Verspreide Berichten. BINNENLAND. i; B e r 11] n, 8 A p r i 1. (W. B.) Bij het giste- genavond in het Oostelijk hoofdkwartier ge- Aouden feestmaal, waaraan als vertegen woordiger van den keixer prins Heinrich fTan Pruisen en alt afgevaardigde van de ^nder Hindenburg's opperbevel staande le gers, kolonel-generaal Eichhorn deelnam, iielde de veldmaarschalk een toespraak, waarin hij zeide: Ik sta met ontroerd gemoed en met die- "jten eerbied en onbegrensde liefde en trouw tn mijn geest voor mijn allergenadigsten keizer, koning en heer. Wat ik gedaan heb atn wat ik tot stand mocht brengen, dank ik fiaen xljn gunst en vertrouwen. Tot mijn laat- fêten snik behoor ik hem en mijn laatste iademtocht zal een gebed voor mijn koning mijn vaderland zijn. Prins Heinrich bracht zijn gelukwensch In deze woorden uif: Als roemrijk strijder «taat gij heden op uw militairen jubel- en «eredag als een meester van Duitsche leger en vermeerderaar van Duitschlands macht, zeker van het vertrouwen van den hoogsten krijgsheer, op de handen gedragen door het leger en door uwe ondergeschikten, als een beeld, dat nooit uit de harten van het Duit sche volk kan worden gerukt. Moge God u /verder bijstaan en u helpen om het werk, over te gaan. Nu zulks niet eerder was geschied, Idat gij als meester begonnen zijt, ook op dee(* beter je wachten totdat de oorlog tot dezelfde wijze zegevierend ten einde te v u u J 4 brengen. De prins besloot met een hoera op den /veldmaarschalk. Na den gelukwensch van kolonel-gene raal von Eichhorn bedankte von Hinden burg in eene uitvoerige rede, waarin hij met groote warmte de verdiensten prees van den chef van zijn staf, generaal Ludendorff, en «ene geestdriftige hulde bracht aan de of- Iervaardigheid en den moed der troepen. Ten slotte gedacht von Hindenburg de ma rine met de woorden: Ik bewonder de groote daden onzer duikbooten. Wij verheugen ons er over, dat de vijand, die de hoofdschul dige is aan dezen oorlog, door de duikboo- ten met succes bestreden en bedwongen wordt. Hoera voor ons uitmuntend leger en onze voortreffelijke marine. Brussel, 6 April. (W. B.) In den «vond van 6 April zijn door de Duitsche fnilitaire politie op den straatweg bij 6iechem-Moll, in het Noorden van de pro vincie Brabant twee jongelieden aangehou den, die bij het verhoor al spoedig bekende, dat zij zich over Nederland naar het vijande lijk leger wilden begeven. Beide jongeman nen zijn leerlingen van het instituut St. Louis, de eerste geestelijke onderwijsinrich ting te Brussel, waarmede kardinaal Mer rier in nauwe persoonlijke betrekking staat en waar hij tijdens zijne bezoeken te Brus sel steeds zijn intrek neemt. Zij deelden mede, dat hunne leeraren hun gezegd had den, dat zij niet langer op de schoolbanken moesten blijven zitten, maar naar het leger moesten gaan. De leeraren gaven hun. bo vendien geld en valsche papieren en deel den hun het wachtwoord mee voor den gids, die hen over de grens zou brengen. De valsche papieren en een aanzienlijke som gelds werden inderdaad op hen gevonden. In verband hiermede zijn de leeraar Truyens en de directeur Cocheteux van ge noemd instituut, wegens medeplichtigheid aan hoogverraad (leveren van manschappen ean den vijand) in hechtenis genomen. Parijs, 10 April. (R.) De nationale raad van de socialistische partij heeft met 1096 tegen 060 stemmen een besluit aan genomen, waarin wordt verklaard, dat, al is «de vorming van eene afzonderlijke socialis tische minderheid in Duitschland bestemd den tijd te verhaasten waarin eene inter nationale socialistische actie mogelijk zal zijn, die tijd nog niet gekomen is. De raad weigerde ook in eenige betrekking te treden met de organisateurs van de Zimmerwald- conferentie en brandmerkte het streven om een ander bureau in de plaats te stellen van het bureau, dat vroeger in Brussel en nu in den Haag gezeteld is. Londen, 8 April. (R.) Als toetssteen van het Duitsche crediet kan dienen de ver een groot tijdvak zal thans belasting worden ge- van den minister om het tarief met 5 pet. ten heven, hetgeen betalingsmoeilijkheden voor de be hoeve van de gemeenten te verhoogen, ge- belastingplichtigen tengevolge heeft, vooral voor j lukkig. Van verschillende zijden werd bezwaar ge maakt tegen de zeer zware strafbepalingen van dit ontwerp. Guidensaanmunting. Blijkens de Memorie van Antwoord inzake het wetsontwerp tot verhooging van het acht ste hoofdstuk B der Staatsbegrooting voor net dienstjaar 1916 is inderdaad de noodzakelijkheid gebleken von de aanmunting van guldens in 1916. De zilvervoorraad bij de Nederlandsche Bank nurn gestadig af. Op 22 Januari 1916 be droeg hij nog ruim f 6,109,000, op 11 Maart was hij tcruggeloopen tot f 1,600,000, waarvan ongeveer de helft uit guldens bestond. De Minister van Financiën acht het niet twij felachtig dat de zeer sterke toeneming van de vraag naar grove zilveren munten nagenoeg ge heel aan abnormaal, met de crisis verband hou dende oorzaken moet worden toegeschreven. Een belangrijke rol speelt daarbij de bij het publiek bestaande neiging om zilveren munten aan het verkeer te onttrekken en vast te hou den. Dat deze neiging zich aanstonds in sterke mate doet gevoelen, zoo vaak bij het publiek het besef verlevendigd wordt van de gevaren waaraon ons land, als gevolg van den oorlog, blootstaat, heeft de ervaring van de laatste da gen duidelijk in het licht gesteld. De Minister meent dat het, teneinde verdere moeilijkheden te dezer zake te voorkomen, noodzakelijk is, het noodige te verrichten, opdat zoo noodig ook over een belangrijk bedrag aan zilverbons ook van f 1 kunne beschikt worden. Daartoe strekt eene bij deze Memorie ge voegde Nota van Wijzigingen. Met den aan maak zal eenige tijd gemoeid zijn, zoodat die aanmaak niet van de guldensaanmunting kan doen afzien, welke zoo mogelijk tot een bedrag van f 5.000.000 zal beperkt worden. hen, die door allerlei omstandigheden van hun oorlogswinst geen profijt meer hebben; boven dien zal in vele gevallen het belastbare bedrag niet meer zijn te achterhalen. De rechtmatig heid van een belasting van deze soort, bleek in den lande wel algemeen te worden erkend. Het meest bevreemdde, dat zoo lange tijd moest voorbijgaan voordat een voorstel ten deze kon worden gedaan. Men merkte hierbij op, dat dezen minister van Financiën geen verwijt kon treffen. Hetgeen niet bijdroeg tot een vlugge behande ling was de instelling van eene Staatscommissie, welke eerst op 8 October 1915 hare werkzaam heden kon aanvangen en uit een buitengewoon groot aantal leden bestond. Aldus ging veel tijd verloren. Ihtusschen gaven sommigen toe, dat de voorbereiding van deze zaak, waarbij zoo vele belangen betrokken waren, niet aan een com missie van slechts enkele leden kon worden op gedragen. Toen de com^ussie haar arbeid, waarover verscheidene Jpden hunne waardeering uitspraken, had voltooid, is het voorstel der Re geering spoedig gevolgd. Voor de hierbij be trachte voortvarendheid bracht men den minister hulde. Enkele leden gaven als hun gevoelen te ken nen, dat het thans geen geschikt oogenblik Is om tot heffing van een oorlogswinstbelasting het verleden behoorde. Eerst dan zou men met juistheid kunnen vaststellen of winsten een ge volg van den oorlogstoestand waren en zou uit te maken zijn in hoeverre met later ondervon den verliezen rekening moet worden gehouden. Reeds thans is gebleken, hoe in sommige be drijven de voordeelen, in den beginne verkregen, door latere omstandigheden zijn geneutraliseerd. Vrij algemeen deelde men echter deze ziens wijze niet en men verwees daarbij naar de nader te behandelen bepalingen in het wetsontwerp, die met compensatie ten deze verband houden. Indien men nog langer met deze belasting draal de, zou van de opbrengst weinig of niets terecht komen, en ook zij, die aan een afwachtende hou ding de voorkeur gaven, moeten wel overtuigd zijn van de billijkheid om in een tijd als deze, waarin menigeen door de duurte van het levens onderhoud en door den slechten gang van zijn zaken zwaar wordt getroffen, tot buitengewone bijdragen te verplichten hen, die tengevolge van den oorlog meer verdienen dan hun onder nor male omstandigheden toevalt. Omtrent de vraag in hoever het juist is, dat t. a. v. alle personen en bedrijven in dit belas tingvoorstel één lijn wordt getrokken, bestond verschil van meening. De wilde handel zal grootendeels vrij uitgaan, omdat gegevens, voor al van den eersten tijd, bezwaarlijk zullen zijn te verkrijgen en het vrij te stellen bedrag van 2000, waaromtrent nader zal worden gespro ken, zal den landbouw slechts in betrekkelijk ge ringe mate in die belasting doen deelen. Van meer dan een xijde werd betreurd, dat niet een onderscheid is gemaakt naar de wijze waar op oorlogswinst werd verkregen. Bedrijven, waarbij van bijzondere risico of buitengewone krachtsinspanning geen sprake was men wees op de vinsten van de landbouwers behoor den aanmerkelijk zwaarder te worden getroffen dan die, waarvan de voortzetting meer dan ge wone energie vorderde en welker uitoefening gepaard ging met voortdurende gevaren; men dacht hierbij o. m. aan het reeders- en aan het visschersbedrijf. Ook wenschten sommige le den een onderscheid te zien gemaakt tusschen volkomen rechtmatige bedrijven en andere, welke wegens daarmede gepaard gaanden smokkelhandel en opdrijving van prijzen, niet tot de geoorloofde kunnen worden gerekend. Ook ware met winst, verkregen door specula tie, rekening te houden en zwaarder te belasten, hetgeen direct ten gevolge van den oorlog, als winst uit leveringen aan leger en vloot werd ontvangen. Intusschen behoort met de belangen der be drijven rekening te worden gehouden. Of dit in dit ontwerp in voldoende mate geschiedt, werd door eenige leden betwijfeld en ook an deren meenden, dat hier reden voor critiek was. Vooral kwam hierbij ter sprake de winstbereke ning in verband met gemaakte reserves. Verschillende leden wezen daarbij op de groote gevaren, waaraan met name dft stoom vaartmijlen zijn blootgesteld en die haar tot het maken van bijzondere reserves verplichten. Ten aanzien van de bezwaren, ,welke zich doen gevoelen, wanneer bedrijven ook ten aan zien van haar reserves worden belast, wezen sommige leden nog in het bijzonder op de ver zekeringsmaatschappijen. Sommige leden hadden tot hunne bevreem- ding eene bepaling gemist, welke waakte tegen klaring van een aanzienlijk bankier, dat de 1 dubbeie belasting van Indische ondernemingen, (Amerikaansche financiers bereid zijn geld te bier te lande gevestigd. Men wees hierbij op deponeeren in Engeland tegen wissels naarhet w.o. no. 333, waarbij een extra-suikerb*- de koers van den dag, waarmee zij 2 pet extra kunnen verdienen als de koers weer normaal wordt. Aan den anderen kant zou den de Amerikanen, als zij er zeker van waren, dat in Duitschland de wisselkoers zou terugkeeren tot de goudbasis, natuurlijk er de voorkeur aan geven geld te deponee- renn in Berlijn, omdat zij zich dan boven de ■wisselrente een voordeel van 26 pet. zouden kunnen verzekeren. Desniettemin wordt er geen Amerikaansch geld in Duitschland ge deponeerd. A. J. Wa u t e r s f De bekende aardrijkskundige A. J. Wau- ïers* is te Brussel aan een beroerte overle den. De overledene was meer dan 25 jaar leeraar in de geschiedenis aan de Academie van Schoon e Kunsten te Brussel. Hij publi ceerde ongeveer 200 aardrijkskundige wer ken en kaarten en leverde een groot aantal studiën in het „Mouvement Géopraphique", waarvan hij hoofdredacteur was. Ook zijn ibiographieën werden zeer geprezen, inzon derheid „De Vlaamsche Schilderkunst", welk werk verscheen in de Fransche, Engel sche, Nederlandsche en Duitsche taal. Staten-UeneraaL Oorloc s winst belasting. lasting voor Nod.-Indië wordt voorgesteld.- Men verzocht deze leemte alsnog aan te vullen. Verscheidene leden achtten het percentage van 30, waarmede de Regeering de oorlogs winsten wenscht te belasten, te laag. Een per centage van 50 pet. voor de hoogere Inkom stenvermeerderingen scheen dezen leden alles zins gerechtvaardigd. Sommigen hunner zouden daarbij progressie willen zien toegepast: tot één ton ware 30 pet. te heffen, van een tot drie ton 40 pet. en boven drie ton 50 pet. Verscheidene andere leden zouden een zoo danige verhooging van het percentage niet juist en ook niet gewenscht achten. Sommigen, die de bezwaren tegen een pro gressieve heffing t a. v. de vennootschappen gegrond achtten, zouden t a. v. de natuurlijke persone een sterke progressie wel willen zien toegepast. Omtrent de vraag of het de voorkeur verdient, overeenkomstig het voorstel der Regeering. 2000 vrij te stellen, dan wel met de Staats commissie deze vrijstelling tot T000 te be perken, en een bijzondere degressie In te voe ren voor minstens beneden 20,000, bestond een groot verschil van meening. In het ontwerp wordt voorgesteld de inkom sten- of winstvermeerdering vast te stellen door vergelijking van dot inkomen of die winst met hetgeen genoten Is over het jaar, waartoe 1 Augustas 1913 behoorde. Vele leden hadden hiertegen groot bezwaar. Men zou gaarne zien, dat overeenkomstig hetgeen bij de thans ver- vangen bedrijfsbelasting bepaald was, met het gemiddelde van drie jaren rekening zou worden gehouden. Men wees hierbij op de wisselvallig heid bij verschillende bedrijven. Met het voorstel om een zesde van de op- m..i mei nei voorbid om een «aue j ens et Voorloopig Verslag der Tweede brengst der belasting te bestemmen voor ge- cmer over het \v etsontwerp tot heffing eener meenten, welke „ten gevolge van den oorlogs- oorlogswmstbelastir.g sprak men van verschil- toestond in buitengewoon sterke mate schade jende zijden zijn leedwezen uit over de late in- hebben geleden", konden vele leden zich niet «lening van dit wetsontwerp. De hieruit voort- vercenigen. .vloeiende nadeelen liggen voor de hand. Over Aanvulling van de Lan d- stormwet Art. 19 van de Landstormwet bepaalt, dat de tot den landstorm behoorende dienstplichtige, die niet voldoet aan een oproeping voor den werkeb'jken dienst, als deserteur wordt behan deld, zoodra hij op last van den minister van Oorlog als deserteur is afgevoerd. Een krijgsraad verklaarde evenwel den mili tairen rechter onbevoegd om te erkennen over een dienstplichtige ven den landstorm, die niet voldeed aan de oproeping voor den werkelijken dienst. Deze uitspraak berustte hierop, dat de beklaagde niet geacht kon worden in werke lijken dienst te zijn geweest op den datum, waarop hij moest opkomen, en art. 13 der Land stormwet derhalve geen toepassing kon vinden, terwijl die wet verder geen nadrukkelijke bepa ling bevat, dat de dienstplichtige bij den land storm, die niet voldoet aan een oproeping voor den werkelijken dienst, valt onder de toepassing van de militaire straf en tuchtwetten. Het Hoog Militair Gerechtshof approbcerde het vonnis van dien krijgsraad. Teneinde nu te voorzien in deze leemte van de Landstormwet is een aanvulling van die wet voorgesteld, waarbij op den dienstplichtige, die niet voldoet aan een oproeping voor den wer kelijken dienst, het Crimineel Wetboek voor het krijgsvolk worde toepasselijk verklaard. Berichten. De Staatscourant van heden 10 April bevat o. a. de volgende Koninklijke beslui ten: benoemd tot ontvanger der regisratie en domeinen te Zevenbergen J. Ter Laag, thans te Purmerend, met intrekking van zijne be noeming tot registratie-ontvanger te Mid delburg; tot ontvanger der registratie, ge rechtelijke acten en domeinen te Middelburg M. A. Schouten, thans te Dsselstein; benoemd tot consul-generaal te Berlijn J. H. A. George, thans consul aldaar; op verzoek eervol ontslagen als griffier van den Raad van Beroep voor de Onge vallenwet te Haarlem mr. L. J. van Toulon van der Koog; benoemd tot lid der commissie van ad vies voor de Rijkslandbouwproefstations prof. dr. H. J. Hamburger te Groningen, B. v. d. Burg, leeraar aan de Rijks Hoogere Land-, Tuin- en Boschbouwschool te Wage- ningen; O. Reitsma, secretaris van den Al- gemeenen Nederlandschen Zuivelbond te Den Haag, en H. A. Hanken, directeur van den Wilhelminapolder bij Goes; bevorderd tot scheikundige aan het rijks- zuivelstation te Leiden, de assistent C. H. Nieuwland; benoemd en aangesteld tot officier van gezondheid 2e klasse bij het Indische leger de arts A. C. van der Togt. dam, de heer J. W. C. Tellegen, mr. G. A. v. Hamel, lid van de Tweede Kamer en Ge deputeerde Staten; mr. J. Kappeyne v. d. Coppello, lid der Eerste Kamer en voorzitter van de vrijzinnige kiesvereeniging Vooruit gang te Amsterdam, een afvaardiging van de districtscommissie uit district 5 van ge noemde kiesvereeniging, bestuursleden ve^ den bond van vrijzinnige propaganda-ver- eenigingen en van de propagandnclub Jong Holland, een afvaardiging van het gerechts hof te Amsterdam, waarvan mr. Smeenge griffier is; mr. J.. A. Lely en eenige leden van den gemeenteraad. Telegrafisch of per brief hadden hun ge- Iukwenschen overgebracht o.m. de Unie- liberale Kamerclub, verschillende leden en oud-leden van beide Kamers der Staten- Generaal, de heer Van Kol, de oud-minister Bertling en besturen van verschillende vrij zinnige kiesvereenigingen en propaganda- clubs in verschillende plaatsen des lands. De opvolger van J. A. Royer. Naar Architectura uit goede bron verneemt zal de heer Duparc de plaats van den heer Royer als referendaris van Schoone Kun sten innemen. Mr. M. I. Duparc was reeds referendaris aan de afd. kunsten en wetenschappen; de heer Royer was administrateur. Dr. 'J. K r aus. Naar het Vad. verneemt, is, blijkens een ontvangen tele gram, di. J. Kraus voornemens 3 Mei uit Indië naai* Nederland te vertrekken. Hederland en de oorlog. De buitengewone Regeeringsmaatregelen. De Haagsche briefschrijver van de „Arn- hemsche Courant" schrijft in verband met de loopende geruchten over de aanleiding tot de jongste militaire maatregelen o.m.: „Het is meer dan een veronderstelling, dat de oorsprong van het sensatiemakend be richt is te zoeken in Duitschland. Het-werd ontvangen van een der best ingelichte per sonen in het Duitsche Rijk, en het adres in Den Haag, waaraan het gericht was, Is van zoodanigen aard, dat onmiddellijk het ge- heele re^jerwerk van den Staat aan den gang werd gezet, om, voor het geval d a t het waar mocht zijn, de noodige maatrege len van afweer te nemen. Ter plaatse, waar Duitsche persstemmen. De Köln. Ztg. schrijft: Naar ons uit Ne* derland wordt medegedeeld, trachten de En, gelschen daar de meening te verspreiden, dat de geruchten over pogingen tot landing oF tot doorbreken, die voor de deur zouden' staan, door Duitschland in omloop zijn ge bracht, om zich een voorwendsel te ver schaffen om als beschermer van de Neder landsche onzijdigheid het land binnen ta rukken. Hoewel zulke uit de hicht gegrepen beweringen eigenlijk geene aandacht ver dienen, zijn er toch altijd mensehen, die alles gelooven. Daarom willen wij met de meeste stelligheid constateeren, dat men hier weder een geval heeft van Engelscfaf bron vergiftiging. Duitschland weet zeer goed, dat Nederland in staat en bereid is, zonder onze hulp zijne onzijdigheid te ver dedigen. Duitschland heeft er geen belang bij, ,zijne troepen van het front te verwij* deren, ,om ze in Nederland te laten bine nenrukken. Dientengevolge heeft Duitsch* land er ook geen belang bij zulke geruch ten te verspreiden, zooals de Engelschen de Hollanders op de mouw willen spelden. Deze poging van de Engelschen is dus een nieuwe toeleg om in Nederland wantrouwen te zaaien tegen de Duitsche bedoelingen en zoo ontstemming teweeg te brengen tus schen Duitschland en Nederland. Fransche persstem m en. Havas seint ons uit Parijs: De Fransche pers spreekt als haar meening uit dat de Duitsche pers gevolg gaf aan een algemeen wachtwoord, toen ze de Hollandsche pers tegen de geallieerden trachtte op te hitsen. Vandaar dat de Frankfurter Zeitung mede deelt dat op de Parijsche conferentie Japan-* sche gedelegeerden waren en dat men et zich bezig zou hebben gehouden met Ne. derlandsch Indië, waarmede Engeland de diensten van Japan van plan zou zijn te be talen. Dit bericht is even onjuist als dat pmtrent eene beraamde Engelsche landing in Holland. Sommige bladen zien in deze campagne de voorbode van een Duitsche politiek in Holland naar het model Bern* storff-Papen-Dumba. Nederlandsche ambulance voor Rusland. De Nederlandsche am bulance voor Rusland is thans geheel ge reed, meldt de-N. R. Ct. De reis zal onder nomen worden per boot naar Narvik in het oorspronkelijke bericht ontvangen was,Noorwegen; van daar per spoor naar St.- had men alle reden om het niet licht op te Petersburg. nemen, vooral wegens de hooge positie van den afzender. Het werd dan ook zeer ernstig opgenomen, doch het onderzoek heeft aan getoond, dat de afzender, ondanks alles, öf slecht ingelicht óf wel zoodanig onder den indruk was van de conferentie der Gealli eerden te Parijs, dat men te goeder trouw geloofde aan plannen tot een landing van Op verzoek van het hoofdbestuur zullen de heer en mevrouw Ph. C. VisserHooft vooruit vertrekken om in overleg met de Russische regeering de noodige voorberei dende maatregelen te treffen. Wolvordering. Vanwege het Algemeen Hoofdkwartier wordt medegedeeld, dat door den Hoofd- het Britsche leger met het doel, om, door intendant van het Leger dit jaar. weder alle ons land heen, het Duitsche front in den inlandsche wol zal worden gevorderd rug aan te tasten. Een derde mogelijkheid, de wensch van den afzender van het conflict te wikkelen land ïn een gewapend conflict te wikkelen Hervatting dienst Stoomvaart- Maatschappij „Hederland". De stoomschepen „Knmbnng"an", „Kraketml** „Bawean" vertrekken hedenavond van met Engeland, blijve buiten veronderstelling Amsterdam, om Woensdagmorgen vroeg in aangezien Duitschland dit niet kan wen-zec gaan, beide eerstgenoemde varen scherv wijl daardoor de beveiliging ZOU met ,ading von Amsterdam naar Java, de „Ba- wean" gaat in ballast van Amsterdam naar New York, om daar te laden in den dienst New-York- Java. De drie schepen nemen de noordelijke route. (HbkL) De „E e m d Ij k" en de „R ij n d Ij k." Bij de directie, de firma Solleveld, Van der Meer Van Hattum, is bericht ingeko men, dat het s.s. „Eemdijk" een ontploffing gehad heeft in ruim 2. Het wordt onder toe zicht van.de Engelsche marine gelost. Het s.s. „Rijndijk", van dezelfde firma, is binnengesleept in Porte Skeweth, aan het kanaal van Bristol. Het verkeer met Engeland. Men schrijft uit Vlissingen, dat de mail- te vragen, heeft maar al te duidelijk ten jdoel wantrouwen te zaaien in de Nederlandsche openbare mee:ning tegen de geallieerden en even als in het geval van België het vermoeden te wekken van beweerde vroe gere plannen tot schending door de geal lieerden opgevat. De Britsche regeering antwoordde reeds op deze beschuldigingen met een duidelijk- heid en nauwkeurigheid, welke in staat zijn Z. K. H. de Prins der Nederlanden om alleri twijfel weg te nemen. Inderdaad heeft zich gisterenochtend naar.het Loo be- de conferentie der geallieerden, on- lsrtrro to Panic rroViniinen (TOCn OnL'PlP ffP. geven. worden weggenomen, die het op zijn rech terflank geniet ten gevolge van onze onzij digheid. Wat de Regeering aangaat, „zij had het gerucht niet tijdiger, maar meer recht streek s, d. w. z. door een eigen officieele tegenspraak den kop in moeten drukken. Wat niet was, is er echter door deze zaak gekomen, n.l. een officieele Regeeringsbe- richtgeving door middel van berichten, die niet langs een omweg de bladen bereiken, en die gewaarmerkt zijn als „officieel". Een Fransche verklaring. Havas seinde ons, d.d. 10 April uit Parijs: Het in Nederland door Duitsche agenten en bladen verspreide bericht over beweerde plannen der geallieerde regeeringen om een A doortocht over Nederlandsch grondgebied boot Maandag half dne ,s bmnengekomen De minister van oorlog heeft, vergezeld van zijn adjudant, kapitein Van Everdingen, langs te Parijs gehouden, geen enkele ge legenheid gehad om zich bezig te houden met vraagstukken, welke een terugslag op Nederland kunnen uitoefenen en met name gisterennamiddag te Rotterdam een tweetal is er geen oogenblik" en in geen enkelen ambulancetreinen bezichtigd en daarna een 1 vorm ter conferentie der geallieerden sprake kort bezoek gebracht aan de militaire zieken- J geweest om een recht van doortocht te vra gen over Nederlandsch grondgebied. Bovendien verzocht de regeering der Re publiek aan den Franschen gezant te 's Gra- inrichting te Delft, Militielichting 19 08. Bericht van het algemeen hoofdkwartier. De mededeeling van De Avp. als zoude \en^,e' den heer All.zé, op de meest na- ...I... .-f w.» rvMntrtA. vron K1 TV ton - H. ld™ 12 Anril 1QT6 drukkelijke wijze den minister van Buiten- de md.üehchtmg 1908 op 12 Ap .1 1916 I l verzekeren, dat noch te betal overgaan naar de landweer is onjuist; slechts i mnand •an die lichtine «raat als mili- FranknJk' noch een ,van bondgenooten met 20 passagiers. De boot was met 40 an dere schepen op de Theems opgehouden. Daar de dienst op Frankrijk heden wordt hervat, verwacht men dan weder meer pas sagiers. MonsterV oorwaarden bij de H. A. L. Gemeld wordt, dat de volgende mededee ling ter kennis van het dek- en machine- personeel van de Holland-Amerikalijn is ge bracht: De directie van de Ned.-Amerik. Stoom vaart-Mij. deelt na gehouden bespreking met den minister van Landbouw, Nijverheid en Handel aan haar dek- en machineperso- neel mede, dat zij uit overweging, dat thans al het mogelijke moet worden gedaan om den geregelden aanvoer van graan in Ne derland te verzekeren bereid is: 1. aan het dek- en machinepersoneel van de sche pen, welke graan aanvoeren onder het met de Regeering voor den duur van den oorlog gesloten contract, een door de Regeering te harer beschikking gestelde graanpremie uit te betalen ten bedrage van twee gulden per een gedeelte van die lichting gaat als mili cien over naar de landweerbataljons. en 2. met een afvaardiging uit haar xniK, noen e.en van zijn uuiiugciiuutciiv n de hun toegeschreven plannen hebben eigen personeel de ovenge wenschen, welk. bij het personeel mochten bestaan, inzonden- opgevat, en dat zij er geen oogenblik aan - De militairK| rt-. - bSpïïS „V" ^5 ninkliik besluit is benaald dat de eriize hik een aanslag te doen op de onzijdigheid reglement, te e p den gemonsterd. terklep) en de pet komen te vervallen en van ziin grondgebied. vervangen worden door de grijze kepi (bij I deze omstandigheden zal de Nederland- de in het zwart gekleede troepen door die sche openbare meening vernemen, dat de kepi in het zwart). betrekkingen der geallieerde mogendheden Voorts is voor alle wapens cn dienstvak- me' Nederland voortdurend het meest heeft gevormd met het doel den frauduleu- ken een gewijzigde veldjas ingevoerd.. i vriendschappelijke en vertrouwelijke karak- zen handel van N. O. T.-artikelenJe J>esmj. ter hebben. Zij zal voor nu en later alle N. O. T.-a r t i k e l e n. De commissie uit den handel, die zicH >eft gevormd met het doel den frauduleu- .cn handel van N. O. T.-artikelen te bestrij- __jden en den geregelden uitvoer in de drie Mr. H. Smeenge gehul- daarmee strijdige geruchten, welke öf Neder- noordelijke provinciën te bevorderen, is ge- d i g d. Zondagmiddag ontving mr. H. land als vastelands mogendheid öf Neder- komen tot de oprichting van een bureau, Smeenge te zijnen huize te Amsterdam zeer landsch-Indië betreffen, öp hun juiste waar- hetwelk geleidelijk de distributie zal ter hand velen ,die hem ter gelegenheid van zijn 30- de weten te schatten en weten van welken nemen van die artikelen, te welker opzie, te jaiig lidmaatschap van de Tweede Kamer kant de gevaren kunnen komen, welke de de noodzakelijkheid dringt in verband mei hun gelukwenschen kv .imen aanbieden; o.a. onzijdigheid en onafhankelijkheid van het den uitvoer naar het buitenland. Aan nel Eenige andere leden achtten het denkbeeld waren daar de burgemeester van Amster- koninkrijk kunnen bedreigen. hoofd van dit bureau, dat gevestigd is Ge^i

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 2