N° 264 „DE EEMLANDER' 14" Jaargang. Maandag 8 Mei 1916. BUITENLAND. FEUILLETON^" OE TREKVOGELS Hoofdredactie: i Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURO. ORTSCH Uitgevers: VALKHOFF to. ABONNEMENTSPRIJS: Per 8 maanden voor Amersfoortf l.OO. Idem franoo per postJ*'®* Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O.IU. Afzonderlijke nummers - 0.05. Wekelijksob bijvoegsel „De Holland sche Huisvrouw" (onder redactie van Thérèae Hoven) per 8 mnd. 51» CIS. Wekelijksch bijvoegsel „Pak me mee" per 8 mnd. 40 cis. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. PRIJS DER ADVERTENTIKN: Van 1—5 regels.. ef O..10. Elke regel meer0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling. Grooto lettors naar plaatsruimte. Voor handel en bedrijf bestaan zoor voordoeligo bopaii.i ti tot hot herhaald advorteeren in dit Blad, bij abonnomeat. Eone oireulairo, bevattende de voorwaarden, wordt »i> aanvraag toegozoudon. Kennisgeving. HINDERWET. Burgemeester en Wethouders van Amers foort, Gelet op artt. 6 en 7 der Hinderwet, Brengen ter kennis van het publiek, dat een door de Naamlooze Vennootschap „Farhwerk" (fabriek ter bereiding van verfstoffen) te Amers foort ingediend verzoek, met bijlagen, om ver- g^mning tot het uitbreiden van hare inrichting ter bereiding van verfstoffen- en chemische pro- d ukten, door plaatsing van een Cornwall-stoom- kctel met een verwarmingsoppervlak van 40 MJ. en voor een stoomdruk van 10.3 K.G. op den c.M.: ter vervanging van den thans bestaanden stoomketel, iri het perceel alhier gelegen aan den Kleinen Koppel bij het Kadaster bekend onder Sectie D, No. 1630/1631 op de secretarie der gemeetne ter visie ligt, en dat op Woens dag den 17. Mei 1916 aanstaande, des voormid dags te half elf uren gelegenheid ten Raadhuize wordt gegeven om, ten overstaan van het Ge meentebestuur of van één of meer zijner leden, bezwaren tegen het uitbreiden van de inrichting in te brengen. Tot het beroep, bedoeld in art. 15, le lid der Hinderwet, zijn volgens de bestaande juris prudentie, alleen zij gerechtigd, die overeen komstig artikel 7 der Hinderwet voor het Ge meentebestuur of één of meer zijner leden zijn verschenen, teneinde hunne bezwaren monde ling toe te lichten. Amersfoort, den 3. Mei 1916. Burgemeester en Wethouders voornoemd. De Secretaris, De Burgemeester, A. R. VEENSTRA. v. RANDWUCK. Politiek Overzicht De dienstplicht in Engeland. De strijd over den dienstplicht in Enge land, die naarmate de oorlog langer duurt, ëèn steeds dringender karakter heeft aange nomen, is thans de beslissing nabij, en het laat zich aanzien, dat de voorstanders van aen dienstplicht het pleit zullen winnen. Zij hebben de regeering tot hunne inzichten bekeerd; het nu bij het parlement aanhangig gemaakte wetsontwerp tot regeling van den dienst bij het leger houdt de uitbreiding van den dienstplicht in ook tot de gehuwde man nen tot den 41-jarigen leeftijd. Toen in De cember van het vorige jaar de regeering de toestemming van het parlement vroeg om aan de ongehuwde mannelijke bevolking, zoolang deze oorlog duurt, den dienstplicht bij het leger op te leggen, verklaarde de eer ste minister, dat als het noodig mocht blij ken dien plicht ook tot de gehuwden uit te breiden, een andere bewindsman dat aan het parlement zou moeten vragen. Daarover is men nu heen; geen andere dan Asquith heeft verleden Woensdag namens de regee ring het wetsontwerp ingediend, dat op al len, gehuwden en ongehuwden, den plicht legt om gehoor te geven aan de stem van het legerbestuur, die hen onder de wapenen roept. „Nood breekt wet" heeft men in dezen oorlog dikwijls gehoord. Men kan nu daar naast stellen „Nood maakt wet". Men staat in Engeland voor het feit, dat als men den oorlog wil blijven voeren, het legerbestuur de macht moet hebben om alle mannen zon der onderscheid, die geschikt zijn de wape nen te dragen, voor den dienst bij het leger op^te roepen. Van dat feit is het wetsont werp de uitdrukking, dat verleden Woens dag op de tafel van het lagerhuis is neerge legd. Het legt den dienstplicht op aan olie mannen, gehuwd of ongehuwd, tusschen 18 en 41 jaar, dertig dagen nadat de nieuwe wet zal zijn afgekondigd, en aan alle jonge mannen, die minder dan dertig dagen bene den den 18-jarigen leeftijd zijn, als zij zich niet binnen dien tijd vrijwillig verbinden. In verband hiermee wordt de dienst van man schappen, wier verbintenis ajloopt, verlengd voor den tijd, dien de oorlog nog zal duren, en worden de personen beneden 41 jaar, die bij het leger gediend hebben, teruggeroe pen. Voorts wordt machtiging verleend tot herziening van alle certificaten van vrijstel ling, die sedert 14 Augustus 1915 zijn uitge geven. Hiermee wordt dus voldaan aan het ver langen van de voorstanders van den dienst plicht „all round." Asquith verklaarde, dat de regeering eenstemmig van meening was, dat de algemeene instemming thans het best zou zijn te verzekeren door eene onmiddel lijke en finale oplossing van het dienstvraag- stuk. Gewagende van de kritiek op het regeeringsbeleid, zeide hij: „Mijn antwoord hierop is, dat er misschien abuizen en fla ters zijn geweest zoowel in de politiek als in de strategie, maar dat ons aandeel, het aandeel van dit koninkrijk, van dit rijk in de gemeenschappelijke zaak grooter is gewor den en nog steeds wordt van maand tot maand. Het is grooter op dit oogenblik en wordt beter geleid dan ooit het geval is ge weest, en de toestand van de geallieerden als geheel beschouwd te land en op zee was nooit zoo goed als hij heden is. „Wij moeten ons al deze dingen getroos ten, en wij kunnen daaronder onverschillig zijn zoolang wij voelen, dat wij het vertrou- wij van het volk achter ons hebben." Hier viel een lid op de conservatieve ban ken hem in de rede met de woorden: „Dat hebt gij niet", waarop de eerste minister ant woordde: „Als wij 't niet hebben, laat het huis dat dan zeggen. En laat het dan vinden het kan mij niet schelen waar het ze vindt een ander stel mannen, maar het zal gee- ne vinden, ijveriger, meer loyaal, meer on verdroten in de vervulling van hunne taak of meer bekwaam in de kunst van regeeren en de praktijk van besturen in deze zooveel vergende dagen dan die, welke de tegen woordige regeering samenstellen. Ik kan met volkomen oprechtheid zeggen, dat er geen man op deze bank zit onder mijne ambtge- nooten, die aan zijn dagelijksch werk gebon den is door andere banden dan door plichts besef en liefde voor zijn land. Wij kunnen ik zeg dit met nadruk den zwaarsten last, die ooit op de schouders van Britsche staatslieden is gelegd, niet dragen, als wij niet kunnen voelen, dat wij niet alleen de sympathie maar ook het vertrouwen van onze landslieden hebben." Het kabinet stelt dus de kwestie van ver trouwen; als het lagerhuis dit wetsontwerp niet aanneemt, dan gaat het kabinet heen Maar daartoe zal het niet komen, want de aandrang om dit voorstel, dat de finale op lossing bevat, in te dienen, is van het lager huis zelf uitgegaan. De regeering had een voorstel van minder vene strekking inge diend. Dat heeft zij weer ingetrokken, toen bleek, dat eene meer afdoende oplossing een beter onthaal in het huis zou vinden. De stemming onder de partijen, in wier rijen de bestrijders zijn te zoeken, wordt door den parlementairen correspondent van de Daily News aldus geschetst: De arbeidspartij heeft besloten, dat de le den de vrije keus zouden hebben in het stemmen voor of tegen het wetsontwerp. Dit beteekent, dat de meerderheid zal stemmen voor en omstreeks een half dozijn tegen. De meerderheid is niet zeer op haar gemak, want het is bekend, dat de arbeidselementen in het land verdeeld zijn en de leiders kun nen naar evenredigheid een grooter gevolg hebben in het huis dan in het land. De liberale groep, met wie Sir John Si mon die uit het kabinet is getreden om dat hij er niet toe is kunnen komen zijn standpunt tegenover den dienstplicht te wij zigen verbonden is, is natuurlijk tegen het wetsontwerp, en sommigen zullen tegen stemmen. Van de leden der nationalistische partij zijn thans slechts weinigen in West- minster; zij die er zijn, zullen zich waar schijnlijk van de stemming onthouden. On der de unionisten schijnen eenigen van de heethoofden tegen het wetsontwerp te wil len stemmen, omdat het niet op Ierland van toepassing is; maar er is reden om te geloo- ven, dat Sir Edward Carson bij deze gele genheid een kalmeerenden invloed uit oefent. De geringe kracht, die de gezamenlijke oppositie-elementen kunnen uitoefenen, blijkt uit de verhouding van de stemmen in het besluit om over te gaan tot de tweede lezing van het wetsontwerp, dat genomen werd met 328 tegen 36 stemmen. De oorlog. Parijs,6Mei. (Havas). Namiddag-com muniqué van hedennamiddag. In de streek van Lassigny deden de Fran schen een onverwachten aanval op een Duit- sche loopgraaf, waarbij zij gevangenen maakten en den Duitschers verliezen toe brachten. In Champagne beschadigde het Fransche artillerievuur in de streek van Somme-Py een Duitsche batterij, die het vuur moest staken. In de Argonne werd gisteravond een onver wachte aanval ondernomen op een klein uit stekend punt van d£ Duitsche linie gelegen ten oosten van de streek van Binarville. De Franschen slaagden er in een Duitsche loop graaf binnen te dringen, waar zij gevange nen maakten en twee machinegeweren ver overden. Ten westen van de Maas duurde gisteren en den geheelen nacht het bombardement der Duitschers met granaten van zwaar kali ber en stikbommen voort. Het bereikte eene ongehoorde hevigheid in den sector van hoogte 304, waar de Franschen een ge deelte hunner loopgraven ontruimden op de noordelijke hellingen, die door het Duitsche artillerievuur geheel ontredderd en onhoud baar waren geworden- De Fransche batterijen antwoordden met niet minder kracht en maakten het den Duit schers totaal onmogelijk om vooruit te gaan. In den loop van den nacht is een aanval van de Duitschers op de bosschen ten wes ten en noordwesten van hoogte 304 met de bajonet afgeslagen. Het bericht, dat de aanval van de Duit schers eergisteren tegen de Fransche stellin gen ten noorden van hoogte 304 onderno men werd door een nieuwe divisie, die ont zettende verliezen leed, is nader bevestigd. Het bombardement op de Fransche linie Morthomme-Cumières duurt voort. Ten oosten van de Maas was de artillerie- actie in de streek van Vaux zeer hevig. Avondcommuniqué. Het bombardement werd allerhevigst voortgezet ten westen van de Maas, inzon derheid in de streek van hoogte 304 in de buurt van den weg HaucourtEsnes. Er was geene infanterie-actie. Londen,6Mef. (R.). Communiqué van het Britsche hoofdkwartier. Gisternacht deden wij, onder dekking van een bombardement, met succes een inval in de loopgraven bij Authville. Onze ver liezen waren gering; vijf gevangenen wer den gemaakt. De vijand kwam, na een bombardement in onze loopgraven ten zuidoosten van'Ar- mentières. Hij werd er dadelijk weer uitge worpen. Hij beproefde ook een aanval op onze loopgraven ten oosten van Cabaret Rouge, maar werd teruggeslagen. Heden was er eenige artillerieactie. Gister was er een goede hoeveelheid ge slaagd luchtwerk. Eenige vijandelijke ma chines werden gezien en verjaagd. B er 1 ijn, 7 Mei. (W. B.) Bericht van het opperste legerbestuur uit het hoofd kwartier van heden voormiddag. Ten Westen van de Maas bleef ook gis teren de strijd voortduren. Inzonderheid was de artillerie aan beide zijden zeer actief. Ten Oosten van de Maas werd een aanval van de Franschen, die vroeg in den morgen ondernomen werd in de buurt van de hof stede Thiaumont, afgeslagen. Op verschillende plaatsen van het overige gedeelte van het front werden vijandelijke verkenningsafdeelingen teruggeslagen. Ten zuiden van Lihons maakte een Duit sche patrouille eenige gevangenen. Par ij s, 7 Mei. (Havas). De slag werd hervat sints de laatste 48 uren aan den lin keroever van de Maas met eene woede, die men niet meer had gekend sedert den geweldig onstuimigen aanval in het begin van het algemeene offensief tegen Verdun. Het bombardement zette zich met siii nde intensiteit voort in den sector van hoogte 304 en bereikte eene ongehoorde hevig heid. De hellingen ten noorden van den kam werden geheel ontredderd; eenigen van onze loopgraven, die onhoudbaar waren ge worden door het vijandelijke artillerievuur en het schieten met stikbommen, werden ont ruimd. Maar de vijand en dat is de hoofd zaak bezette ze niet, want onze batterijen verboden hem eiken vooruitgang door hun krachtig antwoord. De noordelijke helling van hoogte 304 vormt dus thans een soort neutrale zóne tusschen de beide partijen; de Duitschers zijn gevestigd aan den voet; de Franschen houden den top bezet Na den 3en de moeielijkheden van den frontoanval te hebben ondervonden, be proefde de tegenstander eene actie in het bosch ten vyesten en noordwesten van hoog te 304; maar hij werd overal teruggeslagen met het blanke wapen. Den 6en duurde het bombardement voort met gelijke intensiteit, maar de infanterie verscheen, niet. Deze rust bij den vijand is vrij zonderling in eene zaak, die toch met de machtigste middelen op touw is gezet, tenzij zij het gevolg is van zijne verplette rende verliezen. P a r ij s, 7 Mei. (Havas). Namiddag communiqué. Ten Zuiden van de Somme hebben de Duitschers gisterenavond, na een zeer he vige voorbereiding der artillerie een aanval gedaan ten Zuiden van Lihons aan den spoorlijn TergnierAmiens—Rouen. De Duitschers werden door het Fransche spervuur tegengehouden en voordat zij de draadversperringen bereikt hadden, ver strooid. In de streek bij Verdun werd de nacht ge kenmerkt door een hevig en voortgezet bombardement in de nabijheid van hoogte 304, in den sector bij Houdraumont en in de buurt van de hoeve Thiaumont. Ten zuiden van St.-Mihiel dreven de Franschen een sterke Duitsche verken- nlngs-afdeeling terug, die een kleine post ten Oosten van Pislée trachtte te vermees teren. In Lotharingen overvielen de Franschen een patrouille die de Seille in de buUrt van Lanfriaucourt overgetrokken was. De Fran schen maakten 14 gevangenen. In den loop var. den storm van eergiste ren werd een twintigtal kabelballons van hun touwen losgerukteenige van hen dre ven naar de Duitsche stellingen, terwijl an dere in de Fransche liniën neerkwamen, waarbij van het valscherm gebruik gemaakt werd. Over enkele ballons die naar de zijde van de Duitschers afdreven, is men zonder bericht. Pa r ij s, 7 Mei. (Havas.) Avondcommu niqué. Links van de Maas werd het uiterst hevige bombardement, dat twee dagen lang aanhou dend heeft gewoed in de streek van hoogte 304, heden gevolgd door krachtige Duitsche aanvallen tusschen hoogte 304 en den Mort- Een goede naam is als een bedauwde vrucht, eenmaal met de vinger aangeraakt, kan niemand de dauw er weer op brengen. door ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM. 18 „Hoe vin-je 't huis? Akelig somber hè?" „Ja. maar die grijze steen en die grijze blinden geven 't ook zoo iels vuiligs. Alleen 'l rooie pannen-dak ziet er 'n beetje vroolijkcr uit. Kijk de seringen bloeien al. Dat is toch vroeg!"' Doch <lde bloeiende seringen bleken dan ook t eenige wat een beetje de moeite waard was in den heelen tuin. welke er al even slecht onderhouden uitzag als 't huis dat er midden in lag. Aan de zijde van de .hangar" ver hief zich een aschvaalt, waarop brandnetels welig lierden, aan de voorzijde lagen eenige verwilderde perkjes met rozenstruiken en aan den anderen zijkant strekte zich een bleek- veldje uit met een eenzamen iepeboom. Langs ■de achterzijde van het huis liep de weg, wel ken we den vorigen avond gereden hadden, sterk dalende naar den kant van Valence. Achter het seringenba chje glooide '1 terrein cveoeeüs vrjj «leid naar beneden <1ïl 'I kleine paadje, dat langs een veld met wijnstokken bergaf liep, voerde naar den moestuin heelc- maal in de diepte Prachtig was 't vergezicht aan de zijde van Valence. Evodie, die door de keuken naar builen kwam, legde ons op ons verzoek het een en 3nder uit. „Ziet u die blauwe bergen, daar héél ver weg, nog verder dan Valence? Dat zijn de Cévenncs en die zilverige, kronkelende streep meer naar de stad toe is de Rhöne. Daar wordt 't ineens veel lager, daar ligt „la plainc de Valence" en aan de overzijde van de Rhone ziet u de bergen van Ardêsche. Die zijn hooger dan de bergen van Dröme, maar daar aan den kant van onze „hangar", is de mont Chalamel. Die is meer dan 1500 meter hoog. N'est-ce-pas qu'il est imposant nolrc mont Chalamel avec sa tête de sphinx 1" „Ben je er wel eens op geweest, Evodie", vroeg ik, vol belangstelling het grauwe ge vaarte beschouwende, dat zich met drie groole bochten scherp aftcekende tegen de lood grijze lucht. „Ja zeker, mademoiselle! 's Zomers als mademoiselle Germainc en mademoiselle Jeanne vacnntic hebben malden ze er al lijd een tocht heen e; de vorige maal ben ik ook mee- gewecst. Cost bien loin et hien fatiguant. Maar 't vergezicht dat men heeft van den hoogsten top nf i« prachtig. Dat vergeet men nooit!" zei Evodie vol vuur en Ina beweerde enthousiast: „Hè, ik zou er zoo wel dadelijk heen willen!" Maar 't begon al zachtjes te regenen en voor we de groole, rommelige keuken bereikt had den, gutste er een zware slagregen neer. „Ah, Ie mauvais temps. Vous n'avez pas de chance aujcurd'liui." zei madame, zich naar «>u* toewendend. al roerend in een steenen pannetje, dat op de snorrende kachel stond. „Hélas," zuchtte ik. „Reposez-vous un peu dans le salon, mes enfants," stelde ze moederlijk voor, terwijl ze allerbeminnelijkst glimlachend een handje suiker uit een gr.oolen steenen pot nam en da^ vol toewijding in 't pannetje strooide. Ien kneep ine in mijn arm, zei toen haperend: „O, ja graag," en we sloven de gang in, bang 't anders in modame's gezicht uit te proesten. „Hier is het zeker," zei ik met een zwaai de deur openend van een schemerduister vertrek, en we vielen bijna over een mand met groen ten en een bak vol waschgoed, die zoo maar op den grond waren neergezet. Maar we hoorden madame roepen: „Non, c'est la bibliothèquc. L'autre porte droite, mesdemoisellcs," en schaterend om die rare „bibliothèque", en de heele buiten- landsche situatie, die j)ns hoe langer hoe vreemdsoortiger voorkw am, gingen we de vol gende deur binnen, die toegang verschafte lot: het salon! t Was een kamer van dezelfde grootte als de salie k manger. Op den vloer lag in 't "mid den een stoffig karpetje cn daaromheen ston den in een kring de kanapée en de stoelen gegroepeerd, alle met kleurige hoezen over trokken en met allerhatelijkste, gehaakte anti- macassers bedekt. Twee tafeltjes vol portretten en snuisterijen bevonden zich aan weerszijden van den schoorsteen, terwijl de schoorsteen mantel een bonte uilstalling droeg van stee nen beestjes, beschilderde keien en schelpen, waartusschen allerzonderlingst een fotografie van „Jezus in den tempel" en een van „de Venus van Milo" elkander flankeerden, aan weerszijden van een cmpire-nendule zonder wijzers. Een gebeeldhouwde Bretonsche kast met zilver beslag trok zeer onze aandacht, evenals een Sèvres inktstelletje op de bouw vallige piano, geplaatst naast een vaas vol vuurroode, stoffige kunstbloemen, waarom heen drie voddige porseleinen beeldjes: twee dansende juffertjes-in-'t-blauw en een bijpas send fluitspelend meneertje-in-'t-rose met één been krijgertje schenen te spelen. De wanden prijkten evenals die der eetkamer met dezelfde soort oleographieën-in-lijstcn, plus een tam- bourijn met zonnebloemen en een paar klom pen met kabalistischc versiersalen in rood en blauw. Doch 't mooist van alles was een levensgroot portret in den hoek bij een der ramen, dat bij nadere beschouwing niemand meer of minder bleek te zijn dan de heer Samuel Bcrtrands in zijn jongelingsjaren! Met ronde appelwnngetjes cn een buitenge meen zwierig kuifje was hij daar op een rotsje gezeten in een vreemdsoortig ruitjespat. Een enorme horlogeketting je hadt er wel een hond aan kunnen vastleggen zei Ten bun gelde hem op de maag, een opengeslagen boek rustte op, zijn linkerknie cn op het tafeltje naast hem lag zijn omgekeerde „hooge zijden". We waren er onbedaarlijk om. verdiepten ons in de quaestie of hij m dit pakje indertijd de bekoorlijke Emily Blackfield 't hof gemaakt zou hebben en "wilden juist in een album, dat onder op een der tafeltjes lag een oogje wagen, om zoo mogelijk een pendant van madame uit dien tijd te kunnen aanschouwen, toen monsieur ln levenden lijve het salon binnen trad cn naar onzen welstand begon te infor- meeren. Quenoppe, de groote geelharige hond, die ons bii onze aankomst den vorigen avond bijna verslonden had, kwam achter hem aan en alsof wc 't afgesproken hadden begonnen Ien en ik het beest tegelijkertijd op opvallende wijze aan te halen. Monsieur, te goedig om iets anders dan de opperste hondenliefde in deze daail te ver onderstellen, nam plaats in een fauteuil cn begon ons van Quenoppe's heldendaden le ver halen: hoe hij ecu vos had doodgebeten cn eens twee bedelaars tegelijk zóó fel was aange vlogen, dat ze op de vlucht geslagen waren, enz. Midden in z'n verhaal bleef hij echter steken, want Evodie kwam onder den kreet: „Le facteur!" de gang doorgerend met een •briefkaart en een krant voor mij en een brief •voor Ina. Monsieur vlóóg overeind. Hij had een pakje mee te geven en verdween na vele excuses, die we zeer overbodig vonden Of wij soms iets hadden, vroeg Evodie? De postbode kwam maar eens per dag uit het dorp naar beneden en nam dan de geschreven brieven mee terug. Nu kon hij niet langer dan vijf minuten wachten, daar hij nog door moest naar Montmeyran, dat drie kwartier verder lag. Wij zagen echter geen kans in vijf minuten iets behoorlijks ibij elkaar te flansen en zeiden dus, dat we maar liever tot den volgenden dag wachten zouden en met onzen buit vielen we naast elkaar op de krakende kanapée neer en begonnen te lezen: Ina een zeer lang epistel van baai moeder, die blijkbaar onmiddellijk na ons verl eek geschreven had, ik de schande4 lijk slordige briefkaart van Vic. (Wordt ver*ai#A|

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1