Maandag 15 Mei 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
14d* Jaargang,
DE TREKVOGELS
ABONNEMENTSPRIJS:
P#r 8 maanden voor4 Amersfoortf l.OO,
Idem franco per post1.50.
Per week (met gratis verzekering tegen ongelukken) - 0.10.
Afzonderlijke nummers - 0.05.
Wekelijkach bijvoegsel „De Hollandsche Huisvrouuf' (onder
redactie van Thérèse Hoven) per 8 mud. 50 cis.
Wekelijkach bijvoegsel „Pok me mee*' per 8 mnd. 40 cis.
Bureau: U TREC H TSCH EST RAAT U
Intercomm, Telefoonnummer 66.
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regel»f 0.50.
Elke regel meor0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents by vooruitbetaling.
Groote leHora naar plaatsruimte.
Voor handel on bedrijf bestaan zeor voordooligo bopalingon
tot het herhaald adverteeron in dit Blad, bij abonnement.
Eone oiroulairo, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Kennisgeving.
VERKIEZING VOOR DE PROVINCIALE
STATEN.
De Burgemeester der gemeente Amersfoort
brengt hiermede ter openbare kennis, dat op
Dinsdag, den 6. Juni aanstarnde, zal plaats heb
ben de verkiezing van vier leden van de Pro
vinciale Staten van Utrecht, in het kiesdistrict
Amersfoort, waartoe deze Gemeente behoort;
dat op dien dag, van des voormiddags negen
tot des namiddags vier uren, ter Secretarie bij
den Burgemeester der gemeente Amersfoort
(hoofdplaats van het Kiesdistrict) kunnen worden
ingeleverd opgaven van candidaten, als bedoeld
in artikel 51 der Kieswet en artikel 8 der Pro
vinciale wet.
Deze opgaven moeten inhouden den naam, de
voorletters en de woonplaats van den candidaat
en onderleekend zijn door ten minste 40 kiezers,
bevoegd tot deelneming aan deze verkiezing.
De inlevering* dezer opgaven moet geschie
den persoonlijk door één of meer der perso
nen, die de opgave hebben onderteekend. De
candidaat kan daarbij tegenwoordig zijn. Van de
inlevering wordt een bewijs van ontvangst af
gegeven.
Formulieren voor de opgaven bovenvermeld,
djn ter Secretarie dezer Gemeente kosteloos
verkrijgbaar van heden tot en met den dag der
verkiezing.
De Burgemeester brengt hierbij in herinne
ring artikel 151 der Kieswet, luidende als volgt
Hij, die eene opgave, als bedoeld in artikel
51 inlevert, wetende dat zij is voorzien van hand-
teekeningen van personen, Ue niet bevoegd zijn
tot deelneming aan de verkiezing, waarvoor de
inlevering geschiedt, terwijl onder die handtee-
keningen geen voldoend aantal voor eene wet
tige opgave zou overblijven, wordt gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste drie maanden
of eene geldboete van ten hoogste honderd
twintig gulden.
Met geli^ce straf wordt jestrafc hij, die weten-
\t dat hij niet bevoegd is tot deelneming ctaa
de verkiezing, een# voor die verkiezing ter in
levering bestemde opgave^ bedoeld bij artikel
51, heeft onderteekend.
Amersfoort, den 13. Mei 1916
De Burgemeester voornoemd,
v. RANDWUCK
Politiek Overzicht
De wereldstrijd in het
Turksche gebied.
Van rijn Russischen bondgenoot Keelt
Engeland moeten hooren, dat het vergeef-
sche -zelfmisleiding zou zijn, zich de betee-
kenis te verhelen, die ie capitulatie van
Koet el Amara kan hebben op den verde
ren loop van de militaire operatiën In het
oorlogsterrein in Voor-Azië. Hoe de opera
tiën zich daar verder zullen ontwikkelen, is
moeielijk te zeggen. De Turksche overwin
ning bij Koet el Amara beteekent het ein
de van den veldtocht, zooals hij tot dusver
5s gevoerd. Er is een nieuwe strategische
toestand ingetreden. Het Engelsche offen
sief is mislukt. De Engelschen zijn nu in
de verdedigende stelling gedrongen. Zij zul
len zich er aan gelegen moeten laten zijn,
een Turksch offensief tegen Basra te ver
hinderen, wanneer het daartoe mocht ko
men. Of de Turken in staat zijn een groot
opgezet offensief te ondernemen en in hoe
ver zulk een offensief met hunne overige
operatieplannen vereenigbaar is, is echter
zeer moeielijk uit te maken voor niet-inge-
wijden.
Er is meermalen sprake geweest van een
Russisch offensief, dat, van Perzië uitgaan
de, voor het Turksche leger in Irak eene
bedreiging zou kunnen opleveren. Tot in de
allerlaatste dagen toe heeft men daarvan
gehoord. Uit Petersburg heeft het telegraaf-
agentschap, dat het buitenland voorziet van
de berichten, die de Russische regeering
bekend gemaakt wenScht te zien, verkon
digd, dat bevoegde militaire kringen eene
groote beteekenis toekennen aan de bezet
ting van de Perzische stad Kasr-i-Sjirin, een
belangrijk kruispunt van wegen op den weg
naar Bagdad, dat 175 werst van de hoofdstad
van Mesopotamië verwijderd ligt. Er wordt
gezegd, dat met de bezetting van dat
punt de Russische troepen de moeielijkste
gedeelten van dien weg achter den rug
hebben; hun verdere marsch naar Mesopo
tamië zal geen natuurlijk beletsel meer on
dervinden.
In dien gedachtenloop verder gaande, zou
men daarin eene aankondiging kunnen zien,
dat men nu spoedig de Russen in Mesopo
tamië zal zien verschijnen om te verhinde
ren, dat de Turken vruchten kunnen plukken
van de nederlaag, die zij bij Koet-el-Amara
aan de Engelschen hebben toegebracht.
Maar met die conclusie moet men voorzich
tig zijn; het zal zoo'n vaart niet loopen, dat
de Russen optreden als wrekers van Enge-
land's geschonden wapeneer. De Russische
bedreiging zag er reeds vroeger niet zoo
ernstig uit, want de Russische strijdmacht
In dit gedeelte van Perzië is niet zeer groot
en ver van hare basis verwijderd,
en een bergstreek, die grootere troepenbe
wegingen zeer bemoeilijkt, vormt de schei
ding tusschen Perzië en Mesopotamië. Nu
echter de Turken bij Koet-el-Amara hunne
volledige strategische bewegingsvrijheid
hebben teruggekregen, Is het de vraag of
niet voor een Russischen inval in Mesopo
tamië het gunstige tijdstip voorbij is. In
ieder geval heeft een plan om van Ker-
mansjah uit een inval te doen In Mesopota
mië, nu zijne bekoring voor Rusland verlo
ren. De gewichtige aanwinst in prestige, die
de óp Engeland behaalde overwinning aan
de Turken heeft verschaft, doet zich op stra
tegisch gebied gelden. Ook de Russen zul
len de gevolgen daarvan ondervinden, want
het zal hun voortaan moeielijker vallen de
verbindingen in hun rug te beschermen. Het
geheele gebied van Aserbeidsjan, Koerdi-
stan en Loerisfon wordt bewoond door
volksstammen, die van oudsher gewoon zijn
te gaan met de partij, die aan de winnende
hand is. Dat zijn thans in Mesopotamië
zonder eenigen twijfel de Turken, en dit zal
op de houding van die stammen tegenover
de Russen, wier rugverbinding gaat door hun
gebied, zijn invloed niet missen.
Uit dezelfde bron, die de berichten bracht
van het Russische offensief tegen Mesopo
tamië, zijn mededeelingen gedaan over nieu
we vorderingen, die de Russische troepen
steeds heeten te maken ean het Kaukazi-
sche front, dat zich door de bezetting van
Erzeroem en Trapezunt verder naar het
zuidwesten en het westen heeft uitgebreid.
Ook ten aanzien van die berichten schijnt
voorzichtigheid geboden te zijn. De inne
ming van Erzeroem en Trapezunt was door
de Russen en hunne bondgenooten als een
reusachtig succes uitgebazuind. Het is ech
ter gebleken, dat deze beide wapenfeiten niet
de beteekenis hebben, die er aan werd toe
geschreven. Het Turksche leger, dat zonder
belangrijken strijd zich voor den tijdelijk
sterkeren vijand heeft teruggetrokken en aan
de Russische vervolging het hoofd heeft ge
boden, staat onverzwakt; het biedt een hard
nekkig verzet, en zijn rechtervleugel heeft
bij Bitlis eene Russische brigade terugge
slagen. Ten westen van Erieroem en Tra
pezunt hebben de Russen tot dusver slechts
geringe vorderingen gemaakt. Dat zij Er-
zindjan, dat 160 K.M. ten westen van Erze
roem ligt, hebben genomen, wordt door den
Turkschen generalen staf als een verzinsel
aangeduid. Over de gevechten bij Bitlis wordt
van Turksche zijde gezegd, dat de Russen
schermutselingen tusschen verkenningspa
trouilles voor ernstigen strijd tusschen troe-
penafdeelingen laten doorgaan, en de vor
deringen, die de Russen beweren te hebben
gemaakt in de streek van Diarbekir, wor
den als vruchten van Russische fantasie aan
geduid.
De Russische ovenvinningsberichten in
het gebied van Voor-Azië kunnen dus
slechts onder voorbehoud worden aanvaard.
Trouwens ook in Rusland zelf rekent men
niet meer op een snellen zegetocht in Ar
menië; de Nowoje Wremja heeft gewaar
schuwd, dat men tegenover den militairen
toestand in Armenië zich met geduld moet
wapenen.
De oorlog.
P a r Ij13 Mei (Havas). Namiddag*
communiqué.
Op den linker Maasoever duurt het artil
lerie-gevecht onafgebroken voort in de sec
toren Bois d'Avocourt en hoogte 304. In den
loop van den nacht maakten de Franschen
nog eenige vorderingen bij hoogte 287.
Op den rechteroever hervatten de Duit-
schers gisteren tegen het einde van den dag
hun aanvallen op de Fransohe loopgraven
ten zuidoosten van het fort Douaumont. On
danks het hevige bombardement, dat de
aanvallen voorafging, weken de Fransche
liniën op geen enkel punt Alle aanvallen
werden met ernstige verliezen voor den
tegenstander afgeslagen.
Andere pogingen in den loop van den
nacht tegen onze stellingen ten noorden van
de hofstede Thiaumont ondernomen, mis
lukten eveneens door ons spervuur en het
vuur onzer maohinegeweren.
Bij Eparges trachtte een sterke Dultsche
*erkenningstroep bij de Fransche liniën te
komen, na een hevig bombardement, doch
slaagde daarin niet.
In het bosch van Parroy en bij Ban-de-
Sapt was eene vrij levendige kanonnade.
Avondcommuniqué.
De artillerie-werkzaamheid in Champagne
en het bombardement ten westen van de
Maas waren heden minder. Wij sloegen een
aanval ten westen van hoogte 304 af. Eene
vijandelijke poging van een verrassenden
aanval op de helling ten noordoosten van
den Mort-homme is geheel mislukt. Aan
den rechter Maasoever was het betrekkelijk
rustig.
Ejf Fransche vliegtuigen wierpen Vrijdag
nacht 43vbommen neer op de stations Nan-
tillois en Brieulles en de kampen Montfau-
eon en Romagne en verder nog 11 op de
luohtsdhiphallen van Metz-Prescaty.
Londen, 13 Mei. (R.). Communiqué
van het Britsche hoofdkwartier.
Na een hevig bombardement gister naoht
tegen de loopgraven tusschen de Somme
en Maricourt deed de vijand drie aanval
len, in een waarvan hij slaagde in de loop
graaf te dringen. Hij werd er onmiddellijk
weer uitgeworpen.
Op het overige front' zijn artillerie- en
loopgraaf-mortier-actiën geweest Er was
allerhevigst vuur In Habuterne, Souchez,
Carency en den Hohenzollern-sector en vij
andelijke mijnarbeid In Manquessant en
Wytschaete.
B e r 1 ij n, 14 Me!. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Een verkennerstroep drong in het bosch
van Ploegsteert (ten noorden van Armen-
tières) in de tweede vijandelijke linie en liet
een mijngang springen; hij keerde met tien
gevangen Engelschen terug. In de streek
van Givenchy-en-Gohelle hebben in de En
gelsche stelling mijnontplofflngen plaats ge
had; bovendien werden er voor ons succes
volle gevechten om loopgraven en mijn-
trachters geleverd.
Op den westelijken Maasoever werd een
tegen hoogte 304 ondernomen Franschen
handgranaataanval afgewezen. De weder-
zijdsche artillerie-actie op de beide Maas
oevers was levendig.
P a r ij s, 14 Mei. (Havas.) Namiddag
communiqué:
Ten zuiden van Roye (departement Som-
me) hebben de Franschen een Duitschen
aanval op een loopgraaf in het Bols des Lo
ges afgeslagen.
In de streek van Verdun Is niets van be
lang in den loop van den nacht te vermel
den, behalve dat bij den Mort-Homme het
bombardement zeer hevig was.
Londen, 14 MeL (R.) Communiqué
van het Britsche hoofdkwartier.
Na een zeer hevig bombardement met ka
nonnen van allerlei kaliber viel de vijand
gisterennacht aan in drie partijen, waarvan
een er in slaagde onze loopgraven binnen
te dringen, maar dadelijk er weer uitgewor
pen werd met achterlating van tien dooden.
De beide andere stuitten op Schotsche troe*
pen en werden verstrooid.
Vroeg in den morgen drong een Britsche
patrouille in een vijandelijke loopgraaf bij
het La Bassée-kanaal. Wij bombardeerden
stellingen ten noorden van Monchy en ten
oosten van Vermelles. Vijandelijke artillerie
en mortieren zijn aan het werk geweest in
Souchez, de Hohenzollenvredoute, Given*
chy en Salnt-Eloi.
B e r 1 ij n, 14 Mei. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
Er, zijn geene bijzondere gebeurtenissen
te vermelden.
W e e n e n1 4 M e L (W. B.) Officieel
communiqué van heden middag.
Op het Russische oorlogstooneel niets van
belang.
Petersburg, 14 Mei. (Tel.-agent*
scap). Communiqué van den grooten gene
ralen staf.
In de streek ten zuidwesten van Olyka
verwekte ons vuur eene ontploffing inn eene
vijandelijke batterij. Aon de Midden Strypa
trachtten vijandelijke elementen onze loop
graven te naderen, maar zij werden telkenë
door ons vuur verstrooid.
Weenen, 14 April. (W. B.) Officieel
communiqué van heden middag.
Op het Doberdo-plaleau was des nachts
een hevige handgranaat-aanval. De Italianen
werden ten westen van San Martlno na een
hardekklgen strijd afgewezen. Overigens wol
de gevechtsarbeid gering.
Roma,13Mei. (Stefarff). Officieel com
muniqué.
In de Trentlno-streek worden bij voortdu
ring de bewegingen van de troepen en voei>
tuigen en van den trein belemmerd door hel
juiste vuur van onze artillerie. De artillerie
actiën van den vijand, door de onz^beant-
woord, hebben eenige schade toegebracht
aan woningen In Ponte di Legno (Val Come*
nica) en San Giovanni (Ledra dal), in kleind
gevechten bij de samenvloeiing van de LenO
en de Adige en bij Bislle»
In het Torra-dal werd op nieuw het go-
bruiken van ontplofbare geweerkogels dooi
den vijand geconstateerd.
In het Plezzo-bekken was een krachtig
vijandelijk artillerievuur tegen onze stellin*
gen op de Cukla. Hunnerzijds bombardeer
den onze batterijen de vijandelijke linfëzf
aan den Rombon en staken daar eenigé
barakken in brand.
Vijandelijke vliegtuigen vlogen over d«
Beneden Isonzo. Zij werden terug geslagen
door de onzen, die eenige bommen wierpei)
op de troepen-kampementen te Novazas efl
Rangiane.
14 Mei. (Stefanl). In Trenttno, ln de
Boven-Adigo, was artillerie-actie, die bfU
zonder hevig was in de streek van den Col-
di-Lana. Herhaalde aanvallen van defl
vijand op den Oukla en op de hoogte voor
Lucinico werden afgeslagen.
In het Karst-gebied verwekte onze nrtillö*
rtejjmtplofftngeiwnjle^^^
door
ANNA HUBERT VAN BEUSEKOM.
19
Ca ne pique pas! Oh que vous êtes peu-
reuse," schaterde 't kind, maar de groot
moeder trok Lucien driftig bij een arm op zij.
„Va-T-en petit sot. T'es vilain toi," zei ze zóó
Ikjos, dat het kind er bijna van begon te huilen.
„C'était seulement pour plaisanter. Laissez-
le tranquille," smeclrte ik, blij dat Ien een
phocolaadje bij zich had om 't kir.d te troosten.
't "Was heusch* maar een grapje geweest en
We bleven opzettelijk nog even, om te toonen
dat we niet boos waren.
Den volgenden ochtend vóór het ontbijt al
kwam Evodie binnen met een reuzen-bos
Jasmijn: „de la part du petit Lucien
Monat pour les demoiselles hol
la n d a i s e s", die werkeV.jk allebei getroffen
Waren door dit geurige zoenoffertje. Ik nain
't maar mee naar onze kamer, daar madame
beweerde, dat de lucht van jasmijn haar ziek
maakt.
't Is toch zóón wonderlijke ziel die madame
Berirands! Nóóit wand-Tt ze verder dan
't eindje ^offigen weg ny/ir madame Roche,
vaar ze dikwijls gaal theedrinken 's middags
en ze lacht ons in ons gezicht uit, omdat wij
van bloemen houden en die graag om ons
heen hebben. „Na twee dagen zijn ze toch
leelijk. Men kan wel aan den gang blijven met
telkens nieuwe te plukken," zegt ze smalend
als we met een bouquet van onze zwerftochten
thuiskomen, maar Zebbel-maar-raakje geeft
ons groot gelijk en zegt, dat het niet mogelijk
is dat „le bon Dieu" al dat moois gemaakt
heeft, met de bedoeling er de menschen geen
plezier mee te doen en daarmee zijn monsieur
en Evodie 't ook roerend eens. 'Evodie vooral
is erg dankbaar voor de versche bloemen, die
we eiken dag in de oude gebarsten melkkan op
't keukenkastje schikken en zal den volgenden
Zondag na de kerk thuiskomen, om een wan
deling met ons te maken naar „la tour de
Barcelonne", .een zeer oude ruïne op een
uurtje afstands van „les Calvaux" gelegen. Vol
gens de verhalen Is deze 't overblijfsel van een
grooten burcht, waar in overoude tijden een
Blauwbaard-achlige ridder woonde, die aller
lei schoone vrouw*en met zich wist te lokken,
naar zijn kasteel, waar hij ze beroofde van
haar kostbaarheden en daarna wreedaardig
vermoordde. De streek werd zoodoende van
zijn aanminnigste jonkvrouwen beroofd, tot
de booze ridder zelf op een nacht door een
troep wolven werd aangevallen en verscheurd.
De hoeren vertellen dat 't 's nachts om de
ruïne heen spookt en de ossen en paarden er
na zonsondergang slechts met de grootste
moeite voorbij zijn te krijgen. Een ander grie
zelig plekje Is de „Grotte de la Dame" een
groot, zeer diep hol in de rotsen, dat met
andere onderaardsche holen in verbinding
moet staan en in den tijd van de Protestanten-
vervolgingen onder Lodewijk XIV vele vluch
telingen geherbergd heeft.
Het dorpje La Baume, waartoe de verschil
lende gehuchtjes en ook Jes Calvaux" be
hooren, was een der brandpunten en heeft
langen tijd moedig weerstand geboden aan de
vreeselijke „Dragonades", zooals de vijande
lijke troepen heetten, die de arme Protestant-
sche vluchtelingen op koninklijk bevel moesten
achtervolgen en dooden. Het is een doodarm,
verlaten vuilig dorpje, maar Ien heeft ver
scheiden kiekjes van de ruïne genomen, die
schilderachtig tegen een berghelling ligt en
een waar lustoord schijnt voor de hagedissen,
die met de warme dagen de veilige spleten
tusschen de steenen verlaten en zich met
glinsterende oogjes vol welbehagen op de om-
vergezakte muren zitten te zonnen. "We hebben
altijd de grootste moeite er Quenoppe af te
houden, die ze doodbijt als bij kan en vooral
woedend is op de grootere soorten met hun
groen-blauw glanzende velletje en goudachtige
oogjes. Deze komen bij troepen voor in de
omgeving van de beek, welke zich vlak bij
monsieur Bertrand's moestuin-- bruischend
stort in het zoogenaamde „Ravin", het mooiste
plekje uit den omtrek, waar 't altijd heerlijk
koel is onder de accacla's en jonge eikeboom
pjes. Een steenen bruggetje verbindt de oevers
van 't jolige stroompje, dat in de diepte over
groote rotsblokken huppelt en hier en daar
klaterende watervallen vormt. Langs de oevers,
die ze hier „les Rreaux" noemen staat 't vol
varens en maagdepalm en duizenden wilde
aardbeiplanten beloven over een poosje een
goeden oogst
Een van onze liefste bezigheden is om
springend van steen op steen de beek te vol
gen. Dan zie je pas hoe mooi en geheimzinnig
't daar in de diepte is. Je wordt er alleen dood
moe van en moet er altijd op rekenen een
paar maal uit te glijden, want de mosbegroeidc
rotsblokken ziin soms heel glad. Quenoppe
vindt 't, evenals wij, een genot en t is aller
grappigst te zien, hoe hij met zichtbaar welbe
hagen een douche neemt bij elk watervalletje
en dan smeekend naar ons omziet, alsof hij
vragen wil eventjes halt te houden, om hem
de gelegenheid te geven er naar behooren van
te genieten.
Morgen gaan Ien en ik geëscorteerd door
monsieur en madame mee „winkelen" te
Valence en er „goüteeren" bij een zekere
madame Rouchaud-Muller, een Hollandsche
•van geboorte en een vriendin van madame
Berirands,
We zijn hevig-benieuwd hoe ons dit tochtje
bekomen zal en zullen onze oogen goed den
kost geven te Valence met 't oog op respectie
velijke pensions-verandering. We hebben 't
mooie van „les Calvaux" nog lang niet afge
keken, maar „You never can tell!"
Het was gisteren na 't diner een haast-Je-
rep-je op les Calvaux om tijdig weg te komen.
Madame zat 's morgens vroeg in de keuken
haar nieuwe schoenen, die veel te nauw ble
ken, al met jlen houten slalepel, (dien
ze bij gebrek aan een schoenhoörn daartoe
bezigde) aan te trekken en strompelde als een
ongelukkige door 't huis om de weerspannige
exemplaren nog zooveel mogelijk te rekken,
waaronder haar humeur echter hoor- en zicht
baar leed. Ze keek tenminste als een oorwurm
en snauwde zóó tegen haar doodonschuldigen
echtvriend, dat we 't er koud van kregen.
Om kwart over twaalf monsieur en wij
beidjes waren al lang reisvaardig stond
madame, zelf nog niet klaar, boven voor
't slaapkamerraam, den goeden Samuel, die in
den tuin zijn manden groenten voor Chabeuil
inpakte, tot razenden spoed aan te manen,
„Wat, was Aigïon nu nóg niet van stalf
Wanneer zou er nu eindelijk Ingespannen won*
den? Op zóó'n manier konden we onmogeliJB
de stoomtram halen, die om half twee utjP
Chabeuil vertrok. Nu, Samuel moest 't zelf
weten, hoor. Als we de tram misten kon
heelemaal doorrijden naar Valence," eal
madame klopte voor 't <ypen venster met zoo*m
woedenden ijver de mudden stof uit haar beig#
mantel van voorwereldlijk snit, dat deze haai)
ontschoot en beneden in 't gras terecht kwav«
Monsieur lachte, wij lachten en Evojfti
schoot lachend toe om 't kleedfngstuk op
rapen en bracht t toen naar boven, waar dcatf
Emily stampvoetend van drift in 't Engelsdh
te keer ging en riep dat 't een scliónde wa^j
een schènde en dat ze heusch niet voor haaf,
plezier nanr Valence glng.~
Voor wiens plezier dan wél bleef in 't ml#*
den!
„Ma femme est si nerveuse! Elle O* emportê
toujours avant de parlir pour la ville," seï-
monsieur hoofdschuddend maar gelaten fcoti
ons en hij ging kalm voort zijn groenten in té
pakken. Zeker zaten we al vijf minuten irf 4
rijtuig toen madame eindelijk naar benedent
kwam, nu weer hoos omdat ze haar hand*
schoenen niet vinden kon en net wilde ze er
Evodie voor naar de* eetkamer sturen, waar té
natuurlijk op het kastje zouden liggen, toeqi
de verloren schapen tot haar nog grooteré
woede uit haar eigen mantelzak te voorschijn
kwamen.
Bedaard, bedaard, Emily! Wiens schuld 13
't nu als we t® laai komen," durfde monsieur
van den hok af te jedemeesteren, terwijl
de poort uit en den weg opreden.