N° 264
„DE EEMLANDER'
14" Jaargang.
Maandag 8 Mei 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON^"
OE TREKVOGELS
Hoofdredactie:
i Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURO.
ORTSCH
Uitgevers: VALKHOFF to.
ABONNEMENTSPRIJS:
Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO.
Idem franoo per postJ*'®*
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O.IU.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Wekelijksob bijvoegsel „De Holland sche Huisvrouw" (onder
redactie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. 51» CIS.
Wekelijksch bijvoegsel „Pak me mee" per 8 mnd. 40 cis.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIKN:
Van 1—5 regels.. ef O..10.
Elke regel meer0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Grooto lettors naar plaatsruimte.
Voor handel en bedrijf bestaan zoor voordoeligo bopaii.i ti
tot hot herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnomeat.
Eone oireulairo, bevattende de voorwaarden, wordt »i>
aanvraag toegozoudon.
Kennisgeving.
HINDERWET.
Burgemeester en Wethouders van Amers
foort,
Gelet op artt. 6 en 7 der Hinderwet,
Brengen ter kennis van het publiek, dat een
door de Naamlooze Vennootschap „Farhwerk"
(fabriek ter bereiding van verfstoffen) te Amers
foort ingediend verzoek, met bijlagen, om ver-
g^mning tot het uitbreiden van hare inrichting
ter bereiding van verfstoffen- en chemische pro-
d ukten, door plaatsing van een Cornwall-stoom-
kctel met een verwarmingsoppervlak van 40 MJ.
en voor een stoomdruk van 10.3 K.G. op den
c.M.: ter vervanging van den thans bestaanden
stoomketel, iri het perceel alhier gelegen aan
den Kleinen Koppel bij het Kadaster bekend
onder Sectie D, No. 1630/1631 op de secretarie
der gemeetne ter visie ligt, en dat op Woens
dag den 17. Mei 1916 aanstaande, des voormid
dags te half elf uren gelegenheid ten Raadhuize
wordt gegeven om, ten overstaan van het Ge
meentebestuur of van één of meer zijner leden,
bezwaren tegen het uitbreiden van de inrichting
in te brengen.
Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid
der Hinderwet, zijn volgens de bestaande juris
prudentie, alleen zij gerechtigd, die overeen
komstig artikel 7 der Hinderwet voor het Ge
meentebestuur of één of meer zijner leden zijn
verschenen, teneinde hunne bezwaren monde
ling toe te lichten.
Amersfoort, den 3. Mei 1916.
Burgemeester en Wethouders voornoemd.
De Secretaris, De Burgemeester,
A. R. VEENSTRA. v. RANDWUCK.
Politiek Overzicht
De dienstplicht in Engeland.
De strijd over den dienstplicht in Enge
land, die naarmate de oorlog langer duurt,
ëèn steeds dringender karakter heeft aange
nomen, is thans de beslissing nabij, en het
laat zich aanzien, dat de voorstanders van
aen dienstplicht het pleit zullen winnen. Zij
hebben de regeering tot hunne inzichten
bekeerd; het nu bij het parlement aanhangig
gemaakte wetsontwerp tot regeling van den
dienst bij het leger houdt de uitbreiding van
den dienstplicht in ook tot de gehuwde man
nen tot den 41-jarigen leeftijd. Toen in De
cember van het vorige jaar de regeering de
toestemming van het parlement vroeg om
aan de ongehuwde mannelijke bevolking,
zoolang deze oorlog duurt, den dienstplicht
bij het leger op te leggen, verklaarde de eer
ste minister, dat als het noodig mocht blij
ken dien plicht ook tot de gehuwden uit te
breiden, een andere bewindsman dat aan
het parlement zou moeten vragen. Daarover
is men nu heen; geen andere dan Asquith
heeft verleden Woensdag namens de regee
ring het wetsontwerp ingediend, dat op al
len, gehuwden en ongehuwden, den plicht
legt om gehoor te geven aan de stem van
het legerbestuur, die hen onder de wapenen
roept.
„Nood breekt wet" heeft men in dezen
oorlog dikwijls gehoord. Men kan nu daar
naast stellen „Nood maakt wet". Men staat
in Engeland voor het feit, dat als men den
oorlog wil blijven voeren, het legerbestuur
de macht moet hebben om alle mannen zon
der onderscheid, die geschikt zijn de wape
nen te dragen, voor den dienst bij het leger
op^te roepen. Van dat feit is het wetsont
werp de uitdrukking, dat verleden Woens
dag op de tafel van het lagerhuis is neerge
legd. Het legt den dienstplicht op aan olie
mannen, gehuwd of ongehuwd, tusschen 18
en 41 jaar, dertig dagen nadat de nieuwe
wet zal zijn afgekondigd, en aan alle jonge
mannen, die minder dan dertig dagen bene
den den 18-jarigen leeftijd zijn, als zij zich
niet binnen dien tijd vrijwillig verbinden. In
verband hiermee wordt de dienst van man
schappen, wier verbintenis ajloopt, verlengd
voor den tijd, dien de oorlog nog zal duren,
en worden de personen beneden 41 jaar, die
bij het leger gediend hebben, teruggeroe
pen. Voorts wordt machtiging verleend tot
herziening van alle certificaten van vrijstel
ling, die sedert 14 Augustus 1915 zijn uitge
geven.
Hiermee wordt dus voldaan aan het ver
langen van de voorstanders van den dienst
plicht „all round." Asquith verklaarde, dat
de regeering eenstemmig van meening was,
dat de algemeene instemming thans het best
zou zijn te verzekeren door eene onmiddel
lijke en finale oplossing van het dienstvraag-
stuk. Gewagende van de kritiek op het
regeeringsbeleid, zeide hij: „Mijn antwoord
hierop is, dat er misschien abuizen en fla
ters zijn geweest zoowel in de politiek als
in de strategie, maar dat ons aandeel, het
aandeel van dit koninkrijk, van dit rijk in de
gemeenschappelijke zaak grooter is gewor
den en nog steeds wordt van maand tot
maand. Het is grooter op dit oogenblik en
wordt beter geleid dan ooit het geval is ge
weest, en de toestand van de geallieerden
als geheel beschouwd te land en op zee was
nooit zoo goed als hij heden is.
„Wij moeten ons al deze dingen getroos
ten, en wij kunnen daaronder onverschillig
zijn zoolang wij voelen, dat wij het vertrou-
wij van het volk achter ons hebben."
Hier viel een lid op de conservatieve ban
ken hem in de rede met de woorden: „Dat
hebt gij niet", waarop de eerste minister ant
woordde: „Als wij 't niet hebben, laat het
huis dat dan zeggen. En laat het dan vinden
het kan mij niet schelen waar het ze vindt
een ander stel mannen, maar het zal gee-
ne vinden, ijveriger, meer loyaal, meer on
verdroten in de vervulling van hunne taak of
meer bekwaam in de kunst van regeeren en
de praktijk van besturen in deze zooveel
vergende dagen dan die, welke de tegen
woordige regeering samenstellen. Ik kan met
volkomen oprechtheid zeggen, dat er geen
man op deze bank zit onder mijne ambtge-
nooten, die aan zijn dagelijksch werk gebon
den is door andere banden dan door plichts
besef en liefde voor zijn land. Wij kunnen
ik zeg dit met nadruk den zwaarsten last,
die ooit op de schouders van Britsche
staatslieden is gelegd, niet dragen, als wij
niet kunnen voelen, dat wij niet alleen de
sympathie maar ook het vertrouwen van
onze landslieden hebben."
Het kabinet stelt dus de kwestie van ver
trouwen; als het lagerhuis dit wetsontwerp
niet aanneemt, dan gaat het kabinet heen
Maar daartoe zal het niet komen, want de
aandrang om dit voorstel, dat de finale op
lossing bevat, in te dienen, is van het lager
huis zelf uitgegaan. De regeering had een
voorstel van minder vene strekking inge
diend. Dat heeft zij weer ingetrokken, toen
bleek, dat eene meer afdoende oplossing
een beter onthaal in het huis zou vinden.
De stemming onder de partijen, in wier rijen
de bestrijders zijn te zoeken, wordt door den
parlementairen correspondent van de Daily
News aldus geschetst:
De arbeidspartij heeft besloten, dat de le
den de vrije keus zouden hebben in het
stemmen voor of tegen het wetsontwerp. Dit
beteekent, dat de meerderheid zal stemmen
voor en omstreeks een half dozijn tegen. De
meerderheid is niet zeer op haar gemak,
want het is bekend, dat de arbeidselementen
in het land verdeeld zijn en de leiders kun
nen naar evenredigheid een grooter gevolg
hebben in het huis dan in het land.
De liberale groep, met wie Sir John Si
mon die uit het kabinet is getreden om
dat hij er niet toe is kunnen komen zijn
standpunt tegenover den dienstplicht te wij
zigen verbonden is, is natuurlijk tegen
het wetsontwerp, en sommigen zullen tegen
stemmen. Van de leden der nationalistische
partij zijn thans slechts weinigen in West-
minster; zij die er zijn, zullen zich waar
schijnlijk van de stemming onthouden. On
der de unionisten schijnen eenigen van de
heethoofden tegen het wetsontwerp te wil
len stemmen, omdat het niet op Ierland van
toepassing is; maar er is reden om te geloo-
ven, dat Sir Edward Carson bij deze gele
genheid een kalmeerenden invloed uit
oefent.
De geringe kracht, die de gezamenlijke
oppositie-elementen kunnen uitoefenen,
blijkt uit de verhouding van de stemmen in
het besluit om over te gaan tot de tweede
lezing van het wetsontwerp, dat genomen
werd met 328 tegen 36 stemmen.
De oorlog.
Parijs,6Mei. (Havas). Namiddag-com
muniqué van hedennamiddag.
In de streek van Lassigny deden de Fran
schen een onverwachten aanval op een Duit-
sche loopgraaf, waarbij zij gevangenen
maakten en den Duitschers verliezen toe
brachten.
In Champagne beschadigde het Fransche
artillerievuur in de streek van Somme-Py een
Duitsche batterij, die het vuur moest staken.
In de Argonne werd gisteravond een onver
wachte aanval ondernomen op een klein uit
stekend punt van d£ Duitsche linie gelegen
ten oosten van de streek van Binarville. De
Franschen slaagden er in een Duitsche loop
graaf binnen te dringen, waar zij gevange
nen maakten en twee machinegeweren ver
overden.
Ten westen van de Maas duurde gisteren
en den geheelen nacht het bombardement
der Duitschers met granaten van zwaar kali
ber en stikbommen voort. Het bereikte eene
ongehoorde hevigheid in den sector van
hoogte 304, waar de Franschen een ge
deelte hunner loopgraven ontruimden op de
noordelijke hellingen, die door het Duitsche
artillerievuur geheel ontredderd en onhoud
baar waren geworden-
De Fransche batterijen antwoordden met
niet minder kracht en maakten het den Duit
schers totaal onmogelijk om vooruit te gaan.
In den loop van den nacht is een aanval
van de Duitschers op de bosschen ten wes
ten en noordwesten van hoogte 304 met de
bajonet afgeslagen.
Het bericht, dat de aanval van de Duit
schers eergisteren tegen de Fransche stellin
gen ten noorden van hoogte 304 onderno
men werd door een nieuwe divisie, die ont
zettende verliezen leed, is nader bevestigd.
Het bombardement op de Fransche linie
Morthomme-Cumières duurt voort.
Ten oosten van de Maas was de artillerie-
actie in de streek van Vaux zeer hevig.
Avondcommuniqué.
Het bombardement werd allerhevigst
voortgezet ten westen van de Maas, inzon
derheid in de streek van hoogte 304 in de
buurt van den weg HaucourtEsnes. Er was
geene infanterie-actie.
Londen,6Mef. (R.). Communiqué van
het Britsche hoofdkwartier.
Gisternacht deden wij, onder dekking van
een bombardement, met succes een inval
in de loopgraven bij Authville. Onze ver
liezen waren gering; vijf gevangenen wer
den gemaakt.
De vijand kwam, na een bombardement
in onze loopgraven ten zuidoosten van'Ar-
mentières. Hij werd er dadelijk weer uitge
worpen. Hij beproefde ook een aanval op
onze loopgraven ten oosten van Cabaret
Rouge, maar werd teruggeslagen.
Heden was er eenige artillerieactie.
Gister was er een goede hoeveelheid ge
slaagd luchtwerk. Eenige vijandelijke ma
chines werden gezien en verjaagd.
B er 1 ijn, 7 Mei. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Ten Westen van de Maas bleef ook gis
teren de strijd voortduren. Inzonderheid was
de artillerie aan beide zijden zeer actief.
Ten Oosten van de Maas werd een aanval
van de Franschen, die vroeg in den morgen
ondernomen werd in de buurt van de hof
stede Thiaumont, afgeslagen.
Op verschillende plaatsen van het overige
gedeelte van het front werden vijandelijke
verkenningsafdeelingen teruggeslagen.
Ten zuiden van Lihons maakte een Duit
sche patrouille eenige gevangenen.
Par ij s, 7 Mei. (Havas). De slag werd
hervat sints de laatste 48 uren aan den lin
keroever van de Maas met eene woede,
die men niet meer had gekend sedert den
geweldig onstuimigen aanval in het begin
van het algemeene offensief tegen Verdun.
Het bombardement zette zich met siii nde
intensiteit voort in den sector van hoogte
304 en bereikte eene ongehoorde hevig
heid. De hellingen ten noorden van den
kam werden geheel ontredderd; eenigen van
onze loopgraven, die onhoudbaar waren ge
worden door het vijandelijke artillerievuur en
het schieten met stikbommen, werden ont
ruimd. Maar de vijand en dat is de hoofd
zaak bezette ze niet, want onze batterijen
verboden hem eiken vooruitgang door hun
krachtig antwoord. De noordelijke helling
van hoogte 304 vormt dus thans een soort
neutrale zóne tusschen de beide partijen;
de Duitschers zijn gevestigd aan den voet;
de Franschen houden den top bezet
Na den 3en de moeielijkheden van den
frontoanval te hebben ondervonden, be
proefde de tegenstander eene actie in het
bosch ten vyesten en noordwesten van hoog
te 304; maar hij werd overal teruggeslagen
met het blanke wapen.
Den 6en duurde het bombardement voort
met gelijke intensiteit, maar de infanterie
verscheen, niet. Deze rust bij den vijand is
vrij zonderling in eene zaak, die toch met
de machtigste middelen op touw is gezet,
tenzij zij het gevolg is van zijne verplette
rende verliezen.
P a r ij s, 7 Mei. (Havas). Namiddag
communiqué.
Ten Zuiden van de Somme hebben de
Duitschers gisterenavond, na een zeer he
vige voorbereiding der artillerie een aanval
gedaan ten Zuiden van Lihons aan den
spoorlijn TergnierAmiens—Rouen.
De Duitschers werden door het Fransche
spervuur tegengehouden en voordat zij de
draadversperringen bereikt hadden, ver
strooid.
In de streek bij Verdun werd de nacht ge
kenmerkt door een hevig en voortgezet
bombardement in de nabijheid van hoogte
304, in den sector bij Houdraumont en in
de buurt van de hoeve Thiaumont.
Ten zuiden van St.-Mihiel dreven de
Franschen een sterke Duitsche verken-
nlngs-afdeeling terug, die een kleine post
ten Oosten van Pislée trachtte te vermees
teren.
In Lotharingen overvielen de Franschen
een patrouille die de Seille in de buUrt van
Lanfriaucourt overgetrokken was. De Fran
schen maakten 14 gevangenen.
In den loop var. den storm van eergiste
ren werd een twintigtal kabelballons van
hun touwen losgerukteenige van hen dre
ven naar de Duitsche stellingen, terwijl an
dere in de Fransche liniën neerkwamen,
waarbij van het valscherm gebruik gemaakt
werd. Over enkele ballons die naar de zijde
van de Duitschers afdreven, is men zonder
bericht.
Pa r ij s, 7 Mei. (Havas.) Avondcommu
niqué.
Links van de Maas werd het uiterst hevige
bombardement, dat twee dagen lang aanhou
dend heeft gewoed in de streek van hoogte
304, heden gevolgd door krachtige Duitsche
aanvallen tusschen hoogte 304 en den Mort-
Een goede naam is als een bedauwde
vrucht, eenmaal met de vinger aangeraakt,
kan niemand de dauw er weer op brengen.
door
ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM.
18
„Hoe vin-je 't huis? Akelig somber hè?"
„Ja. maar die grijze steen en die grijze
blinden geven 't ook zoo iels vuiligs. Alleen
'l rooie pannen-dak ziet er 'n beetje vroolijkcr
uit. Kijk de seringen bloeien al. Dat is toch
vroeg!"'
Doch <lde bloeiende seringen bleken dan
ook t eenige wat een beetje de moeite waard
was in den heelen tuin. welke er al even slecht
onderhouden uitzag als 't huis dat er midden
in lag. Aan de zijde van de .hangar" ver
hief zich een aschvaalt, waarop brandnetels
welig lierden, aan de voorzijde lagen eenige
verwilderde perkjes met rozenstruiken en aan
den anderen zijkant strekte zich een bleek-
veldje uit met een eenzamen iepeboom. Langs
■de achterzijde van het huis liep de weg, wel
ken we den vorigen avond gereden hadden,
sterk dalende naar den kant van Valence.
Achter het seringenba chje glooide '1 terrein
cveoeeüs vrjj «leid naar beneden <1ïl 'I kleine
paadje, dat langs een veld met wijnstokken
bergaf liep, voerde naar den moestuin heelc-
maal in de diepte Prachtig was 't vergezicht
aan de zijde van Valence. Evodie, die door de
keuken naar builen kwam, legde ons op ons
verzoek het een en 3nder uit.
„Ziet u die blauwe bergen, daar héél ver
weg, nog verder dan Valence? Dat zijn de
Cévenncs en die zilverige, kronkelende streep
meer naar de stad toe is de Rhöne. Daar wordt
't ineens veel lager, daar ligt „la plainc de
Valence" en aan de overzijde van de Rhone
ziet u de bergen van Ardêsche. Die zijn hooger
dan de bergen van Dröme, maar daar aan den
kant van onze „hangar", is de mont Chalamel.
Die is meer dan 1500 meter hoog. N'est-ce-pas
qu'il est imposant nolrc mont Chalamel avec
sa tête de sphinx 1"
„Ben je er wel eens op geweest, Evodie",
vroeg ik, vol belangstelling het grauwe ge
vaarte beschouwende, dat zich met drie groole
bochten scherp aftcekende tegen de lood
grijze lucht.
„Ja zeker, mademoiselle! 's Zomers als
mademoiselle Germainc en mademoiselle
Jeanne vacnntic hebben malden ze er al lijd een
tocht heen e; de vorige maal ben ik ook mee-
gewecst. Cost bien loin et hien fatiguant. Maar
't vergezicht dat men heeft van den hoogsten
top nf i« prachtig. Dat vergeet men nooit!" zei
Evodie vol vuur en Ina beweerde enthousiast:
„Hè, ik zou er zoo wel dadelijk heen willen!"
Maar 't begon al zachtjes te regenen en voor
we de groole, rommelige keuken bereikt had
den, gutste er een zware slagregen neer.
„Ah, Ie mauvais temps. Vous n'avez pas de
chance aujcurd'liui." zei madame, zich naar
«>u* toewendend. al roerend in een steenen
pannetje, dat op de snorrende kachel stond.
„Hélas," zuchtte ik.
„Reposez-vous un peu dans le salon, mes
enfants," stelde ze moederlijk voor, terwijl ze
allerbeminnelijkst glimlachend een handje
suiker uit een gr.oolen steenen pot nam en da^
vol toewijding in 't pannetje strooide. Ien
kneep ine in mijn arm, zei toen haperend:
„O, ja graag," en we sloven de gang in, bang
't anders in modame's gezicht uit te proesten.
„Hier is het zeker," zei ik met een zwaai de
deur openend van een schemerduister vertrek,
en we vielen bijna over een mand met groen
ten en een bak vol waschgoed, die zoo maar op
den grond waren neergezet.
Maar we hoorden madame roepen:
„Non, c'est la bibliothèquc. L'autre porte
droite, mesdemoisellcs," en schaterend om
die rare „bibliothèque", en de heele buiten-
landsche situatie, die j)ns hoe langer hoe
vreemdsoortiger voorkw am, gingen we de vol
gende deur binnen, die toegang verschafte
lot: het salon!
t Was een kamer van dezelfde grootte als
de salie k manger. Op den vloer lag in 't "mid
den een stoffig karpetje cn daaromheen ston
den in een kring de kanapée en de stoelen
gegroepeerd, alle met kleurige hoezen over
trokken en met allerhatelijkste, gehaakte anti-
macassers bedekt. Twee tafeltjes vol portretten
en snuisterijen bevonden zich aan weerszijden
van den schoorsteen, terwijl de schoorsteen
mantel een bonte uilstalling droeg van stee
nen beestjes, beschilderde keien en schelpen,
waartusschen allerzonderlingst een fotografie
van „Jezus in den tempel" en een van „de
Venus van Milo" elkander flankeerden, aan
weerszijden van een cmpire-nendule zonder
wijzers. Een gebeeldhouwde Bretonsche kast
met zilver beslag trok zeer onze aandacht,
evenals een Sèvres inktstelletje op de bouw
vallige piano, geplaatst naast een vaas vol
vuurroode, stoffige kunstbloemen, waarom
heen drie voddige porseleinen beeldjes: twee
dansende juffertjes-in-'t-blauw en een bijpas
send fluitspelend meneertje-in-'t-rose met één
been krijgertje schenen te spelen. De wanden
prijkten evenals die der eetkamer met dezelfde
soort oleographieën-in-lijstcn, plus een tam-
bourijn met zonnebloemen en een paar klom
pen met kabalistischc versiersalen in rood en
blauw.
Doch 't mooist van alles was een levensgroot
portret in den hoek bij een der ramen, dat bij
nadere beschouwing niemand meer of minder
bleek te zijn dan de heer Samuel Bcrtrands in
zijn jongelingsjaren!
Met ronde appelwnngetjes cn een buitenge
meen zwierig kuifje was hij daar op een rotsje
gezeten in een vreemdsoortig ruitjespat. Een
enorme horlogeketting je hadt er wel een
hond aan kunnen vastleggen zei Ten bun
gelde hem op de maag, een opengeslagen boek
rustte op, zijn linkerknie cn op het tafeltje
naast hem lag zijn omgekeerde „hooge zijden".
We waren er onbedaarlijk om. verdiepten ons
in de quaestie of hij m dit pakje indertijd de
bekoorlijke Emily Blackfield 't hof gemaakt
zou hebben en "wilden juist in een album, dat
onder op een der tafeltjes lag een oogje wagen,
om zoo mogelijk een pendant van madame uit
dien tijd te kunnen aanschouwen, toen
monsieur ln levenden lijve het salon binnen
trad cn naar onzen welstand begon te infor-
meeren. Quenoppe, de groote geelharige hond,
die ons bii onze aankomst den vorigen avond
bijna verslonden had, kwam achter hem aan
en alsof wc 't afgesproken hadden begonnen
Ien en ik het beest tegelijkertijd op opvallende
wijze aan te halen.
Monsieur, te goedig om iets anders dan de
opperste hondenliefde in deze daail te ver
onderstellen, nam plaats in een fauteuil cn
begon ons van Quenoppe's heldendaden le ver
halen: hoe hij ecu vos had doodgebeten cn
eens twee bedelaars tegelijk zóó fel was aange
vlogen, dat ze op de vlucht geslagen waren,
enz. Midden in z'n verhaal bleef hij echter
steken, want Evodie kwam onder den kreet:
„Le facteur!" de gang doorgerend met een
•briefkaart en een krant voor mij en een brief
•voor Ina. Monsieur vlóóg overeind. Hij had
een pakje mee te geven en verdween na vele
excuses, die we zeer overbodig vonden
Of wij soms iets hadden, vroeg Evodie? De
postbode kwam maar eens per dag uit het
dorp naar beneden en nam dan de geschreven
brieven mee terug. Nu kon hij niet langer dan
vijf minuten wachten, daar hij nog door moest
naar Montmeyran, dat drie kwartier verder
lag.
Wij zagen echter geen kans in vijf minuten
iets behoorlijks ibij elkaar te flansen en zeiden
dus, dat we maar liever tot den volgenden dag
wachten zouden en met onzen buit vielen we
naast elkaar op de krakende kanapée neer en
begonnen te lezen: Ina een zeer lang epistel
van baai moeder, die blijkbaar onmiddellijk
na ons verl eek geschreven had, ik de schande4
lijk slordige briefkaart van Vic.
(Wordt ver*ai#A|