„DE E EM LAN DER'. Dinsdag 11 April 1916. FEUILLETON. SOLEDAD. N° 243 ..i P. A. EBBINGE WUBBEN. Hoofdredactie, j Mr> D j_ VAN SCHAARDENBURO. 14d* jaargang. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden »oor Am.rafoortt J Idem franco per post Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) J>. l«. Afzonderlijke nummers Wekelijksoh bijvoegsel .Dé Holland,olu BuinrouaT (onder redactie r»n Thérèae Hoven) per 8 mud 50 cis. Wekelijkaob bijvoegsel .Pak nu met' per 8 mnd. <0 cis. Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regelsf >.3(1. Elko regel meerO.IO, Dienstaanbiedingen 2.5 cents by vooruitbetaling. Grooto letters naar plaaLsrui*nl«b Voor handel en bodryt bestaan zeer voordeelige bepalingen tot het herhaald advertooron in dit Bladt bij abonnement. Eene circulaire, bovattondo do YODrvvaardon, wordt op aanvraAg toegezonden. Kennisgevingen. MAXIMUM-MELKPRIJS. Dc Burgemeester der gemeente Amersfoort Haakt bekend, dat de maximum-zomerprijs der melk van 1 April—1 October 1916 is vastge steld als volgt: Prijs per Liter aan wederverkoopers 8i cent 1 cent toeslag. Prijs per Liter aan verbruikers: 11 cent. Wanneer door de melkleveranciers aan de wederverkoopers een prijs hooger dan 8J cent per liter in rekening wordt gebracht kan de toeslag van 1 cent per liter consumpliemelk niet worden verstrekt. Amersfoort, 10 April 1916. De Burgemeester voornoemd, v. RAND WIJ CK. JACHTAKTEN. De Burgemeester der gemeente Amersfoort maakt bekend, dat ter gemeentesecretarie koste loos verkrijgbaar zijn blanco aanvragen ter be koming van jachtakten, voor het nieuwe seizoen, aanvangende 1 Juli aanstaande en eindigende 30 Juni van het volgende jaar, en noodigt belang hebbenden uit hunne aanvragen ter bekoming dier akten, zooveel mogelijk, vóór den 1 Mei •.k. ter secretarie in te dienen. Amersfoort, 10 April 1916. De Burgemeester voornoemd, v. RANDWUCK. V1SCH AKTEN. Binnenvisscherij. De Burgemeester der gemeente Amersfoort maakt bekend, dat ter Gemeentc-secreta» rio kosteloos verkrijgbaar zijn formulie ren voor de aanvragen tot het bekomen van een visch- of hengelakte, voor het jaar, aanvangende 1 Juli aanstaande en eindigende 30 Juni daar opvolgende, en noodigt belanghebbenden uit hunne aanvragen zooveel mogelijk vóór den 1 Mei e.k. aan hem in te dienen. De navolgende akten worden uitgereikt: a. groote vischakten, tot het visschen met all* geoorloofde vischtuigen, tegen betaling van twee gulden vijftig cents (f 2.50); b. kleine vischakten, tot het visschen met een daarin genoemd vischtuig, tegen betaling van een gulden f 1. c. Hengelakten, tot het visschen met meer dan één hengel, tegen betaling van vijftig cents 0.50). Voor het visschen met één hengel, geen loop- o? sicephengel en geen peur zijnde, behoeft ge me aanvrage te geschieden. kostelooze vergunningen om te visschen wor den niet meer verleend. Geen akte wordt uitgereikt io. aan hem, wien ingevolge art. 34, eerste lid, der Visscherijwet, de bevoegdheid om krachtens een consent of akte te visschen is ontzegd, voor den duu.r der ontzegging 2o. aan veld- en boschwachters, beambten der marechaussee, niet zijnde hulp-officieren van Justitie, ambtenaren van Rijks- en gemeentepo litie, beneden den rang van Inspecteur der rijksveldwacht en van inspecteur van politie, be ambten van den rijks- en provincialen water staat en beambten van de domeinen, beneden den rang van hoofdopziener. Amersfoort, 10 April 1916. De Burgemeester voornoemd, v. RANDWIJCK. De oorloq. B e r 1 ij n, 10 April. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. In de veroverde trechterstellingen ten zui den van Saint-Eloi wezen onze troepen de pogingen tot herovering van vijandelijke handgranaatafdeelingen volkomen af. De mijngevechten tusschen het kanaal van La Bassée en Atrecht namen in de laatste da gen weer eene grootere levendigheid aan. Op den westelijken Maasoever werden Bethincourt en ook de zwaar versterkte steunpuntenn Alace en Lorraine ten zuid westen daarvan afgesnoerd. De tegenstander trachtte zich aan het gevaar te onttrekken door een snellen terugtocht; hij werd echter door de Sileziërs nog gepakt en verloor, be halve zware bloedige verliezen, 19.officieren en 700 man in rond getal aan ongewonde gevangenen, twee kanonnen en 13 machine geweren. Tegelijk ruimden wij vijandelijke werken, zooals blokhuizen en fundeeringen Q>p ver schillende plaatsen van het front, die ons lastig waren, op ten noorden van het dorp Avocourt en ten zuiden van het Raven- bosch. Ook bij deze ondernemingen werden ernstige nadeelen aan de Franschen toege bracht. Zij verloren bovendien verscheidene officieren en 276 man aan gevangenen. Rechts van de Maas werd op dezelfde wijze een kloof aan, den zuidwestelijken rand van de Peperhoogte gezuiverd; 4 officieren en 184 man en materieel bleven in onze handen. Verder oostelijk en In de Woëvre hadden slechts artilleriegevechten plaats. In den luchtstrijd werd ten zuidoosten van Damloup en ten noordwesten van Chateau Salins een Fransch vliegtuig neergeschoten; van het eerste was de bemanning dood. Ver der werd waargenomen, dat in het dorp Loos en in het Caillette-bosch vijandelijke vlieg tuigen neerkwamen. Par ij s, 10 April. (Havas). Namiddag communiqué. Ten westen van dé Maas Is het bombar dement in den loop van den nacht bijzonder hevig geweest op hoogte 304. De Duitschers leden belangrijke verliezen in den loop van den aanval, dien zij gisteren tegen het einde van den dag deden op den Mort-homme en die volledig werd teruggeslagen. De Duit schers konden op eene lengte van ongeveer 500 Meters doordringen in een vooruitge- legen loopgraaf van hoogte 295. De Fran schen maakten een honderdtal gevangenen. Ten oosten van de Maas was een zeer levendigen strijd in den loop van den nacht in het boschje van Fontaine Saint-Martin (ten oosten van Vachtrauville). De Fran schen maakten vorderingen in de Duitsche gangen ten zuiden van het dorp Douaumont. In de Woëvre was een bombardement van de dorpen aan den voet van de Maashoog ten. Het bevestigt zich, dat de dag van 9 April in de streek van Verdun zich kenmerkte door het eerste algemeene Duitsche offen sief, zich uitstrekkende op een front van 20 Kilometers. De Duitschers verkregen geen enkel waardeerbaar resultaat, vooral als men de in het vuur gebrachte troepen in aan merking neemt; van de verliezen, die zij leden, getuigen de voor de Fransche liniën opgehoopt liggende lijken. Avond-communiqué. Ten westen van de Maas duurde het bom bardement voort met stijgende intensiteit. Tegen den middag vielen de Duitschers uit de streek HaucourtBethincourt onze stel ling ten zuiden van de Forgesbeek. Ondanks de hevigheid van de aanvallen, die voor den vijand de zwaarste verliezen meebrachten, is onze linie over 't geheel ongedeerd. Aan- valspogingen op onze stellingen Mort-Hom- me en Cumières, die volgden op eene in tense artillerie-voorbereiding, werden door ons courtinevuur gestuit. Ten oosten van de Maas bombardeerde de vijand hevig den Poivre-heuvel. Tegen het einde van den dag deed hij verschei dene aanvallen op onze stellingen in het Caillettc-bosch, maar hij werd overal terug geslagen. In de Woëvre-vlakte was groote artillerie actie. Op de rest van het front was het be trekkelijk rustig. Een Fransche vlieger velde den 8en een Fokker neer in de streek van Verdun; een tweede Fokker werd den Oen neergeveld in de Woëvre door onze afweerkanonnen; een derde werd naar den grond gebracht in onze liniën in Champagne en de bestuurder gevangen genomen. Een Duitsch vliegtuig wierp heden bommen op Nancy, waardoor slechts geringe materieele schade werd toegebracht. Londen, 10 April. (R.) Britsch com muniqué. Gisterennacht vielen wij in Saint-Eloi een mijn aan. De mijn werd genomen; de trech ter bleef in Duitsche handen. Door een twee den aanval vestigden wij ons in de vijan delijke loopgraven, loopende zuidwestelijk van den trechter. B e r 1 ij n, 1 0 A p r i 1. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het groote hoofdkwartier van heden voormiddag. Op het oostelijke oorlogstooneel is niets bijzonders gebeurd. Weenen, 10 April. (W. B.) Officieel bericht v&n heden middag. In het gebied van Görz hield de vijande lijke artillerie plaatsen achter ons front on der vuur. Een Carroni-vliegtuig werd bij de landing in de buurt van Lucinici door ons geschut vuur vernietigd. Aan het verdere front duren de gewone artilleriegevechten voort. In het Suganadal schoten de Italianen Caldonazzo in brand. Op Riva wierpen vijandelijke vliegers bommen neer. Aan den Fonaleweg gelukte het den tegenstander in eenige vooruitge- legen loopgraven vast te zetten. Rome, 10 April. (Stefani). Officieel communiqué. Langs het geheele front waren artillerie- actiën. Op de Mrzli naderden in den nacht van den 9en sterke vijandelijke detache menten onze liniën en bewierpen die met zware bommen. De onzen kwamen uit hunne loopgraven en sloegen den tegenstander door een hevig handgemeen terug. Aan dq Isonzo schoot de vijandelijke ar tillerie op het station Cormons en de na burige plaatsen, zonder er slachtoffers te maken of schade aan te richten. In den afgeloopen nacht begaf een van onze bestuurbare luchtschepen zich naar de versterkte groep van Riva en bombardeer de met 40 granaten en torpedo's de werken, spoorwegebplacementen en militaire gebou wen. Het luchtschip kwam ongedeerd in onze liniën terug. Berlijn, 10 April. (K. N.) Het Berl. Tagebl. ontleent aan de Dépêche de Lyon een bericht uit Saloniki, volgens hetwelk langs het Fransch-Engelsche front in Mace donië een hevig ertilleriegevecht aan den gang is. Een Taube wierp bommen op het kamp der geallieerden ten zuiden van Koe- koesj. Londen, 10 April. (R.) Volgens een officieel bericht uit Mesopotamië werd in den ochtend van den 9en April een aanval op de vijandelijke stellingen bij Sannaiayt gedaan, waarbij men er echter niet in slaag de door de vijandelijke linies te breken. De operaties worden door de overstroomingen sterk belemmerd. Londen, 10 April. (R.) Bericht van Lloyds. Het Britsche stoomschip Zafra is tot zin ken gebracht. Londen, 10 April. (R.) Bericht van Lloyds. De stoomschepen Silkoworth Hall en Glenalmond, respectievelijk groot 4777 en 2883 ton, zijn In den grond geboord. Beiden waren onbewapend. Van het eerste schip zijn de kapitein en 30 man, van het tweede allen gered. Malta, 9 April. (R.) Het Britsche on bewapende stoomschip Yonne, dat voorheen den naam Tostalia droeg, is zonder waar- schuwinjg in den grond geboord. De be manning van 40 personen verwijderde zich in de booten, waarin zij zes uren bleef vóór dat zij kon worden gered. Londen, 10 April. (R.) Bericht van Lloyds. Het onbewapende stoomschip Eastern City is tot zirtken gebracht. Het Zweedsche stoomschip Letra heeft ln Cardiff San land gebracht den kapitein en de bemanning van het Noorweegsche stoom schip Sjolyst, dat zonder waarschuwing is getorpedeerd 25 mijlen ten noorden van Ouessant door een Duitsche duikboot. Londen, 10 April. (R.) Bericht van Lloyds. Het Spaansche stoomschip Sant Anderlno moet getorpedeerd en in den grond geboord zijn. Van de bemanning ontbreekt elk be. richt. Het Engelsche stoomschip Marcon Abbey is in den grond geboord; de bemanning i» gered. P a r ii s, 10 April. (Havas.) Een En. gelsch stoomschip bracht naar Marseille de bemanning van het Deensche stoomschip Caledonia, dat in de Middellandsche zee in den giond geboord is door een Oostenrijk- sche duikboot. De schipbreukelingen verba- leb, dat de duikboot onverhoeds verscheen en, zonder notitie te nemen van de door de Caledonia.geheschen Deensche vlag, de be manning beval binnen een half uur het schip te verlaten. 22 man en de kapitein begaven zich in de booten, waarna de duikboot het stoomschip in de lucht deed vliegen. In den loop van den nacht werden de schipbreuke lingen door het Engelsche stoomschip opge nomen. «u. N e w-Y ork, 10 April. (R..) De ge ruchten over ernstige'verschillen in de re geering betreffende de duikboot-kwestie, zijn geheel van grond ontbloot. De zekerheid wordt steeds sterker in de bevoegde krin gen, dat de Sussex door de Duitschers is getorpedeerd. Londen, 10 April. (R.) Haslam vei* zocht, ln verband met het aanhoudend ven nielen zonder voorafgaande waarschuwing van koopvaardij- en passagiersschepen zoo wel van de oorlogvoerenden als van de neu tralen, de regeering in overweging te nemen of het niet wenschelijk is met de neutrale regeeringen besprekingen aan te knoopen over het in beslag nemen von vijandelijke in. neutrale havens geïnterneerde schepen, ten einde het tonnen-aantal, dat door het torpe- deeren verminderd is, weer aan te vullen. Cecil gaf ten antwoord, dot de Britsche regeering van meening is, dat de neutrale regeeringen de vraag van het in gebruik ne men van vijandelijke schepen, die in hun havens gevlucht zijn, voor zich zelf moeten beslissen. Wanneer de neutrale regeeringen tot een besluit komen, zullen zij ongetwijfeld fn overweging nemen, dat de vernietiging van koopvaardijschepen, waardoor de tonnage verminderd wordt, niet alleen den handel der oorlogvoerenden, maar evenzeer hun eigen handel evenzeer schaadt. Voorstellen, die door neutrale regeerin gen mochten worden gedaan om zich te be veiligen tegen schade, wanneer vijandelijke schepen door hen in gebruik worden geno men, zullen door de Britsche regeering mef zorg overwogen worden. Kopenhagen, 10 April. (W. B.) De National Tidende bericht uit Christiansund, dat de daar gevestigde stoomvaartmaat schappij van Engeland de mededeeling ont ving, dat Engeland haar voor de reizen naar Frederikshavn geene kolen meer zou leve ren, als zij geen waarborg stelt, dat de doof haar vervoerde goederen niet verder zullen worden verzonden naar Duitschland. De Christiansundlijn zal dus eerlang den dienst staken, wanneer zij niet van elders kolen kan krijgen. Men kan zich geen begrip maken hoeveel geld er gaat in 'n vrouwehand, en vooral als deze klein is. Roman uit het Spaansch van A. PALACIO VALDèS. - 40 „Dat nu juist niet, maar het komt toch op 't zelfde neer. Zonder vloeken zooals anderen altijd doen. knijpt hij, dameskneepjes, weet je, die me bont eïi blauw maken. En dan lacht de lieverd nog en vraagt hoogst verbaasd; „Wat heb je toch beste? heb ik je pijn gedaan?'' Ver vloekt zij hij en zijn geslacht... Nu ik weet waar zijn geliefkoosde kroegen zijn, stuur ik vaak een van de kinders om hem te halen. Denk je dat hij thuis komt of zich boos maakt? geen kwestie van Hij geeft het kind te drin- !ken tot het dronken is. Ik stuur een ander en hij doet er hetzelfde mee. 't.Is gebeurd, dat ik mijn vier kinders in de herberg had. Nu ont breekt de keukenmeid nog maar, want zoo noemt hij mij zei de schaamtelooze." Paca kon haar lachen onmogelijk inhouden. „Ja, lach maar, zoo heb ik ook gelachen toen Ik mijn kinders aan zag komen wagge len... E!n weet )e wel wat hij nu weer heeft. Wel nu permitteert hij zich de luxe jaloersch te iqn. Verbeeld je zulk een gekheid. Ik kan niet I op straat gaan, of hij zet zich in hinderlaag. Ik kan me onmogelijk wat netjes kappen of kleeden. Na veel moeite was 't me gelukt een paar nette schoenen en een keurige japon te koopen. Op een Zondag verbeeldde hij zich, dat ik iemand wat te veel had aangekeken en dal men mij een complimentje had gemaakt. Nauwelijks thuis gekomen neemt hij een schaar en zonder iets te zeggen knipt hij de japon en schoenen in stukken... Toen kon ik op nieuw beginnen." Juist wilde Paca haar oordeel zeggen, toen Frasquito tusschen beiden kwam om te vra gen of het niet goed zou zijn, zijn schoonvader wat ammoniak te geven om te zien of hij wat bijkrabbelde. Ofschoon men hem verzekerde dat zijn schoonvader zijn belofte wel houden zou als hij maar eerst zijn roes uitgeslapen had, had Frasquito toch geen geduld om tot den volgenden dag te wachten. Paca was er erg tegen, vooral omdat de oude kalmpjes met Rafaël zat te praten, zeker niet vermoedende welke snoode plannen zijn schoonzoon tegen hem in 't schild voerde. Juist was hij bezig deze een reeks vragen te doen, djp op het punt van dronkenschap geen twijfel meer moesten overlaten. „Zeg, ben ik nu dronken? spreek ik niet als een ernstig ihan? Heb ik iemand kwaad ge daan? Ben ik niet een fatsoenlijk man? Maken een paar glaasjes me dan.dronken?" Rafaël gaf op al deze vragen ontkennend antwoord, maar keek ondertusschen zijn neef beteekenisvol aan. Ondertusschen dansten de anderen maar door. Zelfs zij, die even te voren tegengestrib beld hadden, waren nu druk in de weer. Dc bruid, hoewel doodmoe, wilde met alle ge weld dansen, en bij gebrek "aan een cavalier sprong ze van tijd tot tijd alleen rond, zonder te luisteren naar Maria. Manuela, die haar zeide dit niet te doen, want dat ze dan met den duivel danste. Mercedes, wat opgewonden door den wijn, wilde met allp geweld dat Velasquez met haar danste. Sinds het voorval bij haar aan huis had ze een gemengd gevoel van woede en sympathie, van minachting en liefde tegenover hem. Velasquez, die nooit erg op dansen ge steld was geweest, weigerde, maar was toch buitengewoon lief en hoffelijk tegenover haar. Dit was niet alleen uit galanterie maar ook uit verwaandheid. Mercedes had als novio een knap jongmcnsch, Gabino geheeten. Deze kromp weg van jaloezie, toen hij zag dat zijn meisje met Velasquez coquetteerde. El guapo wien het verdriet zijn verwaandheid nog niet verdreven had, genoot van den gril van Mer cedes en het verdriet van den armen novio. „Waar gaat hij heen," vroeg de majo met een trotsch lachje, toen ze 't jongmcnsch den tuin uit zagen stormen. „Laat hean toch" antwoordde ze met een minachtende beweging. Hij is niet wijs, hij neemt alles zoo hoog op; zoo goed als zeker dat hij naar buiten is gegaan om eens goed uU te huilen." „Om te huilen. Waarom?" „Omdat hij jaloersch op je is." „God beware. Hoe is 't mogelijk dat een ge zonde flinke kerel jaloersch kan zijn op een armen ouden slakkerd," riep Velasquez met slecht onderdrukte blufferigheid uit. „Wel, hij heeft weinig vertrouwen in mijn smaak, weet je." „Is die dan zóó bedorven?" „Geheel en al. Verbeeld je dat ik sedert meer dan een maand alleen maar koud voedsel kan eten." „Wil je mij dan soms opeten?" „Daar je zoo koud bent zou 't wel gaan, maar ik vrees dat je te taai bent. „Wedden waarom dat Je me van avond onder je balkon verwacht 1" „En wedden waarom dat Je een dansje met me maakt?" „Vooruit dan maar," zei El guapo opstaande. Ondertusschen was de ongelukkige Gabino 't veld ln gegaan zooals zijn novia al spottend had geraden. Hij huilde niet, maar was zoo wanhopig dat hij lust had tusschen de rails te gaan zitten om te wachten tot de trein voorbij kwam en een einde aan zijn leven maakte. Daar rondloopende hoorde hij het geluid van stemmen. Hij kroop naderbij en verschuilde zich, niet uit nieuwsgierigheid, maar in dc hoop de stem van zijn meisje te hooren. Bij het weinige licht was 't hem toch nog moge lijk de gezichten van Soledad en Antonio te herkennen. Hij zag dat 't meisje opgewonden en zenuwachtig was, dat ze haar woorden van hevige hoofdbewegingen vergezeld liet gaan, terwijl Antonico haar weinig en met nederig heid beantwoordde. „Vroeger zei je, dat je liever met den duivel sprak dan met haar," zei het meisje moeite doende zacht te spreken, „als je haar dan zoo verafschuwt, waarom nader je haar dan in 't publiek. Waarom doe je haar dat plezier, terwijl je weet dat je mij verdriet .er mee doet. Zie je dan niet dat de menschen ons gade slaan? Verbeeld je je soms dat je mij zoo ge makkelijk belachelijk kunt maken als je het haar gedaan hebt? Geloof dat niet, baasje!... Onze verhouding is van gister, en we zijn ver bonden door een heel dun draadje... Op een gegeven oogenblik neem Ik een schaar erf knip het draadje door. Dan verbindt niets onf, meer en kunnen we beiden ons eigen weg gaan!..." „Welke kant ga lk dan uit?" „Die je wilt." „Dan ga lk jou kant op en blijf daar aU gast." „Bij mij is voor jou geen plaats, voor grooti sprekers. Verbeeld je, pas aan den eeneu „ontsnapt" en dan weer in de handen van cco anderen vallen!" ,Je zult er nog eens berouw van hebben ma zoo beleedigd te hebben. Ik ging naar Mariat Manuela toe om naar haar neefje te vragen dat ziek was... Je weet wel hoeveel ik van dat kind houd." „Slim ben je dat moet lk zeggen. En om naar de gezondheid van dat kind te vragen, moesf je een half uur met dat mensch zitten te pra* ten? Zeg Antonio tracht me nu geen zand ia de oogen te gooien." „God beware me voor zulk een heiligschen* nis! Wat ik wil is juist je de oogen openen Beken maar dat je nog van Maria houdi. G* maar weer met haar en laat mij met rust. „I-k zweer jc dat ik veel van jou houd, dal ik diep ongelukkig ben als je me kwaad aan« kijkt cn dat jij de eerste vrouw bent die ik' waarlijk lief heb... Als bewijs van mijn groot* liefde bied ik je deze vijg aan," voegde hij cf bij een vijg oprapende en haar aanbiedende. „Ga toch heen, gekke vent," riep Soledad lachend uit, het bewijs van zijn groote liefd* op den grond werpende. Het gesprek werd fluisterend voortgezet onderbroken door ge* lach, ze hadden zich verzoend. f Wordt vervolgd*

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1