14" Jaargang.
DE EEMLANDER".
Woensdag 3 Mei 1916.
BUITENLAND-
FEUILLETON.
n° 260
Hoofdredacteur: Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT I.
Politiek Overzicht
DE TREKVOGELS
i
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoort f 1.00.
Idem franco per post - 1.50*
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - O. I O.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Wekelijkaoh bijvoegsel nDê Hollandsehe Huisvrouw" (onder
redactie van Thérèae Hoven) per 8 mrfd. 00 ets.
Wekelijkaoh bijvoegsel nPak me mei' per 8 mnd. 40 cl».
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regelsf 0.80.
Elko rogol meerO.'lO.
Dionstajinbiedingon 23 cents bty vooruitbetaling.
Grooto lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijt bestaan zeer voordooligo bepalingen
tot het herhaald advorteeron in dit Blad, bij abonnement.
Eene circulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
F
Kennisgevingen.
MILITIE.
KEURING VAN MHJT1EPLICHTIGEN.
De Burgemeester der gemeente Amersfoort
Gevolg gevende aan een namens den Minis
ter van Binnenlandsche Zaken tot hem gericht
.Verzoek;
Brengt ter kennis van belanghebbenden, dat
er blijkens bij voornoemden Minister ingeko
men ambtsberichten personen zijn, wier prak
tijken o. a. daarin bestaan, dat zij voorspiege
len in slaat te zijn, tegen betaling van eene som
C'elds, de afkeuring voor den dienst der militio
te verkrijgen;
waarschuwt de militieplichtigen. dezer gemeen
te voor bovenbedoelde praktijken onder ver
wijzing naar artikel 206 van het Wetboek van
Strafrecht, onder meer inhoudende
Met gevangenisstraf van ten hoogste twee ja
ren wordt gestraft:
io. hij die zich opzettelijk voor den dienst bij
de militie ongeschikt maakt of laat maken;
2o. hij die een ander op diens verzoek opzet
telijk voor dien dienst ongcs'chikt maakt
Indien in het laatste geval het feit den dood
ten gevolge heeft, wordt gevangenisstraf van
ten hoogste zes jaren opgelegd;
Vestigt er voorts hunne aandacht op
dat door de bemoeiingen van de hiervoren
bedoelde personen de afkeuring in geen onkel
opzicht kan worden bevorderd.
De raadpleging dier personen zal niets anders
dan noodelooze kosten veroorzaken, omdat bij
werkelijke ongeschiktheid voor den dienst, ook
zonder hunne bemoeiingen, de afkeuring niet
kan uitblijven.
Amersfoort, den 2en Mei 1916.
De Burgemeester voornoemd,
v. RANDWUCK.
MILITIE.
ZITTING VAN DEN KEURINGSRAAD.
De Burgemeester der gemeente Amersfoort
maakt bekend, dat de Keuringsraad voor de in
geschrevenen voor de militie, lichting 1917,
dezer gemeente 2itting zal houden te Amersfoort
in het Gebouw „Ons Huis" aan de Kortegracht,
©p Dinsdag den 9 Mei 1916, des voormiddags
te 91 uur voor de ingeschrevenen onder de
volgnummers 1 tot en met 55 van het alphabe-
tisch register, op Woensdag 10 Mei 1916, des
voormiddags 91 ,uur voor de ingeschrevenen
onder de volgnummers 56 tot en met 126 van
het alphabetisch register, op Donderdag 11 Mei
1916, des voormiddags 91 uur voor de inge
schrevenen onder de volgnummers 127 tot en
met llJ7 en op Vrijdag 12 Mei 1916, des voor-
midags 91 uur, dc overige ingeschrevenen.
Amersfoort 2 Mei 1916.
De Burgemeester voornoemd,
v RANDWUCK.
De opstand in Ierland.
n.
„Alle rebellenaanvoerders in Dublin heb
ben zich overgegeven." Zoo meldde giste
ren een door de Britsche regeering ver
bonden telegram. Een later bericht sprak
De geest zoekt, het hart vindt.
door
ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM.
9 - -
„Ja, ja, bóórdevol! niets mankeert er. Gauw
kinderen, gauw, allemaal meedoen," en ik be
gin er, hoewel eerst onder protest, snel van
uit le deelen. Vooral Joos en Pepi, die ieder
een enorme pruim veroverd hebben, genieten
en zelfs Charles en Paul, die niets om zoetig
heid heelen te geven, tasten toe, zoodat de in
houd snel verdwijnt en vader, die met mijn
hagage-billel aankomt, nog maar net een
hapje meekrijgt. Dan volgt er een kleine
schermutseling om dc.leege doos, die èn Joos
èn Pepi graag willen hebben en net als deze
hij loling Joosje ten deel is gevallen, verschij
nen mevrouw van Bevelandt en Ina. Mevrouw
statig in 't zwart met 'n krippen sluier om,
Ilia in een grijs reispakje. Hendrik, deftig en
plechtig, volgt met de handbagage en blijft
achteraan op 't perron staan, terwijl mevrouw
6n Ina op ons toekomen.
De begroeting is vroolijk en hartelijk. len
en ik werpen elkaar telkens blikken van ver
standhouding toe, zien er allebei tegenop en
hunkeren toch naar 't oogenhlik van vertrek.
van de „finale overgave" van de Dublinsche
rebellen en Voegde daaraan toe, dat het
protokol van de onvoorwaardelijke over
gave onderteekend was door een man, zich
noemende „president van de republikein-
sche voorloopige regeering", en dat deze
aan alle commandanten van rebellentroepen
heeft bevolen de wapenen neder te leggen.
Wanneer desniettemin het geloof, dat de
zoo plotseling uitgebroken beweging nu
even plotseling weer tot rust is gekomen en
dat het leven in Ierland weer in de normale
bedding is teruggekeerd, niet dadelijk wil
post vatten, dan heeft de regeering dat aan
zich zelve te wijten. Zij is begonnen met
voor de berichten uit Ierland de strengst
mogelijke censuur toe te passen en geene
andere berichten ter verspreiding toe te
laten dan die, welke zij zelve daarvoor had
bestemd. Dat is geschied met de loffelijke
bedoeling te zorgen, dat geene berichten de
neutrale landen, en vooral Amerika, be
reikten, die daar een verkeerden indruk van
den toestand konden verwekken. Maar het
gevolg is natuurlijk geweest, dat hierdoor
eerst recht een indruk is ontstaan, die in de
oogen van de regeering verkeerd, d.i. on
gunstig is. Dat was niet anders mogelijk,
waar de regeering, terwijl de opstand op het
hevigst woedde, een geheele dag liet voor
bijgaan, zonder ander bericht, dan dat de
staatssecretaris voor Ierland, die als lid van
het rijkskabinet zijn zetel heeft in Londen,
zich naar Ierland had begeven en dat eenige
dagbladschrijvers, waaronder een paar
Amerikaansche, zich in zijn gezelschap be
vonden.
Het spreekt van zelf, dat de pogingen van
de regeering om te beletten, dat de opstand
ruchtbaar werd, het omgekeerde uitwerkten
van wat er mee werd beoogd. Ruchtbaar
werd de zaak toch; maar zij kwam nu voor
de regcering in een veel ongunstiger licht te
staan. In het parlement werd op de verzeke
ring van de regeering, dat zij in Dublin den
toestand meester was, geantwoord met me-
dedeelingen uit bronnen, waaruit was geput
buiten de regeering om. Die gaven een ge
heel anderen kijk op de dingen. Er bleek uit,
dat op den dag, waarop de opstand uitbrak,
Paaschmaandag, de strijd op een aantal pun
ten tegelijk was begonnen. De rebellen be
stormden, onder meer andere gebouwen, het
paleis van justitie, het hoofdpostkantoor, het
stadhuis, ja zelfs het paleis van den onder
koning (the Castle). De laatste aanval mis
lukte, maar de andere gebouwen kwamen in
hun bezit. Zij richtten St.-Stephens Green,
een park van 8 HA. oppervlakte, met de be
lendende gebouwen in als een versterkt kamp
waar zij hun hoofdkwartier vestigden. Feite
lijk waren zij meester van de hoofdstad van
Ierland, totdat de troepen verschenen, die
de regeering in allerijl ontboden had uit het
groote kamp van Curragh, waar het legerbe
stuur sedert het begin van den oorlog eene
sterke legermacht bijeen heeft, woldoende
om eene revolutionaire beweging, die niet
van buiten door een landingsleger onder
steund wordt, te onderdrukken. Tegen deze
geoefende troepen, van alle noodige strijd-
„Dat gehang aan 't station!" zucht Ina
zachtjes en Jaap plaagt als mevrouw van
Bevelandt me vraagt of ik nogal moed voor de
reis heb:
„Ja, mevrouw, moet met een t. Maar dc
moed met een d zakt haar nu langzamer
hand in de schoenen."
„Niets van aan. Ik vind 't héérlijk, 't Zou
toch wel schandelijk ondankbaar wezen als ik
dat niet vond. 't Is alleen 'n beetje 'n vreemde
gewaarwording als je, zooals ik voor 't aller
eerst je vleugels uit moet slaan," weerleg ik.
C'est le moment suprème,
L'inslant de nos adieux
neuriet Charles, die bizonder zangrijk is van
morgen, als de trein eindelijk in 't zicht komt
en Paul waarschuwt:
Willy, begin maar vast met alle Niekerks
goeiendag te zeggen. Dulacque heeft je zeker
wel geleerd:
„Qui trop embrasse mal étreint, maar ik zeg
je: qui trop embrasse manquele train 1".
„Goed dan begin ik met jou en de jongens"
en ik voeg de daad bij 't woord en heb juist
het heelc kringetje rondgezoend en ook
mevrouw van Bevelandt vaarwel gezegd, als dc
trein stilstaat en len en ik met vereende
krachten in een tam damescoupéetje geïnstal
leerd worden, waar we met onze handbagage
wel 't rijk alleen zullen hebben tot Rotterdam.
Mevrouw van Bevelandt is doodsbleek en
moeders oogen schieten vol tranen, Vic staat
gearmd met vader en Charles, Jaap grinnikt
en plukt aan zijn snorretje alsof 't er af moet
en Paul en Ada hebben de jongens tussehen
zich in, die hun zakdoeken al gereed houden
om ons 't laatste saluut te brengen...
Mijn knieën heven» doch ik dwing mezelf tot
middelen voorzien, moesten de rebellen op
den duur hel afleggen. Maar er is eene volle
week heengegaan, voordat de overgave van
de rebellen verkregen is.
Buiten de hoofdstad wilde de regeering
ons aanvankelijk doen gelooven, dat er niets
aan de hand was. Dat heeft zij natuurlijk niet
kunnen volhouden; wij hébben later uit de
regeeringsberichten zelvcn vernomen, dat er
strijd gevoerd werd in hef westen vón Ier
land te Athenry en Craughwell (graafschap
Golway), in het zuidwesten te Killarney
(graafschap Kerry), in het zuiden te Clonmel
(graafschap Waterford), in het zuidoosten te
Gorey en Ènniscorthy (graafschap Wexford).
Dat werden alle onlusten van plaatselijken
aard -genoemd. Hoe weinig zij dat karakter
droegen blijkt uit de berichten over het ein
de van den strijd, waaruit wij zien, dat de lei
der van den opstand in Dublin afschriften
van het stuk, dat de formule van zijne over
gave inhoudt, door het geheele land heeft
g'ezonden met het bevel aan alle comman
danten van rebellentroepen om de wapenen
neder te leggen.
Men heeft hier dus te doen met eene
krachtig georganiseerde en met zorg voor
bereide beweging. De ernst van den toestand
is door de Daily News gekenschetst in deze
woorden: De regeering en het land staan
thans voor de zwaarste krisis sedert het be
gin van den oorlog. Hun geheele bestaan
kan op een der krïtiekste punten van den
oorlog in gevaar raken. De ernst van den
Ierschen opstand ligt in den slag, dien hij
toebrengt aan het gezag en het aanzien van
de regeering.
Nu laat de Britsche regeering verkondi
gen, dat in Dublin alle rebellenaanvoerders
rzich hebben overgegeven, en zij opent het
uitzicht, dat dit voorbeeld op het platteland
algemeen zal worden gevolgd. Als dit Juist
is maar men zal goed doen de bevesti
ging daarvan nog af te wachten moet de
Engelsche regeering een steen van het
hart vallen. Maar dan blijft altijd nog het
raadsel bestaan hoe het komt, dat zij zich
door den opstand in Ierland heeft laten ver
rassen. In de beide huizen van het parle
ment is reeds aangekondigd, dat men de
regeering deswege ter verantwoording wil
roepen. In het hoogerhuis verzekerde lord i
Middleton, dat de regeering van gezagheb
bende personen de duidelijkste waarschu
wingen had ontvangen. Lord Peel bevestig
de dit en lord Salisbury zeide, dat het par
lement ophelderingen zou moeten verlan
gen, waarom de regeering ondanks deze
waarschuwingen niets had gedaan. In het la
gerhuis heeft Sir Henry Craik aangekon
digd, dat hij stemming zal verzoeken over
de volgende motie: „dat deze vergadering,
met het diepste wantrouwen vervuld over
de tegenwoordige regeering van Ierland en
overtuigd dat zij reeds ernstig gevaar heeft
toegebracht aan het algemeerr welzijn en,
wanneer zij aanblijft, nog grooter gevaar zal
veroorzaken, Z. M. nederig verzoekt, dat
het hem zal behagen den tegenwoordigen
onderkoning van Ierland en den eersten se
cretaris van den onderkoning van Ierland
van hunne ambten te ontheffen,, en dat on
verwijld eene commissie zal worden be
noemd om te onderzoeken naar en te rap
porteeren over hun beleid in de vervulling
van hunne respectieve ambten."
Dat is een votum van wantrouwen in de
duidelijkst mogelijke bewoordingen. Het Is
mogelijk, en zelfs waarschijnlijk, dat deze
motie niet aan de stemming zal worden on
derworpen. Maar wanneer die stemming
achterwege blijft, dan zal dit zijn niet omdat
men het beleid van de regeering goedkeurt,
maar omdat men het oogenblik niet ge
schikt acht, om haar voor hare tekortko
mingen te straffen. De toestand is nu zoo,
dat het, zooals de Spectator het uitdrukt,
dwaas en onvaderlandslievend zou zijn op
de regeering te brommen, omdat zij niet
meer heeft gedaan, of hare aandacht -af te
leiden door klachten over vroeger begane
fouten.
De oorlog.
Berlijn,2Mei. (W.-B.). Bericht van het
opperste legerbestuur uit het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Ten Zuiden van Loos drong in den nacht
van 1 Mei eene sterke Duitsche officier-
patrouille bij verrassing in eene Engelsche
loopgraaf. De bezetting viel, voor zoover zij
zich niet door de vlucht kon redden.
In het Maasgebied verscherpten zich de
artilleriegevechten. Terwijl de infanterieactie
links van de rivier tot handgranaatgevech
ten van vooruitgelegen posten ten noordoos
ten van Avocourt beperkt bleef, werd ten
zuiden van het fort Douaumont en in het
Cailetteebosoh des avonds een Fransche
aanval door onze troepen in een bajonetstrijd
van verscheidene uren afgeslagen. Onze
stellingen bleven volledig behouden.
Zooals nader wordt gemeld, zijn den 30en
April twee Fransche vliegtuigen, een boven
het fort Chaume ten westen en een boven het
bosch van Thierville ten zuidwesten van de
stad Verdun in een luohtstrijd naar den
grond gebracht.
Gisteren schoot luitenant Bölcke boven den
Peperrug zijn vijftiende, luitenant baron von
Althaus ten noorden van het fort Saint-Mi
chel zijn vijfde vijandelijk vliegtuig neer.
P a r ij s2 Mei. (Havas). Namiddag-com
muniqué.
Ten zuiden van de Somme werd een coup
de main, dien de Duitschers beproefden op
een kleinen Franschen post in de streek van
Dompierre, door het Fransche geweervuur
afgeslagen.
In Champagne kanonneerden de Fran
schen levensmiddelkonvooien ten noorden
van Navarin (Argonne). Een Duitsche ver-
kennningspost werd uiteengejaagd ten noor
den van Harazet.
Ten westen van de Maas werd de artille
rie-actie voortgezet in den loop van den
nacht in de streek van Avocourt tot aan den
Mort-homme. Ten oosten van de Maas de
den de Fransche troepen gisteren tegen het
einde van den dag een levendigen aanval
zuidoostelijk van het fort Douaumont. In den
loop van dezen aanval, die volkomen slaag
de, bezetten de Franschen een der Duitsche
loopgraven van de eerste linie over eena
lengte van omstreeks 500 Meters en maak
ten omstreeks 100 gevangenen.
Uit de nader ontvangen mededeclingen
blijkt, dat de op 27 en 30 April door de
Franschen uitgevoerde actiën op de noor
delijke hellingen van den Mort-homme on
geveer 1000 Meters front van de Duitsche
loopgraven met eene diepte afwisselend tus
sehen 400 en 600 Meters in hunne hon
den brachten.
Fr waren eenige artillerievlagen in do
Woëvre.
Avondcommuniqué.
Er was artillerieduel ten westen van do
Maas tussehen Avocourt en den Mort-hom
me. Het bombardement ten oosten van do
Maar» was vrij intens tussehen Thiaumont en
Damloup. Onze batterijen verstrooiden vij
andelijke detachementen ten noorden van
het bosch van Chauffour en ten noordwesten
van den vijver van Vaux.
Een Duitsch vliegtuig werd door een
Fransche vlieger neergeveld na een levendig
gevecht ten noorden van Douaumont
Londen, 2 Mei. (R.) Communiqué van
het Britsche hoofdkwartier.
Een Duitsche aanval ten oosten van /pe
ren gisterennacht, volgende op een uren
lang bombardement, viel ineen onder ons
vuur, zonder onze liniën te bereiken. Een
andere vijandelijke aanval werd ten noorden
van Albert gestuit door ons vuur. Er was
heden eenige artillerieactie.
Twee vijandelijke vliegtuigen, die in een
luchtgevecht naar beneden werden gebracht,
kwamen in beschadigden toestand neer ach
ter de Duitsche liniën.
Londen, 2 Mei. (R.) Hedenmorgen is
weer een contingent Russische hoepen te
Marseille geland. Het werd met groote geest
drift door de bevolking ontvangen.
Londen, 2 April. (R.) Officieel be
richt.
Vijf vijandelijke luchtschepen vielen Dins
dagnacht de noordoostelijke kust van En
geland en de zuid-oostelijke kust van Schot
land aan. Hunne bewegingen zijn onzeker,
In Yorkshire zijn eenige bommen neergeko
men. Over de verliezen en de schade rijn
geene bijzonderheden te krijgen.
B e r 1 ij n 2 M e I. (W.-B.). Bericht van het
opperste legerbestuur uit het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Er is niets van belang gebeurd.
Weenen, 2 Mel. (W. B.) Officieel be
richt van heden middag.
Van het Russische en het zuidoostelijke
oorlogstooneel niets nieuws.
Op het Italiaansche oorlogstooneel zijn
bij gevechten in het Adamellogebied 87 Al-
pinl gevangen genomen. Aan de Dolomie
ten vielen de Italianen heden morgen onze
stellingen op de Croda del Ancono en aan
de Rufreddo aan. De beide aanvallen wer
den afgeslagen.
Berlyj\, 2 Mei. (K. N.) De Voss. Ztg.
verneemt uit het oorlogspeTskwortierNa-
grijnslachen, Ina kijkt strak en beweegt niet...
Nog even... en terwijl hoeden, handen en zak
doeken op 't perron in beweging komen en
een laatste: „Goeie reis" tot ons doordringt
glijden we weg, 't onbekende tegemoet,
Hoofdstuk III.
Daar zitten we nu in blakenden welstand
en zonder noemenswaardige moeilijkheden
hoog en droog op „Les Calvaux!" Waarlijk een
kind had de reis kunnen maken, vooral het
gedeelte Parijs—Valence, dat wel zoo aardig
was als dat van Holland naar Parijs, want
niet alleen werd het .landschap steeds mooier
naarmate we verder kwamen, maar de wagens
-\an de P. L. M.-lijn zijn veel netter en gerief
lijker en laten minder slof door dan de TIol-
landseh-Fransche, zoodat we volstrekt niet
zoo gitzwart en verreisd te Valence aankwa
men als wij ons aanvankelijk hadden voorge
steld. Een ongelooflijke herrie heerschte er bij
onze aankomst te Parijs en we zagen dan ook
wel in, dat er aan een besteller voor onze
handbagage niet te komen zou zijn. Juist toen
ik met vervaarlijke stem: „facteur, facteur",
gilde en er één bevestigend-knikkend een stap
in onze richting deed. nam een klein, onheb
belijk Franschmannetje, dat voor ons in den
doorgang stond, hem al grinnikend in beslag
en góóide Ina haar handkoffertje, dat vrij
zwaar was, maar zonder verdere overdenkin
gen den trein uit
,,'t Kan er wel tegen," zei ze kalm uitstap
pend en ik volgde met de rest Hijgend en
blazend sjouwden we toen zelf met pak en
zak naar de visitatie-banken, waar we einde
lijk een geschikt bestellertje opdiepten uit
't gedrang. Ina ging dadelijk met hem op zoek
naar de groote koffers, terwijl ik als een
nijdige waakhond bij het met moeite verover
de wagentje achter bleef, waarop onze hand
bagage was terechtgekomen, 't Was bepaald
zonde van al onze moeite, want per slot be
hoefde er niets open en konden we na een:
„absolument rien i déclarer" met onze eerlijke
gezichten aftrekken.
Ons facteurtje leidde ons toen handig heen
door een troep schreeuwende chauffeurs en
koetsiers naar een fiacre met een zielig,
mager paard en een goedmoedigen, welge-
d-anen koetsier, die den besteller met een
vriendschappelijk „Papilion" aansprak en na
een gesprekje met hem, waarvan we geen
woord verstonden, met een: „Eh bien mes
dames," onze bagage oplaadde en ons regel
recht van het Gare du Nord naar het Gare de
Lyon reed, waar we op vaders raad onze kof
fers vast afgaven voor den volgenden dag.
Ina, die al tweemaal van haar leven in
Parijs geweest was, begon me dadelijk vol
geestdrift van alles aan te wijzen. Zij genoot
en keek onbevangen rond, terwijl lk met een
gevoel of ik in een bioscoop zat, voor me uit
staarde in de duizelig-makendc drukte, af en
toe trillend van angst als auto's of rijtuigen
ons rakelings passeerden en eens toen een
paardekop over de kap been in ons rijtuig
kwam kijken kon ik heusch niet helpen, dat ik
een gesmoord gilletje slaakte.
„Ah, ne craignez rien, mademoiselle, dans
ma voiturc vous êtes conwne chez vous", zei
onze koetsier goedig omkijkend van zijn hooge
zitplaats tussehen de twee wankelig op hun
kant staande koffers en daar er werkelijk niets
gebeurde, kreèg ik langzamerhand toch wel
pleizier in het ritje, vooral teven we onze kof
fers kwijt waren en met een omweg langs de
Place de la Bastille en de geweldig drukke
Rue de Rivoli naar ons hotel reden begon ik
me te verzoenen met den Parijschcn roeze
moes. En na 't diner in ons hotel, waarop we
als wolven aanvielen, genoot ik zeer van ons
avondlijk fiacrc-tochtje 'n verzinsel van
Ina door de prachtige Champs-Elysées,
waar langs dc breede alleeën dc kastanjc-
boomen al bloeiden terwijl de zon bloedrood
onderging.
Voor negen uur waren we weer binnen en
bejammerden 't bijna, dat we nog niet een
paar dagen samen in Parijs konden blijven*
We zijn dan ook vast van plan er op onze»
terugreis langer te verwijlen als onze ouders
het goed vinden. Ina weet er vrij goed den
weg en tegen dien tijd zijn we zóó handig cn
bereisd, dat er wel geen bezwaren gemaakt
zullen worden.
Even over half negen zaten we den volgen
den dag al aan 't Gare de Lyon, waar we ecn^
briefkaart naar huis schreven en op ons doodc
gemak een plaatsje uitzochten in den niett
overvollen trein naar Marseille. We troffen eerij
coupé alleen en hadden ons juist heerlijk
geïnstalleerd toen op 't laatste oogenblik eert
beambte een doodsbleek burgervrouwtje naar
binnen hccsch, gevolgd door een reus van ectl
man, met een donker, niet bepaald gunstig ge*
zicht onder een grijze pet. Om zijn hals had(
hij een bonten zakdoek geknoopt en rijo
enorme, niet al te schoone handen hielden eed
geruiten linnen reiszak omkneld.
("Wordt vervolgd j