DE EEMLANDER". fe Zaterdag 3 juni 1916. BUITENLAND. N* 286 Eerste Blad. Geestelijk ontwaken. Geschiedenis yan de week. ■-* «faarydiiy. SFOORTSCK t*4 A «til MARIE VAN VERSENDAAL. Hoofdredactie, j Mf D j VAN SCHAARDENBURO. Uitgevers: VALKHOFF Co. ABONNEMENTSPRIJS: Idem franco per post- 1.SO. Per week (met gratis verzekering togen ongelukkon) - 0.1 Afzonderlijk. nummers 0.O5. tVek.lgk.oh bijvoegsel -De Hollantltchë Hutsvromc" Vo »«r redactie van Thérèse Hoven) per '6 mnd. 50 cis. W.kelrikech bijvoegsel „Pok me mei' per 8 mnd. 40 t.. PRIJS DER ADVERTENTIËN: Van 1—5 regels.. f 0.5 O. Elke rogol meer -0.10. Dienstaanbiedingen 25 cents bjj vooruitbetaling. Grooto lottors naar plaatsruimte. Voor handel on bedrijt bestaan zoer voordeolige bopalingon tot. het horhaald advertoeron in dit Blad, bij abonnoinont. Eene circulaire, bovattende do voorwaarden, wordt op aanvraag toegezonden. Bureau: UTRECHTSCHESTRAAT 1. Intercomm. Telefoonnummer 66. t Onder dezen titel geeft „Nieuw-Neder- land" een hoofdartikel van de hand van den heer Hendr. C. Diferee, geschreven naar aanleiding van de Internationale School voor Wijsbegeerte te Amersfoort waaruit wij ons veroorloven het volgende over te nemen: Deze geweldige tijd van materieele over- machts-ontwikkeling, waarin de lijdende en strijdende Europeesche menschheid met het doode materiaal wordt vergeleken, materiee le zorg een groot deel van het menschdom verstompt en de vèrwoesting van den oorlog op menig hoogstaand individu "eenzijdig en geestdoodend werkt, zou men het best kun nen vergelijken met de groote Napoleonisti- sche periode van nu honderd jaren terug. Ook toen was er een tijdperk van voort- durenden oorlog, waarin het menséhdom snakte naar vrede; een periode waarin al het bestaande staatsrechtelijk en economisch uit zijne voegen werd gerukt; een tijd waarin een groot deel van het menschdom door leed en strijd, door een gevoel van nameloos wee, geestelijk afgestompt en verlaagd werd tot een willoos rudiment van voorbijgegane geestelijke en intellectueele hoogheid. Het intellect, dat van ellende en honger stierf, had geen weerstandsvermogen of geest kracht meer; het nachtelijk duister, dat vol gens" onzen Helmers de toenmalige wereld met een' zwarten sluier had omhuld, liet het menschdom als verzonken in een geestdoo- denden slaap. Doch plots week de nevel en kwam de da geraad des geestes wederom gloren: Fichte, de vervolgde, werd in Berlijn de voorlooper eener nieuwe sociaal-philosophische school en ten onzent zag de protestantsche Bilder- dijk het gloren van een nieuwen dageraad, zingend van het Holland, dat weêr zou leven en streven, groeien en bloeien als herstel den Staat, waarin ook het geestelijk- en in tellectueel welzijn naast materieele en eco nomische welvaart zou wederkeeren. Nu hebben we in de periode, welke -wij doorleven, stellig geen ziener en zanger als Biiderdijk. De dichtkunst is een amusement voor een fabaret geworden; slechts het proza weet over het algemeen nog toonen aan de harten te ontlokken die gevoelens opwek ken van een noodwendig verinnigd geeste lijk leven, waaruit een nieuw staatkundig- en ecpnomisch leven langs nieuwe banen kan opbloeien. Maar dat het proza dit kan en tal van mannen en vrouwen medewerken om juist in dezen ernstigen tiid dat nieuwe le ven voor te bereiden, is'een teeken, dat ook uit den huidigen baaierd nog iets groots en wat goeds kan worden geboren. En dat zoo wel protestantsche mannen en vrouwen van allerlei richting en kleur, van zoo verschil lenden stand en zulk een onderscheiden be roep, daaraan gaan medewerken, is een be wijs dat ook het nationaal-protestantisme ten onzent nog een levende kracht is, die zoo wel op het eigen volksleven als op het in ternationale leven der volkeren nog ten goe de kan werken. Wie daarvan overtuigd wil worden, ik noem slechts één voorbeeld uit vele, ne me eens de inleidende circulaire voor de stichting van de Internationale School voor Wijsbegeerte^ te Amersfoort ter hand. Deze school stelt zich ten doel „een uitgebreide opleiding te geven in de kennis der wereld godsdiensten en -literatuur, terwijl tevens een nauwer verband zal worden gelegd tus- schen wijsbegeerte en de onderscheiden tak ken van wetenschap en kunst dan bij eenzij- d:ge vakopleiding het geval kan zijn. Ook voor de philosophie^der taal zal de hooge- school de rechte plaats zijn. Zij zal dus niet «Heen kunnen worden bezocht door studen ten, maar evenzèer door wetenschapsman- ren, die verdieping zoeken van hun inzicht, *c!s na-opleiding, en in 't algemeen door i dereen, die streeft naar verdieping zijner 1 mensbeschouwing." Vervolgens geeft de schrijver eenige op merkingen over formuleering en inhoud de- 121 circulaire. Zoo zal, wat b.v. in het inlei dend prospectus werd verzuimd op te mer ken, ter dege de aandacht moeten worden gevestigd op de wisselwerking van geeste lijke- en economische stroomingen en de Hoogeschool niet moeten ontaarden in een richting waar te hooi en te gras allerlei phi- losophische stelsels door elkander worden gedoceerd of in een philosophisch-theologi- sche school van verschillende kerkelijke richtingen. Doch we schrijven een inleidend artikel en geen kritiek. En dan vind ik het gelukkig, dat predikanten van onderscheidene kerke lijke richtingen hier met geleerde professo ren van onderscheidene wetenschappen, hoogstaande industrioelen en handelsman nen adellijke en onadellijke, meer of min de: deftige particulieren, ja, ook enkele volksmenschen, hier een terrein tot samen werking voor een hoog ideaal hebben gevon den dat aan de verdieping van ons volksle ven ten goede kan komen en de geestelijke kracht van ons volk blijvend zal kunnen ver heffen. Zaterdag 27 Mei. Generaal Galliéni overleden. De Amerikaansche. nota protesteert tegen 't in beslag nemen der mails door Enge land. Stoomschip Hercules in den grond ge boord. De Oostenrijkers nemen het pantserfort Casa Ratti en dringen door tot op de Cima praora. De Bulgaren trekken over de Grieksche grens en bezetten het fort Rupel. Zondag 28 Mei. Gevechten ten Westen van de Maas. De Oostenrijkers vorderen in Italië tot het Lagarina<lal.. Maandag 29 Mei. Artillerie-gevechten op den rechter Maas oever. De Russen trekken troepen samen in Bes- sarabië. In Mesopotamië vorderen de Russen. Dinsdag 30 Mei. Artillerie-gevechten aan de Maas en in het Lagarina-dal. De auto van Z. K. H. Prins Hendrik aan gereden. Hevige beschieting in de streek van den Mort Homme en Cumières. Het Engelsche stoomschip Southgarth gezonken. Woensdag 31 Mei. De Iersohe partijen treffen een schikking. Hevige gevechten op de linker Maas oever. De Oostenrijkers nemen Arsiago. De Italianen schieten in de Adriatische Zee een Oostenrijksch Zeevliegtuig neer. Zeeslag bij het Skagerok. Donderdag 1 Juni. Hevig bombardement op den linker Maas oever. Aanval van de Duitschers op de Oos telijke hellingen van den Mort Homme afge slagen. Artillerie-gevechten op het Oostelijk ge vechtsterrein en in het Lagarina-dal. Oos tenrijksche aanvallen door de Italianen af geslagen. Uitvaart van Generaal Galliéni. V r ij d a g 2 Juni. De stoomschepen Baron Tweedmouth en Julia Park in den grond geboord. Gevechten aan het Engelsche front en in Argonne. Politiek Overzicht De wereldsts-ijd aan do grens van Oostenrijk en Italië. Het Oostenrijksche offensief in de grens streek van Zuid-Tirol heeft met de verove ring van de beide hoofdpunten der Italiaan- sche verdedigingslinie, Arsiero en Asiago, zijn aanvankelijk doel bereikt. Den 15en Mei liep de lijn, die de beide partijen scheidt, dicht ten zuiden van Rovereto in een boog naar het noordoosten, ten zuiden van de sperversterkingen van Vielgereuth en La- frauii naar Borgo in het Suganodal. Dicht aan de grens, op Italiaansch gebied, liggen de Italiaansche werken, die de eerste hoofdver dedigingslinie vormden en die worden aan geduid door de namen Monte Pasubio, Cam- pomolon, Campolongo en Monte Verena. Toen die linie genomen was, waren de dalen van de Posina, de Astach en de Assa de wegen om vooruit te rukken tegen de sper werken van Arsiero en Asiago. Nu zijn die ook in Oostenrijksche handen. Dat is verricht in veertien dagen tijds. Het Italiaansche veldleger is teruggeslagen met een verlies aan gevangenen van ruim 31,000 man, waaronder 744 officieren, en van 313 kanonnen, die in <3e bergstellingen den aanval van de Oostenrijkers moesten tegenhouden en die nu door de overwin naars tegen de aftrekkende Italianen kunnen worden gekeerd. Dat beteekent, dat de gor del van de laatste permanente versterkingen, die tot bescherming van de vlakte van Lom- bardije en Venetië moest dienen, is door gebroken. De laatste slagboom, die het neer dalen van de Oostenrijkers in de vlakte kon tegenhouden, is gevallen. Wat is nu verder te verwachten op dit plotseling van groote waarde geworden oor- logstooneel? De gedachten gaan onwiltekeu- ricr ?ijftifir iaren term*, tot het iaar 1866. toen ook in de Venetiatfnsche vlakte de Oos tenrijkers en de Italianen hunne krachten met elkaar maten. Den 24en Juni 1866 be vocht aartshertog Albrecht van Oostenrijk met 75,000 man eene schitterende over winning over 130,000 Italianen onder ko ning Victor Emanuel. Zullen wij thans van een nieuwen strijd tuSschen de beide oude tegenstanders getuigen zijn, waarin de aarts hertogen Karei Frans Jozef, de troonsopvol- ger, en Eugenius, zullen streven naar de lauweren, een halve eeuw geleden door hun voorzaat behaald? Met spanning wacht men af, hoe het Oostenrijksche offensief zich ver der zal ontwikkelen. Maar niet alleen uit een militair oogpunt is de ontwikkeling van de gebeurtenissen op dat tooneel van den wereldstrijd van ge wicht. Wat kart op anjler gebied uit dit suc ces voortkomen? Hie|op zinspeelt de Neue Freie Presse, waar zischrijft: „De Aanwijzingen yan eene krisis begin nen reeds merkbaar te worden en de naam van Giolitti, die een ^tegenstander van den oorlog was, komt weer op. Toen hij door den koning ontvangen werd en hem voor de ver klaring van den oorlog gewaarschuwd had, werd hij met den dood bedreigd. Nu kon digt hij aan, dat hij in het parlement zal ver schijnen en aan de zitting van Juni zal deel nemen. In de over den oorlog bekend ge maakte diplomatieke berichten komt een stuk voor, waarin ven een gesprek van de Italiaansche ministers met den Duitschen ambassadeur verslag wordt gegeven. Salan- dra en Sonnino zeiden hem met aanmati ging, dat zij aan het weerstandsvermogen van de monarchie in een grooten oorlog twijfelden. Deze meening bevestigt de juist heid van het verwijt, dat de oppositie in de Italiaansche Kumer tegen het ministerie richt. Het volk is misleid geworden door de hoop op een korten oorlog met gemakkelijke overwinningen. •Ook^-in. de omgeving van den chef van den grneralen staf Cadorna heeft men dat geloofd. Hij zelf wilde, door zijne troepen bijeen te houden en door zijn verzet tegen elke versnippering de mogelijk heid in handen hebben om in krachtige sla gen een vijand, dien hij voor weerloos hield, te verpletteren. Later is het inzicht gekomen. Na de slagen aan de Isonzo, na dezen epos aan dapperheid en zelfopoffering, verklaarde generaal Cadorna in Parijs, dat hij voor de eenheid van het front niets kon opofferen. Een enkel gat in zijn eigen front zou Italië in gevaar brengen. Destijds werd hem vrees voor spoken verweten en hij had onder den geesel van de gezanten Barrère en Rennell Rodd slechte tijden. Maar de vrees was ge grond. In den keten van versterkingen tus- schen Arsiero en Asiago is het gat geslagen. De overwinningen van het Oostenrijksch- Hongaarsche leger aan de grens van Italië zijn voor de ontwikkeling van de toekomst van de allergrootste beteekenis. Reeds hier om, omdat het aanzien van de monarchie in de gansche wereld door de militaire ver richtingen, die vriend en vi|and moet be wonderen, buitengewoon versterkt wordt. Ook hierom, omdat de eene bondgenoot van Engeland na den ander de ondervinding op doet, dat in de uren van beslissing ieder van hen slechts op eigen kracht is aange- wc- alleen s'~at en valt. Wat een aanschouwelijk onderwijs over de nut tigheid en noodzakelijkheid van den drie bond voor de Italianen is de loop van dezen oorlogf Nu zien zij het gezicht van Europa en hun eigen gezicht na het verval van de tot bescherming van den vrede door de cen trale mogendheden gedurende tientallen van jaren gehandhaafde politiekHet zedelij ke verraad was tegelijk eene politieke dwa ling. Voor Arsiero en Asiago worden onaf wendbare gebe' vo1 hokken." Oe ooHotf. Londen, 2 Ju iri. (R.) De admiraliteit bericht, dat in den namiddag van 31 Mei een zeegevecht bij de kust van Jutland heeft plaats gehad. De Engelsche schepen, die den hevigsten aanval te verduren hadden, waren een slagkruisersvloot, eenige kruisers en lichte kruisers, gesteund door vier snel varende slagschepen. Onder deze zijn de verliezen zeer zwaar. De Duitsche slagvloot vermeed een lang- durigen strijd met onze hoofdmacht. Spoe dig nadat die op het terrein van den strijd verscheen, keerde de Duitsche vloot naar hare havens terug, doch niet dan nadat zij door onze slagschepen ernstig beschadigd was. De slagkruisers Queen Mary, Indefatiga ble en Invincible, en de kruisers Defence en Black Prince zijn gezonken. De Warrior, die buiten gevecht was gesteld, werd eerst gesleept, doch moest later door de beman ning verlaten worden. Het is verder bekend, dat de toroedoiagers Tipperary, Turbulent, Fortune, Sparrowhawk en Ardent verloren ziin gegaan, terwijl om trent zes anderen nog geen berichten zijn ingekomen. Er zijn geene slagschepen of lichte kruisers gezonken. De verliezen ven den vijand zijn ernstig. Er is minstens één slagkruiser vernield en één ernstig beschadigd. Volgens ingekomen berichten is gedurende den nacht een slag schip door onze torpedojagers tot zinken gebracht. Twee lichte kruisers ziin buiten gevecht gesteld en waarschijnlijk gezonken. Het aantal der vijandelijke torpedojagers, die gedurende den strijd buiten gevecht werden gesteld, is nog niet bekend, maar moet zeker groot zijn. B e r 1 ij n 2 Juni. (W. B.) De directeur van het rijksmarinedepartement schout-bij nacht Hebbinghaus zegt in den rijksdag: Volgens de tot dusver ontvangen berichten stond onze geheele hoogzeevloot, onder aanvoering van den vlootbevelhebber vice- admiraal Scheer, in den namiddag van 31 Mei tegenover de geheele Engelsche slag- vloot van minstens 34 moderne groote strijdschepen. De strijd duurde tot negtn uur des avonds. Daarna speelden zich des nachts eene reeks wederzijdsche aanvallen van kruisers en torpedobooten af. De uitkomst van deze samenhangende strijdhandelingen is een verblijdend en belangrijk succes van onze strijdki achten tegenover den veel ster keren tegenstander. De zekere verliezen van den vijand, ten deele door Engelsche gevangenen beves tigd, zijn: het linieschip Warspite van 28.000 ton dat eerst in het vorige jaar ge reed is gekomen. De slagkruisers Queen Mary en Indefatigable van respectievelijk 30.000 en 18.000 ton, twee pantserkrui sers van de Achillesklasse elk van 13.750 ton, een kleine kruiser van 5000 ton, drie torpedoleidersschepen elk ven 2000 ton, 9 90 torpedojagers, waarvan 6 door het linieschip Westfalen in den grond gescho ten werden, er een duikboot Aan onze zijde zonken het linieschip Pom- mern van 13.200 ton door een torpedotref fer en de kleine kruiser Wiesbaden van 5000 ton door artillerievuur. Vermist worden de kleine kruiser Frauenlob en eenige tor pedobooten. Van onze averijen en persoon lijke verliezen zijn nog geene afdoende be richten ontvangen. Het spreekt van zelf, dat ook een deel van onze schepen belangrijk beschadigd is. De hoofdbestanddelen van de vloot keerden in de havens terug; het personeel en het materieel beatwoordden schitterend aan de verwachtingen. De stem ming is .uitmuntend. (Luide en langdurige bijvalbetuigingen). Kopenhagen, 2 Juni. (W. B.) Poli tiken publiceert een reeks bijzonderheden over de Duitsche zeeoverwinning van Woensdag en verklaart, dat het niet een eenvoGdig gevecht geweest is, maar de grootste zeeslag der wereldgeschiedenis. De bemanning van het Deensche stoom schip Fjord, dat Donderdag te Frederiksha- ven aankwam, deelt volgens Poli liken het volgende mede: Zij was op de Noordzee getuige van een gevecht tusschen Duitsche en Engelsche oorlogsschepen. Het stoom schip Fjord werd Woensdagmiddag om vier uur op 30 a 35 mijl afstand van Eianstohlm door twee Engelsche torpedobooten aange houden. De stuurman van het stoomschip begaf zich met de scheepspapieren aan boord van een dezer. Tegelijkertijd dook aan den horizont de sterke Duitsche oor logsvloot op. De Engelsche torpedobooten maakten zich gereed voor den strijd, terwijl de Deensche stuurman naar zijn schip terug keerde. De Duitsche vloot, die de Engelschen thans ontdekten, naderde met volle kracht. Zij bestond uit vijf linieschepen, verschei dene kruisers en twintig torpedobooten. Het was een imponeerend gezicht. De Duitsche schepen openden een hevig vuur op de Engelsche, die in volle vaart naar het Noorden terugstoomden, vervolgd en beschoten door de Duitsche vloot. Het geschut zweeg een tijd lang, doch begon na vijf uur met hernieuwde hevigheid en werd tot negen uur gehoord. Bij Skagen trof de Fjord twee Zeppelins, die in volle vaart naar het strijdtooneel gin gen- Naar Politiken uit Christiania verneemt, deelden de kapitein en stuurman van het gisteren te Stavonger binnengeloopen Noorsch stoomschip Ulrikka het volgende mede: Toen de Ulrikka zich Woensdagmid dag tusschen vijf en zes uur op 56.50 gr. N.B. en 1.10 gr. O.L. bevond, werd plotse ling kanongebulder gehoord, dat tot zeven uur in hevigheid toenam. Na acht uur werd f«n boord niets meer vernomen. Daaren- ten gehoord tot tien uur 's avonds. Het s hip moest in Noordelijke richting koersen om niet tusschen de strijdenden te geroken, 's Morgens werd op het stoomschip waar genomen, dat twee Engelsche kruiser, al vurend met zwaar en licht geschut, in Zuid oostelijke richting stoomden. De strijdende schepen voeren met enorme snelheid. Volgens de berichten, kan men nagaan, dat de zeeslag op 20 zeemijlen ten Zuid westen van Stavanger heeft plaats gehad. B e r 1 ij n, 2 Juni. (W. B.) Officieel bo. richt. Het oppercommando heeft, naar aanlei ding van den zegevierenden zeeslag in het Skogerrak bevolen, dat de openbare gebou wen moeten vlaggen en dat de scholen mor gen vacantie hebben. Dresden, 2 Juni. (W. B.) De koning van Saksen zond een telegram naar aanlei ding van de tijding van den zeeslag, waarin hij zegt: „Dit is een van de schoonste da gen in dezen ernstigen tijd voor ons vader land. Onze vloot toonde zich geheel gelijk waardig met het landleger." Dresden, 2 Juni. (W. B.) Op bevel van den koning hebben morgen in alle scho len van het land schoolfeesten plaats om te wijzen op de groote beteekenis vnn deze overwinning en de groote verdiensten ^an den keizer en van de Duitsche vloot. Den verderen dag hebben de scholen vacantie. Budapest, 2 Juni. (W. B.) Het be richt van de schitterende overwinning der Duitsche hoogzeevloot werd in een laat nachtelijk uur bekend en verwekte overal, waar de tijding van deze prachtige oorlogs daad werd ontvangen, geestdriftige blijd schap. De dagbladen doen de materieele ei\ moreele uitwerking van den roemvollen zeeslag uitkomen en spreken hunne bewon dering uit over de prachtige veerkracht en den onbuigzamen wil om te overwinnen van de Duitsche zeemacht. Konstantinopel, 2 Juni. (W. B.) De sultan liet door zijn eerste adjudant den Duitschen ambassadeur zijne geluk wenschen aanbieden met de Duitsche zee-overwin- ning. Par ij s, 2 Juni. (Havas).. Namiddag- communiqué. In de Argonne was een gevecht met gra naten in den sector Beauquois—Courte- dhaussée en Fille-morte. De Franschen lie ten verscheidene mijnen springen, die Duit sche werken onder den grond beschadigden. Aan den linker Maasoever stelde een tegenaanval de Frar.sche troepen in staat staat een honderdtal Meters vooruit te ko men in de gangen van het bosch van Cau- rette. Tusschen dat punt en het dorp Cu mières kon een Duitsche aanval, door het Fransche spervuur tegengehouden, niet uit komen. Aan den rerhter-oever gir.g de slag gister over dag en in den nacht voort met de uiter ste hardnekkigheid op het geheele front hof stede ThiaucourtVaux. Naar het oosten heeft hij zich uitgebreid tot voorbij het fort •Vaux tot Damloup. In de streek Thiaumont— Douaumont werden Duitsche aanvallen afge slagen door ons vuur en tegenaanvallen. Ten zuidoosten van het fort Douaumont konden de Duitschers dringen in het gedeelte ten zuiden van het Caillettebosch en in de streek ten zuiden van den vijver van Vaux. Aan den Franschen rechtervleugel braken alle op de streek Vaux—Damloup gerichte aanvallen op den tegenstand van de Fran schen, die aan de Duitschers zware verlie zen toebrachten. In den loop van deze ge vechten bereikte de artilleriestrijd eene bui tengewone en aanhoudende hevigheid op hét geheele aanvalsfront. Gisteren leverden Fransche luchteskaders een gevecht tegen een groep vliegtuigen, die Bar le Due had gebombardeerd; zij nood zaakte de tweede groep Duitsche toestellen zich te verstrooien. Een Duitsch vliegtuig is neergeveld bij Etoin. Een Fokker moest neerdalen bij Boucomville. Op de Engelsche en Belgische fronten was het artillerieduel bijzonder hevig bij den kam van Vimy. Avond-communiqué. Links van de Maas waren de beide artil lerieën zeer actief in den sector van boogte 304 en tusschen den Mort-homme en de Maas. Aan den rechter Maasoever beproefden de Duitschers tusschen den vijver van Vaux en het dorp Damloup aanvallen, die den ge- heelen dag voortgingen. Voortdurend volg den aanvallen van compacte massa's elkaar op; maar de prachtige tegenstand van onza troepen behield de bovenhand. Ten westen van het fort Vaux verhoedden onze tegen* aanvallen, die iederen Duitschen aanval be* tegen werd aan de Noorsche kust het schle- antwoordden, eiken vooruitgang van den

Historische kranten - Archief Eemland

Amersfoortsch Dagblad / De Eemlander | 1916 | | pagina 1