STATENVERKIEZINGEN.
„DE fc EM LAN DER'.
Dinsdag 13 Juni 1916.
BUITENLAND.
FEUILLETON.
DE TREKVOGELS
Na 293
14de Jaargang.
Uilgevers: VALKHOFF Co,
Bureau: UTRECHTSCH ESTRAAT 1.
SFOORTSCH
Hoofdredactie: j
MARIE VAN VERSENDAAL.
Mr. D. J. VAN SCHAARDENBURG.
ABONNEMENTSPRIJS:
Idem franco por post
Per week (met gratie verzekering tegen ongelukken) - O.IIO.
Afzonderlijke nummers
Wekelijkeoh bjjvoegeel .0» Hollandtcht HvisvivtwP (onder
redactie van Thérèae Hoven) per S mnd. 50 ets.
jWekelgksoh bijvoegsel „Pak me mte" per 8 mnd. 40 ft».
- - ,'é.crc
PRIJS DER ADVERTENTIEN:
Van 1—5 regels,. f 0.50.
Dienstaanbiedingen 25 cents bij vooruitbetaling.
Groote lettere naar plaatsruimto.
j Voor handel en bedrijf bestaan zeer voordeeligo bepalingen
tot het herhaald advertoeren in dit Blad, bij abonnoment.
Eene oiroulaire, bevattende de voorwaarden, wordt op
aanvraag toegezonden.
Intercomm. Telefoonnummer 66.
jC=
Bij de Statenverkiezingen van
Donderdag 15 Juni bevelen wij den
Kiezers dringend aan hun stem uit
te brengen op
A. A. STOKER.
A. J. A. THOMAS.
A. M. TROMP VAN HOLST.
J. v. d. WAL Kzn.
Politiek Overzicht
De oorlogvoering van de
Entente.
De dood van lord Kitchener is in Enge
land zelf als een nationale ramp en onder
Engelands bondgenooten als een zware slag
gevoeld. Van het gezag, dat de op zoo tra
gische wijze uit het leven gerukte veldmaan
schalk genoot, getuigt de militaire medewer
ker van de Times, die schrijft: „Hij was voor
het land en vooral voot de groote menigte
0e eenige groote, zwijgende en indrukwek
kende figuur van den oorlog en z:j hield
met stijgende trouw het geloof aan hem
vast. Had het volk tusschen Kitchener en
het kabinet moeten kiezen, dan zou het ze
ker niet het kabinet gekozen hebben."
Nog maar weinige dagen geleden, in de
zitting van het lagerhuis van 31 Mei, bracht
eerste minister Asquith hulde aan Kitche
ner's verdiensten met de verklaring, dat
geen tweede man in staat zou zijn geweest
In zoo korten tijd en met zoo verrassend
succes die reusachtige legers in 't leven te
Toepen, die nu de Britsche wapeneer hoog
•houden.
De Daily News heeft dit onderstreept,
door te zeggen, dat 6r in dezen oorlog nie
mand is, die in de volksopvatting en niet
alleen daar hem kan vervangen als „or-
ganisateur van de overwinning." Als de
groote tragedie van Kitchener's dood noemt
de Daily News het feit, dat hij niet is blij
ven leven om ook maar de eerste vruchten
le zien van het doel waarvoor hij werkte.
Dat is eene merkwaardige bekentenis uit
'den mond van dat orgaan. De beteekenis
'daarvan wordt niet verzwakt door 't geen
bij wijze van troostgrond er aan wordt toe.
gevoegd, dat het einde, waarnaar Kitchener
heeft gestreefd, door zijn dood niet kan wor
den gewijzigd of ook maar merkbaar kan
.worden vertraagd. Dat is juist hetgeen moet
worden bewezen door den verderen loop
van dezen wereldstrijd; het is het raadsel
van de toekomst. Maar wat het heden be
lieft, hebben wij nu uit bevoegden mond
vernomen, dat lord Kitchener uit het leven
is gegaan, zonder ook maar de eerste vruch
ten van zijn werk te hebben gezien.
De dood heeft lord Kitchener achterhaald,
lerwijl hij op ft'eg was naar Rusland op uit-
noodiging van den czaar. Wat eigenlijk de
aard van zijne zending was, daarnaar kun
nen niet-ingewijden slechts gissen. Via
Stockholm heeft de Vossische Ztg. verno
men, dat den 2en Juni in Petersburg be
kend was, dat de Britsche militaire agent
zich met zijne beide adjuncten naar Archan
gel zou begeven om Kitchener en een 28-tal
hoogere Britsche officieren te ontvangen,
en dat de Russische zuidwesterspoorweg op
dracht had gekregen een extra-trein van
Petersburg naar Kiew gereed te houden en
een salonrijtuig te versieren in de Engel-
sche kleuren. Daarmee is in strijd de Brit
sche mededeeling, dat lord Kitchener op
zijne reis slechts door eenige personen van
zijn persoonlijken staf vergezeld werd, maar
dit klopt weer niet met het feit, dat van Rus
sische zijde, behalve een generaal-majoor en
een ritmeester voor den persoonlijken dienst
van Kitchener zelf, nog zeven Russische
stafofficieren gecommandeerd waren voor
den eeredlenst van leden van Kitchener's
staf.
Wat was het doel van Kitchener's zending
naar Rusland? Had de zending een zuiver
militair doel? Was hij bestemd in Rusland
op te treden als „organisateur de la victoi-
re"? Of had zijne missie eene wijdere strek
king? Dit laatste zou kunnen worden afge
leid uit de mededeeling, dat hij op verzoek
van de Britsche regeering de gelegenheid
te baat zou nemen tot bespreking van ge
wichtige militaire en financieele kwestiën,
en ook uit de van Britsche zijde gedane op
gave van de personen, die met hem de
reis deden, waaronder men vindt ambtena
ren van het Foreign Office en van het mu
nitie-ministerie. Dit zijn vragen, die geen
actueel belang meer hebben, omdat met den
dood van lord Kitchener de zending, die
hem was opgedragen, is vervallen. Maar het
feit blijft bestaan, dat de noodzakelijkheid
werd gevoeld, deze missie uit te zenden. Nog
maar enkele weken geleden zijn de ge
machtigden van alle geallieerden in Parijs
bijeen geweest om de grondslagen te leg
gen voor eene regeling, die tegelijk de be
hoefte aan eene krachtige leiding en aan
eene nauwe samenwerking zou bevredigen.
Daar is echter de steen der wijzen niet ge
vonden, want het is noodig geoordeeld den
Britschen minister van oorlog uit zijn werk
te rukken om met Rusland overleg te plegen.
En verleden Vrijdag zijn de hoofden van
de Fransche en Engelsche regeeringen Jn
Londen samen geweest om met elkaar te
beraadslagen. Er komt aan die zijde geen
einde aan het beraadslagen. Maar inmiddels
gaan op de oorlogstooneelen de krijgsope-
ratiën hun gang. Dat illustreert de cardinale
fout van de oorlogvoering der geallieerden.
Wie denkt hier niet aan het voorbeeld van
het oude Saguntum, dat onderging terwijl de
senaat van Rome beraadslaagde?
De oorlmg.
Berlijn, 12 Juni. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
In Champagne, ten Noorden van Perthes
drongen Duitsche verkenningsafdeelingen
de Fransche stellingen binnen. Zij namen
na een kort gevecht drie officieren en meer
dan 100 man gevangen, veroverden vier
machinegeweren en keerden overeenkomstig
het vooraf beraamde plan naar de eigen
loopgraven terug.
Aan beide zijden van de Maas is onver
anderd een levendig artillerievuur.
P a r ij s, 12 Juni. (Havas.) Namiddag
communiqué.
Ten westen van Soissons vernielde de
Fransche artillerie Duitsche werken en ver
wekte eene ontploffing in de Duitsche llniën.
Links van de Maas was bombardement
in de streek van Chattancourt. Aan den
rechteroever was een zeer levendige artil-
leriestrijd in de sectoren ten noorden van
Sonville en Tavannes. Heden nacht werd
een nachtelijke Duitsche aanval, die gericht
was tegen Fransche loopgraven ten westen
van het fort Vaux, volledig teruggeslagen.
Aan het Engelsche front was de sector
Yperen een middelpunt van bedrijvigheid.
De Duitschers bombardeerden hevig de stad
Yperen en de tweede Britsche linie. Er wa
ren geene infanterie-actiën.
Avondcommuniqué.
Na eene krachtige artillerie-voorbereiding
deed de vijand gedurende den dag achter
eenvolgende aanvallen met sterke krachten
tegen onze stellingen ten noorden van Thi-
aumont. Ons courtine-geweervuur sloeg
overal den vijand terug, die de zwaarste ver
liezen leed. Het artillerieduel strekte zich
uit over de geheele streek ten westen en zui
den van het fort Vaux. Er was artillerieduel
in de streek ten noorden van Chattancourt,
maar er was geene lnfanterieactie.
Londen, 12 Juni. (R.) Communiqué
van het Britsche hoofdkwartier.
De operatiën bepaalden zich tot artillerie-
en mijnwerk. Er was hevig wederzijdsch
bombardement tusschen hoogte 60 en Hoo-
ge. Wij bombardeerden hevig en met goed
effect de vijandelijke werken ten westen van
Loos.
Berlijn, 12 Juni. (W. B.) Bericht van
het opperste legerbestuur uit het groote
hoofdkwartier van heden voormiddag.
De Duitsche en O.-H. troepen van het
leger van generaal Bothmer wierpen de
Russische afdeelingen, die ten noordwesten
van Buczacz voorwaarts gingen, weder terug.
Meer dan 1300 Russen bleven als gevange
nen in onze handen. Overigens is de toe
stand van de Duitsche troepen niet veran
derd.
Weenen, 12 Juni. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
In de Noordoostelijke Boekewina werd de
losmaking van den vijand voltrokken onder
zware achterhoede-gevechten.
Een uit Buczacz in Noordwestelijke rich
ting oprukkende vijandelijke tToepen-afdee-
ling werd door een tegenaanval van Duitsche
en Oostenrijk-Hongaarsche regimenten te
ruggedreven. waarbij 1300 Russen gevangen
werden gemaalct.
Op de hoogte ten Oosten van Wisnowizy
werd in den vroegen morgen een krachtige
aanval der Russen door ons geschutvuur ver
ijdeld.
Ten Oosten van Koslow namen onze pa
trouilles een vooruitgeschoven post van de
Russen in bezit.
Ten Noordwesten van Tamopol wordt nog
voortdurend heftig gestreden. De meermalen
genoemde stellingen bij Worebiowka gingen
meermalen van de eene in de andere hand
over.
Aan de Ikwa en in Wolhynie heerschte
gisteren betrekkelijke rust. Ten Westen van
Kolki verijdelden onze troepen een poging
der Russen om de Ikwa over te trekken.
Hier zooals overal elders beantwoorden de
verliezen van den vijand aan de wijze
waarop hij, zonder menschen te ontzien,
zijne troepenmassa's in het vuur brengt.
Petersburg, 12 Juni. (R.) Gisteren
vielen de Russen het brughoofd te Zalesczy-
kl aan. Zij naderden de voorsteden van
Czernowitz, waar de Oostenrijkers verschei
dene ontploffingen veroorzaakten.
(Tel.-agentschap.) Communiqué van den
grooten generalen staf.
Ten gevolge van onweders in het zuiden
van Rusland werd in den afgeloopen nacht
de telegrafische gemeenschap tijdelijk ver
broken. Dientengevolge ondervond de aan
komst van de dagplijksche rapporten ver
traging en zijn de berichten aangaande de
verrichtingen onzer legers eenigszins be
perkt.
Intusschen blijkt uit de ontvangen rappor
ten, dat het offensief van de troepen van ge
neraal Broessilow ook gisteren voortduurde.
In vele sectors van het front blijven wij
den verslagen vijand vervolgen.
Op sommige plekken leveren wij heete ge
vechten met den vijand, die wanhopige te
genaanvallen onderneemt.
Het totale aantal der tot dusverre gemaak
te gevangenen is gestegen tot 1700 officie
ren en 113,000 soldaten.
Ten zuiden van Luzk, aan het front bij
de Ikwa, trekt de vijand In allerijl achteruit,
terwijl onze troepen hem op de hielen rit
ten.
In Galicië, in de streek van de dorpen
Gliadki en Worobiewka, ten noorden van
Tamopol, deed de vijand tot zesmalen toe
woedende aanvallen; hij werd in den mor
gen van II Juni teruggeworpen.
In de streek van Boboelintz, ten noorden
van Buczacz, boden de Oostenrijkers, ge
steund door Duitsche troepen, die naar deze
streek waren overgebracht, een hardnekki-
gen tegenstand. Een reeks vijandelijke te
genaanvallen, waarop onze troepen van hun
kant weder met nieuwe aanvallen antwoord
den, dwong onze soldaten hier een weinig
terug te gaan. De strijd duurt met steeds
toenemende hevigheid voort.
In de streek ten zuiden van de Dnjestr
leverden onze troepen bij het bruggehoofd
van Zalesczyki reeds gisteren slag om de
voorsteden van Czernowitz. Er werden ge
weldige ontploffingen waargenomen. De
vijand liet de brug bij het dorp Makoly, ten
oosten van Czernowitz, opvliegen.
Op onzen rechtervleugel deden de Duit
schers bij Riga, ten Noorden van de Tiroel-
moerassen, een aanval. Zij werden terugge
slagen en onze afdeelingen rukten opnieuw
voorwaarts.
Over het geheele front bij Jacobstodt
openden de Duitschers den ITen 's morgens
een geweldig artillerie- en geweervuur.
Daarna rukten de vijandelijke stormcolonnej
op, maar werden overal door ons vuur te
ruggedreven. 's Nachts vielen groote Duit
sche machten ten zuiden van het meer van
Driswiaty aan, maar zij moesten ook hier
terugwijken.
In de streek ten ruiden van Krewo was
een aanval met belangrijke effectiefs bij het
dorp Kotsjany.
Vijandelijke afdeelingen slaagden er in in
het bosch ten westen van Kotsjani door to
dringen, maar onder ons geschutvuur en de
handgranaten moesten zij het grootste deel
van het bosch ontruimen.
Aan de oevers van de Yasseida bracht
ons vuur een vijandelijken aanval tot staan.
Weenen, 11 Juni. (W. B.) Officieel
bericht van heden middag.
De Italianen hebben hunne aanvallen op
eenige punten van het front hervat, doch'
werden overal onmiddellijk met bloedige ver-
Hezen afgeslagen.
Op den Monte Lemerle hebben onze troe
pen vijandelijke afdeelingen, die de omge-
ving van den bergtop nog bezetten, onver
wacht aangevallen, zich van den geheelen
berg meester gemaakt en meer dan 500 man
gevangen genomen.
Onze vliegers hebben bommen geworpen
op het station Cfvidaie.
Rome, 11 Juni. (Stefani). Olficieel
communiqué.
Gisteren concentreerde de vijand zijne
krachten tegen een kort stuk van ons front
zuidwestelijk van Asiago. Na een intens bom
bardement deden dichte vijandelijke mas
sa's, ongeveer een divisie sterk, verschei
dene malen een aanval tegen onze stelling
op den Monte Lemule. Zij werden tegen-
aangevallen en teruggeslagen met zeer
zware verliezen, waarbij zij een honderdtal
gevangenen, behoorende tot het 20e land
weerregiment, in onze handen lieten.
Van de Adige tot de Brenta begint onze
aanvalsactie zich af te teekenen. Onze in
fanterie, dapper gesteund door de artillerie,
verkreeg nieuwe vorderingen op de beide
hellingen van den Val Larsa en langs de
hoogten ten zuiden van de Posina en de
Astico tot aan het Frenzeledal (Asiago-pla-
teau) en links van de Masobeek.
Op het Isonzolront duren de artillerie
duels en de welgeslaagde invallen van onze
afdeelingen voort.
In het geheel ontnamen wij in de actiën
van deze dagen aan den vijand 566 gevan
genen.
Vijandelijke vliegtuigen wierpen bommen
op Fonzaro, zonder slachtoffers te maken
of schade aan te richten.
Eer wij wat weten, zijn wij versleten.
door
SNNA HUBERT VAN BEUSEKOM.
40
Het theater is aan eene zijde tegen een heu
vel aangebouwd. Daar bevinden zich nog de
«overblijfselen -van het kasteel der Prinsen van
Oranje, dat in 't begin der 17e eeuw met
bouwstoffen, van d,e verschillende Romein-
sche monumenten afkomstig, werd opgetrok
ken, doch vijftig jaar later op last van Lode-
iwijk XIV verwoest werd. De concicrge-juf-
'frouw, die ons rondleidde, zei dat men vanaf
Öic hoogte een prachtig gezicht over den
heclen omtrek had, maar we voelden geen
lust ons daarboven in den feilen wind te
{wagen en lieten 't dus maar bij ons bezoek
fcan 't theater, te meer daar 't tijd werd te
gaan lunchen. In een keurig .klein restaurant
tnamen we een warmen schotel en werden er
10oor den baas zelf met onderscheiding be-
Sfliend. Deze zag ons blijkbaar voor een paar
^merikaansche dollarprinsessen aan, want
fcij liet ons een prachtig ingelegd billard zien,
Öat hij ons voor slechts 4000 francs wilde ver-
koopenf Doch toen we lachend weigerden,
•eggend, dat wc zoon meubeltje toch moeilijk,
•p sleeptouw konden nemen- drong hij niet
verder aan en begon over de schoonheid van
zijn land uit te weiden.
Hij raadde ons de Fonlaine de Vaucluse te
gaan bezichtigen, reeds door Pelrarca bezon
gen, maar zijn geestdriftige beschrijving ver
mocht ons niet te verleiden van ons reisplan
af te wijken. We kuierden nog wat rond door
't mooie, oude stadje, zagen o. a. het stand
beeld van Rimbaud II, graaf "van Oranje en
kochten briefkaarten van de Are en het
Théatre antique, die we aan 't station met een
groetje naar Holland stuurden.
Ook aan Jeanne zonden we er een en zeer
voldaan spoorden we tegen half vier naar
Avignon, waar we na een klein half uurtje
belandden.
Een zeer vriendelijke abbé hielp ons met
onze bagage en daar 't hötel, dat we betrek
ken wilden, heel dicht hij 't station moest
zijn, heslóten we er maar te voet heen te
wandelen. Wij vonden 't dadelijk cn toen men
ons een niet groote, maar nette kamer toonde
met frissche bedden en de nooit ontbrekende
stilstaande pendule met coupes op den
schoorsteen, bléven we daar maar ineens,
rustten er wat, lieten om onzen brandenden
dorst te lesschen, een flesch mineraalwater
boven brengen en heerlijk opgefrischt trok
ken we er toen van vijf tot zeven op uit.
We wandelden 't drukke, aanvankelijk zéér
modern lijkende stadje door, met zijn kleu
rige winkels, mondaingekleede menschen en
gonzende electrische tram, tot wij voorhij
't stadhuis met zijn ouden klokketoren ge
komen, ineens het reusachtige „Palais des
Papes" voor ons zagen, in zijn onregelmatl-
gen bouw meer gelijkend op een fort, dan
op een paleis. De zeven pausen, die er van
1309—1377 Huishielden, voerden dan ook a|
en toe een formeelen oorlog om hun gezag
te handhaven. Het palcis, dat wc morgen van
binnen gaan zien, dient dan ook somtijds ge
deeltelijk tot soldaten-kazerne en bevat onder
anderen het geheele archief van het depar
tement A'aucluse, waarvan Avignon de hoofd
plaats is.
Wij liepen 't paleis voorbij en volgden den
stijgenden weg langs de Cathédrale Notre-
Dame-des-Doms met het vergulde Madonna
beeld op den top en kwamen toen boven op
een rots-plateau, waar het mooie park „La
promenade du Rocher des Doms" gelegen is.
Het zat er vol handwerkende dames en kin
dermeiden, die de wacht hielden over de haar
toevertrouwde jeugd en we genoten van 't
prachtige vergezicht, dat men er telkens
heeft op de Rhóne met de beroemde Pont
d'Avignon geheel vervallen en niet eens
meer reikend tot den anderen oever waar
van het bekende kinderliedje vermeldt:
„Sur le pont d'Avignon l'on y danse tous
en rond."
Nu verbindt een andere brug Avignon met
het vroegere zomerverblijf der pausen, het
plaatsje Villeneuve-lès-Avignon met zijn Fort
Saint André en vlak over de oude brug la
Tour de Phillippé le BeL We liepen 't heele
plateau langs en zagen aan de andere zijde
de vallei der Durance en den voorlooper der
Alpen: le rnont Venloux.
Op den terugweg bezochten we de cathé
drale Notre-Dame-des-Doms, een sombere
kerk In Romaanschen stijl en reeds in <fè
vierde eeuw gebouwd, doch telkens veran
derd en gerestaureerd. Men ziet er een prach
tige graftombe van een der Pausen, die dade
lijk de aandacht trekt eo een marmeren
pauselijken zetel dicht bij 't altaar, waar
boven de in olieverf geschilderde portretten
der zeven pausen hangen, die echter modern
zijn. Ook is er een mooie madonna van
Pradier in een langslepend plooigcwand, dat
half over haar eene arm is opgenomen, ter
wijl ze biddend de gevouwen handen opheft.
De graftombe van paus Jan XXII in de afge
sloten zijkapel is echter het meest kostbare,
wat er te zien valt. Dit monument Is tijdens
de Revolutie zeer geschonden. Het beeld van
den paus, in liggende houding onder een
gothiscb baldakijn, is zelfs door een geheel
ander vervangen, maar het baldakijn zelf is
een wonder van beeldhouwkunst, zoo fijn
bewerkt dat 't marmer wel kant lijkt.
Van de oude schilderijen, die de muren der
kapel bedekten, was niet veel meer te zien
en langzamerhand een geweldigen honger
krijgend, wandelden we terug naar ons
hotel, waar we dadelijk konden gaan eten.
Onder de glazen veranda voor aan de straat
zetten we ons neer.
„Ik eet Alles op wat we krijgen. Niets laat
ik in de schaaltjes." zei Ina, die nog meer
was uitgerammeld dan ik en ze hield woord.
Geen aardappel bleef er over van 't smake
lijke menu. We kregen zelfs visch en heerlijke
perziken en abrikozen toe en werden door
een Tartarinachtigen kelner bediend, die net
als een schichtig paard telkens het wit van
zijn oogen zien liet en daarbij zijn neusgaten
■wijd open spalkte.
„Als je 'n beetje moeite doet zou je kunnen
zien wal hij denktl Door die wijde neusgaten
kan je wel tot In zijn hersenen kijken," be
weerde Ien, maar, nadat ik haar had aange
toond, dat dit anatomisch onmogelijk .was,
smeekte Ik haar verder geen opmerkingen
over „de bediening" le maken, vreezend er
anders onze waardigheid ten decle bij te zul
len inboeten en wc onderwierpen dc Avig-
nonsche beau-mondc, die rakelings langs ons
ging, aan onzen kritischcn blik, wat minder
gevaarlijk cn toch ook amusant was.
Een paar huwelijksreizigers en ccn zeef
glunder, eenzaam heertje waren de eenige
verdere gasten en uiterst voldaan trokken we
na afloop van 't diner maar dadelijk naar
onze kamer, maakten 't plan voor morgen op
en bleven in nachtgewaad nog wat lezen en
schrijven tot Ien cr om half negen genoeg van
had en naar bed ging. Ze slaapt al bijna een
uur en ik ga me nu ook, zeer tevreden over
dezen wei-besteden dag, in Morpheus armen
werpen.
Marseille, 28 Juni.
Vanmorgen na een haastig ontbijt op onze
kamer was onze eerste gang naar 't post
kantoor aan den overkant, waar wc poslo
restante een briefkaart van Jeanne vonden,
met de raadgeving van Avignon uit inecnf
door te gaan naar Marseille cn daarnó pas
Arles en Nimes te bezoeken. Ze had namelijk
voor ons geschreven aan de directrice van
een home voor jonge meisjes te Marseille en
deze meldde haar, dat ze ons van 28 to<
30 Juni zou kunnen herbergen, doch dat ver
der alle kamers reeds besproken of bezel
waren. Indien we dus op genoemde datums
niet konden komen, zouden we ergens anders
onzen intrek moeten nemen. Het Hotel Ter*
minus vlak bij het Gare Saint Charles, waan
I we aankwamen, yras bijvoorbeeld heel ge«
I schikt
1 fcWoxd* yeryolfid-jl