als zij behoeven om niet te verhongeren. Hongers nood of onderwerping, dat is de keus waar voor zij zich geplaatst zien. Er werd in de laatste dagen bericht, dat generaal Sarrail, de bevelhebber van de Engelsch-Fransche legermacht in Macedo nië, zien naar Athene had begeven, om een onderhoud te hebben met koning Konstan- lijn. Een correspondent van de Associated Press, het bekende Amerikaansche nieuws agentschap, wist te vertellen, dat de Koning na dit onderhoud in eene zeer opgeruimde stemming verkeerde. Wat dit onderhoud en het overleg, dat het schijnt aan te kondigen/ zullen uitwerken, laat zich niet voorzeggen. Maar zooals nu de toestand zich laat aan zien, schijnt eene krisis op den duur niet te vermijden te zijn. De wil van Griekenland om onzijdig te blijven in dezen wereldstrijd, is nog altijd aanwezig. De Kamer heeft nog onlangs den Koning hulde gebracht voor zijn beleid, dat op de handhaving van de onzijdigheid gericht is en zich aan geen der beide groepen van oorlogvoerenden wil bin den. Maar aan alles Is een grens, en men moet rekenen met de mogelijkheid, dat in dit geval de grens wordt overschreden en dat de hartstocht sterker wordt dan de koele berekening. De oorJoa. B e r 1 ij n, 2 4 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur, uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Het ten oosten van de Maas behaalde succes werd verder uitgebouwd. De plaatsen Brabant, Houmont en Samogneux zijn geno men. Het geheele boschgebied ten noord westen, noorden en noordoosten von Beau mont en het Herbebois zijn in onze handen. Een ten zuiden van Metz vooruitgebrach- te Fransche post werd verrast en in zijne geheele sterkte van 50 man gevangen ge maakt en weggevoerd. P a r ij s, 2 4 Febr. (Havas). Namiddag communiqué. In Artois was een strijd met handgranaten ten oosten van Souchez. De strijd in de streek ten noorden van Verdun duurde den geheelen nacht voort met gelijke intensiteit van den rechte?- Maasoever tot ten zuiden van Ornes. Gegeven.zijnde de hevigheid van het bom bardement op de vooruitgelegen stelling van Brabant-sur-Meuse, ontruimden de Fran- schen dit dorp onder begunstiging van den nacht, beschermd door een flar.keerend vuur van de stellingen op den linkeroever van de Maas. Een op Samogneux gerichte aanval is teruggeslagen. Een andere aanval, min stens een brigade sterk, die tegen het bosch van Caures gericht was, ofttnam aan de Fran- schen een gedeelte van dat bosch, waarvan de Franschen thans den zuidelijken hoek be zet houden. Alle op Beaumont gerichte aan vallen, waarvoor de Franschen gevestigd zijn, waren niet in staat hen te verdrijven. Ten oosten van het aanvalsfront beheerschen de Franschen voor Ornes een gang, gelegen ten zuiden yan Herbebois. De teruggaande bewegingen, die zijn voorgeschreven om nuttelooze verliezen te vermijden, werden uitgevoerd met volmaak ten samenhang, zonder dat de Duitschers, die slechts ten koste van aanzienlijke offers voor uitgingen, het Fransche front op eenig punt hebben kunnen verbreken. Er was een langzaam maar aanhoudend bombardement in de streek tusschen Ornes en Fromery. In Lotharingen vatten de Duitschersj^oet' in een van onze vooruitgelegen posten m het bosch van Cheminot, waaruit de Franschen hen dadelijk verdreven. Er waren eenige patrouillegevechten ten oosten van Reilion. Gisteren in den loop van den nacht wierp een Fransch vliegtuigeskader 45 projectie len, waaronder verscheidene van zwaar kali ber, op het station Metz—Sablons en op de daar aanwezige gasfabriek. Terstond daarna werd een zware brand waargenomen in de streek van de gasfabriek. Avondcommuniqué. De vijand ging ten noorden van Verdun met onverminderde hevigheid voort ons front te bombardeeren van de Maas tot ten zuiden van Fromezy. Hij vermenigvuldigde zijne verwoede aanvallen tusschen den rech- ter-oever van de Maas en Ornes; hij liet hoopen lijken liggen* zonder dat het hem gelukte ons front door te breken. Wij brach ten onze linie op de beide vleugels terug respectievelijk tot achter Samogneux en ten zuiden van Ornes. Onze artillerie beant woordde zonder ophouden het bombarde ment van den vijand. De artillerie-werkzaamheid verminderde ecnigszins tusschen Mulancourt en den lin ker Maasoever. Tot dusver is er geene in- fanterie-actie geweest in die streek. InLotharingen werd een vijandelijke ver kenningstroep, die trachtte een van onze kleine posten ten noorden van Saint Martin te naderen, door ons teruggeslagen en vervolgd. Wij concentreerden een vuur op de vij andelijke werken te Maisons de Champagne en ten zuiden van Sainte Marie-è-Pay en richtten een vernielend vuur tegen werken bij Fille Morte. B e r 1 ij n, 2 4 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Op het noordoostelijk gedeelte van het front zijn levendige artilleriegevechten. Op talrijke plaatsen zijn patrouillegevechten. Bijzondere gebeurtenissen zijn niet voorge komen. Weenen, 24 Febr. (W.-B.). Officieel bericht van heden middag. Op het Russische oorlogstooneel zijn geene bijzondere gebeurtenissen voorgeko men. Petersburg, 24 Febr. (Tel.-agent schap). Communiqué van den grooten gene- ralen staf. Boven de streek van Riga, den Dwina- Sector, Ogér en Probstingshof vertoonden zich bommen neerwerpende Duitsche vlieg tuigen. In de streek van Oger ontwikkelde de vijand een hevig nachtelijk vuur. Hij zond naar onze verschansingen verkenners in witte kielen. Ons vuur dreef hen terug. In de stelling van Dwinsk, in de streek van den spoorweg naar Poneviege, en ten noorden van Czartorysk gingen onze afdee- lingen vooruit, den vijand terugdrijvende. In de streek van Pelsh, zuidwestelijk van Olyk, zond de vijand vrouwen, waarschijnlijk Russische, om te werken*op de 't meest aan het vuur blootgestelde punten. In Galicië, ten noordwesten van Tarno- pol, in de streek van de dorpen Gliadki en Woroburka, bliezen wij een springmijn op en bezetten den trechter. De vijand bombar deerde zonder resultaat de plaats der ont ploffing met behulp van bomwerpers, waar mee hij projectielen wierp, die gedurende hunne vlucht een geraas maakten, gelijken de op dat van een schroef. Bij Mikhalci trachtte de vijand, onder 't werpen van stik-* bommen naar een door ons bezetten trech ter, dezen aan te vallen, moor hij werd door ons vuur terug gedreven. Weenen, 24 Febr. (W.-B.). Officieel bericht van heden middag. Aan de Oostenrijksch-Italiaansche gren« is niets bijzonders gebeurd. B e r 1 ij n, 2 4 Febr. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Van het oorlogstooneel in den Balkon is niets nieuws te berichten. Weenen, 24 Febr. (W. B.) Officieel bericht van heden middag. Onze troepen in Albanië hebben gisteren de Italianen en hun bondgenoot Essad bij Durazzo geslagen. In den voormiddag maak ten onze bataillons, waarvan kleine afdeelin- gen den Beneden Arzin overgingen, zich' meester van de laatste vijandelijke voorstel lingen ten oosten van Bazar Sjak. Des mid dags werd de Italiaansche brigade Savona ook uit de zwaar versterkte hoofdstelling ten oosten van de genoemde plaats gewor pen. Gelijktijdig bestoimde eene andere co lonne de 10 KM. ten zuiden van Durazzo aangelegde verschansingen van Sasso Bian co. De vijand verliet gedeeltelijk vluchtend® de loopgraven en week terug achter den birv* nensten verdedigingsring. De operaticn wor den voortgezet. Weenen, 24 Febr. (W. B.) De koning der Bulgaren is heden avond, nadat hij ge durende elf dagen hier had vertoefd, naar Coburg vertrokken om het graf van zijne ouders te bezoeken. Met den koning reisden zijne beide zonen, die heden met den Bal- kantrein hier waren aangekomen. Brindisl, 24 Febr. (W. B.) Essed Pacha is hier aangekomen. Petersburg, 24 Febr. (Tel.-agenf- schap.) Communiqué van den grooten gene- ralen staf. In de nabijheid van den Bosporus had een van onze duikbooten tot twee malen toe een aanval zonder resultaat te verdu ren van twee vijandelijke vliegtuigen. Een duikboot vernielde een met steenkolen be laden zeilschip. B e r 1 ij n, 2 3 Febr. (W. B.) Omtrent het uit Saloniki afkomstige bericht van de Ti mes, dat een Engelsche duikboot in den Bosporus een sleepboot en zes zeilschepen zou hebben dóen zinken, vernemen wij van bevoegde zijde, dat dit bericht verzonnen is. Sedert het laatst van het vorige jaar heeft men in de Marmara-zee geen vijandelijk® duikboot gezien, Konstantinopel, 23 F ebr. (W. B.) Communiqué van het hoofdkwartier. Aan het Kaukasusfront duren de gevech» ten zonder ophouden voort. Petersburg, 24 F e b r. (Tel.-agenf- schap). Communiqué van den grooten gene- ralen staf. Aan het Kaukazusfront gaan onze afdee- Hetzelfde publiek dat in de handen klapt ovei de deugd op het tooneel, speelt onver beterlijk de verradersrollen in het leven. Roman uit het Spaansch van A. PALACIO VALDèS. *t Was een man van vijf- of zes-en-dertig jaar, klein, met zwarte, sprekende oogen. Zijn mooi, fijn besneden gezicht had iets aantrekkelijks. Hij droeg het costuum der Majos, een kort jasje, een platten, ronden hoed met stijven, breeden rand, een zwart fluweelen broek, na,uw sluitend over de heu pen, een breede, rood zijden ceintuur om het middel, en een fraai geborduurd over hemd met diamanten knoopen. In alles kon men zien dat hij zich met veel zorg kleedde, en dat hij zeer ingenomen was met zijn eigen persoonlijkheid. f,En Joselillo vroeg hij. „Die is een tijdje geleden om jenever uit gegaan, en nog niet teruggekomen". „Duivelsche jongen, ik zal hem weer een pak slaag moeten toedienen, voordat hij ran avond naar bed gaat". Soledad draaide om hem heen, zag hem aan met verliefden blik, en veeede onder wijl het stof van zijn kleden. „Heb je veel geloopen?" vroeg ze. „Waar die grappenmaker me heen heeft gebracht. En waarom? Alleen om een paar uitgedroogde boompjes te zien. Is Espinosa gekomen „Neen, hier zijn alleen maar Antonia Pe- pe, Frasquito en zijn oom. „Je Manoio is hier ook geweest, en pas weggegaan", zei hij, haar in de rede val lend, op korten, harden toon, terwijl hij de wenkbrauwen fronsde, en haar strak aan keek. Onmiddellijk daarop kreeg zijn ge zicht echter een spottende uitdrukking. „Wat heeft hij nu weer voor grappen ver kocht", zei hij schamper lachend. „Wel hij heeft hetzelfde liedje gezongen van vroeger. Hij heeft me beloofd me nooit meer hoofdpijn te bezorgen". „Waarom laat hij je niet met rust. Laat hem stikken; 'k zou me een stuip lachen als hij stikte". „Ik niet".' „Zoo, dan ga 'k er van door", en Velas quez ging naar de kamer toe, waar de gas ten nog-bijeen waren. Soledad liet hem gaan, maar toen hij op den dorpel van de deur stond, riep zij: „Velasquez „Wat is er?" vroeg hij, ongeduldig het hoofd omkeerend. „Kom nog even hier". Hij kwam naderbij. „Zeg, wat heb je", vroeg ze vleiend, hem op eens hartstochtelijk beetpakkend, en naar den donkersten boek van den winkel trekkend. Daar sloeg zij beide armen om ziin hals, en zoende hem wild. El guapo liet zich kalm kussen, tot het hem verveelde. „Nu heb Tt er genoeg van", en meteen duwde hij haar van zich af". Ik ben toch al zoo mager, en zoo zal er niets van me over blijven. Je slut me heelemaal af met je ge- kus". „Voor mij ben je alles. De heele stad Ca- dix, de haven, de schepen, die er in liggen, de schatten van Spanje, dat alles is me niet zooveel waard als jou mooi, zacht snorretje" En zij draaide met de punten van haar vingertjes zijn snor op, hem tegelijk een smachtenden blik toewerpend. „Toe, ga nog niet naar binnen", en zij hield hem vast aan de mouw van zijn jas. „Kalm toch, Solea; je laat zoo waarachtig niets voor later over", zei hij op koelen toon, maakte zich los, en trad de gelagka mer binnen. Nadat Soledad een poos onbewegelijk was blijven staan, ging zij op nieuw achter de toonbank zitten haken. „Olél Olél" riepen de gasten, toen hij binnenkwam. „A la paz de DiosI" antwoord de Velasquez, terwijl hij ging zitten op den stoel, die een der gasten hem aanbood. „Waar kom je zoo vroeg vandaan", vroeg daarop een mooi meisje met kastanjebruin haar en goed gevulde vormen. „Wel, van de straat". „Nou, gooi 'm dan 's om I" „Niets liever dan dat", zei Velasquez, ter wijl hij den inhoud van het glas in de lucht gooide, dezen met wonderbaarlijke handig- De mooie. heid opving in den mond, en opslikte zon der een druppel te verliezen. „Is dat alles, wat je kunt?" riep Maria Ma- nuela spottend uit. „In mijn goeie tijd kon ik nog heel an dere dingen, antwoordde El guapo, zich bedaard den mond afvegend. „Dan ben je wel vlug afgetakeld". „Wat wil je daaraan doen. Als ik het al tijd zoo goed had gehad als Antonio, zou ik me ook wel zoo goed gehouden hebben als hij". Allen keken daarop lachend naar Anto nio. Deze was nog jong, maar zijn losban dig leven had zulke sporen bij hem achter gelaten, dat men hem voor oud zou hebben gehouden. Lang en mager, het gezicht be dekt met puisten, zonder wenkbrauwen en oogharen, antwoordde hij droog komiek: „Ik was altijd zoo frisch als een bloeiende roos, en zal dit altijd blijven. Gelukkig zij, die in de gelegenheid wordt gesteld daar van te genieten". „Wat antwoordt je daarop, Maria Manuela vroeg haar lachend een der gasten, Rafaël. „Hij kan gelijk hebben; ik heb hem nooit gekend in zijn blo'eitijd", antwoordde deze. „Maria Manuela en ik", viel Antonio op denzelfden toon in, kennen elkaar nog maar kort We zijn nu nog in de wittebroodswe ken, waarin het minste iemand itapelgek maakt van geluk, en hem den heelen nacht doet droomen. Twee maanden geleden durf de ik haar alleen maar met de oogen zeg gen dat ik van haar hield. Dat zullen jullie wel opgemerkt hebben. Verleden Vrijdag gaf ze me een lok haar, Dc wist niet wat te doen van blijdschap, Het was den middag dat ik jullie trakteerde" „Dat 's opsnijderijl" riepen allen tege lijk uit. „Je hebt ons niet getrakteerd". „Neen? Dat 's gek. Tc Zou er toch heuscK op gezworen hebben. Maar enfin, t komt op hetzelfde neer. In elk geval was ik dien mid dag toch erg vroolijk, en als 'k jullie had willen trakteeren, had 'k het ook stellig ge daan. En nog meer. 'k Schaam me niet het jullie te zeggen, maar gister gaf Marie me voor 't eerst een kus". „Of" riepen allen lachend uit. „Maak j$ maar niet ongerust, 't Was op mijn hand. Maar toen ik haar lippen daarop voelde, scheelde 't weinig of ik was flauw gevallen. Ik weet niet wat invloed die vrouw op me heeft, dat zelfs de aanraking van haar vinger me doet beven". „Hoor 's grappenmaker, als je niet gauw je mond houdt, gooi 'k je dit glas in je ge zicht", viel Maria Me.nuela hem in de rede Antonio lachte ondeugend, en vervolgde met zachte stem „Daar zien jullie 't al. 't Idéé alleen dat ze me een zoen heeft gegeven, brengt de stumperd buiten zich zelf'. „Antonio riep het meisje nu buiten zicK zelve van woede uit „Helpt!" gilde deze uit, terwijl hij zieti onder de tafel glijden liet. Wordt vervolgd.

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1