DE EEMLANDER".
fe Zaterdag 3 juni 1916.
BUITENLAND.
N* 286 Eerste Blad.
Geestelijk ontwaken.
Geschiedenis yan de week.
■-* «faarydiiy.
SFOORTSCK
t*4 A «til MARIE VAN VERSENDAAL.
Hoofdredactie, j Mf D j VAN SCHAARDENBURO.
Uitgevers: VALKHOFF Co.
ABONNEMENTSPRIJS:
Idem franco per post- 1.SO.
Per week (met gratis verzekering togen ongelukkon) - 0.1
Afzonderlijk. nummers 0.O5.
tVek.lgk.oh bijvoegsel -De Hollantltchë Hutsvromc" Vo »«r
redactie van Thérèse Hoven) per '6 mnd. 50 cis.
W.kelrikech bijvoegsel „Pok me mei' per 8 mnd. 40 t..
PRIJS DER ADVERTENTIËN:
Van 1—5 regels.. f 0.5 O.
Elke rogol meer -0.10.
Dienstaanbiedingen 25 cents bjj vooruitbetaling.
Grooto lottors naar plaatsruimte.
Voor handel on bedrijt bestaan zoer voordeolige bopalingon
tot. het horhaald advertoeron in dit Blad, bij abonnoinont.
Eene circulaire, bovattende do voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
t
Onder dezen titel geeft „Nieuw-Neder-
land" een hoofdartikel van de hand van den
heer Hendr. C. Diferee, geschreven naar
aanleiding van de Internationale School
voor Wijsbegeerte te Amersfoort waaruit
wij ons veroorloven het volgende over te
nemen:
Deze geweldige tijd van materieele over-
machts-ontwikkeling, waarin de lijdende en
strijdende Europeesche menschheid met het
doode materiaal wordt vergeleken, materiee
le zorg een groot deel van het menschdom
verstompt en de vèrwoesting van den oorlog
op menig hoogstaand individu "eenzijdig en
geestdoodend werkt, zou men het best kun
nen vergelijken met de groote Napoleonisti-
sche periode van nu honderd jaren terug.
Ook toen was er een tijdperk van voort-
durenden oorlog, waarin het menséhdom
snakte naar vrede; een periode waarin al het
bestaande staatsrechtelijk en economisch uit
zijne voegen werd gerukt; een tijd waarin een
groot deel van het menschdom door leed en
strijd, door een gevoel van nameloos wee,
geestelijk afgestompt en verlaagd werd tot
een willoos rudiment van voorbijgegane
geestelijke en intellectueele hoogheid. Het
intellect, dat van ellende en honger stierf,
had geen weerstandsvermogen of geest
kracht meer; het nachtelijk duister, dat vol
gens" onzen Helmers de toenmalige wereld
met een' zwarten sluier had omhuld, liet het
menschdom als verzonken in een geestdoo-
denden slaap.
Doch plots week de nevel en kwam de da
geraad des geestes wederom gloren: Fichte,
de vervolgde, werd in Berlijn de voorlooper
eener nieuwe sociaal-philosophische school
en ten onzent zag de protestantsche Bilder-
dijk het gloren van een nieuwen dageraad,
zingend van het Holland, dat weêr zou leven
en streven, groeien en bloeien als herstel
den Staat, waarin ook het geestelijk- en in
tellectueel welzijn naast materieele en eco
nomische welvaart zou wederkeeren.
Nu hebben we in de periode, welke -wij
doorleven, stellig geen ziener en zanger als
Biiderdijk.
De dichtkunst is een amusement voor een
fabaret geworden; slechts het proza weet
over het algemeen nog toonen aan de
harten te ontlokken die gevoelens opwek
ken van een noodwendig verinnigd geeste
lijk leven, waaruit een nieuw staatkundig- en
ecpnomisch leven langs nieuwe banen kan
opbloeien. Maar dat het proza dit kan en tal
van mannen en vrouwen medewerken om
juist in dezen ernstigen tiid dat nieuwe le
ven voor te bereiden, is'een teeken, dat ook
uit den huidigen baaierd nog iets groots en
wat goeds kan worden geboren. En dat zoo
wel protestantsche mannen en vrouwen van
allerlei richting en kleur, van zoo verschil
lenden stand en zulk een onderscheiden be
roep, daaraan gaan medewerken, is een be
wijs dat ook het nationaal-protestantisme ten
onzent nog een levende kracht is, die zoo
wel op het eigen volksleven als op het in
ternationale leven der volkeren nog ten goe
de kan werken.
Wie daarvan overtuigd wil worden, ik
noem slechts één voorbeeld uit vele, ne
me eens de inleidende circulaire voor de
stichting van de Internationale School voor
Wijsbegeerte^ te Amersfoort ter hand. Deze
school stelt zich ten doel „een uitgebreide
opleiding te geven in de kennis der wereld
godsdiensten en -literatuur, terwijl tevens
een nauwer verband zal worden gelegd tus-
schen wijsbegeerte en de onderscheiden tak
ken van wetenschap en kunst dan bij eenzij-
d:ge vakopleiding het geval kan zijn. Ook
voor de philosophie^der taal zal de hooge-
school de rechte plaats zijn. Zij zal dus niet
«Heen kunnen worden bezocht door studen
ten, maar evenzèer door wetenschapsman-
ren, die verdieping zoeken van hun inzicht,
*c!s na-opleiding, en in 't algemeen door
i dereen, die streeft naar verdieping zijner
1 mensbeschouwing."
Vervolgens geeft de schrijver eenige op
merkingen over formuleering en inhoud de-
121 circulaire. Zoo zal, wat b.v. in het inlei
dend prospectus werd verzuimd op te mer
ken, ter dege de aandacht moeten worden
gevestigd op de wisselwerking van geeste
lijke- en economische stroomingen en de
Hoogeschool niet moeten ontaarden in een
richting waar te hooi en te gras allerlei phi-
losophische stelsels door elkander worden
gedoceerd of in een philosophisch-theologi-
sche school van verschillende kerkelijke
richtingen.
Doch we schrijven een inleidend artikel en
geen kritiek. En dan vind ik het gelukkig,
dat predikanten van onderscheidene kerke
lijke richtingen hier met geleerde professo
ren van onderscheidene wetenschappen,
hoogstaande industrioelen en handelsman
nen adellijke en onadellijke, meer of min
de: deftige particulieren, ja, ook enkele
volksmenschen, hier een terrein tot samen
werking voor een hoog ideaal hebben gevon
den dat aan de verdieping van ons volksle
ven ten goede kan komen en de geestelijke
kracht van ons volk blijvend zal kunnen ver
heffen.
Zaterdag 27 Mei.
Generaal Galliéni overleden.
De Amerikaansche. nota protesteert tegen
't in beslag nemen der mails door Enge
land.
Stoomschip Hercules in den grond ge
boord.
De Oostenrijkers nemen het pantserfort
Casa Ratti en dringen door tot op de
Cima praora.
De Bulgaren trekken over de Grieksche
grens en bezetten het fort Rupel.
Zondag 28 Mei.
Gevechten ten Westen van de Maas.
De Oostenrijkers vorderen in Italië tot het
Lagarina<lal..
Maandag 29 Mei.
Artillerie-gevechten op den rechter Maas
oever.
De Russen trekken troepen samen in Bes-
sarabië.
In Mesopotamië vorderen de Russen.
Dinsdag 30 Mei.
Artillerie-gevechten aan de Maas en in
het Lagarina-dal.
De auto van Z. K. H. Prins Hendrik aan
gereden.
Hevige beschieting in de streek van den
Mort Homme en Cumières. Het Engelsche
stoomschip Southgarth gezonken.
Woensdag 31 Mei.
De Iersohe partijen treffen een schikking.
Hevige gevechten op de linker Maas
oever.
De Oostenrijkers nemen Arsiago.
De Italianen schieten in de Adriatische
Zee een Oostenrijksch Zeevliegtuig neer.
Zeeslag bij het Skagerok.
Donderdag 1 Juni.
Hevig bombardement op den linker Maas
oever. Aanval van de Duitschers op de Oos
telijke hellingen van den Mort Homme afge
slagen.
Artillerie-gevechten op het Oostelijk ge
vechtsterrein en in het Lagarina-dal. Oos
tenrijksche aanvallen door de Italianen af
geslagen.
Uitvaart van Generaal Galliéni.
V r ij d a g 2 Juni.
De stoomschepen Baron Tweedmouth en
Julia Park in den grond geboord.
Gevechten aan het Engelsche front en in
Argonne.
Politiek Overzicht
De wereldsts-ijd aan do grens
van Oostenrijk en Italië.
Het Oostenrijksche offensief in de grens
streek van Zuid-Tirol heeft met de verove
ring van de beide hoofdpunten der Italiaan-
sche verdedigingslinie, Arsiero en Asiago,
zijn aanvankelijk doel bereikt. Den 15en Mei
liep de lijn, die de beide partijen scheidt,
dicht ten zuiden van Rovereto in een boog
naar het noordoosten, ten zuiden van de
sperversterkingen van Vielgereuth en La-
frauii naar Borgo in het Suganodal. Dicht aan
de grens, op Italiaansch gebied, liggen de
Italiaansche werken, die de eerste hoofdver
dedigingslinie vormden en die worden aan
geduid door de namen Monte Pasubio, Cam-
pomolon, Campolongo en Monte Verena.
Toen die linie genomen was, waren de dalen
van de Posina, de Astach en de Assa de
wegen om vooruit te rukken tegen de sper
werken van Arsiero en Asiago. Nu zijn die
ook in Oostenrijksche handen.
Dat is verricht in veertien dagen tijds. Het
Italiaansche veldleger is teruggeslagen met
een verlies aan gevangenen van ruim
31,000 man, waaronder 744 officieren, en
van 313 kanonnen, die in <3e bergstellingen
den aanval van de Oostenrijkers moesten
tegenhouden en die nu door de overwin
naars tegen de aftrekkende Italianen kunnen
worden gekeerd. Dat beteekent, dat de gor
del van de laatste permanente versterkingen,
die tot bescherming van de vlakte van Lom-
bardije en Venetië moest dienen, is door
gebroken. De laatste slagboom, die het neer
dalen van de Oostenrijkers in de vlakte kon
tegenhouden, is gevallen.
Wat is nu verder te verwachten op dit
plotseling van groote waarde geworden oor-
logstooneel? De gedachten gaan onwiltekeu-
ricr ?ijftifir iaren term*, tot het iaar 1866.
toen ook in de Venetiatfnsche vlakte de Oos
tenrijkers en de Italianen hunne krachten
met elkaar maten. Den 24en Juni 1866 be
vocht aartshertog Albrecht van Oostenrijk
met 75,000 man eene schitterende over
winning over 130,000 Italianen onder ko
ning Victor Emanuel. Zullen wij thans van
een nieuwen strijd tuSschen de beide oude
tegenstanders getuigen zijn, waarin de aarts
hertogen Karei Frans Jozef, de troonsopvol-
ger, en Eugenius, zullen streven naar de
lauweren, een halve eeuw geleden door hun
voorzaat behaald? Met spanning wacht men
af, hoe het Oostenrijksche offensief zich ver
der zal ontwikkelen.
Maar niet alleen uit een militair oogpunt
is de ontwikkeling van de gebeurtenissen op
dat tooneel van den wereldstrijd van ge
wicht. Wat kart op anjler gebied uit dit suc
ces voortkomen? Hie|op zinspeelt de Neue
Freie Presse, waar zischrijft:
„De Aanwijzingen yan eene krisis begin
nen reeds merkbaar te worden en de naam
van Giolitti, die een ^tegenstander van den
oorlog was, komt weer op. Toen hij door den
koning ontvangen werd en hem voor de ver
klaring van den oorlog gewaarschuwd had,
werd hij met den dood bedreigd. Nu kon
digt hij aan, dat hij in het parlement zal ver
schijnen en aan de zitting van Juni zal deel
nemen. In de over den oorlog bekend ge
maakte diplomatieke berichten komt een
stuk voor, waarin ven een gesprek van de
Italiaansche ministers met den Duitschen
ambassadeur verslag wordt gegeven. Salan-
dra en Sonnino zeiden hem met aanmati
ging, dat zij aan het weerstandsvermogen
van de monarchie in een grooten oorlog
twijfelden. Deze meening bevestigt de juist
heid van het verwijt, dat de oppositie in de
Italiaansche Kumer tegen het ministerie
richt. Het volk is misleid geworden door de
hoop op een korten oorlog met gemakkelijke
overwinningen. •Ook^-in. de omgeving van
den chef van den grneralen staf Cadorna
heeft men dat geloofd. Hij zelf wilde, door
zijne troepen bijeen te houden en door zijn
verzet tegen elke versnippering de mogelijk
heid in handen hebben om in krachtige sla
gen een vijand, dien hij voor weerloos hield,
te verpletteren. Later is het inzicht gekomen.
Na de slagen aan de Isonzo, na dezen epos
aan dapperheid en zelfopoffering, verklaarde
generaal Cadorna in Parijs, dat hij voor de
eenheid van het front niets kon opofferen.
Een enkel gat in zijn eigen front zou Italië
in gevaar brengen. Destijds werd hem vrees
voor spoken verweten en hij had onder den
geesel van de gezanten Barrère en Rennell
Rodd slechte tijden. Maar de vrees was ge
grond. In den keten van versterkingen tus-
schen Arsiero en Asiago is het gat geslagen.
De overwinningen van het Oostenrijksch-
Hongaarsche leger aan de grens van Italië
zijn voor de ontwikkeling van de toekomst
van de allergrootste beteekenis. Reeds hier
om, omdat het aanzien van de monarchie
in de gansche wereld door de militaire ver
richtingen, die vriend en vi|and moet be
wonderen, buitengewoon versterkt wordt.
Ook hierom, omdat de eene bondgenoot van
Engeland na den ander de ondervinding op
doet, dat in de uren van beslissing ieder
van hen slechts op eigen kracht is aange-
wc- alleen s'~at en valt. Wat
een aanschouwelijk onderwijs over de nut
tigheid en noodzakelijkheid van den drie
bond voor de Italianen is de loop van dezen
oorlogf Nu zien zij het gezicht van Europa
en hun eigen gezicht na het verval van de
tot bescherming van den vrede door de cen
trale mogendheden gedurende tientallen van
jaren gehandhaafde politiekHet zedelij
ke verraad was tegelijk eene politieke dwa
ling. Voor Arsiero en Asiago worden onaf
wendbare gebe' vo1 hokken."
Oe ooHotf.
Londen, 2 Ju iri. (R.) De admiraliteit
bericht, dat in den namiddag van 31 Mei
een zeegevecht bij de kust van Jutland heeft
plaats gehad. De Engelsche schepen, die
den hevigsten aanval te verduren hadden,
waren een slagkruisersvloot, eenige kruisers
en lichte kruisers, gesteund door vier snel
varende slagschepen. Onder deze zijn de
verliezen zeer zwaar.
De Duitsche slagvloot vermeed een lang-
durigen strijd met onze hoofdmacht. Spoe
dig nadat die op het terrein van den strijd
verscheen, keerde de Duitsche vloot naar
hare havens terug, doch niet dan nadat zij
door onze slagschepen ernstig beschadigd
was.
De slagkruisers Queen Mary, Indefatiga
ble en Invincible, en de kruisers Defence
en Black Prince zijn gezonken. De Warrior,
die buiten gevecht was gesteld, werd eerst
gesleept, doch moest later door de beman
ning verlaten worden.
Het is verder bekend, dat de toroedoiagers
Tipperary, Turbulent, Fortune, Sparrowhawk
en Ardent verloren ziin gegaan, terwijl om
trent zes anderen nog geen berichten zijn
ingekomen. Er zijn geene slagschepen of
lichte kruisers gezonken.
De verliezen ven den vijand zijn ernstig.
Er is minstens één slagkruiser vernield en
één ernstig beschadigd. Volgens ingekomen
berichten is gedurende den nacht een slag
schip door onze torpedojagers tot zinken
gebracht. Twee lichte kruisers ziin buiten
gevecht gesteld en waarschijnlijk gezonken.
Het aantal der vijandelijke torpedojagers,
die gedurende den strijd buiten gevecht
werden gesteld, is nog niet bekend, maar
moet zeker groot zijn.
B e r 1 ij n 2 Juni. (W. B.) De directeur
van het rijksmarinedepartement schout-bij
nacht Hebbinghaus zegt in den rijksdag:
Volgens de tot dusver ontvangen berichten
stond onze geheele hoogzeevloot, onder
aanvoering van den vlootbevelhebber vice-
admiraal Scheer, in den namiddag van 31
Mei tegenover de geheele Engelsche slag-
vloot van minstens 34 moderne groote
strijdschepen. De strijd duurde tot negtn uur
des avonds. Daarna speelden zich des nachts
eene reeks wederzijdsche aanvallen van
kruisers en torpedobooten af. De uitkomst
van deze samenhangende strijdhandelingen
is een verblijdend en belangrijk succes van
onze strijdki achten tegenover den veel ster
keren tegenstander.
De zekere verliezen van den vijand, ten
deele door Engelsche gevangenen beves
tigd, zijn: het linieschip Warspite van
28.000 ton dat eerst in het vorige jaar ge
reed is gekomen. De slagkruisers Queen
Mary en Indefatigable van respectievelijk
30.000 en 18.000 ton, twee pantserkrui
sers van de Achillesklasse elk van 13.750
ton, een kleine kruiser van 5000 ton, drie
torpedoleidersschepen elk ven 2000 ton, 9
90 torpedojagers, waarvan 6 door het
linieschip Westfalen in den grond gescho
ten werden, er een duikboot
Aan onze zijde zonken het linieschip Pom-
mern van 13.200 ton door een torpedotref
fer en de kleine kruiser Wiesbaden van
5000 ton door artillerievuur. Vermist worden
de kleine kruiser Frauenlob en eenige tor
pedobooten. Van onze averijen en persoon
lijke verliezen zijn nog geene afdoende be
richten ontvangen. Het spreekt van zelf, dat
ook een deel van onze schepen belangrijk
beschadigd is. De hoofdbestanddelen van
de vloot keerden in de havens terug; het
personeel en het materieel beatwoordden
schitterend aan de verwachtingen. De stem
ming is .uitmuntend. (Luide en langdurige
bijvalbetuigingen).
Kopenhagen, 2 Juni. (W. B.) Poli
tiken publiceert een reeks bijzonderheden
over de Duitsche zeeoverwinning van
Woensdag en verklaart, dat het niet een
eenvoGdig gevecht geweest is, maar de
grootste zeeslag der wereldgeschiedenis.
De bemanning van het Deensche stoom
schip Fjord, dat Donderdag te Frederiksha-
ven aankwam, deelt volgens Poli liken het
volgende mede: Zij was op de Noordzee
getuige van een gevecht tusschen Duitsche
en Engelsche oorlogsschepen. Het stoom
schip Fjord werd Woensdagmiddag om vier
uur op 30 a 35 mijl afstand van Eianstohlm
door twee Engelsche torpedobooten aange
houden. De stuurman van het stoomschip
begaf zich met de scheepspapieren aan
boord van een dezer. Tegelijkertijd dook
aan den horizont de sterke Duitsche oor
logsvloot op. De Engelsche torpedobooten
maakten zich gereed voor den strijd, terwijl
de Deensche stuurman naar zijn schip terug
keerde.
De Duitsche vloot, die de Engelschen
thans ontdekten, naderde met volle kracht.
Zij bestond uit vijf linieschepen, verschei
dene kruisers en twintig torpedobooten.
Het was een imponeerend gezicht.
De Duitsche schepen openden een hevig
vuur op de Engelsche, die in volle vaart
naar het Noorden terugstoomden, vervolgd
en beschoten door de Duitsche vloot. Het
geschut zweeg een tijd lang, doch begon na
vijf uur met hernieuwde hevigheid en werd
tot negen uur gehoord.
Bij Skagen trof de Fjord twee Zeppelins,
die in volle vaart naar het strijdtooneel gin
gen-
Naar Politiken uit Christiania verneemt,
deelden de kapitein en stuurman van het
gisteren te Stavonger binnengeloopen
Noorsch stoomschip Ulrikka het volgende
mede: Toen de Ulrikka zich Woensdagmid
dag tusschen vijf en zes uur op 56.50 gr.
N.B. en 1.10 gr. O.L. bevond, werd plotse
ling kanongebulder gehoord, dat tot zeven
uur in hevigheid toenam. Na acht uur werd
f«n boord niets meer vernomen. Daaren-
ten gehoord tot tien uur 's avonds. Het s hip
moest in Noordelijke richting koersen om
niet tusschen de strijdenden te geroken,
's Morgens werd op het stoomschip waar
genomen, dat twee Engelsche kruiser, al
vurend met zwaar en licht geschut, in Zuid
oostelijke richting stoomden. De strijdende
schepen voeren met enorme snelheid.
Volgens de berichten, kan men nagaan,
dat de zeeslag op 20 zeemijlen ten Zuid
westen van Stavanger heeft plaats gehad.
B e r 1 ij n, 2 Juni. (W. B.) Officieel bo.
richt.
Het oppercommando heeft, naar aanlei
ding van den zegevierenden zeeslag in het
Skogerrak bevolen, dat de openbare gebou
wen moeten vlaggen en dat de scholen mor
gen vacantie hebben.
Dresden, 2 Juni. (W. B.) De koning
van Saksen zond een telegram naar aanlei
ding van de tijding van den zeeslag, waarin
hij zegt: „Dit is een van de schoonste da
gen in dezen ernstigen tijd voor ons vader
land. Onze vloot toonde zich geheel gelijk
waardig met het landleger."
Dresden, 2 Juni. (W. B.) Op bevel
van den koning hebben morgen in alle scho
len van het land schoolfeesten plaats om te
wijzen op de groote beteekenis vnn deze
overwinning en de groote verdiensten ^an
den keizer en van de Duitsche vloot. Den
verderen dag hebben de scholen vacantie.
Budapest, 2 Juni. (W. B.) Het be
richt van de schitterende overwinning der
Duitsche hoogzeevloot werd in een laat
nachtelijk uur bekend en verwekte overal,
waar de tijding van deze prachtige oorlogs
daad werd ontvangen, geestdriftige blijd
schap. De dagbladen doen de materieele ei\
moreele uitwerking van den roemvollen
zeeslag uitkomen en spreken hunne bewon
dering uit over de prachtige veerkracht
en den onbuigzamen wil om te overwinnen
van de Duitsche zeemacht.
Konstantinopel, 2 Juni. (W. B.)
De sultan liet door zijn eerste adjudant den
Duitschen ambassadeur zijne geluk wenschen
aanbieden met de Duitsche zee-overwin-
ning.
Par ij s, 2 Juni. (Havas).. Namiddag-
communiqué.
In de Argonne was een gevecht met gra
naten in den sector Beauquois—Courte-
dhaussée en Fille-morte. De Franschen lie
ten verscheidene mijnen springen, die Duit
sche werken onder den grond beschadigden.
Aan den linker Maasoever stelde een
tegenaanval de Frar.sche troepen in staat
staat een honderdtal Meters vooruit te ko
men in de gangen van het bosch van Cau-
rette. Tusschen dat punt en het dorp Cu
mières kon een Duitsche aanval, door het
Fransche spervuur tegengehouden, niet uit
komen.
Aan den rerhter-oever gir.g de slag gister
over dag en in den nacht voort met de uiter
ste hardnekkigheid op het geheele front hof
stede ThiaucourtVaux. Naar het oosten
heeft hij zich uitgebreid tot voorbij het fort
•Vaux tot Damloup. In de streek Thiaumont—
Douaumont werden Duitsche aanvallen afge
slagen door ons vuur en tegenaanvallen. Ten
zuidoosten van het fort Douaumont konden
de Duitschers dringen in het gedeelte ten
zuiden van het Caillettebosch en in de
streek ten zuiden van den vijver van Vaux.
Aan den Franschen rechtervleugel braken
alle op de streek Vaux—Damloup gerichte
aanvallen op den tegenstand van de Fran
schen, die aan de Duitschers zware verlie
zen toebrachten. In den loop van deze ge
vechten bereikte de artilleriestrijd eene bui
tengewone en aanhoudende hevigheid op
hét geheele aanvalsfront.
Gisteren leverden Fransche luchteskaders
een gevecht tegen een groep vliegtuigen,
die Bar le Due had gebombardeerd; zij nood
zaakte de tweede groep Duitsche toestellen
zich te verstrooien. Een Duitsch vliegtuig
is neergeveld bij Etoin. Een Fokker moest
neerdalen bij Boucomville.
Op de Engelsche en Belgische fronten
was het artillerieduel bijzonder hevig bij den
kam van Vimy.
Avond-communiqué.
Links van de Maas waren de beide artil
lerieën zeer actief in den sector van boogte
304 en tusschen den Mort-homme en de
Maas.
Aan den rechter Maasoever beproefden
de Duitschers tusschen den vijver van Vaux
en het dorp Damloup aanvallen, die den ge-
heelen dag voortgingen. Voortdurend volg
den aanvallen van compacte massa's elkaar
op; maar de prachtige tegenstand van onza
troepen behield de bovenhand. Ten westen
van het fort Vaux verhoedden onze tegen*
aanvallen, die iederen Duitschen aanval be*
tegen werd aan de Noorsche kust het schle- antwoordden, eiken vooruitgang van den