„DE E EM LAN DER".
Jaargang.
BUS TËNLAN D"
FEUILLETON.
DE TREKVOGELS
N' 266
Woensdag 10 Mei 1916.
Hoofdredactie: J
I Mr. D. J. V
VAN SCHAARDENBURG.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
PRIJS DER ADVEHTENTIËN:
Idem franco per post1.50#
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) O.IO.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Wekelijbsoh bijvoegsel „De Hollatidsche HuisrroHtc" (onder
redactie van Thérèse Hoven) per 8 mnd. 50 cis.
Wekelijkach bijvoegsel „Pak me meeT per 3 mnd. 40 Cf8.
Dionstaanbiodingon 25 cents by vooruitbetaling.
Groote lettors naar plaatsruimte.
Voor handel on bedryt bestaan zoor voordeelige bepnli n
tot het herhaald advortoeren in dit Blad, by abomuununt.
Eene oirculairo, bevattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
Ophitsing.
Een droevig staaltje hoe de goede, een
voudige zielen der rechterzijde tegen de
linkerzijde opgehitst worden, geeft ons de
„Stand." te zien. Daarin schrijft dr. Kuyper
„De toeleg van Links laat geen twijfel
Over-
„Die toeleg is, in 1917, 't koste wat 't
koste, de Socialisten met de Vrijzinnig-
democraten heer en meester in het land te
laten worden.
„Nu nog heel lief zijn, en Pandoradoos
na Pandora-doos, vol diamant en juweel,
aandragen, maar straks, als de slag in 1917
gewonnen is, opeens de vriendelijke tronie
in 't zure omzetten, om dan alle Christen
man in het land te doen gevoelen, hoe niets
hoegenaamd de partijen van Reohts van dan
«f meer in het land zullen te zeggen hebben.
„Vóór '89 waren we Heloten. Van '89
tot 1913 is dat Heloten-kleed door ons afge
legd, en konden we weer als gewone bur
gers meetellen. Maar met 1917 ral dit nu
uit zijn.
„In 1917 moeten we maar weer kopje
onder, en wel met zulk een keten van lood
om den hals, dat we geheel naar de diepte
wegzinken, en ,er nooit meer boven-op
komen.
„Bij Vrij-Liberaal of Unie-man is hier
tegen geen hulp te zoeken.
„Integendeel, de Concentratie heeft Links
letterlijk alle man in den éénen wensch
doen opgaar, om thans eens en voorgoed
met Rechts af te rekenen, en ons dan ook
zoo diep er onder te brengen, dat we zelf
voor goed aan de mogelijkheid van een we
deropleving zullen gaan twijfelen."
En dat wordt gesohreven op het oogen-
blik, dat links zich bereid verklaart, na tien
tallen jaren strijds het zwaarste offer te
brengen om den vrede tq koopen.
Politiek Overzicht
De Amerikaansche repliek op
het Duitsche antwoord.
-
Met bekwamen spoed heeft de regeering
der Vereenigde Staten van repliek gediend
op de antwóord-nota van de Duitsche re
geering op hare nota van 20 April, die op
zoo dringende wijze haar verlangen kenbaar
maakte, dat Duitschland verandering zou
brengen in zijne methode om zijne duik-
booten als wapen in den oorlog te gebrui
ken. De antwoord-nota is gedateerd 4 Mei
en reeds den 7en Mei, drie dagen later, is de
repliek-nota naar Berlijn gezonden.
Aan den spoed, waarmee deze nota is ge
reed gemaakt en verzonden, beantwoordt
hare beknoptheid. In het telegram, dat de
verzending van de nota aankondigde, stond
vermeld, dat de nota slechts 200 woorden
inhield. Wij hebben in het officieele stuk de
woorden niet nageteld; maar beknopt is de
nota zeker. Maar veel is er ook niet in de
nota te vinden. Eigenlijk niets anders dan
de verklaring, dat akte genomen wordt van
de verzekering der Duitsche regeering, dat
door
ANNA HUBERT VAN BE USE KOM.
16
„Nee Icn, dat gaat niet. Ik zou je hoofd of Je
beenen moeien araputeerenf Laat er mij met
m'n kinderachtige afmetingen eens inliggen",
smeekte ik, haar kriebelend om er haar uit te
verdrijven, wat me gauw gelukte. Als een pop
in een doos paste ik in 't ledikantje maar 't
ging toch, zoodat ik besloot er me maar met»
te vergenoegen. Een grooter bed zou weer
meer plaats innemen.
We kwamen nu overeen vast wat gezellig-
makende kleedjes en snuisterijen uit te pak
ken en de kamer zoo behaaglijk mogelijk te
maken. Of 't voor lang zou zijn...? vroegen we
ons zelf en elkaar jveifelend af, maar we
moesten toch, al was 't dan ook voor kort, een
plekje hebben, waar wij ons thuis voelden.
We hingen dus een paar fotografieën op,
schikten een sarong over de ongelukkige
iwaschtafel, promoveerden Ina's koffer, die nog
voor de helft niet uitgepakt was, tot divan
door middel van een tweede sarong en een
paar kussens cn juist was Ik klaar met den
schoorsteenmantel, die mijn spulletjes torste
Ina had de commode tot haar beschikking r-
zij haar best zal doen, zoolang deze oorlog
nog duurt, de oorlogsoperatiën te beper
ken tot de voor den strijd bestemde krach
ten der oorlogvoerenden. Er wordt vertrou
wen uitgedrukt in die verzekering, en er
wordt geconstateerd, dat hiermee het hoofd
gevaar, dat de goede betrekkingen tusschen
de Vereenigde Staten en Duitschland be
dreigde, uit den weg is geruimd.
Wat verder nog in de Duitsche nota staat,
laat de repliek-nota geheel onaangeroerd.
Het eenige punt, waarmee zij zich nog bezig
houdt, betreft de door haar onderstelde mo
gelijkheid, dat Duitschland aan zijne nieuwe
duikboot-politiek eene voorwaarde zou kun
nen verbinden: namelijk haar afhankelijk zou
kunnen stellen van de uitkomst van door de
Vereenigde Staten met andere oorlogvoe
renden te voeren onderhandelingen. Die
mogelijkheid wijst de Amerikaansche regee
ring van te voren af; wat Duitschland doet,
mag niet afhankelijk gesteld worden van wat
andere oorlogvoerenden zullen doen of niet
zullen doen.
Die opvatting, waartegen de Amerikaan
sche regeering zich bij voorbaat dekt, is ook
reeds door anderen geuit Van Duitsche
zijde is daartegen opgemerkt, dat niet een
voorwaarde is' gesteld, maar slechts de ver
wachting is uitgesproken, dat Amerika voor
de wetten van de menschelijkheid, niet al
leen bij Duitschland, maar ook bij
Engeland en bij alle oorlogvoeren
den zal opkomen. In een blijkbaar offi
cieus artikel van de Köln. Ztg. wordt gezegd:
„Wanneer in sommige persstemmen wordt
gezegd, dat onze concessie aan eene voor
waarde is vastgeknoopt, dan is deze opvat
ting blijkbaar eene dwaling. Wij hebben
onze concessie niet slechts in uitzicht ge
steld, maar door de vereischte instructiën
aan de Dlritsche zeestrijdkrachten dadelijk
tot uitvoering gebracht. Wij moeten den goe
den wil van de Amerikaansche regeering
niet in twijfel trekken, maar moesten ook
aan het geval denken, dat hare stappen er
niet toe zouden leiden, de wetten van de
menschelijkheid bij alle oorlogvoerenden
te doen eerbiedigen. Daarom Is aan het slot
van de nota gezegd, dat wij ons in dat geval
tegenover een nieuwen toestand geplaatst
zouden zien en ons de vrijheid van onze
beslissingen zouden voorbehouden."
Het is dus geene voorwaarde, die is ge
steld, maar eene verwachting, die is uitge
drukt. Het is eene fijne onderscheiding, die
hier wordt gemaakt. Het verschil zit meer in
de woorden dan in het wezen der zaak, want
als Amerika niet aan de Duitsche verwach
ting beantwoordt, dan zal hetzelfde gebeu
ren wat zou geschieden als eene gestelde
voorwaarde niet Vverd nagekomen. Dan zal
de Duitsche regeering de nu aan hare duik
bootcommandanten gegeven instructie we
der intrekken en de rechtelooze toestand be
gint weer van voren af aan.
Hoe men 't ook wil noemen, eene voor
waarde of eene verwachting, in ieder geval
is het slechts eene voorloopige concessie,
die door Duitschland is gedaan. Of zij van
bHjvenden aard zal worden, zal afhangen van
toen er geklopt werd en madame ons in éigen
persoon kwam uitnoodigen de Zondagschool
beneden bij te wonen. Of we vooral goed wil
den meezingen, vroeg ze. Ina trok een gezicht,
maar begreep, evenals ik, niet van deze gulle
invitatie af te kunnen en hartgrondig wen-
schend dat 't niet lang zou duren, volgden we
madame naar de bibliotheek
Een tiental jongens en meisjes van zeven tot
twaalf ongeveer zat al verspreid op de eerste
twee rijen en aller oogen werden nieuwsgierig
op ons gericht, toen wij beidjes plaats namen
in de achterhoede, waar zich madame Céblé-
racque en nog twee oude vrouwtjes bevonden.
De goede Samuel was voor 't klasje gezeten,
knikte vriendelijk tegen ons en verzocht zijn
vrouw een „cantique" te spelen.
Madame zette zich daarop met veel statie
aan een miniatuur orgeltje, dat Ien en ik eerst
voor een buffet je hadden aangezien en prelu
deerde, terwijl wij snel 't gezang opzochten en
ons in postuur zetten om flink mee te zingen.
Helaas, mijn poging althans bleek ijdel Ik
ben in 't gelukkig bezit van een bromstem, zoo
dat het me ondoenlijk bleek de zeer hooge,
dunne tonen, die madame met elegant-zwe-
vende gebaren aan 't orgel ontlokte, te herei
ken.
Ien zong met trillerig-hoog scpraantje en ik
wrist niets beters te doen dan <.sn octaaf lager
mee te zingen, evenals het oude vrouwtje aan
mijn andere zijde.
Het kinderkoor zong er ech.er dapper op los.
Geen toon was er zuiver, ir.aar ze deden hun
best Alleen bij:
„Oh quel divin bonheurP
kon niemand 't meer halen en piepte 't nsth-
naatieke alleen
wat Amerika zal doen. Wat zal Amerika
doen? Amerika zwijgt in zeven talen. Toch
is spreken hier plicht, en niet alleen spreken
maar doen, want daarvan zal het afhangen
wat een door Amerika te nemen initiatief
bij de andere oorlogvoerenden zal uitwer
ken.
De oorlog.
B e r 1 ij n 9 Mei. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
In aansluiting aan onze op hoogte 304
behaalde successen zijn verscheidene ten
zuiden van den Mierenheuvel en ten zuiden
van Haucourt gelegen vijandelijke loopgra
ven bestormd. Eene poging van den tegen
stander ont het op hoogte 304. verloren ter
rein onder aanwending van sterke krachten
terug te winnen, mislukte.
Evenmin hadden de Fransche aanvallen
op den oostelijken Maasoever, in de streek
van de hofstede Thiaumont, succes. Het aan
tal Fransche gevangenen is daar tot drie of
ficieren en 375 manschoppen, buiten 16 ge
wonden, gestegen. Negen machinegeweren
zijn buit gemaakt.
Van de overige fronten is, behalve voor
ons geslaagde patrouille-ondernemingen,
niets bijzonders te berichten.
P a r ij s, 9 Mei. (Havas). Namiddagcom
muniqué.
Tusschen de Oise en de Aisne sloegen de
Franschen een coup de main af, die gericht
was tegen een van hunne werken ten zuid
oosten van Autreches (Argonne). In de
streek van Bolante namen de Franschen
twee kleine Duitsche posten, welker bezet-
ting gedood werd; zij bezetten de voor die
posten gelegen mijntrechters.
Aan den linker Maasoever bombardeerden
de Franschen hevig gedurende den geheelen
nacht de loopgTaven v*n hoogte 304. Een
Duitsche aanval, die heden morgen om
streeks drie uur werd ondernomen, werd
volkomen teruggeslagen. Aan den rechter
oever stelden nachtelijke tegenaanvallen de
Franschen in staat de Duitschers te verdrij
ven uit de weinige elementen der eerste
Fransche linie, die zij nog ten noordwesten
van de hofstede Thiaumont bezetten.
Er was een hevig bombardement van de
Fransche liniën tusschen .Douaumont en
Vaux en in de sectoren Ein en Chatillon-en-
Woëvre. Er was eene wisseling van granaten
in het bosch van Apremont en in het Fecht-
dal (Vogeezen).
Par ij s, 9 Mei. (R.) Avond-communi
qué.
Onze artillerie in Champagne bombardeer
de Duitsche loopgraven en batterijen ten
noorden van Ville-sur-Tourbe en de ge
meenschapswegen bij Somme-Py.
Het bombardement was minder intens
links van de Maas. Eene aanvalspoging te
gen een 'loopgraaf ten westen van hoogte
304 werd door ons courtinevuur gestuit.
Rechts van de Maas en in de Woëvre waren
bij. tusschenpoozen kanonnades.
De nader ontvangen berichten toonen, dat
Na 't gezang werd er gebeden, daarop
moesten de kinderen alle tien achter elkaar
'hetzelfde versje opzeggen en toen begon
monsieur Bertrands de geschiedenis van Jozef
en zijn broers te vertellen. Onbeholpener en
droger dan hij 't deed kon 't al niet. Alle glans
was van 't mooie, oude bijbelverhaal af en in
stilte zat ik dit dorre relaas te vergelijken bij.
de boeiende en bevattelijke manier, waarop
Paul Zondagsochtends Joos en Pepi uit den
kinderbijbel vertelt
Goeie monsieur Bertrands, kon hij maar
eens een poosje bij mijn zwager in de leer
gaan, dan zou hij waarschijnlijk meer succes
gehad hebben dan nu 't geval was, want van
de tien kinderen letten er maar twee op. Een
klein meisje -met een lange, bruine vlecht ver
maakte zich door telkens haar gezangboek
open en dicht te klappen, tot madame haar
met een vinnigen blik beduidde, dit spelletje
te staken.
Eindelijk was 't verhaal uit en werd er ge
zongen, daarop las monsieur 't versje voor de
volgende week, legde het uit en na een tweede
gebed en een derde gezang was de Zondag
school afgeloopen en verdwenen de kinderen
na ieder van de groote menschen een hand
gegeven te hebben, joelend naar buiten.
Monsieur trad nu op ons toe en stelde ons
plechtstatig aan de oude menschjes voor. Het
eene, madame Pêllat, was een boerenvrouwtje
met een sluw heksentronietje, het andere,
madame Roche, leek meer een gegoede bur
gerjuffrouw met een rond, blozend appelge
zicht onder baar zwart kapotje. Ze mompelde
iets van: „Charmée de faire connaissance", en
wendde zich weer tot madame Cébléracque,
die haar duizend vragen te doen had over
de Duitschers Maandagnacht in de streek
van hoogte 304 drie allerhevigste aanvallen
deden met eene groote macht: een, in het
namiddag-communiqué vermeld, tegen heu
vel 287, de tweede ten noordoosten van
hoogte 304 en de derde in de bosschen bij
hoogte 304. Allen werden in ons vuur ver
strooid met zwaar verlies voor den vijand.
Londen, 9 Mei. (R.) Bericht van het
Britsche hoofdkwartier.
In den afgeloopen nacht was er mijnarbeid
tusschen Neuville Saint-Vaast en Souchez
en ook ten noordoosten van Armentières en
ten oosten van Yperen, zonder dat de toe
stand veranderde. Er was eene zeer geringe
en onbelangrijke artillerie-actie.
L e Havre, 9 Mei. (Havas). De koning
der Belgen heeft heden in zijn hoofdkwar
tier den voorzitter van de Fransche Kamer
Deschanel ontvangen, die hem kwam ver
zoeken het patronaat te aanvaarden over het
comité voor de samenstemming tusschen
Franschen en Belgen, waarvan hij voorzitter
is.
B e r 1 ij n, 9 M e i. (W. B.) Bericht van het
opperste legerbestuur uit het groote hoofd
kwartier van heden voormiddag.
Van het oostelijke oorlogstooneel niets
nieuws.
Weenen, 9 Mei. (W. B.) Officieel be
richt van heden middag.
Nérgens zijn bijzondere gebeurtenissen
voorgekomen.
Petersburg, 9 Mei. (Tel.-agent-
schap.) Communiqué van den grooten gene-
ralen staf.
De Duitschers beschoten het bruggehoofd
van Ikskul. Aan de Dwina, boven Jacobstadt,
heeft onze artillerie vijandelijke werkploegen
uiteengejaagd.
Rome, 8 Mei. (Stefani). Officieel com
muniqué.
In de Adamello-streek opende gister
onze artillerie, die was overgebracht naar
den top van de Lobbi a Alta (3196 M.)
gister het vuur op de vijandelijke versterkin
gen aan den Col Topeti en ontredderde ze.
Uit meer naar achteren gelegen stellingen
kanonneerde onze artillerie van middelbaar
kaliber averechts de vijandelijke liniën in
het Genova-dal (Caira). Langs het geheele
front van Trentino en de Alto Adige was
eene stijgende werkzaamheid van de vij
andelijke artillerie. Er waren levendige in-
fanteriegevechten op de Marmolada, op den
Col Falzarego en op de Oukla (Plezzo-bek-
ken). Overal werd de vijand teruggeworpen
en liet eenige gevangenen in onze handen.
Voor onze stellingen aan de Oukla werden
een honderdtal geweren en talrijke munitie
verzameld, ontnomen aan in de laatste ge
vechten gevallen vijanden.
Een sterk eskader van onze vliegtuigen
deed gister een inval in het dal van Adige
en liet talrijke bommen neerkomen op Maz-
zarello en Calliano, vereenigingspunten van
de vijandelijke troepen. De vliegtuigen zijn,
ofschoon zij het voorwerp waren van het
schieten der afweerkanonnen, allen behou-
haar getrouwde dochter en haar zoo,n die
schoolmeester was te Ohabeuil. Maar madame
Pellat, blijkbaar reeds over ons ingelicht,
informeerde met schorre stem en drukke ge
baren naar onze reis.
„£a doit être bien loin d'ici, la Hollande"
beweerde ze hoofdschuddend. Toen, zonder
eenigen overgang maar 't was blijkbaar
haar hoogste glorie vertelde ze, dat haar
oudste zoon dominé was ergens in Haute-
Loire, wat Ien in 't Ilollandsch de fluisterende
verzuchting deed slaken:
„Je zoudt haar eerder voor het grootje van
den duivel dan voor de moeder van een
dominé verslijten I"
Madame Bertrands, die intusschen redderig
de gezangboekjes al geborgen had, mengde
zich nu ook in 't gesprek, vertelde dat Evodie
den geheelen middag uit was en dat ze 't toch
zóó druk had, waarop Madame Roche, den
wenk begrijpend, ijlings afscheid nam en
madame Pellat hoewel met tegenzin, niets
anders doen kon dan haar voorbeeld volgen.
Monsieur, blijkbaar verlucht, nu het afmatten
de Zondagsschoolwerk achter den rug was,
wreef zich de handen en nooddgde ons allen
in het salon. Misschien wilde een der jonge
dames daar wel wat piano spelen of zingen,
stelde hij schuchter voor, maar beslist doch
vriendelijk bedankten we voor die eer, zeggen
de dat we noodzakelijk naar huis moesten
schrijven en ik wipte gauw de gang in' en de
trap op naar onze kamer met Ien vlak achter
me aan, die grinnikend declameerde:
En ik zeg maar op z'n Franscht
Honni soit qui raai y pensel
den teruggekeerd. Een vijandelijk es'.«i
vloog over de vlakte van de Beneden Isonzo;
het wierp bommen neer, die echter geene
slachtoffers maakten en geen schade onn-
richtten.
Rome, 9 Mei. (Stefani). De derde dag
van het bezoek van den prins van Wales
was gewijd aan een bezoek aan het front op
het Karsb-plateau. Ofschoon eenige oogen-
blikken door het slechte weder gestoord, kon
het bezoek over 't algemeen onder gunstige
omstandigheden plaats hebben.
Rome, 9 Mei. (Stefani.) De prins van
Wales heeft de oorlogszone verlaten.
Berlijn., 9 Mei. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur u* het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Van den Balkan niets nieuws.
Konstantinopel, 8 Mei. (W B.)
Communiqué van het hoofdkwartier.
Aan het Kaukosusfront is niets van be-
teekenis gebeurd.
In Smyrna schoten een torpedoboot en
twee wachtschepen op de hoogte van do
straat van Kekri ongeveer 100 granaten
zonder uitwerking af op den omtrek ven
Kekri.
In de laatste gevechten bij Katla en Divar,
ten westen daarvan en 15 K.M. ten oosten
van het Suezkanaal ontnamen wij den vijand
240 lastdieren, 120 kameelen, 67 tenten,
220 zadels, 57 kisten munitie, 100 geweren,
2 machinegeweren, 163 sabels, eene menig*
te bajonetten, verduurzaamde levensmidde
len en andere voorwerpen.
Aan het front van Aden trachtte den lOen
Maart eene vijandelijke, uit infanterie en
cavallerie samengestelde afdeeling onze
troepen ten noorden van Sjeik Osman to
verrassen. Zij werd afgewezen en liet doo*
den en gewonden op de plaats. Den 15en
en Töen Maart ondernam onze naar Arnad,
ten noorden van Sjeik Osman, gezonden at
deeling^ een verrassenden aanval, die slaag*
de. De vijand gaf na een verzet van twee
uren Arnad prijs en trok zich terug naar
het zuiden, in weerwil van zijne zware ka
nonnen, die van Sjeik Osman aangevoerd
waren, en ondanks de kanonnen van eei\
kruiser, die zich ten oosten van Arnad be*
vond. In dezen slag verloor de vijand 7 offf*
eieren en meer dan 300 verdere dooden en
gewonden. Onze verliezen waren omstTeekf
30 man.
Petersburg, 9 Mei. (Tel.-Ag.) Com*
muniqué van den grooten generalen staf.
In de richting van Erzlndjan hebben de
Turken In den loop van den dag te vergeeft
verwoede aanvallen op onze stellingen ge*
daan. Na ontzettende verliezen geleden tf
hebben, gaf de vijand des avonds zijn ol*
fensief op.
In de richting van Diarbekir hebben om#
troepen de Turken van een bergketen ver*
dreven en zich ten Zuiden van Moesh vet*
schanst.
In de richting van Bagdad hebben wij dea
vijand eveneens uit zijne stellingen vardre»
J
Boven gekomen liet freule van Bevriandt
•zich met een smak op haar twijfelaar valleni
en schopte, terwijl deze allerweemoedig^t
piepte, op losbandige wijze haar schoentjes ui%,
die aan weerszijden op den vloer ploften.
diepte uit mijn koffer een doos hopjes o^
mikte er een paar naar Ien en betrok toen, n#
eveneens mijn pantoffeltjes te hebben uitga*
schopt, mijn ijzeren kribje.
v
En ik zeg maar op z'n Franscht
Honni solt qui mal j pensel
dat moet hier ons levensmotto worden. H ft
een pracht van een leuze, waaruit we veel
moed kunnen putten," beweerde ik, kauwend
op een hopje.
„Ja, dat zeg ik je, we moeten 't hier van deit
humorlstischen kant opnemen óf roe gau*
mogelijk heengaan. -
Ik zal wel een scène maken als je wilt," bood
Ien gul aan, maar daar was ik niet voor et*
ik adviseerde:
„Nee een week lang de kat uit den boort
kijken en dan zien wat we verder doen! Int
zoo'n wonderlijk milieu zullen we niet Hcht
weer komen. *k Heb net 'n gevoel of we ln een
bock van Dickens leven en vind 't au fon<|
eigenlijk wild-romantisch wat we hier meo*
maken."
„Ja," zei Ien weer, „en dan schrijven we
een vróólijken brief naar huis; we klagen abso*
luut niet, ook niet over 't slechte eten, ander#
zou Mama in staat zijn me zóó te komed
hakvi."
(Wordrt vervoU.'d.]j